BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

Vergelijkbare documenten
Wij hebben de eer U ten behoeve van de Vlaamse Regering ingesloten de resolutie betreffende niet-ioniserende straling, over te zenden.

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Gelet op het gewestelijk ontwikkelingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 september 2002;

GSM s en GSM-antennes: Schadelijk voor je gezondheid?

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

ADVIES. 15 september 2016

Gezondheid en elektromagnetische velden (Bron nationaal antennebureau)

Aanvraag van een planologisch attest

MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST

ADVIES. 10 maart 2014

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 20 SEPTEMBER 2001

16 november Persconferentie. Controle van 450 bestaande gsm-antennes in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Technische bijlage

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT

Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Crisiscentrum Geïntegreerde permanentie

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

ADVIES. Ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems

MILIEUVERGUNNINGEN IN BRUSSEL :

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 18 / 2007 van 27 april 2007

ADVIES. Ontwerpbesluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende uitvoering van de ordonnantie van XXX betreffende vrije vloot fietsdelen

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Toespraak Evelyne Huytebroeck Geluidskadaster voor vliegtuigen

De straling van mijn gsm. in vragen en antwoorden

Antennes in uw omgeving. Antennebureau Louwrens Wemekamp 11 januari 2017

ADVIES. 24 april 2019

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 21 december

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid

Brussel, 24 juni _Advies uniek loket bouw- en milieuvergunning. Advies. Uniek loket bouw- en milieuvergunning

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

ADVIES Nr. 12 / 2004 van 21 oktober 2004

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Versie Gezien de uitstekende samenwerking tussen de Federale Staat en de deelstaten in het kader van dit samenwerkingsakkoord;

In april valt de nieuwsbrief van GroenRood bij iedereen in de brievenbus. Op p.4 van die nieuwsbrief staat dat wij konden verhinderen dat op de

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 8 juli 2016;

Referentie advies. Pagina 2/7

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 24 juni 2005; A. SITUERING, ONDERWERP EN RECHTVAARDIGING VAN DE AANVRAAG

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2005) 526 definitief.

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 24 augustus 2000;

ADVIES. 3 december 2012

GSM- of UMTS-repeaters: vragen en antwoorden

Zendantennes in Vlaanderen. Mart Verlaek Vlaams Planbureau voor Omgeving

VR DOC.0160/1

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

gelet op het besluit van de Brussels Hoofdstedelijke Regering van 27/05/2010 tot uitvoering van de voornoemde ordonnantie;

VOORSTEL VAN ORDONNANTIE BETREFFENDE DE BODEMSANERING.

A ESR. Aanvrager. Minister Evelyne Huytebroeck Aanvraag ontvangen op 16/04/2013 Aanvraag behandeld door

A D V I E S Nr Zitting van donderdag 13 november

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

VR DOC.1318/1BIS

Belgisch Staatsblad dd

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

VOORSTEL VAN DECREET

vervolg VEILIG werken in de buurt van antennes

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP. 5 MEI Besluit van de Vlaamse regering betreffende de transactiesom inzake ruimtelijke ordening

MLAV1/ /MV/lydr.

KLeIn erfgoed SUBSIDIEAANVRAAG VOOR DE INSTANDHOUDINGSWERKEN AAN HET. Bestuur Ruimtelijke Ordening en Huisvesting Directie Monumenten en Landschappen

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 23 mei

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 16 DECEMBER 2010.

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

Antennebureau. Bart Huizing. Bleskensgraaf 8 oktober 2013

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

Gemeenschappelijke Raadszitting van donderdag 2 mei

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE. Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de stages voor werkzoekenden. 16 juni 2015

VR DOC.0332/2BIS

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Vragen en antwoorden over elektromagnetische velden en gezondheid

GEMEENTEBESTUUR VAN SINT-JOOST-TEN-NODE PREMIES VOOR DE RENOVATIE VAN WONINGEN GELEGEN OP HET GRONDGEBIED VAN DE GEMEENTE SINT-JOOST-TEN-NODE

MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR

DE BEROEPSINSTANTIE. Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

452 ( ) Nr juli 2015 ( ) ingediend op. Ontwerp van decreet

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Identiteit van de aanvrager : Mijnheer en Mevrouw Quentin Lurkin et Evelyne Queeckers

ADVIES. 17 december 2015

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie houdende de oprichting van een «stedelijke vrijhandelszone» 17 april 2013

A ESR. Aanvrager. Minister Fremault Aanvraag ontvangen op 12 mei 2016 Aanvraag behandeld door

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende stedenbouwkundige attesten, projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen

Wordt door mij, Jean-Louis LECLERCQ, Adjunct-voorzitter bij het Aankoopcomité tot onroerende goederen van Brussel I,

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 april 2006 (24.04) (OR. en) 8478/06 LIMITE VISA 109 FRONT 80 COMIX 383. NOTA het secretariaat-generaal

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 november

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 16 juli

ADVIES. 16 november 2017

AANVRAAG VAN SUBSIDIES VOOR WERKEN TOT BEHOUD VAN EEN BESCHERMD GOED

Om voor inwoners van de gemeente en telecomoperators helderheid over het onderwerp te kunnen bieden, is nu ook voor Heusden beleid opgesteld.

Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, inzonderheid op artikel 23;

Stuk 1328 ( ) Nr. 1. Zitting februari 1999 ONTWERP VAN DECREET

Transcriptie:

BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen Commissie voor ruimtelijke ordening, stedenbouw en het grondbeleid VERGADERING VAN DONDERDAG 28 OKTOBER 1999 Brusselse Hoofdstedelijke Raad - Bulletin van de interpellaties en mondelinge vragen - Gewone zitting 1999-2000

2 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN INHOUD INTERPELLATIE van de heer Willem Draps tot de heer Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, monumenten en landschappen en bezoldigd vervoer van personen, betreffende de afgifte van stedenbouwkundige vergunningen voor zendmasten (GSM). (Sprekers: de heer Willem Draps, Serge de Patoul, mevr. Dominique Braeckman, mevr. Béatrice Fraiteur, de heren Philippe Debry, Bernard Clerfayt en de heer Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, monumenten en landschappen en bezoldigd vervoer van personen) MONDELINGE VRAAG van mevr. Adelheid Byttebier tot de heer Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, monumenten en landschappen en bezoldigd vervoer van personen, betreffende een vastgoedproject aan de Zavel. (Sprekers: mevr. Adelheid Byttebier en de heer Eric André, Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, monumenten en landschappen en bezoldigd vervoer van personen) Brusselse Hoofdstedelijke Raad - Gewone zitting 1999-2000

VERGADERING VAN DONDERDAG 28 OKTOBER 1999 3 Voorzitterschap: de heer Bernard Clerfayt, voorzitter. - De vergadering wordt om 15.25 uur geopend. INTERPELLATIE VAN DE HEER WILLEM DRAPS TOT DE HEER ERIC ANDRÉ, STAATSSECRETA- RIS BIJ HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST, BELAST MET RUIMTELIJKE ORDE- NING, STADSVERNIEUWING, MONUMENTEN EN LANDSCHAPPEN EN BEZOLDIGD VERVOER VAN PERSONEN betreffende de afgifte van stedenbouwkundige vergunningen voor zendmasten (GSM). De heer Willem Draps (in het Frans).- Het mobilofoonverkeer maakt deel uit van ons dagelijks leven. Door de stijging van het aantal GSM-gebruikers en door de toename van het telefoonverkeer moeten de operatoren het aantal antennes van hun netwerk nog uitbreiden. Ofschoon we dagelijks blootgesteld worden aan verschillende elektromagnetische stralingen, maakt men zich op dit ogenblik wat zorgen over de weerslag van de stralingen veroorzaakt door de GSM-antennes op de gezondheid. De thermische effecten van de magnetische golven zijn de enige bekende gevaren. Andere gevolgen zijn wetenschappelijk nog niet bewezen. Noch in België noch op Europees vlak bestaat er op dit ogenblik een regelgeving voor de plaatsing van GSM-antennes. Naast aanbevelingen van de WGO en de internationale commissie voor de bescherming tegen niet-ioniserende stralingen, heeft het Europees comité voor de elektrotechnische normalisatie (CENELEC) een referentieniveau vastgesteld voor een Europese pré-standaard van 42 volt per meter voor het maximale elektrisch veld van de frequenties die voor de GSM's worden gebruikt. Een en ander zal veranderen als gevolg van de jongste aanbeveling die de Europese Raad op 19 juli jongstleden aan de lidstaten heeft gericht en die betrekking heeft op de beperking van de blootstelling van het publiek aan elektromagnetische velden (van 0 Hz tot 300 GHz). De gemeenten moeten advies uitbrengen over elke vergunningsaanvraag voor de plaatsing van GSM-antennes. Met toepassing van artikel 139 van de ordonnantie van 1991 neemt de gemachtigde ambtenaar de uiteindelijke beslissing. Het College van Burgemeester en Schepenen is gebonden aan die beslissingen ofschoon het als eerste met de reacties van de bevolking geconfronteerd wordt. In het Waals Gewest schakelt de stad Namen op onafhankelijke deskundigen in. Zij moeten advies uitbrengen over de vergunningsaanvragen voor de plaatsing van antennes. Behalve dat de gewestelijke overheid niet gebonden is door deze adviezen en rapporten van deskundigen, zou het financieel ondenkbaar zijn zulks te overwegen in elke Brusselse gemeente. Ofschoon het College van Burgemeester en Schepenen het voorzorgbeginsel moet hanteren in zijn beraadslagingen maakt het feit dat er geen normen bestaan en dat enig wetenschappelijk bewijs van de schadelijke gevolgen van de elektromagnetische golven in een bepaalde omtrek rond de bron ervan dat de stedenbouwkundige criteria de doorslag geven in de adviezen die op gemeentelijk vlak uitgebracht worden. Op grond van welke criteria worden dergelijke vergunningen afgegeven? Wat is het standpunt van de gewestelijke overheid ten aanzien van de aanvragen voor de plaatsing van GSM-antennes die worden ingediend door de drie operatoren die momenteel in ons land bedrijvig zijn? In hoeverre past de gemachtigde ambtenaar het voorzorgsprincipe toe bij de behandeling van de dossiers? Dit principe wordt immers al gehuldigd door sommige gemeenten die geweigerd hebben GSM-masten op een of ander gemeentelijk gebouw te laten plaatsen. Zou de gemachtigde ambtenaar de gemeenten niet ambtshalve moeten vragen een voorafgaandelijk openbaar onderzoek te organiseren? De heer Serge de Patoul (in het Frans).- Inwoners hebben ons te verstaan gegeven dat zij bezorgd zijn over de plaatsing van GSM-antennes in ons Gewest. De bezorgdheid van de inwoners is van tweeërlei aard, namelijk de milieuzorg en het vrijwaren van het erfgoed. Overal zijn de verplichtingen van de overheid in verband met het leefmilieu en met het subjectieve recht van de burgers op een goed leefmilieu wettelijk geregeld. Het Europees Hof was van mening dat ernstig milieubederf gevolgen kan hebben voor het welzijn van de mensen en dat zij daardoor hun woongenot zodanig moeten derven dat hun privé- en gezinsleven erdoor geschaad wordt. In 1994 heeft België in zijn Grondwet het recht op een gezond leefmilieu bekrachtigd. De overheid moet nagaan of een project in overeenstemming is met de vigerende wetgeving en met de beginsel van de goede ruimtelijke ordening en moet hierbij het voormelde grondwettelijk beginsel voor ogen houden. Zij moet ervoor zorgen dat de bevolking geen gevaar loopt. De gewestelijke overheid speelt een belangrijke rol aangezien zij beslist of er al dan niet GSM-antennes worden geplaatst. Wetenschappelijke studies waarschuwen voor de gevolgen van elektromagnetische straling voor de gezondheid. Het thermisch effect heeft gevolgen, zoals het versnellen van cataract. Op politiek vlak heeft de Raad van de Europese Gemeenschappen op 12 juli 1999 een aanbeveling betreffende de beperking van de blootstelling van de bevolking aan elektromagnetische velden opgesteld. Het zou fout zijn te beweren dat een zendmast in wijken met een hoge bevolkingsdichtheid geen schadelijke of geringe gevolgen zou hebben. Ik wijs er de Regering op dat de installatie van dergelijke antennes negatieve gevolgen kan hebben voor de waarde van de woningen. De installatie van grote zendmasten op een

4 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN gebouw zou de marktwaarde van heel wat aangrenzende panden verminderen. Er bestaat geen recht van onveranderlijkheid van de omgeving. Er moet eveneens rekening worden gehouden met de ontwikkeling van de technologie en met het openbaar belang. Het begrip abnormale burenhinder zal verschillend beoordeeld worden naargelang de verstoring van het evenwicht verantwoord wordt door een privé-belang of door een openbaar belang. Wetenschappers trekken aan de alarmbel op het vlak van de bescherming van de volksgezondheid. De Regering heeft op 23 september 1999 beslist een werkgroep op te richten die de invoering van een netwerk van zendmasten voor mobiele telefonie zal onderzoeken. Anderzijds heeft de Raad van Europa op 12 juli 1999 een aanbeveling betreffende de beperking van de blootstelling van de bevolking aan elektromagnetische velden goedgekeurd. Hierbij rijzen verschillende vragen. Het eerste deel van de vragen heeft betrekking op de samenstelling van die werkgroep. Het is noodzakelijk dat alle bij deze problematiek betrokken actoren erin vertegenwoordigd zijn: de consumentenverenigingen, de wetenschappers en de vertegenwoordigers van de ondernemingen uit deze bedrijfstak. Het zou interessant zijn te vergelijken hoe andere steden deze problematiek aangepakt hebben. Het tweede deel van de vragen gaat over de problematiek van de dichtheid van de verschillende netwerken in het Brussels Gewest. Dit deel omvat het onderzoek van een overzicht van dit netwerk en een bezinning over een groepering van de operatoren of over een vorm van decentralisatie van de operatoren op basis van kleine zendmasten. In het beter te streven naar een groter aantal kleine zendmasten of naar een kleiner aantal grote zendmasten? Het Waalse Gewest heeft gekozen voor een kleiner aantal grote zendmasten, maar het gaat hier om een landelijk gebied. Het derde deel van de vragen houdt verband met de gezondheid en dus met de toepassing van het voorzorgsbeginsel. Is de Regering van plan een gedetailleerde inventaris op te maken van de wetenschappelijke literatuur over de gevolgen van de installatie van GSM-zendmasten? Hoe ziet de Regering de toepassing van het voorzorgsbeginsel bij de installatie van het netwerk van de gsm-zendmasten? Stelt de overheid alles in het werk opdat de bedrijven in kwestie hun zendmasten installeren op minder drukbezochte plaatsen? Mevrouw Dominique Braeckman (in het Frans).- De zendmasten vormen een netwerk dat fijnmaziger moet zijn naarmate het aantal oproepen toeneemt. Voorts zou het interessant zijn dat de operatoren samenwerken en dezelfde zendmasten gebruiken Maar concurrentie is blijkbaar belangrijker dan volksgezondheid. Er wordt een meetbare verwarming van het weefsel waargenomen. De temperatuur zou met 1 stijgen na 20 minuten bellen met een GSM-toestel van de huidige generatie. Men spreekt ook van gevolgen op lange termijn die leiden tot wijzigingen van de biochemische processen, zelfs bij een lage intensiteit van het elektromagnetische veld. Er is zelfs sprake van de aantasting van het immuunsysteem, zelfs van seksuele problemen en van het feit dat de straling kankerverwekkend is. Uit studies blijkt dat de straling ook een invloed heeft op het gezichtsvermogen, op het DNA en het verouderingsproces versnelt Twee categorieën van personen zijn nog kwetsbaarder: de kinderen en de bejaarden, inzonderheid de bejaarden die een pacemaker dragen. Er is weinig geweten over de gevolgen op lange termijn, die trouwens wetenschappelijk minder meetbaar zijn. Desalniettemin vertonen de conclusies van medische onderzoeken in verschillende landen van de wereld heel wat overeenkomsten. Wat de gevaren voor de gezondheid betreft, staan wij momenteel dus al een stap verder dan niet bewezen geruchten. Er moet dus rekening worden gehouden met de gevaren voor de gezondheid. Alsmaar meer mensen maken zich zorgen over de antennes. Het stuit de inwoners tegen de borst dat ze de risico s moeten ondergaan. Ze hebben er niet zelf voor gekozen en worden er 24 uur op 24 aan blootgesteld, wat niet het geval is met de GSM-gebruiker zelf, die zich uit eigen beweging aan dit gevaar blootstelt en daarom nog niet gedurende lange tijd. De risico s worden niet evenredig verdeeld aangezien de mensen die in de buurt van een antenne wonen meer aan de gevaren worden blootgesteld dan degenen die verder wonen. Ten slotte zij erop gewezen dat de inwoners betreuren dat de antennes vaak worden geplaatst zonder dat de omwonenden hiervan op de hoogte zijn. De antennes worden meestal geplaatst op het dak van gebouwen en brengen de eigenaar, die er niet noodzakelijk woont, vaak een aardig bedrag op. Rekening houdend met de gelijkluidende conclusies van vele studies en met de bezorgdheid van de bevolking, stel ik dan ook de vraag of het u niet logisch lijkt dat de overheid het recht heeft om, op grond van het voorzorgsbeginsel, de blootstelling van de bevolking aan hogefrequentiestraling zo veel mogelijk te beperken? De uitbouw en de exploitatie van een mobilofoonnetwerk valt onder de bevoegdheid van de federale Staat. Het Gewest en de gemeenten zijn alleen bevoegd voor stedenbouwkundige aspecten. De gewestelijke overheid geeft de vergunning af. De gemeenten kunnen echter wel advies uitbrengen. En artikel 112 biedt de gemeenten de mogelijkheid een openbaar onderzoek te organiseren. De aanvragen werden tot nu toe alleen vanuit stedenbouwkundig oogpunt onderzocht. Meestal wordt er geen onderzoek geëist. Zou men bij het onderzoek van de aanvragen ook niet naar de milieueffecten moeten kijken en eisen dat er een milieuvergunning wordt afgegeven? De minister bevoegd voor leefmilieu heeft gezegd dat er een werkgroep ad hoc wordt opgericht. Wanneer zal deze haar eerste conclusies bezorgen?

VERGADERING VAN DONDERDAG 28 OKTOBER 1999 5 Er bestaan nog altijd geen wettelijke normen inzake mobilofoonverkeer. Er zijn alleen aanbevelingen voorhanden, die slechts gebaseerd zijn op de thermische effecten op korte termijn. De drempelwaarden die als veiligheidsnorm worden gehanteerd verschillen van land tot land en van deskundige tot deskundige. De grenswaarden van het elektromagnetisch veld variëren van 4.5 W/m² tot 0.001 W/m². De normen van de WGO, van de Franse Gemeenschap en van de medisch-technische afdeling van Siemens bevinden zich tussen die twee waarden. Als men rekening houdt met de Europese norm, zijn alle antennes onschadelijk. Het Europees Parlement heeft het voorstel van aanbeveling aan de lidstaten trouwens gewijzigd en heeft de nieuwe Commissie opgeroepen een ernstiger voorstel te doen. Het idee om een minimale afstand vast te stellen is verleidelijk, te meer daar vele antennes in het Brussels Gewest zich op plaatsen bevinden waar bijzonder kwetsbare bevolkingsgroepen wonen. De golfbeweging is bijzonder complex in een niet-homogeen milieu. De golf verspreidt zich niet in een cirkelvormige ruimte, met de antenne als middelpunt en de mogelijke risicogebieden beantwoorden niet aan cirkels. Het is moeilijk de kracht van de velden in de onmiddellijke omgeving te meten. Men moet dus bij het opleggen van een minimumafstand met meer aspecten rekening houden. Zou het dus niet beter zijn om voor elke antenne, samen met het BIM, ter plaatste precies de waarde van elk veld te bepalen en veiligheidszones af te bakenen? Zou men, als men ziet dat de waarde rond een gebouw te gevaarlijk is, niet moeten overwegen de antenne te verplaatsen? Deze meting moet geschieden met geijkte instrumenten en de operatoren moeten worden verplicht alle technische gegevens over de straling van hun oude en nieuwe antennes mee te delen. Mevrouw Béatrice Fraiteur (in het Frans). - In 2003 zullen er in de wereld ongeveer 530 miljoen GSM-gebruikers zijn. Een en ander moet dus duidelijk worden geregeld. Ik heb geen weet van een wetenschappelijke studie volgens welke het gebruik van een GSM geen echte gevaren zou inhouden. Bijgevolg moet het voorzorgsbeginsel van doorslaggevend belang zijn bij de afgifte van de exploitatievergunningen. Er moet rekening gehouden worden met het zendvermogen, met de afmetingen en de diameter van de antennes. In de gemeenten moeten er openbare onderzoeken worden gehouden om de inwoners op de hoogte te brengen van de plaatsing van antennes in hun buurt. Er zou ook rekening moeten worden gehouden met de impact op het milieu en de gezondheid. Er bestaat een rechtsvacuüm dat aangevuld moet worden. De plaatsing van antennes is een bevoegdheid van de Gewesten. Ik stel dus een voorstel van resolutie voor dat ertoe strekt dringende en stringente maatregelen te nemen in afwachting van de goedkeuring van een ordonnantie die deze hele problematiek regelt. (Voorzitter: de heer Sven Gatz) De heer Philippe Debry (in het Frans).- Mijnheer André, ik zou willen weten of u, net als uw voorganger, de heer Hasquin, van mening bent dat men zich geen zorgen hoeft te maken zolang niet wetenschappelijk bewezen is dat er gevaar is voor de volksgezondheid. Hij heeft de problematiek van de GSM-antennes vergeleken met die van het asbest en was van oordeel dat die problematiek het gevolg was van geruchten en van lobbyen. Vandaag komt het erop aan te weten wie de vergunning afgeeft. In dit verband is de heer Hasquin heel duidelijk geweest. Hij heeft namelijk gezegd dat, zolang hij bevoegd zou zijn, de gemeenten de desbetreffende vergunningen niet zouden afgeven. Vandaag is hij echter niet langer bevoegd en men kan zich afvragen of men de zaken niet ingewikkelder maakt door deze taak aan het Gewest dan wel aan de gemeenten over te laten. De procedures zouden heel wat eenvoudiger zijn mochten de gemeenten bevoegd zijn om de bouwvergunningen af te geven. Anderzijds steun ik het voorstel van mevrouw Dominique Braeckman om, voor elke aanvraag, ook een milieuvergunning verplicht te stellen. De heer Bernard Clerfayt (in het Frans).- De GSM-masten zorgen in hoofdzaak voor een gezondheidsprobleem waarvoor in eerste instantie de federale Regering en de minister van volksgezondheid bevoegd zijn. De federale Regering kan ervoor zorgen dat gevaarlijke producten uit handel worden genomen of beperkingen opleggen. De mogelijk gevaarlijke aspecten voor de volksgezondheid zijn de biologische of elektromagnetische effecten waarover wij niets weten. Het voorzorgsbeginsel moet dus worden toegepast. Hetzelfde probleem rijst voor alle elektromagnetische golven waaraan we veel vaker blootgesteld worden, bijvoorbeeld de radio. Eerlijkheidshalve moeten we ons wat de GSM's betreft dezelfde vragen stellen als voor alle andere golven. Vandaag zijn er drie verschillende operatoren. De federale Staat heeft elke operator verplicht afzonderlijke frequenties te gebruiken. Als men vandaag de drie operatoren op een netwerk zou doen werken, zouden er, vooral voor de eerste twee operatoren, reële technische problemen rijzen. De federale overheid heeft het mogelijke risico van gezondheidsproblemen verdrievoudigd. De jongste operator die zijn intrede op de markt heeft gedaan, gebruikt voor de doorstraling van informatie tussen de antennes ook een zeer hoge frequentie. Deze frequentie is zelfs hoger dan die van de andere operatoren en houdt een nog groter mogelijk gevaar in. Ik heb aan de minister twee wensen voor te leggen. Men zou de operator ertoe moeten verplichten om bij zijn vergunningsaanvraag een precieze kaart te voegen met de locaties waar hij antennes wil plaatsen. Deze kaart moet ter inzage liggen van het publiek opdat de mensen zouden weten waar er zich antennes bevinden. Men zou ook moeten eisen dat er bijkomende informatie wordt verstrekt over het vermogen van de antennes. (Voorzitter: de heer Bernard Clerfayt) Vervoer van Personen (in het Frans).- Om op uw vraag te

6 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN antwoorden moet ik herinneren aan de algemene beginselen van de procedure terzake. De federale Staat geeft de mobilofoonoperatoren een licentie af. Hierbij houdt ze rekening met de normen van de Europese Commissie en met een bestek. Het BIPT moet nagaan of dit bestek in acht wordt genomen. De gewesten geven de stedenbouwkundige vergunningen af. De drie mobilofoonoperatoren in Brussel staan op de lijst van de instellingen die door de Federale Regering als van openbaar nut worden beschouwd. Volgens artikel 139 van de ordonnantie van 29 augustus 1991 houdende organisatie van de planning en de stedenbouw, moet het Gewest de aanvraag om stedenbouwkundige vergunning onderzoeken. De gemachtigde ambtenaar vraagt de gemeente systematisch om advies, overeenkomstig artikel 141 van dezelfde ordonnantie. Het feit dat het Gewest de dossiers behandelt, zorgt ervoor dat er meer eenvormigheid is in de behandeling van alle aanvragen voor antennes op het grondgebied. Voor elke GSM-zendmast is een volledige stedenbouwkundige vergunning vereist volgens de normale onderzoeksprocedure die geldt voor elke GSM-antenne. Concreet betekent dit dat de vergunning geweigerd wordt in een gebied met een BBP dat de plaatsing van dergelijke zendmasten verbiedt. Binnen een perimeter van culturele, historische of esthetische waarde of voor stadsverfraaiing of in een structurerende ruimte is de afgifte van een stedenbouwkundige vergunning onderworpen aan bijzondere voorwaarden die vastgesteld worden na advies van de bevoegde overlegcommissie. De criteria voor de evaluatie van de vestiging vallen onder het beginsel van een goede ruimtelijke ordening. Het Gewest zorgt alleen voor de integratie van die zendmasten in het stadsbeeld. Momenteel wordt het voorzorgsbeginsel nageleefd door de toepassing van de maatregelen en normen die op federaal en Europees niveau uitgevaardigd zijn. Alleen de normen van de IRPA (International Radio Protection Association) zijn in deze materie internationaal erkend. Het niveau van het door de norm maximaal toegelaten veld mag slechts op ongeveer 1 meter afstand van de installaties overschreden worden. Als er een risico bestaat, zou dat vooral bij het gebruik van de draagbare telefoons zelf zijn. In verband met de organisatie van een openbaar onderzoek voor de installatie van GSM-zendmasten benadruk ik het belang om de administratieve stappen te vereenvoudigen en de coherentie van de procedures om de economische dynamiek van het Gewest niet af te remmen en geen te groot aantal verschillende systemen te hanteren. Krachtens artikel 112 van de ordonnantie van 29 augustus 1991 houdende organisatie van de planning en de stedenbouw kan een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening echter de behandeling van sommige aanvragen om een vergunning of een attest afhankelijk stellen van speciale regelen van openbaarmaking. Aangezien een betrouwbare wetenschappelijke evaluatie van de mogelijke gevolgen voor de gezondheid ontbreekt, zou een openbaar onderzoek voor elk geval echter geen echte oplossing aanreiken. Ik herinner eraan dat de plaatsing van GSM-zendmasten in eerste instantie een gezondheidsprobleem doet rijzen waarvoor het federale Ministerie van Volksgezondheid bevoegd is. Aangezien de federale Staat het door de Europese commissie aanbevolen liberaliseringsbeleid van de telecommunicatiesector onderschrijft, zou het paradoxaal zijn dat de hoofdstad van Europa de ontwikkeling van de telecommunicatiediensten afremt. In verband met de aanvragen om zendmasten te plaatsen op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest leeft ik de vigerende regels na en handel ik binnen de perken van mijn bevoegdheid. In hoofdstuk 7 van de regeringsverklaring heeft de Regering beloofd een studie te laten uitvoeren over de gevolgen van de straling afkomstig van GSM-zendmasten. De Regering heeft mij aangewezen om een werkgroep over deze problematiek te leiden. In antwoord op de vraag van de heer Patoul deel ik mee dat alle betrokken actoren zullen moeten worden geraadpleegd in het kader van dit werk. Er zal eveneens nagedacht moeten worden over de vraag of het aantal krachtige zendmasten beperkt moet worden dan wel of het aantal kleinere zendmasten verhoogd moet worden. Het is noodzakelijk dat het Gewest een eenvormige regelgeving voor de installatie van zendmasten opstelt. De praktijken verschillen te veel van de ene gemeente tot de andere. Ik zal mevrouw Braeckman en de heer Debry zeggen dat zij de bevolking niet nodeloos angst mogen aanjagen. Wij moeten voorzichtig zijn, de kwestie onderzoeken en ons eventueel baseren, op wat er in het buitenland wordt gedaan, zoals men heeft voorgesteld. Mevrouw Dominique Braeckman (in het Frans). Het was niet mijn bedoeling onrust te stoken. Rekening houdend met de vele opmerkingen over de negatieve gevolgen van de golven, vind ik dat het voorzorgsbeginsel nageleefd moet worden. Vervoer van Personen (in het Frans).- Ik vind inderdaad dat rekening moet worden gehouden met de opgeworpen vragen, maar wij kunnen niet ingaan op alle geruchten. In antwoord op de vraag van mevrouw Fraiteur deel ik mee dat de gemeenten speciale regelen van openbaarmaking kunnen vragen. Maar wij overwegen geen verplichting om systematisch onderzoeken te voeren voor elke vergunningsaanvraag. Zoals de heer Clerfayt heeft gezegd; zal het nuttig zijn een exploitatiekaart op te stellen voor iedere operator bij elke vergunningsaanvraag. Voor de zendmasten waarvoor vergun-

VERGADERING VAN DONDERDAG 28 OKTOBER 1999 7 ningsaanvragen worden ingediend zal het vermogen verplicht meegedeeld moeten worden. De heer Willem Draps (in het Frans).- De Regering heeft een uitstekende beslissing genomen door deze werkgroep op te richten. Het debat over de schadelijke gevolgen van de golven is niet recent, want die golven werden al bestudeerd bij het gebruik van de radar. Het staat vast dat de blootstelling van mensen aan zeer dichte radarstralen hoofdpijn veroorzaakte. Het bestaan van blijvende ziekten is niet bewezen. We kunnen wel beweren dat de blootstelling aan de stralen gevolgen heeft voor de gezondheid, maar we weten niets over de duur van die gevolgen. Ter wille van de doorzichtigheid moeten de operatoren verplicht worden de exacte technische structuur en kenmerken van hun netwerk mee te delen, zodat wij er een overzicht van hebben. Het Gewest kan geen genoegen meer nemen met een fragmentarische visie. De gegevens over de installaties moeten nauwkeuriger zijn, vooral wanneer het gaat om zendmasten die in de nabijheid van woningen worden geïnstalleerd. De administratie moet beter ingelicht worden. Er mogen geen vergunningen meer worden afgegeven voor de rechtstreekse plaatsing van zendmasten op de muren van woningen. Wij moeten rekening houden met wat er in de andere landen is gedaan en voor ogen houden dat wij met een stadsgewest te maken hebben. In de stad moeten de operatoren hun zendmasten wel plaatsen in volgebouwde gebieden. Ik hoop dat u erop zal toezien dat al deze vraagstukken door het Ministerie van Volksgezondheid onderzocht worden. Vervoer van Personen (in het Frans).- Ik zal dat zeker doen. U bent het er met mij over eens dat het Brussels netwerk niet altijd optimaal is. Daarom moeten wij er rekening mee houden dat de telecommunicatie in onze stad goed ontwikkeld moet worden. - Het incident is gesloten. MONDELINGE VRAAG Vastgoedproject aan de Zavel Mevr. Adelheid Byttebier.- Een kleine maand geleden diende ik een mondelinge vraag in betreffende het vastgoedproject aan de Zavel waarvoor zowel boekhandel Moresco als drie huizen in de Ruisbroekstraat tot façades zouden herleid worden. Intussen zijn de sloopwerken echter volop bezig en zie ik mij genoodzaakt mijn vraag te herformuleren. Het verhaal van boekhandel Moresco is intussen gekend. Ondanks de voorwaarde van de renovatie bij de verkoop 10 jaar geleden, ondanks aanvankelijk protest van de stad Brussel en de intenties van voormalig minister- president Charles Picqué om een procedure voor bescherming in gang te zetten, wordt het pand nu herleid tot een façade. Boekhandel Moresco is één van de gebouwen die de Zavel maakt tot wat hij is: een historisch, architecturaal en dus ook toeristisch waardevolle plaats. De huizen in de Ruisbroekstraat die in het project eveneens tot een façade herleid worden, bevatten nog een oude 17de eeuwse kern. Zowel in het Gewestplan als het Ontwerp Gewestelijk Bestemmingsplan staat de wijk ingekleurd als woongebied met aandacht voor de verbetering van de leefkwaliteit. Hiervan is in het voorgestelde project geen sprake. Bovendien vragen we ons af of de smalle straten van de wijk het in- en uitrijden van 58 wagens in de parkeergarage wel kunnen slikken. Wij zijn de eersten om toe te geven dat de staatssecretaris het dossier enkel heeft geërfd. Het is een netelig dossier. Op 23 juli jl werd nog een documentatiemap van Pétition Patrimoine afgegeven met de vraag om de betreffende gebouwen op de lijst van te beschermen monumenten te plaatsen. In september echter werd de bouwvergunning toegekend en even later volgde de sloopvergunning. Was het niet democratischer geweest hiermee ten minste te wachten tot het nieuwe parlement was samengekomen? De staatssecretaris neemt zich voor de term "Bruxellisation" uit de woordenlijst te laten schrappen. Maar dit is er toch wel een typisch voorbeeld van. Vastgoedontwikkelaars die hun slag thuis halen als ze maar lang genoeg wachten en proberen. Authentieke gebouwen die gereduceerd worden tot enkel een façade. De staatssecretaris beschermt terecht het Justitiepaleis, maar ik vraag mij af of het beleid ook oog heeft voor de kleine waardevolle gebouwen? Vervoer van Personen.- De boekhandel Moresco is een gebouw waarvan de gevel dateert uit het midden van de 19e eeuw. Het gaat om een interessant gebouw op het vlak van het patrimonium, maar een renovatie bleek onmogelijk gezi en de bouwvallige staat ervan. Het project stelde ook voor om een vijfde van het huizenblok te vernieuwen, waartoe meer bepaald twee gebouwen behoren waarvan de gevels uit de 17e eeuw volledig zijn bewaard en gerenoveerd, hoewel zij niet beschermd zijn. Louter beschouwd uit het oogpunt van het patrimonium, kan dit prject dus niet als volkomen negatief worden gezien. Ik kom nu tot de stedebouwkundige aspecten van het dossier. Op 20 augustus 1997 heeft de vorige regering, daartoe aangezocht door de gemachtigde ambtenaar, een stedebouwkundige vergunning uitgereikt voor een project waarvan het

8 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE VRAGEN programma heel wat omvangrijker was dan dat van het project waarvoor onlangs een vergunning werd afgegeven. De eerstgenoemde vergunning werd door de Raad van State geschorst. Op 30 april 1999 werd bij de stad Brussel een nieuw project ingediend waarvan het programma heel wat beperkter was. Het werd door de Overlegcommissie behandeld op 13 juli 1999. Het advies van die Commissie was verdeeld: de stad, het B.R.O.H. en het B.I.M. gaven een gunstig advies onder bepaalde voorwaarden, de dienst Monumenten en Landschappen gaf een ongunstig advies. Op basis van die verschillende adviezen heeft de gemachtigde ambtenaar een gunstig advies uitgebracht onder zeer bepaalde voorwaarden. Aangezien de aanvrager die opmerkingen heeft verwerkt in nieuwe plannen, heeft het College van de stad Brussel een vergunning afgegeven op 20 september 1999. Ik heb voor dit dossier een oplossing willen vinden die de reglementering in acht nam en tegelijk de nadruk legde op de samenhang van de vooraf uitgebrachte adviezen. Het was niet aanvaardbaar dat nieuwe voorwaarden werden gesteld voor een zelfde aanvraag in een identieke verordenende context, te meer daar het mij onaanvaardbaar leek de instandhouding van het Moresco-gebouw te eisen terwijl daarvoor eerder een afbraakvergunning was afgegeven. Daarnaast heeft dit project, zoals ik al heb gezegd, ook betrekking op de restauratie van de twee opmerkelijke gebouwen gelegen Ruisbroekstraat 63-65, gebouwen waarvan de waarde voor het patrimonium heel wat evidenter leek door hun 17e eeuwse trapjesgevel. Een andere reden om dit dossier te doen opschieten, is dat de kerk van de Zavel beter tot haar recht komt. Wat de eventuele inschrijving van die gebouwen op de bewaarlijst betreft, stel ik vast dat mijn voorgangers daarover nooit een akkoord bereikt hebben. Immers, het kan niet worden aanvaard dat de bescherming van het patrimonium als een "wapen" wordt gebruikt om moeilijke stedebouwkundige dossiers te blokkeren. Er moest een keuze gemaakt worden tussen een stadskanker die uit het oogpunt van het patrimonium belangwekkend is en een degelijk project. Zelfs al is in dit dossier niet alles bevredigend en al hadden verbeteringen kunnen worden toegestaan, toch leek het mij dat het gewest een duidelijk en verantwoordelijk standpunt heeft ingenomen. Met betrekking tot het feit dat de aanvrager de door de stad opgelegde verkoopvoorwaarden niet heeft nageleefd, kan ik alleen maar zeggen dat ik niet kan tussenkomen in de burgerlijke aangelegenheden van de stad. Dit dossier is dus geen ultiem offer van het patrimonium op het altaar van de ondernemers en slopers. De doeltreffende bescherming van ons patrimonium is enkel mogelijk door een pro- actief beleid. Zoals ik reeds eerder heb verklaard, wens ik inzake de bescherming van het patrimonium een coherent beleid te voeren dat hoofdzakelijk gericht is op de bescherming van de gebouwen van voor 1830; het gaat om vele honderden gebouwen. In dat verband beraad ik mij momenteel over de oprichting van een cel van diverse deskundigen die zou worden belast met de organisatie van de actieve ondersteuning van de renovatie van opmerkelijke gebouwen die in gevaar verkeren. Indien zo n cel zich had bezig gehouden met het Moresco-gebouw op het einde van de jaren tachtig, dan had het gebouw wellicht integraal kunnen bewaard worden. Ik meen dat de valorisatie van het opmerkelijk patrimonium slechts operationeel kan zijn wanneer er overeenstemming bestaat met de verantwooordelijken voor de economische ontwikkeling van ons Gewest, en meer bepaald met de privéinvesteerders, voor zover de zaken van in den beginne duidelijk zijn en zij ervan overtuigd zijn te worden gesteund door coherente en verantwoordelijke openbare diensten. Mevr. Adelheid Byttebier.- Wanneer zal deze cel worden opgericht en hoe zal de samenstelling er uitzien? Vervoer van Personen.-Meer informatie hierover zal ik geven bij een volgende interpellatie. - Het incident is gesloten. - De vergadering gewijd aan de interpellatie en de mondelinge vraag wordt gesloten om 16.40 uur.