Het College van Bestuur van Stichting Carmelcollege besluit het Treasurystatuut vast te stellen.

Vergelijkbare documenten
Treasurystatuut Nordwin College

Uitgangspunten Het treasurybeleid van de Stichting maakt deel uit van het financiële beleid van de Stichting.

Treasury Statuut Vastgesteld 10 april 2017

Treasurystatuut. Status: Besproken in MT d.d. 14 augustus 2017 Naar DB d.d. 2 oktober 2017 Naar GMR d.d. 9 november 2017 Vastgesteld d.d.

Treasurystatuut. Acis, Stichting openbaar primair onderwijs Hoeksche Waard

TREASURYSTATUUT. Stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs Westland (SPOW)

Treasurystatuut van het SWV VO 2603

1. Inleiding. 2. Doelstelling treasuryfunctie

Treasurystatuut voor de Veiligheidsregio Utrecht

Treasurystatuut Samenwerkingsverband Driegang (SWV 28-16)

Treasurystatuut. Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant

Treasury statuut Hogeschool ipabo

Treasurystatuut Stichting voor Bijzonder Voortgezet Onderwijs Bilthoven

De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier; Renterisico

Treasury statuut. Versiebeheer V2, Besluitvormingscyclus 6 Vaststelling RvT Vastgesteld CvB

Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS)

ONDERWIJSSTICHTING KEMPENKIND EERSEL

Treasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018

Statuut belenen en beleggen

Voorwoord. De manier waarop deze plaats vindt is in dit treasurystatuut vastgelegd. Wezep, april VPCPO De Akker Treasurystatuut 2

Treasurystatuut. HZ University of Applied Sciences. 19 juni 2018 Vastgesteld in de vergadering met de Raad van Toezicht

Treasurystatuut Treasurystatuut Veiligheidsregio Kennemerland Pagina 1

Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE 3 3. INTERNE ORGANISATIE TREASURY FUNCTIE 5 4. TREASURYPARAGRAAF 5

1. DOEL. 1.1 Doelstellingen en randvoorwaarden van het treasury beleid

Treasurystatuut 2016 Gemeenschappelijke Regeling Avri

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

Treasurystatuut. Stichting Proloog

Treasurystatuut 2010

RUD UTRECHT. Besluit van het Algemeen Bestuur van de RUD Utrecht

Stichting Katholiek Onderwijs Volendam. Treasury Statuut

TREASURY-STATUUT GEMEENTE GRAVE

Versie TREASURYSTATUUT Stichting Woontij

Nota van toelichting bij Treasurystatuut 2017 Gemeente Gennep

Inleiding Treasurybeleid... 2 Doelstellingen, Uitgangspunten, limieten, begrippen, indeling

Uitvoeringsbeleid Treasury. Gemeente Emmen 2016

Treasurystatuut Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld RvT

TREASURYSTATUUT HOGESCHOOL ROTTERDAM

FINANCIERINGSSTATUUT OMGEVINGSDIENST GRONINGEN

Treasurystatuut - januari 2015

Het algemeen bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen;

Treasurystatuut Gemeente Borsele 2015

CVDR. Nr. CVDR441922_1. Treasurystatuut 2017

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Treasurystatuut 2018

Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs regio IJssel-Vecht

Inleiding. Treasurystatuut. Algemeen

Aan Van Datum Onderwerp Beslispunten Inleiding

BEHEERSDEEL. Stuknummer: bl Administratieve organisatie en interne beheersing. Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; Provinciale staten van Noord-Holland;

Besluit van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Shared Service Centrum Ons houdende regels omtrent Treasurystatuut

Presentatie Treasury FEO. 11 juli 2005

Treasury Statu ut. Stichting R.K. Primair Onderwijs Culemborg

Treasurystatuut GGD GZ 2019 Colofon

Treasurystatuut. 1. Inleiding

Te besluiten om het treasurystatuut 2010 vast te stellen

Treasurystatuut. Treasurystatuut

BESLUIT: vast te stellen het navolgende: TREASURYSTATUUT VOOR DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING STROOMOOPWAARTS MVS.

Treasurystatuut Regio Twente 2016

Treasurystatuut. Gemeente Westvoorne

TREASURYSTATUUT EER-landen (Europese Economische ruimte) Dit zijn de EU-lidstaten aangevuld met IJsland, Liechtenstein en Noorwegen.

TREASURYSTATUUT GEMEENTE RIDDERKERK 2017

Treasurystatuut Omgevingsdienst IJSSELLAND Inleiding

CVDR. Nr. CVDR402982_1. Artikel 1 Begrippenkader In dit statuut wordt verstaan onder:

Bekendmaking van het Treasurystatuut, door het dagelijks bestuur vastgesteld bij besluit van 18 december 2012, nr. 09

Treasurystatuut RUD Zuid-Limburg

gelet op artikel 14 van de financiële verordening 2015 en de Wet financiering decentrale overheden;

BIJLAGE 2 Was-wordt tabel

Versie Wijzigingen Status

Treasurystatuut. Conceptversie 1.6, december 2014

TREASURY EN BELEGGINGSSTATUUT Stichting Woontij

Treasury reglement. 4 juni van 5

Officiële uitgave van Gemeentelijke Gezondheidsdienst Noord- en Oost-Gelderland. Treasurystatuut GGD Noord- en Oost-Gelderland 2016

Treasurystatuut Gemeente Den Helder. ieheersdeel

Treasurystatuut Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant

PROVINCIAAL BLAD. gelet op hoofdstuk 5 van de Gemeenschappelijke Regeling Prolander en artikel 12 van de Financiële Reglement Prolander;

REGLEMENT FINANCIEEL BELEID EN BEHEER

TREASURYSTATUUT GEMEENTE HELMOND 2016

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Achterhoek,

GEMEENTEBLAD. Nr Treasurystatuut 2015 gemeente Landerd. 1 Inhoudsopgave

Treasurystatuut DCMR Milieudienst Rijnmond 2014

Treasurystatuut 2018 gemeente Midden-Groningen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;

Raadsvoorstel Treasurystatuut gemeente Eindhoven 2015

Treasury Statuut Aloysius stichting

vast te stellen het navolgende Treasurystatuut 2016 van de gemeente Amersfoort.

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Treasurystatuut Aqualysis 2014

Treasurystatuut. Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de Wet financiering decentrale overheden;

Treasurystatuut. november 2018

Vastgesteld in AB vergadering 29 oktober Treasury Statuut

Deelplan IC Treasury Gemeente Lingewaard

Treasurystatuut. Woonstichting Gendt

Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen,

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2014;

Treasurystatuut. 1. Inleiding

Treasurystatuut ISD Werkplein Hart van West-Brabant

In het statuut worden afspraken over onderwerpen als beheersing van rentekosten en -risico's, financierings- en beleggingsvraagstukken vastgelegd.

Toelichting op het statuut

Treasurystatuut voor. Waterschap Brabantse Delta

Transcriptie:

CvB-Besluit: Treasurystatuut Stichting Carmelcollege MT Bestuursbureau --- Definitief besluit CvB 20 september 2016 Ter info : CvS 29 september 2016 Ter info : GMR 11 oktober 2016 Het College van Bestuur van Stichting Carmelcollege besluit het Treasurystatuut vast te stellen. Pre-ambule Op 20 september 2016 is in de vergadering van de Treasurycommissie besproken dat het wenselijk is om het Treasurystatuut op een aantal onderdelen aan te passen aan de actualiteit. Met deze nieuwe versie is de tekst aangepast op de nieuwe Regeling beleggen, lenen en derivaten OCW 2016 die op 1 juli 2016 in werking is getreden, aan de situatie dat we vanaf juni 2016 zijn gaan schatkistbankieren en aan voortschrijdend inzicht t.a.v. relevante ratio s. Het Treasurystatuut dat is vastgesteld op 3 november 2015 komt hiermee te vervallen. Toelichting Het Treasurystatuut beoogt sturing te geven aan de treasuryfunctie binnen de Stichting. Het omvat daartoe de uiteenzetting van uitgangspunten van het treasurybeleid, beschrijft de (verdeling van) taken en verantwoordelijkheden binnen de administratieve organisatie en geeft richtlijnen voor beleggen en lenen van publieke middelen en overige middelen, voor zover deze overige middelen in de administratie zijn afgescheiden van publieke middelen en voor zover het College van Bestuur hiervoor geen aparte richtlijnen heeft vastgesteld. Het Treasurystatuut kent de volgende vertrekpunten: 1. De voorbereiding en de uitvoering van treasurybeleid vinden plaats overeenkomstig de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 6 juni 2016, nr. WJZ/800938 (6670), houdende regels omtrent het uitzetten van gelden, het aangaan van leningen en het aangaan van verbintenissen voor financiële derivaten (Regeling beleggen, lenen en derivaten OCW 2016) - de statuten van de Stichting Carmelcollege; - eerdere bestuursbesluiten ter zake van beleggingsbeleid, voor zover niet herroepen. 2. Het Treasurystatuut maakt deel uit van een samenhangende reeks van documenten, waarin de besturingsfilosofie resultaatverantwoordelijk management is geformaliseerd; 3. De voorbereiding en uitvoering van de treasuryfunctie vinden plaats op basis van mandatering. Mandatering impliceert uit de aard van de rechtsfiguur dat de wettelijke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van het College van Bestuur intact blijven; Deze preambule en de toelichting maken integraal onderdeel uit van het Treasurystatuut.

TREASURYSTATUUT Begripsbepalingen Artikel 1 1. Stichting: Stichting Carmelcollege. 2. College van Bestuur: het bestuur van de Stichting. 3. Mandaat: het doen uitoefenen van aan het bevoegd gezag wettelijk toegekende taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag. 4. Vaststellen: het nemen van een schriftelijke beslissing door een daartoe bevoegd orgaan betreffende de inhoud van regeling, een plan of een ander besluit, al dan niet na het aanbrengen van wijzigingen. 5. Treasury: het sturen en het beheersen van, het verantwoorden over en het toezien op de financiële vermogenswaarde, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico s. 6. Treasurystatuut: een regeling ter vastlegging van beleidskaders ter zake van de treasuryfunctie van de Stichting alsook de taken en verantwoordelijken die tot uitvoer van dat beleid strekken. 7. Treasury-commissie: overlegorgaan inzake de uitvoering van het treasurybeleid, waarin zitting hebben het College van Bestuur, de treasurer, de controller, de teamleider F&F en de voorzitter MT van het bestuursbureau. 8. Debiteurenrisico: de kans dat belegde middelen en vorderingen niet worden terugontvangen van debiteuren. 9. Renterisico: het gevaar verbonden aan de veranderingen in de rentestructuur. 10. Intern liquiditeitsrisico: de kans dat opbrengsten worden gemist dan wel kosten worden gemaakt door afwijkingen in de geprognosticeerde t.o.v. de werkelijke financieringsbehoefte en investeringsplannen. 11. Treasurer: functionaris, door het College van Bestuur belast met de uitvoering van de treasuryfunctie van de Stichting. 12. Controller: functionaris belast met de controlfunctie binnen de Stichting. 13. Margin call: het storten van een zekerheid om een uitstaande positie af te dekken. 14. Payer swap: renteswap waarbij de betaler een vaste rente betaalt en een variabele rente ontvangt. 15. Rentecap: financieel derivaat waarbij een leningnemer tegen betaling van een geldsom gedurende een overeengekomen periode de garantie van een maximaal te betalen rentetarief verkrijgt. Status Artikel 2 1. Het Treasurystatuut is een statuut, houdende regels over het beleggen en lenen van publieke middelen. Het bevat de taken en verantwoordelijkheden die door het College van Bestuur aan de treasurer worden gemandateerd, alsmede de richtlijnen voor de uitoefening ervan. 2. Het College van Bestuur kan aanwijzingen geven voor de wijze van uitoefening van het mandaat. 3. Het College van Bestuur kan te allen tijde door hem gemandateerde taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden terugnemen. Artikel 3 1. Niet gemandateerd zijn de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden die bij of krachtens wetgeving of de statuten uitdrukkelijk aan de RvT zijn voorbehouden, waaronder de goedkeuring van overeenkomsten tot geldleningen boven 5.000.000,00. 2. Niet gemandateerd is de aan het CvB toekomende bevoegdheid om overeenkomsten van geldleningen tot en met een bedrag van 5.000.000,00 af te sluiten. Deze zijn voorbehouden aan het CvB. 2

Doelstellingen treasurybeleid Artikel 4 1. Het treasurybeleid beoogt het uitsluiten dan wel het minimaliseren van het debiteurenrisico, het renterisico en het interne liquiditeitsrisico, door: - het beheersen en bewaken van financiële risico s die aan de financiële posities en geldstromen van Stichting Carmelcollege zijn verbonden. - het zorgdragen voor de tijdige beschikbaarheid van de benodigde geldmiddelen tegen acceptabele condities (beschikbaarheid). - het minimaliseren van de kosten van leningen. - het optimaliseren van het rendement van overtollige liquide middelen binnen de kaders van dit Treasurystatuut. Treasurer Artikel 5 De treasurerfunctie wordt uitgeoefend door een aangewezen functionaris van het bestuursbureau, in deze aan te duiden als treasurer. Taken en verantwoordelijkheden treasurer Artikel 6 1. De treasurer is de eerstaangewezen gesprekspartner namens het College van Bestuur voor de partijen van de geld- en kapitaalmarkt. Hij onderhoudt de externe contacten van de Stichting en vertegenwoordigt de Stichting c.q. het College van Bestuur in extern overleg, voor zover dit voortvloeit uit de gemandateerde bevoegdheden. 2. De treasurer is belast met het beleidsvoorbereidend werk ter zake van treasury, ten behoeve van het algemeen beleid van de Stichting. Hij draagt zorg voor het jaarlijks opstellen van een treasuryplan, dat hij ter vaststelling aan het College van Bestuur voorlegt in november van elk jaar. 3. De treasurer draagt zorg voor de juiste uitvoering van de treasuryfunctie van de Stichting, waaronder in ieder geval te verstaan: - de informatievoorziening ten aanzien van de liquiditeitspositie - het aangaan van geldleningen - het uitzetten van tijdelijke overschotten - het sluiten van rekening-courant overeenkomsten - het sluiten van kasgeldleningen 4. De treasurer brengt gevraagd en ongevraagd advies uit aan het College van Bestuur. 5. De treasurer rapporteert minimaal eens per kwartaal schriftelijk in de treasurycommissievergadering of zoveel vaker als de situatie daartoe aanleiding geeft, aan het College van Bestuur over de uitvoering van het treasurybeleid, waarin in ieder geval opgenomen: - een overzicht en analyse van de huidige liquiditeits- en risicopositie - een prognose van de financieringsbehoefte op middellange termijn - de voorgestelde maatregelen om te anticiperen op het voorgaande - de te verwachten renteresultaten ten opzichte van de begroting - een overzicht van de transacties die in de afgelopen periode zijn aangegaan op de geld- of kapitaalmarkt. Alle voorgenomen besluiten tot belegging worden vooraf besproken (in de Treasurycommissie) en voor akkoord getekend door minimaal één lid van het College van Bestuur. 6. De treasurer draagt zorg voor het vastleggen van de administratieve organisatie en de interne controle inzake beleggen en lenen en ziet toe op het naleven van procedures en richtlijnen. De treasurer rapporteert minimaal 1x per jaar over de stand van zaken en ontwikkeling van de AO/IC. 3

Kaders voor de taakuitoefening treasurer Artikel 7 De treasurer oefent de aan hem gemandateerde taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden uit binnen de algemene beleidskaders van de Stichting en door het College van Bestuur vastgestelde procedures en protocollen. Submandaat Artikel 8 De treasurer kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 7, de uitoefening van bij of krachtens dit statuut aan hem gemandateerde uitvoerende taken geheel of gedeeltelijk doormandateren aan medewerkers van de afdeling F&F van het bestuursbureau, na overleg met de teamleider F&F. Dit geldt met name voor administratieve taken m.b.t het schatkistbankieren en boekingen inzake geldleningen en beleggingen, alsmede taken m.b.t. het opstellen van liquiditeitsprognoses. Administratieve organisatie Artikel 9 1. Alle relevante, al dan niet doorgemandateerde treasurytaken zijn vastgelegd in procedurebeschrijvingen, die integraal deel uitmaken van de administratieve organisatie en als zodanig door het College van Bestuur zijn vastgesteld. 2. In de procedures wordt ten aanzien van de uitvoering van treasurytaken onderscheid gemaakt tussen uitvoerende, registrerende en controlerende taken. 3. Terzake van de uitvoering van treasurybeleid wordt voorafgaand aan de maandelijkse formele vergadering van het College van Bestuur overleg gevoerd door de treasurycommissie. Hiervan wordt schriftelijk verslag opgemaakt (zie artikel 6.5). Richtlijnen en limieten Artikel 10 1. Het aantrekken en uitzetten van alle voor de Stichting Carmelcollege benodigde respectievelijk overtollige middelen dient plaats te vinden op basis van een actuele prognose van het liquiditeitsverloop en een actuele rentevisie. 2. Bij het uitvoeren van het treasurybeleid zijn de volgende treasury instrumenten toegestaan: - (onderhandse) leningen - rekening courant - kasgeldleningen - deposito s bij het ministerie van Financiën (de schatkist). - derivaten (uitsluitend ter vermindering van financiële risico s). 3. Bij het aantrekken van (langlopende) geldleningen en kasgeldleningen worden offertes opgevraagd bij minimaal drie partijen, waaronder het ministerie van Financiën (de schatkist). 4. Voor de stichting geldt dat overtollige middelen worden geboekt op de rekeningcourantfaciliteit of in de vorm van deposito(s) bij de schatkist. Voor de afzonderlijke instellingen geldt dat ze een beperkt bedrag ( 20.000,00 per instelling, 5.000,00 per school) aan mogen houden op de rekeningen die door de scholen van de instellingen zijn geopend bij hun eigen bank. 5. Indien derivaten, leningen of beleggingen worden aangetrokken dan wel uitgezet bij financiële ondernemingen gelden de volgende eisen: a. De financiële onderneming dient gevestigd zijn in een lidstaat; b. De financiële onderneming dient minstens een single A-rating hebben, afgegeven door tenminste twee van de drie ratingsbureaus Moody s, Standard and Poor s en Fitch. c. De financiële onderneming is een onderneming als bedoeld in de Wet op het financieel toezicht. 6. De stichting geeft geen leningen uit aan derden, noch aan personeel, noch aan andere niet-financiële instellingen of organisaties, tenzij deze lening van toepassing is voor de uitvoering van de wettelijke taak van de instelling en binnen het doel van de organisatie past. 7. De stichting maakt alleen gebruik van financiële derivaten voor het beperken van opwaartse renterisico s bij leningen en de stichting maakt daarbij uitsluitend gebruik van rentecaps of payerswaps. 4

Derivaten worden vooraf ter goedkeuring aan de RvT voorgelegd en bij het afsluiten van een financieel derivaat worden in ieder geval de volgende contractuele voorwaarden in acht genomen: a. er worden geen clausules opgenomen die op enigerlei wijze de uitvoering van het toezicht op de instelling belemmeren; b. er worden geen additionele eenzijdige opzeggingsmogelijkheden of andere beperkende voorwaarden vanuit de financiële onderneming opgenomen; c. er worden geen derivaten met margin calls afgesloten. d. Indien derivaten worden afgesloten gebeurt dat conform de modelovereenkomsten in Bijlage I en II van de Regeling beleggen, lenen en derivaten OCW 2016. 8. De stichting neemt geen ineffectieve positie in m.b.t. derivaten: a. Een derivaat wordt pas aangetrokken vanaf het moment dat de lening is afgesloten. b. De nominale waarde van het derivaat is niet groter dan de onderliggende lening. c. De looptijd van het derivaat is niet langer dan de onderliggende lening, met een maximum van 30 jaar. d. Indien de looptijd van het derivaat langer is dan 15 jaar, wordt dit gemotiveerd. e. Bij het ontstaan van een niet-effectieve positie neemt de instelling direct contact op met zowel de interne als de externe toezichthouder. 9. De eisen in artikel 10 lid 5 hebben betrekking op beleggingen en leningen die na de datum van inwerkingtreden van het statuut nieuw worden verworven, resp. gesloten. 10. Bij het verrichten van activiteiten in het kader van treasury dienen de onderstaande ratio s, alsmede de daaraan toegevoegde minimale waarden in acht te worden genomen: Het weerstandsvermogen van de Stichting dient minimaal 15% te bedragen De debt service coverage ratio (DSCR) behoort minimaal 1,0 te bedragen. Bij het gebruik / de beoordeling van deze ratio s is rekening te houden met de meest recente goedgekeurde meerjarenbegroting voor de komende vijf jaren. Verantwoording en informatie Artikel 11 De controller van de Stichting is verantwoordelijk voor de controle op de rechtmatigheid van de in het kader van de uitvoering van de treasuryfunctie gevoerde transacties. De controller maakt onderdeel uit van de treasurycommissie en adviseert CvB en treasurer op het gebied van liquiditeitsprognose en financiering. Artikel 12 1. De begroting van de Stichting en het jaarverslag van de Stichting bevatten een treasuryparagraaf. 2. De begroting bevat een weergave van de doelstellingen, de beleidsplannen, de taken en de activiteiten die in het kader van de treasuryfunctie van de Stichting worden geformuleerd c.q. uitgevoerd. 3. Het jaarbericht doet verslag van het beleggings- en leningsbeleid. Evaluatie Artikel 13 Dit Treasurystatuut wordt uiterlijk drie jaar (of zoveel eerder als nodig) na inwerkingtreding geëvalueerd en indien nodig bijgesteld. Wijzigingen Artikel 14 Wijzigingen in dit statuut dan wel intrekking van de werking van dit statuut, geschieden bij afzonderlijk bestuursbesluit, met inachtneming van de daarvoor binnen de Stichting Carmelcollege geldende procedurevoorschriften. 5

Werkingsduur Artikel 15 1. Dit statuut kan worden aangehaald als Treasurystatuut Stichting Carmelcollege. 2. Het treedt in werking met ingang van 1 januari 2017. 6

Bijlage: toelichting op de te hanteren ratio s Weerstandsvermogen Deze ratio (eigen vermogen / totale baten) wordt gebruikt om het eigen vermogen te beoordelen. De ratio dient minimaal 15% te bedragen DSCR (Debt service coverage ratio) Deze ratio wordt gebruikt om de aflossingsruimte binnen kasstromen te beoordelen. Het is een kengetal dat aangeeft of er voldoende operationele kasstromen worden gegenereerd voor rente en aflossing. Hoe hoger de DSCR des te gunstiger. De DSCR behoort minimaal 1,0 te bedragen. Dit getal wordt berekend door de kasstroom voor investeringen te verhogen met de rente en aflossingsverplichtingen en te delen door de rente en aflossingsverplichtingen. 7