1 e druk. Uitgever: vzw Schaakschool. Tekeningen: Jo Goigne. Website: Copyright 2014: Peter D hondt

Vergelijkbare documenten
KAART EN SPELAVOND Club 250 Ouderraad Sint-Lodewijkscollege. Initiatie Schaken

Schaaklessen Dr. Plesmanschool. Diagram 2. de beginstand

Als de spelsituatie zodanig is dat schaakmat of ( mat ) niet meer mogelijk is, dan eindigt de partij op een gelijkspel ( pat of remise ).

vraag a1 vraag a2 vraag a3 vraag a4

Wedstrijden Dinsdag 17 januari Poule A Twan - Jona Jonas - Laura Poule B Levi - Thijs Jasper - Iris

SWKGroep schaaktoernooi 2019

Spelregels schaken. Doel van het spel

Jijbent.nl: spelregels schaken. Jan Willem Schoonhoven Copyright 2009 Jijbent.nl

Ik leer schaken. KVDC Karel van Delft

7: Mat in één (1) Chess Tutor Stap Mat

6: Schaak en schaak opheffen

Chess Tutor Stap Verdedigen

Beginnerscursus schaken

Schaken op de basisschool Werkboek 1, Les P2: Extra oefenen veilige zetten, aanvallen, schaak

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard

Jijbent.nl: spelregels Shogi. Bram Schoonhoven Copyright 2017 Jijbent.nl

Chess Tutor Stap : Het bord en de stukken 1. 2: De loop van de stukken 7. 3: Aanval en slaan 10. 4: De pion 15.

Schaken op de basisschool Werkboek 1: voor beginners in groepen 3, 4 en 5. Antwoorden. (1 e druk, januari 2018) Coördinaten 5x5 schaakbord

Het Paco Ŝako spel

-

-

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 15: Schaakmat (1)

Jijbent.nl: spelregels Xiangqi. Bram Schoonhoven Copyright 2017 Jijbent.nl

Je kan dit ook spelen wanneer de paarden elkaar wél kunnen slaan. Pas op dat je stukken niet worden geslagen!

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les P1: Loop van de stukken en de beginstelling

VORMEN VAN KOLDERSCHAAK

Schaken op de basisschool Werkboek 2

Chess Tutor Stap

strijd gaat om centrum stukken staan actief stukken controleren centrum kan veel zetten spelen beheerst veel velden valt vijandelijk stuk aan

Handboek van Knights. Vertaler/Nalezer: Freek de Kruijf Vertaler/Nalezer: Jaap Woldringh

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 1: de beginstelling, de Toren en de Loper

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 4: Veilig (1) zet je eigen stukken veilig

Jijbent.nl: spelregels En garde. Bram Schoonhoven Copyright 2019 Jijbent.nl

Lesvoorbereidingen lessen Toptalent schaken op school

Het schaakspel wordt beschouwd als het moeilijkste bordspel. Het stereotiepe beeld is bij iedereen bekend.

LEREN DAMMEN DAMWERKBOEK. De Eerste Zet. Naam. Regiowerking Noord Palmans, Z. Versie: 2018 DAMWERKBOEK VOOR KINDEREN

Shogi, Japans schaken De spelregels in het kort

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 1: De beginstelling, de Toren en de Loper

Introductieles schaken voor beginners Voor groepen 3 en 4 op de basisschool

Jijbent.nl: spelregels pente. Jacob Jan Paulus (Paulus) Copyright 2017 Jijbent.nl

Workshop Handleiding. Schaken doe je zo! wat is jouw talent?


Jijbent.nl: spelregels dammen. Bram Schoonhoven Copyright 2017 Jijbent.nl

Zomerschaak 24 juli Verdedigen

Figuur 1. Sleutelvelden: b4, c4, d4. Wit aan zet.

Jijbent.nl: spelregels tablut. Bram Schoonhoven Copyright 2017 Jijbent.nl

De pion doorbraak in het pion-eindspel

Jijbent.nl: spelregels Jungle. Mark Steere Copyright 2019 Marksteeregames.com

Jijbent.nl: spelregels Safari. Bram Schoonhoven Copyright 2017 Jijbent.nl

Wilma was pas vijf jaar toen ik haar leerde schaken. In het begin zei ze schakelen. Dat vond ik grappig. Al vlug zei ze het zoals het hoorde:

Workshop Handleiding. Dammen doe je zo! wat is jouw talent?

LEREN DAMMEN DAMWERKBOEK. De Tweede Zet. Naam. Regiowerking Noord Palmans, Z. Versie: 2018 DAMWERKBOEK VOOR SCHOOLKINDEREN

Jijbent.nl: spelregels go-moku. Sjoerd Hemminga (sjoerdje) Copyright 2017 Jijbent.nl

Leren Dammen EEN SLIMME ZET

1. LOPER TEGEN PIONNEN Het volgende diagram laat een stelling zien waar zwart twee extra pionnen heeft: Figuur 1.Loper met twee extra pionnen

Jijbent.nl: spelregels de beer is los. Bram Schoonhoven Copyright 2017 Jijbent.nl

Fischer Random (

AXIOM. Spelconcept en ontwerp door Michael Seal. World Copyright 1988 / 1993 All rights reserved

Stap 3 vooruitdenken

GO spelregels. Wim Berkelmans

Ga eerst de Lucena-positie innemen, daarna de brug bouwen en de winst is binnen.

GEBRUIKSAANWIJZING. Chess & Games. Gebruiksaanwijzing 8-IN-1 SPELLEN

Eindspel Theorie. Marco de Booij. 8 maart Z0Z0Z0Z 7. Z0Z0o0Z0 6 0Z0Z0Z0Z 5 Z0Z0ZPZ0 4 0Z0Z0Z0O 3. Z0j0Z0Z0 2 0Z0Z0Z0Z 1 Z0Z0ZKZ0 0Z0Z0Z0Z 7

Stap 2 vooruitdenken 3: Val veilig aan 3: Aanval bedenken 5: Materiaal / Materiaal winnen: A

Mauritius Mokka Bombay Ceylon Batavia. Kaap de Goede Hoop (de veilige haven)

Stap 2. 3 Toets / Mix (1 e stap): A 1) 1. Da8# 2) 1. Pc7# 3) 1... Lf3# 4) 1... b6 5) 1... Tf7 6) 1. Lf1

Het spelbord Het spelbord bestaat uit een kaart van een deel van de wereld met daarop de handelshavens van Oost-Indiё en hun lokale goederen:

SLEUTELVELD MET MEERDERE PIONNEN

DJZ 2 wint ruim van DJC 3

Druk alle kartonnen delen uit de raampjes. Stel de pionnen samen door het kartonnen deel in het voetje te steken.

Verslag GP toernooi Hoorn 2013

Stap 2 vooruitdenken 3: Val veilig aan 3: Aanval bedenken 4: Speel een veilige zet

Prinsen en prinsessen les 2. Doelen:

ARCHERY TAG. Benodigdheden: 8-12 bogen en pijlen 10 maskers 2 Targets Afzetlint Evt objecten om achter te schuilen

Leerling Agenda februari 2017

TOREN VERSUS PAARD OF LOPER EINDSPELEN

Löwenherz, de koning keert terug.

Orion Intelligent Schaken

Inhoud. A. Inleiding. B. Basisopstelling en speelrichting. C. Positie binnen het speelveld. D. Karakterverandering van het stuk. E.

LEREN DAMMEN DAMWERKBOEK. Combineren I. Naam. Regiowerking Noord Palmans, Z. Versie: 2018 DAMWERKBOEK VOOR KINDEREN

Prinsen en prinsessen les 4. Doelen:

Kraters slaan. Rekenoefening groep 5&6. Doel. Materiaal. Voorbereiding. Beschrijving. groep 5&6 - Kraters slaan

TAFELTASJE. Tafeltasje is een rugzak met daarin allemaal leuke spelletjes om de maal- en deeltafels in te oefenen. juf Tessa

ALGEMENE SPELREGELS FUNNY NUTS RUSH. Om de onderlinge vrede wat te bewaren, wil ik even de aandacht vestigen op een aantal algemene spelregels:

De geschiedenis van het damspel

Startpakket senioren: Inhoud: De notatie De Spelregels Snel leren dammen Centrumspel DE NOTATIE

Aankleding: speelgoed zwaarden, kroontjes, prinsen- en prinsessenkleding

Algemeen. Clubkampioenschap. Art. 1 Lidgeld

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN:

SPELREGELS SPEELTAFEL 12 IN 1

ORION 6 in 1. Bedieningshandleiding

Nico Spruit, 1k, vs Niek van Diepen, 2D,

Stap 1. 3 Bord / Benoem velden: A. 9) g5 b4 c6 10) f4 e6 b7 11) c3 h5 e2 12) f7 b6 d1. 2) g8 e7 c3 6) d4 f5 c2. 3) g4 d5 c2 7) f6 b1 d5

SPELREGELS VOOR 2-5 SPELERS LEEFTIJD 10+

Torres Ravensburger, 1999 KRAMER Wolfgang & KIESLING Michael spelers vanaf 12 jaar ± 90 minuten

Inhoud. Voorwoord. Het materiaal Doel van het spel Verloop van het spel Slaan en atari Zelfmoord Ko Oog Twee ogen Einde van het spel Puzzels

Stap 3 plus Geheugensteunen

Op vakantie les 8. Doelen: punt. vindt.

Enkele problemen uit de Arabische schaaktraditie, 1

Transcriptie:

Handboek om te leren schaken via Schaakschool.be

1 e druk Uitgever: vzw Schaakschool Tekeningen: Jo Goigne Website: www.schaakschool.be E-mail: info@schaakschool.be Copyright 2014: Peter D hondt Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op enige andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Inhoudsopgave Ontstaan van het schaakspel... 4 Het bord... 4 De stukken... 5 De loop van de stukken.... 7 Aanvallen en slaan met stukken.... 9 De pion.... 9 De waarde van de stukken.... 10 Stukken pakken om punten te winnen.... 10 Verdedigen.... 11 Weggaan... 11 Dekken... 11 Slaan... 11 Tussenplaatsen... 12 Verschillende verdedigingen afwegen... 12 Schaak geven en opheffen.... 13 Mat zetten.... 13 Rokade... 14 Voorbeelden... 14 Voordelige ruil... 15 Pat... 15 Schaakmat zetten met dame en koning.... 16 Gevangenis... 16 2

Handboek leren schaken in de Schaakschool. Naam:... Lesgever:... Op www.schaakschool.be: Gebruikersnaam:... Wachtwoord:... 3

Ontstaan van het schaakspel Er is geen zekerheid over wanneer en waar het schaakspel is ontstaan. Men vermoedt dat het duizenden jaren oud is. Het oudste spel dat lijkt op het huidige schaakspel, zou men gevonden hebben in het oosten van het oude Perzië, nu is dat India. Deze streek werd toen geleid door verschillende Shahs, koningen. Daarvan is het woord schaken afgeleid. Het schaakspel dat we in zijn huidige vorm spelen, is rond de 15 e eeuw in Frankrijk ontstaan. Dat was een tijd van ridders en kastelen. Daarom dat het huidige spel lijkt op 2 kastelen die tegenover elkaar staan. Het bord Eigenlijk stelt het bord het slagveld voor waar de ridders hun veldslagen voerden. Om de verschillende vakken duidelijk af te bakenen, heeft men er verschillende kleuren aan gegeven. Zo zijn er 32 witte en 32 zwarte vakken. We spreken niet over vakken maar over velden. In totaal zijn er dus 64 velden. De horizontale velden noemen we rijen en geven we cijfers. De verticale velden noemen we lijnen en geven we letters. Het bord wordt zo gelegd dat aan de linkerbenedenhoek steeds een zwart veld is. De f-lijn De derde rij Om een veld te benoemen gebruiken we de naam van de lijn en de naam van de rij. Elk veld heeft dus zijn postbus. Op de tekening staat het veld c6 aangeduid. 4

De stukken Zoals reeds vernoemd, is het huidige schaakspel gebaseerd op ridders. Daarom hebben de stukken in het schaakspel zulke namen. Alle stukken samen vormen een kasteel en elke partij start met dezelfde stukken. We bekijken de stukken van wit. Zwart heeft dezelfde stukken. De toren Een stevig kasteel bestaat uit dikke muren en op de hoeken heeft het torens. Daarom zijn de twee buitenste stukken torens. Je ziet in de afbeelding hieronder waar je ze plaatst. Op een schaakbord zien de torens er zo uit. Het paard Aan de rand van het kasteel, tegen de dikke muren, zijn de stallen gebouwd. Daarom staan de paarden van het schaakspel net naast de toren. Je ziet in de afbeelding hieronder waar je beide paarden plaatst. Op een schaakbord zien de paarden er zo uit. De koning De koning is de belangrijkste persoon van het kasteel en woont in het midden op de belangrijkste plaats net naast de koningin. De koning heeft steeds een kruisje op zijn hoofd. 5

De koningin of dame Na de koning is natuurlijk de koningin heel belangrijk. Ze wordt ook wel dame genoemd. We zullen zien dat zij zeer veel macht heeft. Ze heeft een eigen kamer voor zich, naast de koning. Deze kamer is speciaal voor haar ingericht. Zij heeft een kamer die volledig in haar kleur geschilderd is. Daarom staat de witte dame op een wit veld en de zwarte dame op een zwart veld. Om zeker te zijn dat de koning en de dame zich niet vergissen van kamer, heeft men ook de eerste letter van haar naam op de deur geplaatst. Voor de dame is dat de letter d. Als je goed kijkt, zie je dat zowel de witte als de zwarte dame op de d-lijn staan. De dame heeft steeds een kroontje op haar hoofd met verschillende puntjes. De loper De koning en koningin hebben elk een persoonlijke hulp in dienst. Die moeten de hele dag rondlopen om de koning en koningin te dienen. De stukken die naast hen staan, heten dus de lopers. Ze zijn rank en slank van het vele lopen. De pion Het kasteel wordt bewaakt door de verschillende ridders. Die staan vooraan om alles te verdedigen. De pionnen vormen een volledige rij voor de andere stukken. 6

Alle stukken samen: Bekijk les 1 op www.schaakschool.be Het bord en de stukken en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. De loop van de stukken. De toren: De loper: Horizontaal en verticaal. Zo ver als hij wil. Kan niet over stukken springen. Diagonaal. Zo ver als hij wil. Kan niet over stukken springen. 7

De dame: De koning: Het paard: Alle richtingen zo ver als ze wil Kan niet over stukken springen. Alle richtingen 1 veld Koningen mogen niet naast elkaar staan. De pion 1 horizontaal of verticaal + 1 schuin vooruit in een L-vorm het springt over de stukken 1 veld vooruit bij de start: 1 of 2 velden vooruit Bereik je de overzijde dan mag je een stuk kiezen Bekijk les 2 op www.schaakschool.be Loop van de stukken en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. 8

Aanvallen en slaan met stukken. In de afbeelding hiernaast kijkt de toren naar de loper en het paard. De loper is een stuk van hetzelfde kleur en kan je daarom niet pakken. Het paard is een stuk van de tegenspeler. Dit is een aanval op het paard. De toren kan niet naar g2, h2, c7 en c8 omdat hij niet over stukken kan springen. Indien wit aan zet is, kan de toren het paard pakken door de plaats in te nemen van het paard. Dit noemen we het paard SLAAN. Het paard wordt naast het bord geplaatst en speelt niet meer mee. Belangrijk: slaan is niet verplicht! Je mag, maar je hoeft niet. Wit is aan zet. Het witte paard kan over stukken springen. Daarom kijkt het witte paard naar de zwarte dame. De dame wordt dus aangevallen. Nu wit aan zet is, kan wit de dame slaan door het paard te verplaatsen en op de plaats van de dame te zetten. De dame wordt naast het bord geplaatst. Bekijk les 4 op www.schaakschool.be Aanvallen en slaan en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. De pion. Een pion mag slechts 1 veld vooruit. Op de afbeelding hiernaast lopen de witte pionnen naar boven en de zwarte pionnen naar beneden. Vanuit de beginstand mag een pion kiezen of hij 1 of 2 velden vooruit gaat. In de beginstand is de pion nog fris en kan hij dus wat sneller lopen. Later kan dat niet meer, dan is hij moe. Een pion gaat NOOIT achteruit. Een pion slaat schuin naar voren. Als een pion aan de overkant van het bord geraakt, is dat een hele afstand. Daarvoor wordt hij beloond. Hij wordt omgeruild voor een eigen stuk naar keuze (behalve koning). Dit heet promotie Bekijk les 5 op www.schaakschool.be De pion en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. 9

De waarde van de stukken. Hoeveel een stuk waard is, hangt af van de mogelijkheden van het stuk. Hoe meer het stuk kan, hoe krachtiger het is, dus hoe meer het waard is. Het stuk dat het meeste kan is de dame. Zij kan alle richtingen uit en krijgt daarvoor 9 punten. Het tweede sterkste stuk is de toren. Die krijgt 5 punten. Daarna zijn er 2 stukken die evenveel waard zijn: de loper en het paard. Zij krijgen elk 3 punten. Het kleinste stuk is de pion. Die geven we slechts 1 punt. De koning kunnen we niet verliezen. Daarom heeft de koning geen punten. q 9 punten r 5 punten nb 3 punten p 1 punt Bekijk les 6 op www.schaakschool.be De waarde van de stukken en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. Stukken pakken om punten te winnen. Een stuk pakken van de tegenstander heet ook het stuk slaan. Jouw stuk kijkt naar het stuk van de tegenstander en neemt deze plaats in. Als de toren de loper slaat, dan heeft wit 3 punten verdiend. Als de toren de dame slaat, dan wint wit 9 punten. Als de loper de toren slaat, dan verdient wit 5 punten. Als de loper de pion slaat, heeft hij 1 punt. Als de loper het paard slaat, dan wint hij 3 punten. De beste zet voor wit is hier om de dame te slaan. Op deze manier heeft hij 9 punten gewonnen. Bekijk les 7 op www.schaakschool.be Slaan van hangende stukken en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. 10

Verdedigen. We hebben reeds geleerd hoe je stukken kunt slaan. Hierboven blijkt dat wit hiermee punten wint en zwart punten verliest. Maar kan men zich ook verdedigen tegen aanvallen? JA, gelukkig kan dat wel. Er zijn zelfs 4 manieren om je te verdedigen: - Weggaan - Dekken - Slaan -Tussenplaatsen. Weggaan De dame valt de toren aan. Om te zorgen dat de toren niet geslagen wordt, kan wit weggaan met de toren. Veilige velden zijn aangeduid in het groen, de onveilige velden zijn aangeduid in het rood. Dekken De dame valt het paard. Er zijn geen veilige velden voor het paard om weg te gaan. Gelukkig is de toren in de buurt om een handje te helpen. Als de toren naar b7 gaat, dan wordt het paard verdedigd. Stel dat de dame dan toch het paard slaat, dan kan de toren vanuit b7 de dame slaan. Dat zou een voordeel zijn voor wit. Zwart zou het paard winnen (+3 punten voor zwart), maar zou dan de dame verliezen (+9 punten voor wit). Wit heeft dan 6 punten voordeel. We zeggen dat de toren het paard dekt. De toren biedt bescherming aan het paard. Slaan De witte dame staat aangevallen door de loper. De dame kan weggaan om zich tegen deze aanval te verdedigen. Beter is om de loper te slaan omdat de loper niet gedekt staat. Als er meerdere mogelijkheden zijn om te verdedigen, dan moet je afwegen welke de beste mogelijkheid is. 11

Tussenplaatsen Zwart is aan zet. Het paard loopt gevaar door de aanval van de dame. Het paard vindt geen veilige velden om naartoe te gaan. Controleer zelf eens of alle velden wel onveilig zijn. Het paard kan ook niet veilig gedekt worden. Als de loper naar c5 gaat, dan kan die geslagen worden door de witte pion. Uiteindelijk heeft zwart toch een oplossing. Hij speelt de loper naar d6 en onderbreekt daarmee de aanvalslijn van de dame. Gelukkig staat de loper gedekt door de pion op e7. Verschillende verdedigingen afwegen Wit is aan zet. De toren op d2 is aangevallen. Hij heeft verschillende manieren om zich te redden: Weggaan: door bijvoorbeeld Td2-c2 Dekken: door Lb2-c3 of Lb2-c1 Slaan: door Td2xTd5 Tussenplaatsen: door Lb2-d4 Nu is het aan jou om te beslissen welke mogelijkheid jij kiest. Bekijk les 8 op www.schaakschool.be Verdedigen" en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. 12

Schaak geven en opheffen. Indien je de koning aanvalt, dan zet je schaak. Indien je schaak zet, mag je ook Schaak zeggen. Schaak moet altijd opgeheven worden. De koning mag nooit schaak blijven staan. Om schaak op te heffen gebruik je daarom dezelfde manieren van verdedigen als hiervoor, behalve dekken. Schaak kan je dus opheffen door weg te gaan, de aanvaller te slaan of door tussen te plaatsen. In de diagram hiernaast zet de witte dame schaak, doordat ze de koning aanvalt. Zwart kan het schaak opheffen door: 1 3 1. Weg te gaan met de koning 2. Door de dame te slaan met het paard 3. Door de pion er tussen te plaatsen. 2 In dit geval is het best om de dame te slaan, aangezien je ook nog veel punten wint. Belangrijk: je mag je koning nooit zetten op een veld waar hij schaak zou staan. Bekijk les 9 op www.schaakschool.be Schaak en schaak opheffen" en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. Mat zetten. Als een speler schaak staat EN hij kan die schaak niet opheffen, dan staat die speler schaakmat. Kortweg noemen we dit mat. Mat betekent het einde van de partij. De speler die mat zet, wint. De winnaar krijgt 1 punt. De speler die mat staat, verliest. De verliezer krijgt geen punten. Als wit wint is de uitslag 1 0. Als zwart wint is de uitslag 0 1. Mat zetten is het doel van het spel. Enkele voorbeelden hieronder: De zwarte koning staat schaak door de toren op de 8 e rij. De koning kan ook niet naar de 7 e rij omdat die bewaakt wordt door de andere toren. Zwart kan het schaak niet opheffen. Hij staat mat. De zwarte koning staat schaak en kan geen kant meer op. Hij kan ook de dame niet slaan, omdat die gedekt staat door de loper. Zwart staat mat. Hoe kan wit in 1 zet mat zetten? Door 1. Dg7 # Bekijk les 10 op www.schaakschool.be Schaakmat zetten" en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. 13

Rokade De rokade is één zet waarbij de koning en de toren tegelijk verplaatst worden. De koning wordt 2 velden uit het midden geplaatst en de toren wordt onmiddellijk na de koning geplaatst. De rokade zorgt er vaak voor dat de koning veiliger komt te staan. Er zijn wel enkele voorwaarden om te mogen rokeren: Lange rokade Korte rokade Je mag NIET rokeren als: De koning reeds is verzet, ook al is hij teruggeplaatst Als de koning schaak staat De toren reeds is verzet, ook al is hij teruggeplaatst Als de koning schaak komt te staan na de rokade Als er stukken tussen de koning en de toren staan. Als de koning tijdens de beweging schaak zou komen te staan Voorbeelden: Kort rokeren mag niet, aangezien het paard nog tussen koning en toren staat. Lang rokeren mag niet, aangezien er een loper tussen koning en toren staat. Lang rokeren mag niet omdat de koning schaak zou staan tijdens de beweging op het veld d1. Kort rokeren mag wel. De toren staat aangevallen maar dat geeft niet. Bekijk les 11 op www.schaakschool.be De rokade" en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. 14

Voordelige ruil Als je stukken slaat van de tegenstander, dan zijn die vaak gedekt. Daarom moet je weten wanneer het een voordeel is om een stuk te slaan en wanneer niet. Elk stuk heeft een waarde (zie p. 11). Als jij meer punten kunt winnen dan verliezen, dan is het een voordeel om de stukken te slaan. Wit aan zet: De dame kan 2 pionnen slaan (a6 en c7), maar telkens wordt ze dan teruggeslagen. Je wint dus 1 punt, maar verliest er 9. Niet goed dus! De toren kan het paard slaan, maar wordt daarna teruggeslagen: +3 maar -5. Je verliest dus 2 punten. Opnieuw niet goed. De pion kan het paard slaan, maar wordt daarna teruggeslagen: +3 maar -1. Je wint dus 2 punten. Dat is de beste zet voor wit! Zwart aan zet: De zwarte dame kan de pion slaan op d5, maar wordt teruggeslagen door de toren. Zwart wint 1 punt, maar verliest er 9. Je verliest dus 8 punten. Niet goed. Het paard kan de dame slaan, maar wordt dan teruggeslagen. Je wint 9 punten, maar verliest er 3. Je houdt dus 6 punten over. Dat is de beste zet voor zwart! Bekijk les 12 op www.schaakschool.be Voordelige ruil" en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. Pat Pat lijkt op mat, maar het is het niet. Het betekent wel het einde van de partij. Maar de koning staat NIET schaak. Toch kan de speler die aan zet is geen enkele regelmatige zet doen. Hij kan dus niet spelen EN hij staat niet schaak. Dan is het pat. De uitslag van de partij is ½ - ½. Elke speler heeft dus een half punt. Zwart is aan zet. Hij heeft geen andere stukken meer om mee te spelen. Met zijn koning kan hij niet spelen omdat hij zichzelf niet schaak mag zetten. Zwart staat NIET schaak, dus geen schaakmat. Hier is het pat. Wit heeft hier een grote kans om te winnen laten schieten. Hij wint slechts een half punt. Bekijk les 13 op www.schaakschool.be Remise en pat" en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. 15

Schaakmat zetten met dame en koning. Vaak eindigt een partij met 2 koningen en een dame. Hoe moet je dan mat zetten en zeker GEEN pat? Laat ons daarom starten vanuit een matbeeld: Zwart staat mat omdat de koning schaak staat en het schaak niet kan opheffen. Wit heeft daarvoor gezorgd door de zwarte koning in de hoek te drukken. Gevangenis De witte dame kan de zwarte koning makkelijk in een hoek dwingen. Zij bouwt een gevangenis (figuur 1) rond de koning en maakt deze gevangenis steeds kleiner (figuur 2) tot zwart in zijn kleinste gevangenis (figuur 3) is. Figuur 1 Figuur 2 Figuur 3 Pas dan komt de witte koning in actie en ter hulp. De witte koning komt naar de zwarte toe en ondersteunt de dame om mat te zetten. LET OP: de zwarte koning moet steeds 2 velden hebben in de gevangenis. Indien hij die ruimte niet heeft, staat het pat. Nog even herhalen dat koningen niet naast elkaar mogen staan. Bekijk les 18 op www.schaakschool.be Mat zeten met dame" en maak de oefeningen die eraan verbonden zijn. 16