CO2-managementplan R IH-B

Vergelijkbare documenten
CO 2 Managementplan. Den Breejen. Auteur Martin van Andel Autorisatiedatum Versie 2.0

CO 2 Managementplan. Ruigrok Nederland. Autorisatiedatum: Versie: 1.1. Handtekening autoriserend verantwoordelijke manager:

CO2 managementplan. GWW Houtimport. Auteur: Bianca van den Berg, Margriet de Jong. Versie: 1.0. Handtekening autoriserend verantwoordelijk manager

CO 2 Managementplan. Verwaal Transport. Lia Noordergraaf-Verwaal Autorisatiedatum: Versie: 1.0

CO2-managementplan R IH-A

Emissie inventaris rapport R IH-- Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

CO 2 Managementplan. Eti BV. Autorisatiedatum: Versie: 1.0. Handtekening autoriserend verantwoordelijke manager:

CO 2 managementplan. Jan Knijnenburg B.V. Auteur: Adviseur MVO Consultants. Versie: 1.0. Handtekening autoriserend verantwoordelijk manager

CO 2 management plan. Daallin B.V. CO 2 management plan 2.C.2 & 3.B.2 & 4.A.2 1

CO 2 Managementplan Energie meetplan 2.C.2 & 3.B.2 & 4.A.2. Jade Beheer B.V. OFN OFS 2C. Autorisatiedatum: Versie: 1.0

Emissie-inventaris rapport Speer Infra B.V.

CO 2 managementplan. 1 Inleiding

CO 2 management plan. INCONTROL Management Consultants B.V. INCONTROL Simulation Software B.V.

Logitech B.V. Auteur: Merel van de Geer Autorisatiedatum: Versie: 1.0. Handtekening autoriserend verantwoordelijke manager:

CO2 managementplan VAN DER GRIFT EN VALKENBURG ONDERHOUD BV. Auteur: Margriet de Jong. Versie: 1.0. Handtekening autoriserend verantwoordelijk manager

Emissie inventaris rapport R IH-A Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

CO2 Managementplan G. Rijndorp Holding. Autorisatiedatum: Versie: 4.0. Handtekening autoriserend verantwoordelijke manager:

CO 2 Managementplan Jade Beheer B.V.

EMISSIE INVENTARISATIERAPPORT

CO 2 management plan. Conform CO2-prestatieladder 3.0. Datum: 20 september Referentie: Versie: 4.0. Logitech B.V.

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

Emissie inventaris rapport 1 e helft R IH-- Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

315.2 Emissie. inventarisatierapport Pagina 1 van 5

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2015

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2015

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport Inleiding en verantwoording 3. 2 Beschrijving van de organisatie 4. 3 Verantwoordelijke 4

CO2 managementplan. Max Bögl

CO2 managementplan. Robert Bosch Nederland BV. Auteur: Martin Vos, Willem Groenendijk. Versie: 1.2. Datum:

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2017

315.2 Emissie. inventarisatierapport Pagina 1 van 5

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

CO 2 -Managementplan 2018

CO2-managementplan. CO2-Prestatieladder niveau 3 DOCUMENT OPGESTELD IN OPDRACHT VAN. BMNED en GSNED Postbus AH Terneuzen Nederland

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

315.2 Emissie. inventarisatierapport Pagina 1 van 6

3.B.1 Doelstellingen scope 1 & 2 CO2-reductiedoelstellingen en review GSNED B.V. BMNED B.V.

3.A.1 Emissie inventaris rapport Over het jaar 2017 Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2017

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2015

Aannemingsbedrijf Van Zuijlen BV

Kemp Schalkwijk B.V. 3.A.1-2 Emissie inventaris rapport Inhoudsopgave. 1 Inleiding en verantwoording. 2 Beschrijving van de organisatie

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2018

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2016

V.O.F. Loonbedrijf A.A. Mol

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2016

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

CO 2 Management Plan. Opdrachtgever P.B. Beije B.V. Auteur: Machteld Houben en Hennie Kieboom

Van Herk Groep B.V. CO2-emissie inventaris Conform ISO

3.A.1 Emissie inventaris rapport 1 e helft 2018 Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

Emissie inventaris rapport Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 3.

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2018

CO2-managementplan Robert Bosch B.V.

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 3.

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2016

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2016

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

Van Herk Groep B.V. CO2-emissie inventaris Conform ISO

CO 2 Management plan. {handtekening}

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2016

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport 2016

Emissie inventaris rapport Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

Energiebeoordeling Ruigrok Nederland. Autorisatiedatum: Versie: 1.0. Handtekening autoriserend verantwoordelijke manager:

Struunhoeve BV. Emissie inventaris rapport Inhoudsopgave (in het kader van papier vermindering is de inhoudsopgave op de voorpagina afgedrukt)

Emissie inventaris rapport over 2016 CO2-prestatieladder Eis 3.A.1-2 Opgesteld volgens de eisen van ISO en Greenhouse Gas Protocol

Van Herk Groep B.V. CO2-emissie inventaris Conform ISO

JM Vrij beheer b.v. Emissie inventarisatie rapport AH Vrij Groen, Grond en Infra Vrij Materieel

Van Herk Groep B.V. CO2-emissie inventaris Conform ISO

1 Inleiding en verantwoording 3. 2 Beschrijving van de organisatie 4. 3 Verantwoordelijke 4. 4 Basisjaar en rapportage 4.

Jaarverslag Criteria. Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO norm. Opgesteld door Paraaf. Datum Versie 2

Periodieke CO₂ Rapportage januari juni 2015

AH Vrij Groen, Grond en Infra

Bouwhuis Aannemingsmij. 'Bouwmij' BV

Emissie inventaris rapport 2013 Loonbedrijf Van Diepen BV. Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

De emissie inventaris van: Holstein BV Dit document is opgesteld volgens ISO

CO 2 management plan. Autorisatiedatum: 17 maart 2018 Versie 1.1. Handtekening autoriserend verantwoordelijke manager: J. keuning

Boer Meerkerk Holding B.V.

Van Herk Groep B.V. CO2-emissie inventaris Conform ISO

3.A.1-2 Emissie inventaris rapport Inleiding en verantwoording 3. 2 Beschrijving van de organisatie 4. 3 Verantwoordelijke 4

Emissie inventaris rapport 2016 CO2-prestatieladder Eis 3.A.1-2 Opgesteld volgens de eisen van ISO en Greenhouse Gas Protocol

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 3.

CO 2 Managementplan. Van der Grift en Valkenburg BV. Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

Emissie inventaris rapport Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

CO₂ Reductieplan. CO₂ Reductieplan. Datum Versie 1.1. Rapportnr 3B.RED-PLAN Opgesteld door. A. van de Wetering & H.

3.B.1 Doelstellingen scope 1 & 2 CO2-reductiedoelstellingen en review

Energie beoordeling 2014

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 2. 4 Basisjaar en rapportage 2.

Emissie inventaris rapport 2014 Boer BV. Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

Emissie inventaris rapport 2014, 1 e helft. Opgesteld volgens de eisen van ISO en het Greenhouse Gas Protocol

CO2 MANAGEMENTPLAN

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 3. 3 Verantwoordelijke 3. 4 Basisjaar en rapportage 3.

1 Inleiding en verantwoording 2. 2 Beschrijving van de organisatie 2. 3 Verantwoordelijke 3. 4 Basisjaar en rapportage 3.

Transcriptie:

CO2-managementplan 20152318-R042070-IH-B Projectonderdeel / -fase Niveau 3 CO2 Prestatieladder DOCUMENT OPGESTELD IN OPDRACHT VAN BMNED en GSNED Postbus 326 4530 AH Terneuzen Nederland Referentie opdrachtgever: - Op deze rapportage zijn de laatste versie van de DNR en de laatste versie van de algemene voorwaarden van de VOTB van toepassing. Beiden zijn te downloaden via onze website en kunnen desgewenst vrij van kosten aan u worden toegezonden. Het eigendom inzake de informatie en kennis vervat in dit rapport berust bij BMNED en GSNED. Het is dan ook niet toegestaan deze informatie en kennis aan derden ter beschikking te stellen en/of op andere wijze toe te passen dan waaraan in de overeenkomst toestemming wordt verleend.

Colofon DOCUMENTGEGEVENS Documentnummer Revisie Status 20152318-R042070-IH B Definitief Datum 12 januari 2017 EINDVERANTWOORDELIJKE M.J.J. (Michael) de Nijs... DOCUMENT OPGESTELD DOOR D. (Dannitza) van den Berge... M.E.C. (Marlies) de Nijs... M.P. (Margriet) de Jong... COLLEGIALE TOETS DOOR G.J.J. (Gilliam) de Nijs... DOCUMENT VRIJGEGEVEN DOOR M.J.J. (Michael) de Nijs...

Inhoudsopgave 1 INLEIDING 1 2 BESCHRIJVING ORGANISATIE 2 2.1 HISTORISCHE ACHTERGROND 2 3 BELEIDSVERKLARING 3 3.1 BELEID CO2-PRESTATIELADDER NIVEAU 3 3 3.2 CO2-BELEIDSPLAN 3 3.3 DIRECTIE BELEID T.O.V. BUDGETTERING VOOR CO2-PRESTATIELADDER 4 4 STUURCYCLUS 5 5 ENERGIE MEETPLAN 6 5.1 PLANNING MEETMOMENTEN 6 5.2 MEETMOMENTEN SCOPE 1 & 2 6 6 EMISSIE INVENTARIS RAPPORT 7 6.1 STATEMENT BEDRIJFSGROOTTE 7 6.2 VERANTWOORDELIJKE 7 6.3 BASISJAAR EN RAPPORTAGE 7 6.4 AFBAKENING 7 6.5 DIRECTE EN INDIRECTE GHG-EMISSIES 8 6.5.1 BEREKENDE GHG EMISSIES 8 6.5.2 VERBRANDING BIOMASSA 8 6.5.3 GHG VERWIJDERINGEN 8 6.5.4 UITZONDERINGEN 8 6.5.5 BELANGRIJKSTE BEÏNVLOEDERS 8 6.5.6 TOEKOMST 9 6.5.7 SIGNIFICANTE VERANDERINGEN 9 6.6 KWANTIFICERINGSMETHODEN 9 6.7 EMISSIEFACTOREN 9 6.8 ONZEKERHEDEN 9 6.9 VERIFICATIE 9 6.10 RAPPORTAGE VOLGENS ISO 14064 DEEL 7 10 7 SMART 11 7.1 SPECIFIEK 11 7.2 MEETBAAR 11 7.3 ACCEPTABEL 11 7.4 REALISTISCH 11 7.5 TIJDGEBONDEN 12

8 OPBOUW REDUCTIE 13 8.1 REDUCTIEDOELSTELLING 13 8.2 MACHINEPARK 13 8.3 TRANSPORTEN 13 8.4 MOBILITEIT KRANEN EN MACHINES 14 8.5 MOBILITEIT BEDRIJFSAUTO S 14 8.6 HUISVESTING 14 9 ENERGIEMANAGEMENT ACTIEPLAN 15

1 Inleiding Dit handboek CO2-prestatieladder is een aanvulling op het kwaliteitshandboek van Bouwen Managementservice Nederland bv en GSNED bv, hierna te noemen BMNED/GSNED. Het doel van dit handboek is om inzicht te verkrijgen in de CO2-uitstoot van BMNED/GSNED. De doelstelling die BMNED/GSNED zich op lange termijn heeft gesteld is te certificeren voor de CO2-prestatieladder op niveau 3. Het beheer van het handboek CO2-prestatieladder valt onder de verantwoording van de afdeling KAM van BMNED/GSNED en wordt jaarlijks op effectiviteit geëvalueerd en indien nodig aangepast. Het tot stand komen van de CO2-uitstoot vindt plaats binnen de webapplicatie www.milieubarometer.nl. Op deze webapplicatie worden de verzamelde gegevens ingevuld voor de berekening van de CO2-uitstoot. Het documentatiebeheer behorende bij de aangeleverde energiegegevens worden verzameld door een afgevaardigde van de afdeling KAM. Hierbij valt te denken aan: Meterstanden; Personeelsaanname; Berekeningen / schattingen; Brandstofverbruik. Pagina 1

2 Beschrijving organisatie 2.1 Historische achtergrond BMNED, waarvan de basis is gelegd in 1993, is een internationaal opererend ingenieursbureau dat oorspronkelijk is begonnen met het uitvoeren van grondwaterstudies, Dit is door de jaren heen uitgebreid met in principe steeds weer zeer specialistische niche markten met name in de geotechniek. Het dienstenpakket van BMNED bestaat uit onder meer het uitvoeren van grondwaterstudies, het opstellen van funderingsadviezen, zettinganalyses, het ontwerpen van bouwputten, kades en overige maritieme constructies, het constructieve ontwerp van beton, staal- en houtconstructies. GSNED bv is ontstaan vanuit het ingenieursbureau en zij is actief als aannemingsbedrijf voor grond, weg- en waterbouw. GSNED bv voert onder meer sonderingswerken, geotechnische veldwerkzaamheden, bodemonderzoeken, saneringswerken, sloopwerken en transporten uit. Ook verhuur van diverse grondverzetmachines en uitrustingsstukken behoort tot de mogelijkheden. De klantenkring van BMNED en GSNED is divers. Ten aanzien van adviesopdrachten bestaan de opdrachtgevers uit overheden (Gemeentelijke en Provinciale diensten, Rijkswaterstaat, en de Bouwdienst), industriële opdrachtgevers, projectontwikkelaars, aannemers en constructeurs. Regelmatig treedt BMNED op bij risico beoordelingen en bij schadekwesties. Opdrachtgevers zijn dan verzekeringsmaatschappijen, expertise bureaus, aannemers of particulieren. Met betrekking tot de fysieke opdrachten waaronder het uitvoeren van geotechnisch bodemonderzoek, sondeerwerken, het testen van funderingselementen, aanneming van grond-, weg- en waterwerken en verhuur van machines, worden eigenlijk nagenoeg dezelfde doelgroepen bediend. Enige uitzondering hierop zijn de verhuuractiviteiten welke zich hoofdzakelijk beperken tot de doelgroep aannemers. BMNED en GSNED zijn gevestigd aan de Rooseveltlaan 8 te Terneuzen. Op dit adres hebben zij de beschikking over circa 840 m 2 vloeroppervlak t.b.v. entree, kantoor-, vergader-, repro-, kantine-, toilet-, was- en verkeersruimten. Daarnaast kan zij beschikken over circa 900 m 2 vloeroppervlak t.b.v. werkplaats en magazijnen. Tot slot is een buitenruimte t.b.v. parkeerplaatsen en opslag voorhanden van circa 6.000 m 2. Het hiervoor beschreven bedrijfspand als ook het daarbij behorende perceel wordt door BMNED/GSNED gehuurd van NIJCO Vastgoed bv. BMNED en GSNED hebben de voorbije jaren intensief getracht zich te onderscheiden in met name de eerste twee hoofdspeelvelden, te weten de grondmechanische en funderingstechnische markten. Hiervoor zijn grote inspanningen en investeringen gedaan om erkenning van en aansluiting te vinden bij de grotere gerenommeerde bureaus. Wij zijn van mening dat dit in niet onbelangrijke mate is gelukt maar dat zeker nog niet op de lauweren kan worden gerust. De eerder genoemde investeringen zijn niet alleen gedaan in machines maar zeker ook in de medewerkers van BMNED als ook in de systemen waarmee dagelijks wordt gewerkt. De combinatie van bureau-, field engineering en ervaring, een combinatie die BMNED en GSNED probleemloos kunnen bieden, zorgt in veel gevallen toch voor het verschil. Een verschil dat zowel voor gunning als prijsniveau minder onder druk staat dan de meer conventionele speelvelden binnen het bouwsegment. Dit was onze voornaamste doelstelling in de voorbije jaren en dat is voor de komende jaren ongewijzigd. Pagina 2

3 Beleidsverklaring 3.1 Beleid CO2-Prestatieladder niveau 3 De directie van BMNED/GSNED verklaart hierbij dat Duurzaamheid en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is geïntegreerd in haar beleid. Het beleid ten aanzien van de CO2-Prestatieladder niveau 3 ziet er als volgt uit: De werkzaamheden zodanig uit te voeren dat het grondstoffen- en energieverbruik geminimaliseerd wordt, er geen ongecontroleerde emissie van milieugevaarlijke stoffen plaatsvindt; Het klimaatbewust produceren, d.w.z. het terugdringen van het energieverbruik, dan wel gebruik maken van alternatieve energiebronnen/groene stroom met als uiteindelijk doel het verminderen van de CO2-uitstoot; Te vermijden dat hout gebruikt wordt uit bosgebieden waar traditionele- of burgerrechten geschonden worden, bosgebieden waar hoge natuurbeschermingswaarden bedreigd worden door beheersactiviteiten, hout uit bossen waar genetisch gemodificeerde bomen geplant zijn, hout dat illegaal geoogst is of hout geoogst in gebieden die omgevormd worden van natuurlijk bos tot plantages of niet-bosfuncties. Om dit te bereiken heeft de directie zich de onderstaande doelen opgelegd: Opzetten en in stand houden van een gecertificeerd KAM-systeem dat voldoet aan de volgende eisen: o NEN-EN-ISO 9001 o VCA** 2008 o WSCS-OCE versie 2012 nummer 1 CO2-Prestatieladder; Stimuleren van CO2-bewust denken en -handelen bij medewerkers door middel van voorlichting en training en het geven van mogelijkheden om afwijkingen en verbeteringen te melden; Het beschikbaar stellen van de juiste middelen om de werkzaamheden naar behoren uit te voeren. 3.2 CO2-beleidsplan Medewerkers stimuleren om klachten en afwijkingen te melden, verbeteringen aan te dragen en hieraan follow-up en terugkoppeling te geven; Onderhouden van nauwe contacten met (potentiële) klanten en toezichthoudende instanties/overheden teneinde op de hoogte te blijven van de wettelijke- en klanteisen; Het goed voorbereiden en plannen van de activiteiten; Het meten, beoordelen en waar nodig verbeteren van vastgestelde prestatieindicatoren op gebied van KAM, incl. het periodiek uitvoeren en evalueren van interne audits en VGM-controles; Het inzichtelijk maken en houden van de CO2-Footprint van BMNED/GSNED (volgens ISO14064-1) en verkleining hiervan; Zowel intern als extern communiceren over de prestaties van BMNED/GSNED m.b.t. de CO2-Footprint. Pagina 3

3.3 Directie beleid t.o.v. budgettering voor CO2-prestatieladder De directie van BMNED en GSNED heeft zich ten doel gesteld om voor de CO2- prestatieladder een budget ter beschikking te stellen. Dit budget zal jaarlijks bijgesteld worden afhankelijk van de werkelijke kosten van het voorgaande jaar. In het referentie jaar is dit gesteld op 7.500,=. Aan de hand van de werkelijk gemaakte kosten zal de directie dit budget voor ieder toekomend jaar bijstellen. Het is nu gesteld op 5.000,=. Dit budget is samengesteld uit de werkelijk verbruikte uren voor het opstellen van documentatie, inventarisatie van brandstofverbruik en emissie uitstoot per project en de hierna voorgestelde initiatieven. Sturen op CO2 is een initiatief van Cumela; zij organiseren regelmatige bijeenkomsten waaraan door BMNED/GSNED zal worden deelgenomen. Jaarlijks zullen beleid en doelstellingen bekend worden gemaakt aan betrokken medewerkers. Het beleid en de doelstellingen zullen jaarlijks door de directie worden beoordeeld. Als directievertegenwoordiger treedt op dhr. M.J.J. (Michael) de Nijs, hierbij ondersteund door een afgevaardigde van de KAM-afdeling. Terneuzen, januari 2017,......... Ing. G.A. (Gilliam) de Nijs M.E.C. (Marlies) de Nijs M.J.J. (Michael) de Nijs Algemeen directeur Bouw- en Managementservice Nederland bv Financieel directeur BMNED EN GSNED Algemeen directeur GSNED bv CO 2 -REDUCTIE Footpri nt Doelen stellen met specifiek Reducti e- doelstel ling Wat zijn de reductiemogelijk CO2- uitstoo t Afbeelding 1: CO2-reductie Pagina 4

4 Stuurcyclus Het CO2 beleid van GSNED en BMNED kent cycli van een half jaar, waarin de gegevens voor de CO2 footprint verzameld worden, er beoordeeld wordt of de emissiefactoren nog actueel zijn en of er significante veranderingen in het bedrijf zijn die een impact op de footprint hebben; en of herberekening van emissies van voorgaande jaren vanwege deze veranderingen nodig is. Ook wordt de voortgang van de CO2 reductie en behalen van de doelstelling bepaald. Vervolgens wordt beoordeeld of sturing op de doelstelling en maatregelen nodig is; in de vorm van het aanscherpen van de doelstelling wanneer deze (te) eenvoudig behaald wordt, of in de vorm van het nemen van extra maatregelen wanneer bepaalde maatregelen niet mogelijk bleken te zijn en de doelstelling niet gehaald dreigt te worden. Hierover wordt vervolgens intern en extern gecommuniceerd. Daarnaast wordt de nuttige toepassing van het sector- of keteninitiatief in de afgelopen periode wordt geëvalueerd. Hieronder weergegeven is een zogenoemde PCDA-cyclus, waarin de verschillende fasen van het CO2 reductiebeleid zijn weergegeven: Afbeelding 2: PCDA-cyclus Pagina 5

5 Energie meetplan Het Energie meetplan bevat een aantal vaste onderdelen voor het up-to-date houden van het CO 2 managementsysteem. Het plan is opgezet om te zorgen dat het gehele CO 2 reductiesysteem voldoet aan de eisen van ISO50001, ISO 14064-1 en dat gedurende het jaar continue verbetering plaats vindt. De CO 2 verantwoordelijke heeft de documenten die betrekking hebben op het CO 2 beleid in beheer. Hij/zij draagt zorg voor het juist archiveren en versiebeheer van deze documenten zodat de meest actuele versie van documenten altijd beschikbaar is en oudere versies eenvoudig achterhaald kunnen worden. Daarbij worden oudere versies van documenten minimaal 2 jaar bewaard. 5.1 Planning meetmomenten Voor het meten van de verschillende energiestromen is een plan opgesteld. In de onderstaande tabel is te zien wanneer energiefactoren gemeten worden, door wie en waar de informatie verkregen kan worden. De wijze waarop de verbruiken worden gemeten is de meest haalbare wijze, waarbij rekening wordt gehouden met het doel waarvoor de gegevens worden verzameld en dus de mate van detail die nodig is. De persoon verantwoordelijk voor het verzamelen van de gegevens is daarom op de hoogte van de wijze waarop deze gegevens in de Emissie inventaris verwerkt worden. 5.2 Meetmomenten Scope 1 & 2 Scope 1 emissies Categorie Meetmoment Wie Toelichting Elk half jaar Dannitza van den Berge Gasverbruik (in m 3 aardgas) Meterstanden worden maandelijks genoteerd Brandstofverbruik materieel en auto s (in liters benzine, diesel & LPG) Elk half jaar Dannitza van den Berge Brandstof wordt bijgehouden door Dannitza Tabel 1: Scope 1 emissies Scope 2 emissies Categorie Meetmoment Wie Toelichting Elk half jaar Dannitza van den Berge Elektriciteitsverbruik (in kwh) Meterstanden worden maandelijks genoteerd Tabel 2: Scope 2 emissies Pagina 6

6 Emissie Inventaris Rapport In onderstaande alinea s wordt een beschrijving gegeven van alle punten volgens het GHG-Protocol. 6.1 Statement bedrijfsgrootte De CO2-Prestatieladder hanteert de volgende definities voor de indeling in klein, middelgroot of groot bedrijf met betrekking tot de CO2-uitstoot van het bedrijf (scope 1 en 2): Klein bedrijf Middelgroot bedrijf Groot bedrijf Diensten Totale CO2-uitstoot bedraagt maximaal ( ) 500 ton per jaar. Totale CO2-uitstoot bedraagt maximaal ( ) 2.500 ton per jaar. Totale CO2-uitstoot bedraagt meer dan (>) 2.500 ton per jaar. Werken/leveringen Totale CO2-uitstoot van kantoren en bedrijfsruimten bedraagt maximaal ( ) 500 ton per jaar en de totale CO2-uitstoot van alle bouwplaatsen en productielocaties bedraagt maximaal ( ) 2.000 ton per jaar. Totale CO2-uitstoot van kantoren en bedrijfsruimten bedraagt maximaal ( ) 2.500 ton per jaar en de totale CO2-uitstoot van alle bouwplaatsen en productielocaties bedraagt maximaal ( ) 10.000 ton per jaar. Totale CO2-uitstoot van kantoren en bedrijfsruimten bedraagt maar dan (>) 2.500 ton per jaar en de totale CO2-uitstoot van alle bouwplaatsen en productielocaties bedraagt meer dan (>) 10.000 ton per jaar. Tabel 3: Klein/middelgroot/groot bedrijf In 2016 bedroeg de totale uitstoot van BMNED en GSNED 705 ton; 607,5 ton daarvan valt toe aan projecten (mobiele werktuigen, vrachtwagen en bestelbus); de overige 100 ton is te rekenen onder bedrijfsruimten. BMNED en GSNED valt daarmee in de categorie klein bedrijf. 6.2 Verantwoordelijke De verantwoordelijkheid voor de stuurcyclus CO2-reductie alsmede alle activiteiten die hier aan gekoppeld zijn, zoals het behalen van de doelstellingen, is M.J.J. (Michael) de Nijs. Hij rapporteert direct aan de directie. 6.3 Basisjaar en rapportage Dit rapport betreft het jaar 2016; het jaar 2014 dient daarbij als referentiejaar voor de CO2-reductiedoelstellingen en zal door BMNED en GSNED als leidraad dienen. 6.4 Afbakening GSNED bv is ontstaan vanuit het ingenieursbureau BMNED, alle activiteiten/veldwerken werden uitgevoerd onder de handelsnaam GSNED. In de loop van 2014 werd besloten deze activiteiten te ontplooien vanuit een zelfstandige bv, evenwel met (gedeeltelijk) dezelfde directieleden als BMNED. Beide bedrijven zijn nauw met elkaar verbonden. Zij zijn in hetzelfde pand gehuisvest en maken daarbij gezamenlijk gebruik van alle kantoor- en kantine inventaris en materialen. Ditzelfde geldt voor de bedrijfsauto s, machines en materieel als ook de inpandige werkplaatsen. Pagina 7

6.5 Directe en indirecte GHG-emissies In dit hoofdstuk worden de berekende GHG emissies toegelicht. 6.5.1 Berekende GHG emissies De directe en indirecte GHG emissie van BMNED en GSNED over het gehele jaar 2016 bedroeg 705 ton CO2. Hiervan werd 683 ton CO2 veroorzaakt door directe GHG emissie (scope 1) en 22,7 ton CO2 door indirecte GHG emissie (scope 2). In de navolgende figuur wordt dit weergegeven: 6.5.2 Verbranding biomassa Afbeelding 2: GHG-emissie per scope Verbranding van biomassa vond niet plaats bij BMNED of GSNED in 2016. 6.5.3 GHG verwijderingen Er heeft geen broeikasgasverwijdering of compensatie plaats gevonden bij BMNED of GSNED in 2016. 6.5.4 Uitzonderingen Er zijn geen noemenswaardige uitzonderingen te noemen op het GHG protocol. 6.5.5 Belangrijkste beïnvloeders Binnen BMNED en GSNED zijn geen individuele personen te benoemen die een dermate invloed op de CO2-footprint hebben dat gedragsverandering van deze individuele persoon alleen al zou zorgen voor een significante verandering in de CO2-footprint. Pagina 8

6.5.6 Toekomst De emissie in de paragrafen hierboven zijn vastgesteld voor het jaar 2016. De verwachting is dat deze emissie in de komende periode in absolute zin zullen stijgen, omdat de werkzaamheden van BMNED/GSNED toenemen. Wel zal, gezien de doelstellingen van BMNED en GSNED, de relatieve CO2- uitstoot in 2022 naar verwachting met 10% zijn gedaald. 6.5.7 Significante veranderingen Zoals reeds eerder beschreven geldt 2014 als basisjaar. De voortgang van de reductie in CO2 uitstoot zal beschreven worden in het document CO2 reductieplan en de Milieubarometer. 6.6 Kwantificeringsmethoden Voor het kwantificeren van de CO2-uitstoot is gebruik gemaakt van de Milieubarometer van stichting Stimular. In dit model kunnen online alle verbruiken worden ingevuld. Vervolgens wordt de daarbij behorende CO2-uitstoot automatisch berekend en vergeleken met het basisjaar. 6.7 Emissiefactoren Voor de inventarisatie van de CO2-uitstoot van BMNED en GSNED over het jaar 2016 zijn de emissiefactoren van de Milieubarometer gehanteerd. De Milieubarometer actualiseert de emissiefactoren waarmee zij rekent regelmatig en laat deze overeenkomen met de factoren die de CO2-Prestatieladder hanteert en die ook op www.co2-emissiefactoren.nl staan. Er zijn geen Removal factors van toepassing. 6.8 Onzekerheden De gepresenteerde resultaten moeten worden gezien als de beste inschatting van de werkelijke waardes. Bijna alle gebruikte gegevens voor de berekening van de CO2- footprint zijn gebaseerd op facturen en/of werkelijk gemeten aantallen. Hierdoor is de onzekerheidsmarge zeer gering. Er zijn nog wel een paar kleine onzekerheden, naar onze mening zijn deze echter verwaarloosbaar. Deze onzekerheden worden onderstaand omschreven: Energie: naast de maandelijkse voorschotbetalingen ontvangen we 1x per jaar een afrekennota, die wordt uiteraard niet exact over een heel jaar gerekend. De jaarfactuur werd dan ook opgesplitst per maand. Om een duidelijker beeld te krijgen van zowel het elektriciteits- als gasverbruik worden vanaf 2016 iedere 1 ste van de maand de meterstanden genoteerd. Daarnaast worden er sporadisch zakelijke kilometers gereden met privéauto s, uiteraard wordt werknemer hiervoor vergoed. Het aantal kilometers waar het hier om gaat zijn verwaarloosbaar en daarom niet meegenomen in de CO2-footprint. 6.9 Verificatie De emissie-inventaris van BMNED en GSNED is niet geverifieerd. Pagina 9

6.10 Rapportage volgens ISO 14064 deel 7 Dit rapport is opgesteld volgens de eisen uit ISO 14064-1 paragraaf 7. In navolgende tabel is een kruistabel gemaakt van de onderdelen uit ISO 14064 en de hoofdstukken in het rapport. ISO 14064-1 7.3 GHG report Hoofdstuk Beschrijving content rapport A Reporting organization 2 B Person responsible 6.2 C Reporting period 6.3 4.1 D Organizational boundaries 6.4 4.2.2 E Direct GHG emissions 6.5 4.2.2 F Combustion of biomass 6.5 4.2.2 G GHG removals 6.5 4.3.1 H Exclusion of sources or sinks 6.5 4.2.3 I Indirect GHG emissions 6.5 5.3.1 J Base year 6.3 5.3.2 K Changes or recalculatons 6.5 4.3.3 L Methodologies 6.6 4.3.3 M Changes to methodologies 6.6 4.3.5 N Emission or removal factors used 6.7 5.4 O Uncertainties 6.8 P Statement in accordance with ISO 14064 6.10 Q Verification 6.9 Tabel 4: Cross reference ISO 14064-1 Pagina 10

7 SMART De reductiedoelstellingen van de CO2-prestatieladder wordt door BMNED en GSNED SMART gesteld. Dit wil zeggen: Specifiek: De doelstelling is eenduidig; Meetbaar: Het doel wordt bereikt onder meetbare en/of observeerbare voorwaarden; Acceptabel: De doelstelling is acceptabel voor de doelgroep en/of management; Realistisch: Het doel is haalbaar; Tijdgebonden: Het doel wordt op tijd bereikt. 7.1 Specifiek Specifiek: De doelstelling is eenduidig BMNED/GSNED willen in het jaar 2022 een reductie bereiken van 10% ten opzichte van 2014. Dit doel wil BMNED/GSNED bereiken doordat alle medewerkers energie besparen en hier ook bewust mee blijven omgaan. Alle medewerkers zullen verplicht een toolbox volgen om deze doelstelling te realiseren. De doelstelling zal bij de medewerkers in de 2-jaarlijkse toolbox extra aandacht krijgen, waarbij ook de behaalde resultaten worden beschouwd. 7.2 Meetbaar Meetbaar: Het doel wordt bereikt onder meetbare en/of observeerbare voorwaarden Allereerst worden alle gegevens van voorgaande jaren verzameld om tot een footprint te komen. Op deze footprint staan alle gegevens die betrekking hebben op de CO2-uitstoot van de voorgaande jaren. Het meten van de mobiliteit van kranen en auto s geschiedt door opname van het brandstofverbruik, voor de huisvesting worden de meterstanden bijgehouden. 7.3 Acceptabel Acceptabel: De doelstelling is acceptabel voor de doelgroep en/of management De nieuwe aanbestedingswet die per 1 april 2013 in werking is getreden draagt mede tot deze CO2-certificering. De betrokkenheid van alle medewerkers is gewaarborgd via een 2x per jaar te houden toolbox en de BMNED/GSNED nieuwsbrief. De organisatie heeft zich ten doel gesteld om de reductie mede door de medewerkers te realiseren. 7.4 Realistisch Realistisch: Het doel is haalbaar Op de footprint is te zien dat mobiele werktuigen het hoogste percentage heeft. Hierin valt dus het meeste terug te verdienen. In de toekomst zal BMNED/GSNED de onderzoeken per project uit gaan voeren. Pagina 11

7.5 Tijdgebonden Tijdgebonden: Het doel wordt op tijd bereikt Het startsein is gegeven op 01-07-2014. Het doel is bereikt als de score op 10% reductie staat in 2022 door gemiddeld 1 á 2 % per jaar te reduceren. Pagina 12

8 Opbouw reductie 8.1 Reductiedoelstelling De directie van BMNED/GSNED heeft zich ten doel gesteld om haar energieverbruik of CO2-uitstoot te reduceren. De reductie van de CO2-uitstoot van BMNED/GSNED moet leiden tot 10% in 2022 ten opzichte van 2014. Voor wat betreft de doelstelling en de voortgang in de reductie zullen wij de CO2 uitstoot relateren aan de omzet. Immers, door een relatieve CO2 uitstoot te hanteren zoals tonnen CO2/euro s omzet, kan in de situatie waarin er wel voldoende maatregelen worden genomen maar tegelijkertijd het bedrijf hard groeit (en daardoor o.a. meer brandstof verbruikt), de reductie in relatieve CO2 aantoonbaar gemaakt worden. De energie reductiemaatregelen richten zich voornamelijk op het machine- en wagenpark, maar ook op huisvesting en kantoorpapier voor BMNED/GSNED. Daarvoor heeft BMNED/GSNED zichzelf verschillende doelstellingen opgelegd. Het jaar 2014 zal als referentiejaar cq. leidraad worden gebruikt. De directie heeft de footprint van BMNED/GSNED op haar websites (www.bmned.com en www.gsned.com) geplaatst onder MVO (Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen). In onderstaande tabel is de CO2 gerelateerd aan de omzet weergegeven. De cijfers van heel 2016 zijn nog niet definitief, maar er is al wel zichtbaar dat de relatieve CO2-uitstoot (dus uitstoot gerelateerd aan omzet) over het afgelopen jaar gedaald is; 3% ten opzichte van het basisjaar 2014. De verwachting is dat deze reductie nog groter zal worden wanneer de definitieve omzetcijfers van 2016 bekend zijn. 8.2 Machinepark CO2/omzet voortgang 2014 0,129 100% 2015 0,156 121% 2016_1 0,153 118% 2016 0,125 97% Het bewust omgaan met de besparingsdoelstellingen voor BMNED en GSNED. Door het gedrag van medewerkers kan een besparing worden gerealiseerd. Door het bewust omgaan met machines met name het slimmer draaien scoren we 1 à 2%. Voor wat betreft de werkvoorbereiding moet het gedrag veranderen door milieubewust in te kopen en te plannen. Invoeren milieubarometer 1%. Hiermee verwacht BMNED/GSNED in 2022 een reductie van 2% te bewerkstelligen. 8.3 Transporten Het zo effectief mogelijk bepalen van aan- en afvoer routes en net bewust inplannen van materiaal en materieel. Bij voorbeeld door vrachten zo in te plannen dat een geladen retourvracht mogelijk is. Omdat alle (vracht) auto s een eigen tankpas hebben en erdoor de brandstofleverancier gespecificeerde facturen worden gestuurd is het mogelijk per (vracht) auto het verbruik te monitoren. Door deze bewustwording van CO2-uitstoot zal het transport wat wordt uitgevoerd door BMNED/GSNED op lange termijn voldoen aan niveau 3. Hiermee verwacht BMNED/GSNED in 2022 een reductie van 1% te bewerkstelligen. Pagina 13

8.4 Mobiliteit kranen en machines BMND/GSNED heeft 3 kranen, 2 tractoren, 4 sondeermachines en diverse klein materieel in eigendom. De machinisten zullen het brandstofverbruik terug dringen door bewust met de machines om te gaan. Mede door het traject Slimmer draaien kunnen we scoren op uitstoot met 1 à 2%. Door bijvoorbeeld in de pauzes de machines uit te zetten, alleen vol gas rijden als dat noodzakelijk is, niet onnodig bakken wisselen bij de kranen of nodeloos heen en weer rijden. Al deze instructies worden door de uitvoerders aan de medewerkers overgebracht. Reductie zal ongeveer 1 tot 2% kunnen zijn. 8.5 Mobiliteit bedrijfsauto s De bedrijfsauto s van BMNED/GSNED zullen zo worden ingepland dat ze optimaal worden ingezet, en wel als volgt: Minimale aanschaf van bedrijfsauto door carpooling. Hierdoor worden minder kilometers verreden en CO2-uitstoot gereduceerd. Maandelijkse controle bandenspanning. Hiermee verwacht BMNED/GSNED in 2022 een reductie van 1% te bewerkstelligen. 8.6 Huisvesting Zoveel mogelijk personen in een kantoorruimte om stookkosten en energie te reduceren. Verlichting en kachel branden alleen waar nodig. Alle lampen vervangen door Led lampen. Eigenaar van het bedrijfspand adviseren om groene stroom te gebruiken. Hiermee verwacht BMNED/GSNED in 2022 een reductie van 1% te bewerkstelligen. Pagina 14

9 Energiemanagement actieplan Dit beknopte hoofdstuk heeft als doel om aan te tonen dat GSNED en BMNED aan alle onderdelen uit NEN50001 voldoet. Er is besloten hiervoor geen apart energiemanagement actieplan op te stellen omdat de eisen in de andere documenten geïntegreerd zijn. Zie onderstaand een opsomming van de eisen. Per eis is een verwijzing naar de betreffende documentatie opgenomen in de tabel onderaan dit hoofdstuk. Eisen van NEN 50001: 4.4.3. Uitvoeren van een energie review (directiebeoordeling) a) Het energieverbruik en de gebruikte energiefactoren moeten gebaseerd zijn op metingen of andere data. b) Significant energieverbruik, in het bijzonder significante veranderingen, moeten in beeld worden gebracht. c) Een inschatting van het verwachte energieverbruik van de komende periode. d) Het identificeren van alle personen die werken voor de organisatie wiens acties kunnen leiden tot significante veranderingen in het energieverbruik. e) Identificatie van mogelijkheden om energie te besparen en het bepalen van de prioriteiten. 4.4.4. Opstellen van referentiekader a) Basisjaar is 2014. 4.4.5. Vaststellen van performance indicatoren voor monitoren (meten KPI s) a) Beschrijven van de handelingen. 4.4.6. Energie doelstellingen, doelen en programma s a) Het aanwijzen van verantwoordelijkheden. b) De middelen en het tijdspad voor het behalen van de verschillende doelen. 4.6.1. Monitoring, meten en analyseren a) De organisatie maakt en beschrijft de bewaking en de eisen om de gestelde doelen te behalen. Er moet een energie meetplan worden geschreven en geïmplementeerd. b) De organisatie moet er voor zorgen dat het energieverbruik en bijbehorende energiefactoren op vooraf bepaalde momenten wordt gemeten en gedocumenteerd. c) De organisatie moet ervoor zorgen dat juistheid en herhaalbaarheid van de meetmethode die is gebruikt past bij de taak. d) De organisatie moet de relatie tussen het energieverbruik en de energiefactoren aangeven. En zal op vooraf bepaalde momenten de werkelijke situatie toetsen met de verwachte situatie. e) De organisatie moet alle significante afwijking van het verwachte energieverbruik documenteren, inclusief de mogelijke oorzaken. f) De relatie tussen het energieverbruik en de energie factoren moeten op vooraf bepaald tijdstip worden beoordeeld en waar nodig aangepast. g) De organisatie moet zijn energieverbruik, waar mogelijk, vergelijken met andere, gelijksoortige, organisaties. 4.6.4. Afwijkingen, verbeteringsacties en preventieve maatregelen. a) De organisatie moet afwijkingen identificeren en binnen een vooraf gestelde tijdslijn verbeteringsacties uitvoeren. De organisatie moet alle relevante documentatie bewaren rekening houdend met de wettelijke termijn. Pagina 15

NEN 50001 Documenten CO2 reductiesysteem 4.4.3 a CO2 managementplan, H6 Emissie inventaris rapport 4.4.3 b CO2 managementplan, H6 Emissie inventaris rapport 4.4.3 c CO2 managementplan, H6 Emissie inventaris rapport 4.4.3 d CO2 managementplan, H6 Emissie inventaris rapport 4.4.3 e Energie beoordeling 4.4.4 a CO2 managementplan, H6 Emissie inventaris rapport 4.4.5 a CO2 reductieplan 4.4.6 a CO2 reductieplan 4.4.6 b CO2 reductieplan 4.6.1 a CO2 managementplan, H4 Energie meetplan 4.6.1 b CO2 managementplan, H4 Energie meetplan 4.6.1 c CO2 managementplan, H4 Energie meetplan 4.6.1 d Interne audit 4.6.1 e Emissie inventaris rapport en Interne audit 4.6.1 f Interne audit 4.6.1 g CO2 reductieplan, 1 Vergelijking met sectorgenoten 4.6.4 a Interne audit Tabel 5: NEN 50001 Pagina 16