uw kenmerk ons kenmerk BAWI/U Lbr. 09/109

Vergelijkbare documenten
BAWI/U Lbr. 09/109

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ons kenmerk BAWI/U Lbr. 12/012

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Agendapunt: 19 No. 50/'12. Dokkum, 24 april ONDERWERP: Wet gemeentelijke schuldhulpverlening

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorstel van wet tot het geven aan gemeenten van de verantwoordelijkheid voor schuldhulpverlening (Wet gemeentelijke schuldhulpverlening)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 4 juni 2010 Betreft Schuldhulpverlening; stand van zaken toezeggingen AO 17 december 2009

BAWI/U Lbr. 08/170

Bijlage 1. Startnotitie wettelijk kader minnelijke schuldhulpverlening

BAWI/U Lbr. 09/032

ons kenmerk BAWI/U Lbr. 10/120

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler)

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 25 juni 2012 Agenda nr: Onderwerp: Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. Aan de gemeenteraad,

BB/U Lbr. 15/103

BAWI/U Lbr. 08/091

BAWI/U Lbr. 09/075

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Illllllllllllllilllllllllllllllllllll

memo de gemeenteraad M.J.C. Suijker (wethouder) datum 29 november 2011

ons kenmerk ECSD/U Lbr. 14/091

Beleidsplan Schuldhulpverlening Venray

wei 100 Stuknummer: AI Inlichten instantie via pagina 1 van 2 , J jaar

FLO/U Lbr. 12/033

ECSD/U Lbr. 16/067

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

ons kenmerk BAOZW/U Lbr. 12/003

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 1a 2513 AA 's-gravenhage W&B/B&K/03/74179

BAOZW/U Lbr. 11/015

Heerhugowaa Stad van kansen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Kamervragen van de leden Karabulut en Leijten

Het college van burgemeester en wethouders, in zijn vergadering van 24 juli 2012,

Dit kabinet geeft prioriteit aan het terugdringen van schuldenproblematiek. Het verminderen van hoge terugvorderingen levert daar een bijdrage aan.

ECIB/U Lbr. 15/079

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van);

ons kenmerk BAWI/U Lbr. 07/132

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2513 AA1Xa. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 a 2513 AA S GRAVENHAGE

Beleidsregels schuldhulpverlening gemeente Velsen 2013

Notitie Schulddienstverlening

ECSD/U Lbr. 14/010

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 9 juli Brief aan de aangesloten organisaties T.a.v. het bestuur TAZ U

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

ECSD/U Lbr. 15/003

BAWI/U Lbr. 08/22

Schulden komen niet alleen.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Beleidsregels Schuldhulpverlening gemeente Renkum 2012 e.v.

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

ons kenmerk BB/U Lbr. 13/079

ons kenmerk ECSD/U Lbr. 15/047

2017D05647 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

BAOZW/U Lbr. 09/139

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ECGF/U Lbr. 12/037

Beleidsregels Integrale Schuldhulpverlening

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 2 januari 2019 wetsvoorstel Open overheid

Purmerend, 3. Voor welke doelgroep willen we schuldhulpverlening aanbieden?

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Inzet van Middelen. Zaaknummer: OWZDB28. nazorg ex-gedetineerden

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage B&GA/IW/03/ Inleiding

College voor Arbeidszaken

College voor Arbeidszaken

STARTNOTITIE Vervolgonderzoek aantal huishoudens met (risico op) problematische schulden Versie 23 mei 2005

ECSD/U Lbr. 16/054

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Besluitenlijst d.d. d.d. (paraaf adjunct-secretaris) Bijlagen Voorstel buurtgericht werken schuldhulpverlening

BOR NOTITIE. Mogelijke kosten van een wettelijk breed moratorium (WBM) in de schuldhulpverlening

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Rapportage Sociaal Domein. 3e kwartaal 2017

Beleidsregels toelating tot schulddienstverlening gemeente Borger-Odoorn.

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent schuldhulpverlening

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Stand van zaken schuldenproblematiek

Raadsvergadering van 6 september 2012 Agendanummer: 9.1

Brief aan de leden l «V Hl Wi T.a.v. het college en de raad Vereniging van Nederlandse Gemeenten

De gemeenteraad. Cc college van b&w. Geachte leden van de gemeenteraad,

Beleidsregels schuldhulpverlening Heemskerk april 2013

Convenant Beschermingsbewind

vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid

naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt.

Het college heeft besloten tot vaststelling van de regeling schuldhulpverlening 2017 en verder.

BAOZW/U Lbr.12/006

Gescand archiot 17 AUG. 2009

Beleidsregels Schuldhulpverlening Achtkarspelen

Gemeente Delft. Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Delft

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 25 april TFI/U / Lbr. 19/ Herziening Gemeentefonds.

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 17 juli TISB/U / Lbr. 19/057. Doordecentralisatie en nieuw verdeelmodel MO, BW en BG

BB/U Lbr. 11/026

Transcriptie:

09.0003938 Vereniging van Nederlandse Gemeenten Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 uw kenmerk bljlage(n) 2 betreft Gemeentelijke schuldhulpverle- ning: wetsvoorstel en tijdelijke»: extra middelen fflr ons kenmerk BAWI/U200901936 Lbr. 09/109 datum 30 September 2009 r Samenvatting Het ministerle van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bereidt een wetsvoorstel voor met betrekking tot gemeentelijke schuldhulpverlening. De hoofdlijn van het voorstel is dat de regierol Jl en de zorgplicht voor schuldhulpverlening nu formeel bij gemeenten wordt ondergebracht. J l Gemeentebestuurders moeten daartoe een plan opstellen en dit door de raad laten vaststellen. Daarnaast stelt het ministerie tijdelijke, extra financiele middelen beschikbaar om de door de economische crisis veroorzaakte toegenomen vraag naar schuldhulpverlening op te kunnen vangen. Deze ledenbrief informeert u over de meest actuele stand van zaken met betrekking tot beide aspecten.

Verenjging van Nederlandse Gemeenten Aan de leden informatiecentrum tel. (070) 373 8020 Betreft Gemeentelijke schuldhulpverlening: wetsvoorstel en tijdelijke extra middelen ons kenmerk BAWI/U200901936 Lbr. 09/109 bijlage(n) 2 30 September 2009 Geacht college en geachte gemeenteraad, Het zal u niet ontgaan zijn dat er - voornamelijk in verband met de economische crisis - veel politieke en media-aandacht is voor schuldhulpverlening. Bij het afsluiten van het Bestuursakkoord in 2007 benadrukten de staatssecretaris van Sociale Zaken Werkgelegenheid (SZW) en de VNG reeds het belang van dit onderwerp en kwamen overeen om in kaart te brengen hoe de effectiviteit en de kwaliteit van gemeentelijke schuldhulpverlening kan worden vergroot. Met deze ledenbrief willen wij u nader informeren over: De contouren van het wetsvoorstel 'Gemeentelijke schuldhulpverlening'. De staatssecretaris van SZW is voornemens het wetsvoorstel voor het kerstreces naar het parlement te sturen. De tijdelijke extra financiele middelen die door de staatssecretaris beschikbaar zijn gesteld voor met name het opvangen van de door de economische crisis veroorzaakte extra vraag naar schuldhulpverlening. Wetsvoorstel gemeentelijke schuldhulpverlening Het ministerie van SZW werkt aan een wetsvoorstel 'Gemeentelijke Schuldhulpverlening' en is voornemens het voorstel voor het komende kerstreces aan het parlement te verzenden. Op 5 juni verzond het kabinet reeds een notitie op hoofdlijnen, die u als bijlage aantreft. De belangrijkste punten uit de notitie en naar verwachting het wetsvoorstel zijn: Reqierol en zorqplicht. Gemeenten krijgen nu formeel de regierol en de zorgplicht met betrekking tot schuldhulpverlening. De gedachte daarachter is dat gemeenten bij uitstek in staat zijn om de schuldhulpverlening integraal op te pakken vanwege hun expertise op aanpalende terreinen als werk en inkomen, maatschappelijke ondersteuning, etc. Gemeentebesturen moeten daartoe plannen opstellen en de gemeenteraden moeten deze vaststellen. Het rijk wil gemeenten daarbij beleidsvrijheid gunnen en geen uniformiteit onderwerp Gemeentelijke schuldhulpverlening: wetsvoorstel en tijdelijke extra middelen datum 21 September 2009

opleggen. Het rijk wil wel een bijdrage leveren aan het opzetten van een infrastructuur waarin best practices worden uitgewisseld. Wacht- en doorlooptiiden. De wachttijd tussen een aanvraag voor schuldhulpverlening en het vaststellen van de hulpvraag, mag maximaal vler weken zijn. De doorlooptijd na de wachttijd wordt niet aan een maximale duur gebonden. Afhankelijk van de situatie van de hulpvrager kan de doorlooptijd van geval tot geval namelijk zeer verschillen. Brede toeqankeliikheid. In principe staat schuldhulpverlening open voor iedere burger met problematische schulden. Het college moet beleidsregels opstellen over de omstandigheden waaronder een natuurlijk persoon de toegang tot de schuldhulpverlening kan worden ontzegd. De hoofdlijn van het VNG-standpunt is dat zij voorstander is van het formaliseren van de regierol en zorgplicht van gemeenten. Belangrijk daarbij is dat gemeenten voldoende financiele middelen en instrumenten ter beschikking worden gesteld om deze regierol en zorgplicht goed te vervullen. Op donderdag 10 September jl. vond een Algemeen Overleg van de Vaste Kamercommissie SZW plaats over schuldhulpverlening. Belangrijkste punten in deze politieke discussie waren: Meerderheid wetteliike verankerinq moratorium. Diverse woordvoerders - samen een meerderheid - pleitten voor een wettelijke verankering van een moratorium. Dit is een periode waarin schuldeisers incassoactiviteiten op achterstallige betalingen staken, zodat de schuldhulpverlener een schuldregeling kan uitwerken. Oorspronkelijk wilde de staatssecretaris dit eerst via een convenant regelen tussen VNG enerzijds en koepels van schuldeisers anderzijds. Pas wanneer zou blijken dat een convenant niet werkbaar is, zou wettelijke verankering volgen. Certificerinq niet in de wet. De staatssecretaris gaf desgevraagd aan dat zij certificering van schuldhulpverlenende instanties en personen niet wettelijk wil regelen, maar aan de sector wil overlaten. Zij gaf aan er een voorstander van te zijn dat gemeenten een certificering kunnen gebruiken in eventuele aanbestedingsprocedures. Spoediqe realisatie Landeliike Informatiesvsteem Schulden (LIS) qewenst. Kamerleden en staatssecretaris benadrukten het belang van een spoedige totstandkoming van het LIS. Het LIS biedt relevante partijen (schuldhulpverleners, kredietverstrekkers) inzicht in de schuldensituatie van een persoon. Dit kan behulpzaam zijn bij het opstellen van een schuldregeling, maar ook bij het al dan niet honoreren van een kredietaanvraag. Op dit moment is het wachten op een oordeel van het College Bescherming Persoonsgegevens op het bijbehorende privacy protocol. Staken onderneminq voorwaarde voor recht op schuldhulpverlening. De staatssecretaris gaf desgevraagd aan dat voor ondememers die hun ondememing niet willen staken, het Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen (BBZ) open staat. Zij kunnen vooralsnog geen beroep doen op schuldhulpverlening. Relatie tot de Alqemene Wet Bestuursrecht. De precieze relatie tot Algemene Wet Bestuursrecht kwam in de politieke discussie niet aan de orde. De VNG wil hierover graag duidelijkheid en neemt dit punt nog mee in het verdere wetgevingstraject. onderwerp Gemeentelijke schuldhulpverlening: wetsvoorstel en tijdelijke extra middelen datum 21 September 2009 02/04

Zoals is vastgelegd in artikel 2 van de Financi le Verhoudingswet, vindt momenteel een onderzoek plaats om een beredeneerde inschatting van de structurele financiele consequenties van het wetsvoorstel in kaart te brengen. De VNG volgt de voortgang hiervan nauwgezet. Mocht uw gemeente benaderd worden om deel te nemen aan dit door Cebeon uitgevoerde onderzoek, verzoeken wij u om daaraan constructief mee te werken. Tijdelijke extra financiele middelen Naast het wetsvoorstel stelt het kabinet in 2009, 2010 en 2011 in totaal 130 miljoen euro beschikbaar voor het terugdringen van problematische schulden. Hiervan is in totaal 110 miljoen in de vorm van een specifieke uitkering beschikbaar voor gemeenten voor het opvangen van de extra toeloop. Van deze 110 miljoen is voor 2009 reeds 27.5 miljoen beschikbaar. Op www.minszw.nl en vervolgens 'Gemeenteloket' vindt u meer informatie over de verdeling over gemeenten. Daarnaast komt er voor het UWV in totaal 5 miljoen beschikbaar voor preventieve maatregelen op de werkpleinen, waarvan 2.5 miljoen in 2009. Het ministerie beraadt zich momenteel nog over de uitkering van de resterende 15 miljoen voor ondersteuning van implementatie, projecten voortrekkersgemeenten, campagne en dergelijke. In de Tweede Kamer is namelijk gepleit voor het (deels) beschikbaar stellen van dit deel van de middelen aan vrijwilligersorganisaties. Binnen enkele weken verwachten wij daarover informatie van SZW. Naast de bovengenoemde 130 miljoen is er uit de begroting van 2009 nog 4 miljoen beschikbaar voor de uitvoering van het amendement Spekman. Dit amendement bepleit het versterken van integrale schuldhulpverlening op buurt- en wijkniveau. Dit bedrag zal worden uitgekeerd in de vorm van een decentralistatie-uitkering aan een aantal gemeenten. Het ministerie van SZW heeft aangegeven dat het monitoren van de besteding van de extra middelen kwalitatief van aard zal zijn en dat deze steekproefgewijs plaatsvindt. De precieze onderzoeksmethode moet nog worden bepaald. Voor aanvullende informatie kunt u terecht op www.vng.nl en bij het VNG Informatiecentrum, bereikbaar via 070-3738020. Hoogachtend, Vereniging van Nederlandse Gemeenten mr R.J.J.M. Pans voorzitter directieraad onderwerp Gemeentelijke schuldhulpverlening: wetsvoorstel en tijdelijke extra middelen datum 21 September 2009 03/04

Bijlagen: Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting, brief van de staatssecretaris Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer, 5 juni 2009, 24515, nr. 152. VNG Kamerbrief t.b.v. Algemeen Overleg Schuldhulpverlening op 10 September, 4 September, BAWI/U200901766. Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting, brief van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer, 19 juni 2009, 24515 nr. 153. Deze ledenbrief staat ook op www.vng.nl onder brieven. onderwerp Gemeentelijke schuldhulpverlening: wetsvoorstel en tijdelijke extra middelen. datum 21 September 2009 04/04

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008-2009 24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uifsluifing Ur. 152 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 5 juni 2009 Hierbij bied ik u, overeenkomstig mijn toezegging tijdens het Algemeen Overleg op 2 april jl. (kamerstuk 24 515, nr. 149), een notitie aan waarin de materiele inhoud van het wetsvoorstel «wettelijk kader minnelijke schuldhulpverlening» is opgenomen. De inhoud van deze notitie zal de basis vormen voor het nog op te stellen wetsvoorstel «wettelijk kader minnelijke schuldhulpverlening». Ik verwacht u dit wetsvoorstel nog voor het einde van dit jaar te kunnen aanbieden. De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma KST131809 0809tkkst24515-152 ISSN 0921-7371 's-grawnhage2009 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 152

INHOUD WETSVOORSTEL «WETTELIJK KADER MINNELIJKE SCHULDHULPVERLENING» Vooraf Hierna is de materiele inhoud van het wetsvoorstel «wettelijk kader minnelijke schuldhulpverlening» opgenomen. Op basis van dit stuk zal het wetsvoorstel worden opgesteld. Bij de nadere uitwerking die daarvoor noodzakelijk is zal nog uitgebreid overleg met de uitvoering plaatsvinden. Het is daarbij niet uitgesloten dat dit op onderdelen nog tot wijzigingen zal leiden. Algemeen In de wet op te nemen: De inhoud van een aantal kernbegrippen zal duidelijk worden omschreven. Er komt een aparte wet waarin het wettelijk kader minnelijke schuldhulpverlening is geregeld. De voorlopige werktitel is «wettelijk kader minnelijke schuldhulpverlening». Integrate schuldhulpverlening In de wet op te nemen: De gemeenteraad krijgt de taak plannen vast te stellen die richting geven aan de beslissingen die de gemeenteraad en het college van B en W nemen over het integrale karakter van de minnelijke schuldhulpverlening en de regierol daarbij van de gemeente. De minnelijke schuldhulpverlening heeft een integraal karakter en staat onder regie van de gemeente. De integrale schuldhulpverlening is - voor zover noodzakelijk - toegesneden op de individuele client (maatwerk). In de memorie van toelichting opnemen: De taak van de gemeenteraad om een plan vast te stellen is op een vergelijkbare manier uitgewerkt als in de WMO. De eis dat de integrale schuldhulpverlening - voor zover noodzakelijk - toegesneden moet zijn op de individuele client houdt in de schuldhulpverlening ook adequaat moet zijn voor groepen als bijvoorbeeld dak- en thuislozen, ex-gedetineerden en licht verstandelijk gehandicapten. Het voorgaande betekent in een aantal gevallen dat het niet mogelijk zal zijn de termijnen te hanteren die bijvoorbeeld gelden op basis van gedragsregels van de NVVK of de NEN-normen. Integrale schuldhulpverlening houdt ook in dat niet alleen aandacht aan de schuldenaar wordt besteed maar dat er, indien dat toegevoegde waarde heeft, ook aandacht is voor bijvoorbeeld huisgenoten (gezinssituatie). Essentiele onderdelen van integrale schuldhulpverlening zijn op preventie gerichte activiteiten en nazorg in de gevallen waarin dat noodzakelijk is (mogelijk kan dit ook in de omschrijving van integrale schuldhulpverlening worden opgenomen). Brede toegankelijkheid van de minnelijke schuldhulpverlening In de wet opnemen: Minnelijke schuldhulpverlening is toegankelijk voor natuurlijke personen die problematische schulden hebben, of die voorzien op termijn problematische schulden te krijgen. De gemeente waar een natuurlijke persoon woont verleent minnelijke schuldhulpverlening aan die natuurlijke persoon. Voor daklozen geldt dat de schuldhulpverlening wordt verleend door het college van de Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 152

gemeente waar de belanghebbende zich op het moment van zijn aanvraag bevindt. De gemeenteraad legt in een verordening vast op basis van welke individuele omstandigheden een natuurlijk persoon de toegang tot de schuldhulpverlening wordt ontzegd. In de memorie van toelichting opnemen: De minnelijke schuldhulpverlening is niet alleen toegankelijk voor natuurlijke personen met prive schulden, maar ook voor natuurlijke personen die schulden hebben in verband de liquidate van een onderneming. Voorwaarde voor de toegang tot de minnelijke schuldhulpverlening is dat de activiteiten van de onderneming van de natuurlijke persoon feitelijk gestopt moeten zijn. Omstandigheden op basis waarvan een gemeente een natuurlijke persoon de toegang tot de minnelijke schuldhulpverlening kan ontzeggen zijn bijvoorbeeld: o het feit dat een natuurlijke persoon al een aantal malen niet succesvol eerder beroep op de minnelijke schuldhulpverlening heeft gedaan en dat hem of haar te verwijten is; o het feit dat de betrokkene bijvoorbeeld vanwege een verslavingsprobleem nog niet geschikt is om deel te nemen aan minnelijke schuldhulpverlening; o het feit dat de onderneming van betrokkene niet is gestopt. Kwaliteit van de minnelijke schuldhulpverlening In de wet op te nemen: De vaststelling van de afloscapaciteit van een schuldenaar vindt plaats op basis van een in de wet op te nemen norm. In de memorie van toelichting op te nemen: Het is niet gewenst in de wet vast te leggen dat certificering verplicht is. Certificering en de normen die daaruit voort zijn gekomen, zijn door de sector zelf ontwikkeld. Er is geen reden hiervan af te wijken. Een verwijzing naar het hopelijk tot stand gekomen convenant over een moratorium tussen onder andere de VNG, zoveel mogelijk gemeenten en belangrijke (organisaties van) schuldeisers en de daarin mogelijk opgenomen normen voor de kwaliteit van de schuldhulpverlening. De gelijke behandeling van schuldeisers zonder preferente positie (paritas creditorum) is essentieel. Het is niet nodig dit in de wet op te nemen, omdat dit al geldt op basis van 3: 277 BW. Wacht- en doorlooptijden In de wet op te nemen: De gemeenteraad heeft de taak om op basis van een door hen vast te stellen plan nader beleid te formuleren met betrekking tot wachttijden in hun gemeente. De maximale wachttijd is 4 weken. De wachttijd ingeval van bedreigende schulden is maximaal 3 werkdagen. Gemeenten zijn verplicht om een schuldenaar vooraf een globaal inzicht te geven in de verwachte doorlooptijd. Voorwaarde hierbij is dat de schuldenaar meewerkt aan de schuldhulpverlening. De op te nemen maximale wachttijd en de aan de client medegedeelde verwachte doorlooptijd zijn termijnen van orde. Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 152

Rechten en plichten In de memorie van toelichting op te nemen: Op grond van de AWB staat tegen schriftelijke beslissingen van de gemeente de mogelijkheid van bezwaar en beroep open. In de wetten waarin een verplichting tot re-integratie is opgenomen bestaat de mogelijkheid een sanctie op te leggen aan een uitkeringsgerechtigde die niet of niet meer meewerkt aan schuldhulpverlening en als gevolg daarvan de re-integratie belemmert. Moratorium In de memorie van toelichting op te nemen: De actuele stand van zaken opnemen als het gaat om het realiseren van een breed convenant waarin de belangrijkste schuldeisers en de schuldhulpverleners een vrijwillig moratorium afspreken. Er zal een onderzoek worden ingesteld op basis waarvan in het najaar van 2011 objectief vastgesteld kan worden wat de toegevoegde waarde is van de instelling van een breed wettelijk moratorium voor de effectiviteit van de schuldhulpverlening. Hierin zal ook de vraag worden betrokken of de werking van vrijwillig afgesloten moratoria een wettelijk moratorium overbodig maken. Aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek zal de wenselijkheid worden bezien van een wettelijk moratorium. Beleidsinformatie In de wet op te nemen: De verplichting van het college om desgevraagd kosteloos de inlichtingen te verstrekken die de minister van SZW m.b.t. deze wet nodig heeft. Bij of krachtens amvb kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot het verstrekken van deze gegevens. In de memorie van toelichting op te nemen: Dat bij de informatie die van gemeenten wordt gevraagd zoveel mogelijk aangesloten zal worden bij de informatie die binnen gemeenten zelf al beschikbaar is. Evaluatie In de wet op te nemen: De wet zal na een periode van 4 jaar worden geevalueerd. Financiering Op te nemen in de memorie van toelichting: Op basis van artikel 2 van de Financiele verhoudingswet moet in het wetsvoorstel worden aangegeven of de inhoud van het wetsvoorstel leidt tot taakverzwaring van de gemeenten en indien dit het geval is, zal aangegeven moeten worden hoe deze verzwaring gefinancierd moet worden. Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 152

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008-2009 24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting Nr. 153 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 19juni 2009 Hierbij bied ik u, overeenkomstig mijn toezegging tijdens het Algemeen Overleg schuldenproblematiek op 2 april 2009 (kamerstuk 24 515, nr. 149), het overzicht aan met de maatregelen die het kabinet heeft genomen om extra aandachtte besteden aan schuldhulpverlening in verband met de economische crisis. De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma KST132521 0809tkkst24515-153 ISSN 0921-7371 ^GravSfhage2009 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 153

Extra maatregelen schuldhulpverlening 1. Voorkomen dat mensen in problematische schuldensituaties komen De economische crisis en de oplopende werkloosheid vormen een verhoogd risico op problematische schulden. Het kabinet vindt het belangrijk dat juist ook in economisch zware tijden aandacht is voor het voorkomen van problematische schuldensituaties. Preventie is essentieel. En als mensen toch hulp nodig hebben, moeten gemeenten snel en efficient en het liefst zo vroeg mogelijk helpen. Dit is de reden geweest dat het kabinet voor schuldhulpverlening in de komende drie jaren extra middelen uit heeft getrokken: 30 miljoen in 2009, 50 miljoen in 2010 en 50 miljoen in 2011. In dit stuk staat uitgewerkt welke maatregelen het kabinet hiervoor neemt. Tijdens de begrotingsbehandeling van SZW in 2008 is via het amendement Spekman c.s. bepaald dat 4 miljoen van de bestaande middelen van de SZW-begroting beschikbaar komen ten behoeve van de ondersteuning van initiatieven voor integrale schuldhulpverlening in relatie tot wijk, buurt en met behulp van vrijwilligers 1. Tussen het amendement Spekman en de extra maatregelen vanwege de economische crisis zit een inhoudelijke samenhang. Daarom is de uitwerking van het amendement Spekman c.s. eveneens in dit overzicht opgenomen. 2. Ambities realiseren: in samenhang met andere maatregelen, in samenwerking met andere partners Met deze extra maatregelen geeft het kabinet een extra, tijdelijke impuls voor de schuldhulpverlening vanwege de gevolgen van de economische crisis voor de schuldenproblematiek. Het bevat een aantal intensiveringen voor dit beleidsterrein rondom de schuldenproblematiek Een problematische schuld is een belangrijke belemmerende factor voor (volwaardige) participate. Om deze reden heeft het kabinet in deze kabinetsperiode al 350 mln extra uitgetrokken om zijn ambitie op het armoedeen schuldenbeleid te ondersteunen. Al in eerdere brieven heeft het kabinet zijn ambities op het terrein van schulden met de Tweede Kamer gedeeld. De extra maatregelen vanwege de economische crisis staat niet op zichzelf. Zij worden in samenhang ontwikkeld met de intensiveringen die het kabinet al heeft ingezet om overkreditering en problematische schuldensituaties te voorkomen en om de effectiviteit van schuldhulpverlening te verbeteren. De maatregelen die het kabinet hiervoor al heeft ingezet, treft u niet in het plan aan. In dit plan staan alleen de incidentele maatregelen die het kabinet in verband met de economische situatie op dit onderwerp neemt. Evenmin staan in dit plan de maatregelen opgenomen die het kabinet heeft genomen op andere terreinen in verband met de economische crisis, hoewel zij daar wel mee samenhangen. 1 De dekking van dit amendement komt ten laste van de post «overig (Doorontwikkeling & Onderhoud Wwb)» van beleidsartikel 46 van de SZW begroting en wordt door een herschikking van de beschikbare gelden gerealiseerd. Maatregelen als deze kun je alleen maar realiseren in nauwe samenwerking met partners. Over de inhoud van de extra maatregelen is gesproken met betrokken partijen als gemeenten, VNG, Divosa, UWV, het Algemeen Keten Overleg (AKO) en verschillende brancheorganisaties. De uitvoering van de maatregelen zal in intensieve samenwerking met deze partijen gebeuren. Op de Werkpleinen en in gemeenten zal de extra impuls immers vorm moeten krijgen. Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 153

3. De extra maatregelen: van preventie tot extra middelen voor de opvang van toename van beroep op schuldhulpverlening Het kabinet zet de extra gelden in de komende drie jaren in voor concrete maatregelen. Voorkomen dat mensen in de problemen komen is essentieel. Dat is met name van belang voor de nieuwe groepen 1 die door de economische crisis geconfronteerd worden of dreigen geconfronteerd te worden met een inkomenachteruitgang. Extra aandacht voor preventie is dus essentieel. Maar ook met extra preventiemaatregelen zal er in deze periode meer behoefte zijn aan ondersteuning om schuldenproblemen op te lossen. Ook daarin voorzien de maatregelen van dit plan. Vanwege het specifieke en incidentele karakter van de maatregelen heeft het kabinet besloten om de middelen via een specifieke uitkering aan de gemeenten beschikbaar te stellen. Het kabinet neemt de volgende maatregelen. Maatregel 1: Preventie: Goede voorlichting en actieve verwijzing op de Werkpleinen Op de Werkpleinen kan zoveel mogelijk - ook in deze economische moeilijke tijden - voorkomen worden dat mensen in problematische schuldensituaties terecht komen. Er wordt voor gezorgd dat nieuwe groepen die met inkomensachteruitgang kunnen worden geconfronteerd in een vroeg stadium voorzien worden van adequate informatie en zo nodig doorverwezen worden naar hulpverlening. Hier ligt een taak voor de frontoffice medewerkers. Frontoffice medewerkers krijgen extra training om dit onderdeel in de integrate dienstverlening mee te nemen. Er wordt voorlichtingsmateriaal ontwikkeld dat hen in deze taak ondersteunt. De volgende informatie wordt op de Werkpleinen gegeven: informatie over de mogelijke gevolgen van de economische crisis op hun financiele situatie; informatie over de dienstverlening die gemeenten kunnen bieden op het terrein van preventie en schuldhulpverlening; informatie over inkomensondersteunende voorzieningen van gemeenten. SZW stelt hiervoor middelen aan het UWV beschikbaar. Maatregel 2: Opvangen van het extra beroep op schuldhulpverlening. 1 Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan iemand die werkloos wordt, of tweeverdieners van wie een van de partners werkloos wordt. Een korte WW-periode kan dan op relatief korte termijn tot een forse inkomensterugval leiden. De economische crisis zal er naar verwachting toe leiden dat het beroep op de minnelijke schuldhulpverlening toeneemt. De eerste signalen daarover zijn al bekend. Schuldhulpverlening wordt al door gemeenten uitgevoerd. Voor de verwachte extra toeloop als gevolg van de economische crisis stelt het kabinet incidenteel voor een periode van drie jaar extra geld ter beschikking. De gemeenten zullen met deze extra middelen het volgende realiseren: opvang van de extra toeloop op de schuldhulpverlening; het realiseren of in stand houden van de brede toegankelijkheid van de schuldhulpverlening. Dit is extra van belang in verband met de toestroom van nieuwe groepen naar de schuldhulpverlening als gevolg van de economische crisis; de beperking van de wacht- en doorlooptijden. Het streven is er daarbij nadrukkelijk op gericht om de wachttijd te beperken tot maximaal vier weken, zonder dat dit negatieve gevolgen heeft voor de lengte van de doorlooptijd. De extra middelen worden via een specifieke uitkering aan de gemeenten beschikbaar gesteld. Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 153

Maatregel 3: Het verbeteren van de effectiviteit van de schuldhulpverlening. Juist in deze tijd van economische crisis met een verwachte toeloop op schuldhulpverlening is een kwalitatief goed aanbod essentieel. Deze maatregel is erop gericht om vooruitlopend op de inwerkingtreding van het wetsvoorstel «wettelijk kader minnelijke schuldhulpverlening» de gemeenten te ondersteunen bij het implementeren van onderdelen van het wetsvoorstel. Dit vergt mogelijk aanpassing van processen en werkwijze. Hierbij zullen de gemeenten worden ondersteund. Deze ondersteuning zal plaatsvinden door een externe partij die daarbij actief gebruik zal maken van de ervaringen van gemeenten die al geheel of gedeeltelijk werken volgens de eerder genoemde normen. Over de wijze waarop deze ondersteuning concreet vorm en inhoud krijgt zal nader overleg plaatsvinden met de VNG en Divosa. Een aantal gemeenten zal in dit kader ondersteunende activiteiten ontwikkelen. Middelen worden aan deze gemeenten via een specifieke uitkering beschikbaar gesteld. Maatregel 4: De uitwerking van het amendement Spekman c.s. Het amendement Spekman bepaalt dat initiatieven moeten worden opgezet die integrate schuldhulpverlening en preventie op gemeentelijk, wijk- en buurtniveau bevorderen. Daarbij kan waar mogelijk ook gebruik worden gemaakt van de inzet van vrijwilligers. In het amendement wordt een relatie gelegd met het amendement van het lid Wolbert c.s.over het concept van kleinschalige buurtdiensten in de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Met het amendement is in totaal 4 mln. van de bestaande begrotingsgelden van SZW beschikbaar gesteld. Het amendement wordt als volgt uitgevoerd. In het najaar worden twee a drie regionale bijeenkomsten georganiseerd om de deskundigheid te bevorderen van vrijwilligers die actief zijn bij het ondersteunen van mensen met financiele problemen en om de samenwerking tussen vrijwilliger en professional te verbeteren. Deze bijeenkomsten zijn een vervolg op een pilotbijeenkomst die in maart 2009 in Assen is gehouden en die succesvol is verlopen. Een aantal gemeenten zal initiatieven ontwikkelen. Hiervoor zijn gemeenten benaderd die betrokken zijn bij de wijkenaanpak van het kabinet en/of interesse hebben getoond in het uitvoeren van het amendement Wolbert. Een 20-tal gemeenten heeft blijk gegeven serieus gemteresseerd te zijn in de uitwerking van het amendement Spekman c.s. Met deze gemeenten wordt nu gesproken over de concrete invulling van de initiatieven. De middelen voor de uitwerking van het amendement Spekman c.s. wordt via een specifieke uitkering aan de betrokken gemeenten beschikbaar gesteld. De monitoring van de maatregelen De inhoud van de specifieke uitkering, waaronder de wijze van verantwoording, wordt in overleg met gemeenten nader uitgewerkt. Het effect van de maatregelen wordt verder gemonitord via kwalitatief onderzoek bij een representatief aantal gemeenten. Hierbij is het onder andere van belang dat inzicht ontstaat in het aantal clienten dat via de Werkpleinen bij de schuldhulpverlening terecht is gekomen. De uitvoering van de initiatieven voor de uitwerking van het amendement Spekman c.s. en de verbetering van de effectiviteit van schuldhulpverlening worden ondersteund en gemonitord door een externe organisatie. Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 153

Het accent zal daarbij liggen op het verspreiden van slaag- en faalfactoren van de te ontwikkelen aanpak. 4. De verdeling van de middelen Hierondertreft u een overzicht aan van de verdeling van de middelen. Bij de verdeling is ervoor gekozen om het zwaartepunt van de preventiemiddelen te leggen in 2009. Vanwege de verwachte toeloop op het beroep van schuldhulpverlening ligt het zwaartepunt hiervoor in 2010 en 2011. Extra middelen schuldhulpverlening Schuldhulpverlening: totaal 2009 30 mln 2010 50 mln 2011 50 mln Totaal 130 mln 1. Preventiemaatregelen (via Werkpleinen) Monitoring 2. Centrale middelen ondersteuning implementatie, projecten voortrekkersgemeenten, campagne e.d. Ondersteuning en monitoring 3. Extra toeloop/ intensivering gemeenten Monitoring 2,50 mln 2,00 mln 25,50 mln 1,75 mln 6,50 mln 41,75 mln 0,75 mln 6,50 mln 42,75 mln 5 mln 15 mln 110mln Middelen SZW begroting 4. Middelen amendement Spekman Ondersteuning en monitoring 4 mln (bestaande middelen SZWbegroting) 4 mln (bestaande middelen SZWbegroting) 5. Afsluiting De economische crisis maakt het nodig dat het kabinet extra aandacht geeft aan het voorkomen en oplossen van problematische schuldensituaties. Deze tijdelijke extra maatregelen en de intensiveringen die het kabinet al eerder in gang heeft gezet op het terrein van schuldenproblematiek dragen naar de mening van het kabinet bij om waar mogelijk - ook in deze economische moeilijke tijden - te voorkomen dat mensen in problematische schuldensituaties terecht komen en om mensen zo goed mogelijk te ondersteunen als ze toch in zo'n situatie terecht komen. Op deze manier dragen de extra maatregelen eveneens bij aan het realiseren van de ambitie die het kabinet al eerder heeft uitgesproken: het verbeteren van de effectiviteit van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 24 515, nr. 153