GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

Vergelijkbare documenten
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

SLOTAKTE. AF/EEE/XPA/nl 1

404 der Beilagen XXII. GP - Staatsvertrag - Schlussakte Niederländisch (Normativer Teil) 1 von 9 SLOTAKTE. AF/EEE/XPA/nl 1

DE EUROPESE GEMEENSCHAP, HET KONINKRIJK BELGIË, HET KONINKRIJK DENEMARKEN, DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND, DE HELLEENSE REPUBLIEK, HET KONINKRIJK SPANJE,

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 juli 2006 (27.07) (OR. en) 12036/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0121 (AVC)

404 der Beilagen XXII. GP - Staatsvertrag - Vertragstext Niederländisch (Normativer Teil) 1 von 23

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een Besluit van de Raad

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

SLOTAKTE. FA/TR/EU/HR/nl 1

BIJLAGE PROTOCOL. bij het. voorstel voor een besluit van de Raad

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

196 der Beilagen XXIV. GP - Staatsvertrag - 44 Schlussakte samt Erklärungen - Niederländisch (Normativer Teil) 1 von 10 SLOTAKTE.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

TRACTATENBLAD VAN HET

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

1717 der Beilagen XXIV. GP - Beschluss NR - 32 niederländische Schlussakte (Normativer Teil) 1 von 20 SLOTAKTE. FA/TR/EU/HR/nl 1.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22

9079/17 JVS/bb 1 DGC 2A

Stuk 1583 ( ) Nr. 1. Zitting maart 2008 ONTWERP VAN DECREET

TRACTATENBLAD VAN HET

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 oktober 2009 (05.11) (OR. en) 13381/1/09 REV 1 SIRIS 117 SCHENGEN 27 COMIX 674

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

13381/3/09 REV 3 dau/ngs/jg 1 DG H 3B

15410/17 JVS/sht DGC 1A. Raad van de Europese Unie. Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17. Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE)

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

Publicatieblad van de Europese Unie L 270/67 COMMISSIE

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 157/ 106. RICHTLIJN 2004/76/EG VAN DE RAAD van

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2015 Nr. 181

HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK, HET KONINKRIJK DENEMARKEN, DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND, DE REPUBLIEK ESTLAND,

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Lijst bedoeld in artikel 3 van de Overeenkomst DEEL I

AF/CARIFORUM/CE/nl 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

13082/14 CV/mg DGC 1B. Raad van de Europese Unie. Brussel, 29 september 2014 (OR. en) 13082/14. Interinstitutioneel dossier: 2014/0223 (NLE)

OVEREENKOMST BETREFFENDE DE DEELNAME VAN DE REPUBLIEK BULGARIJE EN ROEMENIË AAN DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

TRACTATENBLAD VAN HET

AF/CE/CH/FRAUDE/nl 1

TRACTATENBLAD VAN HET

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 juni 2017 (OR. en)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT. Liechtenstein: Sectorale Aanpassingen - Evaluatie

Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van , blz. 534), gewijzigd bij:

*** ONTWERPAANBEVELING

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 juni 2004 (OR. en) 10470/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/0110 (COD) ENER 169

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT 2004/0045 (COD) PE-CONS 3601/05 ENV 16 CODEC 22 OC 5

NOTA "A"-PUNT het Comité van permanente vertegenwoordigers

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2005 Nr. 308

TRACTATENBLAD VAN HET

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 augustus 2006 (OR. en) 11463/06 UD 79 OC 532

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 180

Lijst bedoeld in artikel 3 van de Overeenkomst DEEL I

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

TRACTATENBLAD VAN HET. Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte; (met Protocollen, Bijlagen en Slotakte) Oporto, 2 mei 1992

1064 der Beilagen XXII. GP - Beschluss NR - Schlussakte Niederländisch (Normativer Teil) 1 von 9 SLOTAKTE. AF/CE/CH/FRAUDE/nl 1

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en)

BIJLAGE. bij het. voorstel voor een besluit van de Raad

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 juni 2014 (OR. en) 9965/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0147 (NLE) AELE 40 N 14 UD 148

TRACTATENBLAD VAN HET

Wijziging Regeling aanwijzing buitenlandse diploma s gezondheidszorg

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

5. Protocol tot vaststelling van het statuut van de. Europese Investeringsbank

OVEREENKOMST BETREFFENDE DE DEELNAME VAN DE REPUBLIEK BULGARIJE EN ROEMENIË AAN DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

XT 21004/18 ADD 1 REV 2 mou/asd/ev 1 UKTF

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

BIJLAGE. bij het Gewijzigd voorstel. voor een Besluit van de Raad

; ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

Stuk 1068 ( ) Nr. 1. Zitting januari 2007 ONTWERP VAN DECREET

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 juli 2006 (13.07) (OR. en) 11347/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0119 (ACC) UD 77

Samenstelling van het Europees Parlement met het oog op de verkiezingen van 2014

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 september 2004 (OR. en) 10790/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/0130 (ACC)

5557/06 AL/jg DG E II/2

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 september 2009 (23.09) (OR. en) 13420/09. Interinstitutioneel dossier: 2009/0103 (CNS) 2009/0102 (ACC)

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2015 Nr. 70

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

DGC 2A ASSOCIATIE TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN TURKIJE. Het Gemengd Comité. Brussel, 12 mei 2015 (OR. en) UE-TR 4802/15

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 juni 2008 (02.07) (OR. fr) 11253/08 FRONT 62 COMIX 533

995 der Beilagen XXIV. GP - Staatsvertrag - 15 Änderungsprotokoll in niederländischer Sprache-NL (Normativer Teil) 1 von 8

Raad van de Europese Unie Brussel, 27 oktober 2014 (OR. en)

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een Besluit van de Raad

Stuk 1068 ( ) Nr. 1. Zitting januari 2007 ONTWERP VAN DECREET

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 maart 2015 (OR. en)

SLOTAKTE. AF/CE/EG/nl 1

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 maart 2015 (OR. en)

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

ADDENDUM 3 OP DOCUMENT CIG 50/03 Betreft: CIG Aan de slotakte van de Intergouvernementele Conferentie te hechten verklaringen

VERTALING LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST. EU/US/IS/NO/nl 1

TRANSLATION LUCHTVERVOERSOVEREENKOMST. EU/US/IS/NO/nl 1

Transcriptie:

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE DE GELIJKTIJDIGE UITBREIDING VAN DE EUROPESE UNIE EN DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE De overeenkomstsluitende partijen onderstrepen dat het van belang is dat de huidige overeenkomstsluitende partijen en de nieuwe overeenkomstsluitende partijen tijdig tot bekrachtiging of goedkeuring overgaan, elk overeenkomstig zijn grondwettelijke vereisten, zodat de uitbreiding van de Europese Unie en de uitbreiding van de Europese Economische Ruimte op 1 mei 2004 gelijktijdig kunnen plaatsvinden. AF/EEE/XPA/DC/nl 1

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN DE OORSPRONGSREGELS NA DE INWERKINGTREDING VAN DE OVEREENKOMST BETREFFENDE DE DEELNAME VAN DE TSJECHISCHE REPUBLIEK, DE REPUBLIEK ESTLAND, DE REPUBLIEK CYPRUS, DE REPUBLIEK LETLAND, DE REPUBLIEK LITOUWEN, DE REPUBLIEK HONGARIJE, DE REPUBLIEK MALTA, DE REPUBLIEK POLEN, DE REPUBLIEK SLOVENIË EN DE SLOWAAKSE REPUBLIEK AAN DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE 1. Een bewijs van oorsprong dat is afgegeven door een EVA-staat of een nieuwe overeenkomstsluitende partij krachtens een preferentiële overeenkomst tussen de EVA-staten en die nieuwe overeenkomstsluitende partij of krachtens de unilaterale nationale wetgeving van een EVA-staat of een nieuwe overeenkomstsluitende partij geldt als bewijs van preferentiële EER-oorsprong, mits: a) het bewijs van oorsprong en de vervoersdocumenten niet later zijn afgegeven dan op de dag vóór de inwerkingtreding van de Overeenkomst; b) het bewijs van oorsprong binnen vier maanden na de inwerkingtreding van de Overeenkomst aan de douaneautoriteiten wordt overgelegd. AF/EEE/XPA/DC/nl 2

Wanneer goederen uit een EVA-staat of een nieuwe overeenkomstsluitende partij vóór de datum van inwerkingtreding van de Overeenkomst ten invoer zijn aangegeven in een nieuwe overeenkomstsluitende partij respectievelijk een EVA-staat in het kader van een preferentiële regeling die op dat tijdstip tussen een EVA-staat en een nieuwe overeenkomstsluitende partij van kracht is, wordt een bewijs van oorsprong dat krachtens die regeling achteraf is afgegeven eveneens in de EVA-staten en de nieuwe overeenkomstsluitende partijen aanvaard, mits dit bewijs binnen vier maanden na de inwerkingtreding van de Overeenkomst aan de douaneautoriteiten wordt overgelegd. 2. Vergunningen waarmee de status van "erkend exporteur" is toegekend in het kader van overeenkomsten tussen de EVA-staten, enerzijds, en Tsjechië, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Polen, Slovenië en Slowakije, anderzijds, mogen door de EVA-staten, enerzijds, en Tsjechië, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Polen, Slovenië en Slowakije, anderzijds, worden gehandhaafd, mits de erkende exporteurs de EER-oorsprongsregels toepassen. Deze vergunningen worden door de EVA-staten en door Tsjechië, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Polen, Slovenië en Slowakije uiterlijk één jaar na de toetredingsdatum vervangen door nieuwe vergunningen, die worden afgegeven overeenkomstig de voorwaarden van Protocol 4 bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte. AF/EEE/XPA/DC/nl 3

3. Verzoeken om controle achteraf van bewijzen van oorsprong die krachtens de in de leden 1 en 2 bedoelde preferentiële overeenkomsten en regelingen zijn afgegeven, worden door de bevoegde autoriteiten van de EVA-staten en de nieuwe overeenkomstsluitende partijen aanvaard tot drie jaar na de afgifte van het bewijs van oorsprong; dergelijke verzoeken kunnen door deze autoriteiten worden ingediend tot drie jaar na de aanvaarding van het bewijs van oorsprong. AF/EEE/XPA/DC/nl 4

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 126 VAN DE EER-OVEREENKOMST De overeenkomstsluitende partijen bevestigen dat de verwijzingen in artikel 126 van de EERovereenkomst naar het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap en de in dat verdrag neergelegde voorwaarden tevens betrekking hebben op Protocol nr. 10 over Cyprus, dat aan de Toetredingsakte van 16 april 2003 is gehecht. AF/EEE/XPA/DC/nl 5

ANDERE VERKLARINGEN VAN EEN OF MEER OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST ALGEMENE GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING VAN DE EVA-STATEN De EVA-staten nemen nota van de voor de EER-overeenkomst relevante verklaringen die gehecht zijn aan de slotakte van het Verdrag betreffende de toetreding van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek tot de Europese Unie. De EVA-staten onderstrepen dat de voor de EER-overeenkomst relevante verklaringen die aan de slotakte van het in de vorige alinea bedoelde verdrag zijn gehecht, niet mogen worden uitgelegd of toegepast op een wijze die strijdig is met de verplichtingen van de overeenkomstsluitende partijen zoals die uit deze Overeenkomst of uit de EER-overeenkomst voortvloeien. AF/EEE/XPA/DC/nl 6

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING VAN DE EVA-STATEN BETREFFENDE HET VERKEER VAN WERKNEMERS De EVA-staten onderstrepen de belangrijke aspecten van differentiëring en flexibiliteit bij de regeling voor het vrije verkeer van werknemers. Zij streven ernaar onderdanen van Tsjechië, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Polen, Slovenië en Slowakije overeenkomstig de nationale wetgeving uitgebreider toegang tot hun arbeidsmarkt te verlenen, zulks teneinde de aanpassing aan het acquis te versnellen. De arbeidsmogelijkheden in de EVA-staten voor onderdanen van Tsjechië, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Polen, Slovenië en Slowakije zullen daardoor vanaf de toetreding van die staten aanzienlijk verbeteren. De EVA-staten zullen bovendien de voorgestelde regeling zo goed mogelijk benutten, teneinde op het gebied van het vrije verkeer van werknemers zo spoedig mogelijk over te gaan tot volledige toepassing van het acquis. Voor Liechtenstein zal dit geschieden overeenkomstig de specifieke regeling waarin wordt voorzien in de sectorale aanpassingen van bijlage V (vrij verkeer van werknemers) en bijlage VIII (recht van vestiging) bij de EER-overeenkomst. AF/EEE/XPA/DC/nl 7

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING VAN DE EVA-STATEN BETREFFENDE DE INTERNE MARKT VOOR ELEKTRICITEIT Onder verwijzing naar de overgangsregeling voor Estland die is vervat in punt 2 van hoofdstuk 8 van bijlage VI bij de Toetredingsakte van 16 april 2003 en Verklaring nr. 8 betreffende olieschalie, de interne markt voor elektriciteit en Richtlijn 96/92/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 december 1996 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit (elektriciteitsrichtlijn): Estland, merken de EVA-staten op dat het om mogelijke verstoring van de mededinging op de interne markt voor elektriciteit te beperken, noodzakelijk kan zijn vrijwaringsmechanismen toe te passen, zoals de wederkerigheidsclausule van Richtlijn 96/92/EG. AF/EEE/XPA/DC/nl 8

VERKLARING VAN DE REGERING VAN LIECHTENSTEIN De regering van Liechtenstein gaat ervan uit dat alle overeenkomstsluitende partijen het Vorstendom Liechtenstein erkennen als een sinds jaar en dag soevereine en erkende staat die gedurende de eerste en de tweede wereldoorlog altijd neutraal was. Het Vorstendom Liechtenstein veronderstelt dat er, op basis van de wederzijdse erkenning als soevereine staten en in de geest van samenwerking in het kader van de EER-overeenkomst, een gemeenschappelijk streven is om tot een voor alle partijen aanvaardbare oplossing te komen voor de onopgeloste eigendomskwesties tussen het Vorstendom Liechtenstein, de Republiek Tsjechië en de Republiek Slowakije, die het gevolg zijn van het niet-erkenningsbeleid dat door het voormalige Tsjechoslowakije werd gevoerd. Voor het vinden van een oplossing voor de onopgeloste geschillen tussen enerzijds de Tsjechische Republiek en de Slowaakse Republiek en anderzijds het Vorstendom Liechtenstein kan onder meer gebruik worden gemaakt van mechanismen voor de vreedzame beslechting van geschillen, zoals de mechanismen waarin de OVSE voorziet, bijvoorbeeld het mechanisme van Valetta. AF/EEE/XPA/DC/nl 9

VERKLARING VAN DE TSJECHISCHE REPUBLIEK BETREFFENDE DE EENZIJDIGE VERKLARING VAN HET VORSTENDOM LIECHTENSTEIN De Tsjechische Republiek is verheugd over de sluiting van de overeenkomst tussen de kandidaatlidstaten en de leden van de Europese Economische Ruimte en ziet deze als een belangrijke stap om de voormalige tweedeling van Europa te boven te komen en de politieke en economische ontwikkeling van Europa te bevorderen. De Tsjechische Republiek is bereid tot samenwerking binnen de Europese Economische Ruimte met alle lidstaten, met inbegrip van het Vorstendom Liechtenstein. De Tsjechische Republiek heeft vanaf haar oprichting duidelijk blijk gegeven van de wens om met het Vorstendom Liechtenstein diplomatieke betrekkingen tot stand te brengen. Reeds in 1992 heeft de Tsjechische Republiek alle landen, met inbegrip van het Vorstendom Liechtenstein, een verzoek gezonden om met ingang van 1 januari 2003 te worden erkend als nieuwe entiteit in het internationale recht. Vrijwel alle regeringen hebben daarop positief geantwoord, tot dusver met uitzondering van het Vorstendom Liechtenstein. De Tsjechische Republiek verbindt geen rechtsgevolgen aan verklaringen die geen betrekking hebben op het onderwerp en het doel van deze overeenkomst. AF/EEE/XPA/DC/nl 10

VERKLARING VAN DE SLOWAAKSE REPUBLIEK BETREFFENDE DE EENZIJDIGE VERKLARING VAN HET VORSTENDOM LIECHTENSTEIN De Slowaakse Republiek is verheugd over de sluiting van de overeenkomst tussen de kandidaatlidstaten en de leden van de Europese Economische Ruimte en ziet deze als een belangrijke stap om de politieke en economische ontwikkeling in Europa te bevorderen. Reeds sinds de stichting van de Slowaakse Republiek erkent zij het Vorstendom Liechtenstein als soevereine en onafhankelijke staat en is zij bereid met het Vorstendom diplomatieke betrekkingen aan te knopen. De Slowaakse Republiek verbindt geen rechtsgevolgen aan verklaringen die geen betrekking hebben op het onderwerp en doel van deze overeenkomst. AF/EEE/XPA/DC/nl 11

VERKLARING VAN ESTLAND, CYPRUS, LETLAND, MALTA EN SLOVENIË BETREFFENDE ARTIKEL 5 VAN PROTOCOL 38 BIS BETREFFENDE HET FINANCIEEL MECHANISME VAN DE EER Estland, Cyprus, Letland, Malta en Slovenië wijzen erop dat de in artikel 5 gebruikte verdeelsleutel uitsluitend opgesteld is ten behoeve van het financieel mechanisme van de EER. Zij zijn van oordeel dat deze verdeelsleutel niet vooruitloopt op eventuele toekomstige voorstellen betreffende verdeelsleutels in het kader van de samenhang en de structurele instrumenten van de Gemeenschap. AF/EEE/XPA/DC/nl 12

VERKLARING VAN DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN OVER DE OORSPRONGSREGELS OP HET GEBIED VAN VIS EN VISSERIJPRODUCTEN De Commissie van de Europese Gemeenschappen zal onderzoeken of harmonisatie van de oorsprongsregels op 1 mei 2004 te verwezenlijken is. AF/EEE/XPA/DC/nl 13