ECLI:NL:GHDHA:2013:CA2264

Vergelijkbare documenten
ECLI:NL:GHDHA:2016:935

ECLI:NL:GHDHA:2015:84

ECLI:NL:GHDHA:2017:2291

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2016:1483 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2016:2091 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

Uitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:GHDHA:2014:2351

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518

ECLI:NL:GHSGR:2008:BO1540

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

ECLI:NL:GHARL:2017:2188

Strafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid:

ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

ECLI:NL:GHAMS:2016:3674

ECLI:NL:GHSHE:2015:2029

ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016.

ECLI:NL:GHDHA:2015:1193

ECLI:NL:GHSGR:2010:BN2157

ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ1116

ECLI:NL:GHDHA:2014:205

ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193

ECLI:NL:GHAMS:2017:1213

ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5211

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341

ECLI:NL:RBNNE:2017:1473

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388

ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

ECLI:NL:RBROT:2017:6331

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 2 februari 2016 TEGENSPRAAK Promis

ECLI:NL:GHAMS:2014:2785 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHSHE:2015:738

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 10 februari 2015.

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 16 februari 2017 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:GHAMS:2014:264

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBDHA:2014:1006

ECLI:NL:RBALK:2010:BO9234

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273

ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5287

ECLI:NL:RBNNE:2013:4953

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 1 december 2015 TEGENSPRAAK. Promis


ECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850

ECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek

ECLI:NL:RBUTR:2008:BC6472

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158

ECLI:NL:GHAMS:2016:5666 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBROT:2010:BO3383

ECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992

Zoekresultaat - inzien document. ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: Uitspraak. Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBGEL:2016:1041

ECLI:NL:GHARN:2007:208

ECLI:NL:GHSGR:2012:BW0948


ECLI:NL:GHSHE:2017:978

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499

ECLI:NL:RBAMS:2015:10245

ECLI:NL:GHDHA:2014:1798

ECLI:NL:RBNHO:2015:7578

ECLI:NL:GHAMS:2017:2695 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2015:3559 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296

ECLI:NL:RBROT:2016:10161

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBZUT:2008:BD0696

ECLI:NL:GHDHA:2015:3358

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de.

ECLI:NL:GHLEE:2010:BL7457 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBNNE:2015:6277

ECLI:NL:GHSGR:2011:BU5850

ECLI:NL:GHSGR:2012:BV8447

ECLI:NL:GHAMS:2017:3023 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ2970

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4699

ECLI:NL:GHARN:2008:BG4042

ECLI:NL:RBDHA:2014:1284

Uitspraak RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE SECTOR STRAFRECHT MEERVOUDIGE KAMER (VERKORT VONNIS)

ECLI:NL:GHSHE:2017:1325

ECLI:NL:GHDHA:2016:4346

arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman)

ECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.

Transcriptie:

ECLI:NL:GHDHA:2013:CA2264 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 21-05-2013 Datum publicatie 06-06-2013 Zaaknummer 22-001357-12 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger beroep Het Hof bepaalt dat ter zake van het onder 1 (bedreiging met zware mishandeling) en 3 (belediging) bewezen verklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd. Vindplaatsen Rechtspraak.nl Uitspraak PROMIS Rolnummer: 22-001357-12 Parketnummer: 09-135915-11 Datum uitspraak: 21 mei 2013 TEGENSPRAAK Gerechtshof Den Haag meervoudige kamer voor strafzaken Arrest gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank 's-gravenhage van 7 maart 2012 in de strafzaak tegen de verdachte: [verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortejaar] 1984, [adres]. Onderzoek van de zaak Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het

onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 7 mei 2013. Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht. Procesgang In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van 40 uren, subsidiair 20 dagen hechtenis. Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld. Tenlastelegging Aan de verdachte is ten laste gelegd dat: 1. hij op of omstreeks 3 april 2011 te Delft [benadeelde partij 1], hoofdagent van politie Haaglanden, heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [benadeelde partij 1] dreigend de woorden toegevoegd: "Als je me niet loslaat, dan laat ik de hond op je los" en/of "Ik vermoord jullie allemaal, jullie gaan dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking; 2. hij op of omstreeks 3 april 2011 te Delft, toen (een) aldaar in uniform geklede dienstdoende politieambtena(a)r(en) (te weten [benadeelde partij 1], hoofdagent van politie Haaglanden, en/of [benadeelde partij 2], agent van politie Haaglanden, en/of [benadeelde partij 3], aspirant van politie Haaglanden, en/of [benadeelde partij 4], hoofdagent van politie Haaglanden) verdachte, als verdacht van het gepleegd hebben van één of meer op heterdaad ontdekt(e) strafba(a)r(e) feit(en), had(den) aangehouden en had(den) vastgegrepen, althans vast had(den), teneinde verdachte ter geleiding voor een hulpofficier van justitie over te brengen naar een politiebureau, zich met geweld tegen eerstgenoemde opsporingsambtena(a)r(en), werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn/haar/hun bediening, heeft verzet door te rukken en/of te trekken in een richting tegengesteld aan die waarin die ambtena(a)r(en) verdachte trachtte te geleiden en/of door zich en/of zijn arm(en)/hand(en) los te trekken/rukken en/of door (met kracht en/of wild) met zijn hoofd te bewegen en/of door (met kracht) met zijn be(e)n(en) (om zich heen) te trappen/schoppen; 3. hij op of omstreeks 3 april 2011 te Delft opzettelijk beledigend (een) ambtena(a)r(en), te weten [benadeelde partij 5], aspirant van politie Haaglanden, en/of [benadeelde partij 6], brigadier van politie Haaglanden, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn/haar/hun bediening, in diens/dier tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "Jullie zijn kankerlijers", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking. Het vonnis waarvan beroep Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt. Verzoek om nader onderzoek Namens de verdachte heeft de raadsman ter terechtzitting in hoger beroep primair verzocht de camerabeelden met betrekking tot de ten laste gelegde feiten te voegen in het dossier, en subsidiair, indien het hof een nader onderzoek naar die camerabeelden nodig mocht achten, de zaak terug te wijzen naar de rechtbank 's-gravenhage.

Het hof acht, gelet op het hetgeen hierna wordt overwogen, de voeging in het dossier van de camerabeelden noch een nader onderzoek daarnaar noodzakelijk. De verzoeken worden mitsdien afgewezen. Vrijspraak Blijkens het proces-verbaal van aanhouding heeft de verbalisant [benadeelde partij 1] de verdachte meermalen gevraagd zijn identiteitsbewijs te tonen, die dat evenwel heeft geweigerd. Nu uit het dossier niet is gebleken dat de verbalisant het identiteitsbewijs van de verdachte heeft gevorderd overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 Wet op de identificatieplicht, bestond er voor de verdachte geen verplichting zijn identiteitsbewijs ter inzage te geven. Gelet op het voorgaande vast is komen te staan dat er geen verplichting op de verdachte rustte om zijn identiteitsbewijs te verstrekken aan de verbalisant. Het hof is derhalve van oordeel dat de aanhouding van de verdachte door de verbalisant [benadeelde partij 1] onrechtmatig is geweest. Nu naar het oordeel van het hof - overeenkomstig de standpunten van de advocaat-generaal en de raadsman - niet wettig en overtuigend is bewezen hetgeen aan de verdachte onder 2 is ten laste gelegd, behoort de verdachte daarvan te worden vrijgesproken. Bewezenverklaring Het hof acht - met de advocaat-generaal en de rechtbank, anders dan de raadsman - wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 en 3 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat: 1. 1hij op 3 april 2011 te Delft [benadeelde partij 1], hoofdagent van politie Haaglanden, heeft bedreigd met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [benadeelde partij 1] dreigend de woorden toegevoegd: "Als je me niet loslaat, dan laat ik de hond op je los"; 3. hij op 3 april 2011 te Delft opzettelijk beledigend ambtenaren, te weten [benadeelde partij 5], aspirant van politie Haaglanden, en [benadeelde partij 6], brigadier van politie Haaglanden, gedurende en ter zake van de rechtmatige uitoefening van hun bediening, in dier tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "Jullie zijn kankerlijers". Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken. Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging. Bewijsvoering Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring. In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde Het onder 1 bewezen verklaarde levert op: Bedreiging met zware mishandeling. Het onder 3 bewezen verklaarde levert op: Eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of terzake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, meermalen gepleegd. Strafbaarheid van de verdachte Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar. Vordering van de advocaat-generaal De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte van het onder 2 ten laste gelegde zal worden vrijgesproken, nu sprake was van een onrechtmatige aanhouding. Voorts heeft de advocaat-generaal gevorderd dat de onder 1 en 3 ten laste gelegde feiten bewezen zullen worden verklaard en dat aan de verdachte - met toepassing van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht - geen straf of maatregel zal worden opgelegd. Geen straf of maatregel De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan bedreiging van een ambtenaar, alsmede aan belediging van twee ambtenaren gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van hun bediening. Door aldus te handelen heeft de verdachte de betrokken ambtenaar vrees aangejaagd. Daarnaast heeft de verdachte het opsporingsambtenaren - die hun werk moeten kunnen doen zonder daarbij te worden beledigd - onnodig moeilijk gemaakt hun werkzaamheden uit te oefenen. Blijkens een hem betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 23 april 2013 is de verdachte meermalen veroordeel voor andersoortige strafbare feiten. Deze eerdere veroordelingen hebben hem er niet van weerhouden de onderhavige feiten te plegen. Het hof heeft tevens in aanmerking genomen: - een reclasseringsadvies van Jeugdzorg & Reclassering d.d. 4 februari 2013. In dit rapport wordt evenwel geen advies gegeven omdat de verdachte de ten laste gelegde feiten ontkent; - een Pro Justitia rapportage d.d. 15 januari 2013, opgesteld door drs. W.J.L. Lander, klinisch psycholoog, onder supervisie van drs. M.H. Keppel, GZ-psycholoog. Hieruit blijkt dat bij verdachte sprake is van een ziekelijke stoornis van de geestvermogens in de zin van ADHD en van een posttraumatische stresstoornis ten tijde van de ten laste gelegde feiten. Nu de verdachte de feiten ontkent is niet duidelijk of en in hoeverre deze stoornissen zijn gedragskeuzes en gedragingen ten tijde van de ten laste gelegde feiten hebben beïnvloed en derhalve kan geen uitspraak worden gedaan omtrent de toerekeningsvatbaarheid. Vanuit zorgoogpunt is het van belang dat de verdachte wordt behandeld met betrekking tot de emotieregulatie, de impulscontrole en de

agressieproblematiek. Geadviseerd wordt een behandeling bij De Waag in het kader van een bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijk strafdeel. Voorts heeft het hof acht geslagen op de volgende omstandigheden. De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij in een woongroep woont en sinds oktober 2012 een bijstandsuitkering heeft die hij zelf heeft aangevraagd en dat hij daarop hij maximaal gekort wordt omdat hij geen huur betaalt en daarnaast heeft hij een schuld van ongeveer 20.000,-. Tot 2011 is de verdachte voor ADHD en een posttraumatische stressstoornis in behandeling geweest bij een ADHD-centrum, maar deze behandeling is geëindigd omdat de symptomen verergerden. Thans staat hij op de wachtlijst voor behandeling van ADHD bij een psychiater. Gelet op alle omstandigheden acht het hof - met de advocaat-generaal - het raadzaam te bepalen dat aan de verdachte geen straf of maatregel zal worden opgelegd. Met de bewezenverklaring is de bevestiging van de norm voldoende ingevuld. BESLISSING Het hof: Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht. Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 2 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij. Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 en 3 ten laste gelegde heeft begaan. Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij. Verklaart het onder 1 en 3 bewezen verklaarde strafbaar en verklaart de verdachte strafbaar. Bepaalt dat ter zake van het onder 1 en 3 bewezen verklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd. Dit arrest is gewezen door mr. A.A. Schuering, mr. A.W.M. Bijloos en mr. H.A. van Brummen, in bijzijn van de griffier mr. C.J.A. Sabatier. Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 21 mei 2013. mr. A.W.M. Bijloos is buiten staat dit arrest te ondertekenen.