Laagland Archeologie Rapport 16 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg Ommen, gem. Ommen (Ov.

Vergelijkbare documenten
Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.)

Dikkenbergweg 33 te Bennekom, gem. Ede (Gld.)

Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Uitbreiding parkeerplaats Dorpstraat 28 te Harskamp, gem. Ede (Gld.)

Konijnenwal 13a te Ermelo, gem. Ermelo (Gld.)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)

Grotestraat 55 te Tubbergen, gemeente Tubbergen (Ov.)

Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.)

Larenseweg te Holten, gemeente Holten- Rijssen (Ov.)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologisch vooronderzoek

Advies Bouwlocatie Oranjestraat te Tubbergen, gem. Tubbergen

Plattebaan 2, Schijf gemeente Rucphen (NB).

Laagland Archeologie Rapport 52

30 sept OU

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

4 Archeologisch onderzoek

Averboodse Baan (N165), Laakdal

Ede, Roekelse Bos (gem. Ede)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ADVIES ARCHEOLOGIE 16 dec 2013

Archeologisch booronderzoek Eefselerweg 13a te Lievelde, gemeente Oost Gelre (GLD)

Heesch - Beellandstraat

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap

8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas

Hoofdweg 39 te Slochteren (gemeente Slochteren) Een Archeologisch Bureauonderzoek

Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst

Horster Engweg 8b te Ermelo, gemeente Ermelo (GLD.)

PLAN VAN AANPAK Waarderend booronderzoek

Nieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Quickscan Archeologie. Forellenvisvijvers De Huif Aan de Uilenweg 2 Lelystad, gemeente Lelystad

Archeologisch booronderzoek voor het plangebied Utrechtseweg 82 te Zeist. K oen Hebinck

MEMO. Projectgegevens

Bijlage 4 Archeologisch onderzoek

Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam, Gemeente Zwijndrecht, B&G rapport 899

Quick scan archeologie Vaartstraat Loonsevaert (perceel 2954), Kaatsheuvel gemeente Loon op Zand

Papendrecht, Westeind 25, gemeente Papendrecht (ZH). Archeologisch en cultuurhistorisch bureauonderzoek. Transect-rapport 528 (concept 1.

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Transect-rapport 608. N348 Raalte-Ommen, Fase 1 en 2. Gemeente Raalte/Ommen (Ov.) Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek (IVO; karterende fase)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Bureau voor Archeologie. Plan van Aanpak booronderzoek Achterdijk 2-1, Arkel, gemeente Giessenlanden

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop

Monumentenhuis Brabant bv

Gageldijk. GAG: Archeologische begeleiding rond de aanleg van een fietsviaduct aan de Gageldijk, gemeente Utrecht. Basisrapportage Archeologie 109

Archeologisch onderzoek De Berghorst te Enter Noord

N76, Zwartberg, gemeente Genk

ARCHEOLOGISCHE BEGELEIDING VAN DE SANERING VAN ZINKASSEN HEIJERSTRAAT 26 TE WESTERHOVEN GEMEENTE BERGEIJK

Bijlage 11 bij toelichting Bestemmingsplan Verbreding N444 en reconstructie Nagelbrug, Voorhout

Transect-rapport Sevenum, Vinkepas 16. Gemeente Horst aan de Maas (L)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4478 Plangebied Noorderweg 27 te Noordwijk 3750 voor Chr. Gemeente Marum Archeologisch vooronderzoek: een verkennend veldo

Quickscan Archeologie. Bedrijfsunits te Deil. Gemeente Geldermalsen

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologische Quickscan

Dordrecht Ondergronds Waarneming 6 VEST 124, GEMEENTE DORDRECHT

Gemeente Ede Plangebied Kerkhoflaan te Bennekom

Libau, 10 augustus Tracé Aduard - Dorkwerd Een Archeologisch Bureauonderzoek

Bijlage 1 Aanvullend advies archeologisch onderzoek, Wozoco Giessenburg, Neerpolderseweg 19, Giessenburg, Gemeente Giessenlanden

Oude Amersfoortseweg 99 te Hilversum rapport 2022

Eesterweg 48 te Doezum, gemeente Grootegast. Een Archeologisch Bureauonderzoek

Gramsbergen, Oostermaat 60 (Gemeente Hardenberg, Ov.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek Steekproefrapport /01Z

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Rapportage Verkennend Booronderzoek Archeologie Plangebied Hoek Kerkweg/Veluwelaan te Wezep, gemeente Oldebroek

Quickscan Archeologie Plangebied Toekomstig Tankstation Hengelosestraat (ong.) te Haaksbergen

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Nieuwe Waalreseweg 199, Valkenswaard (gemeente Valkenswaard)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Eerde, Kasteel Eerde Gemeente Ommen (Ov), Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproef-rapport /02

Bijlage 3. Vrijstellingen

Figuur 1. Resultaten onderzoek geprojecteerd op het Actueel Hoggtebestand Nederland (AHN).

Plangebied naast Warfhuisterweg 12 te Wehe-Den Hoorn (gemeente De Marne) Een Archeologisch Bureauonderzoek

Buro Maerlant. Boxtel Halderheiweg tussen nummer 3 en 5. Historische verkenning en waardering vijver

Een archeologisch veldonderzoek door middel van megaboringen in het Natuurvriendenterrein aan de Roeghoornweg te Norg, gemeente Noordenveld (Dr.

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek

Archeologisch booronderzoek Burgemeester De la Saussaye Briëtweg, De Wijk, gemeente De Wolden

Rotterdamseweg 202 in Delft

Bureau voor Archeologie Rapport 210. Telgterweg 321 en 323, Ermelo, gemeente Ermelo: een inventariserend veldonderzoek in de vorm van boringen

Bureau voor Archeologie Rapport De Duynkant, Castricum, gemeente Castricum: booronderzoek

GEMEENTE WIERDEN ARCHEOLOGISCHE INVENTARISATIE EN VERWACHTINGSKAART

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

OMnummer: Datum: Archeologische Quickscan Klaprozenweg (QSnr ) Opdrachtgever (LS01)

Archeologische Quickscan

RAAP-NOTITIE Plangebied Burloseweg Gemeente Winterswijk Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Boskampsbrugweg 2 te Havelte, gem. Westerveld, (Dr.)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Locatie OPZ, Stelenseweg, Geel

Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /11Z

Dordrecht Ondergronds 51. Gemeente Dordrecht, Schrijversstraat 7. Een archeologisch bureauonderzoek.

Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologische quick-scan plangebied Elisabethterrein. Gegevens Plangebied

Quick scan archeologie De Horst Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Gemeente Rucphen Plangebied Koekoekstraat ong. te Sprundel

memo Locatiegegevens: Inleiding

Transcriptie:

Laagland Archeologie Rapport 16 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg Ommen, gem. Ommen (Ov.) Opdrachtgever: ProRail juni 2016 Versie 1

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov.) Laagland Archeologie 1

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov.) Samenvatting Het huidige perron van Ommen voldoet niet meer aan de veiligheidseisen. ProRail wenst daarom een tweede perron langs het treinspoor van Ommen. Samen met de aanleg van een nieuw perron vinden andere werkzaamheden plaats, waaronder uitbreiding van het huidige P&R terrein. De aanleg van een nieuw perron en uitbreiding van het P & R terrein leidt tot bodemverstoring, waardoor eventueel aanwezige archeologische waarden aangetast kunnen raken. De aanleg van een nieuw perron leidt niet tot noemenswaardige bodemverstoring en bovendien is de ondergrond daar reeds verstoord. Dit onderzoek concentreert zich daarom op het terrein waar uitbreiding van de parkeerplaats is voorzien. Vanaf het Holoceen is het plangebied onderdeel geweest van een (dek)zandgebied. Geomorfologisch en bodemkundig ligt het plangebied in een stuifzand-/- duingebied. De stuifzanden en -duinen zijn vermoedelijk ontstaan vanaf de late middeleeuwen door winderosie van overbegraasde en afgeplagte heidevelden, maar de landduinen zijn aanzienlijk ouder (vroeg-holoceen). Op het aangrenzende AMK-terrein, een zone met landduinen, is vrijwel direct onder het maaiveld sprake van een nagenoeg intact podzolprofiel. Dit vormt een belangrijke aanwijzing dat de laatmiddeleeuwse stuifzanden niet gevormd zijn in de landduinen (uitstuiving), maar dat ze hier hooguit een dunne, bedekkende laag hebben gevormd. Op basis van de vondsten in het aangrenzende AMK-terrein en de landschappelijke situatie (het plangebied ligt aan de voet/op de flank van het betreffende rivierduin) kunnen met name waarden uit het mesolithicum en neolithicum verwacht worden. In enkele boringen is een deels intact bodemprofiel aangetroffen. De boringen met een intacte B-horizont (1 en 2) grenzen aan het AMK-terrein. De rest van het terrein is tot in de C-horizont vergraven. Het is aannemelijk dat het plangebied met ongeveer 0,5 m zal worden opgehoogd voor aansluiting bij het huidige P&R terrein. Rondom boring 1 wordt vervolgonderzoek aanbevolen, aangezien het intacte bodemprofiel hier zeer dicht onder het maaiveld ligt en omdat het terrein een hoge kans heeft op resten uit het mesolithicum en neolithicum. Indien het terrein alleen opgehoogd wordt zonder dat ontgravingen ten behoeve van bijvoorbeeld bodemsaneringen plaatsvinden, dan lopen eventuele archeologische resten rondom boring 2 geen gevaar. Om praktische redenen wordt echter geadviseerd ongeacht eventuele ontgravingen een proefsleuf aan te leggen tussen boring 1 en 2. Deze sleuf heeft een lengte van maximaal ongeveer 40 m. De implementatie van deze aanbeveling is in handen van de bevoegde overheid, de gemeente Ommen. De gemeente Ommen wordt hierin vertegenwoordigd door haar deskundige, mevr. drs. M. Nieuwenhuis van het Oversticht. Laagland Archeologie 2

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov.) Inhoud 1 Inleiding _5 1.1 Aanleiding onderzoek 5 1.2 Afbakening plan- en onderzoeksgebiedsgegevens 5 1.3 Administratieve gegevens 6 1.4 Huidige situatie en toekomstig gebruik 6 1.5 Voorziene bodemverstoringen 7 1.6 Onderzoeksdoel 7 2 Inventarisatie 8 2.1 Landschappelijke ontwikkeling 8 2.2 Archeologie 12 2.3 Historie 14 2.4 Conclusies 17 2.5 Verwachtingsmodel 17 3 Inventariserend veldonderzoek 19 3.1 - Beschrijving onderzoeksmethodiek 19 3.2 Resultaten veldonderzoek 19 4 Conclusie 21 5 Selectieadvies 22 Literatuur _ 23 Bijlage 1 Boorstaten milieukundig onderzoek Bijlage 2 Boorpuntenkaart milieukundig onderzoek Bijlage 3 Raaiprofiel milieukundig onderzoek Bijlage 4 Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) Bijlage 5 AMK-terreinen, waarnemingen en onderzoeksmeldingen Bijlage 6 Boorstaten Bijlage 7 Boorpuntenkaart Bijlage 8 Advieskaart Laagland Archeologie 3

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov.) Colofon Laagland Archeologie Rapport 16 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek verkennende fase. Stationsweg te Ommen, gemeente Ommen (Ov.) Auteur: E.W. Brouwer In opdracht van: ProRail Foto s en tekeningen: Laagland Archeologie Status rapport: concept Controle: J.A.M. Oude Rengerink Autorisatie: J.A.M. Oude Rengerink ISSN 2468-4759 Laagland Archeologie V.O.F Havik 6 7731 LE Ommen 06 51 59 35 53 E- mail: info@laaglandarcheologie.nl KvK-Nummer: 60294418 Laagland Archeologie V.O.F, Ommen, 9 mei 2016 Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgevers. Laagland Archeologie V.O.F. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiend uit de toepassing van de adviezen of het gebruik van de resultaten van dit onderzoek. Laagland Archeologie 4

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) HOOFDSTUK 1 Inleiding 1.1 Aanleiding onderzoek De aanleiding voor het onderzoek vormt de geplande aanleg van een tweede perron langs het treinspoor van Ommen. Het nieuwe perron wordt deels aangelegd op het huidige P & R terrein, waardoor elders compensatie plaatsvindt. De aanleg van een nieuw perron en uitbreiding van het P & R terrein leidt tot bodemverstoring, waardoor eventueel aanwezige archeologische waarden aangetast kunnen raken. 1.2 Afbakening plan- en onderzoeksgebiedsgegevens Het plangebied is gelegen aan de Stationsweg te Ommen (gemeente Ommen, Ov.), zie onderstaande afbeelding. Voor dit onderzoek wordt een onderzoeksgebied van 500 m rondom het plangebied gehanteerd. Afbeelding 1. Begrenzing van het plan- en onderzoeksgebied. Laagland Archeologie 5

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) De introductie van een onderzoeksgebied heeft tot doel meer bodemkundige, archeologische en historische informatie te vergaren, waardoor een beter onderbouwd verwachtingsmodel kan worden opgesteld. Gezien de geringe omvang van het plangebied en de archeologische situatie wordt een onderzoeksgebied van 500 m voldoende geacht. 1.3 Administratieve gegevens Objectgegevens plangebied Projectnaam Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gem. Ommen (Ov.) Plaats Ommen Gemeente Ommen Provincie Overijssel Kaartblad 22A Coördinaten hoekpunten Noordwest : 224690/502930 Noordoost : 224925/502950 Zuidwest : 224695/502900 Zuidoost : 224925/502950 Oppervlakte perceel ca. 4850 m 2 Onderzoeksaanmelding Archis3 3997946100 Uitvoerder Laagland archeologie Contactpersoon E.W. Brouwer Opdrachtgever ProRail Bevoegd Gezag gemeente Ommen Uitvoeringsperiode onderzoek mei 2016 Beheerder en plaats documentatie Laagland archeologie VOF, vestiging Ommen Tabel 1. Objectgegevens 1.4 Huidige situatie en toekomstig gebruik Het huidige treinstation te Ommen kent één eilandperron (een perron tussen twee sporen). Dit is te smal, het voldoet niet aan de vigerende OVS-richtlijnen en op drukke momenten kunnen onveilige situaties ontstaan. Om deze reden wordt ten noorden van het huidige perron een nieuw zijperron gebouwd; het bestaande perron wordt omgebouwd tot een zijperron. Daarnaast bevindt zich op emplacement Ommen een opstelspoor dat zelden gebruikt wordt. Dit spoor wordt, samen met de toeleidende wissel gesaneerd. Het huidige spoor langs het huidige perron wordt volledig vernieuwd. De bouw van het nieuwe perron gaat ten koste van de omvang van het huidige P & R terrein bij het station. Om deze reden wordt het P & R uitgebreid. De Laagland Archeologie 6

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) beoogde uitbreiding vindt plaats aangrenzend ten westen van het huidige P & R terrein, op een braakliggend perceel. 1.5 Voorziene bodemverstoringen De omvang en diepte van de geplande bodemverstoring is relatief gering. Voor wat betreft de sanering en vervanging van het bestaande spoor met wissel kan worden aangenomen dat deze verwaarloosbaar is. Op het bestaande perron zullen enige kabels en leidingen verplaatst moeten worden. Aangezien hiertoe sleuven worden gegraven in reeds opgebrachte grond, is er ten aanzien van deze werkzaamheden geen noodzaak tot archeologisch onderzoek. De aanleg van het nieuwe perron gaat gepaard met bodemverstoring. Ten behoeve van milieukundig onderzoek zijn over de gehele lengte van het nieuwe perron grondboringen uitgevoerd. De betreffende boorbeschrijvingen zijn overgenomen en verwerkt in het softwarepakket Boorstaten!. De boorstaten zijn opgenomen in bijlage 1, de locaties (bij benadering) van de milieukundige boringen zijn afgebeeld in bijlage 2. Bijlage 3 toont een raaiprofiel van de betreffende boringen. Uit bijlage 1 en 3 blijkt dat de bodem hier tot circa 80 cm mv verstoord is. In overleg met de adviseur archeologie van de gemeente Ommen (drs. Marijke Nieuwenhuis, het Oversticht), is besloten dat archeologisch booronderzoek op deze locatie niet zinvol is. Op de geplande locatie van de P & R uitbreiding vindt naar verwachting enige bodemverstoring plaats (afgraven toplaag, bouwrijp maken, drainage). Uit een veldbezoek voorafgaand aan de werkzaamheden is gebleken dat het terrein waarschijnlijk deels is afgegraven. Om het gelijkvloers te maken met het al bestaande P&R terrein zal het moeten worden opgehoogd. 1.6 Onderzoeksdoel Het bureauonderzoek heeft tot doel aan de hand van beschikbare bronnen een archeologisch verwachtingsmodel op te stellen omtrent de aanwezigheid, aard, horizontale en verticale spreiding en conservatietoestand van archeologische waarden. Het veldonderzoek (inventariserend veldonderzoek verkennende fase) heeft tot doel dit verwachtingsmodel te toetsen en zo nodig aan te vullen. Laagland Archeologie 7

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Hoofdstuk 2 Inventarisatie 2.1 Landschappelijke ontwikkeling Gedurende de laatste ijstijd (Weichselien, 116.000 11.700 jaar geleden) was de Vecht een van de vele brede, ondiepe rivieren in Nederland, waarvan de waterlopen in een vlechtend patroon door het rivierdal liepen. Gedurende deze periode werd veel grind en grof zand afgezet in een zeer breed oerstroomdal. De huidige loop van de Vecht is gevormd door smeltwater, dat zich tijdens de relatief warme seizoenen concentreerde in de zuidrand van het oerstroomdal. De stroom schuurde hierbij een nieuw, aanzienlijk minder breed rivierdal uit in oudere afzettingen (zie afbeelding 2, linksboven). Tegen het einde van het Weichselien zijn de nog resterende geulen bedekt geraakt door een laag stuifzand. Langs de Vecht ontstonden grote, door de wind opgestoven zandruggen (dekzandruggen, rivierduinen) die tegenwoordig als langgerekte linten het Vechtdal flankeren. In het Holoceen daalde de waterlast van de rivier en werd gelijkmatiger. De Vecht ontwikkelde zich tot een meanderende, zich insnijdende rivier (afbeelding 2, midden boven). Gedurende lange tijd gebeurde er weinig. De rivierloop was in dit deel tamelijk bestendig. Rond 1500 voor Chr. kon veen zich in toenemende mate ontwikkelen (afbeelding 2, rechtsboven). Vanaf ongeveer 1000 na Chr. vonden de eerste veenontginningen plaats. Tegenwoordig vormt de smalle, langgerekte perceelindeling op de voormalige veengebieden nog een aanwijzing voor deze ontginningen. Opvallend is de sterk toegenomen meandering van de Vecht vanaf 1500 op de paleogeografische kaarten. Op basis van historische kaarten is vermoedelijk echter pas vanaf de 19 e eeuw daadwerkelijk sprake van toegenomen meandering. 1 De oorzaak wordt gezocht in de veenontginningen die met name na 1890 plaatsvonden, waardoor de waterlast sterk toenam. De Regge, die de Vecht voor ca. 800 na Chr. aantakte ten oosten van Ommen, heeft in de periode tussen 800 en 1500 zijn loop verlegd naar een punt ten westen van Ommen. Rond 1850 zijn ook de eerste grootschalige stuifzanden ontstaan als gevolg van overbegrazing (afbeelding 2 rechtsonder). De oorspronkelijke loop van de Regge is goed te zien op het AHN (bijlage 4), waar met name het Reggedal in een grote lus om het plangebied loopt, ingeschuurd in de Pleistocene zanden. Het emplacement ligt op het puntje van een tong 1 Brouwer, 2014: p. 7 Laagland Archeologie 8

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) gevormd door de hogere zandgronden. Het plangebied ligt hier in een geëgaliseerde strook, parallel aan het spoor. Op het ingezoomde AHN is duidelijk te zien dat het toekomstige parkeerterrein deels is afgegraven. Ten westen van het plangebied zijn vermoedelijk zuidwest noordoost georiënteerde stuifzanden te zien. Afbeelding 2. Paleogeografische ontwikkeling. De rode pijl markeert de ligging van het plangebied. (Vos et al, 2014) Laagland Archeologie 9

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Afbeelding 3. Geomorfologische kaart. Op de geomorfologische kaart (afbeelding 3) ligt het plangebied in een zone met (tamelijk geprononceerde) landduinen, met bijbehorende vlakten en laagten (4L8), ingeklemd tussen de riviereenheden. Het niet-gekarteerde (bebouwde) gebied ten oosten van het emplacement kan op basis van het AHN ook tot de zone met landduinen gerekend worden. Uit een fysisch-geografische kaart van het gebied blijkt dat de landduinen in het (vroege) Holoceen zijn gevormd. 2 Uit het AHN blijkt dat de zone met dekzandruggen is voorzien van een plaggendek. Bodemkundig ligt het terrein in een zone met duinvaaggronden (Zd21, zie afbeelding 4). 2 Willemse et al., 2011 Laagland Archeologie 10

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Afbeelding 4. Bodemkaart. De locatie van het plangebied is rood omlijnd. De roodoornige vechtdalgronden zijn typerend voor het Vechtdal. Kenmerkend voor deze gronden is enerzijds de grote hoeveelheid roest, die vaak als grote, harde klompen in de bodem voorkomt. Anderzijds kan dit bodemtype op geringe onderlinge afstand grote verschillen in sediment (klei/zand/organisch materiaal) sterk variëren. De roodoornige vechtdalgronden, beekeerdgronden en beekdalgronden hangen alle samen met de loop van de Vecht en de Regge. De overige gronden zijn zandruggen/duinen, die als stuifzanden zijn ontstaan in het vroege Holoceen. Het zijn relatief jonge bodems: de benaming vaaggronden duidt erop dat hier nog geen of nauwelijks bodemvorming heeft plaatsgevonden. Op delen hiervan zijn in de loop van de middeleeuwen plaggendekken opgebracht (enkeerdgronden). In het plangebied en haar omgeving bevinden zich op de bodemkaart geen plaggendekken: er heeft kennelijk geen of nauwelijks akkerbouw plaatsgevonden. Dat is op zich niet verwonderlijk: op een vaagbodem ontbreekt een humushoudende bovengrond en dus zijn er nauwelijks voedingsstoffen aanwezig voor gewassen. Laagland Archeologie 11

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) 2.2 Archeologie Op de gemeentelijke archeologische waarden en verwachtingenkaart van Ommen ligt het plangebied in een zone met een gematigde archeologische verwachting (zie onderstaande afbeelding). Afbeelding 5. Uitsnede gemeentelijke archeologische waarden en verwachtingskaart van Ommen. De gemeentelijke archeologische kaart van Ommen is grotendeels gebaseerd op de geomorfologische kaart. Direct ten noordwesten van de parkeerplaats- uitbreiding bevindt zich een AMK-terrein. Op kaartbijlage 5 zijn de AMK-terreinen binnen het onderzoeksgebied aangegeven. AMK-terrein 13318 ligt ongeveer 20 m ten noordwesten van het plangebied. Het betreft een terrein van zeer hoge archeologische waarde. In 1953 zijn hier ruim 100 vuurstenen artefacten aangetroffen (mesolithicum). Tevens is een fragment van een standvoetbeker (van de Standvoetbekercultuur, ook wel Strijdhamercultuur of Bekercultuur genoemd) uit het laat-neolithicum) aan het licht gekomen. Bij een veldcontrole in 1998 zijn een afslagkerntje en een afslag gevonden. In dit bosperceel zijn zeven boringen gezet. Het terrein is bijna geheel intact gebleken; in alle boringen is een E-horizont aangetroffen, zodat wordt aangenomen dat de vindplaats nagenoeg gaaf is. De begrenzing is gebaseerd op de hier aanwezige dekzandopduiking. Laagland Archeologie 12

Selectie- Advies Onderzoeks- resultaten Type onderzoek/ uitvoerder Onderzoeks- nummer Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) AMK-terrein 13317 (hoge archeologische waarde) is een terrein met de resten van havezathe Het Laer. Het tegenwoordige huis dateert uit het einde van de 17 e eeuw. Vóór 1682 was het weinig meer dan een spieker. 3 Waarneming 12786 hangt samen met AMK-terrein 13318 en betreft de vondst van het fragment van een vroege standvoetbeker en de grote hoeveelheid vuursteen. Waarneming 12797 wordt gevormd door een deksel van aardewerk, gedateerd in de late middeleeuwen Waarneming 402579 en 402581 hebben eveneens betrekking op AMK-terrein 13318. Deze waarnemingen beschrijven de vondst van een aantal fragmenten bewerkt vuursteen tijdens een veldkartering. In de omgeving van het plangebied hebben eerder een aantal archeologische onderzoeken plaatsgevonden (zie bijlage 5). Onderstaande tabel geeft een kort overzicht van de betreffende onderzoeken, de resultaten en de selectieadviezen. 50341 booronderzoek/ Mug 53579 bureau- en booronderzoek / Oranjewoud De oorspronkelijke bodemopbouw wordt gevormd door beekeerdgronden en gedempte/ verlande stroomgeulen. Er is sprake van een sterk verstoorde bodemopbouw tot in de C-horizont. Vermoedelijk is de grond omgewerkt tijdens het normaliseren van de Regge in de 20 e eeuw het terrein is geheel verstoord tot in de C-horizont vrijgeven. vrijgeven 62570 booronderzoek/ Mug in het onderzoek-gebied zijn sterk wisselende rivierafzettingen aangetroffen, opgebouwd uit erosiemateriaal. Alleen langs de noorden zuidrand lijken dekzanden aanwezig te zijn. Er zijn geen archeologisch relevante bodemlagen aangetroffen. vrijgeven Tabel 2. Uitgevoerd archeologisch onderzoek binnen het onderzoeksgebied. 3 Gevers et al., 2005, p. 278 Laagland Archeologie 13

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) 2.3 Historie Afbeelding 6. Uitsnede uit de (bewerkte) kadastrale kaart uit ca. 1832. Bron: hisgis.nl Op de (bewerkte) kadastrale kaart uit circa 1832 ligt het plangebied grotendeels op zandbelten (zandheuvels, een benaming voor stuifzanden) en deels in een perceel met kreupelhout en (dennen)bos. Het perceel aangrenzend in het oosten is het toenmalige huis van de burgemeester. De zandbelten vormden een uitgestrekt gebied temidden van heidevelden, dat werd doorsneden door de Regge. De stuifzanden zijn ontstaan door een te intensief gebruik (zoals overbegrazing, te vaak plaggensteking, overbeakkering), waardoor de grond uitgeput raakte en ging verstuiven. Dit probleem is rondom Ommen op diverse locaties ontstaan. Op onderstaande kaart uit circa 1830 is te zien dat ten noorden van het plangebied stuifduinen aanwezig zijn. Er ligt nog geen spoorlijn en het plangebied en haar omgeving is nog onbebouwd. Op onderstaande kaart uit circa 1830 is te zien dat ten noorden van het plangebied stuifduinen aanwezig zijn. Er ligt nog geen spoorlijn en het plangebied en haar omgeving is nog onbebouwd. Laagland Archeologie 14

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Afbeelding 7. Kaart uit ca. 1840. De locatie van het plangebied is aangegeven met een rode cirkel (bij benadering). Bron: topotijdreis.nl Onderstaande afbeelding toont een serie kaarten van circa 1900 1960. De spoorverbinding en het stationsgebouw (afbeelding 9) zijn inmiddels aanwezig (de spoorlijn en het station zijn geopend in 1903). Vanaf het begin is er sprake van een brede, geëgaliseerde (waarschijnlijk opgebrachte) strook langs het spoor, dat gezien kan worden als werkterrein. Aanvankelijk ligt het terrein nog deels in heidegebied ( woeste gronden ), maar vanaf ongeveer 1920 is het terrein van bosaanplant voorzien, vermoedelijk om de verstuivingen tegen te gaan. Laagland Archeologie 15

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Afbeelding 8. Oude kaarten uit ca. 1900 1960. De gele cirkel markeert het plangebied. Vanaf 1900 tot heden is het plangebied aldoor onbebouwd geweest. Wel is het terrein waarschijnlijk deels afgegraven: het perceel ligt lager dan het omringende terrein. Echter, het is aannemelijk dat het daarbij deels om destijds opgebrachte grond gaat. Afbeelding 9. Foto van station Ommen uit circa 1910. Bron: Historische Kring Ommen. Laagland Archeologie 16

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Bovenstaande foto is genomen vanuit het oosten in zuidwestelijke richting. Op de achtergrond het nog bestaande stationsgebouw (gele pijl) met daarnaast een stoomlocomotief met wagons. Op de voorgrond een seinhuis. Het seinhuis en de overige bijgebouwen zijn inmiddels verdwenen. 2.4 Conclusies Vanaf het Holoceen is het plangebied onderdeel geweest van een (dek)zandgebied. Het terrein is niet met veen begroeid geweest en voor zover bekend heeft de Vecht geen sedimenten achtergelaten. Geomorfologisch en bodemkundig ligt het plangebied in een stuifzand-/-duingebied. De stuifzanden en -duinen zijn vermoedelijk ontstaan vanaf de late middeleeuwen door winderosie van overbegraasde en afgeplagte heidevelden, maar de landduinen zijn aanzienlijk ouder (vroeg-holoceen). Op het aangrenzende AMK-terrein, een zone met landduinen, is vrijwel direct onder het maaiveld sprake van een nagenoeg intact podzolprofiel. Dit vormt een belangrijke aanwijzing dat de laatmiddeleeuwse stuifzanden niet gevormd zijn in de landduinen (uitstuiving), maar dat ze hooguit een dunne, bedekkende laag hebben gevormd. In het AMK-terrein (zeer hoge archeologische waarde) zijn diverse vondsten uit het mesolithicum en laat-neolithicum aangetroffen. Het plangebied ligt op de flank/aan de voet van dit duin. De spoorlijn is omstreeks 1900 gebouwd. De locatie van het plangebied vormde sindsdien onderdeel van een (onbebouwd) breed en geëgaliseerd en mogelijk opgehoogd werkterrein. Vanaf ongeveer 1900 is in toenemende mate bos aangeplant om de zandverstuivingen tegen te gaan. 2.5 Verwachtingsmodel Op basis van de vondsten in het aangrenzende AMK-terrein en de landschappelijke situatie (het plangebied ligt aan de voet/op de flank van het betreffende rivierduin) kunnen met name waarden uit het mesolithicum en neolithicum verwacht worden (hoge verwachting). Voor bewoningsresten tot aan de late middeleeuwen geldt hooguit een middelhoge verwachting. Het terrein was weliswaar relatief hooggelegen en relatief goed ontwaterd, maar vermoedelijk niet erg geschikt voor landbouw (schraal) en beperkt in omvang. De stuifzanden en het ontbreken van een plaggendek wijzen erop dat het terrein ook in de late middeleeuwen niet als akkerland is gebruikt, maar waarschijnlijk is gebruikt voor begrazing en eventueel plaggenwinning. Voor resten uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd geldt daarmee een lage verwachting. Vondsten uit het mesolithicum bestaan met name uit spreidingen van bewerkt vuursteen en houtskoolconcentraties. Eventuele grondsporen bestaan meestal uit ondiepe haardkuiltjes. Voor wat betreft het neolithicum is daarnaast aardewerk te verwachten, alsmede bewerkt vuursteen en natuursteen. Mogelijk ook zijn paalkuilen te verwachten, al zullen eventuele woningen waarschijnlijk Laagland Archeologie 17

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) vooral op de hogere delen gebouwd zijn. Daarnaast kunnen greppels, (afval)kuilen en grafkuilen verwacht worden. Vondstmateriaal kan worden verwacht in de top van de oorspronkelijke zandbodem, eventueel onder latere stuifzandlagen. Grondsporen kunnen voorkomen vanaf het oorspronkelijke maaiveld tot wat dieper in de rivierduinafzettingen. In het Vechtdal zijn op vele locaties resten van mesolithische bewoning aangetroffen. Resten uit het laat-neolithicum, zeker intacte nederzettingen, zijn echter zeer schaars. De meeste waarden uit deze perioden in het Vechtdal zijn afkomstig van niet-archeologisch onderzoek en (dus) zonder context. In het algemeen blijven eventuele niet-organische vondsten (vuursteen, natuursteen, aardewerk) en houtskool redelijk geconserveerd in zandgronden. Organische resten zijn echter niet te verwachten. De mate waarin het bodemprofiel in het plangebied nog intact is, is onbekend. Met de bouw van het spoor en stationsvoorzieningen hebben diverse bodemingrepen plaatsgevonden. In hoeverre in het plangebied sprake is van afgraving dan wel ophoging of een combinatie hiervan, is niet bekend. Laagland Archeologie 18

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Hoofdstuk 3 Inventariserend veldonderzoek 3.1 - Beschrijving onderzoeksmethodiek Het inventariserend veldonderzoek verkennende fase (verkennend booronderzoek) heeft plaatsgevonden op 10 juni. Voor aanvang van het onderzoek is een geplande boorpuntenkaart gemaakt die is goedgekeurd door de adviseur van de bevoegde overheid (drs. M. Nieuwenhuis van het Oversticht). De boorpunten zijn conform deze planning uitgezet. In totaal zijn zes boringen gezet in het plangebied (omvang ca. 1200 m 2 ). De boringen zijn uitgevoerd conform het plan van aanpak (pva) 4. De boringen zijn tot een diepte van maximaal 160 cm mv geplaatst. De boringen zijn uitgevoerd met behulp van een edelmanboor met een diameter van 7 cm. De archeologisch relevante lagen zijn gezeefd op archeologische indicatoren; hiertoe is een zeef met een maaswijdte van 4 mm gebruikt. De boorgaten zijn naderhand weer gedicht. De boringen zijn ingemeten met behulp van GPS (XY-coördinaten). De maaiveldhoogte (Z-coördinaat) is bepaald aan de hand van het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN2). De boorstaten zijn gedocumenteerd en opgesteld met behulp van het softwarepakket Boorstaten!. 3.2 Resultaten veldonderzoek Lithologie en bodem De boorstaten zijn afgebeeld in bijlage 6; de boorpuntenkaart is weergegeven in bijlage 7. In boring 1 en 2 is sprake van een redelijk intact bodemprofiel. In boring 1 bevindt zich een intact B-horizont vrijwel onmiddellijk onder het maaiveld, op 35 cm mv gevolgd door een intacte BC-horizont. In boring 2 is eveneens een intact B-horizont aangetroffen, maar deze bevindt zich onder een opgebracht pakket van 50 cm dik. De B-horizont heeft hier een dikte van 15 cm en wordt gevolgd door een BC-horizont. In boring 6 is onder een verstoord pakket van 90 cm dik een BC-horizont aangetroffen tot 120 cm-mv. Het moedermateriaal waarin de B- en BC-horizont zich hebben gevormd bestaat uit zwak siltig, zeer fijn zand. Dit zand is goed gesorteerd. De C-horizont is lichtgeel of beige/geel van kleur en wordt geïnterpreteerd als landduin. 4 Brouwer, 2016. Laagland Archeologie 19

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) In de overige boringen is sprake van een opgebrachte of verstoorde laag die direct overgaat in de C-horizont. De opgebrachte/verstoorde laag varieert in dikte van 25 cm (boring 4) tot 90 cm (boring 6). In boring 3 zijn resten van een B- en BC-horizont herkend in het verstoorde pakket. De verstoorde laag bevat meestal kolengruis. Archeologie Het veldonderzoek heeft geen archeologische indicatoren opgeleverd. Laagland Archeologie 20

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Hoofdstuk 4 Conclusie In enkele boringen (1,2 en 6) is een deels intact bodemprofiel aangetroffen. In boring 1 ligt een B-horizont nagenoeg aan het maaiveld. In boring 2 ligt een intact B-horizont onder een verstoorde laag van 50 cm en in boring 3 bevindt zich een BC-horizont onder een verstoorde laag van 90 cm dik. Het is onwaarschijnlijk dat een eventueel vondstniveau met archeologische resten uit het mesolithicum en neolithicum zich uitstrekt tot in de BC-horizont. De boringen met een intacte B-horizont (1 en 2) grenzen aan het AMKterrein. De rest van het terrein is tot in de C-horizont vergraven. Het is aannemelijk dat het plangebied met ongeveer 0,5 m zal worden opgehoogd voor aansluiting bij het huidige P&R terrein. Het intacte bodemprofiel en eventuele archeologische resten rondom boring 2 zijn in dat geval voldoende beschermd door de al aanwezige verstoorde laag. In boring 1 is dat niet het geval. Werkzaamheden zullen de top van de hier aanwezige B-horizont en eventueel hier aanwezige archeologische waarden beschadigen. Laagland Archeologie 21

Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek verkennende fase Stationsweg, Ommen, gemeente Ommen (Ov..) Hoofdstuk 5 Selectieadvies Rondom boring 1 wordt vervolgonderzoek aanbevolen, aangezien het intacte bodemprofiel hier zeer dicht onder het maaiveld ligt en omdat het terrein een hoge kans heeft op resten uit het mesolithicum en neolithicum. Indien het terrein alleen opgehoogd wordt zonder dat ontgravingen ten behoeve van bijvoorbeeld bodemsaneringen plaatsvinden, dan lopen eventuele archeologische resten rondom boring 2 geen gevaar. Indien hier wel ontgravingen plaatsvinden van 40 cm of meer dan lopen ook hier eventuele archeologische resten gevaar. In dat geval is ook rondom boring 2 aanvullend onderzoek nodig. Gezien de aanwezigheid van het aangrenzende AMK-terrein en de mogelijkheid dat resten uit het neolithicum worden aangetroffen is een inventariserend veldonderzoek proefsleuven de meest voor de hand liggende optie. Om praktische redenen wordt geadviseerd ongeacht eventuele ontgravingen een proefsleuf aan te leggen tussen boring 1 en 2. Deze sleuf heeft een lengte van maximaal ongeveer 40 m. De implementatie van deze aanbeveling is in handen van de bevoegde overheid, de gemeente Ommen. De gemeente Ommen wordt hierin vertegenwoordigd door haar deskundige, mevr. drs. M. Nieuwenhuis van het Oversticht. Laagland Archeologie 22

Literatuur Brouwer, E.W., 2016. Plan van Aanpak Station Ommen. Gevers, A.J. en A.J. Mensema, 2005. De Havezaten in Salland en hun bewoners. Alphen aan den Rijn. Willemse, N. en E. Boshoven, 2011. Fysisch-geografische kaart van het stroomgebied van Vecht, Dinkel en Regge. Uit: Beek, R. van, O. Brinkkemper, B. Groenewoudt, J. Zomer, F. van den Berg, N. Willemse, E. Boshoven, L. Jehee, E. Oosterveen, E. Boontje, M. van Damme, L. de Haan, B. Takman, J. Neefjes. Red.: J. Neefjes, O. Brinkkemper, L. Jehee en W. van de Griendt, 2011. Cultuurhistorische Atlas van de Vecht. Biografie van Nederlands grootste kleine rivier. Provincie Overijssel. Tol, A.J., J.W.H.P. Verhagen en M. Verbruggen, 2012. Leidraad Inventariserend veldonderzoek; Deel: karterend booronderzoek. SIKB. Vos, P. & S. de Vries 2013: 2 e generatie palaeogeografische kaarten van Nederland (versie 2.0). Deltares, Utrecht. Op 15 mei 2015 gedownload van www.archeologieinnederland.nl.

BIJLAGE 1 Boorstaten milieukundig onderzoek

BIJLAGE 2 Boorpuntenkaart milieukundig onderzoek

BIJLAGE 3 raaiprofiel milieukundig onderzoek

BIJLAGE 4 Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN)

BIJLAGE 5 AMK-terreinen, waarnemingen en onderzoeksmeldingen

BIJLAGE 6 Boorstaten

-mv (m) NAP(m) Boring 1 RD-coördinaten: 224714/502932 0 5,28 5 15 Zand, uiterst fijn, zwak siltig, grijs/bruin, onscherpe ondergrens, gevlekt/verstoord 35 Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, bruin, onscherpe ondergrens, B-horizont 1 4,28 Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, geel/bruin, onscherpe ondergrens, BC- 90 horizont Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, lichtgeel, C-horizont Boring 2 RD-coördinaten: 224692/791576 -mv (m) NAP(m) 0 5,82 20 Zand, zwak siltig, zwak grindig, bruin, scherpe ondergrens, zwak koolgruishoudend, gevlekt/verstoord 50 Zand, zeer fijn, zwak siltig, geel/grijs/zwart, scherpe ondergrens, zwak 65 koolgruishoudend, gevlekt/verstoord 1 4,82 85 120 Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, bruin, B-horizont Zand, zwak siltig, goed gesorteerd, geel/bruin, BC-horizont Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, lichtgeel, C-horizont Boring 3 RD-coördinaten: 224705/502919 -mv (m) NAP(m) 0 5,25 Zand, zeer fijn, zwak siltig, bruin/geel/grijs, scherpe ondergrens, gevlekt/verstoord, met rest B- en BC-horizont 1 4,25 60 90 Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, lichtgeel, C-horizont

Boring 4 RD-coördinaten: 224727/502924 -mv (m) NAP(m) 0 5,23 20 25 Zand, zeer fijn, zwak siltig, zwak grindig, lichtgrijs/zwart, opgebracht 70 puinlaag Zand, zwak siltig, zwak grindig, goed gesorteerd, lichtgeel, C-horizont Boring 5 RD-coördinaten: 224718/502912 -mv (m) NAP(m) 0 5,95 Zand, zeer fijn, zwak siltig, lichtgeel/zwart, opgebracht 60 Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, beige/geel, C-horizont 1 4,95 120 Zand, zeer fijn, zwak siltig, lichtgeel, C-horizont 160 Boring 6 RD-coördinaten: 224696/502907 -mv (m) NAP(m) 0 5,93 Zand, zeer fijn, zwak siltig, lichtgeel, scherpe ondergrens, opgebracht 40 Zand, zeer fijn, zwak siltig, donkergrijs/geel, scherpe ondergrens, matig koolgruishoudend, gevlekt/verstoord 1 4,93 90 120 Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, donkergeel/bruin, BC-horizont 150 Zand, zeer fijn, zwak siltig, goed gesorteerd, beige/geel, C-horizont

BIJLAGE 7 Boorpuntenkaart

BIJLAGE 8 Advieskaart