Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 22 112 Ontwerp-richtlijnen Europese Commissie Nr. 54 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal s-gravenhage, 28 september 1995 Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij zeventien fiches aan te bieden, die worden opgesteld n.a.v. het overleg door de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen. Deze kwam op 20 september jl. bijeen om zich een eerste oordeel te vormen van voorstellen die vanuit Brussel aan de lidstaten werden toegezonden. De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, M. Patijn 5K2667 ISSN 0921-7371 Sdu Uitgeverij Plantijnstraat s-gravenhage 1995 Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 1
1. Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting van een overeenkomst inzake samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika op het gebied van het hoger onderwijs, het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding Nummer van het Commissie-document: COM(95)120 95/C231/04 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: OCW Het voorstel volgt op de onderhandelingen die de Commissie met de VS heeft gevoerd overeenkomstig de richtsnoeren van de Raad van 21 november 1994. Er wordt uitvoering gegeven aan de in de Atlantische Verklaring geuite voornemens ten aanzien van versterking van het samenwerkingsactiviteiten met de VS op onderwijs- en opleidingsgebied. Het programma voorziet in een aantal activiteiten: a. gezamenlijke projecten (partnerschappen) tussen instellingen in EU-lidstaten en de VS (bijvoorbeeld ontwikkeling van studentenmobiliteit); b. aanvullende activiteiten (zoals uitwisseling van ervaring) ter stimulering dialoog. 1995 1100 ECU 1996 1200 ECU 1997 1300 ECU 1998 1400 ECU 1999 1500 ECU Totaal 6500 ECU 2. Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over verstandig gebruik en behoud van «wetlands» Nummer van het Commissie-document: COM(95)189 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: LNV Korte inhoud en doelstellingen van het voorstel: Document betreft mededeling Commissie. Duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen is één van de zeven prioritaire gebieden van het vijfde milieuactieprogramma van de Unie. «Wetlands» (waterrijke gebieden) vormen een belangrijk deelgebied van dit prioritaire beleidsterrein. De mededeling gaat in op het maatschappelijk en ecologisch belang van «wetlands» en de gevolgen van een steeds verdere aantasting ervan. Tevens wordt aangegeven waarom en op welke wijze de EU bij de «wetland»-problematiek betrokken is geraakt, waarna een opsomming volgt van actuele problemen die zich voordoen bij het instandhouden van de «wetlands» in zowel de Unie als de rest van de wereld. Op een aantal terreinen worden er specifieke maatregelen genoemd die als grondslag Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 2
kunnen dienen voor een gecoördineerd beleid en optreden ter bestrijding van teloorgang van «wetlands». Daarbij wordt ingegaan op de vraag hoe deze maatregelen in het bestaande beleid van de Unie kunnen worden geïntegreerd., want het betreft de voorgenomen inzet van bestaande instrumenten en integratie in EU-beleid op andere terreinen. 3. Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG), nr. 2847/93 tot invoering van een controleregeling voor het Gemeenschappelijk Visserijbeleid Nummer van het Commissie-document: COM(95)256 95/C186/06 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: LNV Het voorstel behelst een wijziging van de Verordening 2847/93 tot invoering van een controleregeling voor het Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Door middel van deze wijziging wordt uitvoering gegeven aan de controle op de visserij-inspanningen in de westelijke wateren en in de «Irish Box» verband houdend met het toestaan van bepaalde visserijactiviteiten van Spaanse en Portugese vissers in die wateren. Het voorstel bevat: uitvoeringsmaatregelen voor de overeengekomen verplichte melding bij het binnenvaren en verlaten van de onderhavige vangstgebieden; het opzetten van voor de Commissie en voor de controlerende lidstaat toegankelijke geautomatiseerde databanken om het verzamelen en verwerken van gegevens over verplaatsingen in de vangstgebieden te vergemakkelijken; bepalingen omtrent het registreren van zogenaamde vangstgebieddagen aan de hand van een logboek; verplichtingen voor de vlaggestaat om de visserij-inspanningen van hun schepen in de betreffende wateren te reguleren en aanvullende controlemaatregelen op het gebruikte vistuig. Indien implementatie noodzakelijk is, zal dat geschieden door middel van ministeriële regeling(en) op grond van de Visserijwet 1963. De voorgestelde implementatietermijn is 1 januari 1996. Geen directe financiële gevolgen. In het kader van de financiële middelen voor (bijdragen in) visserij-controle is voor de periode 1996 1998 jaarlijks 3,8 MECU (totaal 11,4 MECU) uitgetrokken voor communautaire bijdragen (ten hoogste 50% co-financiering) in positiebepalings- en registratie-, beheers- en communicatiesystemen. Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 3
4. Voorstel voor en verordening (EG) van de Raad houdende wijziging van Verordening (EEG), nr. 1956/88 van 9 juni 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de toepassing van de door de Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (NAFO) vastgestelde regeling inzake internationale inspectie; Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad houdende wijziging van Verordening (EEG), nr. 189/92 tot vaststelling van bepalingen voor de toepassing van bepaalde controlemaatregelen van de Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (NAFO); Voorstel van een verordening (EG) van de Raad tot vaststelling van een waarnemersregeling van de Europese Gemeenschap voor vissersvaartuigen uit de Gemeenschap die opereren in het gereglementeerde deel van de Atlantische Oceaan (NAFO); Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad van 20 december 1994 tot vaststelling, voor 1995, van bepaalde maatregelen voor de instandhouding en het beheer van visbestanden in het gereglementeerde gebied als omschreven in het Verdrag inzake toekomstige multilaterale samenwerking op visserijgebied in het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan Nummer van het Commissie-document: COM(95)266 95/C200/08, 95/C200/09, 95/C211/06 en 95/C211/07 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: LNV Voorstellen beogen de tussen de Europese Unie en Canada gemaakte afspraken naar aanleiding van het visserijgeschil over Groenlandse heilbot om te zetten in EG-recht. Het betreft een aanvullende controleafspraken, een waarnemersregeling en het voor 1995 vastleggen van het EU-heilbotquotum. Laatstgenoemd voorstel is reeds aangenomen (urgent, geen advies EP vereist). 1995: 1,5 MECU; 1996 en volgende jaren: onbekend. 5. Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften en procedures voor de overbrenging van bepaalde soorten afvalstoffen naar een aantal niet-oeso-landen Nummer van het Commissie-document: COM(95)678 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: VROM In 1993 is een verordening (259/93/EEG) van de Raad tot stand gekomen met betrekking tot de controle op overbrenging van afvalstoffen binnen, naar en uit de Europese Gemeenschap. De Verordening is in het algemeen niet van toepassing op de overbrenging van voor nuttige toepassing Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 4
bestemde afvalstoffen van de zogeheten «groene lijst» (opgesomd in bijlage II van de Verordening). Dit niet van toepassing zijn sluit aan bij het systeem van controle zoals dat binnen de OESO-landen wordt gehanteerd. Echter, de EU-Raad heeft dit standpunt (geen controle) uitdrukkelijk niet aan derde landen willen opdringen. In artikel 17 van de Verordening wordt daarom bepaald dat de Commissie die derde landen moet consulteren omtrent de door hen gewenste controle op «groene lijst afvalstoffen». Vervolgens moet de Commissie, indien deze landen niet bevestigen te kunnen instemmen met het afzien van controle of indien de landen niet aangeven welke andere (in de Verordening opgenomen) controleprocedure van toepassing zou moeten zijn, passende voorstellen van de Raad voorleggen. Met dit voorstel wil de Commissie uitvoering geven aan het gestelde in artikel 17 van de Verordening. De Commissie stelt voor per land de controle van bepaalde afvalstoffen van de «groene lijst» onder het regime van de «rode lijst» te laten vallen., Wet milieubeheer biedt voldoende basis voor toepassing. De Verordening is rechtstreeks toepasselijk en treedt in werking op de twintigste dag na publikatie. 6. Mededeling van de Commissie en Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de activiteiten van de Commissie terzake van analyse, onderzoek, samenwerking en actie op werkgelegenheidsgebied Nummer van het Commissie-document: COM(95)250 95/C235/06 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: SZW Het initiatief bevat voorstellen tot monitoring en analyse van maatregelen in het kader van de follow-up van de Essen-conclusies door de lidstaten. Het gaat om Commissie-activiteiten ter ondersteuning van de activiteiten in de lidstaten. Het programma is een voortzetting en bundeling van bestaande afzonderlijke activiteiten (LEDA, ILE, ERGO, TURN, EGLEI). Consequenties voor de nationale rechtsorde van beleid c.q. lagere 57 MECU voor vijf jaar, waarvan 8 MECU in 1996. 7. Voorstel voor een verordening van de Raad inzake financiële en technische maatregelen ter ondersteuning van de hervorming van de economische en maatschappelijke structuren in derde landen en gebieden in het Middellandse Zeegebied Nummer van het Commissie-document: COM(95)204 95/C232/05 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: BUZA Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 5
Voorstel voor de regels voor het beheer van de nieuwe begrotingslijn MEDA (B7-410) voor de financiering van de maatregelen op het gebied van de technische en financiële samenwerking ten gunste van het Middellandse Zeegebied. Opzet in inwerkingtreding per 1 januari 1997, dit lijkt haalbaar. Consequenties voor de EG-begroting in ECU per jaar. 4,685 miljard ECU (1995/1999). 8. Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad betreffende een meerjarenprogramma van de Gemeenschap ter bevordering van de ontwikkeling van een Europese multimedia-inhoudindustrie en ter aanmoediging van multimedia-inhoud in de opkomende informatiemaatschappij (INFO2000); Voorstel voor een beschikking van de Raad tot vaststelling van een meerjarenprogramma van de Gemeenschap ter bevordering van de ontwikkeling van een Europese multimedia-inhoudindustrie en ter aanmoediging van het gebruik van multimedia-inhoud in de opkomende informatiemaatschappij (INFO2000) Nummer van het Commissie-document: COM(95)149 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: EZ Het programma INFO2000 heeft drie strategische doelstellingen op lange termijn: de ontwikkeling van de Europese inhoudsindustrie vergemakkelijken; de bijdrage van de nieuwe informatiediensten tot groei, concurrentievermogen en werkgelegenheid in Europa optimaliseren; en de bijdrage van geavanceerde informatiediensten tot de professionele, sociale en culturele ontwikkeling van de Europese burgers maximaliseren. Deze doelstellingen zijn er op gericht de sterke positie van Europa op het gebied van inhoud te handhaven, te verstevigen en te exploiteren en tegelijkertijd de kloof met de concurrentie te versmallen. Voorts is het de bedoeling een geïntegreerde ontwikkeling in de gehele EU te bevorderen en aldus het risico te verkleinen dat verschillende ontwikkelingstempo s leiden tot een economie met twee snelheden en een maatschappij die bestaat uit twee groepen: informatierijken en -armen. De mededeling heeft geen betrekking op de specifieke vraagstukken van de audiovisuele industrie die het voorwerp uitmaken van specifieke beleidsmaatregelen (TVZG, Media II, etc.) maar is een aanvulling op andere communautaire programma s onder het vierde kaderprogramma, etc. Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 6
Het programma loopt van 1 januari 1996 tot 1 januari 2000. 1996 19 MECU 1997 25 MECU 1998 25 MECU 1999 31 MECU Totaal 100 MECU (Begrotingsonderdeel B5 B723). 9. Voorstel van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van de consument inzake de prijsaanduiding van aan de consument aangeboden produkten Nummer van het Commissie-document: COM(95)276 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: EZ Integrale verplichting tot vermelding van de prijs per standaardhoeveelheid (PPS) voor produkten waarbij aan lidstaten mogelijkheden worden gegeven voor vrijstelling van de PPS voor die gevallen dat deze geen betekenis heeft of verwarring wekt, etc. Koppeling van PPS aan reeksen richtlijnen komt met dit voorstel te vervallen. Implementatie in het Besluit prijsaanduiding goederen 1980. De voorgestelde implementatietermijn is 6 juni 1997. Nederland wenst een implementatietermijn van 18 maanden na publikatie. 10. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 93/6/EEG van de Raad van 15 maart 1993 inzake de kapitaaltoereikendheid van beleggersondernemingen en kredietinstellingen en Richtlijn 93/22/EEG van de Raad van 10 mei 1993 betreffende het verrichten van diensten op het gebied van beleggingen in effecten Nummer van het Commissie-document: COM(95)360 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: FIN Het voorstel beoogt wijziging van het voorstel van de Commissie betreffende de instelling van het Comité voor het effectenbedrijf, alsmede van Richtlijn 93/6/EEG (CAD) en Richtlijn 93/22/EEG (ISD), zodanig dat het Comité voor het effectenbedrijf kan worden ingesteld en dat aan de Commissie, bijgestaan door dit Comité, uitvoeringsbevoegdheden als Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 7
bedoeld in artikel 10 van de CAD en artikel 29 van de ISD worden overgedragen. Verder beoogt het voorstel wijziging van bepaalde regelingen voor informatieverstrekking en kennisgeving. 11. Groenboek auteursrecht en naburige rechten in de informatiemaatschappij Nummer van het Commissie-document: COM(95)382 Voor onderhandelingen verantwoordelijke Ministerie: JUST Het groenboek stelt de vraag aan de orde of het bestaande niveau van harmonisatie op het gebied van het auteursrecht en naburige rechten voldoende is en op welke gebieden zonodig nieuwe initiatieven moeten worden genomen met het oog op het functioneren en de ontwikkeling van de informatiemaatschappij. De lidstaten en geïnteresseerde groeperingen worden uitgenodigd op een aantal vragen (onder toepasselijk recht, uitputting, verveelvoudiging, openbaarmaking, morele rechten, exploitatie van rechten, identificatie, technische bescherming e.d.) in te gaan. De Commissie zal vervolgens op basis van de ontvangen antwoorden een actieprogramma uitwerken. 12. Mededeling van de Commissie inzake een actieprogramma van de Gemeenschap op het gebied van veiligheid, hygiëne en gezondheidsbescherming op het werk (1996 2000); Voorstel voor een besluit van de Raad tot vaststelling van een programma betreffende niet-wetgevende maatregelen ter verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk Nummer van het Commissie-document: COM(95)282 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: SZW Het voorstel behelst een ondersteuning, zowel inhoudelijk als financieel, van het vierde programma betreffende niet-wetgevende maatregelen ter verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk. Met name gericht op voorlichting, opleiding/training en het programma SAFE (Safety Actions for Europe). Het hoofddoel van SAFE is, via financiële ondersteuning door de Commissie, het realiseren van demonstratieprojecten in de lidstaten, die er op gericht zijn om de veiligheid en de gezondheid in het MKB te stimuleren. Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 8
, het betreft niet-wetgevende maatregelen. Voor de periode 1996 2000: 66 MECU, waarvan 24,5 MECU voor voorlichting, opleiding/training en 41,5 MECU voor SAFE (gericht op het MKB). 13. Mededeling van de Commissie aan de Raad over de beperkingen die door het mechanisme van het Garantiefonds worden opgelegd aan de leningen en leninggaranties van de Gemeenschap aan derde landen Nummer van het Commissie-document: COM(95)404 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: FIN De Commissie geeft in het document een overzicht van de leningen en leninggaranties die aan de diverse regio s zijn verstrekt. Tevens wordt aangegeven welke knelpunten er kunnen ontstaan indien de EU het huidige hulpniveau wil continueren. De Commissie geeft verder aan welke gevolgen een eventuele verhoging van het leningenniveau zou hebben. Daarbij speelt een aantal beperkende factoren een rol. In de eerste plaats dient de EU voor iedere lening aan een derde land een percentage van de hoofdsom (15%) af te dragen aan het leninggarantiefonds. Aangezien voor deze afdrachten een begrotingspost in de EU-begroting is opgenomen, wordt het totaal aan te verstrekken leningen hierdoor gelimiteerd (tot circa 2,3 miljard ECU per jaar). In de tweede plaats wordt in het document de vraag opgeworpen of de EU ook in de toekomst door de EIB verstrekte leningen voor 100% zou moeten garanderen. De Commissie stelt dat een garantie van 75% voldoende zou zijn en dat door een dergelijke verlaging van de garantie extra ruimte ontstaat om leningen te verstrekken. Verder stelt de Commissie dat overwogen zou kunnen worden om het voorzieningenpercentage (nu 15%) te verlagen. Ook dit zou, bij een gelijkblijvende begrotingspost voor afdrachten, resulteren in extra ruimte voor leningen. Het document is derhalve samengesteld uit mogelijke opties en bevat geen concrete voorstellen. Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad betreffende gedecentraliseerde samenwerking Nummer van het Commissie-document: COM(95)290 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: OS Het voorstel heeft tot doel een bonte reeks van plaatselijke organisaties uit de samenleving van de Europese en ontwikkelingslanden, die originele Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 9
initiatieven ontplooien als aanvulling op de ontwikkelingsprogramma s van de overheid, bij de programma s van de Gemeenschap te betrekken. De acties die kunnen worden ondernomen zijn gericht op een grotere participatie van de bevolking bij hun ontwikkeling, op een diversificatie van de samenleving en een versterking van de democratie in de betrokken ontwikkelingslanden. 5 MECU (1996). Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad betreffende herstel- en wederopbouwacties ten behoeve van ontwikkelingslanden Nummer van het Commissie-document: COM(95)291 95/C235/08 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: OS Het voorstel beoogt steun te verlenen aan die landen die uit een crisissituatie komen, tijdens welke humanitaire bijstand werd verleend, en die moeten worden voorbereid op een hervatting van de ontwikkelingssamenwerking voor de langere termijn. Het heeft dus tot doel de wederopleving van de economische bedrijvigheid te vergemakkelijken, bij te dragen tot de sociale en politieke stabiliteit van de landen en de voor de overgang vereiste institutionele capaciteiten te herstellen. De begrotingslijn is ingesteld in 1994 op verzoek van de Raad van ministers voor Ontwikkelingssamenwerking terzake. 65 MECU (1996). 16. Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad betreffende het voedselhulpbeleid en het beheer van de voedselhulp en van de specifieke steunacties voor voedselveiligheid Nummer van het Commissie-document: COM(95)283 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: OS / LNV Het voorstel beoogt een herziening van alle bestaande juridische instrumenten van het voedselhulpbeleid, met inbegrip van de specifieke acties ter ondersteuning van de voedselzekerheid, de opslagprogramma s en de systemen voor tijdige waarschuwing. Het voorstel kent drie hoofdlijnen: Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 10
de eerste is dat het accent meer komt te liggen op voedselzekerheid, waartoe voedselhulp een instrument is; de tweede is de aanpassing van de lijst met voor steun in aanmerking komende landen. Voorgesteld wordt de lijst met landen aan te houden die ook van toepassing is voor de Food Aid Convention. Hierop komen ook de armste staten van de voormalige Sovjet Unie voor; de derde lijn is dat deze verordening alle bestaande verordeningen op het gebied van voedselhulp bundelt, zodat een meer coherent beleid kan worden verwezenlijkt. 540 MECU (1996). 17. Besluit van de Raad betreffende het vierde communautaire actieprogramma voor de middellange termijn over gelijke kansen tussen mannen en vrouwen (1996 2000) Nummer van het Commissie-document: COM(95)381 Voor onderhandelingen eerstverantwoordelijke Ministerie: SZW Het voorstel bevat een besluit vergezeld van een programma waarin zes doelstellingsgebieden worden aangegeven. Op ieder van deze gebieden worden voorts in het actieprogramma een aantal acties voorgesteld in de sfeer van onderzoek, de instelling van regionale steunpunten, informatieuitwisseling en voorlichting. Afhankelijk van de concrete voorstellen die uit het actieprogramma kunnen voortvloeien. Totaal 60 MECU, waarvan 10 MECU in 1996. Tweede Kamer, vergaderjaar 1995 1996, 22 112, nr. 54 11