Montage en bediening. Pneumatische klepstandsteller F10. DOC.6.41.BNL Rev.0 May CCW Direct. Standard setting. CW Reverse. 0 Initial settings

Vergelijkbare documenten
Montage en bediening. Pneumatische klepstandsteller F10 DOC.6.41.BNL Linksom, direkt werkend. 1.0 bar. Standaardinstelling

betrouwbare actuators voor

betrouwbare actuators voor

Rosemount golfgeleide radar

Drukregelaar type voor verhoogde luchtcapaciteit. Afb. 1 Drukregelaar type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

Montage handleiding Meskantafsluiters

Magneetventielen type 3963

AST4910 Gereedschapsset voor het afstellen/ blokkeren van benzinemotoren met dubbele nokkenas

Drukregelaar type 4708

Model 42 Verschildrukregelaar (sluitend) Type type Type A type A Type B type B

Banden de- en montage machine

Thermis WireFree io temperatuur sensor

Rosemount 5400 Series

Installatiehandleiding

Documentatie. Pneumatisch bediende kogelkranen

YARWAY NARVIK MODEL 20 PNEUMATISCHE DIAFRAGMA-AANDRIJVING

Magneetklep DN15 t/m DN150

DA 50. Drukverschilregelaars Drukverschilregelaar met instelbaar setpoint DN 32-50

4xM5x8. n3xo3 n1xo1 n2xo2 PNEUMATISCHE AANDRIJVING H B. 2xG¼" E (H11) Afmetingen [mm] nlpa Pagina 3/6

Introductie Capa Switch KLS Algemeen

TA-COMPACT-P. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV)

Pneumatische actuator, Typen GTKB, GTW, GTX. pneumatic actuators type GTKB, GTW, GTX CE, ATEX, GOST, SIL3

Montage instructie Mechanisch codeslot. Montage instructie Mechanisch codeslot met krukbediening Type KNSV 5150 SCP

HepcoMotion. MHD Installatie en Handling Instructies

EZM EZM1000. Gebruikershandleiding hydraulisch / pneumatisch blindklink gereedschap

Gebruikershandleiding Pneumatische haakse boormachine EG225-19R

Elektrische of pneumatische eindschakelaar type Fig. 1 Eindschakelaar type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8365 NL

Hytork XL. Instructies voor installatie, bediening & onderhoud MAC Rev. A April Belangrijke veiligheidsprocedures.

...een product van BEKA

Installatie & Onderhoudsinstructies


Rada Outlook By-pass adapter

Bedrijfsvoorschriften

Gebruikershandleiding Reactieloze pneumatische ratel EG554A (3/8 ) EG554B (1/2 )

3/6/HL/3. Afsluitkleppen. Serie NAK (gasdicht) The art of handling air

Veiligheidsafsluitventiel met drukreduceer Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV)

Branderketel 12V DC/ 24 V DC

FIST-RSKG-4. Gel afdichting voor de ronde kabelpoorten van de FIST-GCO2-BX6, FX6 en BX8 lasmof. Inhoud. 1 Algemeen. 2 Kit inhoud

Controleer vóór montage of het product compleet en vrij van beschadigingen is. Mocht u een gebrek constateren, neem dan contact op met uw

TECHNISCHE HANDLEIDING

Handleiding. PNT 812 Pneumatisch / hydraulisch gereedschap voor blindklinkmoeren PNT812. Technische gegevens. Gebruiksaanwijzing LET OP!

L N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4

Controleer vóór montage of het product compleet en vrij van beschadigingen is. Mocht u een gebrek constateren, neem dan contact op met uw

IA m tion Pneumatische aandrijvingen

Installatie & onderhouds instructies KAPTIV. Niveau gestuurde condensaat aftap zonder persluchtverlies 09/09

IXENGO L. FR Manuel d installation. DE Installationsanleitung. IT Manuale d installazione. NL Installatiehandleiding D811862

PLAATSINGSINSTRUCTIES DUOFUSE POORTJE

BioFleece. Biologisch Vliesfilter. Gebruiksaanwijzing

Model 240 Pneumatisch open-/dicht-regelventiel Type 3351

Documentatie. magneetventielen

Introductie. Vuildeeltjes en water. Vuildeeltjes. Water. In de praktijk gaat dat als volgt:

Terminator. ZP-PTD100-WP Aansluitset temperatuursensor. The Heat Tracing Specialists INSTALLATIEMETHODEN

Gascat Brise Puls Gascat Brise Plus gasdrukregelaar Gebruiksaanwijzing

Aanpassingset met onderdelen voor aandrijving Model 44905, of GreensPro 1200 greensrol

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding

Mac Mini Late 2012 IR-sensor vervangen

Pneumatische draaiaandrijving Type 3278

Sunis WireFree io zonsensor

DAL 516. Drukverschilregelaars Met instelbaar setpoint en debietregeling

Gebruikershandleiding Pneumatische rechte stiftslijper EG120ST EG120K-19R

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8546 NL. Drukregelaar type Type op klepstandsteller Type met filterhuis

Hefkolommen Óók voor: Werktafels OP MAAT Hoogte verstelbare werktafels Schuifladekasten en indelingen Stoelen Trolleys

Montage- en gebruiksaanwijzing

AVID standaanwijzers. Het assortiment. CR standaanwijzer Corrosiebestendige IP68 standaanwijzer voor afsluiters.

1. Beschrijving van de onderdelen

Montage handleiding 123ignition 4 en 6 cilinder 16 curve uitvoering cw/ccw positief en negatief geaard. BELANGRIJK

Rosemount 5400 niveautransmitter

ELEKTROMAGNETEN EM-7S/17S/17D t f MODELLEN 7SSM, 17SSM, 17SSMDT, 17DSMDT

Drukreduceer Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

COMBILOK. De superieure vrachtwagenblokkering STERTIL SUPERIOR SOLUTIONS BY QUALITY PEOPLE

Elektra H GB... 9 NO

VTB 200 Vlinderkleppen

Handleiding voor installatie, gebruik en onderhoud DOC.IOM.EF.NL versie 3 Februari EL-O-Matic F-serie pneumatische tandheugelactuators

BVA300 Pneumatische servomotor - Roterend

Installatie & onderhouds instructies COMBO-D-LUX. Tijdgestuurde condensaat aftap 02/13

EL5060 / EL5061 Elektrische servomotor

Aanvullende documentatie bij montage- en technische handleiding

PLAATSINGSINSTRUCTIES DUOFUSE POORTJE

Gebruikershandleiding Pneumatische stripingverwijderaar EG280CK-6

Fig.1a Fig.1b

Instructies voor installatie, bediening & onderhoud MAC NL Rev. D Februari Hytork XL pneumatische actuator

Handleiding en aansluitinstructie

Optima Canopy accessoires voor het ophangen

SLANG-ACCESSOIRES ADEMLUCHTTOESTEL 1

Serie 544 MULTIFUNCTIONEEL SCHUIFVENTIEL

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen

PVA10. Pneumatisch bediende 2-Weg RVS vrijstroomafsluiter PVA10

INSTALLATIE INSTRUCTIES

PF6 Pneumatische afsluiter met schuine spindel - RVS

PNEUMATISCHE BEDIENING FIG. PD - PE

Installatie- en Onderhoudsinstructies KAPTIV-CS-HP-S. Elektronisch niveaugestuurde condensaataftap 06/14

PRECISIE DRUKREGELAARS & DRUKREGELAARS

Proportioneel drukregelventiel

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzingen

Gebruikershandleiding Pneumatische slagmoersleutel EG2460 (1/2 ) EG2480 (3/8 )

Woonhuisventilator type: Compact-10P

STAG. Inregelafsluiters DN met gegroefde einden

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

Transcriptie:

1 bar/ 15 psi Standard setting CCW Direct CW Reverse 0.2 bar/ 3 psi 0 Initial settings 90 3 2 1 Pneumatic POSITIONER Closed Open 1 2 DOC.6.41.BNL Rev.0 May 2016 A B

INHOUDSOPGAVE Produktomschrijving...3 Werkingsprincipes...4 Toelichting op het onderstaande diagram:...4 Montage op roterende aandrijvingen...5 Mechanische montage - roterende aandrijvingen...5 Pneumatische aansluitingen - dubbelwerkende uit voering...5 Pneumatische aansluitingen - enkelwerkende uitvoering...6 LET OP! Eisen ten aanzien van de luchtvoorziening...6 Kalibrering - Initiële Instellingen - Veranderen van Nok...7 Initiële instellingen...7 Veranderen van nok...7 Instelling van het werkbereik...8 Onderhoud...9 Lokaliseren en opheffen van storingen...9 Algemene Specificaties: Metrisch Imperial Hysteresis: 0.6% Lineariteit: 1.0% Luchtdoorlaat: 210 Nl/min (bij 6 bar) 7.4 SCFM (bij 87 psi) Luchtverbruik: 15 Nl/min (bij 6 bar) 0.6 SCFM (bij 87 psi) Min. volume aandrijving: 0.1 Nl 6.1 in 3 Temperatuur: -20 tot +80 C -4 tot +176 F Behuizing: IP65 NEMA 4 Montage: VDI/VDE 3845 Luchtaansluiting: G 1/4" 1/4" NPT Luchtdruk: 1.4 tot 8.6 bar 21 tot 125 psi Signaal luchtdruk - Standaard: 0.2 tot 1.0 bar 3 tot 15 psi - Instelbaar: 0.2 tot 0.6 bar 3 tot 9 psi 0.6 tot 1.0 bar 9 tot 15 psi Media Niet gesmeerde instrument lucht, gefilterd op 25 micron Dauwpunt moet 10 C (18 F) onder omgevingstemperatuur liggen Luchtkwaliteit klasse 3-2-3 volgens ISO 8573-1 8573-1 May 2016 DOC.6.41.BNL Rev.0

Montage en bediening Produktomschrijving Door de montage van een klepstandsteller F10 kan een pneumatische aandrijving in elke stand tussen volledig geopend en volledig gesloten worden gezet. Hierdoor kunnen de roterende en lineaire regel afsluiters, alsmede een breed scala van instelkleppen en soortgelijke toestellen nauwkeurig worden inge steld. De beweging van de aandrijving wordt evenredig aan het ontvangen druksignaal, dat van 0,2 tot 1 bar (3-15 psi) kan variëren, geregeld. Kenmerken van de Posiflex klepstandsteller F10: - Hoge Positioneersnelheid voor zowel klein e als grote aandrijvingen - Eén enkel model voor zowel enkel- als dubbel werkende aandrijvingen. - Nulinstelling vanaf de buitenzijde. - Hoge mate van nauwkeurigheid door high gain versterking. - Bereikinstelling met mogelijkheid van split range instelling. Een speciale nok voor de roterende aandrijving biedt de mogelijkheid van split range. - Driestandennok voor roterende aandrijvingen biedt de mogelijkheid van lineaire, snelopenings en gelijkpercentagekarakteristieken. - Directe of omgekeerde werking. Klepstandstellers F10 zijn verkrijgbaar voor zowel roterende alsook lineaire toepassingen. Dankzij het gebruik van een genormaliseerde montage-interface (VDI/VDE 3845 kunnen deze klepstands tellers eenvoudig en zonder problemen worden ingebouwd. Voor de meeste types aandrijvingen zijn montagekits verkrijgbaar. Door de volledig pneumatische bedrijfswijze kunnen de klepstandstellers F10 in explosiegevaarlijke zones worden toegepast, zonder dat aanvullende beveili ging noodzakelijk is. Het leveringsprogramma omvat een breed scala van modulaire regelopties. Hiertoe behoren extra meters, meetinstrumenten, positie-transmitters etc. Pneumatic POSITIONER Closed Open DOC.6.41.BNL Rev.0 May 2016 1.

Werkingsprincipes De pneumatische Posiflex klepstandsteller F10 is een wegvergelijkingsinstrument met een hoge versterkingsfactor dat geschikt is voor een breed scala van enkel- en dubbelwerkende roterende en lineaire aandrijvingen. Toelichting op het onderstaande diagram: De klep standsteller wordt in de middenstand getoond, inclu sief aansluiting voor INSTRUMENTEN- en PERS- LUCHT. De vaan met tuit (5) houdt het instrument in zijn evenwichtstoestand, waarbij net voldoende stuurluchtdruk op de plunjerklep wordt uitgeoefend om de aandrijving in de ingestelde stand te houden. Indien de aandrijving in een andere, verder geopende stand moet worden gezet, wordt het druksignaal van het INSTRUMENT dienovereenkomstig verhoogd. Hierdoor wordt de luchtspleet ter plaatse van de tuit (5) gesloten, wat een versterkte drukverhoging aan het einde van de plunjerklep veroorzaakt. Dit leidt dan weer tot een verplaatsing van de plunjerklep, waar door de luchtdruk aan de open zijde van de aan drijving kan stijgen en er lucht aan de gesloten zijde kan worden uitgeblazen. Wanneer de aandrijving van stand verandert, wordt de nok (6) linksom gedraaid waarbij de luchtspleet ter plaatse van de tuit (5) steeds wijder wordt. Nadat het nieuwe instelpunt is bereikt, wordt de stuurdruk verminderd totdat de evenwichtstoestand is bereikt, waarna de aandrijving in de nieuwe stand wordt ver grendeld. Daarentegen zal een dalende INSTRUMENTDRUK leiden tot een beweging van de klepstandsteller met de wijzers van de klok mee. De procedure voor enkelwerkende aandrijvingen is dezelfde, met dien verstande dat de ongebruikte pneumatische aansluiting (OUTPUT 2) afgestopt is. 1 Balanceersamenstelling 2 Pneumatisch afsluiterblok 3 Aandrijving 4 Mechanisch terugvoer 5 Vaan met tuit 6 Nok Output 2 5 L air moteur Ouvert 3 1 Ferme 4 Signal pilote 6 May 2016 2. DOC.6.41.BNL Rev.0

Montage en bediening Montage op roterende aandrijvingen Mechanische montage - roterende aandrijvingen De klepstandsteller wordt met behulp van een daarvoor geschikte montagekit bovenop de pneumatische aandrijving gemonteerd. De wijze van montage van de klepstandsteller is conform de norm VDE/VDI 3845. Indien de aandrijving aan de zelfde norm voldoet, kan een standaard NAMURmontage kit worden gebruikt. Als dit niet het geval is, dient u een speciale montagekit te bestellen. Ervan uitgaande dat bij de montage gebruik wordt gemaakt van de standaard NAMUR-montagekit, dient als volgt te werk worden gegaan: 1. Bevestig de beugel met de 4 meegeleverde schroe ven bovenop de aandrijving. 2. Controleer of de borgveer goed vastzit aan de onderkant van de as van de klepstandsteller. 3. Plaats de klepstandsteller bovenop de beugel en zorg ervoor dat de 4 mm lange lip goed in de corresponderende groef in de spil van de aandrijving valt en dat de centreerschroef in de juiste stand staat. 4. Monteer de klepstandsteller met de 4 meegeleverde schroeven op de beugel. Pneumatische aansluitingen - dubbelwerkende uitvoering Hierbij wordt uitgegaan van een standaard montage (voor directe werking), waarbij een in intensiteit toenemend signaal de afsluiter linksom moet openen. Alvorens lucht aan te sluiten, dient u te controleren of hier sprake is van schone, droge instrumentenlucht die minimaal tot op 25 micron is gefilterd - zie blad 4. 1. Breng een passend stuk luchtleiding tussen poort 1 op de klepstandsteller en poort A op de aandrijving aan. (Met poort A wordt die poort bedoeld, waarbij de aandrijving linksom draait wanneer lucht op deze poort wordt gezet.) 2. Breng een passend stuk luchtleiding tussen poort 2 op de klepstandsteller en poort B op de aandrijving aan. (Met poort B wordt die poort bedoeld, waarbij de aandrijving rechtsom draait wanneer lucht op deze poort wordt gezet.) 3. Sluit lucht aan op de met Supply aangeduide poort van de klepstandsteller. 4. Indien de klepstandsteller aan beschermingsklasse IP54 moet voldoen, dient in de met Exhaust aangeduide poort fittingmateriaal te zijn aangebracht welke voorkomen dat er water in de behuizing komt of dat de luchtdruk in de behuizing stijgt (geen sinterfilters maar een stuk leiding of een speciale IP65 demper met diafragma. 5. Sluit de instrumentenlucht aan op de met INSTR aangeduide poort. Mechanische Montage Inlaat Instrument Uitlaat 1 2 A B Pneumatische aansluitingen Dubbelwerkende uitvoering Opmerking: Bij een in omgekeerde richting werkende samenstelling moeten de lucht aansluitingen en de nokplaat worden omgekeerd - zie blad 7. DOC.6.41.BNL Rev.0 May 2016 3.

Pneumatische aansluitingen - enkelwerkende uitvoering Hierbij wordt uitgegaan van een standaard montage (voor directe werking), waarbij een in intensiteit toe nemend signaal de afsluiter linksom moet openen. Alvorens lucht aan te sluiten, dient u te controleren of hier sprake is van schone, droge instrumentenlucht die minimaal tot op 25 micron is gefilterd - zie hieronder. 1. Breng een passend stuk luchtleiding tussen poort 1 op de klepstandsteller en poort A op de aandrijving aan. (Met poort A wordt die poort bedoeld, waarbij de aandrijving linksom draait wanneer lucht op deze poort wordt gezet.) 2. Sluit lucht aan op de met Supply aangeduide poort van de klepstandsteller. 3. De ongebruikte poort 2 van de klepstandsteller afpluggen met de meegeleverde stop. 4. Indien de klepstandsteller aan beschermingsklasse IP54 moet voldoen, dient in de met Uitlaat aangeduide poort fittingmateriaal te zijn aangebracht welke voorkomen dat er water in de behuizing komt of dat de luchtdruk in de behuizing stijgt (geen sinterfilters maar een stuk leiding of een speciale IP65 demper met diafragma. 5. Sluit de instrumentenlucht aan op de met INSTR aangeduide poort. Opmerking: Bij een in omgekeerde richting werkende samenstelling moet dezelfde procedure worden gevolgd. Er moet echter wel een in omgekeerde richting werkende aandrijving worden gebruikt -zie blad 7. LET OP! Eisen ten aanzien van de luchtvoorziening Bij een druk van meer dan 8,6 bar (125 psi) zal de klepstandsteller schade oplopen. De aan de klepstandsteller toegevoerde lucht moet schoon, droog en vrij van olie zijn. De lucht dient minimaal tot op 25 micron te worden gefilterd (zoals vermeld in norm ISA S7.3 van Instrument Society of America). Voor een maximale werking dient het filter zo dicht mogelijk in de buurt van de klepstandsteller te worden aangebracht. 1 A Inlaat Uitlaat Pneumatische aansluitingen Enkelwerkende uitvoering Instrument 2 May 2016 4. DOC.6.41.BNL Rev.0

Montage en bediening Kalibrering - Initiële Instellingen - Veranderen van Nok Voordat eventuele aanpassingen worden uitgevoerd moet: - de klepstandsteller correct gemonteerd zijn - de nok in het juiste gebied en zijde staan (geïdentificeerd door de nok markeringen). Initiële instellingen De klepstandstellers worden fabrieksmatig zodanig afgesteld, dat zij voor de meeste toepassingen geschikt zijn. Signaalingang - 0,2 tot 1,0 bar (3-15 psi) Bereik - 0% tot 100% Regelfunctie - lineair Gevoeligheid - 0,1% Werking - direct werkend (Linksom openend bij een in intensiteit toe nemend signaal.) De klepstandsteller F10 is uitgerust met de volgende voor zieningen, die het mogelijk maken de initiële instellingen te wijzigen: Nulpunt Bereik Met de externe nulpuntinstelschroef Met de interne werkbereik-instelring Werkbereikveer De veer voor het standaard werkbereik is geschikt voor normale bedrijfsvoering en split ranging. Noksegment Veranderen van nok Er zijn zes segmenten aanwezig voor de roterende klepstandsteller en acht seg menten voor de lineaire klepstandsteller (zie tabel). Verwijder het deksel en de standaanwijzer van de klepstands teller, waardoor de nok vrijkomt. De nok is dubbelzijdig uitge voerd: linksom voor directe werking en rechtsom voor omge keerde werking. Indien de aandrijving helemaal naar rechts is gedraaid en vervolgens bij een in intensiteit toenemend instrumentsignaal linksom moet draaien, dient de nok zich aan de linker kant te bevinden, waarbij de beginmerkstreep tegenover het lager van de nokrol moet liggen. Indien de aandrijving helemaal naar links is gedraaid en vervolgens bij een in intensiteit toe nemend instrumentsignaal rechtsom moet draaien, dient de nok zich aan de rechter kant te bevinden, waarbij de begin merkstreep tegenover het lager van de nokrol moet liggen. Staat de nok niet in de goede stand, dan dient deze als volgt te worden gewijzigd: 1. Verwijder de nokmoer (1). 2. Breng de nokplaat in de juiste stand, waarbij erop toege zien moet worden dat het juiste segment zich naast de nokrol bevindt (2). 3. Breng de nokmoer weer aan en draai deze vervolgens vast. 4. Breng de standindicatieschijf weer aan, waarbij erop gelet moet worden dat de schijf in de juiste positie staat. 1 bar/ 15 psi 0.2 bar/ 3 psi Standaard instelling 0 90 Initiële instellingen Roterende aandrijving lin Noksegment 2 1 Linksom, direct werkend Rechtsom, omgekeerd werkend 90 linksom 90 rechtsom lin lin =% =% QO = lineair =% = gelijk percentage QO SR QO * * = Snel openend («Quick Opening») = «Split Range» * = Speciale «split range»-nok 2 Nok 90 Bovenaanzicht van nok DOC.6.41.BNL Rev.0 May 2016 5.

Alvorens u instelwerkzaamheden kunt verrichten, dient de klepstandsteller op de juiste wijze te worden gemonteerd. De nok dient zich in de juiste sector aan de juiste zijde te bevinden; hiervoor moet rekening worden gehouden met de merktekens op de nok. Nulinstelling Het nulpunt wordt vanaf de buitenzijde ingesteld; de instelschroef bevindt zich aan de rechter kant van het huis van de klepstandsteller en kan worden bereikt door een stop te verwijderen. 1. Verwijder de toegangsstop (1). 2. Stel het instrumentsignaal op de minimale waarde in (0,2 bar voor een werkbereik van 0,2 tot 1,0 bar), (3 psi voor een werkbereik van 3 tot 15 psi). 3. Verdraai de nulpuntinstelschroef (2) totdat de aandrijving net in beweging komt. Door de instelschroef rechtsom te draaien, kunt u de beginwaarde verho gen. 4. Breng de toegangsstop (1) weer aan, nadat de instelling is voltooid. Instelling van het werkbereik Verwijder het deksel van de klepstandsteller, waardoor de gekartelde ring voor het instellen van het werk bereik vrijkomt. Deze ring bevindt zich aan de rech ter kant van de samenstelling. De fabrieksinstelling is zodanig dat een instrument druk van 0,2 tot 1,0 bar (3-15 psi) resulteert in een complete slag. Instellingen kunnen worden gewij zigd door de met de volle slag corresponderende stand (maximale opening) bij een druk van 1,0 bar (zijnde de maximale instrumentdruk) opnieuw in te stellen. Bij het verstellen van het werkbereik moet als volgt te werk worden gegaan: 1. Verhoog de intensiteit van het instrument signaal tot de maximale waarde (1,0 bar voor een bereik van 0,2 tot 1,0 bar), (15 psi voor een bereik van 3 tot 15 psi). 2. Indien de aandrijving niet de eindpositie bereikt, dient de gekartelde instelring (3) linksom te worden gedraaid totdat de stand is bereikt die correspondeert met de volle slag. 3. Door de werkbereik-instelschroef rechtsom te draaien, kunt u het werkbereik verkleinen, ter wijl het werkbereik kan worden vergroot, door de schroef linksom te draaien. 4. Controleer het nulpunt opnieuw nadat het werk bereik is ingesteld en verstel het nulpunt, in dien nodig. 3 2 1 May 2016 6. DOC.6.41.BNL Rev.0

Montage en bediening Onderhoud Lokaliseren en opheffen van storingen Indien het vermoeden bestaat dat de klepstandsteller niet correct functioneert, dient het volgende te wor den gecontroleerd: 1. Staat de nok in de goede stand voor de gekozen toepassing? (Zie blad 5.) 2. Is de klepstandsteller correct gemonteerd? (Zie blad 3.) 3. Is de koppeling of NAMUR as goed uitgelijnd ten opzichte van de nokkenas van de klepstandsteller en de aandrijving? 4. Zijn de leidingen van de klepstandsteller goed aangesloten? (Zie blad 3 en 4.) 5. Controleer of de toevoerdruk hoger is dan de druk die minimaal nodig is om de aandrijving in bewe ging te zetten. 6. Is er instrumenten- en uitgangsdruk ter plaatse van de klepstandsteller aanwezig? (Lees de instru ment-en uitgangsdruk af, indien de klepstandsteller is voorzien van een instrumentenblok. Als dit blok ontbreekt, dient u de meetinstrumenten op de instrument- en uitgangspoorten aan te sluiten en de waarden te noteren.) 7. Werkt de aandrijving correct? (Sluit de toevoer van inlaatdruk naar de klepstandsteller af en sluit de inlaatdruk op de aandrijving aan. Maakt de aan drijving de volle slag?) Voor aanvullende informatie kunt u te allen tijde contact opnemen met de EL-O-Matic vestiging of vertegenwoordiger bij u in de buurt. DOC.6.41.BNL Rev.0 May 2016 7.

World Area Configuration Centers (WACC) bieden sales support, service, inventaris en inbedrijfstelling aan onze wereldwijde klanten. Kies de WACC of verkoopkantoor dichtstbijzijnde: Noord & Zuid Amerika 19200 Northwest Freeway Houston, TX 77065 T +1 281 477 4100 F +1 281 477 2809 P. O. Box 10305 Jubail 31961 Saudi Arabië T +966 3 340 8650 F +966 3 340 8790 Av. Hollingsworth, 325, Iporanga Sorocaba, SP 18087-105 Brazil T +55 15 3238 3788 F +55 15 3228 3300 Asië Pacific No. 9 Gul Road #01-02 Singapore 629361 T +65 6501 4600 F +65 6268 0028 No.1 Lai Yuan Road Wuqing Development Area Tianjin 301700 P.R. China T +86 22 8212 3300 F +86 22 8212 3308 Midden Oosten & Afrika P. O. Box 17033 Dubai Verenigde Arabische Emiraten T +971 4 811 8100 F +971 4 886 5465 24 Angus Crescent Longmeadow Business Estate East P.O. Box 6908; Greenstone; 1616 Modderfontein, Extension 5 Zuid Afrika T +27 11 451 3700 F +27 11 451 3800 Europa Berenyi u. 72-100 Videoton Industry Park, Building #230 Székesfehérvár 8000 Hungary T +36 22 530 950 F +36 22 543 700 Voor een complete lijst van de verkoop en productie sites, kunt u terecht op www.emersonprocess.com/valveautomationlocations of neem contact met ons op via info.valveautomation@emerson.com www.emersonprocess.com/elomatic All Rights Reserved. We reserve the right to modify or improve the designs or specifications of the products mentioned in this manual at any time without notice. Emerson Process Management does not assume responsibility for the selection, use or maintenance of any product. Responsibility for proper selection, use and maintenance of any Emerson Process Management product remains solely with the purchaser. 2016 Emerson Electric Co. May 2016 DOC.6.41.BNL Rev.0