Competitiereglement Bridgevereniging Adriaan Pauw Algemeen Artikel 1: 1. De organisatie en inrichting van de competities *) van de vereniging zijn een taak van de Technische Commissie (hierna T.C.) 2. Ook de organisatie en inrichting van andere bridgewedstrijden van de vereniging zijn een taak van de T.C. Voor deze wedstrijden is dit reglement van overeenkomstige toepassing, tenzij voor aanvang afwijkende regels worden aangekondigd. 3. Het aantal competities en speeldata worden aan het begin van elk seizoen aan de leden bekend gemaakt. 4. Alle wedstrijden worden gespeeld volgens de Internationale spelregels voor wedstrijdbridge 2007 (Nederlandse tekst). Bridgeparen Artikel 2: 1. Alle leden van de vereniging kunnen aan de competities en wedstrijden van de vereniging deelnemen mits als deel van een bridgepaar of -team. Een bridgeteam bestaat gewoonlijk uit 2 maar kan eventueel uit 3 leden bestaan. Alle bepalingen van dit reglement zijn voor hen van overeenkomstige toepassing. Afzegging, ook van het derde lid, gebeurt volgens de gangbare regels. 2. Zowel de samenstelling als de wijziging van een bridgepaar c.q. -team dienen de betrokken leden onderling overeen te komen. Het bestuur noch de T.C. kunnen hiervoor verantwoordelijk worden gehouden. 3. Wijzigingen van een bridgepaar kunnen nooit tijdens een competitie worden doorgevoerd. 4. Nieuwe partners die (nog) geen lid zijn van de vereniging kunnen zonder voorafgaande toestemming van het bestuur niet worden toegelaten. Indeling in lijnen Artikel 3: 1. Aan het begin van ieder speelseizoen stelt de T.C. in overleg met het bestuur de indeling van de paren in lijnen vast. 2. Een competitie bestaat uit een serie van meerdere (meestal 5 of 6) speelavonden (zittingen). 3. De competities worden gespeeld in meerdere lijnen, waarbij de teams of paren naar speelsterkte worden ingedeeld. De indeling geschiedt zodanig dat de lijnen ongeveer even groot zijn. Om dit te bereiken kan de promotie/degradatie aan het begin van een competitie door de T.C. in overleg met het bestuur worden aangepast. 4. Veranderen van partner kan alleen aan het einde van een competitie. 5. Paren die bestaan uit nieuwe leden, of paren die gevormd zijn door wisseling van partner, zullen door de T.C. in overleg met het bestuur worden ingedeeld. Paren die bestaan uit nieuwe leden zullen in het algemeen in de laagste lijn worden ingedeeld. * ) In dit reglement worden de termen competitie, competitieronde en (competitie)serie door elkaar gebruikt en hebben dezelfde betekenis. Goedgekeurd in ALV d.d. 26 september 2016 1
Het wedstrijdschema Artikel 4: 1. De T.C. stelt elk jaar een wedstrijdschema vast en legt dit voor aan het bestuur. 2. Na goedkeuring wordt aan het begin van het speelseizoen een exemplaar aan de leden ter beschikking gesteld. In dir schema wordt vastgelegd: 3. Het aantal competities per seizoen. 4. Het aantal wedstrijden per competitie. 5. Aantal en soort van de overige speelavonden. 6. De data van de wedstrijdavonden. De speelavonden Artikel 5: 1. De vaste speelavonden beginnen om 19.30 uur. Deelnemers die zich na genoemd tijdstip aan de receptietafel melden kunnen geen recht op deelname laten gelden. 2. De T.C. wijst voor iedere wedstrijd een wedstrijdleider aan die verantwoordelijk is voor de zaalindeling en de goede gang van zaken tijdens de wedstrijd. Verder wijst de wedstrijdleider voor iedere wedstrijd per lijn aan zgn. arbiter aan. Een arbiter kan nooit in de eigen lijn arbitreren. 3. Indien een speler verhinderd is aan een speelavond deel te nemen dient dit zo spoedig mogelijk maar in ieder geval vóór zondagavond 21.00 uur telefonisch aan het zgn. afbeladres of door middel van de e-mailservice, aan de wedstrijdleider en aan de partner te worden gemeld. In de speelzaal is ook een boek aanwezig waarin verhinderingen kunnen worden vermeld. 4. Indien een paar door verhindering van een lid incompleet is kan het wel spelende lid een vervanger aan de wedstrijdleider voorstellen. De wedstrijdleider beslist over deelname van deze vervanger. Indien er een ander incompleet paar van ongeveer dezelfde speelsterkte is, zal de wedstrijdleider voorkeur aan het lid van dit paar geven. In ieder ander geval zal de wedstrijdleider zelf een vervanger voor het incomplete paar zoeken. 5. De wedstrijdleider kan voor het goede verloop van de wedstrijd een paar in een andere lijn, zowel hoger als lager, laten spelen. In het algemeen wordt dat bridgepaar aangewezen dat op de ranglijst in de eigen lijn het dichtst bij de gemiddelde score staat. Dit paar krijgt voor die speelavond een voorlopige score van 50%. Na de laatste speelavond van de desbetreffende competitie wordt de voorlopige score vervangen door het gemiddelde percentage behaald in de eigen lijn, maar nooit minder dan 50%. Is het percentage behaald in een andere lijn hoger dan dit gemiddelde percentage, dan wordt het hogere percentage toegekend. 6. Deze regels zijn van overeenkomstige toepassing indien niet een paar maar een enkel lid in een andere lijn wordt ingedeeld. Het spelen Artikel 6: 1. Per avond worden 24 spellen gespeeld, verdeeld over 6 ronden van elk 4 spellen. 2. Nadat alle paren in een lijn alle spellen hebben gespeeld wordt de score in overeenstemming met de door de NBB-regels in honderdsten van procenten vastgesteld. 3. Bridgeparen zijn verplicht een zodanig speeltempo aan te houden dat er vier spellen per half uur worden gespeeld. Na het eerste belsignaal van de bridgeklok mag niet meer met een nieuw spel worden begonnen. Bij overtreding hiervan zal de wedstrijdleider een waarschuwing geven. Bij iedere volgende keer zal de wedstrijdleider een arbitrale score toekennen. Een spel dat op deze wijze een arbitrale score krijgt mag niet nagespeeld worden. 4. Over de behaalde resultaten worden conform de regels van de NBB meesterpunten toegekend. 5. Gebruik van een systeemkaart is verplicht en deze dient ongevraagd op tafel te worden Goedgekeurd in ALV d.d. 26 september 2016 2
gelegd. 6. De stop- en alerteerbepalingen van de NBB zijn van toepassing. 7. De Bruine Sticker Conventie (BSC) en Hoogst Ongebruikelijke Methodes (HOM) zijn overeenkomstig de bepalingen van de NBB verboden. Aan-/afwezigheid Artikel 7: 1. Indien een bridgepaar met kennisgeving afwezig is, wordt voor de 1e keer de voorlopige score van 50% toegekend. Elke volgende keer dat het desbetreffende paar afwezig is zal de voorlopige score 2 ½ % lager zijn. Aan het einde van de desbetreffende competitie wordt aan het bridgepaar voor de avond(en) dat men afwezig was de gemiddelde score toegekend van de avonden dat men wel aanwezig was, echter dit kan nooit meer zijn dan de toegekende voorlopige score voor die avond(en). 2. Bij afwezigheid op de laatste zitting van een serie krijgt men 45%, tenzij men meer dan 3 avonden van deze serie afwezig is geweest. In dat geval krijgt men het lagere percentage zoals in lid 1. van dit artikel vermeld. 3. Bij afwezigheid zonder kennisgeving wordt een score van 40% toegekend. 4. Is een bridgepaar met kennisgeving afwezig voor het spelen van een wedstrijd van de NBB of van een van haar districten als vertegenwoordiger van de vereniging, dan krijgt men de gemiddeld behaalde score over de gespeelde avonden van die competitie toegekend (echter met een minimum van 50%). Deze regel wordt ook toegepast indien de afwezigheid te maken heeft met het deelnemen aan een cursus, een vergadering van de NBB, of van het district waar de vereniging onder valt. 5. Indien een bridgepaar vooraf kenbaar heeft gemaakt één of enkele series afwezig te zijn kan dat bridgepaar niet verder dan één lijn promoveren of degraderen. Dit geldt eveneens indien de afwezigheid achteraf blijkt te zijn veroorzaakt door ziekte. 6. Indien een lid vooraf kenbaar heeft gemaakt een geheel seizoen afwezig te zijn, blijven zij lid indien zij zich als donateur aanmelden met inbegrip van de kosten van de NBB. Spelen met vervanger/invaller Artikel 8: 1. Indien een lid met een ander lid van de vereniging speelt die niet zijn/haar partner is krijgen beiden in principe de eigen score, echter met een minimum van 45%. Indien de spelers in een verschillende lijn spelen, wordt in principe in de lijn van de hoogst geplaatste speler gespeeld. Voor de laagst geplaatste speler geldt dan een ondergrens van 50%. 2. Indien een lid met een invaller van buiten de vereniging speelt geldt een scorebegrenzing van minimaal 45% tot maximaal 55%. 3. Indien een lid met een invaller van buiten de vereniging in een hogere lijn speelt geldt een minimum score van 50%. Promoveren en degraderen Artikel 9: 1. Indien een lijn uit 14 of meer paren bestaat, promoveren minimaal de drie hoogst geëindigde bridgeparen. De drie bridgeparen die het laagst zijn geëindigd degraderen. 2. Indien een lijn bestaat uit 13 of minder bridgeparen, promoveren in ieder geval de twee hoogst geëindigde paren, de twee laagst geëindigde paren degraderen. 3. In aanvulling op de leden 1 en 2 van dit artikel geldt dat elk bridgepaar dat aan het eind van een competitie een gemiddelde score van minder dan 47½ % heeft behaald eveneens degradeert, met dien verstande dat dit alleen van toepassing is indien in de lagere lijn minimaal een zelfde aantal paren een gemiddelde van 50% of meer hebben behaald. Indien Goedgekeurd in ALV d.d. 26 september 2016 3
een minder aantal paren in de lagere lijn een gemiddelde van 50% of meer hebben gehaald, degraderen en promoveren dat aantal paren als in de lagere lijn dit gemiddelde van 50% hebben gehaald. 4. Promotie is alleen mogelijk als een bridgepaar tenminste 2/3e van het aantal zittingen van de desbetreffende competitie in de oorspronkelijke samenstelling heeft gespeeld. Afwezigheid geldt als niet in de oorspronkelijke samenstelling gespeeld. Kampioenschappen Artikel 10: 1. Na elke competitie ontvangen de eerste 16 bridgeparen in elke lijn kampioenspunten, overeenkomstig de door de WEKO van de NBB vastgestelde en aan dit reglement toegevoegde tabel. 2. Het bridgepaar dat aan het einde van het seizoen in totaal de meeste kampioenspunten heeft behaald is de CLUBKAMPIOEN. 3. Het bridgepaar dat aan het eind van het seizoen de meeste slempunten heeft behaald is de SLEMKAMPIOEN. 4. Slempunten worden als volgt toegekend: 1. Per geboden en gehaald klein slem in een kleur : 1 punt. 2. Per geboden en gehaald klein slem in Sans Atout: 2 punten. 3. Per geboden en gehaald groot slem in een kleur : 3 punten. 4. Per geboden en gehaald groot slem in Sans Atout: 4 punten. 5. De topintegraal- c.q. tussencompetitie wordt gespeeld tussen twee competitierondes en bestaat uit tenminste 4 zittingen. Bij de indeling van paren wordt geprobeerd dat ieder paar tenminste éénmaal ieder ander paar van de vereniging zal ontmoeten, met uitzondering van de laatste wedstrijd. Dan wordt de indeling gemaakt aan de hand van de ranglijst. De bepalingen ten aanzien van het spelen met een andere partner evenals die van promotie en degradatie zijn van overeenkomstige toepassing. 6. Het bridgepaar dat na afloop van de competitie het hoogste percentage heeft behaald, mag zich topintegraal- c.q. tussencompetitie-kampioen noemen. 7. Om clubkampioen, slemkampioen, topintegraal- c.q. tussencompetitie-kampioen te kunnen worden moet een paar tenminste 2/3e van het totaal aantal zittingen in de originele samenstelling hebben gespeeld. Dit reglement is opgesteld door de Technische Commissie en door het bestuur bindend verklaard voor alle speelavonden waarop volgens het wedstrijdjaarprogramma wordt gespeeld. Dit reglement vervangt alle voorgaande. Aldus vastgesteld in de algemene vergadering van 26 september 2016 De voorzitter Secretaris Voorzitter T.C. Goedgekeurd in ALV d.d. 26 september 2016 4
Overzicht kampioenspunten Adriaan Pauw Rang A-lijn B-lijn C-lijn D-lijn 1 100 74 55 41 2 90 67 50 37 3 80 59 44 33 4 70 52 38 29 5 60 44 31 24 6 50 37 27 21 7 45 33 24 18 8 40 29 21 15 9 35 26 19 13 10 30 22 16 11 11 25 18 13 9 12 20 14 9 7 13 15 11 7 5 14 10 7 5 3 15 5 3 2 2 16 1 1 1 1 Goedgekeurd in ALV d.d. 26 september 2016 5