Wat was er aan de hand met Sarai, de echtgenote van Abram? Genesis 16:1 1 Maar Sarai, de vrouw van Abram, had hem geen kinderen geschonken. Nu had zij een Egyptische slavin, van wie de naam Hagar was. Sarai was al vele jaren lang kinderloos. Gelet op haar leeftijd leek het menselijk gezien niet mogelijk dat zij nog zwanger kon worden.
Was Sarai bekend met de belofte van God? Genesis 15:4, 6 maar iemand die uit uw eigen lichaam voortkomt, die zal uw erfgenaam zijn. 6 En hij geloofde in de HEERE, en Die rekende hem dat tot gerechtigheid. Toch moest op dat moment het geloof in Gods belofte bij Sarai nog groeien. Wat voor de mens onmogelijk lijkt is voor God wel mogelijk.
Welke menselijke oplossing bedacht Sarai? Genesis 16:2, laatste deel Kom toch bij mijn slavin; misschien zal ik uit haar nageslacht krijgen. En Abram luisterde naar de stem van Sarai. Met de gedachte dat ze op haar hoge leeftijd onmogelijk meer een kind kon krijgen, stelde Sara voor, als een plan waardoor Gods doel in vervulling kon gaan, dat Abraham één van haar dienstmaagden zou nemen als tweede vrouw.
Was de oplossing die Sarai bedacht had in overeenstemming met Gods geboden? Veelwijverij was zo algemeen verspreid, dat het niet meer als zonde werd beschouwd, maar niettemin was het een schending van Gods wet, en nadelig voor de heiligheid en vrede van de gezinsband.
Hoe ging Hagar zich tegenover Sarai gedragen nadat zij door Abram zwanger was geraakt? Genesis 16:4 Hij kwam bij Hagar en zij werd zwanger. Toen zij nu zag dat zij zwanger geworden was, was haar meesteres in haar ogen verachtelijk.
Had deze menselijke oplossing, die niet volgens Gods wil was, gevolgen voor toen en nu? Het huwelijk van Abraham met Hagar eindigde met kwade gevolgen, niet alleen voor zijn eigen gezin, maar ook voor latere geslachten.
Wat was de reactie van Sarai op de veranderde houding van Hagar? Genesis 16:5 Toen zei Sarai tegen Abram: De verantwoordelijkheid voor het onrecht dat mij wordt aangedaan, ligt bij jou. Ik heb jou zelf mijn slavin in je schoot gegeven, maar nu zij ziet dat zij zwanger is geworden, ben ik in haar ogen verachtelijk. Laat de HEERE oordelen tussen mij en jou.
Wat stelde Abram voor? Genesis 16:6 6 En Abram zei tegen Sarai: Zie, jouw slavin is in jouw macht. Doe met haar wat goed is in jouw ogen. Toen vernederde Sarai haar, zodat zij bij haar wegvluchtte.
7 De Engel van de HEERE vond haar bij een waterbron in de woestijn, bij de bron aan de weg naar Sur. Wie kwam bij Hagar toen zij naar de woestijn vluchtte? Genesis 16:7
Welke troostende woorden hoorde Hagar in de woestijn van de engel? Ze vluchtte naar de woestijn, en toen ze alleen en vermoeid bij een bron rustte, naderde haar een engel des Heren in menselijke gedaante. Terwijl hij haar aansprak als "Hagar, slavin van Saraï", om haar te wijzen op haar positie en haar verplichtingen, gaf hij haar bevel: "Keer naar uw meesteres terug en verneder u onder haar hand." Toch voegde hij bij deze vermaning ook troostende woorden: "De Here heeft naar uw ellende gehoord." "Ik zal uw nageslacht zeer talrijk maken, zodat het vanwege de menigte niet geteld kan worden."
Welke profetie werd door de engel bekendgemaakt en op welke wijze kreeg dat vorm? Genesis 16:11-12 11 Ook zei de Engel van de HEERE tegen haar: Zie, u bent zwanger; u zult een zoon baren en u moet hem de naam Ismaël geven, omdat de HEERE uw verdrukking gehoord heeft. 12 En hij zal zijn een wilde ezel van een mens; zijn hand zal tegen allen zijn, en de hand van allen tegen hem; en hij zal wonen tegenover al zijn broeders.
Welke les leerde Hagar na de ontmoeting met deze boodschapper van God? Genesis 16:13 13 En zij gaf de HEERE, Die tot haar sprak, de naam: U bent de God Die naar mij omziet! Want zij zei: Heb ik hier dan Hem gezien Die naar mij omgezien heeft?
Hoe oud was Abram en hoe noemde hij zijn zoon? Genesis 16:15,16 15 Hagar baarde een zoon bij Abram, en Abram gaf zijn zoon, die Hagar gebaard had, de naam Ismaël. 16 Abram was zesentachtig jaar oud, toen Hagar Ismaël bij Abram baarde.
Welke waarschuwing krijgen wij mee? 1 Korinthe 10:11-12 11 Al deze dingen nu zijn hun overkomen als voorbeelden voor ons en ze zijn beschreven tot waarschuwing voor ons, over wie het einde van de eeuwen gekomen is. 12 Daarom, wie denkt te staan, laat hij oppassen dat hij niet valt. Toch voegde hij bij deze vermaning ook troostende woorden: "De Here heeft naar uw ellende gehoord." "Ik zal uw nageslacht zeer talrijk maken, zodat het vanwege de menigte niet geteld kan worden." En als een blijvende herinnering aan Zijn barmhartigheid kreeg ze de opdracht haar kind Ismaël te noemen, "God zal horen."