BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

Vergelijkbare documenten
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, VORMING EN WETENSCHAPSBELEID

VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, artikel 56, 61 en 88;

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en. Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt :

VR DOC.1318/1BIS

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November

Ontwerp van decreet ( ) Nr juni 2012 ( ) stuk ingediend op

Decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal

Gecoördineerde tekst:

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

VR DOC.0432/1

DECREET. inzake sociale werkplaatsen

VR DOC.0797/1

VR DOC.0332/2BIS

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 20 SEPTEMBER 2001

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning van de beroepstitel van vroedvrouw

RAAD VAN STATE. Gecoördineerde wetten van 12 januari 1973 op de Raad van State (artikelen 2, 3, 3bis, 4, 6bis, 84, 85, 85bis)

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Vlaamse regering. Besluit van de Vlaamse regering betreffende de bevoegdheid, de samenstelling en de werking van de Vlaamse Havencommissie

VR DOC.0682/2BIS

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen versie van kracht op DE VLAAMSE REGERING,

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning van beoefenaars van paramedische beroepen

VR DOC.0276/2BIS

Versie Gezien de uitstekende samenwerking tussen de Federale Staat en de deelstaten in het kader van dit samenwerkingsakkoord;

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Brussels Parlement. Datum: juli Verslag aan het Brussels Parlement voorgelegd door de Staatssecretaris belast met het gelijkekansenbeleid

Het Brussels model van Goed Bestuur

Splitsing kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in Vraag en Antwoord

3 ministers : de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het beleid inzake Bijstand aan personen;

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr

VR DOC.0051/1

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

BIJLAGE. Motivering van het voorliggende convenant

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

DECREET STRATEGISCHE ADVIESRADEN goedgekeurd door het Vlaams Parlement op 9 juli 2003 HOOFDSTUK I. Definities en toepassingsgebied.

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

MEMORIE VAN TOELICHTING

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP

GEDEELTELIJKE WIJZIGING VAN HET GBP GGB 15 HEIZEL ONTWERP LASTENBOEK BETREFFENDE DE UITWERKING VAN EEN AANVULLING VOOR HET MILIEUEFFECTENRAPPORT

Wordt door mij, Jean-Louis LECLERCQ, Adjunct-voorzitter bij het Aankoopcomité tot onroerende goederen van Brussel I,

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT. Boek XIII

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis;

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Aanvraag van een planologisch attest

Deel I. Burgerlijk recht

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

VR DOC.0553/1

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Wat betreft het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap werd de gewijzigde regeling inzake politiek verlof reeds principieel goedgekeurd op 27 oktober

ONTWERP VAN DECREET. houdende vaststelling van het wapen en de vlag van de provincies, gemeenten en districten. Stuk 1070 ( ) Nr.

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging, Besluit:

Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de samenstelling en de werking van de Vlaamse Raad voor Dierenwelzijn

Deze agenda annuleert en vervangt de eerder rondgestuurde agenda

Dit besluit regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 128 van de Grondwet krachtens artikel 138 van de Grondwet.

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

MOETEN BRUSSELSE CLUBS KIEZEN: VLAAMS OF FRANS? Staatsrecht toegepast op de sport!

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2003 (21.01) (OR. fr) 5252/03 JUR 10 FIN 10 EUROJUST 1

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

De VLAAMSE RAAD heeft aangenomen en Wij, EXECUTIEVE, bekrachtigen hetgeen volgt:

VLAAMSE RAAD ONTWERP VAN DECREET

Stuk 1068 ( ) Nr. 1. Zitting januari 2007 ONTWERP VAN DECREET

452 ( ) Nr juli 2015 ( ) ingediend op. Ontwerp van decreet

Nationaal Actie Plan d A ction N ational HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE NAPAN TASK FORCE

OPVOLGINGSNOTA. betreffende het

4 lokale PPS-projecten : PPS-projecten van de lokale besturen en van de ervan afhangende rechtspersonen;

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VR DOC.0834/4BIS

BIJLAGE. Bijlage nr. 1. Reglement houdende de ondersteuning van jeugdinfrastructuur. HOOFDSTUK 1: Algemene bepalingen

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

219 ( ) Nr oktober 2009 ( ) stuk ingediend op. Voorstel van decreet

ADVIES. 20 maart 2014

INITIATIEFADVIES. Overheveling van de voorziening voor uitbetaling van de kinderbijslag in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr

MEMORIE VAN TOELICHTING

Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 tot uitvoering van het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal

RAADVANSTATE. afdeling Wetgeving. advies NR van 2 7 juni over

Stuk 1325 ( ) Nr. 1. Zitting februari 1999 ONTWERP VAN DECREET

Artikel 7 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 31 januari 2003, wordt vervangen door wat volgt:

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

INITIATIEFADVIES. betreffende de opmaak van een anti-discriminatie kaderordonnantie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Transcriptie:

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen Commissie voor ruimtelijke ordening, stedenbouw en het grondbeleid VERGADERING VAN DONDERDAG 6 APRIL 2000 Brusselse Hoofdstedelijke Raad - Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen - Gewone zitting 1999-2000

2 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN INHOUD INTERPELLATIES van mevrouw Brigitte Grouwels (N) tot de heer Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk vervoer van personen, betreffende de huisvestingsproblematiek van het Sint-Lakasarchief. toegevoegde interpellatie van de heer Sven Gatz (N) betreffende de problemen die momenteel heersen bij het Sint-Lukasarchief. (Sprekers: Mevrouw Brigitte Grouwels en de heren Sven Gatz, Joël Riguelle en Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels monumenten en landschappen en bezoldigd vervoer MONDELINGE VRAGEN van de heer Benoît Cerexhe (F) aan de heer Jacques Simonet, Minister-Voorzitter van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met plaatselijke besturen, ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, monumenten en landschappen, stadsvernieuwing en wetenschappelijk onderzoek betreffende de benoeming van de leden van de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie. belast met ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, van de heer Benoît Cerexhe (F) aan de heer Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk vervoer van personen, betreffende de bescherming van het justiciepaleis. belast met ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, van de heer Benoît Cerexhe (F) aan de heer Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk vervoer van personen, betreffende de toepassing van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening, meer bepaald van de bepalingen inzake bekendmaking en regularisatie van die bepalingen. belast met ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, van de heer Benoît Cerexhe (F) aan de heer Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk vervoer van personen, betreffende het verslag over de toestand en de vooruitzichten inzake ontwikkeling en stedenbouw, en de uitvoering van de gewestelijke en gemeentelijke plannen. belast met ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, Brusselse Hoofdstedelijke Raad - Gewone zitting 1999-2000

VERGADERING VAN DONDERDAG 6 APRIL 2000 3 Voorzitterschap: de heer Bernard Clerfayt - De vergadering wordt om 14.25 uur geopend. INTERPELLATIE VAN MEVROUW BRIGITTE GROU- WELS TOT DE HEER ERIC ANDRE, STAATSSE- CRETARIS BIJ HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST, BELAST MET RUIMTELIJKE ORDENING, STADSVERNIEU- WING, MONUMENTEN EN LANDSCHAPPEN EN BEZOLDIGD VERVOER VAN PERSONEN, betreffende de huisvestingsproblematiek van het Sint- Lukasarchief. TOEGEVOEGDE INTERPELLATIE VAN DE HEER SVEN GATZ, betreffende de problemen die momenteel heersen bij het Sint- Lukasarchief. Mevrouw Brigitte Grouwels.- Onlangs kwam de huisvestingsproblematiek van het Sint-Lukasarchief in de media. Dit zet zich reeds meer dan dertig jaar in voor de bekendmaking en vrijwaring van het bouwkundig erfgoed in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het heeft een brede expertise opgebouwd en uiterst belangrijk werk verricht. Op 31 maart moest het archief de lokalen die de Sint- Lukashogeschool gratis ter beschikking stelde verlaten. Door een gebrek aan financiële middelen wordt het in zijn voortbestaan bedreigd. Indien het van de 1,2 miljoen subsidie vanwege de VGC huur moet betalen blijft er voor de werking niet veel meer over. Net op dit ogenblik opent een Franstalig "Centre International pour la Ville, l Architecture et le Paysage" (CIVA) de deuren in Elsene. Zowel de Brusselse als de Vlaamse overheid dragen in dit dossier verantwoordelijkheid. De bescherming van het Brusselse erfgoed behoort tot de bekommernis van de Vlaamse Gemeenschap en de VGC. De Vlaamse bevoegde minister verklaarde zich bereid nog dit jaar 6 miljoen frank vrij te maken. Ook het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft echter een rol te spelen, omwille van zijn bevoegdheden inzake ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing en monumenten en landschappen. De Brusselse regering blijft voorlopig in gebreke. Zij zou een samenwerking tussen het CIVA en het Sint- Lukasarchief moeten nastreven. De bevoegde Brusselse en Vlaamse overheden zouden dringend overleg moeten plegen over de toekomstige werking van het Sint- Lukasarchief. VGC-collegelid Annemie Neyts kondigde overleg met de Brusselse regering aan. Is de staatssecretaris bereid tot overleg om een structurele oplossing te zoeken voor de huisvesting en voor de subsidiëring van de werking van het archief? Welke mogelijkheden ziet de staatssecretaris? Vond reeds overleg plaats? Met welk resultaat? Wordt het CIVA gesubsidiëerd door het Brussels Gewest? Zo ja, is een gelijkaardige regeling mogelijk voor het Sint- Lukasarchief? Is de Brusselse regering bereid een wezenlijke bijdrage te leveren om de werking van het Sint- Lukasarchief beilig te stellen? De heer Sven Gatz.- Mevrouw Brigitte Grouwels heeft er reeds op gewezen dat het Sint-Lukasarchief niet alleen van groot belang is voor Nederlandstalig Brussel, maar dat het een ruimer stedenbouwkundig belang heeft voor heel Brussel. Financieel leefde het archief tot op heden onder de vleugels van de Sint-Lukashogeschool. Het kreeg 1,2 miljoen VGCsubsidie en vroeg ten onrechte nooit een tegemoetkoming voor structurele werkingskosten aan enige andere overheid. De Vlaamse bevoegde minister zou vandaag positief gereageerd hebben op een vraag van collega Grouwels in dat verband. Ook het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zou het archief een steuntje in de rug mogen geven, temeer daar ook het CIVA wordt gesteund. Waren er reeds contacten tussen het archief en de diensten van de staatssecretaris? Met welk resultaat? De verhuizing van de Rogierstraat naar de Sint- Franciscuskerk zou tot de mogelijkheden behoren, maar dit gebouw zou niet geklasseerd zijn. Waarom is dit gebouw niet geklasseerd? Wat zijn de mogelijkheden? Moet het Sint-Lukasarchief op zoek naar een andere definitieve huisvesting? De heer Joël Riguelle (in het Frans).- Het doet steeds deugd als men gelijk krijgt. De actualiteit evolueert inderdaad in de richting die wij in de COCOF hebben geschetst. Het CIVA had een efficiënt instrument kunnen zijn om snel een oplossing voor dit probleem te bieden. Er moet iets worden gedaan om dat patrimonium te vrijwaren. Mijn fractie wenst dat dit archiefwerk wordt erkend en dat dankzij een snelle en gestructureerde regeling dit stukje collectief geheugen kan worden gered. van personen.- De wetten op de Institutionele hervorming v an 1980 en 1988 hebben de bevoegdheden opgesplitst in federale gewestelijke en gemeenschapsbevoegdheden. De bescherming van het onroerend erfgoed werd aan de gewesten overgedragen, terwijl het roerend erfgoed naar de Gememeenschappen ging. Het behoud en de promotie van de verzamelingen die op dit ogenblik beheerd worden door het CIVA en door het Sint- Lukasarchief ressorteert juridisch onder de gemeenschappen. Als Franstalig minister in de Brusselse Regering kan ik niet oordelen over de bugettaire prioriteiten van de VGC of van de Vlaamse Gemeenschap. Voor de Franstalige verenigingen heeft de COCOF het CIVA opgericht. De oprichting van dit centrum dat 350 miljoen heeft gekost, betekent een zware financiële last die uitsluitend uit het Franstalige Fonds werd gefinanceerd. Ik vind nochtans dat het op een laag pitje zetten van het Sint-Lukasarchief een verlies betekent voor de promotie van het architecturaal erfgoed van ons Gewest. De meest eenvoudige oplossing zou zijn dat de VGC haar begroting zou optrek-

4 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN ken door bijvoorbeeld het trekkingsrecht van de Gemeenschapscommissie op de Gewestelijke begroting op te voeren. Ik ben bereid een dergelijke vraag te steunen. Ik heb ook de mogelijkheid laten onderzoeken om deze communautaire verenigingen te betoelagen vanuit de begroting van monumenten en landschappen. Hieruit is gebleken dat een transfer naar de gewestelijke begroting niet mogelijk is, maar dat we daarentegen wel opdrachten kunnen betoelagen die onrechtstreeks verbonden zijn aan het onderzoek, het behoud en de promotie van het onroerend erfgoed. In het kader van de budgettaire aanpassing heb ik dan ook middelen gevraagd om deze opdrachten te betoelagen en dit zowel voor Sint-Lukas als voor het CIVA. Ik hoop dat de fractieleiders van de twee vlaamse groepen die deel uitmaken van de meerderheid deze aanpassing zullen goedkeuren Ik zal het door de heer Sven Gatz aangehaalde probleem van de Sint-Franciscuskerk onderzoeken om na te gaan of mogelijk subsidies kunnen worden verschaft. (Verder in het Frans) Ik dank dat ik aan de heer Riguelle heb geantwoord door te verwijzen naar het grondwettelijk recht zodat hij weet wat er in de wet staat. Mijn Kabinet heeft inderdaad een ontmoeting gehad met het CIVA, maar dat centrum heeft heel laat een onderhoud aangevraagd. U mag niet vergeten dat ik eerst via de pers iets over hun probleem heb vernomen. Ik zal aan de regering een voorstel doen die zowel het Sint- Lukasarchief als het CIVA behelst. In globo zal ik een bedrag van 10 miljoen vragen voor het gehele dossier. De uitsplitsing van dat bedrag over de twee instellingen zal later gebeuren. Mevrouw Brigitte Grouwels.- Het antwoord van de minister toont aan dat hij belang hecht aan het Sint-Lukasarchief. Ik dank hem daarvoor. - De incidenten zijn gesloten. MONDELINGE VRAGEN de benoeming van de leden van de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- Bij de jongste benoeming van leden van de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie is de regering afgeweken van de wijze waarop die benoemingen in het verleden plaatsvonden. Op welke criteria hebt u zich gebaseerd om de gegadigden al dan niet te benoemen? Hebt u zich bij de keuze van de criteria gebaseerd op een wettekst, op de tekst van een ordonnantie, decreet of besluit? Geldt die keuze voor alle gewestelijke instellingen, commissies en adviesorganen? Welke criteria werden in aanmerking genomen voor de benoeming van de onafhankelijke deskundigen? Heeft de regering zich, vóór de benoeming van de betrokkenen, zich ervan vergewist dat niemand van hen een functie van adviseur had bekleed in het kader van de voorbereiding van het eerste en tweede gewestelijk bodembestemmingsplan? Volgens mij kan het niet dat iemand die als onafhankelijk expert optreedt, voordien een adviserende functie had bij de uitwerking van het GBP. Ten slotte had ik graag vernomen hoe u te werk bent gegaan bij de benoeming van de voorzitter en ondervoorzitter van de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie? Beantwoorden die personen aan de criteria inzake onafhankelijkheid? van personen (in het Frans).- Ik kan verzekeren, mijnheer Cerexhe, dat de regering de geldende reglementsteksten scrupuleus heeft toegepast. Zoals bepaald in het besluit van de regering van 4 februari 1993, werden aan de regering dubbele lijsten van gegadigden bezorgd door de vier betrokken adviesorganen : de Economische en Sociale Raad (12), de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen (3), de Milieuraad (6), de Adviescommissie voor de studie en verbetering van het openbaar vervoer (3), alsook door de Vereniging van de stad Brussel en de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Die lijsten zijn conform de taalcriteria en de criteria inzake de gelijke vertegenwoordiging van mannen en vrouwen krachtens de ordonnantie van 27 april 1995. Sommige gegadigden werden weerhouden om diverse redenen, ook al was er geen sprake van een formele onverenigbaarheid, en de regering heeft ervoor gekozen geen parlementsleden noch leden van een ministerkabinet te benoemen om redenen van onafhankelijkheid en onpartijdigheid. De onafhankelijkheid van de deskundigen wordt bepaald in het besluit van de regering van 4 februari 1993. Van sommige experts werd het mandaat verlengd. De regering gaf de voorkeur aan de gegadigden met de grootste ervaring. De overige deskundigen die zijn aangewezen, kregen hun benoeming op basis van hun bekwaamheid en ervaring in complexe materies. Het mandaat van de voorzitter werd gewoonweg verlengd. De ondervoorzitter, die tot een andere taalrol behoort, werd gekozen uit de Nederlandstalige onafhankelijke deskundigen die in de commissie zitting hebben. Vanmorgen nog heeft de regering enkele wijzigingen aangebracht teneinde een regeling te vinden voor twee gevallen van onverenigbaarheid. De aanwijzing van de leden van de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie gebeurde dus in de beste omstandigheden en met het oog op een optimale werking van die instelling. De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- Mijn opvattingen over onafhankelijkheid verschillen inderdaad van die van u en misschien ook van die van uw regering. Volgens u houdt de regering zich aan de criteria inzake de onverenigbaarheidsregeling voor parlementsleden.

VERGADERING VAN DONDERDAG 6 APRIL 2000 5 Naar mijn oordeel is het uitgesloten dat iemand die als adviseur van een kabinet optreedt of als vertegenwoordiger van een adviesbureau dat regelmatig samenwerkt met het Gewest, een objectief advies kan uitbrengen over een ontwerp zoals het GBP bijvoorbeeld. van personen (in het Frans).- Als u echte deskundigen wenst, dan moet u een beroep doen op mensen die met de materie vertrouwd zijn. Daarenboven is het zo dat niemand van de benoemde deskundigen mijn adviseur is of contractueel verbonden is voor de uitwerking van het GBP. De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- Maar wel zijn ze rechtstreeks of onrechtstreeks financieel afhankelijk van het Gewest. van personen (in het Frans).- Ik kan u verzekeren dat ik ervoor zorg samen te werken met de op dat gebied gespecialiseerde juristen teneinde de criteria inzake onverenigbaarheid in acht te nemen. de bescherming van het justiciepaleis De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- De Staatssecretaris belast met Monumenten en Landschappen wenst het nodige te doen om het Justitiepaleis als historisch belangrijk monument te doen erkennen. Wat houdt dat precies in? Slaat die maatregel ook op de vijftien meter hoge mast boven op de koepel van het Justitiepaleis? Zo ja, op basis van welke architecturale, stedenbouwkundige en/of historische criterie baseert men zich voor die erkenning? Zo niet, hoe valt de aanwezigheid van die mast boven op het gebouw dan te verantwoorden? Ten slotte rijst ook de vraag of men overweegt om die mast te verwijderen. van personen (in het Frans).- Het is reeds sedert geruime tijd dat het Justitiepaleis negatief in de belangstelling komt omdat het ononderbroken op een werf gelijkt. Dankzij de erkenningsprocedure waarvoor ik de aanzet heb gegeven, kan ik voortaan bij de federale regering erop aandringen dat terecht spoed wordt gezet achter de voltooiing van de renovatiewerkzaamheden. Ook ik zou graag zien dat de antennemast verdwijnt. De erkenningsmaatregel impliceert geenszins dat die mast er mag blijven, maar maakt het mogelijk dat een beslissing over wat ermee moet gebeuren, gekoppeld wordt aan eventuele vergunningen die zijn vereist voor andere werkzaamheden die bijvoorbeeld betrekking hebben op de herstellingswerken aan de koepel. De erkenning is een middel om de evolutie van het gebouw in de tijd mogelijk te maken. Gezien de huidige ordonnantie inzake het patrimonium kan een erkenningsbesluit niet meer zijn dan een vaststelling van een feitelijke toestand op het ogenblik van de ondertekening. Het is de eigenaar die ervoor moet zorgen dat het gebouw opnieuw in een betere staat verkeert vanuit het oogpunt van patrimoniumzorg. Ik kan u wel geruststellen door te zeggen dat er, naar ik heb vernomen, nu reeds een consensus bestaat om die antenne te doen verdwijnen. De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- Dat is heuglijk nieuws! toepassing van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening, meer bepaald van de bepalingen inzake bekendmaking en regularisatie van die bepalingen De heer Benoît Cerexhe.- Blijkbaar heeft u met bepaalde aanplakfirma s een akkoord gesloten dat hun de toelating geeft om met verloop van tijd in orde te zijn wat hun uithangborden en reclamepanelen betreft. Dat akkoord is ingegeven door de inwerkingtreding van de Gewestelijke Verordening inzake stedenbouw (GVS) en maakt een gespreide regeling voor hun uithangborden en panelen mogelijk. U zou zich ertoe hebben verbonden om geen proces-verbaal te laten opmaken als de betrokken firma s zich houden aan de voorgenomen planning, m.a.w. vóór 15 februari 2000 wat de aanvragen in een beperkte zone betreft; voor 31 maart 2000 voor de aanvragen in een algemene zone en vóór 30 april 2000 voor de aanvragen in een verruimde zone. Ik kan begrijpen dat firma s worden geholpen om zich aan de nieuwe wetgeving aan te passen, maar ik heb wel mijn twijfels over de methode die daarbij wordt gebruikt. Op welke wettelijke basis hebt u trouwens dat akkoord gesloten? Hoe rechtvaardigt u de discriminatie tussen de firma s waarmee u een akkoord hebt gesloten, en de overige, die zich moeten aanpassen aan de regels van de GVS tegen 1 januari 2000? Kan een Staatssecretaris eenzijdig beslissen tijdelijk af te zien van de toepassing van een verordening ten opzichte van bepaalde categorieën van personen? U hebt de gemeenten via een gewone brief op de hoogte gebracht van het bestaan van dit akkoord. Ware het niet nuttig geweest de gemeenten bij die besprekingen te betrekken of ze toch op zijn minst in kennis te stellen van de volledige tekst van de overeenkomst? Ten slotte verbaas ik mij over uw verbintenis om geen proces-verbaal van inbreuk te doen opstellen als de termijnen in

6 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN acht worden genomen. Is dat geen zaak die onder de bevoegdheid van de burgemeester en schepenen valt? Bent u van plan de gemeenten ertoe te dwingen uw persoonlijke afspraak te volgen? van personen (in het Frans).- Voor het aanbrengen van borden en panelen was steeds een stedenbouwkundige vergunning vereist. Volgens de wet van 19 maart 1962 zijn die vergunningen van onbepaalde duur. Tijdens de eerste regeerperiode van onze Raad werden de vergunningen voor reclamepanelen gewijzigd in die zin dat de duur ervan werd beperkt. Er werd bepaald dat alle vergunningen op 31 december 1994 zouden verstrijken. Jammer genoeg werd de daartoe bestemde administratie nooit in het leven geroepen en de gemeenten konden geen vergunningen op objectieve basis uitreiken. Normaliter moesten sedert januari 1995 processen-verbaal zijn opgemaakt, maar dat is niet gebeurd. Tijdens de tweede regeerperiode besloot de regering titel VI van de GVS toe te passen. In de praktijk hebben de meeste gemeenten geen processen-verbaal opgesteld in afwachting van de GVS. Dat betekent dus dat in 1999 nagenoeg 75% van de reclamepanelen niet aan de wettelijke voorschriften beantwoordden. In het kader van de invoering van de GVS ben ik een eenzijdige verbintenis aangegaan met alle aanplakfirma s. Die verbintenis heeft enerzijds betrekking op het tijdschema voor de regularisering en anderzijds op de verwijdering van nietconforme panelen, zonder dat daarvoor eerst een proces-verbaal dient te worden opgemaakt. Ik heb de gemeenten op de hoogte gebracht van die verbintenis, maar het staat hen vrij al dan niet een proces-verbaal op te maken. Ik heb die verbintenis genomen in het kader van mijn bevoegdheid, met als resultaat dat er inderdaad reclamepanelen zijn verwijderd. De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- U beweert dat er een eenzijdige verbintenis is vanwege de firma s, maar tegenover de gemeenten hebt u het over een akkoord. Een akkoord is niet hetzelfde als een eenzijdige verbintenis. van personen (in het Frans).- De gemeenten zijn daardoor niet gebonden. Ik heb mij ertoe verbonden dat mijn administratie geen processen-verbaal zal opmaken. De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- Hoe kunt u een verbintenis aangaan met enkele firma s en niet met de overige? van personen (in het Frans).- Die firma s zijn reeds sedert januari 1995 in overtreding. De inwerkingtreding van de GVS vijf jaar later verandert daar niets aan! Er wordt geprobeerd om de aanplakfirma s ertoe aan te zetten een stedenbouwkundige vergunning aan te vragen. Het komt er in de eerste plaats op aan resultaten te boeken. Nu worden de helft van de 1500 panelen van meer dan 10 m2 afgebroken! De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- U hebt mijn vraag niet begrepen. Ik vraag u met welk recht u aan uw administratie opdracht kunt geven om voor bepaalde firma s geen proces-verbaal op te maken. van personen (in het Frans).- Er werd geen overeenkomst ondertekend. Ik oefen het gezag uit over de administratie en dat is precies wat ik doe. verslag over de toestand en de vooruitzichten inzake ontwikkeling en stedenbouw, en de uitvoering van de gewestelijke en gemeentelijke plannen De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- In artikel 4 van de ordonnantie van 29 augustus 1999 houdende organisatie van de planning en stedenbouw wordt bepaald dat de regering elk jaar ter gelegenheid van de begrotingsbesprekingen aan de Hoofdstedelijke Raad, verslag uitbrengt over de stand van zaken en de vooruitzichten inzake de ontwikkeling en stedenbouw, alsook over de uitvoering van de gewest- en gemeenteplannen. Dat artikel werd gewijzigd bij artikel 2 van de ordonnantie van 23 november 1999. Waar vroeger nog sprake kon zijn van een inrijperiode, moeten wij vaststellen dat er thans helemaal niets meer gebeurt. Tijdens de vorige regeerperiode heeft minister Hasquin ons nooit een verslag bezorgd. U doet precis hetzelfde, want het blijft wachten op het wettelijk verplicht verslag. Dat verslag zou nochtans erg nuttig zijn om na te gaan hoever het staat met de uitvoering van de gewest- en gemeenteplannen. Kunt u ons verzekeren dat u de bepaling in de ordonnantie niet uit het oog bent verloren en ons inlichten omtrent de termijn waarin wij in het bezit zullen worden gesteld van het verslag over de stand van zaken en de vooruitzichten op het gebied van ontwikkeling en stedenbouw? van personen (in het Frans).- Ik heb kritiek uitgebracht op de hoge kosten verbonden aan de uitgebreide studies en versla-

VERGADERING VAN DONDERDAG 6 APRIL 2000 7 gen van de eerste Brusselse regering, waarvan uw fractie deel uitmaakte. Voor onze regering komt het erop aan het parlement in te lichten omtrent de toepassing van de ordonnanties. Er wordt informatie gegeven over de projecten op korte en middellange termijn zowel bij de begrotingsanalyse als naar aanleiding van interpellaties en vragen. Ik sta ter beschikking van de Raad als hij schriftelijke rapporten wenst te krijgen, maar daarvoor zullen de nodige begrotingsmiddelen moeten worden gevonden ten nadele van de huidige beleidsprogramma s. De toelichting bij het algemeen beleid in uw commissie bij de analyse van de begroting komt voldoende tegemoet aan de verplichting vermeld in de ordonnantie houdende organisatie van de planning en stedenbouw. De heer Benoît Cerexhe (in het Frans).- Artikel 4 van die ordonnantie zou moeten worden gewijzigd.. van personen (in het Frans).- Dat lijkt mij een uitstekend idee. - De vergadering wordt om 15.20u gesloten.