and Neuroscience SPREKEN WE OVER HONDERD JAAR NOG OVER DE VRIJE WIL?



Vergelijkbare documenten
De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

0-3 maanden zwanger. Zwanger. Deel 1

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd

Openingsgebeden INHOUD

10. Gebarentaal [1/3]

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Deel het leven Johannes 4:1-30 & december 2014 Thema 4: Gebroken relaties

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

In de eeuwigheid van het leven waarin ik ben is alles volmaakt, heel en compleet en toch verandert het leven voortdurend. Er is geen begin en geen

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven.

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht

HC zd. 42 nr. 31. dia 1

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande

Johannes 20, april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente,

ADHD: je kunt t niet zien

Er zijn mensen nodig met nieuwe fantasie

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

De bruiloft van Simson

Voel je vrij en liefdevol 7 oefeningen

Denkfouten. hoofdstuk 6. De pretbedervers. De zwarte bril

Om mee te beginnen: boekfragment en opdrachten

EEN PAAR BELANGRIJKE VRAGEN

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Wat is verantwoordelijkheid en waarom is het belangrijk?

1 Ben of word jij weleens gepest?

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten.

Welkom bij Sociaal Succesvol Ondernemen. Week 2: je bedrijf op orde Les 2: een goed businessmodel

Johannes 8:12 Jezus is de sleutel tot echt leven

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Ik besloot te verder te gaan en de zeven stappen naar het geluk eerst helemaal af te maken. We hadden al:

leren omgaan met Diversiteit In je gemeente

!!!!! !!!!!!!!!!!! Uit: Glazen Speelgoed (Tennesse Williams)! (zacht) Hallo. (Ze schraapt haar keel)! Hoe voel je je nu? Beter?!

Een ander domein is de wetenschap. Wetenschap kan men als volgt omschrijven:

Er is toch niemand die jou aardig vindt. SUKKEL.


Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

De twee zaken waarover je in dit boek kunt lezen, zijn de meest vreemde zaken die Sherlock Holmes ooit heeft opgelost.

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

Bijlage interview meisje

Apostolische rondzendbrief

Wat is? filosofie? Wat is. en kwaad. Hoofdstu

Tel:

Dialogen website Motiveren tot rookstop

Zondag 22 mei Kogerkerk - 5e zondag van Pasen - kleur: wit - preek Deuteronomium 6, 1-9 & // Johannes 14, 1-14

Beertje Bruin zegt dan: Ik heb van moeder Beer gehoord dat je erg verdrietig

Er was eens een Kleine Ziel die tegen God zei: Ik weet wie ik ben, ik ben het licht net als alle andere zielen.

Zondag 19 januari Viering in de Week van Gebed. voor de eenheid van de christenen. Paulusgemeenschap en. Protestantse Gemeente de Eshof

1 Korintiërs 12 : 27. dia 1

Reality Reeks - Verwerkingsopdrachten. Hard tegen hard. Vechten voor je leven

Lucas 10: Mag Jezus jouw naaste zijn?

Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te

Doorbreek je belemmerende overtuigingen!

Reality Reeks - Verwerkingsopdrachten. Hey Russel! Een bijzondere vriendschap

Gemeenteviering rond Jesaja 9:5b

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

leren omgaan met Diversiteit In je gemeente

FOUT VRIENDJE? PAS OP! Hulp. Internet. Heb je vragen? Bel dan naar Meldpunt Jeugdprostitutie, tel.:

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Luisteren naar de Heilige Geest

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

13 Jij en pesten. Ervaring

JEZUS IS MIJN SUPERHELD

Vraag 62 : Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk daarvan zijn?

Je bent jong en je wilt wat!

Naam: Mariska v/d Boomen. Klas: TG2C. Datum: 25 Juni. Docent: Van Rijt. Schrijfverslag.

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

(Deel van) Zijn Lichaam

Jezus maakt mensen gelukkig

Verslag van een ervaringsdeskundige. Nu GAP-deskundige.

Jaar Werkboek 4 weken Challenge

Door onze keuze is er een breuk tussen God en mens.

Wat je voelt is wat je denkt! De theorie van het rationeel denken

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76

Deze handreiking is van:

Waarom was het noodzakelijk dat Jezus stierf?

Zondag 16 december, 3 e advent dienst met HA ds. A.J.Wouda. Filippenzen 4: 4-9. Gemeente van onze Heer Jezus Christus,

LES 4. Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz

Susanne Hühn. Het innerlijke kind. angst loslaten

Interviewfragmenten. Vraag 1: Heeft u een zeer goede, goede, redelijke of slechte gezondheid?

OOGGETUIGE. Johannes 20:30-31

Inhoud. Aan jou de keuze 7. Niet alleen maar een boek 187. Auteurs 191. Dankwoord 197

Niet veel mensen krijgen deze ziekte en sommige volwassenen hebben er vaak nog nooit van gehoord of weten er weinig vanaf.

HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN

Module 4: Basisovertuiging 1 & 2 (Verdieping)

Waarom zou ik geloven?

y02 Marcus 15.2 Rinze IJbema - Marcus 15, 2-5. Gemeente van Jezus Christus,

Info. Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten. Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde

Een greep uit een presentatieviering met als thema: Licht zijn voor anderen

Timemanagement? Manage jezelf!

Les 1 Voorspellen Leestekst: De nieuwe computer. Introductiefase: 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent?"

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

Transcriptie:

and Neuroscience SPREKEN WE OVER HONDERD JAAR NOG OVER DE VRIJE WIL?

Inhoud Voorwoord 3 Filosofie, de discussie op dit moment - Jan Verplaetse - Maarten Meester - Verslag filosofiemiddag Ried 7 14 32 Neurowetenschap - Experimenten 36 Welke haken en ogen zijn er? - Taalprobleem - Demarcatieprobleem - Categoriefout 48 48 49 Conclusies - Jan Verplaetse - Nicole - Linda de Wit - Rob Wijnberg - Hans Huizenga - Eigen conclusie 51 52 53 54 55 55 Overig - Extra opdracht - Proeftoets - Antwoorden bij opdrachten - Bronvermelding 58 60 63 67

Voorwoord Je kunt het een reeks toevalligheden noemen, of het lot, maar de manier waarop mijn profielwerkstuk tot stand is gekomen is niet heel erg 'gewoon' te noemen. Het onderwerp kiezen was een hel, ik wist dat ik iets met filosofie wilde doen, maar dan zijn er nog heel veel leuke onderwerpen. Toen ik echt geen idee meer had wat ik moest kiezen, koos ik voor de vrije wil. Een mooi breed onderwerp. Vervolgens begon ik met goede moed, niet helemaal wetende wat me allemaal te wachten stond. Gedurende het hele proces van deelvragen opstellen, enzovoorts, was ik een keer op yoga toen een van de vrouwen begon over filosofie en een of andere lezing. Ik luisterde gelijk aandachdg, filosofie? Na wat navraag bleek er een een filosofische middag te zijn in een piepklein dorpje met een heuse filosoof die daar een lezing over een gekozen onderwerp zou houden. En raad eens wat het onderwerp voor deze zondag was? Juist, vrije wil! Nog toevalliger is dat mijn leraar, meneer Huizenga, in precies datzelfde minidorpje woont en hij er nog niet van had gehoord. Zoals hij zei toen ik zijn vraag beantwoordde waar de middag plaats zou vinden 'Ried, of all places?!' De lezing waar ik die dag naar heb geluisterd, en de discussie die daarop volgde, zijn uiteindelijk het raamwerk voor mijn profielwerkstuk geworden. Ik was het die dag namelijk niet helemaal eens met de filosoof in kwesde, en heb gevraagd of ik hem mocht mailen met een aantal (kridek)punten. Dat was prima, en hij heem ook weer teruggemaild met zijn kridek, op mijn kridek. Daarnaast ben ik ook de bibliotheek ingedoken, reserveerde ik alle mogelijke boeken over vrije wil, en koos er voor om het boek 'Zonder vrije wil' van Jan Verplaetse te gebruiken. Verder mailde ik een aantal filosofen om mijn hoofdvraag te beantwoorden, en plaatste ik een oproepje op mijn blog of mensen mij wilden helpen. Het is grappig om erover na te denken dat dit alles niet was gebeurd als ik niet op yoga had gezeten, geen filosofie had gekozen, of als ik zes jaar geleden toch had besloten om naar de school in mijn woonplaats te gaan, in plaats van naar mijn huidige school waarvoor ik elke dag een uur in de bus moet zinen. Zoals ik al zei, je kunt het toeval noemen of het lot. Deze tegenstelling tussen vrije toevalligheid en voorbestemming staat ook in de rest van mijn profielwerkstuk centraal. De parallel tussen de manier waarop mijn profielwerkstuk tot stand is gekomen en het onderwerp ervan vind ik wel leuk, net alsof alle puzzelstukjes precies op hun plaats zijn gevallen. Het moest gewoon zo zijn. Hoe dit profielwerkstuk te gebruiken? Dit profielwerkstuk is natuurlijk allereerst een filosofische verkenning. Maar daarnaast is het ook bedoeld als werkboek bij het examenonderwerp Vrije Wil. Het verslag van mijn onderzoek heb ik daarom aangevuld met discussievragen voor in de klas, oefeningen en kleine overpeinzingen die andere leerlingen met filosofie wellicht kunnen helpen bij het bestuderen en begrijpen van het examenthema voor de komende jaren. Ik hoop dat ook op andere scholen gebruik zal kunnen worden gemaakt van dit werkboek. Ariska Bonnema 3

Filosofie, de discussie op dit moment

Inleiding Jan Verplaetse Maarten Meester Verslag filosofische discussie Ried

Inleiding De geschiedenis van de filosofie is duidelijk een geschiedenis van ontnuchtering. Aristoteles dacht dat de aarde onbeweeglijk in het centrum van het heelal stond, met daaromheen draaiende hemellichamen. Hij had een wereldbeeld waarin onze aarde bestond uit de elementen water, aarde, vuur en lucht. Dit wereldbeeld bleef tot in de middeleeuwen staan, met als enige verschil dat men in de middeleeuwen er aan toevoegde dat God de wereld geschapen had. Vervolgens kwam de natuurwetenschappelijke revolude. Copernicus kwam erachter dat alle planeten rond de zon draaien, en dat de aarde dus helemaal niet in het midden van het heelal stond, Galileo Galilei bewees dit met de eerste sterrenkijker. Ons wereldbeeld ging van een geocentrisch naar een heliocentrisch beeld. Waar we eerst in het middelpunt stonden bleek onze planeet nu gewoon nog 'maar' om de zon te draaien. Ons mensbeeld veranderde geleidelijk, er kwam meer kridek op de kerkelijke leer en de mens begon meer zelf na te denken in plaats van zich aan de door de kerk opgelegde regeltjes te houden. Toen Darwin zijn evoludetheorie formuleerde waren de reacdes dan ook verschillend. Het ging dan wel erg tegen de religieuze leer in, maar al snel was een groot gedeelte van de bovenklasse overtuigd, waarna de onderklasse volgde. Onze planeet blijkt niet in het midden te staan en we stammen af van apen. Toch gaan we nog een stap verder het diepe in. Nietzsche, de filosoof met de hamer, beweerde dat wij irradonele kuddedieren zijn, en daarna komt Freud nog eens die net als Darwin stelt dat wij een dier zijn, maar niet zo maar een dier, nee, een ziek dier. Onze menselijke waardigheid heem dus aardig wat klappen gehad de afgelopen eeuwen. Gaat het nog een stap verder? De afgelopen vijfentwindg jaar is de ene na de andere ontdekking gedaan op het gebied van de cognideve neurowetenschap. Zo kwam Libet tot de conclusie dat wanneer wij een beslissing nemen deze een paar seconden terug al in onze hersenen is te meten, blijkt ons gedrag verschrikkelijk manipuleerbaar, en zijn onze gedragingen steeds meer te verklaren aan de hand van een hersenscan. De neurowetenschap vormt dus een serieuze bedreiging voor de vrije wil. Daarom is de hoofdvraag van mijn profielwerkstuk hebben we het in de filosofie over honderd jaar nog over vrije wil als de neurowetenschappen met dezelfde snelheid vooruitgaan als de afgelopen 25 jaar? 6

Jan Verplaetse Volgens de Vlaamse filosoof Jan Verplaetse is het al een feit dat wij geen vrije wil hebben. Hij is een harde incompadbilist en geloom dat het determinisme waar is. Mensen zijn volgens Verplaetse dus niet verantwoordelijk voor hun daden. Aan de hand van een syllogisme laat hij zien waarom verantwoordelijkheid niet bestaat Het syllogisme Premisse 1: Indien causaal determinisme waar is, dan zijn alternadeve opdes en broncontrole* uitgesloten. Premisse 2: AlternaDeve opdes of broncontrole zijn noodzakelijk voor verantwoordelijkheid. Premisse 3: De alternadeven voor causaal determinisme zijn irrelevant of uitgesloten. Conclusie: Verantwoordelijkheid is uitgesloten. 1. Zowel compa;bilisten en libertaristen zijn het niet met Jan Verplaetse eens, zij geloven immers dat wij wel over een vrije wil en dus over verantwoordelijkheid beschikken. Beredeneer voor iedere premisse of deze een struikelblok vormt voor de libertaristen en/of compa;bilisten. Premisse 2 AlternaDeve opdes of broncontrole zijn noodzakelijk voor verantwoordelijkheid Om dit te bewijzen is intuïde nodig. AlternaDeve opdes en broncontrole zijn exact te omschrijven, maar verantwoordelijkheid niet. Op een complex begrip als verantwoordelijkheid hebben logische argumenten geen vat, en ook aan empirische argumenten heb je niets. Premisse twee is van een andere orde, haar waarheid steunt op zogenaamde intuïdes. Bij toetsing van premisse twee maak je gebruik van gedachte- experimenten. Al zijn deze, tezamen met onze intuïdes niet de meest betrouwbare bronnen, we moeten het er mee doen. CompaDbilisten, degene die premisse 2 aanvallen, denken dat psychische vermogens die de meeste mensen bezinen voldoende zijn om mensen verantwoordelijk te houden, en dat wij dus helemaal geen broncontrole nodig hebben. Dit blijkt uit het voorbeeld van Frankfurt waarin geen sprake is van broncontrole maar de keuze nog steeds de jouwe is (dokter Black experiment). Dit vinden compadbilisten genoeg. Hier is de incompadbilist het niet mee eens. Volgens hen vereist verantwoordelijkheid niet alleen psychologische zelfcontrole maar ook filosofische broncontrole. Om dit te bewijzen komen de incompadbilisten met het manipulade- argument. * broncontrole betekent dat jij de uldeme oorzaak bent van je handelingen en dat de keuzes die je maakt niet veroorzaakt zijn door eerdere gebeurtenissen. 7

Manipula7etest Onderzoeker Joaquim Brasil- Neto liet proefpersonen hun handen samengebald op tafel leggen, als zij een belsignaal hoorden moesten zij hun linker- en rechterwijsvinger strekken. Hoorden ze een paar seconden later een klikgeluid, dan moesten zij een van beide wijsvingers op en neer bewegen. De proefpersonen mochten zelf kiezen of zij de linker- of de rechterwijsvinger bewogen. Alleen vroeg Brasil- Neto ze niet aldjd dezelfde hand te kiezen en niet voortdurend af te wisselen. Hun keuze moest zo persoonlijk mogelijk zijn. Wat de proefpersonen niet wisten was dat het klikgeluid kwam van een transcraniële magnedsche sdmulade toestel wat neuronen kan acdveren of blokkeren. In 80 % van de trials maakte de proefpersoon dezelfde keuze als het TMS- toestel. Daarnaast hadden de proefpersonen de invloed niet gemerkt, en dachten ze dat ze telkens zélf hun keuze maakte. 2. Beredeneer op welke manier de incompa;bilist dit experiment kan gebruiken tegen de compa;bilisten. Drie verhalen Om vervolgens te bewijzen dat broncontrole echt noodzakelijk is voor verantwoordelijkheid wendt Jan Verplaetse zich tot een gedachte- experiment. In dit gedachte- experiment doet zich een vervelende situade voor. Jan speelt met zijn vrienden een spelletje met een pistool en schiet hierbij zijn vriend Paul dood. Jan moet voor de rechter verschijnen om daar zijn verhaal te doen. We weten van Jan dat hij erg slecht is in liegen, als hij liegt dan zie je het meteen en daarom doet hij dat nooit. Bij de rechtbank vertelt Jan het volgende verhaal: Jan wilde Paul doden. Hij wist welke hand Paul zou doden. Hij wilde dat niet alleen op het moment van de doding, maar ook nu nog. Hij staat nog steeds achter zijn beslissing. Hij zou nog steeds hetzelfde doen. Hij geem allerlei redenen waarom hij vindt dat wat hij gedaan heem ook moest. Hij vindt het helemaal niet vreselijk. 3. Acht je Jan verantwoordelijk voor datgene wat hij heef aangericht? Stel je nu voor er is een universeel TMS- toestel, zo een als in het experiment van Brasil- Neto, maar dan een die al onze neuronen naar zijn hand kan zenen. Het toestel kan al voor de geboorte geïmplanteerd worden en kan elke neuron naar zijn hand zenen, en kan dus een volledig gehoorzame robot maken van de drager. Hij kan ook nooit in werking treden, in dat geval zit het toestel er wel, maar voert niets uit. Elk tussenliggend niveau is ook denkbaar. De situade is hetzelfde als in de zojuist gestelde vraag, Jan moet voor het gerecht komen en vertelt daar zijn verhaal. 8

Verhaal 1 Jan voert aan dat hij helemaal niet de wil had om Paul te doden. Hij wist welke hand Paul zou doden. Voor, Djdens en na de beslissing had hij de uitdrukkelijke wil om Paul niet te doden. Maar om een of andere reden werd deze wil niet gevolgd. Jan weet niet hoe het komt maar zijn wil was ondergeschikt aan iets vreemds. Jan heem een TMS- toestel in zijn hoofd. Je kunt niet zien of het aanstaat, en of het aanstond op het moment dat Jan Paul vermoordde. In dit geval zou Jan Verplaetse dus zeggen dat Jan niet verantwoordelijk is, hij is immers slecht in liegen en doet het daarom niet en daarnaast zit er een TMS- toestel in zijn brein wat als verklaring kan dienen. Verhaal 2 Jan voert aan dat hij inderdaad de wil had om Paul te doden. Hij wist welke hand Paul zou doden. Zijn linkerhand. Voor, Djdens en onmiddellijk na de doding had hij de wil om Paul te doden, maar toen hij zag wat hij had aangericht vond hij die beslissing verschrikkelijk. Jan weet niet hoe het komt, maar die wil werd hem opgedrongen. Dat was hij niet. Dat was zijn wil niet. Ook hier blijkt Jan een universeel TMS- toestel in zijn brein te hebben waarvan niet kan worden gezien of het aanstaat of aanstond op het moment van de daad. En ook hier biedt het TMS- toestel dat gevonden is door de deskundige een verklaring. Hier zou volgens Jan Verplaetse de rechter Jan opnieuw vrij moeten spreken. Dit geval is idendek met een geestesgestoorde in een psychodsche toestand die iemand vermoord. Je kunt het diegene ook niet aanrekenen. Verhaal 3 Jan wilde Paul doden. Hij wist welke hand Paul zou doden. Hij wilde dat niet alleen op het moment van de doding, maar ook nu nog. Hij staat nog steeds achter zijn beslissing. Hij zou nog steeds hetzelfde doen. Hij geem allerlei goede en minder goede redenen waarom hij vindt dat wat hij gedaan heem ook moest. Hij vindt het helemaal niet vreselijk Voor alle duidelijkheid beschikt Jan op dit moment over alle psychische vermogens die een compadbilist noodzakelijk acht om verantwoordelijk te zijn. Jan is ontvankelijk voor redenen, hij heem de wil die hij wil en hij kan handelingen vermijden. Hoor je alleen dit verhaal lijkt het duidelijk. Jan is schuldig en verantwoordelijk. Maar dan komt onze deskundige weer en vind opnieuw een universeel TMS- toestel in het hoofd van Jan. Hij legt uit dat het zou kunnen dat het apparaat aanstaat en alle handelingen voor Jan heem bepaald vanaf zijn geboorte. 9

4. Lees vraag 3. Sta je nog steeds achter het antwoord dat je daar hebt gegeven? Niets sluit uit dat het programma dit de handelingen en gedachten van Jan heem gefabriceerd. Dat er geen eigen Jan is, alleen een TMS- Jan. Jan Verplaetses intuïde zegt dat Jan weer niet verantwoordelijk is. Dit toont dus aan dat broncontrole intuïdef gesproken noodzakelijk is voor verantwoordelijkheid. Jan kan alleen verantwoordelijk zijn als er een stukje eigen- Jan is dat TMS- vrij is. Maar de manipulade sluit dit stukje eigen- Jan uit. Conclusie Hieruit blijkt dus dat we moeten concluderen dat broncontrole noodzakelijk is voor verantwoordelijkheid. Premisse 2 is nu minstens voor de helm waar, en dat is voldoende voor haar hele waarheid. Premisse 1 en 2 zijn tot nu toe waar bewezen. Premisse 3 Premisse 3 stelt dat alle alternadeven voor het causaal determinisme ofwel uitgesloten ofwel irrelevant zijn. Het is een and- libertarisdsch premisse. De alternadeven voor causaal determinisme zijn: determinis7sche acausaliteit: houdt in dat gevolgen zich aldjd kunnen voordoen zonder oorzaken zwakkere of indeterminis7sche acausaliteit: houdt in dat dezelfde oorzaken verschillende gevolgen kunnen hebben Hersenwetenschappers laten zien dat al onze beslissingen causaal verankerd zijn, denk maar aan het Libetexperiment (zie lijst met experimenten blz 36). Dit zorgt er dus voor dat determinisdsche acausaliteit wordt uitgesloten. Gevolgen kunnen zich namelijk niet voordoen zonder oorzaken. Daarnaast kan zwakker acausaliteit (toeval) je nooit echt verantwoordelijkheid geven, en zijn de alternadeven voor causaal determinisme dus irrelevant en of uitgesloten verklaard. Conclusie: We hebben geen vrije wil, en zijn dus niet verantwoordelijk voor onze daden. 10

Geen vrije wil, wat nu? Verschillende hersenwetenschappers trokken een en dezelfde conclusie namelijk; de vrije wil bestaat niet. Maar stonden vervolgens niet sdl bij de maatschappelijke en sociale gevolgen die deze conclusie kan hebben. Victor Lamme beweert bijvoorbeeld dat we nog steeds verantwoordelijk zijn: Bij oppervlakkige beschouwing lijkt de neurowetenschap te impliceren dat niemand meer verantwoordelijk is voor wat hij doet. Maar dat is natuurlijk onzin. Het tegendeel is eerder waar. Iemand is in alle omstandigheden verantwoordelijk voor wat hij doet ' Lamme (2010, 289) Dus je bent aldjd en overal verantwoordelijk voor, ondanks het feit dat we geen vrije wil hebben? Dit lijkt niet helemaal te kloppen. Daniel Wegner doet ongeveer hetzelfde. Eerst schrijm hij een ellenlang betoog waarin hij de vrije wil ontkracht, en vervolgens zegt hij: 'Hoe dingen lijken is soms belangrijker dan hoe ze zijn'. De illusie van een vrije wil is dus belangrijker dan de waarheid, namelijk; we hebben geen vrije wil? Ook Jan Verplaetse is door zijn syllogisme tot de conclusie gekomen dat wij geen vrije wil hebben, maar hij gaat een stap verder. Want wat zijn de maatschappelijke gevolgen van deze schokkende bevinding? Wat gebeurt er met ons strafrecht een recht dat gebaseerd is op schuld? De maatschappelijke gevolgen Allereerst zijn mensen bang. Bang dat het helemaal uit de hand gaat lopen als blijkt dat wij geen vrije wil meer hebben, en dus niet meer verantwoordelijk zijn voor onze daden. Men is bang dat de samenleving een ongecontroleerd zootje wordt, maar dat is niet waar zegt Jan Verplaetse. Zonder verantwoordelijk hebben mensen nog steeds normen en waarden en zullen ze heus niet plotseling gaan moorden, verkrachten of stelen. Verder is een verwijtloos leven ook geen plichtloos leven. OMewel, ook zonder verantwoordelijkheid moet je nog aldjd verantwoordelijkheid kunnen nemen. Al bestaat het niet je kunt het wel opeisen. Dit klinkt erg paradoxaal, maar verantwoordelijkheid heem meer dan één betekenis. Verantwoordelijkheid betekent namelijk ook een geheel aan plichten dat bij een taak, rol of funcde hoort, een verzameling normen. In die zin blijm verantwoordelijkheid dus gewoon bestaan, en kunnen we je vragen volgens de normen te gedragen Een harde incompadbilist is niet tegen plichten en niet tegen fouten, maar wel tegen de toerekening van fouten die voortkomen uit verzaakte plichten. 11

Strafrecht Straffen en belonen gaat niet meer, daar heb je alternadeve mogelijkheden en broncontrole voor nodig. Helaas zegt onze intuïde iets anders, die wil straffen wanneer er een verschrikkelijke misdaad is gebeurd. Maar een straffilosofie op basis van schuld en verdienste mag dan wel onze intuïde aan haar kant hebben, het heem wel ernsdge gebreken. Het voornaamste daarvan is dat ze irradoneel werkt. Dingen die dichter bij jezelf staan wil je harder straffen dan wanneer er iets gebeurd wat verder van je af staat. Het strafrecht komt dan ook niet ongeschonden uit het syllogisme. Schuld is bij daar namelijk nog aldjd het fundament. Het valt samen met nullum crimen sine culpa (zonder schuld geen misdrijf) Overtreedt de dader de strafwet, maar draagt hij geen schuld kun je hem niet veroordelen. In het determinisdsche wereld heem niemand schuld, en zou je dus volgens het huidige strafrecht niemand kunnen straffen. Daarom moet er iets veranderen. Jan Verplaetse heem drie modellen opgesteld die aangeven wat we met het strafrecht kunnen doen. 12

Schrap de schuld- voorwaarde model In dit model is schuld niet meer nodig voor strafrechtelijke verantwoordelijkheid en civiele aansprakelijkheid. En dus schrap je de schuldvoorwaarde. Je kunt in dit model alleen onschuldige personen verantwoordelijk houden en aansprakelijk stellen. Dus ook minderjarigen, geesteszieken of mensen die gedwongen werden een misdrijf te plegen. Grotendeels is dat nu al aanwezig: onschuldige werkgever betaald schade gemaakt door werknemer. Rijdt een auto een fietser aan omdat deze zomaar overstak? Autobestuurder aansprakelijk. Het gevolg is maatregelenrecht. Je bekijkt welke maatregel het beste past bij de desbetreffende dader en overtreding. Als de rechter heem aangewezen wie 'schuldig' is (wie de misdrijf begaan heem) wordt de dader gescreend om uit te vinden welke maatregel het beste bij hem past. Preven7emodel Waarom zou een pechvogel schade moeten vergoeden voor iets wat simpelweg een gevolg is van een gestoord causaal netwerk? Omdat er geen verantwoordelijkheid of schuld is, is dit onrechtvaardig. Maar schade moet vergoed worden. Daarom verschuiven we de focus van schuld naar prevende. De oplossing hiervoor is de verzekering. Als jij een fout maakt, vergoedt de verzekering de schade. Jij betaalt premie - en er zijn natuurlijk uitzonderingen voor zaken waar je nog steeds verantwoordelijk voor blijm en de verzekeraar draagt de gevolgen van jouw falen. Het illusiemodel Er verandert helemaal niets, alle begrippen, beginselen en rechtsfiguren die vrijewilgevoelig zijn blijven gewoon bestaan. We blijven woorden als 'schuld' en 'verwijtbaar' gebruiken en we doen gewoon alsof vrije wil bestaat. De harde incompadbilist combineert zijn filosofie met maatschappelijk pragmadsme: Op papier schrijm hij dat de dader bestram wordt omdat hem in het verleden iet te verwijten viel, maar eigenlijk dénkt hij dat die straf bedoeld is met oog op de toekomst. 5. Welk model lijkt jou het meest geschikt? Leg uit waarom. 13

Maarten Meester 22 oktober 2011, ik bevind me in de oude melkfabriek in Ried, waar Sjoukje, de gastvrouw ons een warm welkom heet. In de oude ruimte bevindt zich nog een Dental andere mensen waaronder mijn moeder en mijn filosofieleraar. Ik ben gewapend met een pen en opschrijuoekje om aantekeningen te maken. Maarten Meester houdt vandaag een lezing over vrije wil en het boek van Dick Swaab. Hij schraapt zijn keel en begint aan zijn verhaal. Dames en heren, hartelijk welkom. Wij gaan het vandaag hebben over Wij zijn ons brein van hersenwetenschapper Dick Swaab. Met name gaan wij het hebben over zijn stelling dat alles wat we doen, denken en laten gebeurt door onze hersenen (13) en dat de vrije wil een illusie (460) is. Wat betekent dat, als het klopt? Kunnen we dan mensen nog wel verantwoordelijk houden voor hun daden? Wat als onze partner het dopje niet op de tandpastatube heem gedaan? Mogen we dan nog boos zijn? Wat als iemand de Friese staartklok steelt die al generadeslang in onze familie is? Mogen we die persoon nog vervolgen? En moeten we onszelf nog wel goed gedragen? Of kan niemand het ons verwijten als wij zelf s nachts naar het Fries museum gaan en daar een nieuwe staartklok uitkiezen? Eerst even wat meer over Dick Swaabs boek. De Dtel lijkt voor zich te spreken: Wij zijn ons brein. De eerste regel van de inleiding luidt: Alles wat we doen, denken en laten gebeurt door onze hersenen. De bouw van deze fantasdsche machine bepaalt onze mogelijkheden, onze beperkingen en ons karakter; wij zijn onze hersenen. (13) Swaab geem enorm veel voorbeelden van hoe bepalend de hersenen zijn. Dat begint al in de baarmoeder. Als de moeder veel stress ervaart, rookt, drinkt of veel gimige stoffen binnenkrijgt, beïnvloedt dat de ontwikkeling van de hersenen nadelig. Dat zorgt ervoor dat het kind al met een achterstand ter wereld komt. De hersenen zijn minder goed ontwikkeld, waardoor het kind later agressie gedrag kan gaan vertonen, minder goed kan leren kortom een minder grote kans heem om hoogleraar neurobiologie te worden en een grotere kans om crimineel te worden. Ook eenmaal uit de baarmoeder blijven de hersenen zich ontwikkelen. Wanneer de omgeving veilig 14

en sdmulerend is en als die aan het kind haalbare eisen stelt, dan ontwikkelt het brein zich voorspoedig. Zo heem iemand die in een gunsdge omgeving opgroeit grotere hersenen dan wie dat voorrecht mist. Maar ook bij mensen die wel het geluk hebben dat hun moeder zich Djdens de zwangerschap goed gedraagt en die in een veilige, sdmulerende omgeving opgroeien, kan het misgaan. Zo raakte de prefrontale cortex van een Amerikaanse rechter beschadigd door granaatscherven (296). De prefrontale cortex is het deel van de hersenen dat cruciaal is bij beslissingen over morele dilemma s. U heem misschien de film Sophie s Choice gezien of het boek gelezen, over de Joodse moeder die in de Tweede Wereldoorlog moet kiezen welke van haar twee kinderen in leven blijm. Ieder van ons voelt direct dat je dit soort beslissingen helemaal niet kunt nemen. Mensen bij wie de prefrontale cortex beschadigd is daarentegen, gaan uiterste radoneel met dat soort beslissingen om. Zo ook de Amerikaanse rechter: nadat granaatscherven zijn prefrontale cortex beschadigd hadden, voelde hij helemaal niets meer voor de verdachten. Nu heb ik tot nu toe vooral de horrorverhalen uit Swaabs boek naverteld, maar ik kan ook voorbeelden geven die ieder van ons raken. Neem verliefdheid. Ik citeer Swaab daarover: Niemand die zich de hemige en plotselinge gebeurtenissen van een intense verliefdheid nog kan herinneren, zal de partnerkeuze classificeren als een vrije keuze of een weloverwogen besluit. Verliefdheid op het eerste gezicht overkomt je gewoon, het is pure biologie, compleet met de euforie, alle hemige lichamelijke reacdes zoals een bonzend hart, zweten en slapeloosheid, met de emodonele axankelijkheid, sterk gefocuste aandacht, het obsessieve denken aan en het bezinerig beschermen van de partner.(122-3) Even later schrijm hij nog eens: Djdens de hemige verliefdheid, waarbij al onze aandacht en energie op die ene partner gefocust wordt, zijn het hersengebieden diep onder de hersenen, structuren die onbewuste processen sturen, die de dienst uitmaken. (123) Hoe weet hij dat? Hersenwetenschappers hebben hevig verliefde mensen een foto van hun partner laten zien. Tegelijk hebben ze hersenscans gemaakt en daar zou dit uit blijken. Het gaat 15

vooral om het zogenaamde belonende systeem, dat dopamine aanmaakt waardoor je je preyg voelt. Een systeem, zegt Swaab, dat ook een grote rol speelt bij verslaving. Vandaar de ontwenningsverschijnselen als er een eind komt aan de relade. Zo staat Swaabs boek vol met voorbeelden van hoe wij uiteindelijk niet meer zouden zijn dan ons brein. Ieder van u weet waarschijnlijk nog waar u was toen u het nieuws hoorde van de aanslagen op 11 september 2011. Hoe komt dat? Ik citeer weer: De amygdala, (figuur 25.), die vlak voor de hippocampus in de temporaalkwab ligt, drukt zijn stempel op een herinnering als er een sterke emodonele lading aan zit. Het stresshormoon cordsol is daarbij betrokken. De amygdala markeert een angsdge gebeurtenis op zo n manier dat deze meteen voorgoed in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. (312) Bovendien, en dat is cruciaal, handelt het brein voor een groot deel onbewust. Ik steek nu mij hand omhoog, en u en ik registreren nu iets wat mijn brein al veel langer mee bezig was. Volgens Swaab hebben recente experimenten aangetoond dat hersenschorsgebieden een motorische handeling al zo n zeven tot Den seconden voor [te] bereiden voordat deze bewust wordt. (387) [check] Het bewustzijn is het verhaal, zoals psychologe Susan Blackmore stelt, dat achteraf verteld wordt. 6. Volgens Searle is de mogelijkheid om een hand omhoog te steken een bewijs dat we onszelf vrij kunnen aansturen. Swaab is het daar niet mee eens omdat de beweging aantoonbaar wordt voorbereid nog voordat iemand besloten heef de hand op te steken. Is het voorbeeld van Searle voor jou overtuigend? Zou DenneS het op dit punt met Searle eens zijn? Op basis van van het hierboven vertelde verhaal telt Swaab dat wij ons brein zijn en dat vrije wil een illusie is. Ik zal nu met drie punten van kridek komen. Daarbij zeg ik nadrukkelijk al is dat u waarschijnlijk volkomen duidelijk - dat ik zelf geen hersenwetenschapper ben en dat ik niet als zodanig kan en wil ingaan op de onderzoeken waarop Swaab zich baseert. 16

Swaab heej een te eenvoudige visie op taal Mijn eerste kridekpunt luidt dat Swaab een te eenvoudige visie op taal heem. Hij gebruikt begrippen alsof die geen geschiedenis hebben. Ik noem twee voorbeelden. Hij heem het over depressie. Dan schrijm hij: Vele creadeve geesten en bekende polidci hebben geleden aan een depressie. Een paar voorbeelden zijn Goethe, Isaac Newton, Ludwig van Beethoven enzovoorts. (147) Ik vind dit extra kwalijk omdat Swaab in zijn boek zijn opponenten verwijt dat ze de recente vakliteratuur niet bijhouden. Als Swaab zelf dat had gedaan, had hij in De depressie- epidemie van wetenschapsfilosofe Trudy Dehue de volgende zinnen kunnen lezen: het woord depressie verscheen midden negendende eeuw in de psychiatrie en zou daarna regelmadg van betekenis veranderen. Lange Djd verwees het bijvoorbeeld naar neerslachdgheid als gevolg van onverwerkte ervaringen, waarbij de aard en het verloop van het lijden verschillend kon zijn voor elke persoon. Pas vanaf de jaren 1980 maakt dit psychodynamische model plaats voor een endteitsmodel dat depressie als een op zichzelf staande ziekte ziet die tussen individuen alleen nog in sterkte varieert. (18) Nu weet ik wel dat dit contra- intuïdef is, dat veel mensen het niet met Dehue eens zullen zijn en zullen zeggen dat depressie aldjd al bestaan heem en dat artsen de ziekte alleen niet als zodanig hebben herkend, maar dat komt denk ik vooral doordat ze haar boek niet hebben gelezen of de achtergrond missen om haar boek te kunnen begrijpen. Ik noem dit alleen om aan te geven dat Swaab te makkelijk termen gebruikt. Hij doet dus alsof depressie aldjd al bestaan heem. Maar als je Djdgenoten van Goethe of Newton of deze grote geesten zelf had gevraagd of zij depressief waren, was je vol onbegrip aangekeken. Datzelfde gaat op voor het simpele woordje wij in wij zijn ons brein. Daarachter schuilt een uiterst complexe discussie over wat een persoon is. Voor u is het duidelijk dat u niet uw buurman of buurvrouw bent en niet de stoel waarop u zit. Ieder van u ervaart zich waarschijnlijk als een eenheid, als een geheel. Maar is dat zo vanzelfsprekend? Wat is er dan constant gebleven Djdens uw leven? Uw lichaam is voortdurend veranderd. Uw hersenen hebben zich ook voortdurend ontwikkeld. Uw gedachten en denkbeelden. Wie of wat is dat wij dan, in wij zijn ons brein? 17

Zo is het ook met het begrip vrije wil, maar dan in een nog sterkere mate, want over weinig begrippen is zo veel gefilosofeerd. In de Stanford Encyclopedia of Philosophy telt het lemma Free Will al meer dan zesduizend woorden. Maar Dick Swaab heem er aan 71 genoeg: In de filosofie is er geen overeenstemming over wat vrije wil nu eigenlijk is. In de eerste plaats dat een handeling pas vrij is als je deze ook niet had kunnen doen (je moet alternadeve mogelijkheden hebben). Een tweede punt is dat de handeling met een reden verricht moet zijn, Een derde kenmerk van vrije wil zou zijn dat je het idee hebt dat je de handeling echt uit jezelf verricht. Klaar. De dokter heem haast want een volgende padënt wacht, dat gevoel kreeg ik vaak toen ik Wij zijn ons brein las. Ik vind het eerste kridekpunt zelf een beetje lijken op het onderdeterminadeargument van Descartes. Het argument waarmee je eigenlijk elke discussie wel kunt beëindigen door te zeggen 'Ja, maar wie weet zijn we wel gewoon een brein in een vat?'. Je kunt iedereen wel verwijten dat diegene geen rekening houdt met de geschiedenis van een bepaald begrip. Verder gaat dit argument over het taalgebruik van Swaab en niet over datgene waar Swaab het eigenlijk over heem; de hersenen. Op deze manier blijm Swaabs argument over hersenen volgens mij dus onaangetast. En misschien kunnen we ook maar beter niet sdl staan bij de geschiedenis van een begrip. Als we voortdurend moeten bedenken 'oh ja, vroeger betekende depressie dit en dit, maar nu dat en dat', daar wordt het allemaal niet veel duidelijker van. Misschien heem Swaab wel expres niet genoemd dat depressie een veranderlijk begrip is, om het nog leesbaar te houden voor zijn lezers. Maar als je ;jdgenoten van Goethe of Newton of deze grote geesten zelf had gevraagd of zij depressief waren, was je vol onbegrip aangekeken. Newton leefde in de achyende eeuw, en volgens mevrouw Dehue bestond het begrip depressie toen nog niet ( het woord 'depressie' verscheen midden negendende eeuw ). Maar omdat het begrip desdjds nog niet bestond betekent nog niet dat Newton er niet aan kon lijden. Mijn vader is aldjd al dyslecdsch geweest, maar toen hij naar school ging wisten ze simpelweg nog niet wat dyslexie was, en konden ze er ook niet zo veel mee. Zou je terug in de Djd gaan en mijn vader en vragen of hij dyslexie had, had hij u ook erg vreemd aangekeken, terwijl hij er toch echt wel aan 'lijdt' ook al bestond het begrip dyslexie toen nog niet. hij doet dus alsof depressie al;jd bestaan heef. Als ik nu zeg dat mijn vader dyslecdsch is gebruik ik het woord ook alsof het aldjd al bestaan, terwijl dat helemaal niet zo is. Toch is dat volgens mij niet een reden om het begrip dan maar niet te gebruiken. Ik ben benieuwd of u dit met me eens bent! 18

Het spijt me, maar ik ben het volkomen oneens met je. Volgens mij is het onmogelijk om de scheiding te maken die jij maakt tussen het taalgebruik van Swaab en over datgene waar Swaab het eigenlijk over heem; de hersenen. Dat is een oude filosofische droom om de bemiddelende taal te schrappen en rechtstreeks over de werkelijkheid te kunnen ja, wat eigenlijk? Ik denk niet alleen dat we niet zonder taal kunnen als we over de werkelijkheid spreken, ik denk dat die taal de werkelijkheid ook deels schept. Depressie is daar een goed voorbeeld van, net als dyslexie. Ik denk dat beide niet aldjd hebben bestaan. Mogelijk had je vader in vroeger Djden ook verschijnselen vertoond die we nu als symptomen van dyslexie zouden zien, daarmee had hij nog geen dyslexie gehad. Bij het begrip dyslexie hoort wat de Franse filosoof Bruno Latour een netwerk noemt: een maatschappij die leesvaardigheid belangrijk vindt, deskundigen die dyslexie bestuderen en diagnosdceren, Kurzweil, extra Djd die leerlingen krijgen Djdens toetsen enzovoorts. Het boek van Trudy Dehue laat ook zien dat het begrip 'depressie' niet neutraal is maar deels ook een wereld schept. Zij geef het voorbeeld van Japan waar zwaarmoedigheid lange Djd als een teken van wijsheid gold. Tot de farmaceudsche industrie ervoor zorgde dat het begrip depressie er ingang deed, zo opgevat als dat een depressie een storing is die je met anddepressiva moet bestrijden. Als je niet naar de geschiedenis van een begrip kijkt, loop je het risico mee te gaan met dergelijke historisch bepaalde en zeker niet belangeloze interpretades. Vervolgens haalt u nog aan dat in the Stanford Encyclopedia of Philosophy vrije wil in meer dan zesduizend woorden wordt beschreven, terwijl Dick Swaab maar 71 woorden nodig heem. Dat hij minder woorden nodig heem komt op mij over alsof u dat een slecht punt vindt, de dokter heem namelijk 'haast'. Er is natuurlijk ook een groot verschil tussen een Stanford Encyclopedia of Philosophy en een wetenschappelijk boek dat over ons brein gaat. In het eerstgenoemde boek gaat het om een filosofische benadering van het 'vrije wil'. Maar Swaabs boek is toch een wetenschappelijk boek waarin de filosofische funcde van het woord 'vrije wil' niet zo heel groot is? Daarom hoem het toch ook niet met zesduizend woorden beschreven te worden? Jan Verplaetse heem slechts elf woorden nodig om de vrije wil te beschrijven (De vrije wil is: 'het vermogen om vrij te beslissen wat we doen, waarom en hoe.' (zie 'zonder vrije wil' blz 30 )) Hier gaat Verplaetse dan wel een heel boek op in, maar zijn definide van vrije wil is ook erg kort. Vindt u het inderdaad een punt van kridek dat Swaabs definide zo kort is? 19

Ik noem de manier waarop hij de vrije wil neerzet als voorbeeld van zijn te grote eenvoud. Natuurlijk hoem je niet elk begrip met de diepgang van de Stanford Encyclopedia te beschrijven, maar Swaab slaat naar de andere kant door. Daarbij kun je volgens mij Wij zijn ons brein je niet typeren als een wetenschappelijk boek dat over ons brein gaat. Alles wat we doen, denken en laten gebeurt door onze hersenen. schrijf Swaab, De bouw van deze fantas;sche machine bepaalt onze mogelijkheden, onze beperkingen en ons karakter; wij zijn onze hersenen. (13) Dat gaat veel verder dan puur een uitspraak over onze hersenen. Swaab begeem zich hiermee ook op het terrein van de vrije wil. Dan moet hij duidelijker uitleggen wat hij daaronder verstaat. Ik vind dat je Verplaetse niet hetzelfde verwijt kunt maken. Die maakt duidelijk wat er problemadsch is aan het begrip vrije wil en komt met alternadeve termen, die hij uitgebreid introduceert. Vragen 7. Lijkt het taalargument van de filosoof echt op het onderdetermina;e- argument van Descartes, of heb ik de filosoof uiteindelijk toch niet goed begrepen? 8. Maar als de ;jdgenoten van Goethe of Newton of deze grote geesten zelf had gevraagd of zij depressief waren was je vol onbegrip aangekeken. Zoals je ziet was ik het hier niet mee eens. Wat vind jij? Is het een terecht punt dat de filosoof hier van Swaab verlangt dat hij voor hersentoestanden uit het verleden ook de taal uit dat verleden gebruikt? Is het gemakkelijke gebruik van de taal door Swaab voor jou ook echt een probleem? Had mijn vader dyslexie of niet? 9. Swaab is vanzelfsprekend erg te spreken over de moderne kennis van het brein. Hij geloof overduidelijk in een soort vooruitgang. De filosoof is daar wat voorzich;ger mee en noemt het voorbeeld hoe in Japan zwaarmoedigheid maatschappelijk in hoof aanzien stond en hoe het nu commercieel interessant is voor de farmaceu;sche industrie. Ik vind die farmaceu;sche industrie met Lithium, Ritalin en Prozac wel een soort van vooruitgang. Denk jij ook niet dat die Japanse zwartkijker niet liever een pil uit de toekomst had gehad? 10. De filosoof had kri;ek op de haast van de dokter. Ik vond die kri;ek wat overdreven. Ben jij het na het lezen van onze corresponden;e met mij, of met de filosoof eens? 20

Swaabs visie op causaliteit Dan naar mijn tweede serie kridekpunten. Die betreffen Swaabs visie op causaliteit, dus op oorzakelijkheid, hoe een oorzaak een gevolg heem. U herinnert het zich nog: alles wat we doen, denken en laten gebeurt door onze hersenen, schrijm Swaab. Hier lijkt de causaliteit dus heel eenvoudig te zijn: het brein is de oorzaak, alles wat we doen, denken en laten zijn de gevolgen. Maar ook hier laat Swaab de relevante vakliteratuur links liggen. Causaliteit is namelijk om verschillende redenen problemadsch. Zo liet de achyende- eeuwse filosoof David Hume al zien dat we uit onze waarneming dat biljartbal A in beweging komt als die door biljartbal B geraakt wordt, niet mogen afleiden dat biljartbal B biljartbal A in beweging brengt. We zien slechts een opeenvolging van twee gebeurtenissen, we zien niet dat de ene gebeurtenis de andere veroorzaakt. Dat is weer contra- intuïdef. Je ziet toch dat het ene op het andere volgt? Maar stelt u zich nu voor, dat ik nu een slokje water neem en daarna flauwval. Mag u daaruit afleiden dat het glas water ervoor zorgt dat ik flauwval? Of als we eerst een bliksemschicht zien en dan gedonder horen. Mogen we dan aannemen dat de bliksem voor de donder zorgt? En waarom mag dat bij de biljartballen wel? In al de drie gevallen zien we slechts een opeenvolging van twee gebeurtenissen, we zien niet dat de ene gebeurtenis de andere veroorzaakt. Aannemen dat omdat de ene gebeurtenis op de andere volgt, er een oorzakelijk verband is, is een denkfout, een drogreden. Post hoc ergo propter hoc, heet dat in vaktermen. Telkens nadat KriDas voor de tempel tot Zeus heem gebeden, vindt hij bij thuiskomst een zak met eten voor de deur. Dus moet het verschijnen van dit eten wel het gevolg zijn van zijn gebeden. De klassieke denkers verwierpen dit al. Maar zelfs als we causaliteit niet al te veel problemadseren, speelt nog de vraag: waar begint de keten? Komt biljartbal A in beweging doordat die geraakt wordt door biljartbal B? Of doordat Raymond Keulemans biljartbal B een stoot heem gegeven? Of doordat Keulemans een uitnodiging kreeg om deel te nemen aan toernooi? Of doordat Keulemans graag een nieuwe auto wilde en het geld dat hij met het toernooi verdiende goed kon gebruiken? 21

Laten we met deze problemadsche kanten van causaliteit in ons achterhoofd eens naar voorbeelden uit Swaabs boek kijken. Bewijzen die dat alles wat we doen, denken en laten gebeurt door onze hersenen (13) en dat de vrije wil een illusie (460) is? We begonnen met het embryo van wie de moeder veel stress ervaart, rookt, drinkt, veel gimige stoffen binnenkrijgt, wat de ontwikkeling van de hersenen nadelig beïnvloedt. Gebeurt hier alles wat het doet, denkt en laat door de hersenen van het embryo? Nee, het gedrag van de moeder zorgt ervoor dat de hersenen zich niet goed ontwikkelen, en als we verder zoeken zullen we ook verklaringen voor het gedrag van de moeder kunnen vinden ze zal heus niet voor niets zo zijn gaan roken en drinken. Swaab noemt het voorbeeld van het verwaarloosde jongetje JusDn, van wie de moeder en grootmoeder overleden toen hij nog een baby was. Hij groeide bij een hondenfokker op, en die stopte JusDn in een hondenkooi en besteedde nauwelijks aandacht aan hem. Toen JusDn zes jaar was, zijn er scans gemaakt van zijn hersenen. Die bleken veel kleiner te zijn dan die van zijn leemijdgenoten. Gebeurde alles wat JusDn deed, dacht en liet door zijn hersenen? Nee, het gedrag van de hondenfokker zorgde ervoor dat de hersenen van JusDn zich niet goed ontwikkelen, en die hondenfokker zal vast ook een interessante geschiedenis hebben. En bij de Amerikaanse rechter, die door een beschadiging aan zijn prefrontale cortex zich niet meer kon inleven in de verdachten. Kwam dat door de hersenen? Nee, het kwam door de granaatscherven die de hersenen geraakt hadden, en die zullen wel weer uit een kanon a~omsdg zijn geweest, en dat kanon zal ook niet zo maar zijn afgevuurd. 22

Causaliteit is inderdaad een erg moeilijk begrip, en zoals David Hume zei kunnen we causaliteit niet aanwijzen, we nemen alleen gebeurtenissen waar. Alleen snap ik niet helemaal wat u vervolgens doet met de voorbeelden van Swaab. We begonnen met het embryo van wie de moeder veel stress ervaart, rookt, drinkt, veel gifige stoffen binnenkrijgt, wat de ontwikkeling van de hersenen nadelig beïnvloedt. Gebeurt hier alles wat het doet, denkt en laat door de hersenen van het embryo? Nee, het gedrag van de moeder zorgt ervoor dat de hersenen zich niet goed ontwikkelen, en als we verder zoeken zullen we ook verklaringen voor het gedrag van de moeder kunnen vinden ze zal heus niet voor niets zo zijn gaan roken en drinken. Het brein van het embryo wordt hier ten nadele beïnvloedt door het gedrag van de moeder. Stel dit zorgt ervoor dat het kind een kleinere hersencapaciteit krijgt, en dat kinderen met een kleinere hersencapaciteit een grotere kans hebben om dief te worden. U zou dan zeggen: Het gedrag van de moeder zorgt ervoor dat het kind een dief wordt. Dat is niet de schuld van het kind, of van de hersenen van het kind. Bepaalt het kind hier of hij een dief wordt? Of de hersens van het kind? Nee, de moeder want die begon met roken. Volgen mij slaat u een dan stap over. Het rook- en drinkgedrag is de oorzaak van de kleinere hersencapaciteit van het kind. De kleinere hersencapaciteit zorgt er weer voor dat het kind een verhoogde kans heem om dief te worden. Volgens mij zijn de hersenen dan nog steeds bepalend voor het gedrag van het kind. Is dit voorbeeld daarmee mogelijk juist een ondersteuning van de stelling van Swaab? Ten eerste denk ik niet dat alleen het gedrag van de moeder bepalend is. Ik spreek van causale ketens. Vele factoren maken het kind tot wat het is, en die vele factoren kun je weer in verschillende causale ketens plaatsen. Waar het mij om gaat is dat het willekeurig is om 1 factor bepalend te noemen. Waarom zou nu juist de kleinere hersencapaciteit bepalend zijn voor het gedrag van het kind? Het rook- en drinkgedrag van de moeder was toch weer bepalend voor die kleinere hersencapaciteit? En dat rook- en drinkgedrag van de moeder zal ook weer ergens door bepaald zijn, enzovoorts. Maar net zo goed zal die lieve oma ook van invloed zijn, en die strenge juf, en die verkeerde voeding. En die lieve oma is ook niet toevallig zo lief geworden, die juf niet zo streng. To be con;nued. 23

Dan het verwaarloosde jongetje Jus;n, dat tot zijn zevende opgroeide in een hondenkooi. Gebeurt alles wat hij deed, dacht en liet door zijn hersenen? Nee, het gedrag van de hondenfokker zorgde ervoor dat de hersenen van Jus;n zich niet goed ontwikkelen, en die hondenfokker zal vast ook een interessante geschiedenis hebben. U zegt: het gedrag van de hondenfokker zorgde ervoor dat de hersenen van JusDn zich niet goed ontwikkelen (En dus gebeurde niet alles door de hersenen) Het gedrag van de hondenfokker zorgde er inderdaad voor dat de hersenen van JusDn zich niet goed ontwikkelden. JusDns hersenen bepalen dan misschien alles wat hij doet, denkt en laat, maar hier kon JusDn niets aan doen. Dit is iets wat met hem gebeurt, hij heem hier zelf geen invloed op. In dit verhaal over JusDn komen JusDns hersenen eigenlijk niet eens ter sprake. Alleen de zieke geest van de hondenfokker komt aan bod, en zoals u zelf zegt zal hij 'vast een interessante geschiedenis hebben'. En die interessante geschiedenis van de hondenfokker heem zijn brein dusdanig beïnvloedt dat hij kinderen in hondenkooien opsluit. En bij de Amerikaanse rechter, die door een beschadiging aan zijn prefrontale cortex zich niet meer kon inleven in de verdachten. Kwam dat door de hersenen? Nee, het kwam door de granaatscherven die de hersenen geraakt hadden, en die zullen wel weer uit een kanon aloms;g zijn geweest, en dat kanon zal ook niet zo maar zijn afgevuurd. Ik denk dat ook deze Amerikaanse rechter er niets aan kan doen dat hij een granaatscherf in zijn hoofd kreeg. Als hij daar namelijk invloed op had gehad had hij vast wel gezorgd dat het niet was gebeurd. Dat hij zich niet meer kan inleven in zijn verdachten is volgens mij juist een bewijs dat alles door de hersenen gebeurt! Dick Swaab stelt: alles wat we doen, denken en laten gebeurt door onze hersenen. In dit geval is er iets mis met de prefrontale cortex van de rechter. Waardoor alles wat de beste man, doet, denkt of laat verandert wat terug valt te zien want hij kan zich niet meer kan inleven in zijn verdachten. Dus door een verandering in de hersenen verandert het doen denken en laten van iemand. Wat dus betekent dat als zijn hersenen gewoon hadden gefuncdoneerd ook dan alles wat iemand doet, denkt of laat door zijn hersenen werden bepaald. Dit is hetzelfde punt als boven. Ik zie niet in waarom je uit een complex geheel van bepalende factoren de hersenen als de bepalende factor mag nemen. 24

HeeM Swaab het nu volledig mis? Nee, dat ook weer niet. Uiteraard spelen de hersenen een grote rol in wie we zijn, wat we denken, doen en laten, ze maken onderdeel uit van de causale ketens. Maar ik zie niet in waarom ze een grotere rol zouden spelen dan de rest van ons lichaam, onze sociale omgeving, de technologie waarmee we ons omringen, enzovoorts, waarom ze aan het begin van die causale ketens zouden staan. Ik hoop dan ook dat dit boek van Dick Swaab deel uitmaakt van een serie, en dat hierna zullen volgen: Wij zijn ons lichaam, Wij zijn onze technologie, Wij zijn onze taal, Wij zijn onze cultuur, enzovoorts. Maar ik zie niet in waarom ze een grotere rol zouden spelen dan de rest van ons lichaam, onze sociale omgeving, de technologie waarmee we ons omringen, enzovoorts, waarom ze aan het begin van die causale ketens zouden staan. Allereerst spelen onze hersenen wel degelijk een grotere rol dan bijvoorbeeld ons lichaam. Als de rechter zijn been was kwijt geraakt door een granaatscherf had dit niet tot gevolg gehad da hij niets meer voelde voor zijn verdachten. Verder heem Swaab nergens genoemd (of ten minste niet in de stukjes die u aanhaalt) dat onze hersens aan het begin de causale ketens staan. Hij zegt volgens mij alleen dat het brein de oorzaak is, maar niet dat het de ul;eme (eerste) oorzaak is. Swaab schrijm: Alles wat we doen, denken en laten gebeurt door onze hersenen. De bouw van deze fantas;sche machine bepaalt onze mogelijkheden, onze beperkingen en ons karakter; wij zijn onze hersenen. (13) Waarin verschilt dat van de uitspraak dat het brein de ul;eme (eerste) oorzaak is? Jij schrijm: Allereerst spelen onze hersenen wel degelijk een grotere rol dan bijvoorbeeld ons lichaam. Als de rechter zijn been was kwijtgeraakt door een granaatscherf had dit niet tot gevolg gehad dat hij niets meer voelde voor zijn verdachten. Hoezo bewijst dit dat de hersenen een grotere rol spelen? En waarvoor een grotere rol? Misschien was de rechter wel een gepassioneerd wielrenner en was hij het rechter zijn moe. Dan had hij het zelf misschien een veel grote inbreuk op zijn leven gevonden als hij een been was kwijtgeraakt. En dat misschien kunnen we weghalen als het om een professionele hoogspringer gaat. 25

Vragen 11. Ben je het ook met de filosoof eens dat Swaab zich bezondigt aan de post hoc ergo propter hoc? Sluit de visie van Swaab over causaliteit daarmee nu wel of niet aan bij de visie van Hume? 12. Heb je in 5 VWO ook the concept of mind behandeld? Daarin benoemt Ryle in het argument van Descartes een categoriefout. Mijn filosofieleraar zegt dat hij in onze corresponden;e ook een categoriefout onderscheidt. Zie jij het ook? 13.Maak een argumentenkaart van enerzijds de argumenta;e van Swaab (en mij) en anderzijds die van de filosoof over causaliteit. Wat valt er op? 14. Mijn filosofieleraar vroeg me het verschil tussen modernisme en postmodernisme nog eens uit te leggen. Hij vroeg me vervolgens of ik deze tegenstelling ook terugzag in onze corresponden;e. Wat denk jij? 15. DenneS beschrijf het Cartesiaanse theater als een fou;eve voorstelling van ons bewustzijn. Eigenlijk gaat het weer over categoriefouten. Kunnen we in het boek van Swaab ook spreken van een Cartesiaans theater? 26 Cartesiaans theater

Swaab is niet radicaal genoeg Je zou het ook zo kunnen formuleren: Swaab confronteert ons nog eens, met een door beroepsdeformade getekende blik, met wat we uit andere vakgebieden allang hadden kunnen weten. Darwin heem al laten zien hoe ons handelen een evoludonaire basis heem overigens noemt Swaab Darwin zelf vaak. Freud heem al gewezen op de grote rol van het onbewuste. Ook Freud noemt Swaab al zelf: 'Ons gedrag wordt dus, in voortdurend eerbetoon aan Sigmund Freud, grotendeels door onbewuste processen gestuurd. Wat Swaab niet noemt is dat de filosofie de stroming van het structuralisme veel heem afgedaan aan de vrije wil. Het structuralisme heem de naam zegt het al laten zien hoe we bepaald worden door structuren. De taal is een goed voorbeeld. Als we over onszelf gaan spreken, doen we dat in een taal die aan ons voorafgaat, die een geschiedenis heem waar wij ons alleen maar in kunnen voegen. Dat blijkt denk ik duidelijk bij het onderwerp waar we het vandaag over hebben: ook al geloven we niet in vrije wil, dan nog spreken we daarover in een taal waarin het concept al ingebakken zit. Neem alleen al het feit dat we aannemen dat mensen reden hebben voor hun handelen en geen oorzaken. Vandaag is het een mooie dag. Misschien zei u vanochtend wel: ik heb vandaag zin om lekker in de zon te gaan liggen. Niet: mijn lichaam heem endorfine en serotonine nodig. Zo kom ik op mijn derde bezwaar tegen Swaabs boek: het is niet radicaal genoeg. Als de vrije wil een illusie is, dan heem dat veel grote gevolgen dan hij denkt. Hij noemt homoseksualiteit: Pas in 1992 werd Swaab stelt ook dat de vrije wil een homoseksualiteit verwijderd uit de ICS- 10 (Interna;onal illusie is, wat dus wil zeggen dat ook Classifica;on of Diseases). Tot die Djd heem men mensen met normaal ontwikkelde tevergeefs geprobeerd om homoseksuelen van hun hersenen geen vrije wil hebben. vermeende hersenziekte te genezen door gevangenisstraf, en door middel van alle mogelijke vreselijke ingrepen, die geen van alle hielpen. Ik ben benieuwd hoe lang het duurt voordat voor andere gedragingen, waarbij nu nog van de vrije wil wordt uitgegaan, zoals agressief en delinquent gedrag, pedofilie, kleptomanie, en stalken, hetzelfde inzicht zal doorbreken, en geaccepteerd zal worden dat ook dit gedrag geen kwesde van vrije wil is, met alle consequendes van dien. (392) Het lijkt hier alsof Swaab mensen onderscheidt met normaal ontwikkelde hersenen, die wel een vrije wil hebben, en mensen met beperkte ontwikkelde hersenen, die geen vrije wil hebben. Maar zoals we weten stelt hij ook dat de vrije wil een illusie is, wat dus wil zeggen dat ook mensen met normaal ontwikkelde hersenen geen vrije wil hebben. En als dat zo is, kun je je afvragen waarom voor deze 27