provinsje frysun provincie fryslan postbus 20120 8900 hm Ieeuwarden tweebaksmarkt 52 telefoon: (058) 292 59 25 telefax: (OSS) 292 51 25 Vermilion oil & gas Netherlands bv t.a.v. de heer N. Wallace Postbus 71 8860 AB HARLINGEN www.fryslan.frl provincle@fryslan.fr! www.t\vitter.com/provfryslan Leeuwarden, 30 augustus 2016 Verzonden, Ons kenmerk Afdeling Behandeld door Uw kenmerk Bijlage(n} : 01254336 : Provinciale Waterstaat / +3158292-5, 114/NW/2015 : 2 + 2 meldingsformulieren frl Onderwerp : Wegenverordening Provincie Fryslän. Definitief besluit ontheffing voor het leggen van aardgastransportleiding(en) onder de provinciale wegen N354, N359 en N384. Geachte heer Wallace, DEFINITIEF BESLUIT ONTHEFFING WEGENVERORDENING PROVINCIE FRYSLÄN Op 14 september 2015 heb ik van u een aanvraag in het kader van de Wegenverordening Fryslän ontvangen aangaande het leggen van aardgastransportleiding(en} onder de provinciale wegen N354, N359 en N384. De Wegenverordening provincie Fryslän is gericht op het gebruik, de bescherming en instandhouding van de provinciale wegen. In dit kader is uw aanvraag dan ook beoordeeld. Bij de beoordeling van uw aanvraag ben ik tot de conclusie gekomen dat onder voorwaarden, de inwilliging van uw verzoek geen van de hiervoor genoemde belangen schaadt. Ik verleen u, c.q. uw rechtverkrijgenden, dan ook ontheffing van de verbodsbepaling, vervat in artikel 3: lid 1, sub a, van de Wegenverordening, voor het (ver) leggen, hebben, verwijderen en (onder}houden van aardgastransportleiding(en) onder de provinciale weg N354 ter hoogte van hmp. 17.400, onder de provinciale weg N359 ter hoogte van hmp. 54.800 en de provinciale weg N384 ter hoogte van hmp. 0.300, 5.950 en 12.230, overeenkomstig de door Vermilion overlegde tekeningen: projectnummer 11191-401456, tekeningnummers 1-31-BZ001-6-23-112-010, 1-31-BZ001-6-23-112-014, 1-31-BZ001-6-23-112-020, 1-31-BZ001-6-23-112-021, projectnummer 11191-401454, tekeningnummers -1/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsje fryslàn provincie fryslàn 1-60-0PH001-6-43-101-016 en 1-60-0PH001-6-43-101-019 en de Grondmechanisch Rapporten, documentnummers 1-32-BOZ1-6-2T -008-01 en 1-60-0PH001-6-0T -018-01, voor zover gelegen binnen de beheergrens van de betreffende provinciale wegen. Ik deel u nog het volgende mede: Ik verzoek u een telefoonnummer (dat bereikbaar is tijdens en buiten werktijden) door te geven m.b.t. calamiteiten tijdens de uitvoering van de werken.... ~. Aan deze ontheffing verbind ik de in de bijlage vermelde voorwaarden. In aanvulling hierop geldt dat de verleende ontheffing u niet vrijwaart van andere benodigde vergunningen. Tevens verleen ik u hierbij toestemming voor het gebruik van provinciale eigendommen waarvan de recognities 0,00 bedragen. De leges voor deze ontheffing bedragen 147,00 (zijn reeds in rekening gebracht). Voor nadere informatie over deze voorwaarden, alsmede voor het aan- en afmelden van de werkzaamheden dient u zich te wenden tot: Provincie Fryslän Afdeling Provinciale Waterstaat De heer P. Koopmans 06-52457204 Voor wat betreft de provinciale wegen N354 en N384, Provincie Fryslán Afdeling Provinciale Waterstaat De heer J. Leijenaar 06-52457206 Voor wat betreft de provinciale wegen N359. In artikel 141 a, eerste lid, aanhef en onder a en onder c, van de Mijnbouwwet is bepaald dat op de besluitvorming voor dit project de rijkscoördinatieregeling als bedoeld in artikel 3.35 van de Wet ruimtelijke ordening van toepassing is. Dat wil in dit geval zeggen dat de besluiten die nodig zijn voor het project Gaswinning Oppenhuizen gezamenlijk worden voorbereid, waarbij deze procedure wordt gecoördineerd door de minister van Economische Zaken (EZ). Daarbij doorlopen de besluiten, op grond van artikel 3.31, derde lid, in samenhang met artikel3.35, vierde lid, van de Wro, de uniforme openbare voorbereidingsprocedure als bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht met toepassing van de bijzondere regels in artikel 3.31, derde lid, in samenhang met artikel 3.35, vierde lid, van de Wro. Dit besluit is één van de besluiten die nodig zijn voor het project Gaswinning Oppenhuizen. Daarom is ook op dit besluit de rijkscoördinatieregeling van toepassing. De minister van EZ heeft een gecoördineerde voorbereiding van de besluiten voor het project Gaswinning Oppenhuizen bevorderd. Onderhavig besluit is samen met het inpassingsplan en andere besluiten als volgt voorbereid: -2/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsje fryslan provincie fryslan Op 30 oktober 2015 is op grond van 141c, tweede lid, Mijnbouwwet het onderhavige besluit aangewezen als besluit dat ook gecoördineerd wordt voorbereid en bekend gemaakt; op 24 maart 2016 is een kennisgeving en op 4 mei 2016 een aanvullende kennisgeving met betrekking tot het ontwerp gepubliceerd in de Staatscourant; kennisgeving heeft ook plaatsgevonden in enkele huis-aan-huisbladen en regionale dagbladen; op 24 maart 2016 is door de Minister van EZ een ontwerp van het besluit aan Vermilion Oil & Gas Netherlands B.V. gezonden; het ontwerp van het besluit heeft van 25 maart tot en met 9 mei 2016 ter inzage gelegen bij Gemeente Sudwest-Fryslän en Provincie Fryslän; er is een informatiebijeenkomst georganiseerd, op 18 april2016, waarbij de mogelijkheid werd geboden mondeling zienswijze naar voren te brengen. Op grond van artikel 3.32 in samenhang met artikel 3.35, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening worden dit besluit en de andere besluiten gelijktijdig door de minister van EZ bekendgemaakt. Tevens doet de minister van EZ daarvan mededeling in de Staatscourant, enkele huis-aan-huisbladen en regionale dagbladen en langs elektronische weg. Eerdere insprekers en grondeigenaren en beperkt gerechtigden op die gronden worden apart geïnformeerd.... -.::. til ~... > 0 ~ tuulen, hoofd afdeling Provinciale Waterstaat. Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA, Den Haag. De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt zes weken en vangt aan met ingang van de dag na die waarop het besluit ter inzage is gelegd. Een belanghebbende die redelijkerwijs niet kan worden verweten dat hij geen zienswijze naar voren heeft gebracht op het ontwerp van het desbetreffende besluit kan ook beroep instellen. Op dit besluit is de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit betekent dat de belanghebbende in het beroepschrift moet aangeven welke beroepsgronden hij aanvoert tegen het besluit. Na afloop van de termijn van zes weken kunnen geen nieuwe beroepsgronden meer worden aangevoerd. Het wordt aanbevolen in het beroepschrift te vermelden dat de Crisis- en herstelwet van toepassing is. Behandeling zienswijzen Naar aanleiding van de publicatie van de kennisgeving en de terinzagelegging van de ontwerpbesluiten voor Gaswinning Oppenhuizen zijn zienswijzen over de ontwerpbesluiten naar voren gebracht. Zie de antwoordnota zienswijzen voor een overzicht van de behandeling van de zienswijzen. In de antwoordnota vindt u ook de reacties op de inhoudelijke punten uit de zienswijzen die niet specifiek zijn, respectievelijk over alle ontwerpbesluiten gaan. - 3 I 13- Ons kenmerk: 01254336
provinsj e fryslàn provincie fryslàn Tegen het ontwerp van dit besluit zijn geen zienswijzen ingediend. In de genoemde antwoordnota vindt u de inhoudelijke reacties op de zienswijzen voor zover deze niet zijn opgenomen in het besluit zelf. De antwoordnota maakt, voor zover de zienswijzen zich richten tegen het ontwerp van onderhavig besluit, onderdeel uit van het besluit. In de antwoordnota is aangegeven of de zienswijzen aanleiding zijn om het onderhavige besluit aan te passen..--.j. I.a.a. Gemeente Littenseradiel Postbus 1 8730 AA WOMMELS Gemeente Sudwest-Fryslän Postbus 10.000 8600 HA SNEEK - 4/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsje fryslan provincie fryslän Bijlage 1, behorende bij besluit d.d. 30 augustus 2016, nr. 01254336. Voorwaarden ontheffing Wegenverordening provincie Fryslän voor Kabels en Leidingen door en langs provinciale wegen Procedurele, algemene voorwaarden 1. a) Voordat met de uitvoering wordt begonnen, moet het betreffende werk worden uitgezet, overeenkomstig de overlegde tekeningen. Hierop moet de goedkeuring van ontheffingverlener zijn verkregen; b) Voor elke wijziging in het werk dient aan Gedeputeerde Staten schriftelijk toestemming te worden gevraagd; b) Als er wijzigingen zijn aangebracht in het werk, dient aan Gedeputeerde Staten een revisietekening te worden gestuurd. 2. Ontheffinghoud(st)er is verplicht: a) in redelijkheid maatregelen te nemen om te voorkomen dat het ontheffingverlenend orgaan, dan wel derden, door het gebruik van de ontheffing, worden gehinderd of schade lijden; b) als door gebruik van de ontheffing schade ontstaat, deze te herstellen of te vergoeden, op eerste schriftelijke aanzegging van Gedeputeerde Staten. 3. Ontheffinghoud{st)er moet bij voorbaat afstand doen van en de provincie Fryslän vrijwaren voor, alle aanspraken, die zij, respectievelijk derden, tegenover de Provincie Fryslän als eigenaresse zou( den) kunnen doen gelden in verband met de aanwezigheid van de in de ontheffing bedoelde werken, wegens schade aan deze werken, of wegens belemmering in het gebruik van deze werken, behoudens indien er sprake is van schuld of nalatigheid van zijde van de provincie. 4. a) Van het voornemen om met de uitvoering van de werken een begin te maken, moet het bijgevoegde formulier {meldingsformulier aanvang werkzaamheden) uiterlijk vijf werkdagen voor aanvang van de werkzaamheden, volledig worden ingevuld en worden toegezonden naar het op het formulier vermelde adres. b) Bij voltooiing van de werkzaamheden moet het bijgevoegde formulier (meldingsformulier einde werkzaamheden) binnen vijf werkdagen na gereedkomen van de werkzaamheden volledig worden ingevuld en worden toegezonden {en zijn ontvangen) naar het op het formulier vermelde adres. 5. Bij aanvang en voltooiing van de uitvoering van onderhoudswerken aan kabel(s) en/of leiding(en) of van het buiten gebruikstellen en verwijderen van kabel(s) en/of leiding{ en), moet minimaal2 x 24 uur voor aanvang resp. z.s.m. doch uiterlijk binnen 12 uur na voltooiing, kennis worden gegeven aan ontheffingverlener. 6. Ontheffinghoud(st)er is verplicht te voldoen bij werkzaamheden aan de voorwaarden zoals opgenomen in de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION). 7. Indien werkzaamheden moeten worden uitgevoerd buiten de normale diensttijden van het toezichthoudende provinciale personeel, zullen de daaruit voortvloeiende kosten door de ontheffinghoud(st)er op eerste aanzegging van ontheffingverlener volledig worden vergoed. -5/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsje frysun provincie frysun 8. Tijdens de uitvoering van werkzaamheden moeten de noodzakelijke verkeersmaalregelen worden getroffen. De verkeersmaatregelen dienen te voldoen aan de richtlijnen "Maatregelen bij werken in uitvoering op niet-autosnelwegen en wegen binnen de bebouwde kom", CROW-publicatie 96b, ISBN 90-6628-284-3. Een exemplaar van de te nemen verkeersmaatregelen dient te worden voorgelegd aan de in de beschikking genoemde medewerker van de provincie. Voor de te nemen verkeersmaalregelen kunt u terecht bij een bebakeningsbedrijf. Tijdens spitsuren van 07.00 uur tot 09.00 uur en van 15.00 uur tot 18.00 uur mogen naast/opionder de provinciale wegen geen (kabev/eiding)werkzaamheden plaatsvinden. 9. De ontheffinghoud(st)er is verplicht zich te houden aan ARBO-eisen en te zorgen dat de door hem te werk gestelde personen, die zich ter uitvoering van hun taak buiten enig voertuig langs of op de onderhavige weg bevinden, veiligheidskleding dragen. De kleding dient te voldoen aan de hiervoor wettelijk gestelde eisen. 10. Ingeval van mist en sneeuwval of andere omstandigheden die het zicht beperken tot een afstand van minder dan 200 meter, of bij gladheid veroorzaakt door ijs, ijzel of sneeuw, mogen geen werkzaamheden op of langs de weg worden uitgevoerd. 11. Voor het betreden van bermen van een autoweg is op grond van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, artikel 62, een ontheffing van gedeputeerde staten vereist. 12. Op de rijbaan of in de bermen mogen geen voertuigen of werktuigen stilstaan, behoudens die zich noodzakelijkerwijs t.b.v. de werkzaamheden daar moeten bevinden; zij moeten dan zijn voorzien van een goed werkende gele knipperinstallatie. 13. De ontheffinghoud(st)er is verplicht de aanwijzingen die worden gegeven door de ontheffingverlener, meteen op te volgen. 14. De te verrichten werkzaamheden moeten, eenmaal in uitvoering genomen, onafgebroken en met spoed worden voortgezet. 15. Een afschrift van deze ontheffing dient aan de aannemer c.q. onderaannemer(s) te worden verstrekt en dient te allen tijde op het werk aanwezig te zijn. 16. Verplaatsing en/of wijziging van de kabels en/of leidingen, als gevolg van provinciale werken of werkzaamheden moeten op kosten van de ontheffinghoud(st)er en binnen een door de ontheffingverlener aangegeven redelijke termijn, dienen te worden verricht. Indien van toepassing wordt voor de berekening van eventueel nadeel, de Verordening Nadeelcompensatie provincie Fryslän en aanvullend de belaidsregel Beheerbeleid, onderdeel kabels en leidingen, toegepast. 17. Gedeputeerde Staten kunnen een ontheffing wijzigen, aanvullen of intrekken indien: a) na het verlenen van de ontheffing sprake is van verandering van de omstandigheden of inzichten, die leiden tot strijdigheid met de belangen die de verordening tracht te beschermen; b) de ter verkrijging van de ontheffing verstrekte gegevens zodanig onjuist of onvolledig blijken, dat op de aanvraag een andere beslissing zou zijn genomen indien bij de beoordeling daarvan, de juiste gegevens bekend waren geweest; -6/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsje fryslän provincie fryslan c) de aan de ontheffing verbonden voorschriften niet of niet behoorlijk zijn nagekomen; d) gedurende een aanééngesloten periode van meer dan drie jaar na dagtekening van de ontheffing, hiervan geen gebruik is gemaakt; e) de in de ontheffing bedoelde werken of handelingen niet meer worden gebruikt of plaatsvinden. Vooraf wordt ontheffinghoud(st)er c.q. rechtverkrijgende hierover geïnformeerd. 18. Voor beschadigingen toegebracht aan bomen en struiken als gevolg van de werk zaamheden, worden de volgende bedragen in rekening gebracht bij de ontheffinghoud(st)er c.q. rechtverkrijgende(n): 226,89 per boom; 22,69 per struik.... ~. 19. In de bermen mogen geen markeringspaaltjes en dergelijke worden geplaatst. 20. Niet meer in gebruik zijnde kabels/leidingen dienen te worden verwijderd. Voor openbare telecommunicatienetwerken vinden hiervoor de termijnen van artikel 5.2 lid 8 van de Telecommunicatiewet toepassing. 21. Voor zover van toepassing dienen eventueel vervallen bestaande leidingen onder de wegverharding tot en met 1,50 meter uit kant verharding (gereinigd), vol geschuimd en afgesloten te worden met eindkappen. Voor bovengenoemde niet verwijderde gedeelten leiding blijft u te allen tijde verantwoordelijk en indien wij in de toekomst van mening zijn dat zij alsnog verwijderd moeten worden (bijvoorbeeld in geval van reconstructiewerkzaamheden). dient dit op eerste aanzegging te geschieden. De kosten van het verwijderen van de kabevieiding komen voor rekening van de ontheffinghoud(st)er c.q. uw rechtverkrijgende. 22. Voor eventuele bodemverontreinigingen verwijs ik u naar www.bodemloket.nl. De ontheffinghoud(st)er wordt erop gewezen dat na raadpleging van deze website kan blijken dat over de locatie(s) waarvoor deze ontheffing (mede) geldt, geen gegevens bekend zijn die duiden op een mogelijke bodemverontreiniging (zie voor meer informatie www.bodemloket.nl}. Dit houdt echter geen garantie in dat ter plaatse geen sprake is van bodemverontreiniging. De provincie staat bovendien niet in voor de (on)volledigheid van deze informatie. De ontheffinghoud(st)er wordt geadviseerd ter plaatse eerst bodemonderzoek te verrichten alvorens wordt overgegaan tot uitvoering van de graafwerkzaam heden. Het risico en de gevolgen van de eventuele bodemverontreiniging komen geheel voor rekening en risico van de ontheffinghoud(st)er. De uitvoering en de kosten van deze onderzoeken en/of saneringsmaatregelen zijn eveneens geheel voor rekening en risico van ontheffinghoud(st)er. Voorwaarden ten aanzien van de plaats van de kabel of leiding 23. a) De kabels of leidingen moeten worden gelegd met de bovenkant op tenminste 0,60 m beneden het maaiveld; b} De kabels of leidingen worden gelegd op een afstand van tenminste 1,50m uit de kant verharding van de hoofdweg en tenminste 1.00 muit de kant verharding van de parallelweg, zijweg of fietspad; c) Indien langs een wegvak een kabel- en leidingenstrook is aangewezen, worden kabels en leidingen gelegd conform het als bijlage bijgevoegde profiel. 24. Daar waar deze afstanden niet haalbaar zijn, i.v.m. reeds aanwezigen kabel(s} of lei- - 7/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsje fryslan provincie fryslàn ding( en) of andere obstakels, dienen deze in overleg met ontheffingverlener nader te worden bepaald. 25. Daar waar bomen t.p.v. het kabeltracé staan, moet een minimale afstand van 2 meter tussen boom en kabel worden aangehouden. Indien dit niet mogelijk is moeten boringen worden gemaakt. Tijdens het aanbrengen van de kabel/leiding mogen boomwortels niet beschadigd of doorgezaagd worden. 26. Bij kruisingen met de verharding van de hoofdrijbaan, parallelweg( en), zijweg(en), fietspad( en) en in- uitritten moeten dekabelsen/of leidingen zoveel mogelijk loodrecht op de as van de respectievelijke wegen worden gelegd. Voor uitzonderingen hierop vindt de Belaidsregel kabels en leidingen toepassing. Wijze van uitvoering 27. Indien wegen zijn voorzien van een gesloten verhardingsconstructie, is opbreken van die constructie niet toegestaan. 28. Bij kruisingen met de verharding van de hoofdrijbaan, parallelweg( en), zijweg( en), fietspad( en) en in- uitritten, moeten de kabels of leidingen in mantelbuizen worden gelegd, als het werk wordt uitgevoerd door een sleuf of een persing en bij onvoldoende gronddekking. Uitzonderingen op het leggen in een mantelbuis worden getoetst aan de Belaidsregel kabels en leidingen. 29. De onder een gesloten verhardingsconstructie aan te brengen mantelbuizen of kabels en leidingen, moeten onder die verharding worden doorgeslagen, geperst of met behulp van een bestuurbare boring worden aangebracht. Doorspuiten van de buizen is verboden. Het boren moet in de buis plaatsvinden waarbij de boor niet verder dan 0,10 m buiten de voorkant van de buis mag reiken. 30. Mantelbuizen moeten zich buiten de verharding uitstrekken tot het snijpunt van die mantelbuizen en een denkbeeldige lijn onder een helling van 2 : 3 vanuit de kant van de verharding. 31. De bovenkant van de mantelbuizen moet over de gehele lengte tenminste 1,00 m beneden de bovenkant van de verharding, gemeten op het laagste punt, worden gelegd. 32. Indien wegen niet zijn voorzien van een gesloten verhardingsconstructie, mag het opbreken van die constructie eerst dan geschieden als het voor herstel benodigde materiaal op of nabij het werk is aangevoerd. 33. De verharding dient te worden hersteld overeenkomstig de oorspronkelijke opbouw en samenstelling. 34. Opbreken van verhardingen en ontgraven onder opgebroken verhardingen mag niet geschieden tussen zonsondergang en zonsopkomst Voor zonsondergang moeten ontgravingen weer zijn aangevuld en opgebroken verhardingen hersteld. 35. De bij opbreken van de verharding vrijgekomen materialen (stenen, tegels e.d.) die - 8/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsje fryslan provincie fryslan onbeschadigd zijn, mogen opnieuw worden verwerkt. Eventueel beschadigd materiaal, aanwezig puin en onbruikbare grond dient verzameld en afgevoerd te worden naar een gecertificeerde verwerkingsinrichting. Een afschrift dient te worden overlegd aan de ontheffingverlener. 36. 37. 38. Voorafgaande aan de uitvoering van de werkzaamheden moeten de voor de kabelen/of leidinglegging benodigde, van grasbegroeiing voorziene oppervlakken worden gemaaid. De te graven sleuven moeten worden beperkt tot een zo klein mogelijk profiel. Overblijvende grond en materialen moeten, voor zover de wegbeheerder daarover wenst te beschikken, worden vervoerd en opgeslagen op aan te wijzen plaatsen. De door de uitvoering van het werk beschadigde grasoppervlakten moeten worden ingezaaid met graszaad voor bermen in een hoeveelheid van 80 kg/ha. 39. Het aanvullen van ontgravingen buiten de wegverhardingen en onder het grondwaterpeil, mag alleen met het uitkomende grond geschieden indien deze grond uit zuiver zand bestaat. Waar dit niet het geval is, moet zuiver zand worden geleverd en verwerkt. De aanvulling moet met zuiver zand geschieden tot tenminste 0.20 m boven grondwaterpeil. Daar boven mag aangevuld worden met de uitkomende grond. 40. Het aanvullen van ontgravingen onder de verhardingen van vrijliggende dammen en uitwegen moeten tot aan 0.20 m boven de grondwaterspiegel voldoen aan het dienovereenkomstig gestelde in 39. Het aanvullen boven het in de vorige zin genoemde peil dient overeen te komen met de oorspronkelijke toestand, waarbij minimaal een laag van 0.40 m direct onder de verharding, moet bestaan uit eventueel te leveren zuiver zand. 41. De in lid 39 en 40 genoemde aanvullingen moeten geschieden in lagen met een maximale dikte van 0,30m. ledere laag moet afzonderlijk worden verdicht met een mechanische stamper. De aanvullingen moeten voldoende overhoogte verkrijgen voor eventuele nazakking. In de aanvullingen mag geen bevroren grond worden verwerkt. 42. a) oneffenheden in terrein- of wegoppervlak, die naar de mening van de ontheffingverlener het gevolg zijn van de gemaakte werken, moeten door en op kosten van de ontheffinghoud(st)er worden hersteld; b) voor zover de ontheffingverlener dit nodig vindt, zal voor de rijbaan en de fietspaden, voor het herstellen van de verzakkingen de verharding over de volle breedte moeten worden herlegt of hersteld; c) de onder a en b bedoelde werkzaamheden moeten worden herhaald totdat de nazakkingen geheel zijn opgehouden. 43. Opslag van grond, materialen en materieel moet plaatsvinden op tenminste 2.00 m buiten de wegverhardingen. 44. Ter plaatse van te kruisen bermsloten moet de gronddekking beneden de vereiste bodemdiepte en wederzijdse belopen tenminste 11.00 m bedragen. 45. Ter plaatse van slootkruisingen moeten na beêindiging van de werkzaamheden, de taluds vanaf de slootbodem met zo nodig bij te leveren stapelzoden, over de volle -9/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsj e fryslàn provincie fryslàn hoogte worden opgezet. Bij onvoldoende stabiliteit van de grondslag moet vooraf aan de voet van dit stapelwerk een teenbeschoeiing worden aangebracht. 46. Indien bermsloten tijdelijk moeten worden afgedamd, moeten deze, voordat de afdamming wordt verwijderd, in de oorspronkelijke toestand zijn hersteld. 47. Bij de uitvoering van werken in de nabijheid van boordvoorzieningen, riolen, kabels, buizen, rails of andere aanwezige werken, moeten tijdens de uitvoering nader aan te wijzen voorzieningen worden getroffen.... ~. 48. Voor het intact houden van de toegangen naar de belendende percelen en landwegen moeten tijdelijke voorzieningen worden getroffen. Afdeling Provinciale Waterstaat van de provincie Fryslàn, versie maart 2014 1.05 G... w --, " G Indien van toepassing:profiel tussenruimte kabels en leidingen (met minimumafstand tot weglichaam). -10/13- Ons kenmerk: 01254336
provinsj e fryslän provincie fryslän BIJLAGE 2, behorende bij besluit d.d. 30 augustus 2016, nr. 01254336. Gebruik provinciaal eigendom 1 Alle schade, die de provincie Fryslän als eigenaresse lijdt c.q. waarvoor zij door derden mocht worden aangesproken en die voortvloeit uit het maken, hebben, gebruiken, onderhouden, vernieuwen, wijzigen of opruimen van de in deze ontheffing bedoelde werken, dan wel uit het hebben, houden en gebruiken van deze ontheffing, moet door en op kosten van de ontheffinghoud(st)er worden hersteld of vergoed, op eerste schriftelijke aanzegging van ons college, binnen een daarbij te stellen termijn, een en ander geheel ten genoegen van ons college. Onder schade valt in dit verband ook de kosten van verlegging van kabels, leidingen e.d. als deze verlegging nodig is ten behoeve van een door of namens de provincie als eigenaresse uit te voeren werk. 2 Ontheffinghoud(st)er moet bij voorbaat afstand doen van, respectievelijk de provincie Fryslän vrijwaren voor alle aanspraken, die zij, respectievelijk derden, tegenover de Provincie Fryslän als eigenaresse zou(den) kunnen doen gelden in verband met de aanwezigheid van de in de ontheffing bedoelde werken, wegens schade aan deze werken, wegens belemmering in het gebruik van deze werken dan wel in verband met het hebben, houden en gebruiken van deze ontheffing, behoudens indien er sprake is van schuld of nalatigheid van zijde van de provincie.... tl'.l = r-4 > 0 J-t - 11/13 - Ons kenmerk: 01254336
provinsje fryslan provincie fryslan Meldingsformulier aanvang werkzaamheden Dit formulier dient, vijf dagen voor aanvang van de werkzaamheden, door de ontheffinghoud(st)er volledig ingevuld en ondertekend, verstrekt te worden aan: Provincie Fryslän Afdeling Provinciale Waterstaat t.a.v. de heers. van der Werff Postbus 20120 8900 HM LEEUWARDEN Tel: 058-2925325 Fax: 058-2925125 Email: s.vanderwerff@frvslan.nl... ~ Op grond van artikel 4, lid 2 en lid 3, van de Wegenverordening provincie Fryslän, zijn Gedeputeerde Staten gerechtigd een ontheffing in te trekken wanneer de ontheffinghoud(st)er zich niet of onvoldoende houdt aan de voorschriften zoals die aan de ontheffing zijn verbonden. Gegevens ontheffing houd( st) er: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Contactpersoon+ tel. nr.: Gegevens verleende ontheffing: Provinciaal kenmerk: 01254336 Datum: Onderwerp: Datum aanvang werkzaamheden Ondertekening ontheffinghoud(st)er: Naam: Datum: Handtekening: -12/13- Ons kenmerk. 01254336
provinsje fryslan provincie fryslàn Meldingsformulier einde werkzaamheden Dit formulier dient, vijf dagen na beëindigen van de werkzaamheden, door de ontheffinghoud(st}er volledig ingevuld en ondertekend, verstrekt te worden aan: Provincie Fryslän Afdeling Provinciale Waterstaat t.a.v. de heers. van der Werft Postbus 20120 8900 HM LEEUWARDEN Tel: 058-2925325 Fax: 058-2925125 Email: s. vanderwerff@frvslan.nl Op grond van artikel 4, lid 2 en lid 3, van de Wegenverordening provincie Fryslän, zijn Gedeputeerde Staten gerechtigd een ontheffing in te trekken wanneer de ontheffinghoud(st)er zich niet of onvoldoende houdt aan de voorschriften zoals die aan de ontheffing zijn verbonden. Gegevens ontheffinghoud( st) er: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Contactpersoon + tel. nr.: Gegevens verleende ontheffing: Provinciaal kenmerk: 01254336 Datum: Onderwerp: Datum einde werkzaamheden Ondertekening ontheffinghoud( st)er: Naam: Datum: Handtekening: -13/13- Ons kenmerk: 01254336