Technische gegevens Behuizing : Afmetingen (B x L x H) Materiaal Bevestiging Beschermingsklasse (wartels) Gewicht 240x185x120 mm ABS Driepunt schroef of DIN rail IP54 ± 1.5 Kg Omgevingscondities: Werktemperatuur -10 tot 50 C Atmosferische vochtigheid max. 80% RV ( niet condenserend) Opslag temperatuur -20 tot 60 C Voeding: Spanning 230 VAC 50Hz (-20% to +10%) Verbruik < 5VA Aansluitklemmen 0.5-2.5 mm 2 12V Noodvoeding: Laadspanning 13.7V Laadstroom max. 40mA Digitale ingangen: Reed contact of transistor uitgang Open klemspanning 12VDC ± 1V Status indicatie rode LED Schakelstroom max. 5mA Actieve sensor Type PNP Voedingsspanning 12VDC ± 1V Status indicatie rode LED Schakelstroom max. 5 ma Schakelpunt 6V, 2mA. Maximaal te leveren stroom totaal 100mA Analoge ingangen: 0-10 Volt Resolutie Nauwkeurigheid Ingangsimpedantie Ingangsspanning Aansluitklemmen 4-20 ma en 0-20 ma Resolutie Nauwkeurigheid Ingangsimpedantie Ingangsstroom Aansluitklemmen 1000 counts ± 0.5% volle schaal 100 KΩ Maximaal ± 25 Volt 0.5 1.5 mm2 800 / 1000 counts ± 0.5% volle schaal 250 Ω Maximaal ± 40 ma 0.5 1.5 mm2 Let op: de ingangen zijn onderling niet geïsoleerd De signaal aarde is gemeenschappelijk voor alle analoge ingangen maar is wel geïsoleerd t.o.v. de gemeenschappelijke aarde van de digitale ingangen. Isolatie wordt gebruikelijk verkregen door de signaal omvormers in het veld. Speciale aandacht is nodig voor situaties waarin het signaal afgenomen wordt van een reeds bestaande instrumentatie lus. Relais uitgangen: Type: Normaal geopend Max. schakelspanning 230VAC Max. schakelstroom 2A (Ohms belast) Aansluitklemmen 0.5-1.5mm 2 Stationsstraat 30 www.alectryon.nl Phone +31 (0)74 250 08 55 7061 CT Terborg info@alectryon.nl Fax. +31 (0)74 242 96 01 Holland 1
Aansluitgegevens Bevestiging: Eén schroef in het midden aan de achterkant van de kast en twee schroeven in de hoeken van het kabelcompartiment. Voeding: 230VAC Aansluitklemmen N & L Veiligheidsaarde Aansluitklem GND 12V Noodvoeding: Accu + Aansluitklem DC1 Accu - Aansluitklem DC2 Zolang de netspanning aanwezig is zal de accu geladen worden (druppellading). Digitale ingangen Maximale kabellengte 100m bij 0.5 mm2 200m bij 1.0 mm2 a) Transistor uitgang (voorbeeld ingang 1) + aansluiting Aansluitklem DIG + - aansluiting Aansluitklem DIG1.. DI8 b) Relais en reed contacten (voorbeeld ingang 2) Aansluitklem DIG + Aansluitklem DIG1.. DIG8 c) Actieve sensor type PNP (voorbeeld ingang 3) + aansluiting Aansluitklem DIG + - aansluiting Aansluitklem DIG - Signaal Aansluitklem DIG1.. DIG8 Relais uitgangen Relais 1 Aansluitklem RY1A, RY1B Relais 2 Aansluitklem RY2A, RY2B Analoge ingangen: Elke analoge ingang kan individueel worden ingesteld als (0)4-20mA of 0-10V type. Daartoe is iedere ingang voorzien van een 250 Ω afsluitweerstand die met behulp van een jumper in of uitgeschakeld kan worden. Voor gebruik als ma ingang moet de jumper geplaatst zijn. Verwijderen indien een 0-10Volt ingang nodig is. Zie bladzijde 5. Ingang Aansluitklemmen 1 Common - AN1 2 Common - AN2 3 Common - AN3 4 Common - AN4 * 5 Common - AN5 * 6 Common - AN6 * * = alleen voor 862-x- type XMS melders Deze types sensoren hebben een polariteit. Het common of - signaal moet worden aangesloten op de Common klem; de signaal ader op de bijbehorende klem ANx. Af fabriek zijn alle ingangen ingesteld als 4-20mA 2
Configuratie parameters: Alle configuratie parameters worden ingesteld met behulp van het XMS2000 beheerprogramma. Bij een melder met GSM module kunnen sommige instellingen ook door middel van SMS berichten worden veranderd. 1 Digitale ingangen Alle digitale ingangen kunnen worden ingesteld als alarmingangen. Het openen, sluiten, veranderen (of juist niet veranderen) van de ingang genereert na een instelbare tijdvertraging (1 seconden tot 99 uur) een interne alarmvoorwaarde. Dit alarm wordt verzonden als SMS bericht naar een mobiele telefoon. Alle ingangen zijn af fabriek ingesteld als alarm bij sluiten met handmatige reset en een vertragingstijd van 2 seconden. 2 Analoge temperatuuringangen Elke analoge ingang moet worden geconfigureerd voor het aan te sluiten type sensor (0-10V of 0 (4)-20mA. Op elke ingang kunnen vervolgens twee alarmwaarden worden ingesteld. Een overschrijding van zo n alarmwaarde genereert na een instelbare tijdvertraging (1 seconden tot 99 uur) een interne alarmvoorwaarde. Dit alarm wordt verzonden als SMS bericht naar een mobiele telefoon. 5 Relais uitgangen Elk van beide relais kan afzonderlijk op enkele manieren worden geconfigureerd. Afstand besturing: tijdens een online verbinding met de centrale PC kan het relais in- en uitgeschakeld worden door middel van commando s vanaf het toetsenbord van de PC. SMS besturing: Elk relais kan met een SMS bericht vanaf een mobiele telefoon worden in of uitgeschakeld. Kalender besturing: het relais zal gedurende een instelbare periode (minimaal 1 minuut, maximaal 23 uur 59 minuten) inschakelen. Dit kan elke dag of op een te bepalen datum. Alarm: het relais schakelt in wanneer er een alarmsituatie optreedt. Fabrieksinstellingen: Beide relais zijn af fabriek ingesteld als afstand bestuurd.. Alle ingangen zijn af fabriek ingesteld als aangegeven op de bladzijde hiervoor en zonder alarmwaarden. 3 Sensor fail alarm Een defecte sensor (bijv een open ingang bij een ma signaal ) kan tot een alarmsituatie leiden. Na een instelbare tijdvertraging (1 seconden tot 99 uur) geeft dit een interne alarmvoorwaarde. Dit alarm wordt verzonden als SMS bericht naar een mobiele telefoon. Het sensor fail alarm is uitgeschakeld. 4 Testbericht Elke alarmmelder kan worden ingesteld om periodiek (elke dag, week of maand) op een ingesteld tijdstip een melding te sturen dat het toestel nog functioneert. Dit bericht wordt verzonden of als SMS bericht naar een mobiele telefoon. Het testbericht is niet ingeschakeld. 3
7 Toegangscode De melder kent een toegangscode die nodig is om met het apparaat te kunnen communiceren. Met het XMS2000 programma kan deze code worden ingesteld. SmartXMS 8 Herstellen van de fabrieksinstellingen. Om de alarmmelder weer terug te zetten naar de fabrieks instellingen moet u op het kleine rode knopje aan de linkerkant in het kabel aansluit compartiment drukken, terwijl de voeding van de alarmmelder wordt aangezet 9 SMS commando s De alarmmelder kan een aantal commando s uitvoeren die als SMS bericht naar het toestel kunnen worden verstuurd. Hoofd en kleine letters mogen door elkaar gebruikt worden. Tussen de twee woorden moet precies 1 spatie gezet worden. Datum en tijd in de melder gelijk zetten: TIM Alle alarmen resetten: RST Relais 1 besturen (alleen indien op Hand gezet): RL1 ON Relais 1 aan zetten RL1 OFF Relais 1 uit zetten RL1 PULS Relais 1 puls van circa 1 seconde Relais 2 besturen (alleen indien op hand gezet): RL2 ON Relais 2 aan zetten RL2 OFF Relais 2 uit zetten RL2 PULS Relais 2 puls van circa 1 seconde PRV +316xxxxxxxxx Zet het nummer van de SMS centrale van uw SIM kaart provider in de alarmmelder. Zie de helptekst in het OPTIMOD2000 pro gramma voor de nummers van de bekendste providers. Geen 0 voor het cijfer 6!.Met de nu volgende commando s kunt u voor elk alarm afzonderlijk een aantal instellingen wijzigen. Na het commando komt dan eerst (zonder spatie er tussen) 2 cijfers voor het alarm nummer. Let op: altijd 2 cijfers. Voor alarm 1 dus 01. Als u een fout nummer intypt kan dat geen kwaad maar het commando wordt niet uitgevoerd. Er is weinig controle op de correctheid van uw sms commando s en ook geen melding terug.. Type ze dus zorgvuldig in!. De alarmen zijn als volgt genummerd: 01-08: digitale ingangen 1 t/m 8 (bij een 432 type alleen 1 t/m 4) 09-10: niet gebruikt 11: Instelwaarde 1 op analoge ingang 1 12: Instelwaarde 2 op analoge ingang 1 13: Instelwaarde 1 op analoge ingang 2 14: Instelwaarde 2 op analoge ingang 2. 21: Instelwaarde 1 op analoge ingang 6 22: Instelwaarde 2 op analoge ingang 6 (bij een 432 type alleen 11 t/m 16) 23-28 niet gebruikt 29 sensor fail alarm 30 Periodieke test alarm Met nummer 00 stuurt u in één keer de instelling naar alle alarmen. Handig om een mobiel nummer in te stellen als elk bericht naar de zelfde mobiele telefoon moet worden gestuurd. GSMXX +316xxxxxxxx Zet het nummer van de mobiele telefoon waarheen een bericht gestuurd moet worden als alarm XX optreedt. Geen 0 voor het cij fer 6! TXTXX yyyyyyyyyyyyyyyyyyyyy Zet de (maximaal 20 karakters) tekst van het SMS bericht wat gestuurd moet worden als alarm XX optreedt. TMRXX yyy Zet de tijdvertraging voor alarm XX op yyy eenheden. yyy = 1-255 BASXX yyy Zet de tijdbasis voor alarm XX op yyy. yyy=sec, min of hrs. Voorbeelden: Om de tijdvertraging van het alarm op digitale ingang 2 op 120 seconden te zetten moet u twee SMS-jes sturen:. TMR02 120 en BAS02 SEC Het aanpassen van de alarmtekst voor setpoint 2 op analoge ingang 1. TXT12 Temperatuur te hoog Elk alarmbericht moet naar mobiel nummer 06 12345678 GSM00 +31612345678 Verstandig om altijd het land nummer er bij te zetten Instellen van het provider nummer: PRV 31653131313 (KPN) PRV 316540881000 (VODAFONE) 4
Analoge ingangen, type wijzigen De analoge ingangen moeten via het XMS2000 beheerprogramma worden geconfigureerd als 0-10 Volt dan wel (0) 4-20mA ingangen. In de XMS melder zelf moet een jumper worden geplaatst (voor ma types) of verwijderd (voor 0-10Volt types). De jumpers bevinden zich direct achter de aansluitklemmen van de sensoren. Zie onderstaande tekening Meter sync Serial Port 1 Serial Port 2 - + - + - + Analogue input AN1 - AN6 COMMON Digital inputs DIG1 - DIG8 12V LED COMMON - COMMON + Relay output RY1 RY2 Power Het verwijderen of plaatsen van een jumper gaat als volgt: Verwijder het metalen front van de alarmmelder. Verwijder het deksel van het kabel compartiment. Zoek de positie van de jumper en plaats of verwijder hem. Bevestig het deksel en de frontplaat opnieuw Let op de groene aardedraad waarvan het bevestigingsoogje onder de rechter bevestigingsschroef van de frontplaat moet komen te zitten. Gebruik hiervoor een kleine schroevendraaier. Zie nevenstaande foto Wijzig het sensortype nu ook in het XMS2000 programma. Let op!! Na het wijzigen van het sensortype in het programma moet de nieuwe configuratie in de alarmmelder worden geladen. Dit kan direct via een online verbinding gebeuren 5