ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296

Vergelijkbare documenten
ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

LJN: BM6944, Gerechtshof Leeuwarden, Print uitspraak

Uitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHDHA:2015:84

ECLI:NL:GHLEE:2010:BL7457 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHDHA:2016:935

ECLI:NL:GHSHE:2015:2029

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

ECLI:NL:GHLEE:2010:BM4290 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993

ECLI:NL:GHDHA:2017:2291

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775

ECLI:NL:GHLEE:2010:BM5215 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355

ECLI:NL:GHAMS:2016:3674

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273

ECLI:NL:GHAMS:2014:2785 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO1674 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:OGEAA:2016:411

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

Strafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid:

ECLI:NL:RBDHA:2014:1006

ECLI:NL:GHAMS:2016:2091 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBNNE:2015:6277

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341

ECLI:NL:GHSHE:2015:738

ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ3383

ECLI:NL:GHARL:2017:2188

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016.

ECLI:NL:GHAMS:2014:264

ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011

ECLI:NL:GHSHE:2007:BA1899

ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193

ECLI:NL:RBNNE:2017:1473

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHARN:2007:208

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 2 februari 2016 TEGENSPRAAK Promis

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

ECLI:NL:GHDHA:2015:1193

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 1 december 2015 TEGENSPRAAK. Promis

GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken

ECLI:NL:GHARL:2017:6481

ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ2356

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692

ECLI:NL:RBUTR:2008:BC6472

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 16 februari 2017 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:GHDHA:2014:2351

ECLI:NL:GHLEE:2010:BN1717 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHARN:2008:BG4042

ECLI:NL:RBALK:2010:BO9234

ECLI:NL:RBARN:2001:AD4391

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511

ECLI:NL:GHAMS:2016:1483 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBLEE:2000:AA5099

ECLI:NL:GHAMS:2015:3559 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992

ECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293

ECLI:NL:RBZUT:2003:AH9598

ECLI:NL:GHDHA:2014:205

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499

ECLI:NL:HR:2010:BO2558

ECLI:NL:RBSHE:2010:BL6745

ECLI:NL:GHARN:2009:BH3792

ECLI:NL:RBGRO:2007:BC0348

ECLI:NL:GHSGR:2009:BK5287

ECLI:NL:GHSGR:2008:BO1540

ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ0508

ECLI:NL:RBASS:2012:BW7835

Uitspraak RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE SECTOR STRAFRECHT MEERVOUDIGE KAMER (VERKORT VONNIS)

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ9218

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 21 januari 2016.

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 10 februari 2015.

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK1553 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ1116

ECLI:NL:GHSHE:2017:2269

ECLI:NL:RBOVE:2016:5187

ECLI:NL:RBDHA:2014:1284

ECLI:NL:GHAMS:2016:5666 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBROT:2016:10161


ECLI:NL:RBMNE:2016:7721

ECLI:NL:RBGEL:2016:1041

ECLI:NL:GHSHE:2009:BI3091

ECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.

ECLI:NL:GHAMS:2017:1213

ECLI:NL:GHDHA:2014:1798

Transcriptie:

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296 Instantie Datum uitspraak 05-11-2010 Datum publicatie 08-11-2010 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-000669-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger beroep Verdachte wordt ter zake van een tweetal overtredingen van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren veroordeeld tot een gedeeltelijk voorwaardelijke geldboete. Wetsverwijzingen Gezondheids- en welzijnswet voor dieren 37, geldigheid: 2010-11-05 Gezondheids- en welzijnswet voor dieren 96, geldigheid: 2010-11-05 Gezondheids- en welzijnswet voor dieren 121, geldigheid: 2010-11-05 Wet op de economische delicten, geldigheid: 2010-11-05 Regeling identificatie en registratie van dieren 16, geldigheid: 2010-11-05 Regeling identificatie en registratie van dieren 39, geldigheid: 2010-11-05 Vindplaatsen Rechtspraak.nl JDW 2010/44 met annotatie van Red. Uitspraak Parketnummer: 24-000669-10 Parketnummer eerste aanleg: 17-992381-09 Arrest van 5 november 2010 van het gerechtshof te Leeuwarden, economische kamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Leeuwarden van 1 maart 2010 in de strafzaak tegen: [verdachte], geboren op [1957] te [geboorteplaats], wonende te [woonplaats], [adres], verschenen in persoon. Het vonnis waarvan beroep De economische politierechter in de rechtbank Leeuwarden heeft de verdachte bij het vonnis wegens misdrijven veroordeeld tot een straf, zoals in dat vonnis omschreven.

Gebruik van het rechtsmiddel De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen. Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg. De vordering van de advocaat-generaal De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte ter zake van feit 1 en 2 zal veroordelen tot een geldboete van 1.000,-, subsidiair te vervangen door twintig dagen hechtenis. De beslissing op het hoger beroep Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen. Tenlastelegging Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat: 1. hij in de periode van 28 april 2009 tot en met 15 mei 2009, althans in de maanden april en mei 2009, te [plaats 1], in de gemeente [gemeente], althans in Nederland, al dan niet opzettelijk, vijf, althans een aantal, runderen heeft gehouden, (zulks) terwijl dat rund/die runderen niet overeenkomstig de Regeling identificatie en registratie van dieren was/waren geïdentificeerd en/of geregistreerd; 2. hij in de periode van 28 april 2009 tot en met 15 mei 2009, althans in de maanden april en mei 2009, te [plaats 1] en [ plaats 2], in de gemeente [gemeente], althans in Nederland, als houder van één of meer dieren, te weten meerdere runderen waaronder kalveren, alsmede enkele schapen, aan die dieren de nodige zorg heeft onthouden, immers - waren een zestal oudere runderen aangebonden, en zonder vaste droge ligplaats en/of - vertoonde een rund kreupelheid aan de rechtervoorpoot, waarbij de hoef niet tijdig was bijgesneden en/of - was er een schaap, waarbij de wol aan de achterzijde ernstig bevuild was met mest als gevolg van langdurige diarree en/of - was er een schaap dat ernstig was vermagerd en/of - was er een schaap dat met de linkerachterpoot een trekkende beweging maakte en daardoor kreupel liep en/of - waren er twee kalveren, die ziekteverschijnselen vertoonden, deze waren sterk vermagerd, vertoonden een afwijkende kromme houding en hadden diarreeverschijnselen.

Bewezenverklaring Het hof acht bewezen dat: 1. hij in de periode van 28 april 2009 tot en met 15 mei 2009 te [plaats 1], in de gemeente [gemeente], opzettelijk, vijf runderen heeft gehouden, zulks terwijl die runderen niet overeenkomstig de Regeling identificatie en registratie van dieren waren geïdentificeerd en geregistreerd; 2. hij in de periode van 28 april 2009 tot en met 15 mei 2009 te [plaats 1] en [ plaats 2], in de gemeente [gemeente], als houder van dieren, te weten meerdere runderen alsmede enkele schapen, aan die dieren de nodige zorg heeft onthouden, immers - was een zestal oudere runderen aangebonden en zonder vaste droge ligplaats en - vertoonde een rund kreupelheid aan de rechtervoorpoot, waarbij de hoef niet tijdig was bijgesneden en - was er een schaap, waarbij de wol aan de achterzijde ernstig bevuild was met mest als gevolg van langdurige diarree en - was er een schaap dat ernstig was vermagerd. Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1 en 2 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen. Kwalificatie Het bewezen verklaarde levert respectievelijk op de misdrijven: onder 1: overtreding van een voorschrift gesteld krachtens artikel 96 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, opzettelijk begaan; onder 2: zich gedragen in strijd met de voorschriften vastgesteld bij artikel 37 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Strafbaarheid Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht. Strafmotivering Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft zich in de periode van 28 april 2009 tot en met 15 mei 2009 schuldig gemaakt aan overtreding van de Regeling identificatie en registratie van dieren. Hij heeft een vijftal runderen in strijd met die Regeling opzettelijk niet - binnen de daarvoor gestelde

termijn - voorzien van een nieuw oormerk nadat de dieren één van hun twee oormerken hadden verloren. In zodanig geval dient binnen de termijn genoemd in artikel 16 van de Regeling, een tweede oormerk te worden aangebracht om te voorkomen dat een dier indien dit nog een merk verliest niet meer geoormerkt is. Verdachte heeft, hoewel hierop gewezen, dit nagelaten. Verdachte heeft hierdoor een regeling overtreden die tot stand is gekomen met het oog op de bestrijding van besmettelijke dierziekten. Verdachte heeft daarnaast op 28 april 2009 in strijd met het bepaalde in artikel 37 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren gehandeld. Bij een controle van verdachtes veehouderij door ambtenaren van de Algemene Inspectiedienst zijn diverse overtredingen geconstateerd. Zo is gebleken dat verdachte een zestal oudere runderen de nodige verzorging heeft onthouden door deze dieren niet de beschikking te geven over een droge en/of zindelijke ligplaats terwijl deze dieren aangebonden werden gehouden en derhalve zelf geen droge ligplaats konden opzoeken. Daarnaast vertoonde een rund kreupelheid omdat de hoef niet tijdig was bijgesneden, was er een schaap met langdurige diarree en een ernstig vermagerd schaap. Bij herhaalde controle op 15 mei 2009 is gebleken dat het schaap met langdurige diarree nog steeds dezelfde klachten vertoonde. Verdachte heeft aldus vanuit zijn functie als veehouder onvoldoende verantwoordelijkheid genomen voor het welzijn van de aan zijn zorg toevertrouwde en van die zorg afhankelijke dieren. Het hof heeft acht geslagen op een verdachte betreffend uittreksel uit het justitiële documentatieregister van 22 juli 2010, waaruit is gebleken dat verdachte eerder wegens (soortgelijke) strafbare feiten is veroordeeld. Gelet op het vorenstaande is het hof, met de advocaat-generaal, van oordeel dat de in eerste aanleg opgelegde geldboete een passende bestraffing vormt. Het hof zal die straf dan ook aan verdachte opleggen. Gelet op de draagkracht van verdachte, het feit dat sinds de bewezen verklaarde feiten zich kennelijk niet opnieuw soortgelijke feiten hebben voorgedaan en ter voorkoming daarvan in de toekomst, zal een gedeelte van de geldboete voorwaardelijk worden opgelegd. Toepassing van wetsartikelen Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 23, 24, 24a, 24c en 57 van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 1, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten, de artikelen 37, 96 en 121 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren en de artikelen 16 en 39 van de Regeling identificatie en registratie van dieren, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde. De uitspraak HET HOF, RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP: vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende: verklaart het verdachte onder 1 en 2 ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart deze feiten en verdachte strafbaar; verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1 en 2 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij; veroordeelt verdachte [verdachte] tot een geldboete van duizend euro; beveelt dat vervangende hechtenis voor de duur van twintig dagen zal worden toegepast, indien noch

volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt; beveelt, dat van de geldboete een gedeelte van vijfhonderd euro, subsidiair tien dagen hechtenis, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond, dat veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd van twee jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt; bepaalt dat het onvoorwaardelijke deel van de geldboete mag worden voldaan in vijf opeenvolgende??nmaandelijkse termijnen elk groot honderd euro. Dit arrest is aldus gewezen door mr. W.M. van Schuijlenburg, voorzitter, mr. O. Anjewierden en mr. G.M. Meijer-Campfens, in tegenwoordigheid van mr. M. Koster als griffier.