/ Archief cijfers ZORGZWAARTE IN DE THUISVERPLEGING Vlaams Gewest 2013 / 5.01.2016 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 1/11
Gepubliceerd op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers op juli 2015 door: Heidi Cloots, Herwin De Kind, Hilde Smets Afdeling Informatie en Zorgberoepen Hoe refereren naar dit document? Zorg en Gezondheid Zorgzwaarte in de thuisverpleging -2013 [Online publicatie]. Brussel: Agentschap Zorg en Gezondheid, afdeling Informatie en Zorgberoepen, 2016 [geraadpleegd op../../..], Beschikbaar op: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers/vorige_cijfers/ GI2013-zorgzwaarte_thuisverpleging.pdf 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 2/11
Inhoudstafel 1 Wat is een zorgforfait 4 2 Evolutie thuisverpleging 4 2.1 Evolutie aandeel per leeftijdsgroep 4 2.2 Evolutie gestandaardiseerde cijfers 5 3 Spreiding forfaits thuisverpleging 6 4 Over deze cijfers 11 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 3/11
1 Wat is een zorgforfait Een zorgforfait in de thuisverpleging heeft te maken met de zorgbehoevendheid van een persoon die thuis verblijft en er verzorgd wordt. De patiënt heeft een bepaalde mate van zorg nodig en die wordt vastgesteld aan de hand van een aantal criteria die te maken hebben met dagelijkse activiteiten zoals de mate waarin men zich zelfstandig kan wassen, kleden, verplaatsen, eten De evaluatie van deze vragen gebeurt aan de hand van een evaluatieschaal, de Katzschaal, die door de verpleegkundige en/of behandelend geneesheer (bv. voor de bepaling van het palliatief statuut) wordt ingevuld en bezorgd wordt aan de adviserend geneesheer van het ziekenfonds. Elke categorie komt overeen met een bepaald zorgforfait. Er worden vier verschillende categorieën gehanteerd: O: bijna geen zorg/hulp nodig, zelfstandig: hiervoor wordt geen forfait toegekend in de thuisverpleging. A: lichte zorg: beperkte hulp nodig B: zorgafhankelijk: uitgebreide hulp nodig van derden; C: zwaar zorgafhankelijk: volledige afhankelijkheid van derden. Een patiënt die thuis verzorgd wordt, kan nog een bijkomend forfait toegekend krijgen voor hygiënische verzorging (type T) en palliatieve verzorging (type P). T: Hygiënische verzorging kan ook verstrekt worden zonder de andere forfaits, en kan ook gebeuren zonder voorschrift van de arts. Maar het forfait type T kan slechts worden toegekend voor iedere patiënt bij wie op zijn minst tweemaal per week hygiënische verzorging wordt verleend en voor zover de hygiënische verzorging wordt verleend gedurende een ononderbroken periode van 28 dagen (RIZIV-nomenclatuur art. 8 4bis); P: Dit forfait kan enkel aan palliatieve patiënten worden toegekend, en dit voor slechts een beperkte periode van 30 dagen die eenmalig kan verlengd worden met nog eens 30 dagen. 2 Evolutie thuisverpleging 2.1 EVOLUTIE AANDEEL PER LEEFTIJDSGROEP In de thuisverpleging valt het op dat er een evenredig aantal forfaits is van lichte zorg (type A) en zwaardere zorg (type B en C). Het aandeel van dit A-type nam toe in elke leeftijdsgroep in 2010-2011. Voor 2012 is er echter in elke leeftijdsgroep een daling van de lichte zorgforfaits behalve voor de 95-plussers. Voor 2013 zien we vooral in de leeftijdsgroepen tot 79 jaar weer een lichte stijging. Bij de 95- plussers is er opnieuw een daling. 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 4/11
AANDEEL (%) LICHTE ZORGFORFAITS (TYPE A) IN TOTAAL AANTAL BASISFORFAITS (A-B-C) VAN DE THUISVERPLEGING PER LEEFTIJDSGROEP EN JAAR, VLAAMS GEWEST, 2009-2013 Bron: IMA-data, 2009-2013 2.2 EVOLUTIE GESTANDAARDISEERDE CIJFERS In absolute aantallen zijn dit de trends: Het aantal forfaits voor lichte zorg (type A) nam licht toe (+10%) tussen 2009 en 2011 om vervolgens weer te dalen met 12% tussen 2011 en 2013 waardoor het aantal A-forfaits in 2013 lager ligt dan in 2009. De zwaardere zorgtypes (type B en type C) steeg licht tussen 2009 en 2011 en kende ook hier een daling tussen 2011 en 2013. Type T daalde met 23% tussen 2009 en 2013. Type P (palliatieve zorg) daarentegen verviervoudigde tussen 2009 en 2013. Dit laatste type komt wel veel minder voor. 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 5/11
Deze tendens in de absolute aantallen zien we ook terug als we rekening houden met de leeftijdsverschillen in de bevolking (standaardisatie): Bij de basisforfaits zien we een daling bij zowel het lichte zorgtype (type A) als het zware zorgtype (type B en C); In de bijkomende forfaits zien we een daling bij het T-type en een sterke stijging bij het P-type. EVOLUTIE AANTAL FORFAITS IN DE THUISVERPLEGING, BASISTYPES EN BIJKOMENDE TYPES, VLAAMS GEWEST, 2009-2013 2009 2010 2011 2012 2013 Totaal aantal toegekende forfaits 40.982 42.740 43.990 39.448 39.570 basistypes A-B-C gestandaardiseerd aantal 5,65 5,76 5,73 5,03 4,98 A-type aantal toegekende forfaits 19.991 21.304 21.932 19.142 19.239 gestandaardiseerd aantal 2,71 2,82 2,80 2,39 2,37 B-type aantal toegekende forfaits 16.011 16.368 16.935 15.959 16.121 gestandaardiseerd aantal 2,23 2,23 2,23 2,06 2,05 C-type aantal toegekende forfaits 4.980 5.068 5.123 4.347 4.210 gestandaardiseerd aantal 0,71 0,71 0,70 0,58 0,57 Bijkomende forfaits T-type aantal toegekende forfaits 34.903 33.812 39.080 27.609 26.989 gestandaardiseerd aantal 4,70 4,46 4,98 3,47 3,35 P-type aantal toegekende forfaits 546 572 633 2.160 2.304 gestandaardiseerd aantal 0,08 0,08 0,09 0,28 0,30 Bron: IMA-data berekening Zorg en Gezondheid, 30-06-2009, 30-06-2010, 30-06-2011, 30-06-2012, 30-06-2013 3 Spreiding forfaits thuisverpleging Rekening houdend met de leeftijdsverschillen in de bevolking door standaardisatie, zien we het volgende: Voor de lichte zorg (type A) kent men zwaartepunten in Limburg en in West-Vlaanderen. Rond Brussel en vooral in het Noorden van de provincie Antwerpen vinden we een lager aantal zorgforfaits. Voor het type B en C (zwaardere zorg) zien we een grote concentratie in Limburg. Type T kent zowel een nadruk in Limburg als in West-Vlaanderen. De verdeling over Vlaanderen blijft gedurende de vijf jaren ongeveer gelijk voor alle types. 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 6/11
GESTANDAARDISEERD AANTAL LICHTE ZORGFORFAITS (TYPE A) PER 10.000 INWONERS IN THUISVERPLEGING VOOR ZORGREGIO-INDELING SUBNIVEAU 2, KWINTIELEN, VLAAMS GEWEST, 2013 Bron: IMA-data berekening Zorg en Gezondheid, 30-06-2013 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 7/11
GESTANDAARDISEERD AANTAL ZWARE ZORGFORFAITS (TYPE B EN C) (ER 10.000 INWONERS IN THUISVERPLEGING VOOR ZORGREGIO-INDELING SUBNIVEAU 2, KWINTIELEN, VLAAMS GEWEST, 2013 Bron: IMA-data berekening Zorg en Gezondheid, 30-06-2013 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 8/11
GESTANDAARDISEERD AANTAL HYGIËNISCHE ZORGFORFAITS (TYPE T) PER 10.000 INWONERS IN THUISVERPLEGING VOOR ZORGREGIO-INDELING SUBNIVEAU 2, KWINTIELEN, VLAAMS GEWEST, 2013 Bron: IMA-data berekening Zorg en Gezondheid, 30-06-2013 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 9/11
GESTANDAARDISEERD AANTAL PALLIATIEVE ZORGFORFAITS (TYPE P) PER 10.000 INWONERS IN THUISVERPLEGING VOOR ZORGREGIO-INDELING SUBNIVEAU 2, KWINTIELEN, VLAAMS GEWEST, 2013 Bron: IMA-data berekening Zorg en Gezondheid, 30-06-2013 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 10/11
4 Over deze cijfers IMA-cijfers In de voorgaande jaren werd telkens een analyse gemaakt van het totaal aantal zorgforfaits in een kalenderjaar. Dit wilde zeggen dat het niet om personen ging aangezien 1 persoon gedurende het jaar kan verschuiven van zorgforfait. Voor 2009-2013 is er echter een momentopname in de tijd namelijk op 30/6/2009, 30/6/2010, 30/6/2011, 30/06/2012 en 30/06/2013. Het gaat hier nu wel om personen met een bepaald toegekend zorgforfait. Voor thuisverpleging zijn cijfers beschikbaar voor de periode 2004-2008 (jaaraantallen) en 2009-2013 (momentopnames). De cijfers voor 2004-2008 zijn dus niet direct te vergelijken met de cijfers voor 2009-2013.De vorige cijfers kan je ook raadplegen in op zorg-en-gezondheid.be/zorgzwaarte-in-dethuisverpleging. Categorieën B en C werden samengeteld en de som van deze forfaits werd uitgedrukt per 10.000 inwoners voor de jaren 2009-2013. Voor een vergelijking over de tijd en tussen regio s moeten deze cijfers worden gestandaardiseerd zodat er geen invloed is van verschillen in leeftijdsverdeling. Voor deze directe standaardisatie werd als referentie de bevolkingscijfers van het jaar 2000 genomen. Zorgregio's De kaarten zijn ingedeeld in zorgregio's (zoals vastgelegd in het zorgregiodecreet). Welke gemeente behoort tot welke zorgregio? Dat staat in het zorgregiodecreet. 5.01.2016 Zorgzwaarte in de thuisverpleging 11/11