Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland. Rapportnummer: 2011/306

Vergelijkbare documenten
Rapport. Rapport over een klacht over de beheerder van het regionale politiekorps Midden en West Brabant (de burgemeester van Tilburg).

Beoordeling Bevindingen

Een onderzoek naar het uitbetalen van een schadevergoeding door het Openbaar Ministerie te Den Haag.

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland. Datum: 12 mei Rapportnummer: 2011/143

Rapport. Rapport over een klacht over de beheerder van het regionale politiekorps Noord- en Oost-Gelderland uit Apeldoorn. Datum: 19 juli 2011

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Dienst voor het kadaster en de openbare registers uit Apeldoorn. Datum: 23 mei 2011

Rapport. Datum: 16 juli Rapportnummer: 2010/207

Rapport. Rapport over een klacht over de politiechef van de regionale eenheid Limburg. Datum: 16 oktober Rapportnummer: 2013/147

Voorts klaagt verzoeker erover dat deze politieambtenaren hem ongepaste vragen hebben gesteld.

Rapport. Datum: 9 november 2007 Rapportnummer: 2007/251

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/245

Beoordeling. h2>klacht

Rapport. Datum: 20 april 2006 Rapportnummer: 2006/152

Beoordeling. h2>klacht

Rapport. Rapport over een klacht over de beheerder van het regionale politiekorps Flevoland. Datum: 4 maart Rapportnummer: 2011/078

Een onderzoek naar een klacht over de afwikkeling van in beslag genomen voorwerpen.

Rapport. Datum: 28 maart 2001 Rapportnummer: 2001/071

Rapport. Datum: 12 februari 2004 Rapportnummer: 2004/048

Rapport. Datum: 21 december 2007 Rapportnummer: 2007/318

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari Rapportnummer: 2014/010

Rapport. Datum: 9 november 2006 Rapportnummer: 2006/361

Rapport. Rapport betreffende een klacht over Dienst Wegverkeer (RDW) te Zoetermeer. Datum: 4 september Rapportnummer: 2012/139

Rapport. Datum: 22 augustus 2007 Rapportnummer: 2007/175

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

I. Ten aanzien van het afwijzen van verzoekster voor een vaste functie

Rapport. Datum: Rapportnummer:

Rapport. Rapport over een klacht over de beheerder van het regionale politiekorps Groningen. Datum: 8 juni Rapportnummer: 2011/0169

Rapport. Datum: 27 september 2006 Rapportnummer: 2006/331

Rapport. Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Utrecht. Datum: 11 oktober Rapportnummer: 2011/295

5. Verzoeker kon zich niet vinden in de reactie van W. en wendde zich bij brief van 26 januari 2009 tot de Nationale ombudsman.

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Ministerie van Veiligheid. en Justitie. Publicatiedatum: 23 september 2014

Rapport. Datum: 18 mei 2004 Rapportnummer: 2004/180

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (hierna: CBR) en de gemeente Leiderdorp (hierna: gemeente).

Rapport. Rapport over een klacht over Domeinen Roerende Zaken, directie Apeldoorn. Datum: 16 juli 212. Rapportnummer: 2012/120

Rapport. Datum: 16 november 2004 Rapportnummer: 2004/449

Rapport. Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland. Datum: 24 augustus Rapportnummer: 2012/131

Rapport. Rapport over het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen te Leeuwarden. Rapportnummer: 2011/304

Rapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van het College voor zorgverzekeringen. Datum: 10 mei Rapportnummer: 2012/078

Rapport. Rapport over een klacht over de Kamer van Koophandel Midden-Nederland uit Utrecht. Datum: 11 oktober Rapportnummer: 2011/298

Rapport. Rapport over een klacht over de politiechef van de regionale eenheid Oost-Brabant. Datum: 21 oktober Rapportnummer: 2013/155

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Inspectie voor de Gezondheidszorg Bestuursorgaan: de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Rapport. Datum: 12 maart 2002 Rapportnummer: 2002/066

Voorts klaagt verzoeker erover dat deze ambtenaren zijn kamer hebben doorzocht om zijn legitimatiebewijs te vinden.

Rapport. Rapport over een klacht over Huurcommissie te Den Haag. Datum: 14 september Rapportnummer: 2012/146

Rapport. Rapport over een klacht over Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen. Datum: 14 mei Rapportnummer: 2012/082

Rapport. Datum: 29 maart 2005 Rapportnummer: 2005/093

Een onderzoek naar het verstrekken van informatie en de wijze van klachtbehandeling door de politie Oost-Nederland.

Rapport. Rapport over een klacht over de Kamer van Koophandel Centraal Gelderland uit Arnhem. Datum: 17 februari Rapportnummer: 2011/054

Rapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van de Huurcommissie uit Den Haag. Datum: 9 mei Rapportnummer: 2012/077

Rapport. Datum: 20 juni 2007 Rapportnummer: 2007/126

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Rapport. Rapport over een klacht over de beheerder van het regionale politiekorps Drenthe. Datum: 28 juni Rapportnummer: 2011/194

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Rapport. Datum: 5 januari 2010 Rapportnummer: 2010/001

Beoordeling. h2>klacht

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam

Rapport. Datum: 1 mei 2007 Rapportnummer: 2007/083

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst en de Dienst Terugkeer en Vertrek.

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Huurcommissie te Den Haag. Datum: 20 februari Rapportnummer: 2013/012

Rapport. Datum: 1 december 2010 Rapportnummer: 2010/338

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/401

Rapport. Datum: 12 juni 2006 Rapportnummer: 2006/210

Rapport. Datum: 3 december 2010 Rapportnummer: 2010/344

Rapport. Datum: 20 juni 2007 Rapportnummer: 2007/124

Rapport. Datum: 15 juni 2004 Rapportnummer: 2004/221

Rapport. Datum: 15 september 2005 Rapportnummer: 2005/267

Rapport. Klacht over het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen uit Zwolle. Datum: 20 april Rapportnummer: 2011/121

Rapport. Rapport over een klacht over de hoofdofficier van justitie te Den Haag. Datum: 3 juni Rapportnummer: 2014/044

Rapport. Rapport over een klacht over de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland te Leiden. Datum: Rapportnummer: 2014/025

Rapport. Datum: 6 juni Rapportnummer: 2013/064

Rapport. Rapport over een klacht over gemeente Súdwest Fryslân. Datum: 31 oktober Rapportnummer: 2011/326

Rapport. Datum: 22 september 2003 Rapportnummer: 2003/329

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de politiechef van de regionale eenheid Noord-Nederland. Datum: 28 juli 2014

Rapport. Datum: 10 maart 2006 Rapportnummer: 2006/085

Rapport. Een onderzoek naar het niet terugstorten door de gemeente Doetinchem van op basis van een dertig jaar oude machtiging geïnde belasting

Rapport. Datum: 1 december 2006 Rapportnummer: 2006/377

Rapport. Datum: 31 maart Rapportnummer: 2014/029

Rapport. Excuus verzilverd Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Brabant Zuid-Oost te Eindhoven. Datum: 6 november 2012

Voorts klaagt verzoeker erover dat de politieambtenaren die nacht zonder toestemming zijn huis zijn binnengetreden.

Rapport. Publicatiedatum 4 juli 2017 Rapportnummer 2017/076

Rapport. Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Utrecht. Datum: 16 april Rapportnummer: 2012/062

Rapport. Datum: 10 juni 2005 Rapportnummer: 2005/171

Rapport. Rapport over een klacht over Domeinen Roerende Zaken te Apeldoorn. Datum: 26 juli Rapportnummer: 2013/088

Rapport. Datum: 5 november 2007 Rapportnummer: 2007/237

Rapport. Datum: 27 september 2006 Rapportnummer: 2006/332

Rapport. Datum: 8 augustus 2007 Rapportnummer: 2007/162

Rapport. Op het verkeerde been

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de directeur Belastingdienst/Zuidwest uit Roosendaal. Datum: 1 juni Rapportnummer: 2011/163

Beoordeling. Bevindingen. h2>klacht

Rapport Datum: 11 oktober 2011 Rapportnummer: 2011/302

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond.

Rapport. Datum: 22 augustus 2007 Rapportnummer: 2007/174

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Rapport. Datum: 30 september 2005 Rapportnummer: 2005/302

Rapport. Datum: 16 juli 1998 Rapportnummer: 1998/285

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Rapport. Datum: 15 juni 2004 Rapportnummer: 2004/222

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Belastingdienst/Toeslagen ingediend door mr. C. Berendse, advocaat te Amsterdam. Datum: 20 juni 2012

Rapport. Datum: 21 december 2007 Rapportnummer: 2007/319

Rapport. Rapport over een klacht over het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen uit Rotterdam. Datum: 23 juni Rapportnummer: 2011/187

Transcriptie:

Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland. Rapportnummer: 2011/306

2 Datum: 17 oktober 2011 Feiten Op 8 september 2009 hebben ambtenaren van het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland verzoekers scooter voor technisch onderzoek in beslag genomen omdat zij het chassisplaatje van de scooter niet vertrouwden. Op het moment van inbeslagneming is niet vastgelegd in welke staat de scooter verkeerde. Zeven maanden later heeft verzoeker zijn scooter teruggekregen. Volgens verzoeker is zijn scooter door toedoen van de politie beschadigd geraakt en hij heeft de politie aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden schade. De politie heeft het verzoek om schadevergoeding afgewezen, omdat de scooter niet aan verzoeker teruggegeven had mogen worden; er zou waarschijnlijk sprake zijn van merkvervalsing (het framenummer was niet juist en de lasnaden waren niet conform de fabriekswijze aangebracht) en op grond van afspraken met justitie had de scooter vernietigd moeten worden. De ambtenaren die de scooter hebben teruggegeven, zouden onterecht hebben geconcludeerd dat er niets mis was met de scooter. Verzoeker was het hiermee niet eens en wendde zich tot de Nationale ombudsman. Naar aanleiding van verzoekers klacht heeft de Nationale ombudsman de beheerder van het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland verzocht de schadeclaim nog een keer in overweging te nemen, waarbij is gewezen op het rapport over het behoorlijk omgaan met schadeclaims. Namens de korpsbeheerder is gesteld dat er geen aanleiding bestaat, ook niet uit coulance, om over te gaan tot het betalen van schadevergoeding. Temeer nu helemaal niet vaststaat dat er inderdaad schade is ontstaan door optreden van de politie. Namens de korpsbeheerder is gesteld dat de politie bij haar besluit blijft om het verzoek om schadevergoeding af te wijzen. Hierop heeft de Nationale ombudsman een onderzoek naar de klacht ingesteld. Klacht Verzoeker klaagt erover dat de politie zijn verzoek om schadevergoeding bij brief van 26 juli 2010 heeft afgewezen. Visie verzoeker

3 Verzoeker heeft gesteld dat uit rapportages van de politie blijkt dat er niets vreemds is geconstateerd aan zijn scooter en dat hij de scooter om die reden heeft teruggekregen. Verzoeker vindt het vreemd dat de politie nu het argument gebruikt dat de scooter vernietigd had moeten worden. Verzoeker heeft een nota van de fietsenmaker overgelegd van 13 april 2010. Daaruit blijkt dat de schade is begroot op ongeveer 550,00 vanwege een te repareren voorscherm, rechter knipperlicht en sleutel. Verder heeft verzoeker een afschrift overgelegd van het bewijs van ontvangst. Hieruit blijkt dat verzoeker zijn scooter op 24 maart 2010 van de politie heeft terug gekregen. Op dit afschrift is te lezen dat verzoeker erbij heeft geschreven dat de scooter is beschadigd. Voorts staat erbij geschreven dat de sleutel ontbreekt. Visie korpsbeheerder Nadat de Nationale ombudsman een onderzoek naar de klacht heeft ingesteld, heeft de korpsbeheerder laten weten dat de zaak onvoldoende eenduidig is om met zekerheid te kunnen stellen dat verzoekers scooter niet deugde. De feiten dat de in beslagneming geen strafrechtelijk gevolg heeft gekregen, de scooter lange tijd bij de politie heeft verbleven zonder dat erg duidelijk was wat ermee moest gebeuren en de binnen de politie nog immer niet overeenstemmende oordelen van de betrokken politieambtenaren, hebben met zich meegebracht dat de politie zich niet langer op het standpunt stelt dat verzoeker zijn scooter ten onrechte heeft teruggekregen. Omdat verder onvoldoende vaststaat dat de schade die verzoeker claimt onjuist is, heeft de politie het standpunt over de eist tot schadevergoeding gewijzigd en verzoeker alsnog een schadevergoeding uitgekeerd. Informatie uit proces-verbaal, rapportage en verklaring Proces-verbaal betrokken politieambtenaar J. Uit het proces-verbaal dat betrokken politieambtenaar J. heeft opgemaakt blijkt dat J. de scooter van verzoeker heeft onderzocht. Tijdens dat onderzoek had J. gezien dat het framenummer van de scooter niet volgens de originele fabriekswijze was aangebracht. Het van fabriekswege aangebrachte framenummer was weggehaald en de typeplaat met daarop onder andere het originele framenummer was verwijderd. In het proces-verbaal

4 staat verder dat de gehele frameplaat origineel was, maar niet op de scooter hoorde. Het origineel was verwijderd en deze frameplaat was erop gelast (niet van fabriekswege). Rapport betrokken politieambtenaar B. Betrokken politieambtenaar B. heeft gerapporteerd dat hij door een collega van het wijkteam, politieambtenaar K., werd aangesproken dat er niets mis was met het framenummer en het kenteken van de betreffende scooter. B. heeft in de rapportage gesteld dat hij zelf ook geen bijzonderheden zag en dat uit controle van de politiegegevens bleek dat het framenummer klopte met het kenteken en type/merk van de scooter. Uit het rapport van politieambtenaar J. kon niet worden gehaald wat er niet juist was, waarna is besloten de scooter terug te geven aan de rechtmatige eigenaar. Voorts heeft B. gesteld dat hij niet kon zeggen in welke staat de scooter verkeerde op het moment van inbeslagname, of er documenten bij waren en of de contactsleutel wel of niet aanwezig was. Verklaring betrokken politieambtenaar K. Betrokken politieambtenaar K. heeft in het kader van de interne klachtbehandeling verklaard dat hij op verzoek van zijn collega B. naar de scooter heeft gekeken. Voor zover hij het zich kon herinneren, kon hij er niet veel bijzonders aan zien. K. heeft samen met B. naar het framenummer gekeken en zij dachten ook daaraan geen bijzonderheden te zien. Zij hebben het betrokken framenummer op signalering nagetrokken en er bleken geen signaleringen te zijn afgegeven, aldus K. Oordeel Nationale ombudsman 1. Het redelijkheidsvereiste houdt in dat overheidsinstanties de in het geding zijnde belangen tegen elkaar afwegen en dat de uitkomst hiervan niet onredelijk is. Het redelijkheidsvereiste brengt mee dat de overheid een coulante benadering hanteert indien vaststaat dat zij fouten heeft gemaakt, maar de burger problemen heeft om de daardoor veroorzaakte schade te bewijzen. De Nationale ombudsman heeft dit uitgangs-punt geformuleerd in de spelregels die door hem zijn ontwikkeld in het rapport "behoorlijk omgaan met schadeclaims" (2009/135) en in het rapport "behoorlijk omgaan met schadeclaims door gemeenten" (2011/025), welke spelregels weliswaar betrekking hebben op de schadebehandeling door de ministeries respectievelijk de gemeenten, maar evenzeer toepasbaar zijn op andere overheids-instanties. Het kabinet heeft zijn instemming betuigd met de door de Nationale ombudsman geformuleerde spelregels.

5 2. Vast is komen te staan dat verzoekers scooter door de politie in beslag is genomen en dat op dat moment niet is vastgelegd in welke staat de scooter verkeerde. Voorts is vast komen te staan dat er binnen de politie geen overeenstemming bestond over de vraag of er sprake was van merkvervalsing en of de scooter aan verzoeker mocht worden teruggegeven of niet. Toen verzoeker zijn scooter zeven maanden later - terecht of onterecht - heeft teruggekregen, heeft hij meteen aangegeven dat de scooter schade had opgelopen. Nu de politie bij inbeslagneming niet heeft vastgelegd in welke staat de scooter verkeerde en het gezien het bewijs van ontvangst van de scooter en de nota van de fietsenmaker aannemelijk is dat er schade aan de scooter bestond, brengt het redelijkheidsvereiste mee dat de korpsbeheerder de schade dient te vergoeden. Het is dan ook onjuist dat de politie de schadeclaim aanvankelijk tot twee keer toe heeft afgewezen. Hiermee heeft de politie het redelijkheidsvereiste geschonden. De onderzochte gedraging is niet behoorlijk. Conclusie De klacht over het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland, die wordt aangemerkt als een gedraging van de beheerder van het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland, is gegrond wegens schending van het redelijkheidsvereiste. Instemming De Nationale ombudsman heeft met instemming kennis genomen van de beslissing van de korpsbeheerder om alsnog tot vergoeding van de schade over te gaan. De Nationale ombudsman, dr. A.F.M. Brenninkmeijer