E U R O P E S E N O R M pren E U R O P Ä I S C H E N O R M E U R O P E A N S T A N D A R D N O R M E E U R O P É E N N E maart 2001

Vergelijkbare documenten
Nederlandse norm. NEN-EN-ISO 6165 (nl) Grondverzetmachines Basistypen Woordenlijst (ISO 6165:1997)

Voorbeeld. Preview NEN-EN Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN

Nederlandse norm NEN-EN Afsluiters - Termen en definities - Deel 3: Definitie van basisbegrippen

Voorbeeld. Preview. Correctieblad NEN-ISO 6411/C1. Technische tekeningen Vereenvoudigde tekenwijze van centergaten (ISO 6411:1982) Nederlandse norm

Voorbeeld NEN-EN 577. Preview. N Nederlands. Aluminium en aluminiumlegeringen. Vloeibaar metaal. Specificaties

Voorbeeld NEN-EN 872. Preview. Waterkwaliteit. Bepaling van het gehalte aan gesuspendeerde stoffen. Methode door filtratie over glasvezelfilters

Voorbeeld. Preview NEN-EN War m gewalste I-profielen met tapsvormige flenzen. Toleranties op vorm en afmetingen. Nederlands

Voorbeeld NEN-EN Preview. buizen en profielen. Deel 3: Ronde staven, toleranties op afmetingen en vorm. Nederlandse.

Vervangt NEN 3399:1992; NEN-EN :1999 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (nl)

Dit document bevat de vertaling in het Nederlands van de Europese norm EN ISO 13920, augustus 1996.

Nederlandse NEN-EN 10204

Dit document bevat de vertaling van de Europese norm EN :1993, 1e druk, september 1993.

Dit document bevat de vertaling van de Europese norm EN , december 1994.

Dit document bevat de vertaling in het Nederlands van de Europese norm EN 10055, november 1995.

Voorbeeld. norm NEN-ISO Preview

Voorbeeld. Preview. Technische tekeningen. Schroefdraden en onderdelen met schroefdraad. Deel 1: Algemene beginselen (ISO :1993) Nederlandse

Nederlands Normalisatie-instituut Polakweg 5, Postbus 5810, 2280 HV Rijswijk (ZH), telefoon (070) *, telex 32123, postrekening 25301

Voorbeeld NEN-EN Preview. Aluminium en aluminiumlegeringen. Traanplaat. Specificaties. Nederlands

Dit document bevat de vertaling in het Nederlands van de Europese norm EN 970, februari 1997.

Samen met NEN-ISO 68-1:1999 vervangt deze norm NEN 81:1982. Nederlandse norm NEN-ISO 724

Voorbeeld NEN-EN Preview. Niet-destructief onderzoek. Penetrantonderzoek. Deel 1: Algemene beginselen. Nederlands

Voorbeeld. norm NEN-EN 795. Preview. Persoonlijke beschermingsmiddelen. Nederlands

Voorbeeld NEN-EN Preview. Aluminium en aluminiumlegeringen. Plaat en band. Deel 4: Toleranties op vorm en afmetingen van koudgewalste produkten

In relatie tot het Kwaliteitskader voorkomen seksueel misbruik in de Jeugzorg

Voorbeeld NËN : ISÖ3903. Preview. Nederlandse. Scheepsbouw en maritieme constructies. Gewone rechthoekige scheepsramen (ISO 3903:1993)

Voorbeeld. Jeugdzorg. Preview. Addendum bij het HKZ-certificatieschema >

Dit document bevat de vertaling in het Nederlands van de Europese norm EN 277, april 1995.

NEN VERKLARINGEN. bevat. het model van de overeenstemmingsverklaring. in het kader van de Laagspanningsrichtlijn

Dit document bevat de vertaling in het Nederlands van de Europese norm EN , maart 1998.

Boormaten voor kerngaten van schroefdraad

Justitiële Jeugdinrichtingen

Voorbeeld. Preview. Uitwendige bekleding met PE van ondergronds te leggen stalen buizen en hulpstukken. NEN e druk, september 1986

Vervangt NEN-EN 755-7:1995 Ontw. Nederlandse norm NEN-EN 755-7

Voorbeeld NEN-EN Preview. Koudgewalst breedband en plaat van corrosievast staal -Toleranties op afmetingen en vorm.

Voorbeeld. Preview. Braille. 8-puntsbrailleschrift voor teksttoepassing. Nederlandse NEN Onderwerp en toepassingsgebied.

Voorbeeld. Onderdeel Sociaal Cultureel Werk/Welzijn ouderen. Preview. Certificatieschema Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening > Versie 2009

Veiligheidsmodule. HKZ-certificatieschema Instellingen voor geestelijke gezondheidszorg > Versie 2011

Nederlandse norm. NEN-EN A1 (nl) Onderzoek en beoordeling van de buitenriolering - Deel 2: Coderingssysteem voor visuele inspectie

Nederlandse norm. NEN-EN A1 (nl) Onderzoek en beoordeling van de buitenriolering - Deel 2: Coderingssysteem voor visuele inspectie

Low voltage electrical installations - Part 6: Verification. Central Secretariat: rue de Stassart 35, B Brussels

Cliënt - / Patiëntveiligheid

Voorbeeld NEN-EN 349. Preview. Veiligheid van machines. Minimumafstanden ter voorkoming van het bekneld raken van menselijke lichaamsdelen.

Dit document bevat de vertaling in het Nederlands van de Europese norm EN 626-1, oktober 1994.

Voorbeeld. Bureaus Jeugdzorg. Preview. Certificatieschema > Versie Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN

Voorbeeld NEN-EN Preview. Gieterijtechniek- Bainitisch nodulair gietijzer. Nederlands

Voorbeeld. Preview. Maattoleranties voor de bouw. Begripsomschrijvingen en algemene regels

Voorbeeld NEN-EN 294. Preview

Voorbeeld. Preview NEDERLANDSE NORM UDC

NEDERLANDS NORMALISATIE-INSTITUUT

Vervangt NEN 3399:1992; NEN-EN :1999 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (nl)

Nederlandse norm. NEN-EN-ISO (nl) Bouwkundige tekeningen - Aanduidingssystemen - Deel 2: Ruimtenamen en -nummers (ISO :1998)

Vervangt NPR 3637:1994. Nederlandse praktijkrichtlijn NPR 3637

Leveringsvoorwaarden voor de oppervlaktegesteldheid. plaatstroken en profielen van staal

Bedrijfsvoering van elektrische installaties. Operation of electrical installations. Aanvullende Nederlandse bepalingen voor hoogspanningsinstallaties

2.1.3 op/oden: Het langs een verticale lijn omhoog brengen vaneen meetpunt voor het uitzetten van horizontale maten.

Norm > Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. Onderdeel Maatschappelijke Hulp- en Dienstverlening

Voorbeeld. Verpleging, Verzorging en Thuiszorg Onderdeel Kraamzorg. Preview. Certificatieschema > Versie 2012

Voorbeeld. Onderdeel Peuterspeelzalen. Preview. Norm > Kinderopvang. Versie 2014

Voorbeeld. Preview HD S2

Deze norm is van toepassing op straat-, trottoir- en gecombineerde straat-trottoirkolken ongeacht de gebruikte

Voorbeeld NEN-EN 842. Preview. Veiligheid van machines - Visuele gevaarsignalen - Algemene eisen, ontwerpprincipes en beproevingsmethoden.

Voorbeeld. Verpleging, Verzorging en Thuiszorg. Preview. Norm > Onderdeel Kraamzorg. Versie 2015

Voorbeeld. Preview. Technische tekeningen NEN-IS Vereenvoudigde tekenwijze van centergaten NEDERLANDSE NORM

Voorschriften Beton VB19 4. Deel D Ongewapend beton Aanvullende bepalingen. concrete 1974 Part D - Non-reinforced concrete. Additional requirements

Geluidwering in woongebouwen. NPR e druk augustus 1981 UDC :

Voorbeeld NEN-EN Preview. Aluminium en aluminiumlegeringen. Geëxtrudeerde staven, buizen en profielen. Deel 1: Technische leveringsvoorwaarden

3.1 Het schrift dat in samenhang met de symbolen wordt gebruikt, moet voldoen aan de eisen in ISO

Vlakglas. 2.1 lichtdoorlatendheid (r): Het quotiënt van de doorgelaten en de opvallende straling.

Inleiding. NEN 2887 is eerder als praktijkrichtlijn (NPR 2887) in januari 1986 verschenen. Daarin was het hoofdstuk "Controlemetingen"

Cliënt-/patiëntveiligheid

Voorbeeld. hiv-behandelcentra. Preview. Certificatieschema > Versie Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN

Eerstelijns gezondheidszorg van het ministerie van Defensie

Voorbeeld. Onderdeel Bemiddeling. Preview. Norm > Verpleging, Verzorging en Thuiszorg

UDC : Scheepsbouw. Toelaatbare afwijkingen bij het afschrijven, het bewerken van materialen en het samenstellen van secties

Voorbeeld. Gehandicaptenzorg. Preview. Norm > Versie Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN

Nederlandse norm. NEN-EN (nl) Producten van staal - Keuringsdocumenten - Lijst en omschrijving van informatie

Transcriptie:

E U R O P E S E N O R M pren 13508-2 E U R O P Ä I S C H E N O R M E U R O P E A N S T A N D A R D N O R M E E U R O P É E N N E maart 2001 ICS 93.030 Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This document may only be used on a stand-alone PC. Use in a network is only permitted when a supplementary license agreement for us in a network with NEN has been concluded. Nederlandse versie Toestandvaststelling van de buitenriolering Deel 2: Coderingssysteem bij visuele inspectie Erfassung des Zustands von Entwässerungssystemen außerhalb von Gebäuden: Teil 2: Kodiersystem für die optische Inspektion Establishment of the condition of drain and sewer systems outside buildings Part 2: Visual inspection coding system Détermination de l état des réseaux d évacuation et d assainissement à l extérieur des bâtiments Partie 2 : Système de codage de l inspection visuelle Deze conceptnorm is de Nederlandse versie van de Europese conceptnorm pren 13508-2. Hij is vertaald door het Nederlands Normalisatie-instituut. De Engelse versie van deze conceptnorm zal binnenkort naar de leden van CEN worden gestuurd voor de formele afstemming. Hij is opgesteld door de technische commissie CEN/TC 165. Indien dit concept een Europese norm wordt, zijn de CEN-leden verplicht zich te houden aan het huishoudelijk reglement van CEN/CENELEC, waarin is vastgelegd onder welke voorwaarden aan deze Europese norm, zonder veranderingen, de status van nationale norm moet worden gegeven. Deze concept Europese norm zal in drie officiële versies bestaan (Engels, Frans, Duits). Een versie in een andere taal, die onder verantwoordelijkheid van een CEN-lid in zijn landstaal is gemaakt en die is aangemeld bij het centrale secretariaat, heeft dezelfde status als de officiële versies. Leden van CEN zijn de nationale normalisatie-organisaties van België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, IJsland, Italië, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Tsjechië, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland. CEN Europese Commissie voor Normalisatie European Committee for Standardization Comité Européen de Normalisation Europäisches Komitee für Normung CONCEPT Centraal Secretariaat: Rue de Stassart 36, B-1050 Brussel 2001 Auteursrechten voorbehouden aan de CEN-leden.

Voorwoord Deze Europese norm voor het coderen van informatie uit de visuele inspectie van riolering is opgesteld door de Technische Commissie CEN/TC 165 "Afvalwatertechniek", waarvan DIN het secretariaat heeft. Dit is het tweede deel in een reeks met betrekking tot de inspectie en beoordeling van riolering. Er zijn de volgende 2 delen: Toestand van de buitenriolering- Deel 1 Deel 2 Algemene eisen Coderingsysteem voor de visuele inspectie Andere delen, die betrekking hebben op andere inspectiemethoden, kunnen later toegevoegd worden. Bij het opstellen van deze Europese norm is rekening gehouden met andere beschikbare normen, in het bijzonder met NEN-EN 752 "Buitenriolering" Voor het afwerken van inspectieprogramma's waarmee begonnen is vóór publicatie van deze norm; voor de wijziging van de beschikbare gegevens en software in coderingsystemen volgens deze norm en om rekening te houden met de noodzakelijke scholing van de inspecteurs is een overgangsperiode tot xxx-yyy-zzz toegestaan voor het intrekken van nationale normen die hiermee in strijd zijn en voor de toepassing van deze norm. Gedurende deze overgangsperiode zijn reeds bestaande coderingsystemen geldig tezamen met deze norm. Als de hierboven genoemde voorwaarden zijn gerealiseerd vóór de einddatum van de overgangsperiode mag deze norm eerder worden geïmplementeerd. 2

Inhoud Voorwoord...2 Inleiding...4 1 Onderwerp en toepassingsgebied...4 2 Normatieve verwijzingen...4 3 Termen en definities...4 4 Bronnen voor aanvullende informatie...8 5 Algemeen...9 6 Afvoerleidingen en riolen - Coderingsysteem...11 7 Afvoerleidingen en riolen - Basisinformatie...11 8 Afvoerleidingen en riolen - Codes...13 9 Rioolputten en Inspectieputten - Coderingsysteem...30 10 Rioolputten en inspectieputten - Basisinformatie...30 11 Rioolputten en inspectieputten - Codes...32 12 Documentatie...51 Bijlage A (normatief) Nationale equivalente coderingsystemen...52 Bijlage B (informatief) Format voor de elektronische uitwisseling van gecodeerde gegevens...53 Bijlage C (informatief) Aanbevolen systeem voor het coderen van de Basisinformatie voor Afvoerleidingen en Riolen...58 Bijlage D (informatief) Aanbevolen systeem voor de coderen van basisinformatie voor rioolputten en inspectieputten...68 Bijlage E van een coderingsblad...77 Bijlage F (informatief) Foto s die het coderingsysteem voor afvoerleidingen en riolen illustreren...78 Bijlage G (informatief) Foto s die het coderingsysteem voor rioolputten en inspectieputten illustreren...111 Bijlage H (informatief) Bronnen van aanvullende informatie...126 3

Inleiding Bij het opstellen van deze ontwerpnorm is rekening gehouden met bestaande nationale coderingsystemen. Om het verband met de bestaande gegevens te bewaren, heeft TC165/WG22 geprobeerd te waarborgen dat er een gelijkwaardige code is, of een combinatie van codes, voor iedere geregistreerde waarneming in een bestaand nationaal systeem. Hierdoor moeten bestaande gegevens omgezet kunnen worden naar het nieuwe coderingsysteem. Op dit moment varieert de hoeveelheid geregistreerde details in de diverse landen. De keus tussen de bijzonderheden die geregistreerd moeten worden en de uitgebreidheid van de details die daarbij behoren, wordt overgelaten aan de beherende instantie. Vóórdat de norm volledig kan worden toegepast, zal een uitgebreide herscholing van de inspecteurs en aanpassing van de software noodzakelijk zijn. 1 Onderwerp en toepassingsgebied Deze Europese norm is van toepassing voor het vastleggen van de toestand van de riolering door inspectie, door het coderen van de toestand en het hierbij in overweging nemen van externe factoren en overige informatie. Deze norm is van toepassing voor buitenriolering onder vrijverval, vanaf de binnenriolering of vanaf het punt dat het afvalwater een kolk ingaat, tot het punt dat het in een zuiveringsinstallatie of op ontvangend water wordt geloosd. Aansluitleidingen en riolen onder gebouwen vallen hier ook onder, indien deze geen deel uitmaken van de binnenriolering. Dit deel van de Europese norm specificeert een coderingsysteem voor het beschrijven van de inwendige toestand van buitenriolering, rioolputten en inspectieputten, vastgesteld tijdens de visuele inspectie. Waar dat geëigend is, kan het ook worden gebruikt voor overdruk- en onderdruk systemen in overeenstemming met de eisen van de beherende instantie. Dit deel van de Europese norm specificeert over het algemeen niet de eisen voor het uitvoeren van de inspecties. 2 Normatieve verwijzingen Deze Europese norm bevat, door gedateerde of ongedateerde verwijzing, bepalingen uit andere publicaties. Deze normatieve verwijzingen zijn op passende plaatsen in de tekst aangehaald en de publicaties zijn hierna opgesomd. Bij gedateerde verwijzingen zijn latere verwijzingen of herzieningen van deze publicaties slechts van toepassing op deze Europese norm, indien ze door wijziging of herziening daarin zijn verwerkt. Bij ongedateerde verwijzingen is de laatste druk van de publicatie waarnaar is verwezen van toepassing. NEN-EN 752-1: 1995 NEN-EN 752-5: 1997 NEN-EN 752-7: 1998 Buitenriolering Deel 1: Algemene termen en definities. Buitenriolering Deel 5: Herstel of aanpassen van het oorspronkelijk functioneren Buitenriolering Deel 7: Gebruik en onderhoud 3 Termen en definities Voor de toepassing van deze Europese norm gelden de volgende definities: OPMERKING Deze definities zijn algemene termen. Andere, specifieke, termen zijn in de tekst gedefinieerd. 3.1 stelconstructie het deel van een rioolput of inspectieput tussen het deksel met putrand en de schacht. Dit wordt gebruikt om het peil van het deksel met putrand te stellen om overeen te komen met de gewenste maaiveldhoogte 4

3.2 valput rioolput met een aansluiting van een hoger gelegen aansluitleiding of riool via een verticale pijp die uitkomt op de bodem van de put of net erboven (NEN-EN 752-1) 3.3 banket bijna horizontaal oppervlak grenzend aan het stroomprofiel in een rioolput of inspectieput of in een groot riool 3.4 putkamer onderdeel van een rioolput of inspectieput dat voorziet in een werkruimte boven het stroomprofiel 3.5 putdeel samenstellend onderdeel van een rioolput of een inspectieput dat gefabriceerd is als een enkel geheel en bedoeld is om verbonden te worden met andere putdelen 3.6 gemengd rioolstelsel rioolstelsel ontworpen om zowel huishoudelijk als bedrijfsafvalwater en afgestroomd hemelwater in één leidingstelsel te transporteren (NEN-EN 752-1) 3.7 aansluiting een algemene term, die gebruikt wordt voor de plaats waar de ene leiding samenkomt met een andere leiding of met een rioolput of inspectieput 3.8 aansluitleiding een gewoonlijk ondergrondse leiding die afvalwater en/of afgestroomd hemelwater van een gebouw of een kolk naar een riool voert (NEN-EN 752-1) 3.9 systeem van aansluitleidingen aansluitleidingstelsel afvoerstelsel dat afvalwater en/ of afgestroomd hemelwater afvoert naar een IBA-systeem, een rioolstelsel of een andere lozingsplaats 3.10 beherende instantie de organisatie die eigenaar is of verantwoordelijk is voor de inspectie van een afvoerleidingstelsel of een rioolstelsel 3.11 exfiltratie het uittreden van rioolwater uit een systeem van aansluitleidingen of een rioolstelsel naar de omringende bodem (NEN-EN 752-1) 3.12 afschot verhouding tussen de verticale en de horizontale projecties van een leidinglengte (NEN-EN 752-1) 3.13 stelsel onder vrij verval 1) systeem van aansluitleidingen of rioolstelsel waarin het afvalwater door de zwaartekracht wordt getransporteerd en waar de leidingen ontworpen zijn om onder normale omstandigheden deels gevuld te zijn (NEN-EN 752-1) 1) Het tweede deel van deze definitie is in Nederland niet van toepassing onder rwa-omstandigheden. 5

3.14 grondwater water dat aanwezig is in de bodem (NEN-EN 752-1) 3.15 infiltratie het binnendringen van grondwater in een systeem van aansluitleidingen of een rioolstelsel (NEN-EN 752-1) 3.16 inspectieput put met een verwijderbaar deksel, die gekoppeld is aan een aansluitleiding of een riool en alleen toegang biedt vanaf het maaiveld, maar niet mag worden betreden door een persoon (NEN-EN 752-1) 3.17 bodem het laagste punt van het inwendige oppervlak van een buiscilinder of kanaal bij iedere willekeurige dwarsdoorsnede (NEN-EN 476: 1997) 3.18 verbinding de plaats waar de einden van twee aangrenzende leidingdelen in de lengterichting met elkaar zijn verbonden 3.19 samenkomst aansluiting die gemaakt is door gebruik te maken van een geprefabriceerd T-stuk. 3.20 bordes tussengevoegd rustplatform dat gebruikt wordt om de hoogte van een serie klimijzers in een rioolput te beperken 3.21 rioolput put met een verwijderbaar deksel, dat toegang geeft tot een aansluitleiding of riool (NEN-EN 752-1) 3.22 knooppunt een rioolput, inspectieput, uitlaat, ontstoppingsopening of een ander veelbetekenend tussenpunt 3.23 uitlaat het laatste riool van waaruit het rioolwater wordt geloosd in een afvalwaterzuiveringsinstallatie of op ontvangend water in het geval van een regenwaterrioolstelsel (NEN-EN752-1) 3.24 leidingdeel een samenstellend deel van een aansluitleiding of riool, dat is gefabriceerd als één geheel en dat bedoeld is om met andere buisdelen verbonden te worden 3.25 leiding samenstelsel van buizen, hulpstukken, metselwerk en ter plaatse aanwezige betononderdelen en de verbindingen tussen rioolputten en inspectieputten of andere bouwwerken 3.26 leidinglengte een onafgebroken deel van een aansluitleiding of riool tussen twee aangrenzende knooppunten 6

3.27 lengte van een leidingdeel de lengte van een gefabriceerd leidingdeel, dat gebruikt wordt bij het samenstellen van een leiding 3.28 rioolput met geleiding rioolput met een steil aflopende buis of kanaal vanuit een op een hoger niveau gelegen aansluitleiding of riool (NEN-EN 752-1) 3.29 ontvangend water watermassa, zoals een zee, rivier, stroom, meer of aquifer, waarin een systeem van aansluitleidingen of een rioolstelsel loost (NEN-EN 752-1) 3.30 rehabilitatie alle maatregelen die genomen worden om de werking van bestaande buitenriolering te herstellen of te verbeteren (NEN-EN 752-1) 3.31 reparatie het herstellen van plaatselijke schade (NEN-EN 752-5) 3.32 persleiding leiding waardoor rioolwater wordt gepompt (NEN-EN 752-1) 3.33 rioolwater huishoudelijk, bedrijfsafvalwater en/of afgestroomd hemelwater dat door een aansluitleiding of riool wordt getransporteerd (NEN-EN 752-1) 3.34 riool leiding, gewoonlijk ondergronds, die afvalwater vanuit meer dan één lozingspunt transporteert (NEN-EN 752-1) 3.35 rioolstelsel netwerk van leidingen, putten en bijbehorende voorzieningen voor de inzameling en het transport van afvalwater en/of afgestroomd hemelwater van de aansluitleidingen naar de afvalwaterzuiveringsinstallatie of andere lozingsplaats (NEN-EN 752-1) 3.36 schacht het bovenste deel van een rioolput of inspectieput tussen de stelconstructie en de putkamer 3.37 afgestroomd hemelwater water afkomstig van neerslag die niet in de grond is geïnfiltreerd en die direct vanaf het maaiveld of vanaf de buitenkant van gebouwen in het systeem van aansluitleidingen of het rioolstelsel wordt geloosd. (NEN-EN 752-1) 3.38 kegelstuk het deel van een rioolput of inspectieput waar het oppervlak van de dwarsdoorsnede geleidelijk verandert 7

3.39 afvalwater 2) water dat door gebruik is veranderd en is geloosd in een systeem van aansluitleidingen of een rioolstelsel (NEN-EN 752-1) Verklaring 1. stroomprofiel 2. banket 3. bodem 4. putonderdeel 5. kegel 6. bordes 7. verkleinende afdekplaat 8. bovendeel van de put (deksel en putrand) 9. sporten 10. afdichtingsmateriaal 11. stelconstructie 12. dekselpeil 13. putwand H hoogte tot de bodem h s schachthoogte h d putkamerhoogte d a toegangsmiddellijn/afmeting d s schachtmiddellijn/afmeting d c putmiddellijn/afmeting Figuur 1 Weergave van de termen voor rioolputten 4 Bronnen voor aanvullende informatie Deze norm specificeert een coderingsysteem voor visuele inspectie van riolering. Voor verdere informatie over het uitvoeren van visuele inspectie in de diverse landen wordt verwezen naar de nationale documenten zolang er nog geen complete Europese normen beschikbaar zijn. De documenten die in bijlage H genoemd worden bevatten details die gebruikt kunnen worden in de context van dit deel. 2) Afvalwater is in Nederland door de overheid gedefinieerd als zijnde alle water waarvan de houder zich met het oog op de verwijdering daarvan ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen. Zie ook NEN 3300. 8

5 Algemeen 5.1 Doel NEN-EN 752-5 beveelt het gebruik van een eenduidig standaard coderingsysteem aan om te waarborgen dat de resultaten van visuele inspectie met elkaar vergeleken kunnen worden. Dit deel van deze norm specificeert een systeem dat kan worden toegepast om de visuele informatie van de inspectie objectief vast te leggen. Het bevat geen methode om de toestand van de aansluitleiding of het riool te beoordelen omdat daar subjectieve oordelen en het gebruiken van aanvullende informatie voor nodig zijn. De gecodeerde informatie kan gebruikt worden voor een van de volgende doelen: om functionele tekortkomingen te beoordelen als onderdeel van het ontwikkelen van een rehabilitatie plan (zie NEN-EN 752-5, hoofdstuk 7); om informatie te verschaffen om te gebruiken in het plannen van onderhoudsactiviteiten, bijvoorbeeld rioolreinigingsschema's (zie NEN-EN 752-7, hoofdstuk 6); om specifieke onderhouds- of operationele problemen te onderzoeken (zie NEN-EN 752-7, hoofdstuk 8); het vastleggen van inventarisatie gegevens (zie NEN-EN 752-5, hoofdstuk 7). 5.2 Methoden De visuele inspectie kan op een van de volgende wijzen uitgevoerd worden: inspectie van de leiding vanuit het inwendige van de leiding; inspectie van de leiding vanuit de rioolput of de inspectieput; inspectie van de rioolput of de inspectieput vanuit de rioolput of de inspectieput; inspectie van de rioolput of de inspectieput vanaf het maaiveld. Verscheidene inspectietechnieken kunnen worden toegepast, zoals: op afstand bediende CCTV camera; toegang door een persoon; spiegels; fotocamera. Het personeel dat betrokken is bij het inspectie werk moet voldoende opgeleid zijn in de methoden van inspectie en coderingsysteem. De inspectie moet voldoende langzaam worden uitgevoerd om het mogelijk te maken dat alle bijzonderheden kunnen worden waargenomen. Als er een gesloten televisiecameracircuit wordt gebruikt mag de camera alleen in de leiding worden verplaatst als de lens voorwaarts wijst in de richting van de as van het riool. Het bevoegd gezag kan eisen voorschrijven met betrekking tot de gezondheid, de veiligheid en het welzijn van de bevolking en/of het personeel. Het werk moet uitgevoerd worden in overeenstemming met NEN-EN 752-7:1998 Hoofstuk 11. 9

5.3 Het gebruik van het coderingsysteem Het coderingsysteem dat gespecificeerd is in deze Europese norm voor afvoerleidingen en riolen wordt beschreven in de hoofdstukken 6, 7 en 8. Het coderingsysteem dat gespecificeerd is in deze Europese norm voor rioolputten en inspectieputten wordt beschreven in de Hoofdstukken 9, 10 en 11. Kleurenfoto's die voorbeelden laten zien van enkele waarnemingen zijn opgenomen om het gebruik van de coderingsystemen te illustreren (zie de bijlagen F en G). Elke waarneming wordt beschreven door een hoofdcode die drie letters bevat en aanvullende informatie. De eerste letter van de hoofdcode beschrijft de toepassing van de code (bijv. voor een leiding zie de hoofdstukken 6 of voor een rioolput of inspectieput zie hoofdstuk 10). De tweede letter geeft het type code aan (zie de hoofdstukken 8.1.2 en Fout! Referentiebron is niet gevonden.). De derde letter bepaalt de specifieke waarneming. Als er verschillende waarnemingtypen op hetzelfde punt aanwezig zijn, moet ieder defect of toestandsaspect afzonderlijk gecodeerd worden. De defecten, de bijzonderheden en de algemene toestand moeten gecodeerd worden in overeenstemming met deze norm en moeten zo mogelijk worden ondersteund door óf foto's óf vastlegging op video. 5.4 Nationale gelijkwaardige coderingsystemen De codes die in deze norm gebruikt worden zijn taalonafhankelijk. Teneinde de codes meer herkenbaar of meer uitwisselbaar te maken met de bestaande systemen, mag er een lijst van nationale gelijkwaardige codes worden gemaakt. Áls deze wordt gemaakt, moet er als nationale bijlage bij deze norm een tabel van gelijkwaardige codes bijgevoegd zijn. Alleen de taalonafhankelijke codes zoals gespecificeerd in deze norm mogen worden gebruikt met het elektronische uitwisselingsformat zoals beschreven in bijlage B. Regels voor nationale gelijkwaardige coderingsystemen zijn gegeven in bijlage A. 5.5 Overbrenging van gegevens De gecodeerde informatie wordt regelmatig uitgewisseld tussen gegevensbestanden. Een aanbevolen uitwisselingsformat voor gegevensoverbrenging, die dit coderingsysteem gebruikt, is opgenomen in bijlage B. 5.6 Informatie die verstrekt moet worden door de beherende instantie De coderingsystemen zijn bedoeld om een uitgebreide keuze van codes aan te bieden om de inspecteur de gelegenheid te geven om de afvoerleidingen, riolen, rioolputten of inspectieputten te beschrijven zoals gewenst door de beherende instantie. De codes moeten alleen gebruikt worden zoals aangegeven door de beherende instantie, die kan besluiten welke bijzonderheden vastgelegd moeten worden. De beherende instantie moet de volgende van de beschikbare opties in deze norm specificeren: a) Basisinformatie 1) Het coderingsysteem dat gebruikt moet worden voor het vastleggen van de basisinformatie (bijv. het nationale gelijkwaardige systeem of Bijlage C of D) 2) Welke van de te kiezen basisinformatie moet worden vastgelegd (zie de hoofdstukken 7.2 en 10.2) 3) De referentiepunten die gebruikt moeten worden voor de locatie in de lengterichting bij inspecties van afvoerleidingen en riolen (zie 8.1.7) en de verticale locatie en de plaats op de cirkelomtrek bij rioolputten en inspectieputten (zie 11.1.5 en 11.1.8). b) De informatie over de afzonderlijke waarnemingen. 10

1) Of het coderingsysteem dat gebruikt moet worden het systeem is dat is beschreven in de hoofdstukken 8 of 11 van deze norm of een gespecificeerd nationaal gelijkwaardig systeem in overeenstemming met hoofdstuk 5.4. 2) Het type waarnemingen dat vastgelegd moet worden ( deze waarnemingen moeten vastgelegd worden in overeenstemming met de coderingsystemen zoals omschreven in de hoofdstukken 8 en 11, of met een nationaal gelijkwaardig systeem in overeenstemming met hoofdstuk 5.4). 3) De mate van detail zoals vereist in overeenstemming met de hoofdstukken 8 en 11 - door voor iedere code te specificeren : Of de informatie over de kwantificering moet worden geregistreerd aan lengte, hoogte en omtrekgegevens of gekoppeld moet worden aan een verbinding; Of de informatie over de kwantificering geregistreerd moet worden als een enkele waarde of als een bandbreedte; als bandbreedten worden gebruikt, de reeks van waarden die de maximum en minimum waarden van iedere bandbreedte omvat; De toleranties die gebruikt moeten worden voor de schatting en/of de meting van de waarden. 6 Afvoerleidingen en riolen - Coderingsysteem Het coderingsysteem voor afvoerleidingen en riolen bestaat uit een serie codes die gebruikt moet worden om de defecten en bijzonderheden die gevonden zijn in de afvoerleidingen en riolen te beschrijven. Voor iedere leidinglengte moet een apart rapport opgemaakt worden. De vastgelegde informatie bestaat uit twee hoofdtypen. Basisinformatie - met betrekking tot de leiding als geheel. Dit is beschreven in hoofdstuk 7 en bijlage C. Alle codes hiervoor beginnen met de letter A. Informatie over de afzonderlijke waarnemingen binnenin de afvoerleiding of het riool. Dit is beschreven in hoofdstuk 8. Alle codes hiervoor beginnen met de letter B. 7 Afvoerleidingen en riolen - Basisinformatie 7.1 Eisen De basis informatie wordt aangevoerd bij de aanvang van de inspectie. De volgende informatie moet vastgelegd worden. a) De identificatie van de leidinglengte, door referentie van de leiding en/of referentie van de twee knooppunten. In het geval dat de leidinglengte een zij-aansluiting is, die zonder put is verbonden met een andere leiding, mag het knooppunt op de samenkomst met de hoofdleiding worden gedefinieerd door de referentie van de hoofdleiding te gebruiken en de afstand vanaf het startpunt. b) De richting van de inspectie. c) Een tekstuele beschrijving van de plaats. d) Het coderingsysteem. e) Het referentiepunt in de lengterichting (als in de lengterichting wordt gelokaliseerd). f) De inspectiemethode. 11

g) De datum van de inspectie. h) Of de afvoerleiding of riool vooraf werd gereinigd. i) Verdere informatie die door de beherende instantie geëist wordt. 7.2 Andere basisinformatie Andere informatie kan inhouden: type locatie; naam van de beherende instantie; naam van de stad, dorp, wijk of rioolstelsel; eigenaar van het terrein; oorspronkelijke coderingsysteem (als oudere gegevens zijn omgezet); de tijd van de inspectie; de naam van de inspecteur; de referentie van het werk; details over het vastleggen op video; details over het vastleggen op foto's; het doel van de inspectie; de dwarsdoorsnede; het materiaal; details over de binnenbekleding; de buislengte; de diepte tot de bodem van de bovenstroomse en de benedenstroomse knooppunten; de soort afvoerleiding of riool (bijv. vrij-verval of persleiding); de soort afvalwater (bijv. afvalwater of afgestroomd hemelwater); het jaar van aanleg; de strategische belangrijkheid; de neerslag; de temperatuur; het waterpeil; de maatregelen om de vloeistofstroom te beheersen; de atmosfeer in de buis. 12

Iedere verandering van de basisinformatie die in de loop van de inspectie wordt opgemerkt moet vastgelegd worden. Een aanbevolen coderingsysteem voor de basisinformatie is gegeven in bijlage C. Als de basisinformatie is gecodeerd in overeenstemming met bijlage C, kan het aanbevolen uitwisselingsformat zoals beschreven in bijlage C worden gebruikt. 8 Afvoerleidingen en riolen - Codes 8.1 Inleiding 8.1.1 Algemeen Iedere waarneming moet geregistreerd worden door een waarnemingstype code te gebruiken (zie Fout! Referentiebron niet gevonden.). Dit is een hoofdcode die uitgebreid het toestandsaspect beschrijft; indien vereist samen met de volgende aanvullende informatie. Karakterisering - niet meer dan twee codes die het toestandsaspect gedetailleerder beschrijven (zie 8.1.3). Kwantificering - niet meer dan twee waarden die het toestandsaspect kwantificeren (zie 8.1.4). Plaats op de omtrek - niet meer dan twee klokreferenties die de positie van de waarneming op de omtrek vastleggen (zie 8.1.5). Verbinding - deze identificeert of de waarneming verband houdt met een verbinding (zie 8.1.6). Plaats in de lengterichting - de afstand vanaf het vastgelegde referentiepunt inclusief een methode om de waarnemingen vast te leggen die doorlopen over een bepaalde lengte (zie 8.1.7). Foto referentie (zie 8.1.8). Video referentie (zie 8.1.9). Opmerkingen - tekst die onderdelen van de waarneming beschrijft, die niet op enige andere wijze kunnen worden beschreven (zie 8.1.10). De beherende instantie kan specificeren welke waarnemingen geregistreerd moeten worden en de hoeveelheid details die geregistreerd moeten worden bij iedere waarneming (zie 5.6). Een voorbeeld van de registratie van een scheur in lengterichting aan de bovenkant van de buis, 10,5 meter vanaf het beginpunt wordt hieronder weergegeven (zie 8.2). Plaats op de omtrek Hoofdcode Karakterisering Kwantificering Verbinding Plaats in lengterichting Video ref. Opmerkingen BAB B A 12 10,5 00:10:30 13

Een voorbeeld van de registratie van een instekende aansluitleiding met een middellijn van 100 mm. (die insteekt tot de helft van de middellijn van de hoofdbuis), 16,4 meter van het beginpunt, is hieronder weergegeven ( Het is te zien dat twee coderingen nodig zijn om de bijzonderheid te beschrijven (zie 8.2 en 8.4). Plaats op de omtrek Hoofdcode Karakterisering Kwantificering Verbinding Plaats in lengterichting Video ref. BCA E A 100 9 16,5 00:12:20 BAG 50 9 16,5 00:12:20 Opmerkingen OPMERKING Voor de duidelijkheid is de foto-referentie niet in deze voorbeelden opgenomen. 8.1.2 Hoofdcode De hoofdcodes die gebruikt worden om de waarnemingen te beschrijven zijn opgesomd in de hoofdstukken 8.2 tot 8.5 tezamen met een beschrijving van de waarneming en het gebruik van de code. Geen enkele waarneming mag worden geregistreerd zonder een van deze codes te gebruiken. Voor de duidelijkheid zijn deze codes gegroepeerd onder 4 rubrieken en de tweede letter geeft de onderscheiden groep aan: codes met betrekking tot de materiaalsoort van de leiding (codes BA); codes met betrekking tot het functioneren van de leiding (codes BB); inventariserende codes (codes BC); overige codes (codes BD). Dit is geheel voor redactionele doeleinden en de rubrieken mogen niet gebruikt worden om de bedoeling van de codes te interpreteren of op een andere wijze te beperken. 8.1.3 Karakterisering Er zijn codes gegeven om de waarneming verder te beschrijven. Er worden niet meer dan twee typen karakterisering gegeven voor ieder type waarneming. Zij moeten geregistreerd worden in de volgorde waarin ze vermeld zijn. Als dit vereist wordt door de beherende instantie, en als een waarneming niet waargenomen kan worden (het is bijvoorbeeld niet mogelijk om aantasting te zien in een niet gereinigd riool) moet de code YY gebruikt worden als een karakteriseringscode. Alleen karakteriseringscodes die in deze norm zijn opgesomd mogen geregistreerd worden. 8.1.4 Kwantificering Niet meer dan twee waarden zoals gespecificeerd in de Hoofdstukken 8.2 tot 8.5 mogen worden geregistreerd. Tenzij in deze hoofdstukken het gebruik van de twee kwalificatie-waarden verschillend wordt gespecificeerd, mogen de twee waarden gebruikt worden om een bandbreedte te registreren, door de lagere en de hogere grens te specificeren (bijv. 10% tot 15%). 14

8.1.5 Plaats op de omtrek Zoals gespecificeerd in de hoofdstukken 8.2 tot 8.5, moet de plaats van de waarneming worden geregistreerd door de klokreferentie te gebruiken. Het uur van de klok wordt bepaald door de hoek tussen de waarneming en de binnenbovenkant van de leiding met als oorsprong het middelpunt van de dwarsdoorsnede (het punt dat bepaald wordt door de halve hoogte en de halve breedte) De klokreferentie moet worden vastgesteld door te refereren aan tabel 1. Een waarneming op het midden van de binnenbovenkant van een riool moet daarom worden omschreven als zijnde op 12 uur. Als in de hoofdstukken 8.2 en 8.5 geëist wordt dat het begin en het einde van de klokreferentie worden gegeven, moeten deze in de draairichting van de klok worden vermeld. Als in de hoofdstukken 8.2 tot 8.5 slechts een enkele klokreferentie wordt geëist, moet deze in relatie staan tot het midden van de waarneming. Wanneer een waarneming op dezelfde plaats in de lengterichting, rond de omtrek van de leiding meerdere malen voorkomt, moet iedere waarneming afzonderlijk worden gecodeerd. Tabel 1 Waarden van de klokreferenties Hoek (graden) Klokreferentie 0 ± 15 12 30 ± 15 01 60 ± 15 02 90 ± 15 03 120 ± 15 04 150 ± 15 05 180 ± 15 06 210 ± 15 07 240 ± 15 08 270 ± 15 09 300 ± 15 10 330 ± 15 11 360 ± 15 12 en van het gebruik van klokreferenties worden gegeven in figuur 2. 15

Bestelformulier Stuur naar: NEN Standards Products & Services t.a.v. afdeling Klantenservice Antwoordnummer 10214 2600 WB Delft Ja, ik bestel NEN Standards Products & Services Postbus 5059 2600 GB Delft Vlinderweg 6 2623 AX Delft T (015) 2 690 390 F (015) 2 690 271 www.nen.nl/normshop ex. SPE 13508-2:2001 nl Toestandvaststelling van de buitenriolering - Deel 2: Coderingssysteem bij visuele inspectie 100.75 Wilt u deze norm in PDF-formaat? Deze bestelt u eenvoudig via www.nen.nl/normshop Gratis e-mailnieuwsbrieven Wilt u op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen op het gebied van normen, normalisatie en regelgeving? Neem dan een gratis abonnement op een van onze e-mailnieuwsbrieven. www.nen.nl/nieuwsbrieven Gegevens Bedrijf / Instelling T.a.v. O M O V E-mail Klantnummer NEN Uw ordernummer BTW nummer Postbus / Adres Postcode Plaats Telefoon Fax Factuuradres (indien dit afwijkt van bovenstaand adres) Postbus / Adres Postcode Plaats Datum Handtekening Retourneren Fax: (015) 2 690 271 E-mail: klantenservice@nen.nl Post: NEN Standards Products & Services, t.a.v. afdeling Klantenservice Antwoordnummer 10214, 2600 WB Delft (geen postzegel nodig). Voorwaarden De prijzen zijn geldig tot 31 december 2016, tenzij anders aangegeven. Alle prijzen zijn excl. btw, verzend- en handelingskosten en onder voorbehoud bij o.m. ISO- en IEC-normen. Bestelt u via de normshop een pdf, dan betaalt u geen handeling en verzendkosten. Meer informatie: telefoon (015) 2 690 391, dagelijks van 8.30 tot 17.00 uur. Wijzigingen en typefouten in teksten en prijsinformatie voorbehouden. U kunt onze algemene voorwaarden terugvinden op: www.nen.nl/leveringsvoorwaarden. Normalisatie: de wereld op één lijn. preview - 2016