Stille week 28, 29 en 30 maart 2013 Grote Kerk te Beverwijk aanvang: donderdag en vrijdag 19.30 uur zaterdag: 22.00 uur ************************************************************************ Witte Donderdag Voorganger: Ds. Stephan Kurtzahn Ouderling; Piet Bakker Organist; Ton Veltkamp Zang: Marilyn Acker ********************************************************************************** Op de avond voor zijn sterven vierde Jezus met zijn leerlingen het Passa, het Joodse Paasfeest, waarop de bevrijding uit Egypte gevierd wordt. Als gemeente komen wij op deze avond bij elkaar om samen het avondmaal te vieren. Het is stil in de kerk.. Zang: Dvorak: Inflammatus et accensus per te virgo sim defensus in die iudici.fac me cruce custodiri morte Christi praemuniri confoveri gratia (In vlam gezet en aangestoken, door u, Maagd, moge ik verdedigd worden op de dag des oordeels.laat het kruis mij beschermen, Christus dood mij redden en de genade mij overspoelen) De kerkenraad komt binnen, de gemeente blijft zitten. 1
Votum van vertrouwen, groet, drempelgebed Zingen: Gezang 183: 1,2,3. 1) O hoofd vol bloed en wonden, bedekt met smaad en hoon, o hoofd zo wreed geschonden, uw kroon een doornenkroon, o hoofd eens schoon en heerlijk en stralend als de dag, hoe lijdt Gij nu zo deerlijk! Ik groet U vol ontzag. 2) O hoofd zo hoog verheven, o goddelijk gelaat, waar werelden voor beven, hoe bitter is uw smaad! Gij, eens in 't licht gedragen, door engelen omstuwd, wie heeft U zo geslagen, gelasterd en gespuwd? 3) O Heer uw smaad en wonden, ja alles wat Gij duldt, om mij is het, mijn zonden, mijn schuld, mijn grote schuld. O God ik ga verloren om wat ik heb gedaan, als Gij mij niet wilt horen. Zie mij in liefde aan. Lezing uit Mattheus 26: 17-19 Zingen: Gezang 183: 4,5,6,7. 4) Houd Gij mij in uw hoede, Gij die uw schapen telt, o bron van al het goede, waaruit mijn leven welt. Gij die mijn ziel wilt laven met liefelijke spijs, Gij overstelpt met gaven tot in het paradijs. 5) Ik dank U o mijn vrede, mijn God die met mij gaat, voor wat Gij hebt geleden aan bitterheid en smaad. Geef dat ik trouw mag wezen, want Gij zijt trouw en goed. Ik volg U zonder vrezen wanneer ik sterven moet. 6) Wanneer ik eens moet heengaan ga Gij niet van mij heen, laat mij dan niet alleen gaan niet in de dood alleen. Wees in mijn laatste lijden, mijn doodsangst, mij nabij. O God, sta mij terzijde, die lijdt en sterft voor mij. 7) Wees Gij om mij bewogen en troost mijn angstig hart. Voer mij uw beeld voor ogen, gekruisigde, uw smart. Dan zal ik vol vertrouwen, gelovig en bewust, uw aangezicht aanschouwen. Wie zo sterft, sterft gerust. Lezing uit Mattheus 26: 20-25 Zang: Mendelssohn: Woe, woe unto them who forsake Him. (Wee hen die van mij weken, ik wilde hen verlossen, echter zij horen niet.) 2
Lezing uit Mattheus 26: 26-29 Zingen gezang 181: 1,2,3. 1) Noem de overtreding mij, die Gij begaan hebt, het kwaad, gekruiste Heer, dat Gij gedaan hebt, waaraan uw volk U schuldig heeft bevonden, noem mij uw zonden. 2) Gij wordt gegeseld en gekroond met doornen, geminacht als de minste der verloornen, en als een booswicht, die zijn straf moet dragen, aan 't kruis geslagen. 3) Zeg mij, waarom men U aldus gehoond heeft, U dus, mijn vorst, gescepterd en gekroond heeft! Om voor mijn schuld verzoening te verwerven, moest Gij dùs sterven? Woorden ter overdenking Zang: Mendelssohn: O rest in the Lord, wait patiently for Him, and He shall give thee thy heart s desires. (Wees stil voor God en wacht op Hem.) Voorbeden Elke bede wordt onderbroken door gezang 184, Kyrie eleison. Instellingswoorden Onze Vader Gemeenschap van Brood en Wijn Zang Haydn: Het Heilig Avondmaal Fac me vere tecum flere, crucifixo condolere, donec ego vixero.(laat mij oprecht met u wenen de gekruisigde beklagen zolang ik leef. Met U bij het kruis staan en met U te delen in uw klagen wil ik zijn.) 3
Dankgebed Zingen: Gezang 177, 1.2.3 1) Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten, in deze zee verzinken mijn gedachten: o liefde die, om zondaars te bevrijden, zo zwaar moest lijden. 2) 'k Zie U, God zelf, in eeuwigheid geprezen, tot in de dood als mens gehoorzaam wezen, in onze plaats gemarteld en geslagen, de zonde dragen. 3) O allerheiligst, onuitspreeklijk wonder: de Rechter zelf gaat aan het recht ten onder. O wreed geding; wie kan geheel doorgronden de vloek der zonden. Wij verlaten in stilte de kerk ( Orde van dienst achterlaten s.v.p.) ********************************************************************************* Goede Vrijdag Voorganger: Ds. Stephan Kurtzahn Ouderling: Piet Bakker Organist: Hans Kelder m.m.v. Ruzanna Nahapetjan ********************************************************************************** Deze dienst draagt het karakter van een wake. Wij gedenken het lijden en sterven van Christus, zijn gevangenneming, zijn proces, zijn verloochening door Petrus, zijn veroordeling, kruisiging en sterven. Naar oude gewoonte lezen wij dit alles uit het evangelie van Johannes. Er wordt niet gepreekt, alleen gelezen, gebeden en gezongen. Wij willen waken uit ontsteltenis over alles wat er toen gebeurd is en het besef in ons toelaten dat zulke dingen nog steeds gebeuren Een wake. Daarom is het stil voor de dienst. Het orgel zwijgt en ook wij brengen alles wat in ons is tot zwijgen. Als de kerkenraad binnenkomt blijft de gemeente zitten. Voorganger: De Heer zij met u. Gemeente.: Ook met u zij de heer. Zingen: Gezang 172: 1 1) Een mens te zijn op aarde in deze wereldtijd, is leven van genade buiten de eeuwigheid, is leven van de woorden die opgeschreven staan en net als Jezus worden die 't ons heeft voorgedaan. 4
Gebed Zingen: Gezang 172: 2 2) Een mens te zijn op aarde in deze wereldtijd, is komen uit het water en staan in de woestijn, geen god onder de goden, geen engel en geen dier, een levende, een dode, een mens in wind en vuur. Lezing Psalm 22: 1-12 Zingen: Gezang 177: 1,2,3. 1) Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten, in deze zee verzinken mijn gedachten: o liefde die, om zondaars te bevrijden, zo zwaar moest lijden. 2) 'k Zie U, God zelf, in eeuwigheid geprezen, tot in de dood als mens gehoorzaam wezen, in onze plaats gemarteld en geslagen, de zonde dragen. 3) O allerheiligst, onuitspreeklijk wonder: de Rechter zelf gaat aan het recht ten onder. O wreed geding; wie kan geheel doorgronden de vloek der zonden. Lezing uit Johannes 18: 1-11 Zingen: Gezang 177: 4,5,6. 4) God is rechtvaardig, ja, een God der wrake; en Hij is liefde, Hij wil zalig maken. Zie hier de schalen die ten volle wegen èn vloek èn zegen. 5) Dit breekt mijn trots. Waar zou ik nog op bogen? Ik lig in 't stof, maar God komt mij verhogen, nu ik van vijand Gods en tegenstander in vriend verander. 6) Daar Ge U voor mij hebt in de dood gegeven, hoe zou ik naar mijn eigen wil nog leven? Zou ik aan U voor zulk een bitter lijden mijn hart niet wijden? Lezing uit Johannes 18: 12-27 Sopraan: Aria uit de Johannespassion: Ich folge Dir gleichfalls ( ik zal je volgen) Lezing uit Johannes 18: 28-19: 3 5
Zingen: Gezang 181: 1,2,3. 1) Noem de overtreding mij, die Gij begaan hebt, het kwaad, gekruiste Heer, dat Gij gedaan hebt, waaraan uw volk U schuldig heeft bevonden, noem mij uw zonden. 2) Gij wordt gegeseld en gekroond met doornen, geminacht als de minste der verloornen, en als een booswicht, die zijn straf moet dragen, aan 't kruis geslagen. 3) Zeg mij, waarom men U aldus gehoond heeft, U dus, mijn vorst, gescepterd en gekroond heeft! Om voor mijn schuld verzoening te verwerven, moest Gij dùs sterven? Lezing uit Johannes 19: 4-16 Sopraan: Aria uit de Johannespassion; Zerfliesse, mein Herze (mijn hart treurt) Lezing uit Johannes 19: 17-26 Zingen: Gezang 183: 1,2 1) O hoofd vol bloed en wonden, bedekt met smaad en hoon, o hoofd zo wreed geschonden, uw kroon een doornenkroon, o hoofd eens schoon en heerlijk en stralend als de dag, hoe lijdt Gij nu zo deerlijk! Ik groet U vol ontzag. 2) O hoofd zo hoog verheven, o goddelijk gelaat, waar werelden voor beven, hoe bitter is uw smaad! Gij, eens in 't licht gedragen, door engelen omstuwd, wie heeft U zo geslagen, gelasterd en gespuwd? Lezing uit Johannes 19: 28-30 De paarskaars wordt gedoofd. Stilte Sopraan:: Uit de Markuspassion Lezing uit Johannes 19: 31-37 Zingen: Gezang 189: 1,2. 1) Mijn Verlosser hangt aan 't kruis, hangt ten spot van snode smaders. Zoon des Vaders, waar is toch uw almacht thans, waar uw goddelijke glans? 6
2) Mijn Verlosser hangt aan 't kruis, en Hij hangt er mijnentwegen, mij ten zegen. Van de vloek maakt Hij mij vrij, en zijn sterven zaligt mij. Lezing uit Johannes 19: 38-42 Zingen: Gezang 195: 1,2,3. 2) De wereld gaf Hem slechts een graf, zijn wonen was Hem zwerven; al zijn onschuld werd Hem straf en zijn leven sterven. 3) Hoe slaapt Gij nu, die men zo ruw aan 't kruishout heeft gehangen. Starre rotsen houden U, rots des heils, gevangen. De voorbeden Orgelmeditatie Beklag Gods onder orgelmuziek eindigend met Gezang 184: 1, het refrein dat door allen wordt gezongen. 7
Korte stilte Wij bidden gezamenlijk het Onze Vader Zegenbede Wij verlaten in stilte de kerk. ( Orde van dienst achterlaten s.v.p.) ********************************************************************************* Stille Zaterdag Paaswake Voorganger: Ds. Stephan Kurtzahn Ouderling: Piet Bakker Organist: Kees Brinkman m.m.v. Roelien Brinkman, sopraan *********************************************************************************** Wij komen in stilte bijeen, onze gedachten zijn nog bij Goede Vrijdag. De kerk is donker, gelijk een donker graf. Zoals de wereld In den Beginne, zoals toen Jezus stierf, zoals nog steeds.. Zingen: Blijf bij mij, waakt en bid ( Taizé) Blijf bij mij, waak hier met mij, wakend en biddend, Wakend en biddend. Lezing uit Johannes 19: 28 c; Ik heb dorst stilte Lezing: Johannes 19: 28c stilte Sopraan: Gedeelte uit het Stabat Mater uit de musical Maria, van Gerard van Midden en Gerard van Amstel Lezing: Johannes 19: 29 en 30 Stilte Lezing: Johannes 19: 41 en 42 8
Zingen: Lied 163 uit Tussentijds 1 e keer solo, daarna 3x met Gemeente Lezing: Marcus 16: 1-8 De nieuwe paaskaars wordt binnengebracht door Cynthia Zingen: Licht dat ons aanstoot 1 e couplet solo, 2 en 3 gemeente 1) Licht dat ons aanstoot in de morgen, voortijdig licht waarin wij staan. Koud, één voor één en ongeborgen licht overdek mij, vuur mij aan. Dat ik niet uitval, dat wij allen zo zwaar en droevig als wij zijn. Niet uit elkaars genade vallen en doelloos en onvindbaar zijn. 2) Licht, van mijn stad, de stedehouder, aanhoudend licht dat overwint. Vaderlijk licht, steevaste schouder, draag mij, ik ben jouw kijkend kind. Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen of ergens al de wereld daagt waar mensen waardig leven mogen en elk zijn naam in vrede draagt. 3) Alles zal zwichten en verwaaien wat op het licht niet is geijkt. Taal zal alleen verwoesting zaaien en van ons doen geen daad beklijft. Veelstemmig licht, om aan te horen zo-lang ons hart nog slagen geeft. Liefste der mensen, eerstgeboren, licht, laatste woord van Hem die leeft. Groet Stem: Waarom is deze nacht zo anders dan alle andere nachten? 9
V: Dit is de nacht waarin God een einde maakte aan het donker en ons het licht gaf. Lezing uit Genesis 1: 1-5 Korte meditatie Zingen: Gezang 1: 1,2,3,4 1) God heeft het eerste woord. Hij heeft in den beginne het licht doen overwinnen, Hij spreekt nog altijd voort. 2) God heeft het eerste woord. Voor wij ter wereld kwamen, riep Hij ons reeds bij name, zijn roep wordt nog gehoord. 3) God heeft het laatste woord. Wat Hij van oudsher zeide, wordt aan het eind der tijden in heel zijn rijk gehoord. 4) God staat aan het begin en Hij komt aan het einde. Zijn woord is van het zijnde oorsprong en doel en zin. Stem: waarom is deze nacht zo anders dan alle andere nachten? V: Dit is de nacht waarin geknechte mensen bevrijd werden uit hun slavernij en een uitweg vonden naar het land van beloften Lezing uit Exodus 14: 24-15:1 Korte meditatie Orgelmuziek Stem: Waarom is deze nacht zo anders dan alle andere nachten? V: Dit is de nacht waarin het levenslicht het doodse donker heeft verdreven. Lezing: Ezechiël: 37: 1-14 Zingen: Gezang 300: 3,5,6. 3) Roep de doden tot getuigen dat Gij van oudsher regeert, roep hen die men dwong te zwijgen, die de wereld heeft geweerd, richt omhoog wat wist te buigen, kroon wat aanzien heeft ontbeerd. 10
5) Mensen, komt uw lot te boven, wacht na dit een ander uur, gij moet op het wonder hopen dat gij oplaait als een vuur, want de Geest zal ons bestoken, nieuw wordt alle creatuur. 6) Van die dag kan niemand weten, maar het woord drijft aan tot spoed, zouden wij niet haastig eten, gaandeweg Hem tegemoet, Jezus Christus, gistren, heden, komt voor eens en komt voor goed! Korte meditatie Zingen: lied 165 uit Tussentijds 1: solo, 2 en 5 gemeente 1) Licht, ontloken aan het donker, Licht, gebroken uit de steen, Licht, waarachtig levensteken, werp uw waarheid om ons heen! 2) Licht, geschapen, uitgesproken, Licht, dat straalt van Gods gelaat, Licht uit Licht, uit God geboren, groet ons als de dageraad! 5) Licht, straal hier in onze ogen, Licht, breek uit in duizendvoud, Licht, kom ons met stralen tooien, Ga ons voor van hand tot hand! Stem: Waarom is deze nacht zo anders dan alle andere nachten? V: Dit is de nacht waarin één uit ons midden de banden van de dood verbrak en opstond uit het graf als de eersteling van allen. Dit is de nacht van waken en hopen, van gedenken en verwachten. Lezing: Johannes 20: 11-18 Korte meditatie Zingen: Gezang 197: 1,2,4 (melodie: gezang 133) 1) De dag rijst rood in het verschiet, de hemel zingt het hoogste lied, de aarde juicht uit alle macht, de hel barst los in jammerklacht. 2) Omdat de Koning komt en stoot de deuren open van de dood, bevrijdend uit de lange nacht, het volk dat in het duister wacht. 11
4) Nu zijn de tranen en de pijn voorbij. De dood zal niet meer zijn. Een stralende engel kondigt aan: de Heer is waarlijk opgestaan. Zegen Tijdens het verlaten van de kerk zingen we: Surrexit Christus 12