Bijzondere vegetatie-elementen op en rond de Kapellepôle

Vergelijkbare documenten
Polder Stein, Reeuwijk; PKN-excursie; perceel oostelijk van kade Polder Kort Roggebroek

EENDENKOOI SCHIPLUIDEN

Monitoring effecten duinbegrazing Vallei van het Veen - Vlieland Status van proefvlakken en exclosures

SLOBKOUSNIEUWS 50 jrg8

Bos/Bosplaats Perceelsnummer LH1 Bestandsnummer

De spontane ondergroei van bosgemeenschappen onder verschillende hoofdboomsoorten

Steenmeel als maatregel tegen verzuring in heide en bossen

SLOBKOUSNIEUWS 4 jrg9

Notitie Monitoring Schinveldse Bossen 2006

SLOBKOUSNIEUWS 14 jrg7

Mossig Nieuws no april 2019

Mossig Nieuws no oktober 2018

Summary and future On the basis of the flora survey of 1999 and 2004 is chosen for the areas which looks promising for the development of nature.

Bosreservaat De Stille Eenzaamheid

Kennisdag 8 juni B Connect: meer biodiversiteit op bedrijventerreinen

SLOBKOUSNIEUWS 36 jrg5

s ta a l k a a rt e n b e p l a n t i n g s p l a n r e g g e da l E n t e r 22 maart 2017, definitief

(Heivlinder Foto: archief GP) Vlinderinventarisatie Grenspark: (Beschrijving per route: alle routes met uitzondering van Steertse Heide)

Mossig Nieuws no februari 2019

Van G7 was het met name het subtype: - G7b Matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtige bodem; voedselrijk tot zeer voedselrijk

Addendum Natuurtoets Natuurbeschermingswet. Aanpassing fietspad Rozendijk; kruising Bakkenweg Westerslag

SLOBKOUSNIEUWS 34 jrg7

ECOLOGISCHE INVENTARISATIE. S y l v e s t e r

SLOBKOUSNIEUWS 21 jrg6

Datum excursie: 11/06/2012 Hokcode: D Plaats: Koersel Gids: Bert Berten. Theo Nulens LPW

DE ZWEEDSE KORNOELJE

Mossig Nieuws no februari 2018

SLOBKOUSNIEUWS 34 jrg5

Regionale analyse gebieden Tariefklassen per gemeente (casus gebieden) Regionale analyses Zoekkaart mogelijkheden Boeren voor Natuur

Herman Passchier (1941).

Datum excursie: 2/08/2010 Hokcode: D Plaats: As Gids: Lily Gora LPW

SLOBKOUSNIEUWS 13 jrg6

Landschappelijke inpassing Karreveld Karreveld 10, Roggel - PNR 6089NC /031213

Datum excursie: 14/06/2010 Hokcode: C Plaats: Koersel Gids: Luc Vanoppen Deelnemers: Maurice Vanoppen LPW

SLOBKOUSNIEUWS 17 jrg7

SUBSIDIERING VAN DE AANPLANTING VAN LIJNVORMIGE ELEMENTEN

HYPERICUM 4, maart 2005

Bedrijfsverplaatsing Rogaar Gemeente Assen. Quick scan Flora- en faunawet. In opdracht van Landschapsbeheer Het Witterveld

SLOBKOUSNIEUWS 10 jrg7

Datum excursie: 26/04/2010 Hokcode: D Plaats: Zutendaal Gids: Bert Berten. Theo Nulens LPW

Nulmeting flora 2014 Antiverdrogingsmaatregelen Sint-Jansberg

SLOBKOUSNIEUWS 28 jrg8

sterke verdroging ouder en stabieler en dus beter ontwikkeld bronzones op schrale bodem bodem Textuur veen, venig zand (1) Profiel

Vegetatieonderzoek aan proefvlakken in door Agrarisch Natuurbeheer Weststellingwerf beheerde bermen in de jaren 2002, 2008 en 2015.

SLOBKOUSNIEUWS 35 jrg5

SLOBKOUSNIEUWS 31 jrg8

Natuurmanagement basis Biotoop Bos dag 1

Vegetatieonderzoek proefvlakken in het SES-gebied Boterdiepstrook te Groningen

Memo. Plaats en datum Referentienummer Kenmerk Eindhoven, 5 februari Aan Gemeente Veldhoven M. Yucesan. Kopie aan.

Bestaande bebouwing: Ysselsteyn. zichtas provinciale grenslijn. Ven/ natuurlijke wadi t.b.v. waterberging/ infiltratie. vegetatie: natte/ droge Heide

SLOBKOUSNIEUWS 33 jrg6

Vegetatieonderzoek op rundveebedrijven in de Noordelijke Friese Wouden in de zomer van 2005 door E.J. Weeda

SLOBKOUSNIEUWS 26 jrg2

VERSLAG GERIEFHOUTBOSJES EN RIETPUT

Landschappelijke inpassing Zorgmanege The Horse Valley Heide 1a, 6088 PC Roggel - PNR 6088PC / / /

Landschappelijke inpassing Hoogstraat Hoogstraat , Uden - PNR 5406TH

SLOBKOUSNIEUWS 19 jrg2

landschapsplan Udenseweg 45, Zeeland

Veldbiologische Werken

Oeverplanten in Lelystad

Schapen en voederbomen. Boki Luske Proeftuin Agroforestry Noord-Holland

LPW. Datum excursie: Hokcode: D Plaats: Koersel Gids: Theo Nulens. Epilobium obscurum Donkergroene basterdwederik zz

BODEM- EN GRONDWATERTRAPPENKAART

Landschappelijke inpassing teeltveld Mts Heuts 2 e Heiweg ongenummerd, PNR 6051JC / agp

Nieuwsbrief Plantenwerkgroep KNNV Alkmaar - Den Helder

Beplantingslijst EVZ Vossenbergse Vaart

SLOBKOUSNIEUWS 18 jrg8

SUBSIDIEREGLEMENT VOOR HET AANLEGGEN VAN HAGEN, HOUTKANTEN, BOMEN EN POELEN Gemeenteraadsbesluit 19 december 2002

Bryofieten van de internationale proefvlakken level I van het bosvitaliteitsmeetnet in het Vlaamse Gewest

Habitattype 9190: Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur

Bouwverordening betreffende beplanting

Naam : Van Werven Holding B.V. t.a.v. : Dhr. T. van der Giessen Straat : Verlengde Looweg 7 Postcode : 8096 RR Plaats : Oldebroek - 1 -

Vegetatie- en habitatkartering Witterveld Alterra-rapport 2178 ISSN J.A.M. Janssen en R.J. Bijlsma

oca 4 ' (0 }i s 5 #y WÏ. P J?utttfçh(L Vegetatie-opnames juli 1988 VISSERSPLAK verslag H.W.Kuiper Staatsbosbeheer Terschelling september 1988

(R.l.V.O.N.-mededeling

Biotoop heide. Cursus natuurmanagement, 2019

Materiaal is gewonnen uit sloten en greppels langs de volgende wegen bij Arrierveld: Arrierveldweg, Noordelijke Dwarsweg, Dwarsweg en Boekweitakkers

Instituut Fysieke Veiligheid (IFV)

Landschappelijke Inpassing Heikantsestraat Ulicoten

SLOBKOUSNIEUWS 02 jrg7

Bermbesluit. Aard : Besluit van de Vlaamse regering Over : maatregelen inzake natuurbehoud op de bermen beheerd door publiekrechtelijke rechtspersonen

Erfbeplantingsplan Bloemenkwekerij van Thiel Kapelweg 33 Handel. i.o.v. dhr. C. van Thiel

Ecohydrologie en ontwikkeling van de Formerhoek

Inventarisatie van autochtone bomen en struiken op Erica Noord Een verslag

MASTERPLAN LANDGOED LUZENKAMP ROERMOND Heide 4, 6042 LN Roermond

SLOBKOUSNIEUWS 32 jrg7

GROOT MALPIEVEN. Fotoreportage: een jaar na ven-herstelwerken. (ge VALKENSWAARD. Jacques van Kessel

Landschappelijke inpassing Ruimte voor Ruimteplan A. Vastenburg Bommerigerweg 21, 6281 BR Mechelen - PNR 6281BR

Kennisdag 8 juni B Connect: meer biodiversiteit op bedrijventerreinen

2B Connect: meer biodiversiteit op bedrijventerreinen Het beheerplan: 19 en 26 april Fotogroep ISO 400

Bosjes plangebied Kassen Jonge Singel + buurerf UITGANGSSITUATIE

Nederweert en Eind tekenen de horizon

Wandelroute het Witte Veen

Notitie. Inventarisatie Rapunzelklokje op locatie Platveld 4 te Meijel (gemeente Peel en Maas)

SUCCESSIE-ONDERZOEK IN HET NAARDERMEER. II {Vervolg)

SLOBKOUSNIEUWS 23 jrg6

Heidebeheer en fauna. Verslag veldwerkplaats Droog Zandlandschap Strabrechtse Heide, 4 juni 2009

sterke verdroging 2) verandering samenstelling kwelwater

Erfbeplantingsplan Bloemenkwekerij van Thiel Kapelweg 33 Handel. i.o.v. dhr. C. van Thiel

Transcriptie:

Bijzondere vegetatie-elementen op en rond de Kapellepôle 37 Henk J. Jager & Harry Waltje De vaatplanten op de Kapellepôle zijn geïnventariseerd door de plantenwerkgroep Drachten e.o.. Het gezelschap bestond uit Foppe Hoff, Jan Mantel, Johan Schurer, Meinte van der Velde, Jan Tjoelker en Harry Waltje, die de mosflora voor zijn rekening nam. Als groep hebben zij vijf uur op de Kapellepôle e.o. rondgestruind. Henk Jager maakte daarnaast diverse vegetatieopnames. Inleiding De Kapellepôle is een klein, bijna 7 hectare groot, natuurreservaat bij Wijnjeterpverlaat, waarvan het Fryske Gea eigenaar, toezichthouder en beheerder is. Dit terrein ligt op een zandhoogte. In de Middeleeuwen heeft hier een Bonifaciuskapel gestaan, vandaar de naam Kapellepôle. Dit bede-oord lag te midden van uitgestrekt hoogveenterrein. Op de historische kaart van Halma Schotanus uit 1718 is de kapel nog te zien. In de 19e eeuw is het hoogveen echter opgeraakt door turfwinning. Heden ten dage ligt de Kapellepôle te midden van landbouwgebied. Het aangrenzende land is verkaveld tot grootschalige, geheel geëgaliseerde percelen, voor de teelt van Maïs (Zea mays) en turbogras (Lolium perenne). Op dit type land is de moderne bedrijfsvoering van toepassing met intensieve bemesting, bijbehorende ontwatering en bestrijding van onkruid met landbouwgif. Beide auteurs hebben op de Kapellepôle onderzoek naar de plantengroei gedaan. Sommige bezoeken werden verlengd met het stuk trambaan, tussen de Jelle Harkeswei en de Bij de Leijwei (zie figuur 1). Dit gedeelte beslaat nog geen twee hectare. Bijzondere vegetatie-elementen Op de Kapellepôle en de Trambaan zijn waardevolle vegetatie-elementen vastgesteld. Hieronder volgt een bespreking per terreintype. Hei In vochtige tot natte laagten op de heide groeien op de Rode Lijst genoemde plantensoorten, waaronder Eenarig wollegras (Eriophorum angustifolium), Kleine veenbes (Oxycoccus palustris), Kleine zonnedauw Ongeveer de helft van de Kapellepôle bestaat uit heide, de rest is bos. De heide is ook behoorlijk gevarieerd. Er zijn reliëfrijke plaatsen met begroeiingen van Kraaihei (Empetrum nigrum), gedeelten met een aspect van Struikhei (Calluna vulgaris) en stukken waar Pijpenstrootje (Molinea caerulea) het beeld bepaalt. Ook liggen hier enkele laagten met begroeiingen van Gewone dopheide (Erica tetralix), Snavelzegge (Carex rostrata), Veenpluis (Eriophorum angustifolium) en Waterveenmos (Sphagnum cuspidatum). Langs de Kapellepôle loopt ook de voormalige trambaan van de lijn Oosterwolde Driehoek Lippenhuizen. In 1911 reed hier de eerste tram, in 1948 de laatste. Hiervan resteert nog de aardebaan. Tegenwoordig is dit een waardevol landschapselement dat in particulier eigendom is. Ondertussen is de Trambaan langs de randen min of meer bebost. Waar vroeger het spoor lag, bevindt zich nu een breed pad. Tussen trambaan en de heide is ook zand gewonnen dat waarschijnlijk is gebruikt voor het opwerpen van de aardebaan. Hierdoor ontstonden natte laagten die later bebost zijn geraakt. Momenteel is dit nog grotendeels struweel van Grauwe wilg (Salix cinerea), Geoorde wilg (Salix aurita) en/of de kruising tussen die twee. Plaatselijk zijn Zachte berk (Betula pubescens) en/of Zwarte els (Alnus glutinosa) de hoofdboomsoorten. Figuur 1. Ligging van het gebied en de trambaan.

38 (Drosera intermedia) en Veendubbeltjesmos (Odontoschisma sphagni). Kleine zonnedauw gedijt op plagplekken van eind jaren negentig, de overige groeien hier op een reeds lang met rust gelaten bodem. Hiervan doen Eenarig wollegras en Kleine veenbes aan het verdwenen hoogveen denken In tabel 1 zijn tien opnamen van heidevegetaties verwerkt. Hiervan zijn de proefvlakken 2 (groen) en 3 (paars) meermaals opgenomen, namelijk in 1999, in 2003 en in 2009. Dit zijn dus permanente kwadraten. In proefvlak 2 blijkt steeds minder Kleine veenbes te groeien, terwijl Struikhei toeneemt. Blijkbaar is deze plaats verdroogd. Ook op proefvlak 3 is de begroeiing behoorlijk veranderd. Bij aanvang was hier sprake van een oude, homogene, circa zeventig centimeter hoge begroeiing van Struikhei. In 2003 was de heide hier nog hoger, namelijk gemiddeld een centimeter of negentig. In 2009 stond hier echter aanzienlijk minder Struikhei, terwijl Pijpenstrootje de vrijgekomen ruimte opvult. Blijkbaar stort de oude heide hier in door veroudering. Tijdens bezoeken is dit ook elders op de Kapellepôle geconstateerd. Moerasbos Het moerasbos bleek ook zeldzame planten te herbergen. In 2009 was hier al IJle zegge (Carex remota) ontdekt. De soort staat hier met tientallen pollen in wilgenstruweel (proefvlakken 7 en 8). Landelijk gezien is IJle zegge vrij algemeen, maar in onze provincie zijn slechts enkele vindplaatsen bekend. Het is een plant van vochtig blijvende, licht zure, min of meer beschaduwde standplaatsen. Twee jaar later ontdekte de tweede auteur hier ook nog Trilgraszegge (Carex brizoides). De standplaats behoort min of meer tot elzenbroek (proefvlak 9). Op de wilgenstammen groeien bladmossen, maar ook eikvaren. Blijkbaar is hier doorgaans sprake van een hoge luchtvochtigheid. Trilgraszegge woekert hier over de bosbodem, waarbij circa vijftig vierkante meter bedekt wordt. Ook had deze slap, dun, minstens anderhalve meter lang blad dat als een dikke laag neerlag, maar voor een deel ook in de wilgen en bramen hing. s Winters loopt de standplaats grotendeels onderwater (op 22 februari 2012 stond over >80% van de oppervlakte van de groeiplaats een handbreedte water, de rest was plasdras). Trilgraszegge is ook op nationaal niveau zeer zeldzaam, staat als gevoelig op de Rode Lijst en was slechts van één eerdere vindplaats bekend in Fryslân (med. W. Poelstra). Maar het is onduidelijk waarom deze zo zeldzaam is. De soort (b)lijkt gebonden te zijn aan licht zure, vochtige standplaatsen. Maar deze omstandigheden doen zich op allerlei plaatsen voor. Als zodanig staat Trilgraszegge in Nederland ook op zeer uiteenlopende standplaatsen, zowel in bos als in open veld. Voorbeelden van andere standplaatsen zijn onder meer: een verlande veensloot, een slootberm, een heggenrand en een loofbosaanplanting (Weeda 1994). Aardig om nog even te noemen is dat de soort in Zuid-Holland eveneens langs een trambaantracé is gevonden. Figuur 2. Carex brizoides Foto: Wieger Poelstra Figuur 3. Carex remota Foto: Wieger Poelstra

39 Tabel 1. Opnamen van heide op de Kapellepôle Proefvlak 1 2 2 2 3 3 3 4 5 6 Jaar 99 99 03 09 99 03 09 99 99 11 Opp. proefvlak (m2) 16 4 4 4 16 16 16 25 25 8 Gewone dophei 5 + 1 2a r r + r. + Erica tetralix Veenpluis 1 1 2m +...... Eriophorum angustifolium Struikhei + 2a 2b 4 5 5 3 3. 2a Calluna vulgaris Pijpenstrootje + + + + + + 3 + + 2b Molinia caerulea Kraaihei + + + +.... 5 4 Empetrum nigrum Zachte berk +... + +. r.. Betula pubescens Kleine veenbes. 4 4 2b...... Oxycoccus palustris Eenarig wollegras. + + +...... Eriophorum vaginatum Braam...... + r.. Rubus species Trekrus....... +.. Juncus squarrosus Moerasstruisgras....... r.. Agrostis canina Schapenzuring....... r.. Rumex acetosella Sporkehout....... r.. Rhamnus frangula Wilde lijsterbes....... r.. Sorbus aucuparia Blauwe bosbes......... 3 Vaccinium myrtillus Moslaag Gewoon gaffeltandmos + + 1. + + +. 1 2m Dicranum scoparium Boskronkelsteeltje +......... Campylopus flexuosus Heideklauwtjesmos. 1 2a 2a 1 2a 4. 2m 2a Hypnum jutlandicum Breekblaadje. +.. + +. 3. 2m Campylopus pyriformis Grijs kronkelsteeltje.... 2a +.... Campylopus introflexus Cladonia-soort.... +..... Cladonia species Gewoon dikkopmos.... + 2a 1... Brachythecium rutabulum Fijn laddermos..... +.... Eurhynchium praelongum Zandhaarmos....... 1.. Polytrichum juniperinum Gewoon peermos....... 1.. Pohlia nutans Gewoon haarmos....... +.. Polytrichum commune Bronsmos........ 2b. Pleurozium schreberi Houtsingels en bosranden Op verschillende plekken, zowel op de Kapellepôle als de Trambaan, staan hoge havikskruiden (proefvlakken 12 en 13 in tabel 3). Dit zijn fraai bloeiende planten van halfschaduw. Als zodanig staan ze meestal ook op de grens van bosjes en open veld. Na vestiging kunnen deze verder woekeren door middel van uitlopers. In de berm, net buiten de Kapellepôle en onder een scherm van Zomereik (Quercus robur) stond Dicht havikskruid (Hieracium vulgatum) met daartussen ook een enkele Brede wespenorchis (Epipactis helleborine). Op de Kapellepôle ligt bij een schuur ook een stukje met zeer veel Stijf havikskruid (Hieracium laevigatum) en Gewoon biggenkruid (Hypochaeris radicata). Dit is een plek die veel dagvlinders aantrekt. Langs het pad op de Trambaan liggen ook droge, schrale plekjes, waarop een begroeiing met veel Klein vogelpootje (Ornithopus perpusillus) en Vroege haver (Aira praecox) is vastgesteld (proefvlak 14). Adderwortel (Persicaria bistorta), is ook op de Trambaan gevonden. De soort staat hier plaatselijk talrijk onder Zomereik op de oostrand van de aardebaan (proefvlak 10 en 11). Er zijn echter slechts grondbladeren aangetroffen, en geen enkele bloeiwijze. De standplaats is hier dus niet meer optimaal te noemen. Hoogstwaarschijnlijk is deze te schraal en te droog. Hierop wijzen bijvoorbeeld ook de hoge bedekkingen van Zandzegge (Carex arenaria) en Gewoon struisgras (Agrostis capillaris). Mogelijke oorzaak zijn zowel uitloging door regenwater als de opname van bodemvocht met plantenvoedingsstoffen door eikenbomen. Op de trambaan zagen we ook een met harde takdoorns gewapende struik. Er zaten kleine, rondachtige vruchten aan. Het leken wel heel kleine appeltjes We namen een paar takjes mee. Tijdens het drogen verkleurde het blad tot het zwart zag. Hieruit blijkt dat het een Peer is (gedroogd appelblad is groen). Dat was omstreeks eind juni. Maar de trambaan is ook in de perentijd bezocht. Dat leverde echter weinig op, want de peertjes waren klein (en rondachtig) gebleven. Samen met de takdoorns zijn dit ook de belangrijkste kenmerken van Wilde peer (Pyrus pyraster). De laatstgenoemde schijnt in Nederland zeer zeldzaam te zijn. Er zouden nog slechts dertig in het wild voorkomende exemplaren bekend zijn (inclusief jonge exemplaren) (Maes e.a. 2006). De perenstruik op de Trambaan is evenwel uit vijf verschillende stammen samengesteld, terwijl de soort hier vlakbij ook als jonge opslag optreedt. In totaal zijn hier meer dan zeventig jonge exemplaren

40 Tabel 2. Opnamen van moerasbos bij de Kapellepôle. * plant groeit op boomschors te onderscheiden. Maar ook cultuurperen vestigen zich zelden (zo talrijk) vanuit zaad. Proefvlak 7 8 9 Jaar 09 09 11 Opp. proefvlak (m2) 12 16 50 Boom- en struiklaag Geoorde wilg x Grauwe 4 5 2a Salix x multinervis wilg Zachte berk 2b.. Betula pubescens Zwarte els.. 3 Alnus glutinosa Amandelwilg.. 2a Salix triandra Zomereik.. 2a Quercus robur Zachte berk.. r Betula pubescens IJle zegge 3 1. Carex remota Hennegras 2b 1. Calamagrostis canescens Ruw beemdgras 1.. Poa trivialis Gele lis + + r Iris pseudacorus Grote wederik +. + Lysimachia vulgaris Smalle stekelvaren +. r Dryopteris carthusiana Braam +.. Rubus species Moeraswalstro. 1 1 Galium palustre Bitterzoet. + 2a Solanum dulcamara Rietgras. +. Phalaris arundinacea Moerasandoorn. +. Stachys palustris Niervaren. r. Dryopteris species Trilgraszegge.. 5 Carex brizoides Eikvaren.. 1* Polypodium species Mannagras.. 1 Glyceria fluitans Brede stekelvaren.. + Dryopteris dilatata Liesgras.. + Glyceria maxima Gestreepte witbol.. + Holcus lanatus Pitrus.. + Juncus effusus Riet.. + Phragmites australis Framboos.. + Rubus idaeus Knopig helmkruid.. + Scrophularia nodosa Fioringras.. + Agrostis stolonifera Moslaag Fijn laddermos 2a 2m 2m Eurhynchium praelongum Gewoon dikkopmos.. 2m* Brachythecium rutabulum Gewoon klauwtjesmos.. 2m* Hypnum cupressiforme Gewoon sterrenmos.. 2m* Mnium hornum Grijze haarmuts.. 2m* Orthotrichum diaphanum Hartbladig puntmos.. 1 Calliergon cordifolium Gewone haarmuts.. +* Orthotrichum affine Gekroesde haarmuts.. +* Orthotrichum pulchellum Knotskroesmos.. +* Ulota bruchii Gewoon schildmos.. +* Parmelia sulcata geteld! Tussen het eerste en laatste perenboompje zit een afstand van ruim twintig meter. Ook staan alle exemplaren langs één zijde van het pad, namelijk aan de oostzijde. Of Wilde peer hier autochtoon is weten we niet. Misschien is deze verwilderd vanuit cultuur? De wildvorm werd namelijk gebruikt als onderstam om gecultiveerde peren op te enten. Ook wordt hier verschillend over gedacht. In bijvoorbeeld de meest recente Heukels (Van der Meijden 2005) staat bij de Peer (P. communis) nog altijd: Het is niet goed mogelijk om wilde vormen van cultuurvormen Andere noemenswaardige planten die op de trambaan groeien, zijn Gewone salomonszegel (Polygonatum multiflorum) en Grootbloemmuur (Stellaria holostea). De Trambaan en de Kapellepôle herbergen dus verscheidene waardevolle vegetatie-elementen, hetgeen bijzonder is voor een klein terrein dat te midden van landbouwgronden ligt. Toch is hier geen sprake van een (bijzonder) soortenrijk gebied. De plantenwerkgroep heeft op de Kapellepôle 115 soorten vaatplanten vastgesteld, terwijl in het gehele km-hok (11-36-54) 210 soorten gevonden zijn. Harry Waltje noteerde ook 33 soorten mossen voor de Kapellepôle en 40 in het gehele km-hok. Als zodanig is dit een gemiddeld hok, zowel voor mossen als voor vaatplanten. Beheer en behoud Op de Kapellepôle is het behoud van de heide de belangrijkste beheerdoelstelling. It Fryske Gea verricht hiervoor de benodigde inspanningen, al dan niet bijgestaan door vrijwilligers. In de jaren negentig is machinaal geplagd op plaatsen waar Pijpenstrootje de heide bijna had weggeconcurreerd. Ook zijn er meermaals jonge boompjes uitgestoken. Sinds kort wordt het beheer aangevuld met kortdurende drukbegrazing met een mobiele schaapskudde. De schapen vreten de zaailingen van loofhout op en houden Pijpenstrootje kort. Maar waar Pijpenstrootje sterk overheerst, is het effect van schapenbeweiding gering. Op zulke plaatsen is plaggen het beste middel om de heide te herstellen. It Fryske Gea probeert hierbij echter ook het verlies van kwetsbare fauna (o.m. Levendbarende hagedis) te voorkomen. Plagprojecten zijn wat betreft effecten op de fauna, het meest rigoureus. In zo n klein terrein als de Kapellepôle is tien procent van het open veld plaggen al (te) veel. Hier huist bijvoorbeeld een kleine populatie Levendbarende hagedis. Mogelijk verongelukken er dan weggekropen exemplaren.? Dit diertje schuilt namelijk vaak tussen het Pijpenstro. Ook verdwijnt er dan ineens (te) veel leefgebied. Drukbegrazing is aanzienlijk faunavriendelijker. Ook hoeft niet alle heide jaarlijks begraasd te worden. Per graasperiode begraast de kudde een vierde tot een derde deel. Op de grens van bosjes en open veld kan drukbegrazing ook goed zijn voor Stijf en Dicht havikskruid, mits de begrazing niet voor de nazomer plaatsvindt. Op de standplaatsen van IJle zegge en Trilgraszegge hoeft (voorlopig vermoedelijk) niets te gebeuren, omdat de climaxvegetatie (elzenbroek) een geschikt habitat voor deze soorten is. Op de Trambaan vinden snoeiwerkzaamheden plaats, waarbij hout dat laag over pad en boerenland groeit wordt afgezaagd. Mogelijk ontstaat hierbij uiteindelijk een eikenlaan?

41 Tabel 3. Opnamen van houtsingels en bosranden bij de Kapellepôle Proefvlak 10 11 12 13 14 Jaar 11 11 11 11 11 Opp. proefvlak (m2) 40 40 6 1 3 Boom- en struiklaag Zomereik 5 5. 5. Quercus robur Wilde lijsterbes + + 2a.. Sorbus aucuparia Zwarte els +.... Alnus glutinosa Geoorde wilg x Grauwe wilg + 2b +.. Salix aurita x cinerea Amerikaans krentenboompje +.... Amelanchier lamarckii Amerikaanse vogelkers +.... Prunus serotina Sporkehout r.... Rhamnus frangula Ratelpopulier.. 2b.. Populus tremula Brem.. 2b.. Cytisus scoparius Rood zwenkgras 3 2a. 2a. Festuca rubra Gewoon struisgras 3. 1 2b 2b Agrostis capillaris Wilde kamperfoelie 2a 2a... Lonicera periclymenum Veldbeemdgras 2a 1... Poa pratensis Braam 2a + 2b. 2a Rubus species Adderwortel 2a 1... Persicaria bistorta Brede stekelvaren + +... Dryopteris dilatata Hulst + r... Ilex aquifolium Wilde lijsterbes 1. +.. Sorbus aucuparia Vlasbekje +... 1 Linaria vulgaris Kropaar +.... Dactylis glomerata Grote wederik +.... Lysimachia vulgaris Bitterzoet +.... Solanum dulcamara Zomereik r 1 + + + Quercus robur Gewone paardenbloemen r r.. + Taraxacum sectie Ruderalia Zandzegge. 4... Carex arenaria Gewoon reukgras. 1. 2b 1 Anthoxanthum odoratum Hemelsleutel. +... Sedum telephium Gladde witbol. r 2b.. Holcus mollis Amerikaanse vogelkers. r... Prunus serotina Stijf havikskruid.. 3. + Hieracium laevigatum Pijpenstrootje.. +.. Molinia caerulea Brem.. +.. Cytisus scoparius Dicht havikskruid... 3. Hieracium vulgatum Gewone veldbies... 2a 1 Luzula campestris Smalle weegbree... 2a + Plantago lanceolata Gewoon duizendblad... +. Achillea millefolium Veldzuring... +. Rumex acetosa Brede wespenorchis... R. Epipactis helleborine Amerikaans krentenboompje... R. Amelanchier lamarckii Klein vogelpootje.... 2a Ornithopus perpusillus Schapenzuring.... 2a Rumex acetosella Vroege haver.... 2m Aira praecox Wilde peer is in de toekomst te behouden door vrijstelling door kap. Dit bleek afgelopen winter al gebeurd te zijn. Adderwortel is misschien nog enigszins te revitaliseren door het ter plaatse kappen van enkele eiken. Literatuur Maes, B., Bastiaens J., O. Brinkkemper, K. Deforce, Chr. Rövekamp, P. van den Bremt en Arnaout Zwaenepoel (2006). Onder redactie van B. Maes. Inheemse bomen en struiken in Nederland en Vlaanderen: herkenning, verspreiding, geschiedenis en gebruik. Boom, Amsterdam Van der Meijden, R. (2005). Heukels Flora van Nederland, 23e editie. Wolters- Noordhoff, Groningen. Weeda, E.J., R. Westra, Ch. Westra & T. Westra (1994). Nederlandse oecologische flora: wilde planten en hun relaties 5. IVN, Amsterdam. Henk J. Jager Medewerker Flora & Vegetatie en GIS-werkzaamheden P.a. It Fryske Gea Afdeling Natuurkwaliteit Postbus 3 9244 ZN Beetsterzwaag 0512-381448 h.j.jager@fryskegea.nl Harry Waltje Reidpôle 79 9207 EE Drachten 0512-543443 harrywaltje@gmail.com Mossen Gewoon sterrenmos 2m 2m +.. Mnium hornum Gewoon klauwtjesmos 2m 2m.. 2m Hypnum cupressiforme Gewoon dikkopmos + + +.. Brachythecium rutabulum Fijn laddermos +.... Eurhynchium praelongum Fraai haarmos. 2m... Polytrichum formosum Grijs kronkelsteeltje. +... Campylopus introflexus Gewoon purpersteeltje.... 4 Ceratodon purpureus Bleek dikkopmos.... 3 Brachythecium albicans Zandhaarmos.... 2m Polytrichum juniperinum Gewoon haakmos.... + Rhytidiadelphus squarrosus