Gemeente Boxmeer I-SZ/2012/724 / RIS (6)

Vergelijkbare documenten
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Cuijk 2012 A

gelet op artikel 8 lid 1 onderdeel d, artikel 8 lid 2 onderdeel b en artikel 36 van de Wet werk en bijstand;

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden

Nr.: 8.3 Onderwerp: Aanpassing Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 september 2012

Verordening langdurigheidstoeslag 2012 concept

Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie. Bespreken. Kennis van nemen. Kaderstellen.

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2008 (Gemeenteblad 2008, nr. 367);

Gezien van voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014 met overneming van de daarin vermelde motieven;

VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG GEMEENTE BUREN

Verordening langdurigheidstoeslag. gemeente Veendam

VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG WWB 2013 GEMEENTE NOORD-BEVELAND

Nummer Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet BMWE 2015

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden

VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG WWB 2012

Verordening Langdurigheidstoeslag ISD BOL 2012

Verordening Individuele inkomenstoeslag 2015 gemeente Woudenberg. gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 11 november 2014;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014;

Langdurigheidstoeslag 2013

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van (datum);

VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG 2012/25698 WET WERK EN BIJSTAND 2012 Pag 1 / 5

vast te stellen de Verordening langdurigheidstoeslag Zeewolde 2013 onder gelijktijdige intrekking van de Verordening langdurigheidstoeslag 2009.

Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Zoetermeer 2009

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Venray 2015

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer];

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere

De raad van de gemeente Rijnwaarden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017,

Gemeente Dalfsen. Gemeenteraad

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Smallingerland gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 november 2014;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Renkum 2015

Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Peel en Maas ( )

Nijverdal, 5 februari gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012;

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 december 2011, nummer 151;

GEMEENTE BOEKEL. Raadsbesluit Z/ AB/ De raad van de gemeente Boekel;

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Beesel 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag Beuningen 2015 at IIII I'll II Hi lil III IIII

De raad van de gemeente Moerdijk, in zijn vergadering van 15 december 2011,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 december 2015;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 november 2014;

De Raad van de gemeente Ede,

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders 9 juni 2015;

Gemeente Nieuwegein; Verordening Individuele inkomenstoeslag WIL; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

besluit vast te stellen de Verordening individuele inkomenstoeslag 2017 gemeente Harderwijk.

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Enschede 2015

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Muiden d.d. 11 november 2014, met nummer 3384, Besluit:

Verordening individuele inkomenstoeslag WIL

Geconsolideerde Verordening individuele inkomenstoeslag participatiewet gemeente Oegstgeest 2015

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG 2015

Betreft: Vaststellen Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Tynaarlo 2015

Bijlage behorende bij ontwerpbesluit nr. 13Rb050 d.d. 30 oktober 2013 VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG WWB 2013

Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Coevorden

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet;

Gemeente Albrandsuuaard

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet; gezien het advies van [naam commissie];

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten (Utrecht)

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 2012;

gemeente Steenbergen

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Rectificatie Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Enkhuizen 2015

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief.

GEMEENTEBLAD. Vastgestelde verordening - Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 december 2014;

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 december 2014, nr ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders nr ;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlagenr ;

VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG GEMEENTE HOUTEN

Verordening Langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand

Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en sub b, en tweede lid, van de Participatiewet. b e s l u i t :

Verordening individuele inkomenstoeslag

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 oktober 2014, nr. ;

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTEN HOOGEZAND-SAPPEMEER, SLOCHTEREN EN MENTERWOLDE 2015

Verordening. Individuele inkomenstoeslag. gemeente Noord-Beveland 2015

Verordening individuele inkomens- en studietoeslag gemeente De Wolden 2015

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE ASSEN 2015

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Westland 2015

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za /DV , afdeling Samenleving;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Wierden 2015

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2015;

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet b e s l u i t :

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 november 2012, nr. 108/12;

De Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 gemeente Drimmelen

Verordening Langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand 2013

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 november 2014, nr. 43/10, INTB ;

Verordening langdurigheidstoeslag WWB gemeente Kaag en Braassem 2012.

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

*Z033732B8C5* gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet;

Transcriptie:

Gemeente Boxmeer I-SZ/2012/724 / RIS 2015-89 (6) Onderwerp: Vaststelling van de Nummer:. De Raad van de gemeente Boxmeer, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 december 2012, gelet op artikel 147 van de Gemeentewet en de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht, gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel d, artikel 8 tweede lid, onderdeel b en artikel 36 van de Wet werk en bijstand, overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van een toeslag aan personen van 21 jaar tot 65 jaar bij verordening te regelen; BESLUIT: vast te stellen: Hoofdstuk 1 - Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijving 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet. 2. In deze verordening wordt verstaan onder a. wet: de Wet werk en bijstand; b. college: College van burgemeester en wethouders; c. peildatum: de datum waarop in enig jaar het recht op de langdurigheidstoeslag ontstaat; d. referteperiode: een periode van 36 maanden voorafgaand aan de peildatum; e. inkomen: het inkomen als bedoeld in artikel 32 van de wet. In afwijking hiervan wordt een bijstandsuitkering voor de beoordeling van het recht op langdurigheidstoeslag gezien als inkomen; 1

f. belanghebbende: de persoon die bijstand heeft aangevraagd dan wel ontvangt of heeft ontvangen. Artikel 2. Uitvoering De uitvoering van deze verordening berust bij het college van burgemeester en wethouders. Hoofdstuk 2 - Recht op langdurigheidstoeslag Artikel 3. Langdurig, laag inkomen 1. Onverlet het bepaalde in artikel 36 van de wet, komt in aanmerking voor de langdurigheidstoeslag de belanghebbende die gedurende de referteperiode aangewezen is geweest op een inkomen dat niet hoger is dan 100% van de voor hem geldende bijstandsnorm. 2. Niet voor de langdurigheidstoeslag komt in aanmerking de belanghebbende die gedurende de referteperiode een bijdrage heeft ontvangen op grond van de Wet tegemoetkoming Onderwijsbijdrage en Schoolkosten (WTOS), dan wel de Wet Studiefinanciering (WSF2000). Artikel 4. Hoogte van de langdurigheidstoeslag 1. De langdurigheidstoeslag bedraagt per kalenderjaar: a) 516,00 voor gehuwden; b) 463,00 voor een alleenstaande ouder; c) 361,00 voor een alleenstaande. 2. Indien één van de gehuwden is uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag ingevolge artikel 11 of artikel 13 lid 1 van de wet, komt de rechthebbende echtgenoot in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hem/haar als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden. 3. Voor toepassing van het eerste en tweede lid is de situatie op de peildatum bepalend. 4. De in het eerste lid genoemde bedragen worden elk jaar per 1 januari aangepast met een percentage dat overeenkomt met het procentuele verschil tussen de gehuwdennorm per 1 januari van dat jaar en de gehuwdennorm van het daar aan voorafgaande jaar. 2

Hoofdstuk 3 - Slotbepalingen Artikel 5. Hardheidsclausule Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen ten gunste van belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 6. Citeertitel De verordening kan aangehaald worden als: Verordening Langdurigheidstoeslag 2012. Artikel 7. Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na die van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2012, behoudens situaties waarbij sprake is van negatieve gevolgen voor de belanghebbende. 2. Tot 1 januari 2013 is deze verordening niet van toepassing (geweest) op personen als bedoeld in artikel 78w lid 1 WWB. 3. De Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Boxmeer 2009, vastgesteld in de vergadering van 1 maart 2012, is tot 1 januari 2013 uitsluitend van toepassing (geweest) op personen als bedoeld in artikel 78w lid 1 WWB. Per 1 januari 2013 vervalt de Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Boxmeer 2009. Aldus besloten door de Raad van de gemeente Boxmeer in zijn openbare vergadering van 24 januari 2013. De Raad voornoemd, de Griffier, de Voorzitter, A.W.J.M. Cornelissen K.W.T van Soest 3

Toelichting bij de Algemene toelichting Aan de bijstand ligt het uitgangspunt ten grondslag dat het normbedrag, bedoeld ter voorziening in de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan met inbegrip van een component reservering, in beginsel toereikend is. Toch kan de financiële positie van mensen die langdurig op een minimum inkomen zijn aangewezen onder druk komen te staan als er na verloop van tijd geen enkel perspectief lijkt te zijn om door inkomen uit arbeid het inkomen te verhogen. Om die reden is bij de invoering van de WWB in 2004 de langdurigheidstoeslag in het leven geroepen. Sinds 1 januari 2009 is de langdurigheidstoeslag gedecentraliseerd. Ook is de langdurigheidstoeslag sinds die datum een bijzondere vorm van (categoriale) bijzondere bijstand. De langdurigheidstoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten. Het is een inkomensondersteunende maatregel voor bepaalde belanghebbenden die langdurig een laag inkomen hebben en daarbij geen vooruitzicht hebben op inkomensverbetering (artikel 36 lid 1 WWB). De gemeenteraad moet bij verordening regels vaststellen over het verlenen van een langdurigheidstoeslag zoals bedoeld in artikel 36 WWB. Deze regels moeten in ieder geval betrekking hebben op de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de begrippen langdurig en laag inkomen. Daarbij geldt dat in ieder geval geen sprake is van een laag inkomen bij een inkomen hoger dan 110% van de toepasselijke bijstandsnorm. De gemeenteraad dient in de verordening eveneens de hoogte van de langdurigheidstoeslag te bepalen. 4

Artikelsgewijze toelichting Artikel 1. Begripsomschrijving Lid 1 Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de WWB, Awb of de Gemeentewet niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de betreffende wetten ook de Verordening moet worden gewijzigd. Lid 2 onderdeel c: peildatum De peildatum is de datum waarop in enig jaar het recht op de langdurigheidstoeslag ontstaat. Het gaat dus uitdrukkelijk niet om de datum waarop is aangevraagd. Het betreft de datum waarop een belanghebbende langdurig een laag inkomen heeft, geen in aanmerking te nemen vermogen (zoals bedoeld in artikel 34 WWB) en geen uitzicht op inkomensverbetering. Artikel 3. Langdurig laag inkomen Bij het bepalen wat een langdurig laag inkomen is, moet de gemeenteraad vastleggen wat onder langdurig wordt verstaan en wat onder laag wordt verstaan. Langdurig De door de gemeenteraad vastgestelde langdurige periode voorafgaande aan de peildatum, wordt aangeduid als referteperiode. Uit het feit dat de minimumleeftijd voor het recht op langdurigheidstoeslag is verlaagd van 23 naar 21 jaar kan echter worden afgeleid dat onder langdurig tenminste 3 jaar moet worden begrepen. Een belanghebbende is immers in beginsel vanaf 18 jaar een zelfstandig rechtssubject. De gemeenteraad sluit aan bij de periode van 3 jaar. De referteperiode bedraagt een periode van 36 maanden voorafgaand aan de peildatum. Laag inkomen Met betrekking tot de invulling van het begrip laag inkomen is de gemeenteraad gebonden aan een wettelijk grens. Die bedraagt 110 procent van de toepasselijke bijstandsnorm (artikel 36 lid 6 WWB). Bij een inkomen hoger dan deze 110 procent, is geen sprake meer van een laag inkomen. Er is niet voor gekozen om het recht op langdurigheidstoeslag ook toe kennen bij een inkomen boven bijstandsniveau. Dit betekent dat het in aanmerking te nemen inkomen gedurende de referteperiode niet hoger mag zijn dan 100 procent van de toepasselijke bijstandsnorm. Het begrip langdurig, laag inkomen wordt ingevuld als een inkomen dat niet hoger is dan 100% van de bijstandsnorm. Marginale overschrijdingen van deze 100%- grens dienen genegeerd te worden (zie CRvB 19-08-2008, nrs. 06/1163 WWB e.a.). Er is bewust niet voor gekozen om het recht op langdurigheidstoeslag ook toe te kennen bij een inkomen boven bijstandsniveau. Van de bevoegdheid om de inkomensgrens op 110% te stellen wordt om een tweetal redenen geen gebruik gemaakt. Ten eerste omdat dit ongewenste armoedeval-effecten in zich heeft. Weliswaar doen de armoedeval-effecten zich ook voor bij de grens van 100% van de bijstandsnorm, maar belanghebbenden die uitstromen zullen doorgaans een dermate hoger inkomen ontvangen, dat het verlies van de langdurigheidstoeslag feitelijk minder wordt gevoeld. Bij een hogere inkomensgrens bestaat er een risico dat belanghebbenden als het ware blijven steken bij een inkomen tot bijvoorbeeld 120% van de bijstandsnorm. 5

Ten tweede omdat het in aanmerking laten komen van belanghebbenden met een inkomen van bijvoorbeeld 110% van de bijstand niet valt te rijmen met de wettelijke uitsluiting van belanghebbenden van 65 jaar of ouder. Zij zijn immers uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag, omdat hun inkomen al voldoende hoger zou zijn dan de bijstandsnorm voor belanghebbenden tot 65 jaar. Het verschil is echter maar ongeveer 5 tot 9 % (precieze percentage is afhankelijk van de vraag of iemand een alleenstaande, alleenstaande ouder of gehuwde is). Het hanteren van een grens van 110% zou daarom maken dat de uitsluiting van 65-plussers in dat geval strijdig is met het verbod op leeftijdsdiscriminatie zoals dat is vastgelegd in artikel 26 van het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten. De feitelijke ruimte is dus beperkt tot een grens van maximaal ongeveer 105 % van de bijstandsnorm. In lid 2 worden personen die gedurende de referteperiode een bijdrage op grond van de WTOS of WSF 2000 ontvingen uitgesloten van de langdurigheidstoeslag. In de toelichting in de nota van wijziging staat dat in het nieuwe artikel 36 WWB wordt gewaarborgd dat bepaalde groepen met goed arbeidsmarktperspectief, zoals studenten, niet in aanmerking komen voor langdurigheidstoeslag. Er is echter geen formele uitsluitingsgrond in de wettekst opgenomen. Om te voorkomen dat elke aanvraag individueel hierop getoetst moet worden is er voor gekozen deze voorwaarde expliciet in de verordening op te nemen. De groep is overigens beperkt tot hen die een dagstudie volgen en beneden een bepaalde leeftijd zijn, door op te nemen dat studiefinanciering moet zijn ontvangen. Artikel 4. Hoogte langdurigheidstoeslag In artikel 4 is de hoogte van de langdurigheidstoeslag geregeld. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen een alleenstaande, een alleenstaande ouder en gehuwden (lid 1). In lid 2 is bepaald dat voor de toepassing van de hoogte van de langdurigheidstoeslag moet worden uitgegaan van de situatie op de peildatum. Bij gehuwden moet in het oog gehouden worden dat het recht op langdurigheidstoeslag gehuwden gezamenlijk toekomt. Worden belanghebbenden op de peildatum als gehuwden aangemerkt, dan moeten beide gehuwden voldoen aan de voorwaarden van artikel 36 lid 1 WWB. Voldoet één van hen niet aan deze voorwaarden, dan bestaat voor beiden geen recht op langdurigheidstoeslag (vergelijk bijvoorbeeld CRvB 13-07-2010, nr. 08/2345 WWB, LJN BN2529). Is één van de echtgenoten echter uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag, anders dan vanwege het niet voldoen aan de voorwaarden van artikel 36 lid 1 WWB, dan komt de rechthebbende partner wel in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag. Het gaat hier om een partner die op een van de in artikel 11 of 13 lid 1 WWB genoemde gronden geen recht heeft op bijstand. Als slechts één partner recht heeft op langdurigheidstoeslag, komt deze rechthebbende partner in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden. Dat is geregeld in artikel 4 lid 2 van deze verordening. Om niet jaarlijks de verordening aan te hoeven passen is gekozen om de hoogte jaarlijks automatisch mee te laten bewegen met de bijstandsnormen. Omdat de bijstandsnormen in beginsel 2 maal per jaar worden geïndexeerd en de langdurigheidstoeslag maar eenmaal, wordt steeds vergelijking gemaakt met de 6

bijstandsnormen van per 1 januari van het voorafgaande jaar. De indexering is geregeld in het vierde lid. Artikel 5. Hardheidsclausule Dit artikel bepaalt dat in bijzondere gevallen het college ten gunste van de belanghebbende kan afwijken van de bepalingen in deze verordening. Afwijken van de wet is niet mogelijk. Afwijken kan alleen maar ten gunste, nooit ten nadele. Met nadruk is vermeld: in bijzondere gevallen. Afwijken is eerder uitzondering dan regel. In verband met precedentwerking dient door het college duidelijk aangegeven te worden waarom in een bepaalde situatie wordt afgeweken. Het van toepassing zijn van de hardheidsclausule dient voldoende kenbaar te zijn, dat wil zeggen in zowel de rapportage als de beschikking. Artikel 6. Citeertitel In dit artikel is de citeertitel neergelegd van deze verordening. Artikel 7. Inwerkingtreding Deze verordening werkt terug tot en met 1 januari 2012. Hierbij is aansluiting gezocht bij het wetsvoorstel Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met de herziening van de definities van gezin en middelen (Wet afschaffing huishoudinkomenstoets). Voor een beperkte groep bijstandsgerechtigden is de oude Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Boxmeer 2009 nog van kracht gebleven tot 1 januari 2013. Dat is geregeld in lid 2 en 3 van dit artikel. Het gaat hierbij om mensen voor wie toepassing van de huishoudinkomenstoets tot een hogere uitkering leidde. Op grond van artikel 78w WWB bleven de oude gezinsbegrippen nog op hen van toepassing tot 1 januari 2013. 7