RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 september 2004 (23.09) (OR. fr) 12609/04 FISC 163. VOORSTEL de Commissie d.d.: 20 september 2004 Betreft:

Vergelijkbare documenten
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 april 2005 (07.04) (OR. fr) 7843/05 FISC 38

11558/02 jv 1 DG G I

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 juni 2006 (07.06) (OR. en) 10121/06 FISC 87

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 april 2015 (OR. en)

PUBLIC. Brussel, 2 juni 2003 (11.06) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. 9919/03 Interinstitutioneel dossier: 2002/0286 (CNS) LIMITE FISC 87 ENER 164

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 augustus 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2017 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 augustus 2017 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 maart 2004 (22.03) (OR. fr) 7537/04 EEE 19 ENV 173 TRANS 123 MI 85

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 december 2012 (OR. en) 17603/12 FISC 194

Raad van de Europese Unie Brussel, 28 juli 2017 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

12227/01 CS/dm DG G NL

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 april 2010 (OR. en) 9107/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0100 (NLE) FISC 39

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 3 juni 2015 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 september 2004 (OR. fr) 12704/04 COMER 168

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 maart 2006 (29.03) (OR. en) 7813/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0037 (CNS)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375. VOORSTEL de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft:

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2011 (11.05) (OR. en) 9964/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0104 (NLE) FISC 52

PUBLIC 10927/03 Interinstitutioneeldosier: 2002/0286(CNS)

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 16 december 1999 (22.12) (OR. f) 14156/99 LIMITE FISC 265

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 oktober 2014 (OR. en)

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 november 2015 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 augustus 2016 (OR. en)

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166

12967/17 JVB/bb/sht DGG 2B

Raad van de Europese Unie Brussel, 22 september 2017 (OR. en)

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 maart 2002 (13.03) (OR. fr) 7122/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0056 (ACC) PECOS 68 PECHE 61

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 oktober 2005 (06.10) (OR. en) 12916/05 Interinstitutioneel dossier: 2005/0195 (CNS) ECOFIN 300 RELEX 496

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 juli 2003 (08.07) (OR. fr) 11193/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0142 (CNB) ECOFIN 206 UEM 120

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 15 februari 2013 (OR. en) 6486/13 Interinstitutioneel dossier: 2013/0043 ( LE) FISC 30

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

15537/02 jg 1 DG B I

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 september 2001 (25.09) (OR. fr) 12015/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0206 (ACC) M 28 PECHE 177

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 mei 2010 (18.05) (OR. en) 9846/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0123 (NLE) EEE 18 BUDGET 30 MI 149

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) 7244/02. Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) LIMITE UD 17

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 september 2009 (24.09) (OR. en) 13632/09 PECHE 231

BIJLAGE BIJLAGE VIII

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 juni 2008 (12.06) (OR. fr) 10351/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0108 (CNS) AGRIORG 52

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2001) 1829 def.

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2002) 38 def.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 juni 2005 (OR. en) 9550/05 UEM 130 ECOFIN 175

6850/08 AL/mg DG C I

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2008) 507 definitief.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 november 2003 (14.11) (OR. fr) 14725/03 Interinstitutioneel dossier: (CNS) 2003/0271 AGRIORG 73 AGRIFIN 143

Raad van de Europese Unie Brussel, 29 april 2016 (OR. en)

Publicatieblad van de Europese Unie L 331/13

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 februari 2006 (OR. fr) 5828/06 AGRIORG 17 OC 100

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 juli 2006 (27.07) (OR. en) 12036/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0121 (AVC)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en)

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2003) 1127 def.

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 april 2003 (OR. fr) 8358/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/0075 (ACC) UD 55 PECHE 161

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 juli 2010 (05.08) (OR. en) 12675/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0206 (APP)

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 9 juli 1992 *

Raad van de Europese Unie Brussel, 21 april 2017 (OR. en)

Transcriptie:

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 22 september 2004 (23.09) (OR. fr) 12609/04 FISC 163 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 20 september 2004 Betreft: Voorstel voor een beschikking van de Raad waarbij Frankrijk en Italië worden gemachtigd een maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 3, lid 1, van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting Hierbij gaat voor de delegaties het voorstel van de Commissie dat bij brief van mevrouw Patricia BUGNOT aan de heer Javier SOLANA, secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger, is toegezonden. Bijlage: COM(2004) 598 def. 12609/04 rv 1 DG G I NL

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 20.09.2004 COM(2004) 598 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD waarbij Frankrijk en Italië worden gemachtigd een maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 3, lid 1, van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting (door de Commissie ingediend) NL NL

TOELICHTING 1. Overeenkomstig artikel 27 van de Zesde Richtlijn van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag 1 kan de Raad op voorstel van de Commissie met eenparigheid van stemmen elke lidstaat machtigen bijzondere, van de bepalingen van deze richtlijn afwijkende maatregelen te treffen, teneinde de belastingheffing te vereenvoudigen of bepaalde vormen van belastingfraude of -ontwijking te voorkomen. 2. Bij brief, gericht aan de Commissie en ingekomen bij het secretariaat-generaal van de Commissie op 24 maart 2004, hebben de Franse en Italiaanse regering verzocht een maatregel te mogen toepassen die afwijkt van artikel 3 van Richtlijn 77/388/EEG. 3. De Commissie heeft, overeenkomstig artikel 27, lid 2, van de Zesde Richtlijn, de overige lidstaten bij brief van 1 juni 2004 van het verzoek van de Franse en Italiaanse regering in kennis gesteld en Frankrijk en Italië bij brief van 3 juni 2004 meegedeeld dat zij over alle gegevens beschikte die zij nodig achtte voor de beoordeling van het verzoek. 4. Tussen Frankrijk en Italië liggen twee tunnels, die van de Mont Blanc en die van Fréjus. De staatsgrens bevindt zich in de tunnels, maar het zou onpraktisch zijn om daar de tol te heffen. In het huidige artikel 3, lid 1, eerste streepje, van Richtlijn 77/388/EEG is bepaald dat onder het grondgebied van een lidstaat het binnenland wordt verstaan. Volgens de huidige regels moet de maatstaf van heffing van de tol derhalve aanknopen bij de respectieve lengte van de tunnel in beide staten. Aangezien tolheffing bij de in- en uitgangen aan weerszijden van de tunnel, zodat iedere lidstaat zijn deel van de tol kan innen, duur zou zijn en storend zou werken, wordt de tol voor het gehele traject geheven aan de respectieve ingang van de tunnel. Voor iedere reis door de tunnel zouden twee tolbedragen en twee verschillende BTW-tarieven in rekening moeten worden gebracht, namelijk voor het Franse respectievelijk het Italiaanse grondgebied. Bovendien zouden de maatstaf van heffing en de BTW nadien tussen de twee lidstaten moeten worden opgesplitst. De BTW is daardoor een bijkomende complicerende factor in een al ingewikkeld financieel compensatiemechanisme waarbij de exploitatiekosten voor de tunnel worden verdeeld. 5. Bovengenoemde situatie vormt een zware last voor de betrokken overheden en brengt ook voor de belastingbetaler hoge kosten met zich mee. Deze moet immers werken met één enkele factuur waarop twee verschillende tarieven en twee verschillende maatstaven van heffing vermeld zijn. Dat verzwaart de lasten voor de belastingbetaler, die zich tot twee overheden moet wenden in plaats van tot een enkele, bijvoorbeeld bij een verzoek om teruggaaf. 6. De door Frankrijk en Italië gevraagde derogatie strekt ertoe machtiging te verkrijgen voor een derogatie van artikel 3 van Richtlijn 77/388/EEG ter zake van de tunnel van 1 PB L 145 van 13.6.1977, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/15/EG (PB L 52 van 21.2.2004, blz. 61). NL 2 NL

de Mont Blanc en de tunnel van Fréjus. Voor beide tunnels willen de twee staten het volledige wegtraject in de tunnel aanmerken als het grondgebied van de staat waar de reis door de tunnel via de weg begint. De Franse exploitant zal de Franse BTW heffen over de volledige tol voor alle reizen die aan de Franse zijde beginnen. Dezelfde procedure zal door de Italiaanse exploitant worden toegepast op alle reizen die aan Italiaanse zijde beginnen. Deze derogatie ziet uitsluitend op de heffing van tolgelden en strekt ertoe de wijze waarop de BTW wordt berekend en voldaan, te vereenvoudigen. Zij laat het BTW-gebied van Italië of Frankrijk ter zake van alle andere leveringen van goederen en diensten onverlet. 7. De voorgenomen maatregel moet de bovenbeschreven problemen oplossen door middel van een vereenvoudiging van de regeling voor de betaling van de belasting en is hoofdzakelijk technisch van aard. Hij heeft geen negatieve gevolgen voor de eigen middelen van de Gemeenschappen en is evenmin van invloed op het BTW-bedrag dat verschuldigd is in het stadium van het eindverbruik. 8. Gezien het bovenstaande is de Commissie van oordeel dat de door Italië en Frankrijk gevraagde derogatie aan de voorwaarden van artikel 27, lid 1, voldoet en moet worden toegestaan. 9. Aangezien deze kwestie ziet op de definitie van het grondgebied voor BTWdoeleinden, ten aanzien waarvan geen verdere wijzigingen te verwachten zijn, moet de gevraagde derogatie voor onbepaalde tijd worden toegestaan. NL 3 NL

Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD waarbij Frankrijk en Italië worden gemachtigd een maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 3, lid 1, van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en met name op artikel 227, Gelet op de Zesde Richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag 2, en met name op artikel 27, Gezien het voorstel van de Commissie 3, Overwegende hetgeen volgt: (1) Overeenkomstig artikel 27 van de Zesde Richtlijn van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag 4 kan de Raad op voorstel van de Commissie met eenparigheid van stemmen elke lidstaat machtigen bijzondere, van de bepalingen van deze richtlijn afwijkende maatregelen te treffen, teneinde de belastingheffing te vereenvoudigen of bepaalde vormen van belastingfraude of -ontwijking te voorkomen. (2) Bij brief, gericht aan de Commissie en ingekomen bij het secretariaat-generaal van de Commissie op 24 maart 2004, hebben de Franse en Italiaanse regering verzocht een maatregel te mogen toepassen die afwijkt van artikel 3 van Richtlijn 77/388/EEG. (3) De Commissie heeft, overeenkomstig artikel 27, lid 2, van de Zesde Richtlijn, de overige lidstaten bij brief van 1 juni 2004 van het verzoek van de Franse en Italiaanse regering in kennis gesteld en Frankrijk en Italië bij brief van 3 juni 2004 meegedeeld dat zij over alle gegevens beschikte die zij nodig achtte voor de beoordeling van het verzoek. 2 3 4 PB L 145 van 13.6.1977, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/15/EG (PB L 52 van 21.2.2004, blz. 61). PB C [ ] van [ ], blz. [ ]. PB L 145 van 13.6.1977, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2003/92/EG (PB L 260 van 11.10.2003, blz. 8). NL 4 NL

(4) Tussen Frankrijk en Italië liggen twee tunnels, die van de Mont Blanc en die van Fréjus. De staatsgrens bevindt zich in de tunnels, maar het zou onpraktisch zijn om daar de tol te heffen. In het huidige artikel 3, lid 1, eerste streepje, van Richtlijn 77/388/EEG is bepaald dat onder het grondgebied van een lidstaat het binnenland wordt verstaan. Volgens de huidige regels moet de maatstaf van heffing van de tol derhalve aanknopen bij de respectieve lengte van de tunnel in beide staten. Aangezien tolheffing bij de in- en uitgangen aan weerszijden van de tunnel, zodat iedere lidstaat zijn deel van de tol kan innen, duur zou zijn en storend zou werken, wordt de tol voor het gehele traject geheven aan de respectieve ingang van de tunnel. Voor iedere reis door de tunnel zouden twee tolbedragen en twee verschillende BTW-tarieven in rekening moeten worden gebracht, namelijk voor het Franse respectievelijk het Italiaanse grondgebied. Bovendien zouden de maatstaf van heffing en de BTW nadien tussen de twee lidstaten moeten worden opgesplitst. De BTW is daardoor een bijkomende complicerende factor in een al ingewikkeld financieel compensatiemechanisme waarbij de exploitatiekosten voor de tunnel worden verdeeld. (5) De door Frankrijk en Italië gevraagde derogatie strekt ertoe machtiging te verkrijgen voor een derogatie van artikel 3 van Richtlijn 77/388/EEG ter zake van de tunnel van de Mont Blanc en de tunnel van Fréjus. (6) Voor beide tunnels willen de twee staten het volledige wegtraject in de tunnel aanmerken als het grondgebied van de staat waar de reis door de tunnel via de weg begint. De Franse exploitant zal de Franse BTW heffen over de volledige tol voor alle reizen die aan de Franse zijde beginnen. Dezelfde procedure zal door de Italiaanse exploitant worden toegepast op alle reizen die aan Italiaanse zijde beginnen. (7) Deze derogatie ziet uitsluitend op de heffing van tolgelden en strekt ertoe de wijze waarop de BTW wordt berekend en voldaan, te vereenvoudigen. Zij laat het BTWgebied van Italië of Frankrijk ter zake van alle andere leveringen van goederen en diensten onverlet. (8) De voorgenomen maatregel moet de bovenbeschreven problemen oplossen door middel van een vereenvoudiging van de regeling voor de betaling van de belasting en is hoofdzakelijk technisch van aard. Hij heeft geen negatieve gevolgen voor de eigen middelen van de Gemeenschappen uit de BTW en is evenmin van invloed op het BTW-bedrag dat verschuldigd is in het stadium van het eindverbruik (9) Aangezien deze kwestie ziet op de definitie van het grondgebied voor BTWdoeleinden, ten aanzien waarvan geen wijzigingen te verwachten zijn, moet de gevraagde derogatie voor onbepaalde tijd worden toegestaan. HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN: Artikel 1 In afwijking van artikel 3 van Richtlijn 77/388/EEG worden Frankrijk en Italië gemachtigd het volledige wegtraject in de tunnels van de Mont Blanc en van Fréjus aan te merken als deel van het grondgebied van de lidstaat waar de reis via de weg begint. NL 5 NL

Artikel 2 Artikel 1 ziet uitsluitend op de heffing van tol voor de tunnels. Artikel 3 Deze beschikking is gericht tot de Franse Republiek en de Italiaanse Republiek. Gedaan te Brussel, [ ] Voor de Raad De voorzitter NL 6 NL