Week 2 PLATTEGROND, HOE TEKEN JE EEN PLATTEGROND?
Hoe teken ik op schaal? Voor de volgende stappen hebben we een plattegrond van je interieur nodig. Vaak heb je al een plattegrond of bouwtekening in bezit, controleer dan goed of de afmetingen en schaal (nog) kloppen. Een plattegrond is een doorsnede van een ruimte. Je snijdt als het ware de bovenste laag van de ruimte af en tekent dan alles wat je van bovenaf ziet. Wanneer je een plattegrond gaat maken van je interieur,biedt het je de mogelijkheid om vooraf een meubelopstelling of lichtplan op te stellen zonder dat er grote ingrepen nodig zijn. Je leert je interieur beter kennen en maakt het met de plattegrond makkelijker om vooraf te spelen met de inrichting van je interieur. Wat heb je nodig als je een plattegrond gaat maken? 1 Blokjes papier 2 Potlood en fineliner 3Liniaal of schaallatje 4 Rolmaat 5 Kleurpotloden of markers
Interieur inmeten schetsplattegrond: Maak voor de plattegrond voor je interieur eerst een schets met de vorm van de ruimte met alle hoeken of nissen. Op de plattegrond komen de vaste elementen in het interieur te staan zoals de deuren met draairichting, ramen, kolommen en radiatoren. Deze plattegrond mag je uit de losse hand tekenen en hoeft dus niet op schaal. Daarna komen alle (binnen)maten van de elementen op de plattegrond te staan. Bij het opmeten van de plattegrond begin je bij het opmeten van het vloeroppervlak met eventuele hoeken of nissen. Houd er rekening mee dat de je van wand tot wand meet. Zijn er plinten aanwezig? Reken dan de dikte van de plinten ook mee! Daarna meet je de wanden op met de positie van deuropeningen, vensters, radiatoren e.d. Vergeet niet om de hoogte van de ruimte ook op te meten. Vooral in oude woningen zijn vloeren en wanden soms scheef. Meet daarom op twee verschillende punten, hier kan makkelijk enkele centimeters verschil tussen zitten. Dit is belangrijk als je bij vervolgstappen bijvoorbeeld een vloer of gordijnen toe gaat passen.
De Opdracht: Interieur inmeten Maak eerst een schets van de ruimte en teken hier alle vasten elementen zoals ramen en deuren in. Doe dit op de millimeter nauwkeurig, het gaat om de binnenmaten van de ruimte. Meet daarna je interieur in op de volgende manier en noteer de maten op je plattegrond: Meet het vloeroppervlak voor je plattegrond. Meet van wand tot wand (niet van plint tot plint) en vergeet eventuele hoeken en nissen niet. Met het vloeroppervlak op meerdere punten. Meet de wanden voor je plattegrond. Geef aan waar op de wand een deuropening met draairichting, vensters, radiatoren, schoorsteen etc. zit. Meet de hoogte van de ruimte. De hoogte heb je niet direct voor jeplattegrond nodig, maar is wel voor eventuele aanzichten, je lichtplan of deaanschaf gordijnen etc. Als je een globale plattegrond hebt, ga je deze later op schaal uitwerken. Ruimte voor notities
Routing in je interieur Als je een schetsplattegrond hebt gemaakt, kan je gaan kijken naar de routing in je interieur. Door deuren met elkaar te verbinden ontstaat er een natuurlijke verdeling van je interieur. Zorg ervoor dat de verbindingen tussen de deuren zo kort en direct mogelijk zijn. Er ontstaan hierdoor looproutes die je veel binnen de ruimte gebruikt. Probeer ervoor te zorgen dat je tijdens het inrichten van je interieur de meubels zoveel mogelijk buiten de looproutes plaatst. Het wordt als erg onrustig ervaren als iemand bijvoorbeeld steeds voor de televisie langs moet lopen. Opdracht 8: Routing intekenen in de plattegrond Geef op je plattegrond de looproutes binnen de ruimte aan. Dit doe je door lijnen te trekken tussen de deuren in je interieur. Je gebruikt ongeveer 60-90 cm, dus houd deze maatvoering aan in je plattegrond. Veel gebruikte looproutes waar je bijvoorbeeld met boodschappentassen loopt, maak je breder. Minder gebruikte looproutes kan je iets smaller maken.
Lichtinval De kleur van het binnentredende daglicht in je interieur verandert gedurende de dag. De zon komt op in het oosten en gaat via het zuiden onder in het westen. Dit betekent dat de noordkant en oostkant van je interieur weinig (direct) binnentredend daglicht kennen. Het licht aan de noordkant is iets blauwer en aan de oostkant limoengeel waardoor je interieur koeler aanvoelt. Halverwege de dag geeft de zon het meeste licht af waardoor ruimtes op het zuiden en westen wel direct binnentredend daglicht kennen. Hierdoor is de lichtval aan de zuidkant geel en aan de lichtval aan de westkant oranjegeel waardoor je interieur warmer aanvoelt.
De Opdracht: Geef de lichtval aan in de plattegrond Bepaal in je interieur op welke plekken daglicht binnentreedt en waar de zon opkomt ten opzichte van de ruimte. Geef de kleur van de lichtval aan op je plattegrond. Gedurende de dag en de wisselende seizoenen verandert de lichtval ook nog, dit zou je eens een dag in je eigen interieur kunnen volgen. Bestudeer wat de lichtval met de kleuren en de sfeer in je interieur doet. Ruimte voor notities TIP! Maak van deze kennis gebruik bij de keuze van de kleur, materialen en indeling van je Interieur. Daarnaast verschieten sommige materialen onder invloed van direct zonlicht zoals leer, linnen en katoen.
Functies in je interieur Bij je woonwensen in het programma van eisen heb je voor jezelf bepaald welke functies er in je interieur moeten komen. Denk hierbij aan eten, slapen, koken, werken, lezen, zitten etc. In je interieur worden vaak meerdere van deze functies gecombineerd. In een vlekkenplan geef je op de plattegrond van je interieur grof aan welke functies op welke plek in je interieur moeten komen. Dit kan je straks gebruiken als je de meubels en verlichting gaat indelen.
De opdracht: Vlekkenplan met functies voor je interieur Geef op je plattegrond grof weer op welke plek je welke functies binnen je interieur wilt plaatsen. Houd hierbij rekening met de vorige stappen als looproutes en lichtval. Probeer de functies buiten de looproutes te houden en maak gebruik van het binnentredende daglicht. Verder zijn sommige functies aan elkaar verwant zoals koken en eten. Zorg ervoor dat deze functies bij elkaar in de buurt geplaatst worden. Zo hoef je niet van de keuken met je maaltijd door de zithoek naar de eettafel te lopen. Houd tevens rekening met het uitzicht dat je hebt vanaf verschillende plekken. Ruimte voor notities
Opzetten Plattegrond In de eerste stap heb je een opmetingstekening gemaakt. Deze maten ga je nu gebruiken bij het opzetten van de plattegrond. Je begint bij het opzetten van een plattegrond altijd met de wanden. Daarna teken je op de juiste plekken de ramen en de deuren. Denk hierbij ook aan de draairichting van de deuren en teken de rest van vaste gegevens zoals radiatoren, kolommen etc. in je plattegrond. Bouwtechnische symbolen Bij het opzetten van je plattegrond kan je bouw-technische symbolen gebruiken om muur- doorbrekingen zoals ramen en deuren aan te duiden. Het onderstaande voorbeeld uit NEN 114 geeft je een houvast hoe je deze symbolen kunt verwerken.
De opdracht: Plattegrond opzetten Landelijk wonen Neem een groot vel papier en bepaal op welke schaal je je plattegrond gaat tekenen. Doorgaans gebruik je 1:20 voor kleine ruimtes of details en 1:50 voor grotere ruimtes of een complete woning. Zet eerst de binnenkant van de wanden (binnenmaat) op papier en geef deze vervolgens de juiste dikte door de buitenmaat in te tekenen. Plaats daarna op de juiste plekken in de plattegrond de vaste elementen zoals op de vorige pagina beschreven staat. Ruimte voor notities TIP! De basis van je plattegrond is nu klaar. Maak alvast een aantal kopieën van de plattegrond om daar later de meubels in te kunnen tekenen. Als de opstelling je niet bevalt gooi je de kopie weg en pak je een nieuwe. Zo hoef je de plattegrond niets steeds opnieuw te tekenen.