De bevoegde autoriteiten wisselen regelmatig en zonder voorafgaand verzoek daartoe inlichtingen uit die betrekking hebben op :

Vergelijkbare documenten
De bevoegde autoriteiten wisselen regelmatig en zonder voorafgaand verzoek daartoe inlichtingen uit die betrekking hebben op :

5. tantièmes, presentiegelden en andere soortgelijke beloningen zoals bedoeld in artikel 16 van de Overeenkomst;

en wensende de wederzijdse bijstand te verhogen, de volgende bepalingen overeengekomen met betrekking tot :

Artikel 1 UITWISSELING VAN INLICHTINGEN OP VERZOEK

MINISTERIE VAN FINANCIEN

Spontane uitwisseling van inlichtingen Uitwisseling van inlichtingen op verzoek

REGELING TUSSEN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN RWANDA EN BELGIE INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT

Directoraat-generaal Belastingdienst, team Internationaal. Besluit van 14 april 2008, nr. DGB2008/2076M, Stcrt. nr. 79

Memorandum van Overeenstemming tussen Tsjechië en Nederland inzake de stroomlijning en intensivering van wederzijdse bijstand in belastingzaken

Directe belastingen, Internationale inlichtingenuitwisseling; Spanje. De Staatssecretaris van Financiën maakt het volgende bekend.

De bevoegde autoriteiten van België en Nederland verklaren, na overleg,

- een grensoverschrijdend dispositief voor rechtstreekse uitwisseling van inlichtingen.

MINISTERIE VAN FINANCIEN

Directe belastingen, Internationale inlichtingenuitwisseling; Italië. De staatssecretaris van Financiën maakt het volgende bekend.

Directe belastingen, Internationale inlichtingenuitwisseling; Argentinië. De staatssecretaris van Financiën maakt het volgende bekend.

Directe belastingen, Internationale inlichtingenuitwisseling; Curaçao

AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE DE REGERING VAN HET PRINSDOM ANDORRA INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN

De Directeur-generaal Belastingdienst in Nederland en de Adjunct-administrateur-generaal van de belastingen in België,

De directeur-generaal Belastingdienst in Nederland en de Adjunct-administrateur-generaal van de belastingen in België,

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE DE DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING

TWEEDE PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN DE REGERING VAN BELGIE DE REGERING VAN NIEUW-ZEELAND TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING

VERTALING. Artikel 2 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door het volgende :

PROTOCOL TUSSEN DE REPUBLIEK OOSTENRIJK EN HET KONINKRIJK BELGIË

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELG IE DE REPUBLIEK TURKIJE TOT HET VERMIJDENVAN DUBBELE BELASTING

AVENANT TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE HET KONINKRIJK SPANJE TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING

AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE DE REGERING VAN HET PRINSDOM ANDORRA INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN

AANVULLENDE OVEREENKOMST

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND TOT VOORKOMING VAN DUBBELE BELASTING

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE, DE REPUBLIEK OEZBEKISTAN TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING

PROTOCOL AANVULLEND PROTOCOL

OVEREENKOMST BETREFFENDE BELASTINGHEFFING OP INKOMSTEN UIT SPAARGELDEN EN DE VOORLOPIGE TOEPASSING ERVAN

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN HET VERDRAG TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

Londen, 4 november 2004

TITEL I Algemene bepalingen

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER BERAADSLAGING Nr 02 / 2004 van 15 maart 2004

AKKOORD TUSSEN BELGIE GIBRALTAR INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT BELASTINGAANGELEGENHEDEN

Auteur. Federale Overheidsdienst Financiën. Onderwerp

AKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE ANTIGUA EN BARBUDA INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT BELASTINGAANGELEGENHEDEN

Onderling overleg. Onderling overleg Advance Pricing Arrangement (APA) Circulaire... 13

PROTOCOL TUSSEN DE REPUBLIEK OOSTENRIJK HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN MET AANVULLEND PROTOCOL

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122.

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

Administratieve schikking voor de toepassing van de overeenkomst over de sociale zekerheid tussen België en Canada van 10 mei 1984

CIRCULAIRE AOIF Nr. 27/2010

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

ONTWERP VAN DECREET MEMORIE VAN TOELICHTING

OVEREENKOMST. Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA), vertegenwoordigd door de heer Georges CARLENS, administrateur generaal,

Brussel, De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Federale Regering, De Vlaamse Regering, De Waalse Regering, De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, De Regering van de Duitstalige Gemeenschap,

TRACTATENBLAD VAN HET

(Voor de EER relevante tekst)

(Inwerkingtreding , gepubliceerd in BS van )

TITEL I - Algemene bepalingen

Afz.: ONTVANGK. DIKSMUIDE WOUMENWEG DIKSMUIDE. SADEGHI Dariush Lange Veldstraat(D) Diksmuide

SPECIMEN. Bankinformatie. Contactpersoon. AANGIFTE IN DE RECHTSPERSONENBELASTING AANSLAGJAAR 2016 (Inkomsten van het jaar 2015) BIJKOMENDE INFORMATIE

2017 no. 74 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties.

VERTALING VERDRAG. Inzake wederzijdse administratieve bijstand in fiscale aangelegenheden PREAMBULE

Regeling met België inzake ontslaguitkeringen

AKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE HET PRINSDOM MONACO INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT BELASTINGAANGELEGENHEDEN

10/01/2012 ESMA/2011/188

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

III BESLUITEN OP GROND VAN TITEL VI VAN HET EU-VERDRAG

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

OVEREENKOMST IN DE VORM VAN EEN BRIEFWISSELING BETREFFENDE BELASTINGHEFFING OP INKOMSTEN UIT SPAARGELDEN EN DE VOORLOPIGE TOEPASSING ERVAN

VERTALING MULTILATERAAL AKKOORD TUSSEN BEVOEGDE AUTORITEITEN BETREFFENDE DE AUTOMATISCHE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN INZAKE FINANCIELE REKENINGEN

Tweede Kamer der Staten-Generaal

(Inwerking getreden op 1 augustus 2009 Belgisch Staatsblad: 4 augustus 2009)

AKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË SAINT VINCENT EN DE GRENADINES INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN

ONTWERP VAN MEMORIE VAN TOELICHTING

Belastingheffing van toepassing op dividenden uitgekeerd door SUEZ ENVIRONNEMENT

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 39 / 2006 van 27 september 2006

OVEREENKOMST TUSSEN DE COOKEILANDEN EN HET KONINKRIJK BELGIË, INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT BELASTINGAANGELEGENHEDEN

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VERDRAG INZAKE SOCIALE ZEKERHEID TUSSEN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

BERAADSLAGING RR Nr 26 / 2007 van 12 september 2007

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

TRACTATENBLAD VAN HET

Gelet op de aanvraag van het Parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ontvangen op 15/10/2013;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE EN JERSEY INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT BELASTINGAANGELEGENHEDEN

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

CIRCULAIRE. AOIF nr. 24/2009. Brussel, 9 mei 2009

Gemeenschappelijke Intentieverklaring

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

Brussel, 9 december 2010 (OR. fr) ASSOCIATIE TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN MAROKKO UE-MA 2706/10

Verdrag tussen de Tsjechische Republiek en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de export van sociale-verzekeringsuitkeringen

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

VOLMACHT. Ondergetekende,.. wonende te... houder van... aandelen van NV Ter Beke, met maatschappelijke zetel te 9950 Waarschoot, Beke 1

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Publicatieblad van de Europese Unie L 331/13

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 5 december 2005;

Transcriptie:

REGELING TUSSEN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN DE TSJECHISCHE REPUBLIEK EN BELGIE INZAKE WEDERZIJDSE ADMINISTRATIEVE BIJSTAND MET BETREKKING TOT BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN Op basis van - de Richtlijn 77/799/EEG van de Raad van 19 december 1977 betreffende de wederzijdse bijstand van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten op het gebied van de directe belastingen en heffingen op verzekeringspremies zoals gewijzigd (hierna te noemen de Richtlijn ), en - artikel 26 van de Overeenkomst tussen de Tsjechische Republiek en het Koninkrijk België tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend op 16 december 1996 (hierna te noemen de Overeenkomst ), en rekening houdend met de wens van beide autoriteiten om de wederzijdse bijstand te verhogen, zijn de bevoegde autoriteiten van de Tsjechische Republiek en van België de volgende bepalingen overeengekomen met betrekking tot : - de uitwisseling van inlichtingen op verzoek zoals bedoeld in artikel 2 van de Richtlijn; - de automatische uitwisseling van inlichtingen zoals bedoeld in deel I van deze regeling; - de spontane uitwisseling van inlichtingen zoals bedoeld in deel II van deze regeling; - gelijktijdige belastingcontroles zoals bedoeld in deel III van deze regeling; - de aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat op het grondgebied van de andere Staat zoals bedoeld in deel IV van deze regeling. I. AUTOMATISCHE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN De bevoegde autoriteiten wisselen regelmatig en zonder voorafgaand verzoek daartoe inlichtingen uit die betrekking hebben op : 1. onroerende goederen zoals bedoeld in artikel 6 van de Overeenkomst en de inkomsten uit zulke goederen; 2. ondernemingswinst zoals bedoeld in artikel 7 van de Overeenkomst; 3. dividenden zoals bedoeld in artikel 10 van de Overeenkomst; 4. interest zoals bedoeld in artikel 11 van de Overeenkomst; 5. royalty s zoals bedoeld in artikel 12 van de Overeenkomst; 6. vermogenswinst zoals bedoeld in artikel 13 van de Overeenkomst; 7. inkomsten uit een vrij beroep en andere zelfstandige werkzaamheden zoals bedoeld in artikel 14 van de Overeenkomst; 8. lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen zoals bedoeld, naar het geval, in de artikelen 15 en 19 van de Overeenkomst; 9. tantièmes, presentiegelden en andere soortgelijke beloningen zoals bedoeld in artikel 16 van de Overeenkomst; 10. inkomsten van artiesten en sportbeoefenaars zoals bedoeld in artikel 17 van de Overeenkomst; 11. pensioenen en andere soortgelijke beloningen, lijfrenten, onderhoudsuitkeringen, kapitaal, afkoopwaarden en "vervangingsinkomsten" (i.e. vergoedingen, verscheidene renten of uitkeringen ter compensatie van een verlies aan beroepsinkomsten te wijten aan werkloosheid, ziekte, ongeval of een andere gelijkaardige omstandigheid) zoals bedoeld, naar het geval, in de artikelen 18,19 of 21 van de Overeenkomst; 12. commissies en andere soortgelijke betalingen. 1

De omvang van de inlichtingen kan beperkt zijn wegens technische redenen of wegens beperkingen die worden opgelegd door de interne wetgeving. De in dit onderdeel bedoelde inlichtingen worden zoveel mogelijk elektronisch verstrekt in het OESO Standard Magnetic Format voor automatische uitwisseling of elk later bijgewerkt model dat door de OESO-Raad wordt aanbevolen. Zo mogelijk omvatten die inlichtingen de Fiscale Identificatienummers (FIN) van de belastingplichtigen niet-inwoners die hen door hun woonstaat werden toegekend, of andere identificatiegegevens (bv geboortedatum en -plaats). Inlichtingen die betrekking hebben op een bepaald kalenderjaar, zullen eens per jaar en zo spoedig mogelijk na het einde van dat jaar worden toegestuurd. II. SPONTANE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN De bevoegde autoriteit van een Staat stuurt, zonder daartoe vooraf te zijn verzocht, de inlichtingen zoals bedoeld in artikel 1, 1 van de Richtlijn en in artikel 26 van de Overeenkomst die door zijn belastingadministratie werden gevonden, naar de bevoegde autoriteit van de andere Staat. Deze spontane uitwisseling van inlichtingen heeft in het bijzonder betrekking op, maar is niet beperkt tot : 1. de wijzigingen van woonplaats van een persoon van één Staat naar de andere Staat; 2. de aanslagbiljetten of berekeningsnota s die betrekking hebben op de inkomstenbelasting geheven door één Staat ten laste van natuurlijke personen die inwoner zijn van die Staat en die in de andere Staat inkomsten verkrijgen die in die andere Staat belastbaar zijn ; 3. situaties zoals bedoeld in artikel 4, 1 van de Richtlijn. III. GELIJKTIJDIGE BELASTINGCONTROLES 1. Om de uitwisseling van inlichtingen efficiënter te maken en om gevallen van niet naleving van de belastingwetten doeltreffender aan te pakken, hebben de bevoegde autoriteiten procedures uitgewerkt voor het uitvoeren van gelijktijdige belastingcontroles bij geselecteerde personen, of groepen van personen, die in beide Staten werkzaamheden uitoefenen. 2. Voor de toepassing van deze regeling wordt onder gelijktijdige belastingcontrole verstaan, een controle ondernomen krachtens een regeling waarbij de twee deelnemende Staten overeenkomen om gelijktijdig en op onafhankelijke wijze, elk op zijn grondgebied, een controle uit te voeren naar de belastingtoestand van één of meerdere belastingplichtige(n) die een gemeenschappelijk of aanvullend belang vertegenwoordigt (vertegenwoordigen), met als doel al de aldus verkregen relevante inlichtingen uit te wisselen. 3. Elke uitwisseling van inlichtingen die uit dergelijke gelijktijdige controle, hetzij op verzoek, hetzij spontaan, werden verkregen, vindt plaats door bemiddeling van de bevoegde autoriteiten. 4. De door de bevoegde autoriteiten overeengekomen procedures voor de selectie van de dossiers en de controleprocedures worden hierna omschreven in Bijlage I. IV. DE AANWEZIGHEID VAN BELASTINGAMBTENAREN VAN DE ENE STAAT OP HET GRONDGEBIED VAN DE ANDERE STAAT 1. De bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat kan, op verzoek van de bevoegde autoriteit van de aanzoekende Staat, toestaan dat vertegenwoordigers van de bevoegde autoriteit van de aanzoekende Staat aanwezig zijn bij het toepasselijke deel van een belastingcontrole in de aangezochte Staat voor zover zulks is toegestaan overeenkomstig de wet van de aangezochte Staat. 2. Indien het verzoek wordt ingewilligd, stelt de bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat de bevoegde autoriteit van de aanzoekende Staat zo spoedig mogelijk in kennis van de datum en de plaats van de controle, van de autoriteit of van de ambtenaar die is aangewezen om de controle te verrichten, alsmede van de procedures en de voorwaarden die door de aangezochte Staat vereist zijn voor het uitvoeren van de controle. Alle beslissingen inzake het uitvoeren van de 2

belastingcontrole worden genomen door de aangezochte Staat. Richtlijnen voor belastingcontroles in het buitenland zijn uiteengezet in Bijlage II. V. KOSTEN Tenzij door de bevoegde autoriteiten anders werd overeengekomen, worden de gewone kosten die bij het verlenen van bijstand worden gemaakt, door de aangezochte Staat gedragen. De buitengewone kosten worden gedragen door de aanzoekende Staat, overeenkomstig een voorafgaand akkoord door de bevoegde autoriteiten van beide Staten. VI. DIVERSE BEPALINGEN 1. De bevoegde autoriteiten komen overeen dat de wederkerigheid een fundamenteel aspect is van de wederzijdse bijstand en verbinden zich ertoe om een sfeer van samenwerking in stand te houden bij het uitwisselen van de inlichtingen die het voorwerp zijn van de Richtlijn en van artikel 26 van de Overeenkomst, dit om te verzekeren dat de toepassing ervan in overeenstemming is met het wederkerigheidsbeginsel. 2. De bepalingen van de Overeenkomst en van de Richtlijn met betrekking tot de geheimhouding en de beperkingen bij de uitwisseling van inlichtingen, zijn van toepassing. 3. Indien de gegevens die door een Staat werden verstrekt onjuist of onvolledig zijn, is de bevoegde autoriteit van die Staat verplicht hierover zo spoedig mogelijk contact op te nemen met de bevoegde autoriteit van de andere Staat. 4. De Staat die inlichtingen ontvangt zou feedback moeten geven, telkens wanneer: - dit relevant zou kunnen zijn voor de Staat die de inlichtingen verstrekt ; - de inlichtingen onjuist of onvolledig worden bevonden door de Staat die ze heeft ontvangen. Elke bevoegde autoriteit zal de andere bevoegde autoriteit indien mogelijk jaarlijks op de hoogte brengen van de bruikbaarheid van de ontvangen inlichtingen. 5. Verzoeken om inlichtingen en de antwoorden daarop, alsmede het begeleidend schrijven bij de spontaan uitgewisselde inlichtingen zullen worden opgesteld in het Engels of in een andere taal die de bevoegde autoriteiten van de Staten bilateraal overeengekomen zijn. 6. De bevoegde autoriteiten van beide Staten staan overeenkomstig artikel 7, 3 van de Richtlijn toe dat de door de ene Staat verstrekte inlichtingen, door de andere Staat in overeenstemming met diens wetgeving worden gebruikt voor andere doeleinden dan die welke zijn vermeld in artikel 7, 1 van de Richtlijn, indien de inlichtingen overeenkomstig de wetgeving van de Staat die de inlichtingen verstrekt in soortgelijke omstandigheden in die Staat zouden kunnen worden gebruikt voor soortgelijke doeleinden. De bevoegde autoriteiten delen elkaar hun respectieve wetgeving terzake mee. 7. Voor de toepassing van dit Memorandum zijn de bevoegde autoriteiten : Voor België : a) Uitwisseling van inlichtingen automatisch, spontaan en op verzoek en gelijktijdige belastingcontroles (deel I, II, III en artikel 2 van de Richtlijn) Administration de la fiscalité des Administratie van de ondernemings- Entreprises et des revenus (AFER) en inkomensfiscaliteit (AOIF) Direction III/1 Directie III/1 North Galaxy Tour A North Galaxy Toren A Bd. Du Roi Albert II, 33 bte 25 Koning Albert II-laan 33 bus 25 1030 BRUXELLES 1030 BRUSSEL Voor dringende zaken en ontvangstbevestiging, gelieve contact op te nemen met directtaxeca@minfin.fed.be 3

b) Aanwezigheid van Tsjechische belastingambtenaren op Belgisch grondgebied (deel IV) Administration des Affaires Administratie van fiscale zaken Fiscales (AAF) (AFZ) Deputy Administrator general Deputy Administrator general North Galaxy Tour A North Galaxy Toren A Bd. Du Roi Albert II, 33 bte 22 Koning Albert II-laan 33, bus 22 1030 BRUXELLES 1030 BRUSSEL c) Gevallen met betrekking tot belastingontduiking Administration de l Inspection Administratie van de bijzondere Spéciale des impôts (ISI) belastinginspectie (BBI) Service I Dienst I North Galaxy Tour A North Galaxy Toren A Bd. Du Roi Albert II, 33 bte 48 Koning Albert II-laan 33, bus 48 1030 BRUXELLES 1030 BRUSSEL De ISI/BBI is gerechtigd om verzoeken om inlichtingen te richten aan de Tsjechische bevoegde autoriteit, om de antwoorden aangaande zulke verzoeken te ontvangen en om spontaan inlichtingen te verstrekken. Vragen om inlichtingen alsmede het spontaan of automatisch verstrekken van inlichtingen door de Tsjechische bevoegde autoriteit moeten evenwel aan de AOIF/ AFER worden gericht, die ze, in voorkomend geval, zal doorsturen naar de Administratie van de bijzondere belastinginspectie (ISI/BBI). Voor de Tsjechische Republiek : Ministry of Finance Central Financial and Tax Directorate Direct taxes International Cooperation Unit Letenská 15 118 10 PRAGUE De bevoegde autoriteiten lichten elkaar op regelmatige tijdstippen in over de contactpersonen aan wie de inlichtingen moeten worden verstrekt. 8. De bevoegde autoriteiten plegen onderling overleg telkens wanneer zulks nodig is om het vervullen van de door deze regeling opgelegde verplichtingen te vergemakkelijken en om mogelijke ontwikkelingen te bespreken. 9. Deze regeling zal in werking treden op de datum van de laatste ondertekening en kan op elk tijdstip worden gewijzigd door een schriftelijke kennisgeving tussen de bevoegde autoriteiten. Opgemaakt in tweevoud in Brussel op 12.03.2008, en in Praag op 28.03.2008 in het Engels. Voor de Tsjechische Republiek: Voor het Ministerie van Financiën Voor België: Voor de Federale Overheidsdienst Financiën: Jan KNIŽEK Directeur-general Central Financial and Tax Directorate Paul NECKEBROECK Adjunct-administrateur-generaal Administratie van Fiscale Zaken 4

Regeling tussen de bevoegde autoriteiten van de Tsjechische Republiek en België inzake wederzijdse administratieve bijstand met betrekking tot belastingen naar het inkomen BIJLAGE I GELIJKTIJDIGE BELASTINGCONTROLES A. Doelstellingen De doelstellingen van de gelijktijdige belastingcontroles zijn onder andere : 1. het juiste bedrag van de door een belastingplichtige verschuldigde belasting te bepalen wanneer : a) de lasten verdeeld of toegerekend zijn en de winst omgedeeld is tussen belastingplichtigen die inwoner zijn van verschillende belastingjurisdicties, of meer algemeen, wanneer er zich problemen inzake verrekenprijzen voordoen; b) vastgesteld wordt dat er sprake is van duidelijke technieken van belastingontwijking of - ontduiking, van regelingen die verrichtingen inhouden waarvan de wezenlijke inhoud verschillend is van de door belastingplichtige(n) voorgestelde juridische vorm, van gecontroleerde financieringsverrichtingen, prijsmanipulaties, kostenverdelingen of fiscale schuilplaatsen; c) niet aangegeven inkomsten, fiscale aspecten inzake het witwassen van geld en corruptiepraktijken, betalingen van verborgen commissielonen, smeergeld of andere onwettige betalingen, enz. worden vastgesteld; d) verrichtingen met belastingparadijzen of technieken inzake belastingontwijking of - ontduiking met behulp van belastingparadijzen, worden aangetoond; 2. het vergemakkelijken van het uitwisselen van inlichtingen betreffende : a) handelspraktijken van multinationale ondernemingen, ingewikkelde transacties, problemen inzake belastingcontrole en trends tot het niet respecteren van de belastingverplichtingen die eigen kunnen zijn aan een industrie of een groep van industrieën; b) akkoorden inzake kostenverdeling; c) de herverdelingsmethoden van winst in specifieke gevallen zoals de wisselverrichtingen op wereldschaal en de nieuwe financiële instrumenten. Een gelijktijdige belastingcontrole vervangt op geen enkele wijze de regeling voor onderling overleg, waarin artikel 25 van de Overeenkomst voorziet. B. Selectie van de dossiers en controleprocedure De selectieprocedures zijn de volgende : 1. De bevoegde autoriteit van elke Staat identificeert op onafhankelijke wijze de belastingplichtigen die zij wil voorstellen voor een gelijktijdige controle. 2. De bevoegde autoriteit van elke Staat informeert de overeenstemmende autoriteit van de andere Staat over haar keuze van dossiers die in aanmerking kunnen komen voor een gelijktijdige belastingcontrole en die geselecteerd werden volgens de hieronder beschreven criteria. In de mate van het mogelijke motiveert zij haar keuze en verstrekt zij de inlichtingen die geleid hebben tot die keuze samen met alle andere nuttige inlichtingen. Zij deelt tevens de regels inzake verjaring mee die van toepassing zijn op de gevallen die werden voorgesteld voor een gelijktijdige belastingcontrole. 3. Elke bevoegde autoriteit beslist of zij wenst deel te nemen aan een welbepaalde gelijktijdige controle. 4. De bevoegde autoriteit die verzocht wordt deel te nemen aan een gelijktijdige controle neemt de ontvangen inlichtingen samen met haar eigen inlichtingen in overweging en bevestigt schriftelijk aan de autoriteit van de andere Staat, binnen drie maanden na de ontvangst van het verzoek, haar aanvaarding of haar weigering om die controle uit te voeren (met vermelding van de betrokken belastingplichtigen, belastingen en belastingjaren). Voorafgaand aan die bevestiging probeert de bevoegde autoriteit elke inlichting te bekomen die nodig is om tot een beslissing te komen, hetzij krachtens het intern recht, hetzij krachtens de bepalingen van de Richtlijn of van artikel 26 van de Overeenkomst.

Regeling tussen de bevoegde autoriteiten van de Tsjechische Republiek en België inzake wederzijdse administratieve bijstand met betrekking tot belastingen naar het inkomen BIJLAGE I Zij duidt een vertegenwoordiger aan die zij heeft aangesteld om gelast te worden met de functionele verantwoordelijkheid voor het leiden en coördineren van de controle. De bevoegde autoriteit die de controle heeft voorgesteld duidt eveneens schriftelijk een vertegenwoordiger aan die zij heeft aangesteld. De bevoegde autoriteiten kunnen vervolgens verzoeken om uitwisseling van inlichtingen aan elkaar voorleggen of spontaan inlichtingen uitwisselen krachtens en in overeenstemming met de Overeenkomst of de Richtlijn. 5. De door de bevoegde autoriteiten aangestelde vertegenwoordigers zorgen voor de praktische uitwerking van de gelijktijdige controle (datum van aanvang, kalender, te verifiëren periodes, de Staat die de functionele verantwoordelijkheid krijgt voor de coördinatie van de controle). Indien nodig kan het belastingambtenaren van een Staat worden toegestaan aanwezig te zijn in de andere Staat. 6. De eerste en bijgevolg essentiële voorwaarde voor de keuze van de dossiers is, dat de aanslag het voorwerp kunnen zijn van een controle in beide Staten. C. Selectiecriteria van de dossiers Elk dossier dat geselecteerd wordt voor een gelijktijdige fiscale controle moet over het algemeen gaan over één of meer belastingplichtigen die in de twee deelnemende Staten activiteiten uitoefenen, hetzij met behulp van afhankelijke ondernemingen hetzij met behulp van vaste inrichtingen. De factoren waarmee rekening moet worden gehouden voor de selectie van een gelijktijdige controle kunnen onder andere zijn : 1. het belang van de activiteiten op wereldschaal; 2. de omvang van de verrichtingen binnen de groep; 3. het bestaan van aanwijzingen van belastingontwijking of -ontduiking; 4. het bestaan van aanwijzingen van een wezenlijke overtreding van de fiscale wetgeving in één of in beide Staten; 5. het bestaan van aanwijzingen van een manipulatie van de verrekenprijzen waaruit een potentieel nadeel voor één of voor beide Staten kan voortvloeien; 6. het bestaan van aanwijzingen van andere vormen van internationale belastingplanning die, indien zij met succes worden tegengegaan, bijkomende belastinginkomsten kunnen voortbrengen in één of in beide Staten; 7. het bestaan van aanwijzingen dat de economische resultaten van een belastingplichtige of van verwante belastingplichtigen over een bepaalde periode aanzienlijk slechter zijn dan kon worden verwacht, bijvoorbeeld : a) de economische resultaten weerspiegelen niet de gepaste winst, indien men ze vergelijkt met de verkopen, de totale activa, enz.; b) gevallen waarin de belastingplichtige voortdurend verliezen, meerbepaald verliezen op lange termijn, aangeeft; c) gevallen waarin de belastingplichtige, ondanks winst, weinig of geen belasting heeft betaald in de loop van de beschouwde periode; 8. het bestaan van verrichtingen waarbij belastingparadijzen betrokken zijn; 9. situaties waarin de bevoegde autoriteiten oordelen dat een dergelijke controle in het belang is van de belastingadministraties teneinde het respect voor de fiscale verplichtingen op internationaal niveau te bevorderen.

Regeling tussen de bevoegde autoriteiten van de Tsjechische Republiek en België inzake wederzijdse administratieve bijstand met betrekking tot belastingen naar het inkomen BIJLAGE I D. Personeel De controles worden afzonderlijk verricht door ambtenaren van de belastingadministratie van elke Staat, binnen het kader van de nationale wetten en praktijken en bij toepassing van de bepalingen die van kracht zijn inzake het uitwisselen van inlichtingen. Er wordt onderling geen personeel uitgewisseld maar het kan voor de doeltreffendheid van de controle gerechtvaardigd zijn dat belastingambtenaren die vertegenwoordigers zijn van de bevoegde autoriteiten van de ene Staat, aanwezig zijn in de andere Staat. De door beide administraties aangestelde vertegenwoordigers stellen zich slechts met elkaar in verbinding door bemiddeling van de bevoegde autoriteiten. De bevoegde autoriteiten kunnen beslissen dat de vertegenwoordigers mogen handelen als gemachtigd afgevaardigde van de bevoegde autoriteit van hun land voor een bijzonder geval. Deze machtiging biedt deze vertegenwoordigers de mogelijkheid om rechtstreeks met elkaar te communiceren en dit zowel per telefoon, fax of elektronische post als door rechtstreeks overleg met elkaar. Alle verstrekte inlichtingen moeten schriftelijk worden bevestigd door de bevoegde autoriteiten. E. Planning van de gelijktijdige belastingcontrole Vooraleer met de belastingcontrole te beginnen, nemen de belastingambtenaren die met het dossier belast zijn, in samenspraak met hun collega's van de andere Staat, de controleplannen van iedere Staat, de mogelijk uit te werken punten en de streefdata in overweging. Het kan aangewezen zijn om coördinatievergaderingen te houden met het oog op de planning en nauwgezette opvolging van de gelijktijdige belastingcontrole. Er wordt evenwel in geen enkel geval een uitwisseling van officiële plannen van belastingcontroles tussen de beide Staten toegestaan. F. Uitvoeren van de gelijktijdige belastingcontrole Een gelijktijdige belastingcontrole vereist de samenwerking van belastingambtenaren uit elke Staat die, gelijktijdig maar onafhankelijk van elkaar, de toestand van de belastingplichtige(n) binnen hun jurisdictie controleren. Zij stemmen in de mate van het mogelijke hun werkschema op elkaar af. G. Onderbreking van de gelijktijdige controle Wanneer één van beide Staten besluit dat het niet langer van nut is om de gelijktijdige controle van een dossier verder te zetten, kan hij zich daaruit terugtrekken door zijn beslissing aan de andere Staat te betekenen. H. Einde van de gelijktijdige belastingcontrole Een gelijktijdige belastingcontrole wordt afgesloten na coördinatie en overleg tussen de bevoegde autoriteiten van beide Staten. Problemen met betrekking tot dubbele belasting die tijdens de controle aan het licht zijn gekomen, worden, in voorkomend geval, behandeld in het kader van de regeling voor onderling overleg waarnaar wordt verwezen in artikel 25 van de Overeenkomst of, indien toepasselijk, in het kader van de Overeenkomst van 23 juli 1990 ter afschaffing van dubbele belasting in geval van winstcorrecties tussen verbonden ondernemingen (90/436/EEG).

Regeling tussen de bevoegde autoriteiten van de Tsjechische Republiek en België inzake wederzijdse administratieve bijstand met betrekking tot belastingen naar het inkomen BIJLAGE II DE AANWEZIGHEID VAN BELASTINGAMBTENAREN VAN DE ENE STAAT OP HET GRONDGEBIED VAN DE ANDERE STAAT Onder voorbehoud van de volgende bepalingen mogen ambtenaren van de belastingadmi-nistratie van de ene Staat aanwezig zijn op het grondgebied van de andere Staat om alle inlichtingen te verkrijgen die nuttig zijn voor het vaststellen van de belasting naar het inkomen en het vermogen van één of van beide Staten. A. In bijzondere gevallen moet een verzoek worden ingediend om de aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat op het grondgebied van de andere Staat toe te staan tijdens een controle. Daartoe behoren met name : 1. gevallen waarin er aanwijzingen zijn van aanzienlijke grensoverschrijdende onregelmatigheden of fraude in één van beide of in beide Staten; 2. gevallen waarvan de complexiteit de aanwezigheid van de belastingambtenaren wenselijk maakt; 3. gevallen waarin termijnoverschrijding dreigt en waarin de aanwezigheid van de belastingambtenaren de controle kan bespoedigen; 4. gezamenlijke controles in het kader van bilaterale of multilaterale controles. B. De bevoegde autoriteiten kunnen de aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat op het grondgebied van de andere Staat toestaan in andere gevallen dan bedoeld in A hierboven. C. Op basis van wederkerigheid staat een Staat in soortgelijke gevallen de aanwezigheid van belastingambtenaren van de andere Staat op zijn grondgebied toe. D. Het verzoek tot aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat op het grondgebied van de andere Staat is gemotiveerd, gebeurt schriftelijk en beoogt een bepaalde controle. Het vermeldt de stappen die de aanzoekende Staat heeft genomen om de gewenste informatie te verkrijgen. De bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat neemt uiterlijk binnen drie maanden vanaf de datum van ontvangst van het verzoek een beslissing aangaande het verzoek. In spoedeisende gevallen, die gemotiveerd moeten zijn, wordt die beslissing binnen één maand genomen. Indien het verzoek wordt ingewilligd, stelt de bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat de bevoegde autoriteit van de aanzoekende Staat zo spoedig mogelijk in kennis van de datum en de plaats van de controle, alsmede van de identiteit van de autoriteit of van de belastingambtenaar die is aangewezen om de controle te verrichten. E. De controle wordt verricht door belastingambtenaren van de aangezochte Staat. Het is de bezoekende ambtenaren toegestaan aanwezig te zijn bij die onderdelen van de controle die van belang kunnen zijn voor de controle van de aanzoekende Staat. De bezoekende ambtenaren respecteren daarbij de wetgeving van de aangezochte Staat. F. Aan de bezoekende ambtenaren wordt op verzoek inzage verstrekt van rekeningen, documenten en andere gegevens- en informatiedragers die in het kader van de controle van belang kunnen zijn. Desgevraagd worden hun, onder voorbehoud van de bepalingen van de wetgeving van de Staat op wiens grondgebied het onderzoek plaatsvindt, kopieën en/of fotokopieën van de hiervoor aangeduide gegevens en informatie verstrekt. De aanzoekende Staat mag de gegevens en informatie die zijn verkregen tijdens de in de andere Staat uitgevoerde controle, niet gebruiken voordat deze via de bevoegde autoriteiten zijn meegedeeld. G. Belastingambtenaren van de ene Staat die aanwezig moeten zijn op het grondgebied van de andere Staat worden daartoe uitdrukkelijk schriftelijk aangewezen en moeten voorzien zijn van een officiële machtiging waaruit blijkt dat zij optreden namens hun Staat. In alle gevallen moeten de ambtenaren hun hoedanigheid van staatsambtenaar kunnen aantonen door middel van een bewijs van aanstelling of een ander attest dat hun door de dienst waartoe ze behoren is verstrekt.