Jaarverslag CERTO 2013



Vergelijkbare documenten
Jaarverslag CERTO 2012

Jaarverslag CERTO 2011

Jaarverslag CERTO 2016

nr. 23 van JAN HOFKENS datum: 6 oktober 2015 aan PHILIPPE MUYTERS Outplacement - Stand van zaken

Jaarverslag Herplaatsingsfonds. 1.1 Aanvragen voor outplacementbegeleiding

Indien men de loopbaanbegeleiding volgt bij een erkend loopbaancentrum, kan men een beroep doen op loopbaancheques.

d) Provincie van waaruit de 50-plusser komt 3. Hoeveel van de in begeleiding zijnde 50-plussers stopten voortijdig met het

Aspecten van het Vlaams Herstructureringsbeleid

Werk-naar-werk beleid in Vlaanderen:outplacement als kerninstrument

DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Draaiboek gebruik rapporteringsdocument outplacementbegeleiding (versie 07/2015)

I.1. Het bureau weigert elke opdracht die in strijd is met de gedragscode.

MEMORIE VAN TOELICHTING

DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Handleiding Mijn Loopbaan voor partners voor registratie van de begeleiding van personen met een arbeidsbeperking


Nota aan de Raad van Bestuur

SVR PROJECTIES VAN DE BEVOLKING EN DE HUISHOUDENS VOOR VLAAMSE STEDEN EN GEMEENTEN

Draaiboek gebruik rapporteringsdocument outplacementbegeleiding (versie 07/2011)

DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

De praktijk van outplacement in kaart gebracht

Advies. BVR kwaliteits- en registratiemodel. Brussel, 1 april 2019

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 1 april

nr. 421 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 25 maart 2016 aan PHILIPPE MUYTERS Sociaal Interventiefonds - Hulp bij outplacement

2. Graag een overzicht van de regionale tenders die werden uitgeschreven in de periode 2011 tot heden met vermelding van

Begeleiding Outplacement

De praktijk van outplacement in kaart gebracht

OUTPLACEMENT PROGRAMMA

nr. 508 van GRETE REMEN datum: 13 april 2017 aan PHILIPPE MUYTERS Project Maak werk van je zaak - Stand van zaken

DE OVEREENKOMST. en mediarte.be,...vertegenwoordigd door...

Profiel en tevredenheid van uitzendkrachten. In samenwerking met

WAT ZIJN UW RECHTEN EN PLICHTEN IN HET KADER VAN OUTPLACEMENT?

Uitvoeringsregeling Vrijstellingen Brandweeronderwijs

Opleidings- en begeleidingscheques

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

DE VERSCHILLENDE REGELINGEN INZAKE OUTPLACEMENT VANAF 1 JANUARI 2014

3. Hoeveel bedroeg de provinciale spreiding in absolute cijfers en het aantal unieke klanten ten aanzien van de beroepsactieve bevolking in 2015?

RESULTATEN VAN 2 JAAR VOP GEKOPPELD AAN DE WERKLOOSHEIDSCIJFERS VAN PERSONEN MET EEN ARBEIDSHANDICAP

Arbeidsmarkt Onderwijs

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Outplacement. Outplacement.

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Begeleiding Outplacement

Voor wie is het activerend beleid bij herstructureringen bedoeld?

De staatshervorming in vogelvlucht: stand van zaken. (West4work 3/11/2015)

PLANET. OUTPLACEMENT Uw onmisbare gids bij ontslag

nr. 761 van EMMILY TALPE datum: 4 september 2015 aan PHILIPPE MUYTERS Loopbaancheques - Stand van zaken

PARITAIR SUBCOMITE VOOR HET STADS- EN STREEKVERVOER VAN HET VLAAMSE GEWEST

TEWERKSTELLINGSCEL N.V. AMP en N.V. LSB

TEWERKSTELLINGSCEL N.V. AMP en N.V. HDS c.c.

a) Hoeveel van deze doelgroepmedewerkers verkregen een erkenning van bepaalde duur (2 jaar)?

Korte schets van de problematiek

Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking GRO..M Mechelen

Huishoudelijk reglement van FOPAS. Hoofdstuk I Zetel van FOPAS Art. 2

HOE ACTIEF ZIJN BEDRIJVEN BIJ EEN COLLECTIEF ONTSLAG? WSE RAPPORT

Toegang tot weddetrekkende functies

Verplichting om een aanbod te doen en uitsluitingen

De arbeidsmarkt in december 2014

Basisopleiding. Diensten aan particulieren I f

Samen met UNIZO en Syntra AB (Antwerpen en Vlaams-Brabant) organiseert VDAB voor het tweede jaar op rij het project Jongeren en Ondernemerschap.

Cliënttevredenheidsonderzoek 2016

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei

INFORMATIEBUNDEL. Ervaringsbewijs. begeleider buitenschoolse. kinderopvang

SCVM REGLEMENT HERCERTIFICATIE MAKELAAR ONROERENDE ZAKEN

OUTPLACEMENT PROGRAMMA

nr. 46 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 14 oktober 2014 aan PHILIPPE MUYTERS Dienstencheques - Gebruikers

nr. 559 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 22 april 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VDAB - Klachten

KLANTENTEVREDENHEIDSONDERZOEK FACULTATIEVE OPDRACHT PRIORITEITENBELEID. Resultaten

4.1 Algemene beschrijving Procedure Onderhandelen en sociaal plan Activerende maatregelen... 4

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 oktober

Proefproject inkomenstarief-mix (IKT-mix)

Rekeningsnummer Fopas-Outplacement

Subsidiereglement van de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Beroepsgoederenvervoer over de weg en de Verhuur van Mobiele Kranen (SOOB)

VDAB WERKLOOSHEIDSBERICHT MEI Kerncijfers werkloosheid. Evolutie Werkloosheid. NWWZ Vlaams Gewest - absolute aantallen

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Reglement keurder INHOUDSTAFEL. Hoofdstuk 1: Algemeen. Hoofdstuk 2: Traject voor het bekomen en behouden van een erkenning als keurder

De opvolging van je zoektocht naar werk

Brussel, 21 januari _Advies_deontologische_code. Advies. deontologische code voor loopbaandienstverlening

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Subsidies voor bijkomende projecten ten gunste van jongeren die tot bepaalde risicogroepen behoren tussentijds verslag

INDIVIDUELE BEROEPSOPLEIDING IN DE ONDERNEMING (I.B.O) : VOOR KANDIDAAT TAXICHAUFFEURS IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Kwaliteitshandboek 5. De zelfevaluatie 5. DE ZELFEVALUATIE

Basisopleiding. Uitzendarbeid- Informatiefolder voor Federgon-leden

INHOUDSTAFEL. Voorwoord 3. Lijst met gebruikte afkortingen 5. Inhoudstafel 7. Hoofdstuk I Inleiding 13. Hoofdstuk II Rol van de begeleider 15

werknemer in staat te stellen zelf binnen een zo kort mogelijke termijn een betrekking bij een nieuwe werkgever te vinden of een beroepsactiviteit

Klanttevredenheidsonderzoek. Compagnon

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

ERKENNINGSREGELING KEURMERK OPLEIDINGSINSTITUTEN BEDRIJFSHULPVERLENING. Uitgave juni 2004

Geldend per 1 januari 2016

nr. 125 van GRETE REMEN datum: 18 november 2015 aan PHILIPPE MUYTERS Ex-Fordwerknemers - Outplacement

Basisopleiding. Uitzendarbeid- Informatiefolder voor Federgon-leden

Opleidings- en begeleidingscheques

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 23 mei

Arbeidsmarkt Onderwijs

De regeling NGK Erkende Smederij treedt in werking op

BIJLAGE. Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegebesluit nr Bijlage nr. 1. Fiche. Projectomschrijving

Directie Financiële Markten. 26 mei 2008 FM M Stcrt. nr Erkenningsregeling permanente educatie Wft. De Minister van Financiën,

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

c) Wie was of waren de uitvoerder(s), met aanduiding of het gaat om een profit- of non-profitorganisatie?

Mensen met arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen - Trajectbepaling en - begeleiding

Transcriptie:

Jaarverslag CERTO 2013 Samenvatting CERTO, ontstaan uit een samenwerking tussen VDAB en Federgon, heeft zijn vierde werkingsjaar achter de rug. Eind 2009 werd dit certificeringsorgaan opgericht met als doel het waarborgen van de kwaliteit van de outplacementbegeleiding. Dit gebeurt door het toekennen van een certificaat, op verzoek, aan bureaus die outplacementbegeleidingen aanbieden én kunnen aantonen dat er voldoende garantie is dat dit ook kwaliteitsvol gebeurt.. Vanaf 2010 t.e.m. 2013 ontvingen 57 bureaus het certificaat, waarvan 12 in 2013 en 5 verlengingen van het certificaat in 2013. 57 procent van de ex-werknemers die een outplacementbegeleiding bij een CERTO-gelabeld kantoor volgden in de periode augustus 2012 juni 2013 (meting 6 maanden na beëindiging van de begeleiding) stroomden uit naar werk. ( 6%-stijging t.o.v. de vorige meting ) 55 procent van de deelnemers aan de tevredenheidsmeting (periode jan-dec 2013) gingen tijdens of meteen na het outplacement aan het werk. ( 3%-daling t.o.v. 2012 ) 82,7 procent van de deelnemers aan de tevredenheidsmeting is tevreden over de globale kwaliteit van de outplacementbegeleiding. ( 5%-daling t.o.v. 2012 ) 99 procent van de bevraagde werkgevers beoordeelt de globale samenwerking met het outplacementkantoor als positief. ( status quo t.o.v. 2012 ) De kwaliteitsbewaking en borging in het kader van CERTO maakt onderwerp uit van de Werkgroep Kwaliteit beleidsdomein WSE. In afwachting van de resultaten van de Werkgroep, intensifieert CERTO vandaag reeds zijn inspanningen op het vlak van kwaliteitsbewaking en borging. Dit concretiseert zich in het wijzigen van de aanvraagprocedure tot certificering (hoofdstuk D.2.), en in het wijzigen van de aanvraagprocedure tot verlenging van het certificaat (hoofdstuk D.2). Deze wijzigingen gaan in op 1 september 2014. Herwig Muyldermans Voorzitter CERTO Fons Leroy Ondervoorzitter CERTO 1

Inhoudstafel Voorwoord A. Achtergrond 3 B. Taken 3 C. Werking 4 D. Activiteiten 2013 4 1. Aanvragen, goedkeuringen en verlengingen 4 2. Wijziging aanvraagrocedures certificering en verlenging vanaf 01/09/2014 5 3. Registratie in Mijn Loopbaan voor partners (MLP) van VDAB 6 4. Evaluatie van de beroepskennis van de outplacementconsulenten 6 5. Tevredenheidsmeting 6 6. Uitstroomresultaten van de outplacementbegeleiding 8 7. Klachten 8 E. Conclusie 2013 8 Bijlage Tabel 1 + 2 + 3 + 4 9-10-11 2

A. Achtergrond In 2009 besliste de Vlaamse minister van Werk om een kwaliteitslabel voor outplacementkantoren te voorzien. De Europese dienstenrichtlijn stelt immers dat een overheid geen beperkingen mag opleggen aan een bedrijf dat de markt wil betreden. Voor de outplacementsector had dit tot gevolg dat de voorafgaandelijke erkenning door de Vlaamse overheid, vereist om outplacementbegeleiding te kunnen aanbieden, in het Vlaamse gewest niet meer behouden kon blijven. De Vlaamse minister van werk gaf VDAB en Federgon de opdracht om een certificeringsorgaan voor bureaus die outplacementactiviteiten verstrekken in het leven te roepen, wat resulteerde in de oprichting van het CERTO op 11/12/2009. Het certificaat kan op vrijwillige basis behaald worden, wat betekent dat de outplacementbureaus op eigen initiatief een aanvraag tot het verkrijgen van het certificaat moeten indienen. Door het verwerven van het certificaat dat dit orgaan uitreikt, kunnen outplacementbureaus de kwaliteit van hun diensten aan de betrokken bedrijven en werknemers garanderen. Het is een duidelijke aanwijzing voor de gebruikers van outplacement dat het bureau een minimum aan kwaliteit biedt. Dit zowel voor de werkgever die outplacement aankoopt als de werknemers die de begeleiding genieten. Enkel de outplacementbegeleiding die plaatsvindt ikv een tewerkstellingscel, nl. de collectieve outplacementbegeleiding, wordt gemonitord. Het gaat hierbij dan zowel om outplacementbegeleiding die wordt aangeboden nav een collectief ontslag, via de werkgever, als nav een faillissement via het Sociaal Interventiefonds. De keuze om de monitoring te beperken tot de collectieve outplacementbegeleiding is gebaseerd op het resultaat van de besprekingen in de SERV werkgroep "Arbeidsmarktbeleid", bespreking van de nota Kwaliteit van het outplacement op 08/06/2009. Het certificaat wordt toegekend op het niveau van het outplacementkantoor, op basis van volgende criteria: - het onderschrijven en naleven van een gedragscode; - de bereidheid om de begeleiding te registreren in MLP van VDAB; - de evaluatie van de beroepskennis van de outplacementconsulenten; - de bereidheid om mee te werken aan een tevredenheidsmeting bij de begeleide kandidaten en bij de werkgevers; - de medewerking aan de klachtenprocedure. Kwaliteit waarborgen is een permanente zorg en impliceert niet aflatende inspanningen. Het certificeringsorgaan kan dan ook beslissen het certificaat in te trekken als het bureau niet langer beantwoordt aan de vooropgestelde kwaliteitsnormen. Vanaf 01/09/2014 wordt de aanvraagprocedure tot certificering en aanvraagprocedure tot verlenging gewijzigd zoals in detail beschreven in Hoofdstuk D.2. Voor de aanvraagprocedure tot certificering zal het outplacementbureau voortaan ook een verklaring onderschrijven waarin wordt bevestigd dat het aan outplacementactiviteiten doet of zal doen, en zal het bureau hiernaast aan alle beschreven criteria moeten voldoen vooraleer een aanvraag te kunnen indienen bij VDAB om toegang te verkrijgen tot MLP. Voor de aanvraagprocedure tot verlenging betekent dit dat het bureau opnieuw de aanvraagprocedure tot certificering moet volgen. B. Taken De taken van het certificeringsorgaan CERTO zijn vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst tussen Federgon en VDAB. De belangrijkste taak is het waarborgen van de kwaliteit van de outplacementbegeleiding door het toekennen van een certificaat aan bureaus die outplacementactiviteiten verstrekken en hierom verzoeken. Hiertoe zal ze volgende acties ondernemen: 3

- Opstellen en monitoren van de kwaliteitsnormen met betrekking tot het verloop, de plaats en de inhoud van de begeleiding, de afstemming van de begeleiding aan de persoon in begeleiding, de opvolging bij een opleiding/uitstroom naar werk, de herinstapgarantie en de naleving van de privacy-wetgeving. - Opstellen van een gedragscode met criteria die bepalen wat een duidelijk, transparant en kwalitatief outplacementaanbod is met betrekking tot volgende aspecten: het verloop, de plaats en de inhoud van de begeleiding, de afstemming van de begeleiding aan de persoon in begeleiding, de opvolging bij een opleiding/uitstroom naar werk, de herinstapgarantie en de naleving van de privacy-wetgeving. - Opstellen van een beroepsprocedure voor bureaus die outplacementactiviteiten verstrekken, tegen een negatieve beslissing van het certificeringsorgaan. - Opstellen van een klachtenprocedure waar zowel de werkgever als de ex-werknemer terecht kan indien er klachten zijn met betrekking tot een bureau dat outplacementactiviteiten verstrekt. - Opstellen en monitoring van de uitstroomresultaten van de outplacementbegeleiding - Toetsen van de dienstverlening van het bureau dat outplacement verstrekt, aan de kwaliteitsnormen voor certificering door het certificeringsorgaan. Dit gebeurt op een onafhankelijke en objectieve wijze. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van het toegestuurde aanvraagdossier, een tevredenheidsmeting die zowel bij de ex-werknemer in begeleiding gebeurt, als de werkgever, analyse van de toegekomen klachten bij de VDAB en Federgon en de uitstroomresultaten van de outplacementbegeleiding. - Aanmoedigen van de bureaus die outplacementactiviteiten verstrekken tot een voortdurende ontwikkeling naar kwaliteitsvolle outplacementbegeleiding. - Toezien op het naleven van de gedragscode en de klachtenprocedure. - Inrichting en organisatie van opleidingen noodzakelijk om het certificaat te behalen zoals o.a. opleidingen cliëntvolgsysteem -registratie. C. Werking De dagelijkse werking van CERTO is vastgelegd in een huishoudelijk reglement. Dit reglement bepaalt: - de aanduiding van de voorzitter en ondervoorzitter; - de bevoegdheden van de voorzitter en ondervoorzitter; - de wijze van bijeenroeping en beraadslaging; - de periodiciteit van de vergaderingen; - de bekendmaking van de handelingen; - het minimaal aanwezige aantal leden om geldig te vergaderen. D. Activiteiten 2013 1. Aanvragen, goedkeuringen en verlengingen Om het certificaat te behalen moet het outplacementkantoor het formulier aanvraag tot certificering invullen en volgende bijlagen toevoegen: 4

- een exemplaar van de gedragscode van het CERTO, ondertekend door de verantwoordelijke van het outplacementbureau; - een kopie van het contract gesloten met de VDAB in verband met het gebruik van Mijn Loopbaan voor partners (MLP, voordien CVS) - een lijst van consulenten die de MLP-opleiding gevolgd hebben of zullen volgen - een lijst van consulenten die geslaagd zijn of nog moeten slagen voor de bekwaamheidstest. Vanaf 2010 t.e.m. 2013 ontvingen 57 bureaus het certificaat, waarvan 12 in 2013 en 5 verlengingen van het certificaat in 2013. 2. Wijzigingen aanvraagprocedures certificering en verlenging vanaf 01/09/2014 Vanaf 01/09/2014 wordt de aanvraagprocedure tot certificering en toekenningsprocedure tot verlenging gewijzigd zoals in detail beschreven in Hoofdstuk D.2. Voor de aanvraagprocedure tot certificering zal het outplacementbureau voortaan ook een verklaring onderschrijven waarin wordt bevestigd dat het aan outplacementactiviteiten doet of zal doen, en zal het bureau hiernaast aan alle beschreven criteria moeten voldoen vooraleer een aanvraag te kunnen indienen bij VDAB om toegang te verkrijgen tot MLP. Voor de aanvraagprocedure tot verlenging betekent dit dat het bureau opnieuw de aanvraagprocedure tot certificering moet volgen. Met deze wijzigingen wil CERTO garanderen dat de aanvrager aan de nodige kwaliteiten beantwoordt De gewijzigde aanvraagprocedure tot certificering (in chronologische volgorde) : a. Het kantoor verklaart schriftelijk outplacementactiviteiten uit te voeren of te zullen uitvoeren b. Het kantoor ondertekent een exemplaar van de gedragscode van het CERTO c. Het kantoor kan schriftelijk bewijzen dat de consulenten voldoen aan de kwaliteitsvereisten op het vlak van de beroepskennis, zoals beschreven in D.4. d. Het kantoor ontvangt een attest van het certificeringsorgaan waarmee a+b+c worden bevestigd e. Het kantoor vraagt bij VDAB toegang tot MLP aan, mits voorleggen van het hierboven beschreven attest in punt d. f. Het kantoor beantwoordt aan de MLP-voorwaarden (vnl. de betrokken consulenten hebben een MLP-opleiding gevolgd) en ontvangt van VDAB een kopie van het MLP-contract. g. Het kantoor legt aan het certificeringsorgaan het MLP-contract voor, samen met een lijst van consulenten die de MLP-opleiding succesvol hebben gevolgd. h. Het CERTO-certificaat wordt verleend. De gewijzigde aanvraagprocedure tot verlenging van het certificaat: i. Het kantoor verklaart op eer outplacementactiviteiten te hebben uitgevoerd in de voorbije certificaatsperiode. ii. Het kantoor ondertekent opnieuw een exemplaar van de gedragscode van het CERTO iii. Indien van toepassing, kan het kantoor schriftelijk bewijzen dat nieuwe consulenten voldoen aan de kwaliteitsvereisten op het vlak van de beroepskennis, zoals beschreven in D.4. iv. Indien er nieuwe consulenten zijn die de MLP-opleiding moeten volgen, ontvangt het kantoor een attest van het certificeringsorgaan waarmee i.+ii.+iii.worden bevestigd i.f.v. de aanvraag bij VDAB tot de MLP-opleiding. v. Het kantoor legt daarna aan het certificeringsorgaan een lijst voor van nieuwe consulenten die de MLP-opleiding succesvol hebben gevolgd. vi. Het CERTO-certificaat wordt verlengd. 5

3. Registratie in Mijn Loopbaan voor partners (MLP) van VDAB Aan de gecertificeerde outplacementkantoren wordt gevraagd om hun begeleidingen te registreren in MLP.. Of dit effectief gebeurt, wordt opgevolgd door de verantwoordelijken van de tewerkstellingscel. 4. Evaluatie van de beroepskennis van de outplacementconsulenten Eén van de kwaliteitsvereisten die het CERTO bekijkt, is de beroepskennis van outplacementconsulenten met minder dan 3 jaar beroepservaring. Dit gebeurt aan de hand van een test met 35 vragen die zowel juridische kennis, als kennis over de dienstverlening van bevoegde instanties ikv tewerkstellingscellen, privacy en documenten handelt. Mogelijke scenario s met betrekking tot de bekwaamheidstest: - Geen enkele consulent van het kantoor moet een examen afleggen Er wordt geen rekening gehouden met deze voorwaarde van de bekwaamheidstest - Een (aantal) consulent(en) moet een examen afleggen De verantwoordelijke van het outplacementkantoor ontvangt de resultaten van de test. 1. De consulent is geslaagd Via de verantwoordelijke van het outplacementkantoor ontvangt de consulent een attest dat hij/zij geslaagd is voor deze test. 2. De consulent is niet geslaagd. De verantwoordelijke van het outplacementkantoor schrijft de consulent opnieuw in om de bekwaamheidstest af te leggen binnen de drie maanden na het versturen van de testresultaten door CERTO. 80% van de consulenten van een outplacementkantoor die de test dienen af te leggen, moeten geslaagd zijn voor de bekwaamheidstest opdat het outplacementbureau een certificaat kan verkrijgen. In 2013 werden 12 nieuwe certificaten uitgegeven en 5 certificaten verlengd. 127 consulenten werden getoetst, waarvan 67% slaagden. (in 2012 76%) 5. Tevredenheidsmeting Het CERTO-certificaat heeft enkel betrekking op outplacementbegeleiding opgevolgd in een tewerkstellingscel (= collectieve outplacementbegeleiding). De tevredenheidsmeting gebeurt alleen bij die bedrijven/werknemers die collectieve outplacementbegeleiding genoten hebben bij één van de gecertificeerde kantoren. Er zijn twee tevredenheidsenquêtes: één voor de deelnemer die de outplacementbegeleiding genoot, en een andere voor de werkgever die de begeleiding aanbood. In deze vragenlijst wordt gepeild naar de dienstverlening van het outplacementkantoor dat een certificaat heeft behaald. a) Tevredenheidsmeting (ex)-werknemers Ex-werknemers die hebben deelgenomen aan een collectieve outplacementbegeleiding, georganiseerd door een CERTO - gecertificeerd kantoor, krijgen op het einde van de voorziene outplacementbegeleiding een enquête via mail toegestuurd. Totale doelgroep : In de periode januari - december 2013 beëindigen 3.357 personen hun outplacementbegeleiding. In vergelijking met 2012 is dit een quasi status quo (3.329). 6

Responsgroep : 746 beantwoorden de enquête ifv de tevredenheidsmeting, wat een hogere responsgraad (22%) vertegenwoordigt dan in 2012 (18%) (tabel 1) Kenmerken van de totale doelgroep (3.357) en van de responsgroep (746) Totale doelgroep : Leeftijdsgroepen : T.o.v. 2012 daalt het procentueel aandeel 50+ met 6 %, ten voordele van de groep -45j (+ 6 %). Scholingsgraad : Daarnaast zien we een procentuele toename van de midden en hooggeschoolden (respect. + 4% en 2%) terwijl het aandeel van laaggeschoolden daalt met 5,8%. Woonplaats : Wat de woonplaats betreft, is er een toename van het procentuele aandeel ex-werknemers in het outplacement in Limburg (+5%) en Oost-Vlaanderen (+4,5%) en een afname in West-Vlaanderen (-5%) Responsgroep i.vgl. met de totale doelgroep : Leeftijdsgroepen : i.t.t. de totale doelgroep ligt het procentuele aandeel van 50+ veel hoger (46;7% tov 36,4%), en het aandeel -45j lager (32,6% tov 33,8%) Scholingsgraad : Bij de responsgroep ligt het aandeel laaggeschoolden 3% lager. Woonplaats : Wat de woonplaats betreft, beantwoordt de responsgroep aan de totale doelgroep qua procentuele verschuivingen, met uitzondering van Limburg (groter aandeel) (tabel 2) Kenmerken van de tevredenheidsmeting werknemers (responsgroep) Algemeen (op basis van meting) : De algemene tevredenheid van de betrokken werknemers daalt van 87,8 % naar 82,7%. De daling situeert zich voornamelijk op het vlak van de begeleiding zelf, en niet zozeer op het practische vlak. b) Tevredenheidsmeting werkgevers Na afloop van de tewerkstellingscel krijgen de werkgevers de mogelijkheid om een korte vragenlijst in te vullen over de samenwerking met het outplacementkantoor. De resultaten van deze bevraging hebben betrekking op de begeleiding waarvoor de werkgever zelf de kostprijs heeft betaald. Uiteraard kan er voor begeleidingen die zijn uitgevoerd en gefinancierd ikv het SIF geen enquête naar de werkgevers toe georganiseerd worden, en dus ook geen resultaten aangeleverd worden. (tabel 3) De algemene tevredenheid bij de werkgevers over de outplacementactiviteiten blijft status quo t.o.v. 2012. 7

6. Uitstroomresultaten van de outplacementbegeleiding Het resultaat van de outplacementbegeleiding is gebaseerd op de monitoring van de uitstroom naar werk en uit de werkloosheid 6 maanden na het einde van de voorziene duur van de outplacementbegeleiding. Vanaf 2012 wordt alleen de uitstroom naar werk gemeten (6 maanden na het beëindigen van het outplacementtraject) De duur van de outplacementbegeleiding verschilt bij collectieve outplacementbegeleiding. De duurtijd van de outplacementbegeleiding kan variëren tussen 3 en 24 maanden. Dit betekent dat ook de meting van de uitstroom op een verschillend tijdstip gebeurt, nl duur van de begeleiding + 6 maand. (tabel 4) Uitstroom naar werk na zes maanden : De uitstroom(naar werk)resultaten kennen in de periode aug 2012-juni 2013 een stijging van 7 procent (van 50,1 naar 57 %) t.o.v. de vorige meting. Dit ligt in dezelfde lijn als de tewerkstelling tijdens of na de outplacementbegeleiding (55%) 7. Klachten VDAB en Federgon ontvingen in 2013 geen klachten over het verstrekte outplacement. E. Conclusie 2013 In 2013 stijgt het aantal gecertificeerde kantoren opnieuw, wat wijst op het belang en de waarde dat de outplacementkantoren en hun klanten hechten aan het CERTO-certificaat. Daarnaast stijgt de uitstroom naar werk (na zes maanden) met 6 procent en blijft de globale tevredenheid van zowel (ex)werknemers als werkgevers over de outplacementactiviteiten zeer hoog (resp. 82,7 en 99 procent). Kwaliteitsbewaking en borging blijft ook voor 2014 het speerpunt van CERTO. In afwachting van de resultaten van de Werkgroep Kwaliteit Beleidsdomein WSE, intensifieert CERTO vandaag reeds zijn inspanningen op het vlak van kwaliteitsbewaking en borging. Dit concretiseert zich in het wijzigen van de aanvraagprocedure tot certificering (hoofdstuk D.2.), en in het wijzigen van de aanvraagprocedure tot verlenging van het certificaat (hoofdstuk D.2). Deze wijzigingen gaan in op 1 september 2014. 8

Bijlage: Resultaten tevredenheidsmeting en uitstroomresultaten Tabel 1: Totale doelgroep en aantal ingevulde enquêtes Certo 2013 bij ontslagen werknemers volgens geslacht, leeftijd, scholingsniveau en woonplaats Geslacht N-enquête % enquête 2012 Aantal totaal % totaal 2012 M 444 59,5 59,6 2.064 61,5 63,9 V 302 40,5 40,4 1.293 38,5 36,1 Totaal 746 100,0 3.357 100,0 3329 Leeftijd -45 jaar 243 32,6 33,8 1.488 44,3 38,3 45 tot -50 jaar 137 18,4 19,4 647 19,3 18,4 50 jaar en + 366 49,1 46,7 1.222 36,4 43,3 Totaal 746 100,0 3.357 100,0 Scholingsniveau Laaggeschoold 236 31,6 28,0 1.223 34,4 40,2 Middengeschoold 344 46,1 46,4 1.596 44,9 41,1 Hooggeschoold 166 22,3 25,6 738 20,7 18,7 Totaal 746 100,0 3.557 100,0 Woonplaats Antwerpen 250 33,5 39,7 1.056 31,5 32,6 Limburg 165 22,1 17,1 635 18,9 13,9 Niet Vlaanderen 7 0,9 1,0 104 3,1 7,1 Oost-Vlaanderen 141 18,9 12,7 695 20,7 15,0 Vlaams-Brabant 98 13,1 12,6 466 13,9 14,3 West-Vlaanderen 85 11,4 16,9 401 11,9 17,2 Totaal 746 100 3.357 100 Responsgraad 22,2 9

Tabel 2: Antwoorden op vragen tevredenheidsmeting CERTO 2013 bij ex-deelnemers procentueel Vraag Onvoldoende Goed Outplacement praktisch Wat vindt u van de bereikbaarheid (locatie, openingsuren, telefonisch, e-mail, gsm,...) van het outplacementbureau? 8,5 91,5 Wat vindt u van de infrastructuur (werkplek)? 6,3 93,7 Wat vindt u van de aangeboden werkmiddelen (pc, printer, internet, )? Wat vindt u van de kwaliteit van de informatiebronnen die u tijdens de outplacementbegeleiding kon raadplegen? 25,7 74,3 19,0 81,0 Outplacement - begeleider Wat vindt u van de bekwaamheid van de begeleider(s)? 8,3 91,7 Wat vindt u van de kennis van uw begeleider(s) op het gebied van beroepen en de arbeidsmarkt? 14,0 86,0 Kon u bij uw begeleider(s) terecht met vragen of problemen? 8,0 92,0 Outplacement - begeleiding Heeft u in het eerste contact duidelijke informatie gekregen over wat u kon verwachten van de outplacementbegeleiding? In welke mate was de begeleiding gericht op wat u persoonlijk nodig had? Wat vindt u van de globale kwaliteit van de outplacementbegeleiding? 11,0 89,0 23,5 76,5 17,3 82,7 Tabel 3: Antwoorden op vragen tevredenheidsmeting CERTO 2013, bij werkgevers procentueel Vraag Heeft u op voorhand duidelijke informatie gekregen over de outplacementbegeleiding? Heeft het outplacementkantoor kennis genomen van de profielen van de te begeleiden kandidaten? Werden de vorderingen van de outplacementbegeleiding regelmatig teruggekoppeld? Hoe beoordeelt u de globale samenwerking met het outplacementkantoor? Onvoldoende Goed 0,0 100,0 0,0 100,0 1,0 99,0 1,0 99,0 1 0

Tabel 4: Uitstroom naar werk 6 maanden na het beëindigen van de voorziene outplacementbegeleiding bij collectieve outplacementbegeleiding door CERTO Periode einde outplac. Aantal Uitstroom % 2011 2.795 49,3 jan-juli 2012 662 50,1 aug 2012-juni 2013 2.638 57,0 1 1