Persbericht Verzamelaanvraag 2010: aandachtspunten & nieuwigheden Het Agentschap voor Landbouw en Visserij, afdeling Markt- en Inkomensbeheer, de Vlaamse Landmaatschappij, afdeling Mestbank en afdeling Platteland, en het Agentschap voor Natuur en Bos vestigen de aandacht van de landbouwers en tuinbouwers op een aantal belangrijke aspecten inzake de verzamelaanvraag voor de campagne 2010 Aandachtspunten 1. Wie moet een verzamelvraag indienen? Een verzamelaanvraag moet worden ingediend door landbouwers en tuinders die: toeslagrechten willen activeren in 2010; aangifteplichtig zijn in het kader van het Mestdecreet; steun wensen aan te vragen voor de gekoppelde premiestelsels (eiwithoudende gewassen, verwerkingssteun vezelvlas, ); steun wensen aan te vragen voor zoogkoeien of slachtpremie kalveren; nieuwe vijfjarige verbintenissen willen afsluiten of steun wensen aan te vragen voor de agromilieumaatregelen beheerd door het Agentschap voor Landbouw en Visserij; beheerovereenkomsten hebben gesloten met de Vlaamse Landmaatschappij; inkomenscompensatie of onderhoudssubsidie wensen aan te vragen voor het bebossen van landbouwgrond op percelen goedgekeurd door het Agentschap voor Natuur en Bos; percelen dienen aan te geven in het kader van de melkquotumregeling. 2. Indienen van de verzamelaanvraag en de uiterste indieningsdatum De verzamelaanvraag 2010 van de Vlaamse landbouwer moet ten laatste op woensdag 21 april 2010 om 17h00 aangetekend worden teruggestuurd of tegen ontvangstbewijs worden afgegeven bij de buitendienst van het Agentschap voor Landbouw en Visserij waarvan het adres is voorgedrukt op de verzamelaanvraag. Ook voor dossiers ingediend via het e-loket (www.landbouwvlaanderen.be) is dit de uiterste indieningsdatum. Landbouwers die geen verzamelaanvraag zouden hebben ontvangen, moeten zelf een formulier voor de verzamelaanvraag aanvragen bij de buitendienst van het Agentschap voor Landbouw en Visserij. 3. De verzamelaanvraag en de fotoplannen De verzamelaanvraag op het e-loket of de kopie van het papieren formulier bevat alle gedetailleerde informatie van de percelen die de landbouwer in 2009 in gebruik had. Het e- loket (www.landbouwvlaanderen.be) geeft aan wanneer foute combinaties worden opgegeven of verplichte velden niet worden ingevuld. Het helpt te voorkomen dat de landbouwer een foutieve verzamelaanvraag indient. Bij de papieren versie vult de landbouwer eerst aandachtig de kopie in. Op de fotoplannen staan de percelen die in 2009 in gebruik waren voor de hoofd- of nateelt in geel voorgedrukt. Percelen die vorig jaar door de landbouwer werden aangegeven met de bestemming G staan in het oranje voorgedrukt op het fotoplan, tenzij hij het betrokken perceel in 2009 opnieuw heeft aangegeven voor de nateelt (vb. groenten of groenbemesting). In dit laatste geval zal het perceel in het geel voorgedrukt staan. Nieuwe, overgenomen of gewijzigde percelen tekent u zelf in met rode balpen. Het origineel van de papieren verzamelaanvraag is een scanformulier, volledig bestaande uit rode vakjes die nauwkeurig moeten worden ingevuld met blauwe of zwarte balpen. Enkel het origineel formulier, de originele fotoplannen en eventuele bijlagen moeten teruggezonden worden naar de buitendienst.
De landbouwers moeten alle percelen die zij in gebruik hebben, aangeven in de perceelsinventaris van de verzamelaanvraag en op de fotoplannen, ook wanneer de percelen niet in aanmerking komen voor het activeren van een toeslagrecht. Een onvolledige aangifte kan aanleiding geven tot kortingen op de aangevraagde steun. De op de fotoplannen ingetekende percelen van elke landbouwer worden geregistreerd in een grafische databank. Dit leidt ertoe dat elke dubbele aangifte van gebruik op een bepaald moment automatisch aan het licht komt en dat als gevolg daarvan een onderzoek wordt ingesteld om uit te maken wie de effectieve gebruiker is van het perceel. De landbouwer die het perceel (of een deel van het perceel) ten onrechte heeft aangegeven kan worden gesanctioneerd door een korting op de aangevraagde steun. Indien er bijlagen moeten worden meegestuurd, kan dit door het toevoegen van de scan van de getekende bijlage aan uw dossier op e-loket of als papieren versie bij de originele verzamelaanvraag. De landbouwer kleeft bij voorkeur zijn identificatievignet op het papieren formulier zodat dit snel kan worden geregistreerd en verwerkt. 4. Overname, overdracht en wijzigen van percelen Het correct melden van overnames en overdrachten van percelen is bijzonder belangrijk en moet gebeuren via de verzamelaanvraag. Ieder nieuw in gebruik genomen perceel dient in het roze gedeelte van de perceelsinventaris ingevuld te worden, samen met de overnamecode en de datum van ingebruikname. Wanneer een perceel wordt gewijzigd (vb. splitsen, samenvoegen) dan moet in kolom 3 van de perceelsinventaris het perceel worden geschrapt en opnieuw worden toegevoegd in het roze gedeelte. Enkel de code voor wijziging ( WZG ) moet worden ingevuld, de overnamedatum mag niet worden ingevuld want het perceel blijft in eigen gebruik. 5. Aangifte van G-percelen Landbouwers die in 2009 G-percelen hebben aangegeven voor de bemestingsrechten en het perceel in de loop van 2009 niet meer in gebruik hebben genomen, vinden in de perceelsinventaris van de verzamelaanvraag de gegevens van dit perceel terug in de donkergele lijnen. Deze percelen kunnen in 2010 opnieuw worden aangegeven als G- percelen door de hoofdbestemming G in te vullen en de hoofdteelt op te geven voor dit perceelsnummer. De overnamecode en de ingebruiknamedatum moeten hierbij worden ingevuld. Het opgeven van de voor- en nateelt op G-percelen is eveneens belangrijk voor de correcte berekening van de bemestingsrechten. Het gebruik van G-percelen houdt in dat ze moeten worden overgedragen vóór 21 april 2010 en dat de bijlage 21 (formulier bemesting ) moet worden ingevuld en ondertekend door de overlater en de overnemer. Wanneer de landbouwer groenbemesting wil toepassen op hetzelfde perceel dat hij als G- perceel heeft aangegeven, moet hij dit perceel een tweede maal als een nieuw perceel aangeven met de bijkomende bestemming GB. De oppervlakte van beide percelen wordt meegeteld in de totale oppervlakte in rubriek D. 6. Aangifte van oppervlakten voor het bekomen van zoogkoeienpremie Een landbouwer die de zoogkoeienpremie aanvraagt moet alle gronden die hij op 21 april 2010 in gebruik heeft, aangeven in zijn verzamelaanvraag. 7. Agromilieumaatregelen beheerd door het Agentschap voor Landbouw en Visserij De betalingsaanvragen voor lopende verbintenissen voor de biologische productiemethode, mechanische onkruidbestrijding, plantaardige eiwitbronnen/vlinderbloemige gewassen, milieuvriendelijke sierteelt en groenbedekking verlopen via de verzamelaanvraag.
Een nieuwe, vijfjarige verbintenis voor een van deze agromilieumaatregelen (behalve groenbedekking) kan ook aangevraagd worden via de verzamelaanvraag. In de toelichting staan de modaliteiten van de nieuwe verbintenissen uitvoerig beschreven. Ook een verbintenis voor de nieuwe agromilieumaatregel verwarringstechniek bij pitfruit kan op deze wijze aangevraagd worden. Voor een lopende of nieuwe verbintenis moet bij het betreffende perceel de bijkomende bestemming worden aangegeven. Indien de landbouwer deze niet opgeeft, wordt dit beschouwd als niet-naleving van de verbintenis en wordt de eerder uitbetaalde steun in het kader van deze verbintenis teruggevorderd. 8. Beheerovereenkomsten beheerd door de Vlaamse Landmaatschappij Alle beheerovereenkomsten gesloten met de Vlaamse Landmaatschappij die eindigen na 1 oktober 2010 dient men aan te geven in de verzamelaanvraag. Percelen met een beheerovereenkomst moeten het volledige kalenderjaar in gebruik zijn. Dit perceel kan dus door geen andere landbouwer worden aangegeven voor de bemestingsrechten (G-perceel). Voor de niet-perceelsgebonden beheerovereenkomsten directe inzaai, niet-kerende bodembewerking met startdatum vanaf 2007 en beheerovereenkomsten water met startdatum vanaf 1 oktober 2005 dient de verzamelaanvraag als betalingsaanvraag. 9. Aanvragen in het kader van het Mestdecreet Aanvraag vergoeding natuur / Beheerovereenkomst 2 GVE+100 kg N/ha/jaar uit kunstmest Alle percelen gelegen in kwetsbaar gebied natuur waar de nulbemesting van toepassing is, komen in aanmerking voor de aanvraag vergoeding natuur. De potentieel belangrijke graslanden met bemestingsnorm 2GVE/ha/jaar komen in aanmerking voor de beheerovereenkomst 2GVE+100 kg N/ha/jaar uit kunstmest of voor de aanvraag vergoeding natuur. Een combinatie van beide aanvragen is niet mogelijk. De landbouwer geeft zijn keuze op bij de bijkomende bestemmingen. Aanvraag derogatie Elke landbouwer die gebruik wenst te maken van derogatie, moest hiervoor een aanvraagformulier indienen bij de Mestbank vóór 15 februari 2010. Via de verzamelaanvraag moet de landbouwer vervolgens de percelen aanduiden waarop hij zijn derogatie toepast. Percelen waarvoor de landbouwer derogatie toepast, moeten aangekruist worden. Er kan geen derogatie worden aangevraagd op percelen in grondwaterwingebieden, fosfaatverzadigde gronden waar de bemestingsnorm van 40 kg P2O5 van toepassing is, percelen met nulbemesting of percelen waarop in 2009 een nitraatresiduwaarde van > 90 kg N/ha werd bepaald. Enkel voor de volgende gewassen en combinaties van gewassen kan derogatie aangevraagd worden: grasland maïs voorafgegaan door gras (gemaaid en afgevoerd) wintertarwe gevolgd door een niet-vlinderbloemige groenbemester voederbieten suikerbieten De voorwaarden m.b.t. de toepassing van deze derogatie werden uitvoerig gecommuniceerd door de Mestbank. Voor eventuele vragen, kan u het best contact opnemen met de provinciale afdeling van de Mestbank. Type verhoogde bemesting Er is een afwijking voorzien van de forfaitaire bemestingsnormen voor totale N en N uit kunstmest tot max. 345 kg N/ha voor percelen met 2 of meerdere tuinbouwteelten in één kalenderjaar op basis van een bemestingsadvies ( BA ) of een forfaitaire berekening ( FB ).
Om percelen aan te duiden waarop het meerjarig perspectief toegepast wordt, moet de landbouwer ook de kolom van de verhoogde bemesting gebruiken. Voor bepaalde meststoffen (behorende tot de groep andere meststoffen) is het toegelaten om het 2- of 3- voudige van de norm toe te dienen bij opbrenging. Het gaat over meststoffen die stikstof in dusdanige vorm bevatten dat slechts een beperkt gedeelte van de totale stikstof vrijkomt in het jaar van opbrenging. Het volgende jaar of de 2 daaropvolgende jaren mogen geen andere meststoffen toegediend worden. Gebruik compost Op percelen met een te laag koolstofgehalte mag extra compost opgebracht worden onder bepaalde voorwaarden. Hierbij wordt de keuze gelaten tussen max. 10 ton GFT-compost per hectare of max. 15 ton groencompost per hectare. De landbouwer moet desgevallend de juiste keuze doorgeven. Bijkomende bestemming gespecialiseerde productiemethode Voor een perceel dat al dan niet permanent overkapt is, én al dan niet op groeimedium geteeld wordt, moet de overeenkomstige bijkomende bestemming worden opgegeven. Voor percelen blijvend grasland met status P5 of P die in 2010 gescheurd zijn of gescheurd zullen worden, moet de code BGG worden ingevuld. Nieuwigheden 1. Op weg naar een kleinere papierberg Eind februari 2010 werd de verzamelaanvraag, de fotoplannen en de toelichting naar alle landbouwers verstuurd. In de verzamelaanvraag 2010 wordt de landbouwer gevraagd welke van deze papieren versies hij in 2011 niet meer wenst te ontvangen. De toelichting bij de verzamelaanvraag 2010 en de bijlagen zijn terug te vinden op www.vlaanderen.be/landbouw. 2. Interregionale Vlaamse landbouwer Een Vlaamse landbouwer die zowel percelen heeft in Vlaanderen als in Wallonië, wordt beschouwd als een interregionale landbouwer. Zijn verzamelaanvraag bestaat uit twee luiken, één opgestuurd vanuit Vlaanderen en één opgestuurd vanuit Wallonië. Beide delen moeten ten laatste op 21 april 2010 worden ingediend. De verzamelaanvraag is slechts volledig wanneer de beide luiken zijn ingediend. De indieningsdatum van de verzamelaanvraag is die van het laatst ingediende luik. Het laattijdig indienen van één luik houdt dus in dat deze laattijdigheid ook van toepassing is op het andere luik. 3. Ontkoppeling van de premie voor zaaizaadvermeerdering en noten en de afschaffing van de premie voor energiegewassen In 2010 is de premie voor zaaizaadvermeerdering en notenteelt ontkoppeld en hebben de betrokken landbouwers een persoonlijk schrijven ontvangen. De landbouwer moet expliciet de toekenning van de ophoging van de toeslagrechten met formulier D van het betrokken schrijven aanvragen. Door de ontkoppeling van de steunmaatregel in 2010 kan de bijkomende bestemming Z en N niet meer worden ingevuld op de verzamelaanvraag. Voor de lijnzaadvermeerdering van de oogst 2009 moet de vermeerderaar zijn steunaanvraag ten laatste indienen op 31 mei 2010 met het gepersonaliseerde formulier dat hem door de administratie in april 2010 zal worden opgestuurd. De steun voor energiegewassen is afgeschaft in 2010. Hierdoor moet er geen bijkomende bestemming EN meer worden aangegeven. De betrokken landbouwers moeten geen contracten meer indienen en zullen geen oogstaangifte meer ontvangen. 4. Het activeren van toeslagrechten
Nieuw is dat de toeslagrechten vanaf 2010 minstens eenmaal per twee jaar moeten worden geactiveerd i.p.v. eenmaal per drie jaar, zoniet zullen zij vervallen aan de nationale reserve. Landbouwers kunnen in hun verzamelaanvraag 2010 niet meer opgeven hoe de toeslagrechten moeten worden geactiveerd in 2010. De administratie zal zelf de maximale uitbetaling van de toeslagrechten berekenen. Indien uit de aangifte van de landbouwer blijkt dat hij niet genoeg gronden heeft om al zijn Vlaamse toeslagrechten te activeren, zal hij een brief ontvangen waarin hem expliciet naar zijn keuze over het activeren van zijn toeslagrechten wordt gevraagd. Om een toeslagrecht te kunnen activeren moet de Vlaamse landbouwer de toeslagrechten in zijn bezit hebben op 21 april 2010. Het toeslagrecht kan enkel worden geactiveerd op een perceel gelegen in het Vlaams of Brussels Hoofdstedelijk Gewest en dat de landbouwer in eigen gebruik heeft op 21 april 2010. Een perceel gelegen in het Waals Gewest moet de landbouwer in eigen gebruik hebben op 31 mei 2010. Om een toeslagrecht te activeren vult de landbouwer voor het betreffende perceel de hoofdbestemming A in en een subsidiabele hoofdteelt. In rubriek B van de verzamelaanvraag kan de landbouwer aangeven of hij speciale toeslagrechten heeft en op welke manier de speciale toeslagrechten zullen geactiveerd worden. Speciale toeslagrechten kunnen geactiveerd worden met grond en worden in dit geval onomkeerbaar omgezet naar gewone toeslagrechten. Speciale toeslagrechten kunnen ook geactiveerd worden met dieren indien de landbouwer over het hele kalenderjaar gemiddeld minstens 50% van de hem toegewezen referentie grootvee-eenheden aanhoudt. 5. Verwarringstechniek bij de pitfruitteelt Vanaf 2010 kunnen via de verzamelaanvraag subsidies aangevraagd worden voor het toepassen van de verwarringstechniek ter bestrijding van de fruitmot bij pitfruit. Om in aanmerking te komen voor deze subsidies dient de fruitteler een vijfjarige verbintenis af te sluiten bij het Agentschap voor Landbouw en Visserij. Deze verbintenis wordt aangegaan via de verzamelaanvraag. De fruitteler dient de bijkomende bestemming VER in te vullen bij de percelen waarvoor hij deze subsidie wenst aan te vragen. 6. Aanmelding bio-percelen voor certificering via e-loket Vanaf 2010 dienen de landbouwers die de biologische productiemethode toepassen hun percelen niet langer apart aan te melden bij hun controleorgaan. Op e-loket kan de biolandbouwer aangeven bij welk controleorgaan hij zijn percelen wenst aan te melden en welke percelen hij wenst te laten controleren voor certificering. 7. Bebossing van landbouwgronden Vanaf 2010 kan u via de verzamelaanvraag onderhoudssubsidie en inkomenscompensatie aanvragen voor bebossing van landbouwgronden. Voor deze percelen dient een overeenkomst afgesloten te zijn met het Agentschap voor Natuur en Bos. 8. Blijvend grasland In het bedrijfsinformatiekader van de verzamelaanvraag staat het referentieareaal blijvend grasland vermeld. De landbouwer moet een oppervlakte die minstens even groot is als dit areaal behouden en aangeven als blijvend grasland in zijn verzamelaanvraag 2010. In 2010 blijft ook de mogelijkheid bestaan van tijdelijke overdracht van referentieareaal zonder overdracht van percelen. Meer informatie in verband met de modaliteiten hieromtrent vindt u in de toelichting bij de verzamelaanvraag. Vanaf 2010 worden (delen van) de percelen blijvend grasland die niet langer in gebruik zijn door een instandhoudingsplichtige landbouwer groen gearceerd voorgedrukt op de fotoplannen.
9. Wijzigingen na indiening van de verzamelaanvraag Elke wijziging aan de oorspronkelijke aangifte van de verzamelaanvraag dient zo snel mogelijk en in elk geval voor controle (of aankondiging ervan) gemeld te worden aan de buitendienst van het Agentschap voor Landbouw en Visserij, Afdeling Markt- en Inkomensbeheer. Wijzigingen tot en met 31 mei Tot en met 31 mei worden wijzigingen aan de verzamelaanvraag (voor controle) zonder meer aanvaard, zonder kortingen op de uitbetaling, op voorwaarde dat de oorspronkelijke verzamelaanvraag tijdig ingediend werd. Wijzigingen na 31 mei en tot en met 31 oktober Na 31 mei en tot en met 31 oktober hangt het aanvaarden van een wijziging af van het type wijzigingen en/of er eventueel controles (administratief of ter plaatse) op het dossier werden uitgevoerd. Deze wijzigingen kunnen niet leiden tot premieverhoging. Wijzigingen na 31 oktober Wijzigingen aan de verzamelaanvraag die na 31 oktober worden ontvangen, moeten steeds vergezeld zijn met de nodige bewijsstukken om de gevraagde wijziging te staven. Een uitzondering hierop zijn de wijzigingen voor de agromilieumaatregel groenbedekking (GB) waar een wijziging mogelijk is tot en met 7 november en de nateelt kan nog gewijzigd worden tot 31 december. 10. Uitbetaling van de bedrijfstoeslag De verzamelaanvragen ingediend via e-loket (www.landbouwvlaanderen.be) worden uitbetaald begin december indien de aanvraag volledig en correct wordt ingediend ten laatste op 21 april 2010. De verzamelaanvragen ingediend op papier worden uitbetaald begin december indien de aanvraag volledig en correct wordt ingediend ten laatste op 31 maart 2010. De andere verzamelaanvragen worden voor eind 2010 uitbetaald. Vanaf de campagne 2010 zal er geen uitbetaling zijn van de pijler I steun als het totale bedrag (zonder in rekening brengen van sancties) lager is dan 100 euro.