Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied t.a.v. Hans de Ruiter Postbus EE ZAANDAM. Hoorn, 23 augustus 2016

Vergelijkbare documenten
VERZONDEN 1 4 SEP. 2017

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOUAND A. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

verzonden o 7 mir 2019

VERZONDEN 19 SEP. 2017

omgevingsdienst HAAGLANDEN

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

VERZONDEN 0 3 ONT. 2017

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

VERZONDEN 0 2 JOU 2018

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

VERZONDEN 18 OKI. 2017

ONTWERPBFSI HIT VAN GFDEPLJTEERDE STATFN VflM NOORD-HO LAND A. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

omgevingsdienst HAAGLANDEN

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998

A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND A. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOII ANn

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NQQRD-HQLLAND A. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

l. de aangevraagde vergunning op grond van art kel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 te verlenen;

BESLUIT VERLENEN NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GRONINGEN

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN

De heer J. van der Weerd Hoge Brink AN ZALK. Onderwerp: Weigering aanvraag Natuurbeschermingswet. Geachte heer Van der Weerd,

omgevingsdienst HAAGLANDEN

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (Wnb)

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Uitvoeringsdienst bord-holland Noord VERZONDEN 21 NOV A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

BESLUIT VERLENEN NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GRONINGEN

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 25 april

Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

omgevingsdienst HAAGLANDEN

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Besluit. H. Visscher de heer H. Visscher Klaas Kloosterweg West LV STAPHORST. Onderwerp: Natuurbeschermingswet; aanvraag vergunning

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

omgevingsdienst HAAGLANDEN

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Voorschriften Wij verbinden aan deze vergunning voorschriften. Deze zijn in bijlage 1 weergegeven.

Onderwerp: Natuurbeschermingswet; vergunning met ontwikkelingsruimte

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND A. BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Q,dbn. Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Omgevingsdienst Brabant Noord

De motivering voor ons besluit is in bijlage 1 (overwegingen) en bijlage 2 (bijlage AERIUS Register 3 ) weergegeven.

Voorschriften Wij verbinden aan deze vergunning voorschriften. Deze zijn in bijlage 1 weergegeven.

Bijlage 1. AERIUS verschilberekening van 24 april 2017 met kenmerk S4ca1 pkjggdd (ODH )

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Voorschriften Wij verbinden aan deze vergunning voorschriften. Deze zijn in bijlage 1 weergegeven.

Besluit. Maatschap Kapper de heer R. Kapper Ooldselaan PP LAREN. Onderwerp: Natuurbeschermingswet; aanvraag vergunning. Geachte heer Kapper,

IE lil! Uil

Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

PAS en vergunningverlening onder Natuurbeschermingswet Wim Hage Provincie Zeeland

omgevingsdienst HAAGLANDEN

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

Farmel Holding B.V. De heer E. Peters Penning BH EMMELOORD. Onderwerp: Vergunning aanvraag Natuurbeschermingswet. Geachte heer Peters,

Ontwerpbesluit. Lindepluim de heer W. Beltman Harmelinksdijk RL LETTELE. Onderwerp: Natuurbeschermingswet; aanvraag vergunning

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

Memo. memonummer rev. 00 datum 27 augustus 2015 BDP Ontwikkeling BV S. Visser

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk. 1 juni Onderwerp

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Wnb definitief besluit PAS RUD G.F. de Graaf Amsterdamsestraatweg 61, Naarden

Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Besluit. J. Pruim en of G.W. Pruim-Lennips de heer J. Pruim Herfterlaan RB ZWOLLE. Onderwerp: Natuurbeschermingswet; aanvraag vergunning

BELEIDSREGEL TOEDELING ONTWIKKELINGSRUIMTE PROGRAMMATISCHE AANPAK STIKSTOF ZUID-HOLLAND 2015 SEGMENT 2

VNG 14 december 2015 Gemeenten en de PAS

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Pagina 1 van 14. Bijlagen

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Voorschriften Wij verbinden aan deze vergunning voorschriften. Deze zijn in bijlage 1 weergegeven.

De ins en outs van de Nederlandse PAS

Leges U bent voor het in behandeling nemen van uw aanvraag leges verschuldigd 2. De verschuldigde leges voor dit besluit bedragen 357,00.

Voorschriften Wij verbinden aan deze vergunning voorschriften. Deze zijn in bijlage 1 weergegeven.

Besluit. Pluimveebedrijf Hotting de heer M. Hotting Polderweg AD GEERDIJK. Onderwerp: Natuurbeschermingswet; aanvraag vergunning

Besluit. R. Kolkman de heer R. Kolkman Oosterveldsweg LW HOLTEN. Onderwerp: Natuurbeschermingswet; aanvraag vergunning. Geachte heer Kolkman,

Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Omgevingsdienst Brabant Noord

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Besluit. Maatschap J. en M.A. Post-Lindeboom de heer J. Post Slangenweg PK GENEMUIDEN. Onderwerp: Natuurbeschermingswet; aanvraag vergunning

omgevingsdienst HAAGLANDEN

De motivering voor ons besluit is in bijlage 2 (overwegingen) en bijlage 3 (bijlage AERIUS Register 3 ) weergegeven.

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Maatschap H. en R.H. Drenten De heer H. Drenten De Meene 4 a 7779 DC HOLTHONE. Onderwerp: Vergunning Wet natuurbescherming. Geachte heer Drenten,

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Artikel 19d Natuurbeschermingswet Hans Voermans Klusservice V.O.F.

Workshop VNG studiedag 17 februari 2016

Voorschriften Wij verbinden aan deze vergunning voorschriften. Deze zijn in bijlage 1 weergegeven.

Besluit. Pluimveebedrijf Smid V.O.F. De heer H. Smid Elfde Wijk 13a 7796 HP HEEMSERVEEN. Onderwerp: Natuurbeschermingswet; aanvraag vergunning

Bijlagen Uw brief Uw kenmerk

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Besluit. Bosch onderwijs expertise (BOE) De heer/mevrouw A.J.M. Bosch Oude Twentseweg RG LUTTENBERG

Transcriptie:

Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied t.a.v. Hans de Ruiter Postbus 209 1500 EE ZAANDAM Hoorn, 23 augustus 2016 Zaaknummer Behandelaar : : RUD16.194470 de heer P. Vrielink Betreft : Nb-wet ontwerp VVGB PAS Locatie : Ruigoordweg 100, Amsterdam Geachte heer De Ruiter, Op 30 maart 2016 heeft u Gedeputeerde Staten van Noord-Holland verzocht om een advies in kader van de Nb-wet met betrekking tot een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor Amsterdam Container Terminal B.V. aan de Ruigoordweg 100 te Amsterdam. Onder verwijzing naar onderdeel 1.1 van Bijlage I van het Besluit mandaat, machtiging en volmacht Omgevingsdienst Noordzeekanaal-gebied 2013 van Gedeputeerde Staten van Noord- Holland vindt u hierna het ontwerpadvies als resultaat van onze inhoudelijke behandeling van de aanvraag, voor zover deze ziet op het onderdeel Natuurbeschermingswet 1998. Wij verzoeken u dit ontwerpadvies te gebruiken bij uw opstelling van de ontwerp-omgevingsvergunning. Wij zien de ontwerp-omgevingsvergunning graag tegemoet zodra deze ter inzage wordt gelegd. Daarnaast vernemen wij graag of er zienswijzen zijn ontvangen en per wanneer het definitieve advies in uw bezit moet zijn voor een goede afronding van de vergunningprocedure. Meer informatie Heeft u nog vragen? Neemt u dan contact op met de heer P. Vrielink via 088-102 18 87 of pvrielink@rudnhn.nl. Wij verzoeken u hierbij het zaaknummer te vermelden. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, namens dezen, mw. drs. I.A.M.J. Sweep Afdelingsmanager Regulering Groen Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord (RUDNHN)

2 Onderstaande onverkort overnemen als zijnde toetsingsdocument Natuur. A. VOORSCHRIFTEN Wij verbinden aan deze vergunning de volgende voorschriften en beperkingen. 1. De vergunde activiteiten worden overeenkomstig de ingediende aanvraag en bijbehorende stukken uitgevoerd. Hiertoe dient jaarlijks inzichtelijk gemaakt te worden, bijvoorbeeld aan de hand van het milieuzorgsysteem, dat de vergunde activiteiten qua hoeveelheden niet overschreden worden. Dit dient jaarlijks in het eerste kwartaal te worden aangeleverd. Onze contactgegevens zijn: RUD NHN t.a.v. Regulering Groen, Postbus 2095, 1620 EB Hoorn, 088-10 21 300, e-mail: info@rudnhn.nl. 2. Er dient tevens een actueel overzicht van de onder B. genoemde vier hoofdactiviteiten aanwezig te zijn binnen de inrichting. Deze gegevens dienen op verzoek aan de met het toezicht op de Nb-wet belaste medewerker(s) te worden getoond. B. OVERWEGINGEN EN TOETSINGEN Onderwerp aanvraag Amsterdam Container Terminal B.V. (verder ACT) exploiteert op het bedrijventerrein Westpoort aan de Ruijgoordweg 100 te Amsterdam een bestaande containerterminal. De vergunde activiteiten passen niet meer voldoende op het aanbod van werkzaamheden die ACT wil gaan uitvoeren. Er is daarom een revisievergunning aangevraagd voor het veranderen, het veranderen van de werking en het in werking hebben van een multi-purpose terminal aan de Ruijgoordweg 100 te Amsterdam. De aanvraag ziet op vier hoofdactiviteiten en de daarbij behorende goederenstromen, waarbij de overslag van en naar vervoer over water veelal centraal staat. De vier hoofdactiviteiten zijn: Op- en overslag van zeecontainers, met een maximum van 500.000 TEU per jaar; Op- en overslag van stukgoederen, met een maximum van 5.000.000 ton stukgoederen per jaar; Roll on roll off lading (RoRo), met een maximum van 250.000 vervoerseenheden met lading of voertuigen per jaar; Op- en overslag en eventuele assemblage van projectlading, met een maximum van 500.000 ton projectlading per jaar; De genoemde hoofdactiviteiten leiden tot nevenactiviteiten, die eveneens door ACT worden aangevraagd: Reparatie en reiniging van materieel en containers; Het herverdelen van de lading van containers en trailers (stuffen en strippen, cross docking); Faciliteren van specifieke werkzaamheden aan voertuigen (pre delivery inspection); Faciliteren van assemblagewerkzaamheden bij projectlading; Brandstof tankvoorziening voor het eigen materieel. Omdat niet eerder een Nb-wet vergunning is verleend aan ACT heeft de aanvraag betrekking op de gehele inrichting. Bevoegdheid tot vergunningverlening Op grond van artikel 2, lid 1, respectievelijk artikel 2a, lid 2 Nb-wet, in samenhang met artikel 19d, lid 1 Nb-wet zijn Gedeputeerde Staten van de provincie waarin een Natura 2000-gebied geheel of grotendeels is gelegen waarop de hoofdzakelijk gevolgen van het project of de andere handeling zich voordoen, het bevoegd gezag ten aanzien van de beoordeling van een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 19d, lid 1 Nb-wet.

3 Op grond van artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo wijst het Besluit omgevingsrecht (hierna Bor) of een bijzondere wet categorieën van gevallen aan waarvoor geldt dat een omgevingsvergunning niet wordt verleend totdat wij hebben verklaard dat wij daartegen geen bedenkingen hebben. Omdat het hier een geval betreft als vermeld in artikel 19d juncto artikel 47b Nb-wet, wordt de omgevingsvergunning pas verleend nadat wij hebben verklaard dat daartegen geen bedenkingen zijn. Beoordeling aanvraag Op grond van artikel 19d lid 1 van de Nb-wet is een vergunning vereist voor het uitvoeren van projecten of andere handelingen die de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in een Natura 2000-gebied kunnen verslechteren of een significant verstorend effect kunnen hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen. Zodanige projecten of andere handelingen zijn in ieder geval projecten of handelingen die de natuurlijke kenmerken van het desbetreffende gebied kunnen aantasten. Indien de wijziging en/of uitbreiding wel leidt tot een toename van effecten, dient de wijziging en/of uitbreiding passend te worden beoordeeld als bedoeld in artikel 19f Nb-wet. Voor zover het om effecten vanwege stikstofdepositie gaat, wordt gebruik gemaakt van het Programma Aanpak Stikstof (PAS) als bedoeld in artikel 19kg Nb-wet. Vergunningplicht In het kader van de Nb-wet is nog niet eerder een vergunning verleend voor de inrichting aan de Ruijgoordweg 100 te Amsterdam. Het projecteffect is daarmee de stikstofdepositie welke wordt veroorzaakt door de gehele beoogde bedrijfssituatie. Op basis van de bij de aanvraag gevoegde AERIUS-berekening hebben wij vastgesteld dat voor de Natura 2000-gebieden Polder Westzaan, Noordhollands Duinreservaat en Kennemerland-Zuid sprake is van een stikstofdepositie die hoger is dan de voor dat gebied geldende grenswaarde 1. Hierdoor is er sprake van een vergunningplicht voor de gevraagde activiteit met betrekking tot deze gebieden. Deze verklaring van geen bedenkingen (hierna vvgb) ziet als gevolg hiervan ook alleen toe op deze vergunningsplichtige gebieden. Voor de overige in de AERIUS-berekening genoemde Natura 2000-gebieden is op grond van het bepaalde in artikel 19kh, zevende lid, van de Nb-wet sprake van een vrijstelling van vergunningplicht, omdat het projecteffect op de gebieden in de beoogde situatie onder de grenswaarde ligt. Inhoudelijke beoordeling aanvraag Voor de beoordeling van de aanvraag hebben wij gebruik gemaakt van de volgende bij de vergunningaanvraag ingediende gegevens: AERIUS Calculatorberekening Scheepvaart kenmerk S4s9UMURnnbT d.d. 19-1-2016 AERIUS Calculatorberekening beoogde situatie kenmerk RyvCddAgTdEE d.d. 28-7-2016 Onderzoek stikstofdepositie revisievergunning d.d. 29 juli 2016 Onderzoek luchtkwaliteit d.d. 29 juli 2016 Tekening inrichting Vertaling activiteiten naar Representatieve Bedrijfssituaties d.d. 1-8-2016 Niet-technische samenvatting d.d. 16-3-2016 De aanvraag is getoetst aan de artikelen 2, 2a, 19d t/m 19g en paragraaf 2a Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) van de Nb-wet, de Regeling PAS en het Besluit grenswaarden PAS. Identificeren mogelijke negatieve effecten De beoordeling van deze aanvraag beperkt zich tot de effecten van stikstofdepositie. Het gaat hier om een aanvraag die stikstofdepositie veroorzaakt op Natura 2000-gebieden waarin een of meerdere habitattypen voorkomen waarvoor de nu geldende kritische depositiewaarde (KDW) wordt overschreden. Voor deze gebieden is de Programmatische Aanpak Stikstofdepositie (PAS) sedert 1 juli 2015 van toepassing. Deze stikstofdepositie wordt veroorzaakt door stikstofemissies welke afkomstig zijn uit de volgende bronnen: 1 Artikel 5 lid 1 en lid 3 Besluit grenswaarden programmatische aanpak stikstof. Voor de betreffende gebieden is de grenswaarde 1,0 mol N/ha/jr.

4 Rijbewegingen van wegvoertuigen: vrachtwagens, treinen, bestelwagens en personenwagens. Vaarbewegingen en afgemeerd zijn van schepen. Gebruik van industriële werktuigen. Gebruik van compressoren bij assemblagewerkzaamheden. Natura 2000-gebieden De aanvraag ziet op de Natura 2000-gebieden Polder Westzaan, Noordhollands Duinreservaat en Kennemerland-Zuid. Instandhoudingsdoelstellingen Voor een omschrijving van de doelen en hun staat van instandhouding wordt verwezen naar de gebiedendatabase 2. Programma Aanpak Stikstof (PAS) Algemeen Voor elk project (of andere handeling) dat zonder vergunning op grond van artikel 19d, eerste lid, van de Nb-wet in het verleden is gerealiseerd en niet is vrijgesteld van de vergunningplicht (artikel 19kh, zevende lid, van de Nb-wet), moet het bevoegd gezag alsnog beoordelen of een vergunning kan worden verleend. Dit geldt ook voor een uitbreiding van een bestaande activiteit. Indien het gaat om een project of andere handeling die stikstofdepositie veroorzaakt op een Natura 2000-gebied, waarin een of meerdere habitattypen voorkomen waarvoor de KDW wordt overschreden, is de PAS die per 1 juli 2015 in werking getreden, van belang. De PAS bestaat uit een wijziging van de Nb-wet, alsmede uit het Besluit grenswaarde programma aanpak stikstof (verder: Besluit grenswaarde PAS), de Regeling programmatische aanpak stikstof (verder: Regeling PAS) en het Programma Aanpak Stikstof 2015-2021 (verder: programma). Aan het programma ligt een passende beoordeling als bedoeld in artikel 19f van de Nb-wet ten grondslag. Op 14 april 2015 hebben wij ingestemd met zowel het programma als met de daaraan ten grondslag liggende passende beoordeling. Bij het verlenen van de vergunning kan gebruik worden gemaakt van deze passende beoordeling. Passende beoordeling PAS Het Programma is een instrument om Natura 2000-doelstellingen te realiseren en tegelijk ruimte te scheppen voor bestaande en nieuwe economische ontwikkelingen. In de passende beoordeling is getoetst of de uitvoering van het programma geen risico vormt voor de instandhoudingsdoelstellingen van individuele Natura 2000-gebieden, opgenomen binnen de PAS. De passende beoordeling bestaat uit een generiek deel (bronmaatregelen, monitoring, etc) en uit gebiedsanalyses die de ecologische onderbouwing vormen dat met het programma de stikstofgevoelige Natura 2000-doelstellingen (op termijn) gerealiseerd kunnen worden én er ontwikkelingsruimte beschikbaar kan worden gesteld voor economische ontwikkelingen. In de gebiedsanalyse per Natura 2000-gebied is verzekerd dat door de uitvoering van een gebalanceerd en robuust pakket aan herstelmaatregelen, er in de eerste programmaperiode geen verslechtering optreedt van alle stikgevoelige habitattypen en habitats van soorten. Bij deze beoordeling is uitgegaan van de achtergrondwaarde van 2014. In deze achtergrondwaarde zijn alle voor de aanvang van het Programma feitelijke emissies verdisconteerd, zoals blijkt uit de grootschalige concentratie en depositiekaarten Nederland (GCN en GDN). Deze emissies hebben al voor de aanvang van het programma plaatsgevonden en hebben als uitgangspunt gediend voor de passende beoordeling. Voor de depositie als gevolg van deze emissies is derhalve geen ontwikkelingsruimte nodig. 2 http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/gebiedendatabase.aspx?subj=n2k&groep=8

5 Daarnaast is voor elk Natura 2000-gebied een bepaalde hoeveelheid ontwikkelingsruimte vastgesteld, zodat ook nieuwe initiatieven waaronder ook uitbreidingen van bestaande activiteiten, gerealiseerd kunnen worden. De ontwikkelingsruimte kan op grond van artikel 19km, eerste lid, van de Nb-wet worden toegedeeld aan projecten en andere handelingen bij toestemmingsbesluiten, zoals een vergunning op grond van artikel 19d, eerste lid, van de Nbwet of een omgevingsvergunning waarop hoofdstuk IX van de Nb-wet van toepassing is. De conclusie van de passende beoordeling van het Programma is dat wanneer bestaande activiteiten worden voortgezet en daarnaast ook nog nieuwe activiteiten worden gerealiseerd, kan worden uitgesloten dat de natuurlijke kenmerken van de in het Programma opgenomen Natura 2000-gebieden worden aangetast. Conform artikel 19kn lid 1 van de Nb-wet en artikel 6 van de regeling PAS wordt bij ministeriele regeling mogelijk gemaakt om voor projecten met een provinciaal of nationaal belang ontwikkelingsruimte te reserveren. De ontwikkeling van het bedrijventerrein Westpoort is opgenomen in bijlage 1 van de regeling PAS. Vaststellen benodigde ontwikkelingsruimte Feitelijk gebruik Voor de inrichting gelegen aan de Ruijgoordweg 100 te Amsterdam is nog niet eerder een vergunning op grond van de Nb-wet verleend. Dit betekent dat bij het bepalen van benodigde ontwikkelingsruimte voor de gevraagde activiteit rekening mag worden gehouden met de door de bestaande activiteit veroorzaakte depositie (artikel 5, vijfde lid, van de Regeling PAS). Dit betreft de stikstofdepositie die in de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2014 ten hoogste werd veroorzaakt als gevolg van hetgeen daadwerkelijk plaatsvond binnen de kaders van een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel e of i van de Wet algemene bepaling omgevingswet (Wabo) of een vergunning of melding krachtens de Wet milieubeheer of de daaraan voorafgaande Hinderwet. Gedurende deze periode hebben op de inrichting zeer weinig activiteiten plaatsgevonden waardoor het feitelijk gebruik op nul kan worden gesteld. Scheepvaart De aanvraag heeft o.a. betrekking op de depositie-effecten welke worden veroorzaakt door de stikstofemissies als gevolg van de scheepvaartbewegingen in het Noordzeekanaalgebied. Het betreft hier de emissies van zeeschepen en sleepboten welke worden veroorzaakt door zowel het varen als het stilliggen aan de kade. Op 9 december 2015 heeft de minister van Economische zaken een vergunning in het kader van de Nb-wet verleend voor de verbreding van de zeetoegang van IJmond. Onderdeel van deze vergunning was de groei in zee- en binnenscheepvaart in het gehele Noordzeekanaalgebied tot aan de Noordzee als gevolg van de vergunde capaciteitsvergroting van de zeetoegang IJmond. Deze scheepvaartgroei is niet alleen een direct gevolg van de vergrote capaciteit van de zeesluizen, maar ook van de ontwikkelingen in de havengebieden aan het Noordzeekanaal, waaronder het industriegebied Westpoort waar ACT is gelegen. De depositietoename als gevolg van de scheepvaartgroei in het Noordzeekanaalgebied als gevolg van de ontwikkelingen in het havengebied zijn hierdoor al vergund, mits deze de vergunde hoeveelheid niet overschrijden. De aangevraagde stikstofemissies als gevolg van de zeescheepvaart (vaarbewegingen en stilliggend) en sleepboten zijn in tabel 1 weergegeven. Tabel 1 scheepvaartemissies Bron Aantal/jaar Klasse Emissie ton NO x /jr Zeeschepen 1060 10.000-29.999 GT 143,93 Sleepboten 75 1.600-2.999 GT 2,33 Totaal 146,26

6 De deposities als gevolg van de aangevraagde hoeveelheid stikstofemissie van 146,26 ton NO x /jaar zijn berekend en passen ruimschoots binnen de Nb-wet vergunde depositieruimte van de zeetoegang IJmond. Voor de door de scheepvaartemissies veroorzaakte stikstofdepositie is daarom geen ontwikkelingsruimte nodig. Benodigde ontwikkelingsruimte Gelet op bovenstaande is ontwikkelingsruimte nodig voor de depositie die wordt veroorzaakt door het gehele bedrijf in de aangevraagde situatie, exclusief de depositie die wordt veroorzaakt door de scheepvaart. In de beoogde situatie bedraagt de maximale stikstofemissie exclusief scheepvaart 28,57 ton NO x /jaar en 22,17 kg NH 3 /jaar. Bij de vergunningaanvraag is een Aerius-berekening gevoegd waarin de benodigde ontwikkelingsruimte per Natura 2000-gebied is weergegeven. In tabel 2 is de maximale ontwikkelingsruimte die de beoogde situatie ten opzichte van de bestaande situatie nodig heeft, weergegeven. Tabel 2: Maximaal benodigde ontwikkelingsruimte per gebied Gebied Polder Westzaan 2,12 Noordhollands Duinreservaat 0,25 Kennemerland-Zuid 0,18 Ontwikkelingsruimte in mol N/ha/jr ACT is gelegen op industrieterrein Westpoort. De ontwikkeling van dit industrieterrein is aangewezen als prioritair project. De aanvraag is geregistreerd in AERIUS Register. Uit de AERIUS-bijlage bij het besluit Prioritair project (bijlage 1) blijkt dat de benodigde ontwikkelingsruimte past binnen de voor het prioritaire project gereserveerde ruimte. Gelet op bovenstaande is ten behoeve van de wijziging van de interne bedrijfsvoering van ACT aan de Ruijgoordweg 100 te Amsterdam de benodigde ontwikkelingsruimte is in AERIUS Register gereserveerd en toegekend. Leefgebieden Er is sprake van een stikstofdepositiebijdrage op de leefgebieden van beschermde Vogel- en Habitatrichtlijnsoorten in het Natura 2000-gebieden Polder Westzaan, Noordhollands Duinreservaat en Kennemerland-Zuid. Uit de AERIUS-berekeningen bij de aanvraag is gebleken dat er sprake is van een stikstofdepositie boven de grenswaarde. Op basis van de passende beoordeling van de PAS, waar de gebiedsanalyses onderdeel van uitmaken, kan worden geconcludeerd dat mogelijk significant negatieve effecten, wat stikstofdepositie betreft, op deze leefgebieden van soorten zijn uitgesloten. Conclusie Gezien het voorgaande komen wij tot de conclusie dat er voor de aangevraagde realisatie van een multipurpose terminal aan de Ruijgoordweg 100 te Amsterdam, onder oplegging van voorschriften, een ontwerp-vvgb krachtens de Nb-wet kan worden afgegeven, inclusief toedeling van ontwikkelingsruimte op grond van artikel 19km, zoals weergegeven in de AERIUSberekening met kenmerk RyvCddAgTdEE (Bijlage 1). Bijlagen: - AERIUS-berekening (kenmerk RyvCddAgTdEE) - AERIUS-depositie kaarten (kenmerk RyvCddAgTdEE)