ECLI:NL:RBGEL:2013:CA3525



Vergelijkbare documenten
ECLI:NL:GHARL:2014:9415

ECLI:NL:RBGEL:2013:4039

ECLI:NL:GHARL:2014:9416

ECLI:NL:RBGEL:2013:1485 RECHTBANK GELDERLAND. Uitspraak. Team strafrecht. Zittingsplaats Zutphen. Meervoudige kamer

ECLI:NL:RBOVE:2017:1209

ECLI:NL:GHARL:2015:2577

ECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.

ECLI:NL:RBMNE:2016:4569

ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273

ECLI:NL:GHARL:2014:3064

ECLI:NL:RBZUT:2012:BV2125

ECLI:NL:RBZUT:2011:BT8884

ECLI:NL:HR:2016:554. Uitspraak

ECLI:NL:RBGEL:2014:3640 VONNIS. Rechtbank Gelderland. Datum uitspraak: Datum publicatie: Zaaknummer: 06/

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 2 februari 2016 TEGENSPRAAK Promis

ECLI:NL:RBHAA:2010:BO8985

Het hoger beroep De officier van justitie heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

ECLI:NL:RBZUT:2010:BM8951

ECLI:NL:GHARN:2009:BH3792

ECLI:NL:RBALM:2010:BM9518

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775

ECLI:NL:RBDOR:2010:BM1743

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

ECLI:NL:GHDHA:2015:84

ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518

ECLI:NL:RBDHA:2014:1006

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

ECLI:NL:RBDHA:2016:13684

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

ECLI:NL:RBNNE:2017:1473

Strafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid:

ECLI:NL:RBOVE:2016:1622

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993

ECLI:NL:RBGEL:2016:1041

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:GHDHA:2014:3838

ECLI:NL:RBMNE:2016:5688

ECLI:NL:GHDHA:2017:2291

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907

ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBNHO:2015:7578

ECLI:NL:GHARN:2006:AX3957

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

ECLI:NL:GHDHA:2016:3990

ECLI:NL:RBOVE:2015:3340

ECLI:NL:RBROT:2016:10161

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692

ECLI:NL:RBNNE:2015:6277


Uitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK

ECLI:NL:OGEAA:2016:411

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193

Zoekresultaat - inzien document. ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: Uitspraak. Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBNNE:2014:2799

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:RBMNE:2016:7744

ECLI:NL:RBOVE:2016:5140

ECLI:NL:RBONE:2013:BY9769

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016.

Vonnis van de rechtbank Limburg, meervoudige kamer voor strafzaken,

LJN: BN2676, Rechtbank Utrecht, [P] Print uitspraak

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:RBNHO:2015:1805

ECLI:NL:GHARN:2008:BG4042

ECLI:NL:RBGEL:2013:3276

Uitspraak ECLI:NL:GHAMS:2012:BV9608

ECLI:NL:RBALK:2010:BN9788

ECLI:NL:RBZLY:2009:BK6655

ECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992

ECLI:NL:RBASS:2011:BR5599

ECLI:NL:RBAMS:2012:BZ3733

ECLI:NL:GHSGR:2009:BN4085

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 16 februari 2017 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:RBHAA:2012:BW0079

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ2603

ECLI:NL:RBOBR:2017:4416

ECLI:NL:RBNNE:2014:5880

ECLI:NL:RBALK:2010:BO9234

ECLI:NL:RBAMS:2014:7911

ECLI:NL:RBGEL:2014:2835

ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ9715

ECLI:NL:GHAMS:2016:5666 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHARL:2015:8983

onder parketnummer 01/ dat: hij in of omstreeks de periode van 12 december 2005 tot en met 19 december 2005 te Helmond, in elk geval in Neder

ECLI:NL:RBAMS:2015:10245

ECLI:NL:GHLEE:2010:BM4290 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850


ECLI:NL:RBZLY:2010:BO9656

Transcriptie:

ECLI:NL:RBGEL:2013:CA3525 Instantie: Rechtbank Gelderland Datum uitspraak: 12-06- 2013 Datum publicatie: 18-06- 2013 Zaaknummer: 06/850903-12 Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig Uitspraak in de zaak tegen: [verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland. Onderzoek van de zaak Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 22 mei 2013 en 29 mei 2013. De tenlastelegging Aan verdachte is ten laste gelegd dat: 1. hij op meerdere tijdstippen op of omstreeks 07 september 2010 te Apeldoorn, in elk geval (telkens) in Nederland (lid 3, onder 1 ) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen een ander, te weten, [benadeelde partij1] (lid 1, onder 1 ) (telkens) door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie, heeft geworven vervoerd overgebracht gehuisvest opgenomen met het oogmerk van uitbuiting van die [benadeelde partij1]

(lid 1, onder 4 ) (telkens) met één of meerdere van de onder 1 van dit artikel genoemde middelen, te weten door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie die [benadeelde partij1] heeft gedwongen bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid diensten de onder 1 van dit artikel genoemde omstandigheden, te weten door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie, enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij, verdachte diens mededader(s) wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [benadeelde partij1] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid diensten, heeft/hebben is/zijn verdachte diens mededader(s) - aan die [benadeelde partij1] gevraagd of hij snel veel geld wilde verdienen - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat hij snel veel geld kon verdienen door meerdere, althans een, telefoonabonnement(en) af te sluiten vervolgens het/de (afgesloten) contract(en) mobiele telefoon(s) aan hem, verdachte diens mededader(s) af te geven - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat het/die abonnement(en) niet op zijn, [benadeelde partij1], naam zou(den) komen - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat hij 800 euro zou krijgen als hij nog iemand kon vinden die hetzelfde zou doen, te weten meerdere, althans een, telefoonabonnement(en) afsluiten de contract(en) mobiele telefoon(s) afgeven aan hem verdachte diens mededader(s) - met die [benadeelde partij1] naar KPN Belcompany Telfort, althans een of meer telefoonwinkel(s) gegaan - (telkens) nadat die [benadeelde partij1] een telefoonabonnement had afgesloten het/de contract(en) mobiele telefoon(s) ingenomen - terwijl die [benadeelde partij1] een bedrag van (in totaal) 550 euro heeft ontvangen van verdachte diens mededader(s) terwijl hij iemand had geregeld die hetzelfde zou doen, te weten meerdere, althans een, telefoonabonnement(en)

afsluiten het/de contracht(en) mobiele telefoon(s) afgeven aan verdachte diens mededader(s) - terwijl die [benadeelde partij1] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij(en) heeft ontvangen; (zaaksdossier 4) art 273f lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 3 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht ALTHANS, dat hij op meerdere tijdstippen op of omstreeks 07 september 2010 te Apeldoorn, in elk geval (telkens) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam van een valse hoedanigheid door een of meer listige kunstgrepen door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde partij1] heeft bewogen tot de afgifte van meerdere, althans één mobiele telefoon(s) contract(en), in elk geval van enig goed, tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van meerdere, althans één telefoonabonnement(en), hebbende verdachte zijn mededader(s) (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk listiglijk bedrieglijk in strijd met de waarheid - aan die [benadeelde partij1] gevraagd of hij snel veel geld wilde verdienen - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat hij snel veel geld kon verdienen door meerdere, althans een, telefoonabonnement(en) af te sluiten vervolgens het/de (afgesloten) contract(en) mobiele telefoon(s) aan hem, verdachte diens mededader(s) af te geven - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat het/die abonnement(en) niet op zijn, [benadeelde pa[benadeelde partij1], naam zou(den) komen - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat hij 800 euro zou krijgen als hij nog iemand kon vinden die hetzelfde zou doen, te weten meerdere, althans een, telefoonabonnement(en) afsluiten de contract(en) mobiele telefoon(s) afgeven aan hem verdachte diens mededader(s), - waardoor die [benadeelde partij1] werd bewogen tot afgifte van meerdere, althans één mobiele telefoon(s) contract(en) tot het afsluiten van meerdere, althans één, telefoonabonnement(en),

- terwijl die [benadeelde partij1] een bedrag van (in totaal) 550 euro heeft ontvangen van verdachte diens mededader(s)t erwijl hij iemand had geregeld die hetzelfde zou doen, te weten meerdere, althans een, telefoonabonnement(en) afsluiten het/de contract(en) mobiele telefoon(s) afgeven aan verdachte diens mededader(s) - terwijl die [benadeelde partij1] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij(en) heeft ontvangen; (zaaksdossier 4) art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht 2. hij op meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 10 september 2010 tot en met 29 september 2010 te Apeldoorn, in elk geval (telkens) in Nederland, (lid 3, onder 1 ) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen een ander, te weten, [benadeelde partij2] (lid 1, onder 1 ) (telkens) door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie, heeft geworven vervoerd overgebracht gehuisvest opgenomen met het oogmerk van uitbuiting van die [benadeelde partij2] (lid 1, onder 4 ) (telkens) met één of meerdere van de onder 1 van dit artikel genoemde middelen, te weten door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie die [benadeelde partij2] heeft gedwongen bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid diensten de onder 1 van dit artikel genoemde omstandigheden, te weten door dwang

geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie, enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij, verdachte diens mededader(s) wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [benadeelde partij2] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid diensten, heeft/hebben is/zijn verdachte diens mededader(s) - terwijl die [benadeelde partij2] ADHD een lichte vorm van autisme heeft - terwijl die [benadeelde partij2] geldproblemen heeft, - tegen die [benadeelde partij2] gezegd dat hij snel veel geld kon verdienen door meerdere, althans een, telefoonabonnement(en) af te sluiten vervolgens het/die (afgesloten) contract(en) mobiele telefoon(s) aan hem, verdachte dien(s) mededader(s) af te geven - met die [benadeelde partij2] afgesproken dat hij 550 euro zou krijgen als hij zes, althans meerdere, telefoonabonnementen zou afsluiten het/de contract(en) mobiele telefoon(s) zou afgeven aan hem, verdachte diens mededader(s) - tegen die [benadeelde partij2] gezegd dat hij, verdachte vervolgens ervoor zou zorgen dat de naam van [benadeelde partij2] uit het bestand zou worden gehaald - met die [benadeelde partij2] naar KPN Vodafone T- Mobile Telfort Belcompany, althans een of meer telefoonwinkel(s) gegaan - (telkens) nadat die [benadeelde partij2] een telefoonabonnement had afgesloten het/de contract(en) de mobiele telefoon(s) uit [benadeelde partij2]'s handen getrokken ingenomen - terwijl die [benadeelde partij2] een bedrag van 300 euro heeft ontvangen van verdachte diens mededader(s) - terwijl die [benadeelde partij2] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij heeft ontvangen; (zaaksdossier 5) art 273f lid 3 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 3 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht ALTHANS, dat hij op meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 10 september 2010 tot en met 29 september 2010 te Apeldoorn, in elk geval (telkens) in Nederland,

tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam van een valse hoedanigheid door een of meer listige kunstgrepen door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde partij2] heeft bewogen tot de afgifte van meerdere, althans één, mobiele telefoon(s), in elk geval van enig goed, tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van meerdere, althans één, telefoonabonnement(en), hebbende verdachte zijn mededader(s) (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk listiglijk bedrieglijk in strijd met de waarheid - tegen die [benadeelde partij2] gezegd dat hij snel veel geld kon verdienen door meerdere, althans een, telefoonabonnement(en) af te sluiten vervolgens het/die (afgesloten) contract(en) mobiele telefoon(s) aan hem, verdachte diens mededader(s) af te geven - met die [benadeelde partij2] afgesproken dat hij 550 euro zou krijgen als hij zes, althans meerdere, telefoonabonnementen zou afsluiten het/de contract(en) mobiele telefoon(s) zou afgeven aan hem, verdachte diens mededader(s) - tegen die [benadeelde partij2] gezegd dat hij, verdachte vervolgens ervoor zou zorgen dat de naam van [benadeelde partij2] uit het bestand zou worden gehaald, - waardoor die [benadeelde partij2] werd bewogen tot afgifte van meerdere, althans één, mobiele telefoon(s) contract(en) tot het afsluiten van meerdere, althans één telefoonabonnement(en), - terwijl die [benadeelde partij2] een bedrag van 300 euro heeft ontvangen van verdachte diens mededader(s) - terwijl die [benadeelde partij2] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij heeft ontvangen; (zaaksdossier 5) art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht 3. hij op meerdere tijdstippen op of omstreeks 11 december 2010 te Apeldoorn te Amerfoort te Utrecht, in elk geval (telkens) in Nederland, (lid 3, onder 1 ) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,

een of meer anderen, te weten, [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] (lid 1, onder 1 ) (telkens) door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie, heeft geworven vervoerd overgebracht gehuisvest opgenomen met het oogmerk van uitbuiting van die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] (lid 1, onder 4 ) (telkens) met één of meerdere van de onder 1 van dit artikel genoemde middelen, te weten door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] heeft gedwongen bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid diensten de onder 1 van dit artikel genoemde omstandigheden, te weten door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie, enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij, verdachte diens mededader(s), wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid diensten, heeft/hebben is/zijn verdachte diens mededader(s) - nadat verdachte diens mededader(s) in het uitgaansleven contact had(den) gelegd met die [benadeelde partij4] haar drankjes had(den) betaald had(den) beloofd die [benadeelde partij4] die [benadeelde partij3] in de auto mee te nemen naar een andere gemeente om te winkelen, - die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] vervoerd in een auto - tegen die [benadeelde partij4] gezegd dat hij, verdachte, diens mededader(s) geld nodig had(den) vanwege schulden - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] gezegd dat zij meerdere, althans één

telefoonabonnement(en) moest(en) afsluiten op haar/hun naam - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] gezegd dat hij, verdachte, diens mededader(s) het/de contract(en) wilde(n) hebben, omdat hij, verdachte, diens mededader(s) iemand wist(en) die het/de contract(en) kon ontbinden dat hij, verdachte diens mededader(s) iemand kende(n) die het/de contract(en) in het computersysteem kon wissen - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] gezegd dat ze de simkaart(en) doormidden moest(en) breken het/de contract(en) mobiele telefoon(s) aan hem, verdachte diens mededader(s) moest(en) geven - die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] (in de auto) een mes, althans een scherp puntig voorwerp, dicht tegen/op haar/hun keel gezicht gezet - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] geschreeuwd gescholden - die [benadeelde partij3] en [benadeelde partij4] (na de autorit) uit elkaar gehaald apart meegenomen naar een telefoonwinkel - met die [benadeelde partij3] naar Belcompany KPN HI Telfort, althans een of meer telefoonwinkel(s) gegaan - met die [benadeelde partij4] naar Telfort (in Amersfoort) Vodafone (in Amersfoort) Telfort (in Utrecht) Vodafone (in Utrecht), althans een of meer telefoonwinkel(s) gegaan - (telkens) nadat die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] een telefoonabonnement had(den) afgesloten, het/de contract(en) mobiele telefoon(s) ingenomen - door welke feiten en omstandigheden voor voornoemde [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] een (afhankelijkheids)situatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft/hebben kunnen onttrekken tengevolge waarvan zij geen weerstand aan verdachte diens mededader(s) heeft/hebben kunnen bieden - terwijl die [benadeelde partij3] later (ongevraagd) 100 euro kreeg die [benadeelde partij4] later (ongevraagd) 400 euro heeft/hebben gekregen van verdachte diens mededader(s) - (terwijl) die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij heeft/hebben ontvangen; (zaaksdossiers 6 en 7) art 273f lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht

art 273f lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 3 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht ALTHANS, dat hij op meerdere tijdstippen op of omstreeks 11 december 2010 te Apeldoorn te Amerfoort te Utrecht, in elk geval (telkens) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld bedreiging met geweld [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van meerdere, althans een, mobiele telefoon(s) contract(en), in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte zijn mededader(s), heeft/hebben gedwongen tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van meerdere, althans één, telefoonabonnement(en) welk geweld welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte diens mededader(s) - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] heeft/hebben gezegd dat zij meerdere, althans één, telefoonabonnement(en) moest(en) afsluiten op haar/hun naam - die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] (in de auto) een mes, althans een scherp puntig voorwerp, dicht tegen/op haar/hun keel gezicht heeft/hebben gezet - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] heeft/hebben geschreeuwd gescholden - die [benadeelde partij3] en [benadeelde partij4] (na de autorit) uit elkaar heeft/hebben gehaald apart heeft/hebben meegenomen naar een telefoonwinkel - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] heeft/hebben gezegd dat ze de simkaart(en) doormidden moest(en) breken het/de contract(en) mobiele telefoon(s) aan hem, verdachte diens mededader(s) moest(en) geven; (zaaksdossiers 6 en 7) art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht

ALTHANS, dat hij op meerdere tijdstippen op of omstreeks 11 december 2010 te Apeldoorn te Amerfoort te Utrecht, in elk geval (telkens) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam van een valse hoedanigheid door een of meer listige kunstgrepen door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] heeft/hebben bewogen tot de afgifte van meerdere, althans een, mobiele telefoon(s) contract(en), in elk geval van enig goed, tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van meerdere, althans één, telefoonabonnement(en) hebbende verdachte zijn mededader(s) (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk listiglijk bedrieglijk in strijd met de waarheid - tegen die [benadeelde partij4] gezegd dat hij, verdachte, diens mededader(s) geld nodig had(den) vanwege schulden - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] gezegd dat zij meerdere, althans één telefoonabonnement(en) moest(en) afsluiten op haar/hun naam - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] gezegd dat hij, verdachte, diens mededader(s) het/de contract(en) wilde(n) hebben, omdat hij, verdachte, diens mededader(s) iemand wist(en) die het/de contract(en) kon ontbinden dat hij, verdachte diens mededader(s) iemand kende(n) die het/de contract(en) in het computersysteem kon wissen - tegen die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] gezegd dat ze de simkaart(en) doormidden moest(en) breken het/de contract(en) mobiele telefoons aan hem, verdachte diens mededader(s) moest(en) geven, - waardoor die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] werd(en) bewogen tot de afgifte van meerdere, althans één, mobiele telefoon(s) contract(en) tot het afsluiten van meerdere, althans één, telefoonabonnement(en), - terwijl die [benadeelde partij3] [benadeelde partij4] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij

heeft/hebben ontvangen; (zaaksdossiers 6 en 7) art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht 4. hij op meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 19 augustus 2009 tot en met 21 augustus 2009 te Apeldoorn, in geval (telkens) in Nederland (lid 3, onder 1 ) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een ander, te weten, [benadeelde partij5] (lid 1, onder 1 ) (telkens) door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie, heeft geworven vervoerd overgebracht gehuisvest opgenomen met het oogmerk van uitbuiting van die [benadeelde partij5] (lid 1, onder 4 ) (telkens) met één of meerdere van de onder 1 van dit artikel genoemde middelen, te weten door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie die [benadeelde partij5] heeft gedwongen bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid diensten de onder 1 van dit artikel genoemde omstandigheden, te weten door dwang geweld één of meer (andere) feitelijkheden door dreiging met geweld andere feitelijkheden afpersing misleiding door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht door misbruik van de kwetsbare positie, enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij, verdachte diens mededader(s), wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [benadeelde partij5] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid diensten,

heeft/hebben is/zijn verdachte diens mededader(s) - terwijl die [benadeelde partij5] in de schuldsanering zit - terwijl die [benadeelde partij5] een verstandelijke beperking heeft - terwijl die [benadeelde partij5] wordt begeleid door de Stichting Passarel - tegen die [benadeelde partij5] gezegd dat ze op zeer eenvoudige wijze aan geld kon komen - die [benadeelde partij5] verteld dat ze 1000 euro, althans een geldbedrag, kon verdienen als ze meerdere, althans één, telefoonabonnement(en) op haar naam zette - die [benadeelde partij5] in de auto vervoerd - met die [benadeelde partij5] naar de T- Mobile Primafoon Telfort Belcompany, althans naar een of meerdere telefoonwinkel(s) gegaan - (telkens) nadat die [benadeelde partij5] het/de telefoonabonnement(en) had afgesloten het/ de contract(en) mobiele telefoon(s) ingenomen van die [benadeelde partij5] gekregen - door welke feiten en omstandigheden voor voornoemde [benadeelde partij5] een (afhankelijkheids)situatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen onttrekken tengevolge waarvan zij geen weerstand aan verdachte diens mededader(s) heeft kunnen bieden - terwijl die [benadeelde partij5] geen bedrag heeft ontvangen van verdachte diens mededader - terwijl die [benadeelde partij5] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij heeft ontvangen (zaaksdossier 15) art 273f lid 3 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht art 273f lid 3 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht ALTHANS, dat hij op meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 19 augustus 2009 tot en met 21 augustus 2009 te Apeldoorn, in elk geval (telkens) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam van een valse hoedanigheid door een of meer listige kunstgrepen door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde partij5] heeft bewogen tot de afgifte van meerdere, althans één mobiele telefoon(s)

contract(en), in elk geval van enig goed, tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van meerdere, althans één telefoonabonnement(en), hebbende verdachte zijn mededader(s) (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk listiglijk bedrieglijk in strijd met de waarheid - tegen die [benadeelde partij5] gezegd dat ze op zeer eenvoudige wijze aan geld kon komen - die [benadeelde partij5] verteld dat ze 1000 euro, althans een geldbedrag, kon verdienen als ze meerdere, althans één, telefoonabonnement(en) op haar naam zette - waardoor die [benadeelde partij5] werd bewogen tot afgifte van meerdere, althans één mobiele telefoon(s) contract(en) tot het afsluiten van meerdere, althans één, telefoonabonnement(en), - terwijl die [benadeelde partij5] geen bedrag heeft ontvangen van verdachte diens mededader - terwijl die [benadeelde partij5] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij heeft ontvangen (zaaksdossier 15) art 326 Wetboek van Strafrecht art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht 5. hij op één tijdstip in of omstreeks de periode van 23 december 2010 tot en met 2 januari 2011 te Apeldoorn, in elk geval in Nederland, met het oogmerk van wederrechtelijke toe- eigening heeft weggenomen een laptop (merk Packard Bell), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde partij6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte; (zaaksdossier 8) art 310 Wetboek van Strafrecht ALTHANS, dat hij op één tijdstip in of omstreeks de periode van 23 december 2010 tot en met 2 januari 2011 te Apeldoorn, in elk geval in Nederland, opzettelijk een laptop (merk Packard Bell), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde partij6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk(e) goed(eren) verdachte anders dan door misdrijf, te weten als gebruiker als lener, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;

(zaaksdossier 8) art 321 Wetboek van Strafrecht. Taal- schrijffouten Voor zover in de tenlastelegging taal- schrijffouten kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging. Overwegingen ten aanzien van het bewijs1 Aanleiding tot het onderzoek Naar aanleiding van diverse meldingen van frauduleuze praktijken rondom het afsluiten van telefoonabonnementen in onder meer Apeldoorn werd door de recherche Apeldoorn in oktober 2011 een onderzoek gestart. Standpunt van het openbaar ministerie De officier van justitie heeft geconcludeerd tot bewezenverklaring van het onder 1 t/m 4 telkens primair tenlastegelegde feiten (mensenhandel). Ter zitting heeft de officier van justitie de bewijsmiddelen opgesomd en toegelicht aan de hand van haar schriftelijk requisitoir. Door de officier is vrijspraak gevorderd van de onder 5 tenlastegelegde diefstal én verduistering wegens onvoldoende bewijs. Beoordeling door de rechtbank - Vrijspraak mensenhandel (telkens primair, feiten 1-4) Door de officier van justitie is er voor gekozen om de feiten (het doen afsluiten van telefoonabonnementen ter verkrijging van telefoontoestellen) primair ten laste te leggen als (een vorm van) mensenhandel. Blijkens de Memorie van Toelichting bij het wetsvoorstel dat heeft geleid tot de Wet van 9 december 2004, waarbij artikel 273a (oud) van het Wetboek van Strafrecht (later vernummerd tot 273f) is ingevoerd, is bij mensenhandel steeds sprake van een vorm van uitbuiting. 'Mensenhandel is (gericht op) uitbuiting. Bij de strafbaarstelling van mensenhandel staat het belang van het individu voorop. Dat belang is het behoud van zijn of haar lichamelijke en geestelijke integriteit en persoonlijke vrijheid. De staat dient strafrechtelijke bescherming te bieden tegen aantasting van het recht op deze integriteit en vrijheid'. Daarbij past ook dat de strafbaarstelling van mensenhandel is geplaatst in titel XVIII Misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid. De delictsomschrijving in het eerste lid, aanhef en onder 4, van artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht, waarop de tenlastelegging (steeds) is toegesneden, heeft haar oorsprong in de Wet van 9 december

1993 waarbij artikel 250ter (oud) Sr werd gewijzigd. Uit de Memorie van Toelichting en de Memorie van Antwoord bij dat wetsvoorstel blijkt ook dat volgens de wetgever sprake moet zijn van een 'uitbuitingssituatie'. De vraag of en zo ja wanneer sprake is van uitbuiting is volgens de Hoge Raad niet in algemene termen te beantwoorden, maar is sterk verweven met de omstandigheden van het geval. Daarbij komt onder meer betekenis toe aan de aard en duur van de tewerkstelling, de beperkingen die zij voor betrokkene meebrengt en het economisch voordeel dat door de tewerksteller wordt behaald (HR 27 oktober 2009, LJN: BI7099). Verder dient het oogmerk van de dader om het slachtoffer in een uitbuitingssituatie te brengen of te houden, in te houden dat het slachtoffer in een situatie wordt gebracht of gehouden waarin het redelijkerwijs geen andere keuze heeft dan zich te laten exploiteren. In deze strafzaak tegen verdachte zijn meerdere slachtoffers voor de gek gehouden door het relaas van verdachte(n) dat, nadat zij - kort gezegd - op hun naam telefoonabonnementen met gratis toestellen hadden afgesloten, hun namen later uit de systemen zouden worden verwijderd. Deze handelwijze kan nog niet tot een bewezenverklaring van een op mensenhandel toegesneden tenlastelegging leiden. Weliswaar beschermt artikel 237f van het Wetboek van Strafrecht mensen tegen uitbuiting, die onder meer de in dit geval voor verdachte verrichte diensten kan omvatten, maar naar het oordeel van de rechtbank moet ook zulk handelen beoordeeld worden in de context van de door de wetgever met artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht nagestreefde bescherming van de geestelijke en lichamelijke integriteit en de persoonlijke vrijheid. Die te beschermen belangen zijn hier naar het oordeel van de rechtbank niet in het geding, zodat ook niet kan worden gezegd dat een uitbuitingssituatie, zoals de wetgever die heeft bedoeld en voor ogen heeft gestaan, zich hier voordoet. Daarbij speelt een rol dat bij het vervolgde handelen tussen de aangevers enerzijds en verdachte zijn medeverdachte(n) anderzijds steeds sprake is geweest van relatief kortdurende contacten. Bovendien kan niet bewezen worden dat de aangevers door alleen het gebruik van misleiding als dwangmiddel een reële vrije keuze om de telefoonabonnementen al dan niet af te sluiten, is onthouden. De rechtbank zal verdachte vrijspreken van de hem (telkens primair) ten laste gelegde (varianten van) mensenhandel. De rechtbank zal derhalve in het kader van het steeds primair ten laste gelegde niet tot een nadere bespreking van de afzonderlijke dwangmiddelen komen. Bij beoordeling van de (meer) subsidiair ten laste gelegde feiten zal daarop waar nodig, wel worden ingegaan. - Vrijspraak afpersing feit 3 subsidiair De rechtbank zal verder verdachte vrijspreken van de hem onder 3 subsidiair ten laste gelegde afpersing, nu zij dit feit niet wettig en overtuigend bewezen acht. Daartoe wordt het volgende overwogen. Door [benadeelde partij3] en [benadeelde partij4] zijn verklaringen afgelegd over het afsluiten van telefoonabonnementen op 11 december 2010 in Amersfoort en Utrecht en over de omstandigheden waaronder dat zou hebben plaatsgevonden. Aangeefsters zouden (verbaal) zijn bedreigd waarbij ook een mes zou zijn gebruikt. De verklaringen van beide

aangeefsters die op die onderdelen betrekking hebben, verschillen echter op essentiële onderdelen van elkaar. Geen van beide vrouwen heeft gezien dat de ander met een mes is bedreigd, terwijl het over en weer schelden evenmin op enigerlei wijze wordt bevestigd. De rechtbank heeft dan ook niet de overtuiging gekregen dat de aangeefsters door (bedreiging met) geweld zijn bewogen tot de afgifte van mobiele telefoons aan verdachte zijn medeverdachte(n). - Vrijspraak oplichting feit 3 meer subsidiair, 4 subsidiair en diefstal/verduistering 5 primair en subsidiair. Naar het oordeel van de rechtbank is niet wettig en overtuigend bewezen de oplichting die verdachte onder 3 subsidiair en 4 subsidiair is ten laste is gelegd. Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken. De rechtbank overweegt als volgt. (feit 3 meer subsidiair) [benadeelde partij4] heeft verklaard dat zij heeft gezegd verdachte niet te geloven toen hij vertelde dat hij een jongen kende die een computerzaak in Utrecht had en dat die alle abonnementen via het computersysteem kon wissen, zodat er geen abonnementen op hun naam zouden overblijven. [benadeelde partij3] heeft zich hier niet over uitgelaten. Juist deze uitlating van de zijde van verdachte zijn mededader zijn van doorslaggevende betekenis bij de beoordeling van de onderhavige feiten, aangezien daar met name het misleidende of samenweefsel van verdichtsels in schuilt. Het samenstel van uitlatingen dat resteert, is onvoldoende om tot een bewezenverklaring van een samenweefsel van verdichtsels te kunnen komen. Een en ander dient derhalve naar het oordeel van de rechtbank tot vrijspraak van het onder 1 meer subsidiair tenlastegelegde te leiden. (feit 4 subsidiair) De rechtbank is van oordeel dat het samenstel van uitlatingen dat tegenover [benadeelde partij5] is gedaan ('zeer eenvoudige wijze aan geld komen' en ' 1.000,- verdienen bij op naam zetten telefoonabonnementen') onvoldoende, namelijk in de kern als één leugen, is om tot een bewezenverklaring van de ten laste gelegde samenweefsel van verdichtsels te kunnen komen. Om die reden zal verdachte van het onder 6 subsidiair tenlastegelegde worden vrijgesproken. (feit 5 primair en subsidiair) Voor de diefstal of verduistering van de laptop van de moeder van verdachte is niet eenduidig komen vast te staan dat dit voorwerp zonder toestemming van aangeefster door verdachte is (weg- of) meegenomen en verkocht. Er dient derhalve vrijspraak te volgen. - Bewezenverklaring oplichting feit 1 subsidiair, feit 2 subsidiair Vast is komen te staan dat verdachte en zijn medeverdachte derden hebben bewogen op hun naam telefoonabonnementen af te sluiten en de daarbij verkregen (gratis) telefoons aan de verdachte of de mededader af te staan in ruil voor een geldelijke beloning. De rechtbank heeft niet met voldoende zekerheid kunnen vaststellen dat daarbij enige vorm van dwang is toegepast.

De rechtbank gaat bij de beoordeling van de ten laste gelegde feiten uit van de volgende feiten en omstandigheden. Door [benadeelde partij1] is aangifte2 gedaan van oplichting gepleegd op 7 september 2010 op de [adres] te Apeldoorn. Begin september 2010 is hij benaderd door een jongen die zich [alias] noemt. [alias] wachtte hem begin september voor school op. [alias] was toen samen met drie vrienden van hem, [vriend1], [vriend2] en [vriend3]. Hij vroeg aangever of hij snel veel geld wilde verdienen. Dit zou dan kunnen door telefoonabonnementen af te sluiten. Om dan vervolgens de telefoons met de bijbehorende contracten aan hem af te geven. Hiervoor zou hij dan 800 euro krijgen, als hij dan ook nog iemand kon vinden die hetzelfde zou doen. Hij heeft toen een vriend van hem, [benadeelde partij2], dit voorstel gedaan en hij stemde toe. Op 7 september 2010 is hij naar de KPN winkel in de [adres] in Apeldoorn gegaan en heeft daar twee abonnementen afgesloten. Op de parkeerplaats stond [alias] samen met [vriend3] en [vriend2] in zijn rode Honda Civic te wachten. Hij heeft zoals afgesproken de twee telefoons met bijbehorende contracten afgegeven en hij is toen alleen naar de Be1company gegaan. Daar heeft hij twee telefoonabonnementen met Vodafone afgesloten. Hij is toen weer naar de auto van [alias] gegaan om de telefoons en de contracten aan hem af te geven. Vervolgens is hij toen samen met [vriend3] naar Telfort gegaan en heeft daar een telefoonabonnement afgesloten. Uiteindelijk is hij samen met [alias] naar een telefoonwinkel aan de [adres] gelopen. Bij deze winkel is [alias] naar binnen gegaan met de telefoons. Toen hij uiteindelijk naar binnen mocht, gaf [alias] de telefooncontracten aan een medewerker van de winkel en zei daarbij: "Deze moet je even afsluiten". Hiermee bedoelde hij dat ze van aangevers naam gehaald moesten worden, zodat hij, zoals eerder afgesproken met [alias], geen rekeningen zou ontvangen. Dit was akkoord en de medewerker nam de papieren aan en ging ermee naar achteren. Aangever dacht toen dat het geregeld was. Toen ze buiten waren kreeg aangever 250 euro van [alias]. Een week later nog eens 300 euro. Toen had [benadeelde partij2] namelijk dezelfde klus geklaard als hij. De rest van het geld dat hij nog tegoed had, heeft hij niet gekregen. Op 23 september 2010 wilde aangever geld opnemen van zijn rekening maar dit kon niet ivm saldo tekort. Toen kwam hij erachter dat de contracten nog gewoon op zijn naam stonden. Er is inmiddels al een bedrag afgeschreven van 250 euro. Daarnaast is er een telefoonrekening binnengekomen van KPN van 509,68 euro en 107,50 euro van Telfort een rekening van 1.622,20 euro. Van de andere nummers weet hij het nog niet. De nummers zijn inmiddels geblokkeerd door de aanbieders zelf vanwege de hoge niet betaalde kosten. Hij heeft een telefoonnummer van de oma van [alias], [telefoonnummer]. Het signalement van [alias] is: [omschrijving]. Rijdt vaak in een rode Honda Civic. Het telefoonnummer van [alias] is [telefoonnummer]. Op 30 september 2010 is aangever bij de politie geweest met zijn bovengenoemde verhaal. Omdat dit toen naar het oordeel van de politie geen strafrechtelijke oplichting bleek te zijn kon er geen aangifte worden opgenomen. Op woensdag 20 april 2011 kreeg aangever te horen dat er een nieuwe uitspraak van de rechtbank in Groningen was en dat het nu wel een strafrechtelijke zaak was. Dat is de reden dat hij zijn getuigenverklaring heeft laten omzetten in een aangifte.

Door aangever zijn tijdens het onderzoek diverse stukken afgegeven welke verband hielden met het afsluiten van de telefoonabonnementen3, waaronder: - correspondentie van Vesting Finance d.d. 6 april 2011 namens Telfort 2.322 euro; hoofdsom 1.996,89 euro + bijkomende kosten4. - rekening van Intrum Justitia namens Vodafone Libertel1.680,54 euro5, - rekening van KPN d.d. 10 december 2010 1850,45 euro behorend bij telefoonnummers [telefoonnummer]. [benadeelde partij1] heeft verder nog verklaard7dat hij twee dagen na het afsluiten van de abonnementen nog terug is geweest naar de telefoonwinkel aan de [adres] te Apeldoorn. Toen de abonnementen waren afgesloten gingen ze naar die winkel. [alias] zei tegen die man aan wie hij de contracten gaf dat hij deze uit het systeem moest halen. De eerder door hem bedoelde man was volgens [alias] zijn oom. De man zei dat hij daar niets te zoeken had. Aangever zag toen een plastic tas van de KPN. Hij heeft die tas toen gepakt omdat hij dacht dat daar zijn spullen in zaten en is daarmee de winkel uitgelopen. Dit bleek echter de tas van [benadeelde partij2] te zijn. De schade voor hem is 8.000 euro afsluit- en telefoonkosten. Een kleine 2.000 euro moet nog betaald worden. [benadeelde partij2] heeft aangifte8 gedaan van oplichting gepleegd tussen 10 september 2010 en 29 september 2010 op de[adres] te Apeldoorn. Medio september 2010 is hij door [benadeelde partij1] benaderd. [benadeelde partij1] vertelde dat hij een mooi verhaal te horen had gekregen om snel geld te verdienen. Ze moesten een abonnement afsluiten en hun namen zouden direct uit het bestand van KPN Telecom worden gehaald. [benadeelde partij1] vertelde dat zij op een makkelijk manier snel geld konden verdienen. Aangever heeft later met [alias] besproken wat hij hier aan zou kunnen verdienen. [alias] is degene die alles heeft opgezet. Aangever kent hem via [benadeelde partij1]. Hij besloot om met [alias] in zee te gaan en hij heeft [alias] medio september ontmoet in de binnenstad. [benadeelde partij1] heeft alles geregeld met de afspraken met [alias]. Ze kwamen overeen dat aangever 6 abonnementen zou afsluiten en dat hij daarvoor 550 euro zou ontvangen van [alias]. Hij vertelde aangever daarbij dat hij ervoor kon zorgen dat zijn naam uit het bestand zou worden gehaald. Dit zou gebeuren bij een telefoonwinkel aan de [adres]. Hij is samen met [alias] meerdere winkels afgegaan om abonnementen op zijn naam af te sluiten. Ze zijn naar winkels geweest van KPN, Vodafone, T- mobile, Telfort, Belcompany. In elke winkel hebben ze één abonnement afgesloten. De abonnementen zijn op verschillende dagen afgesloten. Aangever weet in elk geval dat het KPN abonnement op een dinsdag is afgesloten. Hij kan dit zien op zijn bankafschrift. Hij deed het woord en [alias] stond erbij en bemoeide zich er soms mee. [benadeelde partij1] stond altijd buiten te wachten met een groep Turkse/Marokkaanse vrienden van [alias]. Toen hij de abonnementen had afgesloten werden alle tassen met telefoons door [alias] uit zijn handen getrokken. [alias] stond met een groep Turkse/Marokkaanse vrienden en [benadeelde partij1] en hij durfde op dat moment niets te doen. Aangever liet het over zich heenkomen. [verda[alias] is met de tassen met telefoons naar de telefoonwinkel aan de [adres] gegaan.

Het was de bedoeling dat hij de telefoons zou leveren, dat zijn naam uit het systeem zou worden gehaald en dat hij direct het geld zou ontvangen. Toen [verda[alias] naar buiten kwam gaf hij aangever 300 euro contant. De resterende 250 euro zou hij later krijgen. Begin oktober 2010 ontving aangever meerdere rekeningen van telecombedrijven. Hij verbaasde zich hierover want [verda[alias] zou ervoor zorgen dat hij uit het systeem zou worden gehaald. Als hij had geweten dat hij door het afsluiten hoge telefoonrekeningen zou ontvangen dan had hij deze abonnementen niet op zijn naam afgesloten. Aangever [benadeelde partij2] is aanvullend gehoord9 naar aanleiding van de rekening van KPN (dossierpag. 343-345) met als data 6 en 9 september 2011. Aangever verklaart dat hij in zijn aangifte al had aangegeven dat het afsluiten ook op een eerdere datum kon zijn geweest dan 10 september. De rechtbank constateert dat in het aanvullend proces- verbaal kennelijk een verschrijving heeft plaatsgevonden, aangezien de rekeningen waarnaar wordt verwezen (dossierpag. 343-345) zijn gedateerd in 2010 en niet in 2011. Door aangever zijn tijdens het onderzoek diverse stukken afgegeven welke verband hielden met het afsluiten van de telefoonabonnementen10, waaronder contracten ten name van aangever: bij Vodafone gedateerd 15 september 201011, twee contracten bij Telfort gedateerd 15 september 201012, bij Belcompany gedateerd 16 september 201013, alsmede diverse rekeningen met betrekking tot afgesloten abonnementen14. [naam2] heeft verklaard15 dat [alias] [verdachte] is, het broertje va[mededader1]edader1]. [mededader1] is gokverslaafd en regelt mensen om geld te verdienen. Hij had steeds mooie praatjes en mensen geloofden hem. Hij heeft zeker meer dan 10 mensen hier in Apeldoorn op die manier opgelicht. Hij kwam laatst een jongen tegen in Apeldoorn. Die jongen had geen arm. Die jongen vertelde dat hij voor [mededader1] telefoonabonnementen had afgesloten en nu met hoge schulden zat. Hij weet dat die jongen ruzie had met zijn broer omdat een van hen was opgelicht door [mededader1] en [alias]. Hij vroeg waarom hij [mededader1] en [alias] had geloofd. Die jongen met die arm huilde. Door de officier van justitie is een proces- verbaal van bevindingen16 opgemaakt naar aanleiding van de behandeling ter terechtzitting in de zaak van [verdachte]. Tijdens deze zitting was als benadeelde partij verschenen [benadeelde partij1]. Zij zag dat het grootste deel van de linker onderarm van [benadeelde partij1] ontbrak. [mededader2] heeft naar aanleiding van de vraag Wie is begonnen met de "handel" in telefoons? verklaard17 dat [alias] vertelde dat hij al eens zoiets had gedaan.

De rechtbank komt op grond van het vorenstaande tot de volgende bewezenverklaring. Bewezenverklaring Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 subsidiair en 2 subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat: 1 subsidiair hij op tijdstippen op 7 september 2010 te Apeldoorn tezamen en in vereniging met anderen (telkens) met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde partij1] heeft bewogen tot de afgifte van meerdere mobiele telefoons contract(en) en tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van meerdere telefoonabonnementen, hebbende verdachte zijn mededaders met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - bedrieglijk in strijd met de waarheid - aan die [benadeelde partij1] gevraagd of hij snel veel geld wilde verdienen - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat hij snel veel geld kon verdienen door meerdere telefoonabonnementen af te sluiten en vervolgens het/de (afgesloten) contract(en) en mobiele telefoon(s) aan hem af te geven en - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat het/die abonnement(en) niet op zijn, [benadeelde pa[benadeelde partij1], naam zou(den) komen en - tegen die [benadeelde partij1] gezegd dat hij 800 euro zou krijgen als hij nog iemand kon vinden die hetzelfde zou doen, te weten meerdere telefoonabonnement(en) afsluiten de contract(en) mobiele telefoon(s) afgeven aan hem verdachte, - waardoor die [benadeelde partij1] werd bewogen tot afgifte van meerdere mobiele telefoon(s) contract(en) en tot het afsluiten van meerdere telefoonabonnementen, - terwijl die [benadeelde partij1] een bedrag van (in totaal) 550 euro heeft ontvangen van verdachte - terwijl hij iemand had geregeld die hetzelfde zou doen, te weten meerdere telefoonabonnement(en) afsluiten het/de contract(en) mobiele telefoon(s) afgeven aan verdachte en - terwijl die [benadeelde partij1] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij(en) heeft ontvangen; feit 2 subsidiair hij op tijdstippen omstreeks de periode van 10 september 2010 tot en met 29 september 2010 te Apeldoorn tezamen en in vereniging met een ander

(telkens) met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde partij2] heeft bewogen tot de afgifte van meerdere mobiele telefoon(s) en tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van meerdere telefoonabonnementen, hebbende verdachte zijn mededader met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - bedrieglijk in strijd met de waarheid - tegen die [benadeelde partij2] gezegd dat hij snel veel geld kon verdienen door meerdere telefoonabonnementen af te sluiten en vervolgens het/die (afgesloten) contract(en) en mobiele telefoon(s) aan hem af te geven en - met die [benadeelde partij2] afgesproken dat hij 550 euro zou krijgen als hij zes telefoonabonnementen zou afsluiten het/de contract(en) en mobiele telefoon(s) zou afgeven aan hem en - tegen die [benadeelde partij2] gezegd dat hij, verdachte vervolgens ervoor zou zorgen dat de naam van [benadeelde partij2] uit het bestand zou worden gehaald, - waardoor die [benadeelde partij2] werd bewogen tot afgifte van meerdere mobiele telefoon(s) contract(en) en tot het afsluiten van meerdere telefoonabonnementen, - terwijl die [benadeelde partij2] een bedrag van 300 euro heeft ontvangen van verdachte en - terwijl die [benadeelde partij2] wel rekeningen van de telefoonmaatschappij heeft ontvangen. Vrijspraak van het meer of anders tenlastegelegde De rechtbank verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij. Strafbaarheid van het bewezenverklaarde Het bewezene levert op de misdrijven: feit 1 subsidiair en feit 2 subsidiair (telkens): medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd. Strafbaarheid van de verdachte Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Oplegging van straf maatregel De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte terzake de door haar bewezenverklaarde geachte feiten (feiten 1 t/m 4 telkens het primair tenlastegelegde) zal

worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 20 maanden. De officier heeft daarbij met name laten wegen de ernst van de gepleegde feiten. Door toedoen van verdachte zijn jonge mensen met grote schulden geconfronteerd. In totaal zijn 20 abonnementen afgesloten, waarbij elk feit op zich qua strafmaat in de visie van het openbaar ministerie vergelijkbaar is met het oriëntatiepunt dat in de LOVS- richtlijnen wordt gehanteerd voor woninginbraken. Het strafblad van verdachte geeft te zien dat verdachte diverse veroordelingen op zijn naam heeft staan voor zowel vermogensdelicten als delicten met een geweldscomponent. Aangezien het hier echter om een samenloop van verschillende feiten gaat, het oude feiten betreft en artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht van toepassing is, is een straf zoals geëist op zijn plaats. De rechtbank acht na te melden beslissing in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank heeft daarbij in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft zich een aantal malen schuldig gemaakt aan oplichting, door aangevers door het vertellen van mooie- maar onware verhalen ertoe te bewegen telefoonabonnementen af te sluiten en de verkregen telefoons aan hem af te geven. Aangevers was voorgespiegeld dat zij op die wijze makkelijk snel geld konden verdienen en niets meer van de zaak zouden horen, omdat hun gegevens uit het systeem zouden worden gehaald. Nadien zijn aangevers echter toch geconfronteerd met vorderingen van de telefoonmaatschappijen in verband met de door hen afgesloten abonnementen. Dat daardoor voor hen financieel nadeel is ontstaan is evident. Verdachte heeft zich kennelijk laten leiden door het snelle en makkelijke financiële gewin en heeft zich er niet om bekommerd dat dit voor de aangevers een gevoelig financieel gevolg zou hebben. Door toedoen van verdachte zijn ingevolge hetgeen door de rechtbank bewezen is geacht 10 telefoonabonnementen afgesloten ten koste van een twee aangevers/slachtoffers. Ten nadele van verdachte weegt dat hij in het verleden is veroordeeld terzake van onder meer vermogensdelicten, waaraan ook een element van het verkrijgen van financieel gewin kan worden ontleend. De rechtbank houdt bij de strafoplegging op de voet van artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht rekening met de veroordelingen die blijkens zijn strafblad aan verdachte zijn opgelegd nadat de onderhavige feiten zijn gepleegd. Het gaat om al wat oudere feiten, hetgeen ook van invloed is op de strafmaat. De rechtbank neemt tevens in aanmerking dat zij tot een andersoortige bewezenverklaring komt dan de officier van justitie van bovendien een beperkter aantal feiten. De rechtbank hanteert in beginsel als globale maatstaf voor 1 abonnement een gevangenisstraf van vijf weken. De rechtbank acht het opleggen van een deels voorwaardelijke gevangenisstraf - te weten een gevangenisstraf van 12 maanden waarvan 4 maanden voorwaardelijk - op zijn plaats. Het voorwaardelijk deel dient er toe om verdachte bewust te maken dat hij zich niet meer moet inlaten met dit soort praktijken.