Inspectierapport Kinderopvang Graaf Jantje Gorssel (BSO) Molenweg 53 55 7213 XD GORSSEL Registratienummer 219395445 Toezichthouder: GGD Noord en Oost Gelderland In opdracht van gemeente: Lochem Datum inspectie: 10-11-2015 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 18-02-2016
Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 6 Veiligheid en gezondheid... 7 Accommodatie en inrichting... 8 Ouderrecht... 9 Inspectie-items... 10 Gegevens voorziening... 13 Gegevens toezicht... 13 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 14 2 van 14
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing Buitenschoolse opvang Graaf Jantje in Gorssel maakt onderdeel uit van Graaf Jantje, een particuliere organisatie voor kinderopvang. Graaf Jantje heeft meer vestigingen in de regio. Naast buitenschoolse opvang is er ruimte voor kinderdagverblijf op deze locatie. Afgelopen jaar heeft de BSO een nieuwe ruimte betrokken. Inspectiegeschiedenis: 2013: onderzoek voor- en na registratie 2014: er heeft een jaarlijks onderzoek plaatsgevonden. Er zijn overtredingen geconstateerd op: Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid - De houder stelt jaarlijks een risicoinventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid - De houder stelt jaarlijks een risicoinventarisatie gezondheid op. Informatie - De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. Voortgang: Tijdens het huidige onderzoek wordt aan alle onderzochte kwaliteitseisen voldaan. De overtredingen uit de voorgaande inspectie zijn daarmee hersteld. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 14
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: waarborging emotionele veiligheid ontwikkeling van persoonlijke competentie ontwikkeling van sociale competentie overdracht van normen en waarden Om een helder beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk is een observatie uitgevoerd. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk 4-12 jaar. Pedagogische praktijk De praktijkobservatie is uitgevoerd op een dinsdagmiddag. Er zijn 13 kinderen aanwezig met 2 beroepskrachten. Het volgende is onder andere geobserveerd ten aanzien van de pedagogische basisdoelen (waarbij de schuingedrukte tekst uit het veldinstrument is overgenomen en de tekst daarna een uitwerking daarvan is in zoals deze is geobserveerd in de praktijk): Zorg dragen voor het waarborgen van emotionele veiligheid De beroepskrachten communiceren met de kinderen: Bij het afscheid nemen, nemen de beroepskrachten persoonlijk afscheid van de kinderen. Er is sprake van overdracht naar de ouders toe. Een kind laat zijn vader zien wat ze die middag gedaan hebben 'vogelvoer maken', de beroepskracht vertelt hoe dat is gegaan. Ook tipt de beroepskracht een moeder over een spel dat ze hebben gedaan en dat het kind er leuk heeft gevonden. Zorg dragen voor de mogelijkheid om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen Kinderen hebben de mogelijkheid om (leer)ervaringen op te doen dankzij de groep, spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting: De beroepskracht kan vertellen wat diverse kinderen nodig hebben. Zo vertelt ze dat een aantal kinderen uitdaging nodig hebben. Zij spelen hierop in door bijvoorbeeld gebruik te maken van de sporthal en daar te gaan voetballen. Verder worden er activiteiten georganiseerd per middag. Die middag is er bijvoorbeeld vogelvoer gemaakt. Zorg dragen voor de mogelijkheid om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in hun onderlinge interactie: Een beroepskracht is samen met kinderen een spelletje aan het doen 'Wie is het'. Ze helpt een kind om de juiste vragen te stellen en het spel voor hem inzichtelijk te maken. Zo zegt ze bijvoorbeeld: 'Nou moet je vragen: Is tie geel of groen?'. Zorg voor de overdracht van normen en waarden Afspraken, regels en omgangsvormen zijn aanwezig en worden toegepast: Het is duidelijk dat er met de bal in de ruimte mag worden gerold, maar niet tegen aan geschopt. De beroepskracht herhaalt dit een aantal malen. Zij is hierin erg duidelijk. Haar stem blijft op normale toonhoogte en volume, terwijl ze uiteindelijk de instructie geeft om het spel te stoppen. Eén van de kinderen doet net of hij niet luistert, maar houdt wel op. Hij gaat op de bank liggen/zitten en gaat zich zitten vervelen. De andere beroepskracht zegt na een tijdje: 'Ben je een beetje moe X?' De beroepskracht zit op de grond een spel te doen met andere kinderen voor de bank. Het kind reageert niet, maar komt even later bij de beroepskracht zitten bij het spel. Hij gedraagt zich 4 van 14
vervolgens irritant. De beroepskracht zegt: "Als je gaat lopen klieren, mag je ergens anders gaan zitten". De jongen wordt rustig en doet dan actief mee aan het spel. De rest van de middag gaat het goed. Conclusie: Op buitenschoolse opvang Graaf Jantje Gorssel wordt voldaan aan de kwaliteitseisen met betrekking tot de pedagogische praktijk. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskrachten) Observaties Website Huisregels/groepsregels Pedagogisch werkplan 5 van 14
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Alle beroepskrachten aanwezig tijdens het inspectiebezoek beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag. Passende beroepskwalificatie Van de beroepskrachten die werkzaam zijn tijdens het inspectiebezoek, is vastgesteld dat zij in het bezit zijn van een passende beroepskwalificatie. Opvang in groepen Er is één basisgroep op BSO Kinderopvang Graaf Jantje Gorssel. Beroepskracht-kindratio Op het moment van inspectie zijn er 13 kinderen aanwezig op de BSO met 2 beroepskrachten. Uit de presentielijsten en de personeelroosters op locatie komt naar voren dat ook op andere dagen wordt voldaan aan de juiste verhouding tussen het aantal kinderen en het aantal vereiste beroepskrachten. Gebruikte bronnen: Interview anderen (beroepskrachten) Observaties Informatiemateriaal voor ouders Website Presentielijsten Personeelsrooster Pedagogisch werkplan 6 van 14
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Houder heeft een risico-inventarisatie opgesteld met als versiedatum september 2015. Naar aanleiding van de inventarisatie is een actieplan opgesteld. De beroepskrachten zijn hiervan op de hoogte gesteld. De inventarisaties voldoen aan de vastgestelde thema's. Aandachtspunt: In het actieplan gezondheid staat dat er om het binnenmilieu gezondheid te houden, er voldoende geventileerd wordt. In de ruimte die wordt gebruikt is een ventilatiesysteem aanwezig en kunnen de ramen niet open. Een handleiding van het ventilatiesysteem ontbreekt. Hiermee zijn de risico's omtrent het binnenmilieu niet specifiek genoeg beschreven voor deze situatie. 7 van 14
Accommodatie en inrichting Binnenruimte Houder heeft een andere ruimte betrokken in het pand. De ruimte wordt gedeeld met andere gebruikers. Hierdoor zijn zaken als inrichting e.d. ingewikkeld. Beroepskrachten moeten de ruimte steeds aanpassen en stapels stoelen moeten bijvoorbeeld blijven staan. Houder is op zoek naar andere mogelijke ruimtes voor de BSO binnen het pand. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Interview anderen (beroepskrachten) Observaties Plattegrond 8 van 14
Ouderrecht Informatie Houder heeft het inspectierapport van de voorgaande inspectie op de website geplaatst. Oudercommissie Er is een oudercommissie voor de locatie Graaf Jantje Gorssel. Gebruikte bronnen: Observaties Website Pedagogisch beleidsplan 9 van 14
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en 10 van 14
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder beschrijft de veiligheidsrisico s op de thema s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en 11 van 14
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder beschrijft de gezondheidsrisico s op de thema s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en Accommodatie en inrichting Binnenruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Ouderrecht Informatie De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. (art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen 12 van 14
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Kinderopvang Graaf Jantje Gorssel Website : http://www.graafjantje.com Aantal kindplaatsen : 14 Gegevens houder Naam houder : Mevr. G.M. Baak KvK nummer : 08189087 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Noord en Oost Gelderland Adres : Postbus 3 Postcode en plaats : 7200 AA Zutphen Telefoonnummer : 088-4433000 Onderzoek uitgevoerd door : Mevr. A. de Vries Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Lochem Adres : Postbus 17 Postcode en plaats : 7240 AA LOCHEM Planning Datum inspectie : 10-11-2015 Opstellen concept inspectierapport : 22-01-2016 Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : 18-02-2016 Verzenden inspectierapport naar houder : 19-02-2016 Verzenden inspectierapport naar : 19-02-2016 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 24-02-2016 13 van 14
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 14 van 14