Samenloop in zorg en sociale zekerheid 2005

Vergelijkbare documenten
Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden

Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden

Werkvoorzieningen en zorg in 2005

Arbeidsparticipatie icipatie Almere 2006

Uitstroom uit de WW binnen twee jaar na instroom

Samenloop van zorg en inkomen 2009

De arbeidsmarkt- en inkomenspositie van moeders met jonge kinderen in Karin Hagoort, Maaike Hersevoort en Mariëtte Goedhuys

werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007

Nulmeting 60%-doelstelling Uitstroom naar ar werk (voorlopige cijfers)06

Locatie van banen, opleiding van niet werkend werkzoekenden, in- en uitstroom van uitkeringen

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005

Kinderopvang per wijk in Den Bosch, Nicol Sluiter en Anouk de Rijk

Participatiepotentieel aandachtswijken 2006 Maatwerktabellen Raad voor Werk en Inkomen Centrum voor Beleidsstatistiek

Vluchtelingen in Nederland Stromen op de arbeidsmarkt Linda Muller, Jeroen van den Tillaart en Caroline van Weert

Ziekteverzuim naar leeftijd en geslacht,

Voortijdig schoolverlaten 0c het voortgezet et onderwijs in

binnen Rotterdam

Jongeren met een tijdelijk contract in 2009 en 2010

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

Uitstroom uit het mbo schooljaar 2006/ 07

Tweemeting Uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2006 en eerste halfjaar 2007

SRG-uitstroom Conclusie

Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services. Documentatierapport Hackaton bestand

Persbericht. Niet-westerse allochtonen tweemaal zo vaak een uitkering. Centraal Bureau voor de Statistiek

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Wie willen er werk? 2007

re-integratieondersteuning

Registraties gesubsidieerde arbeid en loonkostensubsidies nader bekeken Centrum voor Beleidsstatistiek

Aan het werk met of zonder re-integratieondersteuning

aanpak 2007: instroom in het eerste halfjaar aar ar van 2006

Factsheet Stapelingsmonitor 2014 Gemeente Schiedam

Onderzoek Sluitende aanpak 2006

Samenloop van regelingen

Eerste uitkomsten sluitende aanpak 2006: instroom in de eerste helft van 2005 (gemeentedomein) Herziene versie

Kinderopvang per wijk in Den Bosch, Nicol Sluiter en Sander Dalm

Derde vervolgmeting 25%-doelstelling

Arbeidsparticipatie van jarigen

Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007

Vergelijking huishoudenspositie op basis van AOW-registratie en Basisregistratie Personen, 2016 en Wouter van Andel en Thomas Slager

Migratieachtergrond van werknemers in Nederland naar bedrijfstak en uurloon, 2017 pilot Barometer culturele diversiteit

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Migratieachtergrond van werkzoekenden naar regio, beroep en opleidingsniveau, 2017 pilot Barometer culturele diversiteit

Geen stagnatie in participatie

Inkomsten uit arbeid van vrouwen en hun partners

Geheel of gedeeltelijk eltelijk uit de uitkering naar werk

Aan het werk met of zonder reintegratieondersteuning.

Allochtonen bij de overheid, 2003 en 2005

Deelname van allochtonen aan de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) over 1e halfjaar 2001

Instromers in de WW in 2007 en hun arbeidsverleden

Rapport Databases PC Technische toelichting

Inkomens en verhuizingen Almelo,

Helft van de gemeentelijke uitgaven in 2005 door top-25

Microdata Services. Documentatie Personen met een toegekend PGB voor AWBZ- of Wlz-zorg (PGBAWBZTAB)

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Jaarcijfers Sluitende aanpak 2008

Statistisch Bulletin. Jaargang

Eindrapport Sluitende aanpak 2006 (gemeentedomein) Uitstroom en begeleiding naar werk van bijstandsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden

veiligheid en economische zaken, minder voor bijstand en onderwijs

Arbeidsparticipatie 20 tot en met 64-jarigen

Uitstroom naar Werk. Centrum voor Beleidsstatistiek Dennis Lanjouw, Frank van der Linden, May Hua Oei, Mathilda Copinga

Verschillen in cijfers over huisartscontacten. en de statistiek tiek Geregistreerde contacten met de huisarts

Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services. Documentatierapport Personen met een toegekend PGB voor AWBZ-zorg (PGBAWBZTAB)

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Dynamiek in de WW. Uitkomsten en toelichting. Centrum voor Beleidsstatistiek. Mathilda Coppinga Marleen Geerdinck Linda Muller Alderina Dill

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Gemiddelde van grootteklasse 1734 Overbetuwe. aantal uitkeringen einde kwartaal laatste kwartaal afgerond op tientallen abs. perc. abs. perc.

Redenen van in- en uitstroom WWB

Documentatierapport Personen met indicaties voor

Werkt begeleiding naar werk?

van de COROP-gebieden Achterhoek en Arnhem/Nijmegen

Daling omvang VUT-fondsen in 20060a

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Prijsindexcijfers Zee- en kustvaart

Kinderopvang per wijk en buurt in Almere, Nicol Sluiter en Sander Dalm

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Met re-integratieondersteuning 0g op weg naar werk

Statistisch Bulletin. Jaargang

Vanuit de uitkering naar werk

Voorlopige uitkomsten Sluitende Aanpak 2003

Begrotingstekort bij gemeenten ruim 350 miljoen

Pensioenfondsen ndsen en hun deelnemers,

Eenmeting uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning

Met begeleiding naar werk

ESF monitor deelnemerskenmerken 0k

BUS-H Samenloop werk en bijstand

Voortijdig schoolverlaters 0c van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort

Opkomende e groeimarkten voor Nederland steeds belangrijker

Duur van uitkeringssituaties

Buitenlandse vrachtwagens op de Nederlandse wegen

Stroomschema financiering zorg 2008 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

Vertrokken onbekend waarheen Demografische en sociaal-economische kenmerken van personen die bij de gemeente geen aangifte doen van vertrek

Klantenherkomstanalyse met Marketingadvies

Ouderen zonder baan, één jaar later

Migratieachtergrond van werknemers in Nederland naar beroep en regio, pilot Barometer culturele diversiteit

Stroomschema financiering zorg 2010 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

Stroomschema financiering zorg 2007 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

Afbouw gesubsidieerde arbeid

Microdata Services. Documentatie Door het CIZ afgegeven indicatie voor Wlz-zorg. (INDICWLZTAB)

Transcriptie:

Samenloop in zorg en sociale zekerheid 2005 Centrum voor Beleidsstatistiek Mariëtte Goedhuys, Karin Hagoort en Luuk Schreven Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen 2007

Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal is minder dan de helft van de gekozen eenheid niets (blank) = een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen 2006 2007 = 2006 tot en met 2007 2006/2007 = het gemiddelde over de jaren 2006 tot en met 2007 2006/ 07 = oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz. beginnend in 2006 en eindigend in 2007 2004/ 05 2006/ 07 = boekjaar enz., 2004/ 05 tot en met 2006/ 07 In geval van afronding kan het voorkomen dat de totalen niet geheel overeenstemmen met de som der opgetelde getallen. Verbeterde cijfers in de staten en tabellen zijn niet als zodanig gekenmerkt. Colofon Uitgever Centraal Bureau voor de Statistiek Prinses Beatrixlaan 428 2273 XZ Voorburg Omslag ontwerp TelDesign Den Haag Prepress Centraal Bureau voor de Statistiek - Facilitair bedrijf Inlichtingen Tel.: 0900 0227 ( 0,50 per minuut) Fax: (070) 337 59 94 Via contactformulier: www.cbs.nl/infoservice Bestellingen E-mail: verkoop@cbs.nl Fax: (045) 570 62 68 Internet www.cbs.nl Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen, 2007. Verveelvoudiging is toegestaan, mits het CBS als bron wordt vermeld. ISSN: 1572-3267 60085070002 X-13

Inleiding Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) heeft het Centrum voor Beleidsstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS-MCB) gevraagd om uitkomsten te berekenen over de samenloop tussen sociale zekerheid en indicaties voor de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De uitkomsten van dit onderzoek vormen de input voor een onderzoek van het SCP naar de 'Stroomlijning Indicatieprocessen in Zorg en Sociale Zekerheid. Achterliggend doel is na te gaan of het nodig is om bij elke aanspraak alle benodigde informatie opnieuw uit te vragen aan de cliënten. Het SCP zal de uitkomsten hiervan rapporteren aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), afdeling Uitvoering Goed Geregeld. Uitkomsten In 2005 hebben ruim 2 miljoen personen een uitkering of indicatie in het kader van de AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand en bijzondere bijstand. Hiervan heeft 22 procent twee of meer indicaties of uitkeringen, waarvan er ten minste één is afgegeven in 2005. Het gaat hier vooral om samenloop tussen bijstand en bijzondere bijstand. Aan ruim 1 miljoen personen zijn in 2005 indicaties (of herindicaties) afgegeven voor AWBZ of toekenningen voor, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand en bijzondere bijstand. Van deze personen heeft 10 procent twee of meer nieuwe toekenningen of indicaties gekregen. Naast een grote samenloop tussen bijstand en bijzondere bijstand is er ook veel samenloop tussen AWBZ en bijzondere bijstand. In staat 1 is te zien dat vier van de tien personen met een gestarte bijstandsuitkering in 2005 naast deze uitkering ook één nieuwe indicatie of toekenning hebben gekregen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW of bijzondere bijstand. Aan ruim 9 duizend personen is in 2005 een Wajong-uitkering toegekend. Van hen heeft 32 procent naast deze Wajong-uitkering een andere nieuwe toekenning of indicatie gekregen; meestal een AWBZ-indicatie. Staat 1 Personen met één of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1), of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005 AWBZ WAO/WAZ Wajong WSW Bijstand Bijzondere bijstand Totaal 513 450 20 130 9 370 19 130 113 830 431 250 % Geen samenloop 90 90 62 75 56 79 Samenloop van de indicatie/toekenning met één andere indicatie of toekenning Samenloop van de indicatie/toekenning met twee of meer andere indicaties of toekenningen 9 9 32 22 41 20 1 1 6 4 3 1 1) Onder bijstand worden in dit verband de volgende bijstands- en inkomensondersteunende regelingen verstaan: periodiek algemene bijstand (in het kader van de WWB), Samenloop van indicaties en toekenningen die zijn afgegeven in 2005 bestaat in de meeste gevallen uit combinaties met bijzondere bijstand (staat 2). Alleen als iemand in bijzondere omstandigheden verkeert, kan een beroep worden gedaan op bijzondere bijstand. Vaak hebben de bijzondere omstandigheden te maken met gezondheid of leefomstandigheden. Het is dan ook niet verrassend dat naast de 3

samenloop van bijstand en bijzondere bijstand, de combinatie van bijzondere bijstand met een AWBZ-indicatie vaak voorkomt. Staat 2 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005. Totaal Totaal 98 910 w.o. bijstand en bijzondere bijstand 44 110 AWBZ en bijzondere bijstand 41 010 AWBZ, bijstand en bijzondere bijstand 2 890 WSW en bijzondere bijstand 1 710 AWBZ en bijstand 1 590 AWBZ en Wajong 1 560 1) Onder bijstand worden in dit verband de volgende bijstands- en inkomensondersteunende regelingen verstaan: periodiek algemene bijstand (in het kader van de WWB), Beschrijving van het onderzoek Onderzoekspopulatie De onderzoekspopulatie bestaat uit personen met twee of meer indicaties of toekenningen in 2005 voor de: AWBZ: Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten WAO/WAZ: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering of de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen Wajong: Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten WSW: Wet sociale werkvoorziening Bijstand waaronder: o o o o Periodiek algemene bijstand en Bbz (Besluit bijstandverlening zelfstandigen), onderdeel van de WWB (Wet werk en bijstand) IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen WWIK: Wet werk en inkomen kunstenaars Bijzondere bijstand Tabellen 1-6 In tabel 1-6 bestaat de populatie uit personen met twee of meer lopende indicaties of toekenningen in 2005, waarvan minstens één indicatie of toekenning is afgegeven in 2005. Voor de tabellen 5 en 6 geldt de aanvullende voorwaarde dat de personen ten minste een AWBZ-indicatie moeten hebben in 2005. Tabellen 7-12 De populatie van de tabellen 7-12 bestaat uit personen met twee of meer indicaties of toekenningen in het kader van de AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand en 4

bijzondere bijstand die allen zijn afgegeven in 2005. De populatie van de tabellen 11 en 12 bestaat uit personen met ten minste een AWBZ-indicatie. Tabellen 13-18 De populatie van de tabellen 13-18 bestaat uit personen met twee of meer indicaties of toekenningen in het kader van de AWBZ, bijstand en bijzondere bijstand, die zijn ingegaan in 2005 en waarvan de ingangsdata van de indicaties of toekenningen niet meer dan drie maanden uit elkaar liggen. Als aan een persoon een bijstandsuitkering is toegekend in maart 2005, een AWBZ-indicatie is afgegeven in juni 2005 en een uitkering is toegekend in het kader van de bijzondere bijstand in september 2005, dan wordt deze persoon tot de populatie met drie indicaties of toekenningen gerekend. Tabellen 17 en 18 zijn alleen van toepassing op personen met een AWBZ-indicatie. Bronnen Voor deze tabellenset zijn registraties gebruikt op het gebied van de sociale zekerheid en zorg. De bestanden zijn: Bijstandsuitkeringen Statistiek (BUS) 2005, WSW 2005, Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (AO) 2005 en de AWBZ 2005. De bestanden zijn onderling gekoppeld en verrijkt met demografische en huishoudensgegevens uit de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA). Deze bestanden zijn aan elkaar gekoppeld en het gekoppelde bestand is het onderzoeksbestand in dit onderzoek. BUS 2005 De BUS bevat informatie over alle verstrekte uitkeringen in het kader van de WWB, IOAW, IOAZ, WWIK, Bbz en bijzondere bijstand aan personen van 15 jaar en ouder, wonend in Nederland. Alle personen die zijn geregistreerd als bijstandsgerechtigde in het kader van de hiervoor genoemde regelingen in 2005 worden in dit onderzoek meegenomen. De registratie van bijstandsgerechtigden wordt aan het CBS geleverd door de Nederlandse gemeenten. In dit onderzoek wordt gesproken over personen in de bijstand. Een bijstandsuitkering wordt toegekend aan een huishouden. Een huishouden dat bestaat uit een (echt) paar (met of zonder kinderen) is in het onderzoek geteld als twee aparte personen. Het is echter één bijstandsuitkering. Het aantal personen met een bijstandsuitkering is dus hoger dan het aantal bijstandsuitkeringen. In 2005 bedroeg het aantal bijstandsuitkeringen (algemene bijstand, IOAW, IOAZ, WWIK en Bbz) 468 duizend, het aantal personen met een bijstandsuitkering bedroeg 549 duizend. Ook bijzondere bijstand wordt toegekend aan een huishouden. Het aantal huishoudens met bijzondere bijstand was in 2005 365 duizend, het aantal personen met bijzondere bijstand 431 duizend. WSW 2005 De WSW heeft tot doel het scheppen van aangepaste werkgelegenheid voor personen die, hoewel zij tot werken in staat zijn, er niet in slagen onder normale 5

omstandigheden arbeid te verrichten. De WSW biedt de mogelijkheid tot werken in eigen sociale werkvoorzieningsbedrijven en tot begeleid werken in reguliere arbeid buiten de sociale werkvoorziening. In aanmerking voor een dienstbetrekking in de sociale werkvoorziening komen in Nederland wonende personen jonger dan 65 jaar, die door lichamelijke, verstandelijke of psychische beperkingen uitsluitend onder aangepaste omstandigheden tot regelmatige arbeid in staat zijn. In het onderzoek zijn personen opgenomen met een plaats op de wachtlijst en personen met een WSW-dienstbetrekking of een begeleid werken arbeidsovereenkomst. De WSW registratie wordt aan het CBS geleverd door het onderzoeksbureau Research voor Beleid. AO 2005 De AO-registratie bevat informatie over uitkeringen die worden verschaft in het kader van de WAO, WAZ en Wajong. De WAO verzekert werknemers van een loonvervangende uitkering, die langer dan de wachttijd die voor de werknemer geldt geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn. De wachttijd voor de WAO bedraagt 52 of 104 weken; 104 weken voor werknemers die op of na 1 januari 2004 arbeidsongeschikt zijn geworden. De WAZ was tot 1 augustus 2004 een verplichte verzekering voor zelfstandigen, beroepsbeoefenaren, directeuren-grootaandeelhouders en meewerkende echtgenoten tegen de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid. De WAZ is met ingang van 1 augustus 2004 afgeschaft. Verzekerden die voor die datum arbeidsongeschikt zijn geworden, kunnen nog tot circa 1 augustus 2005 een uitkering toegekend krijgen. Na 1 augustus 2004 zijn bovengenoemde personen aangewezen op een particuliere verzekering tegen langdurige arbeidsongeschiktheid. De wijzigingen in zowel de WAO als de WAZ zorgen ervoor dat de instroom in deze regelingen in 2005 gering is. De Wajong ten slotte is een voorziening voor de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid van jonggehandicapten. De AO-registratie wordt aan het CBS geleverd door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV). AWBZ 2005 De AWBZ heeft tot doel de gehele bevolking te verzekeren tegen het risico van bijzondere ziektekosten. De AWBZ dekt zware geneeskundige risico s die niet onder de zorgverkeringen vallen zoals kosten van langdurige zorg thuis of opname in een verpleeghuis of gehandicapteninstelling. De registratie van de AWBZ indicaties is afkomstig van het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ). Het bestand is centraal door het CIZ samengesteld op basis van dataextracten uit 78 databases en speciaal voor dit onderzoek aan het CBS ter beschikking gesteld. Het registratiebestand van de AWBZ bevat alle positieve indicatiebesluiten voor de AWBZ. Dit wil zeggen dat alleen besluiten zijn opgenomen waarbij daadwerkelijk één of meer AWBZ-zorgfuncties zijn toegekend. In dit bestand is niet vastgelegd of een indicatie een herindicatie of een nieuwe indicatie betreft. Herindicaties zijn in dit onderzoek behandeld als nieuw afgegeven indicaties. 6

GBA In de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) staan persoonsgegevens geregistreerd van alle personen die in Nederland woonachtig zijn. Op basis van dit bestand bepaalt het CBS vanaf 1998 huishoudensgegevens op 1 januari. Gegevens over geslacht, leeftijd, herkomstgroepering en type huishouden worden toegevoegd uit het volumebestand van de GBA omdat deze gegevens in de GBA betrouwbaarder worden waargenomen dan in de andere bronnen. De leeftijd is bepaald op 31 december 2005 en het huishoudtype is waar mogelijk bepaald op 1 januari 2006. Bij een onbekend huishoudtype op 1 januari 2006 is zo mogelijk het huishoudtype van 1 januari 2005 gebruikt. Koppeling van de bestanden en kwaliteit van de uitkomsten Voor het maken van de tabellen zijn de hierboven beschreven bestanden aan elkaar gekoppeld. Om een koppeling tussen bestanden mogelijk te maken, krijgen alle personen in bestanden binnen het CBS een betekenisloos RIN-nummer dat dient ter vervanging van het identificeerbare sofi-nummer. Bij de BUS, AO en WSW krijgt ruim 98 tot bijna 100 procent van de records op basis van het sofi-nummer een RINnummer toegewezen. Omdat het sofi-nummer ontbreekt in het AWBZ-bestand is op basis van postcode, geboortedatum en geslacht het RIN-nummer toegevoegd. Bijna 90 procent van alle AWBZ-records heeft op deze manier een RIN-nummer gekregen. De records die geen RIN-nummer hebben gekregen en dus niet zijn te koppelen met andere bestanden, zijn nader geanalyseerd. Geconcludeerd is dat de records zonder RIN-nummer niet selectief zijn naar persoonskenmerken. Wel bleek dat van bepaalde CIZ-kantoren in de maanden november en december slechts aan een klein deel van de records een RIN-nummer kon worden toegewezen (20 procent of minder). Omdat er twijfel bestond of de RINnummers die wel konden worden toegekend, juist waren toegekend, is besloten om alle records van de problematische kantoren in deze maanden niet in het onderzoek te betrekken. Het gaat om 5,6 procent van de records in het AWBZ-bestand. Bij de overige kantoren konden ook niet alle records worden gekoppeld, waardoor in totaal 11,5 procent van de AWBZ-records niet in het onderzoeksbestand zijn opgenomen. Door het weglaten van deze records wordt de samenloop met AWBZ in de tabellen onderschat. Tegelijkertijd wordt het aantal personen met één indicatie of toekenning of met samenloop zonder AWBZ licht overschat. Op basis van de waargenomen samenloop bij de kantoren waar de meeste records wel een RIN-nummer hebben gekregen, is een raming gemaakt van de totale samenloop als aan de records van de problematische kantoren in november en december wel RIN-nummers konden worden toegekend. Er wordt dus niet bijgeraamd voor alle records die geen RIN-nummer hebben gekregen, maar alleen voor de records van de problematische kantoren in november en december. De totale samenloop met AWBZ wordt dus ook na de bijraming licht onderschat. In staat 3 is de bijraming te vinden voor de tabellen 1-6. In de kolom totaal in onderzoeksbestand staan de totalen zoals die terug zijn te vinden in de tabellen. Het totaal inclusief bijraming geeft het totaal aan na bijraming. Het aantal samenlopen met AWBZ neemt toe met 5,1 procent. Daarnaast vinden er een aantal 7

verschuivingen plaats tussen de mogelijke combinaties van samenloop. Het algemene beeld dat in de tabellen 1-6 wordt weergegeven, verandert door de bijraming echter niet. Staat 3 Bijraming van personen met twee of meer lopende indicaties of toekenningen in het kader van AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand waarvan ten minste één indicatie of toekenning is afgegeven in 2005. Totaal in onderzoeksbestand Bijraming Totaal inclusief bijraming AWBZ en één andere indicatie of toekenning 77 660 3 910 81 560 Twee indicaties of toekenningen, geen AWBZ 314 410-1 150 313 250 AWBZ en twee andere indicaties of toekenningen 28 210 1 500 29 700 Drie indicaties of toekenningen, geen AWBZ 15 790-110 15 680 AWBZ en meer dan twee andere indicaties of toekenning 2 820 130 2 940 1) Onder bijstand worden in dit verband de volgende bijstands- en inkomensondersteunende regelingen verstaan: periodiek algemene bijstand (in het kader van de WWB), In staat 4 is de bijraming te vinden met betrekking tot de tabellen 7-12. Van de samenloop van indicaties of toekenningen met AWBZ die zijn afgegeven in 2005 bedraagt de bijraming 4,6 procent. Ook hier verandert het algemene beeld van de tabellen 7-12 niet. Staat 4 Bijraming van personen met twee of meer indicaties of toekenningen in het kader van AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005. Totaal in onderzoeksbestand Bijraming Totaal inclusief bijraming AWBZ en één andere indicatie of toekenning 46 490 2 130 49 080 Twee indicaties of toekenningen, geen AWBZ 48 310-170 48 100 AWBZ en twee andere indicaties of toekenningen 3 560 170 3 770 Drie indicaties of toekenningen, geen AWBZ 450 0 450 AWBZ en meer dan twee andere indicaties of toekenn 100 0 110 1) Onder bijstand worden in dit verband de volgende bijstands- en inkomensondersteunende regelingen verstaan: periodiek algemene bijstand (in het kader van de WWB), In staat 5 is ten slotte de bijraming te vinden met betrekking tot de tabellen 13-18. Er wordt een onderschatting van 4,7 procent gemaakt van de samenlopen met AWBZ. Het algemene beeld verandert niet door de bijraming. Staat 5 Bijraming van personen met twee of meer indicaties of toekenningen in het kader van AWBZ, bijstand 1) of bijzondere bijstand die binnen een periode van drie maanden zijn afgegeven in 2005. Totaal in onderzoeksbestand Bijraming Totaal inclusief bijraming AWBZ en één andere indicatie of toekenning 35 430 1 670 37 100 Twee indicaties of toekenningen, geen AWBZ 33 490-90 33 390 AWBZ en twee andere indicaties of toekenningen 2 160 90 2 250 1) Onder bijstand worden in dit verband de volgende bijstands- en inkomensondersteunende regelingen verstaan: periodiek algemene bijstand (in het kader van de WWB), Toelichting bij de gebruikte begrippen Allochtoon Zie Herkomstgroepering. Autochtoon Zie Herkomstgroepering. AWBZ-grondslag Op elk AWBZ-indicatiebesluit zijn één of meerdere grondslagen van toepassing. De volgende grondslagen worden onderscheiden: Somatische ziekte of aandoening (SOM) Psychogeriatrische ziekte of aandoening (PG) Psychiatrische aandoening of psychische stoornis (PSY) 8

Lichamelijke handicap (LG) Verstandelijke handicap (VG) Zintuiglijke handicap (ZG) Psychosociaal probleem (PS) AWBZ-zorgfunctie De toekenning van het recht op AWBZ-zorg wordt omschreven in één of meer AWBZ-zorgfuncties van een bepaalde zorgzwaarte (klasse) en voor een bepaalde geldigheidsperiode (zorgduur). Er worden tien verschillende zorgfuncties onderscheiden: Huishoudelijke verzorging (HV) Persoonlijke verzorging (PV) Verpleging (VP) Ondersteunende begeleiding algemeen (OBALG) Ondersteunende begeleiding dagbehandeling (OBDAG) Activerende begeleiding algemeen (ABALG) Activerende begeleiding dagbehandeling (ABDAG) Behandeling (BH) Verblijf tijdelijk (VBTIJD) Verblijf langdurig (VBLDU) Bijstand Onder bijstand worden in dit onderzoek de volgende bijstands- en inkomensondersteunende regelingen verstaan: periodiek algemene bijstand en Bbz (in het kader van de WWB), IOAW, IOAZ en WWIK. Bijzondere bijstand Bijzondere bijstand is een uitkering voor vergoeding van extra of hoge kosten. Het is bedoeld voor mensen die deze kosten niet kunnen betalen. De kosten hebben vaak te maken met bijzondere omstandigheden zoals gezondheid of leefomstandigheden. Bijzondere bijstand wordt niet alleen toegekend aan personen met een bijstandsuitkering. Ook personen met een laag inkomen uit een andere bron (bijvoorbeeld WAZ, Wajong of uit arbeid) kunnen voor bijzondere bijstand in aanmerking komen. Herkomstgroepering In de CBS-indeling naar herkomstgroepering worden personen ingedeeld op grond van hun geboorteland en dat van hun ouders. Autochtonen zijn personen van wie beide ouders in Nederland geboren zijn. Allochtonen zijn personen van wie minstens één ouder in het buitenland geboren is. De volgende categorieën van herkomstgroepering worden onderscheiden: autochtonen; westerse allochtonen. Het land van herkomst is gelegen in Europa (met uitzondering van Nederland en Turkije), Noord-Amerika, Indonesië, Japan en Oceanië; niet-westerse allochtonen. Het land van herkomst is Turkije of een land in Afrika, Azië (met uitzondering van Indonesië en Japan) of Latijns-Amerika. Institutioneel huishouden Personen in institutionele huishoudens zijn bewoners van instellingen zoals, verpleeg-, bejaarden- en kindertehuizen, gezinsvervangende 9

tehuizen, revalidatiecentra en gevangenissen, die daar in principe voor langere tijd zullen verblijven. Samenloop Personen met meer dan één indicatie of toekenning voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand of bijzondere bijstand binnen een bepaalde periode hebben samenloop van twee of meer indicaties of toekenningen. Werknemers Werknemers zijn mensen die arbeid verrichten op basis van loon of salaris. Zelfstandigen een persoon die een inkomen verwerft door voor eigen rekening of risico arbeid te verrichten in een eigen bedrijf of zelfstandig uitgeoefend beroep, of door mee te werken in het bedrijf van een gezinslid. Afkortingen AO AWBZ BBZ BUS CBS-MCB CIZ IOAW IOAZ GBA SCP UWV VWS WAJONG WAO WAZ WSW WWB WWIK Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Besluit bijstandverlening zelfstandigen Bijstandsuitkeringenstatistiek Centraal Bureau voor de Statistiek -Centrum voor Beleidsstatistiek Centrum Indicatiestelling zorg Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen Gemeentelijke Basisadministratie Sociaal en Cultureel Planbureau Uitvoeringsinstituut Werknemers Verzekeringen Ministerie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen Wet sociale werkvoorziening Wet werk en bijstand Wet werk en inkomen kunstenaars 10

11 Tabellenset

Tabellenoverzicht Personen met twee of meer lopende indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand of bijzondere bijstand waarvan ten minste één indicatie of toekenning in 2005 is afgegeven, naar: Tabel 1 Tabel 2 Tabel 3 Tabel 4 Tabel 5 Tabel 6 Geslacht Leeftijdsklasse Herkomstgroepering Type huishouden AWBZ-grondslag, uitsluitend personen met een AWBZ indicatie AWBZ-zorgfunctie, uitsluitend personen met een AWBZ indicatie Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005, naar: Tabel 7 Tabel 8 Tabel 9 Tabel 10 Tabel 11 Tabel 12 Geslacht Leeftijdsklasse Herkomstgroepering Type huishouden AWBZ-grondslag, uitsluitend personen met een AWBZ indicatie AWBZ-zorgfunctie, uitsluitend personen met een AWBZ indicatie Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, bijstand of bijzondere bijstand die binnen een periode van drie maanden zijn afgegeven in 2005, naar: Tabel 13 Tabel 14 Tabel 15 Tabel 16 Tabel 17 Tabel 18 Geslacht Leeftijdsklasse Herkomstgroepering Type huishouden AWBZ-grondslag, uitsluitend personen met een AWBZ indicatie AWBZ-zorgfunctie, uitsluitend personen met een AWBZ indicatie 13

Tabel 1 Personen met twee of meer lopende indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand waarvan ten minste één indicatie of toekenning is afgegeven in 2005, naar geslacht Totaal Mannen Vrouwen Totaal 440 580 178 350 262 240 Twee indicaties of toekenningen 390 910 158 200 232 700 AWBZ en WAO/WAZ 35 350 14 400 20 940 AWBZ en Wajong 13 860 6 800 7 060 AWBZ en WSW 2 420 1 540 880 AWBZ en bijstand 5 890 2 140 3 750 AWBZ en bijzondere bijstand 18 970 3 870 15 100 WAO/WAZ en Wajong 190 50 140 WAO/WAZ en WSW 4 030 2 960 1 080 WAO/WAZ en bijstand 3 030 1 550 1 480 WAO/WAZ en bijzondere bijstand 15 200 8 790 6 400 Wajong en WSW 4 010 2 580 1 430 Wajong en bijstand 980 520 460 Wajong en bijzondere bijstand 5 060 2 620 2 440 WSW en bijstand 1 630 1 040 590 WSW en bijzondere bijstand 690 460 230 bijstand en bijzondere bijstand 279 630 108 900 170 730 Drie indicaties of toekenningen 46 300 18 850 27 450 AWBZ en WAO/WAZ en Wajong 870 460 410 AWBZ en WAO/WAZ en bijstand 540 150 390 AWBZ en WAO/WAZ en bijzondere bijstand 2 910 1 150 1 760 AWBZ en Wajong en bijstand 150 80 70 AWBZ en Wajong en bijzondere bijstand 1 580 700 880 AWBZ en bijstand en bijzondere bijstand 18 500 4 750 13 750 AWBZ en WSW en WAO/WAZ 1 440 1 010 430 AWBZ en WSW en Wajong 3 940 2 460 1 480 AWBZ en WSW en bijstand 220 130 90 AWBZ en WSW en bijzondere bijstand 90 50 40 WAO/WAZ en Wajong en bijstand 20 10 10 WAO/WAZ en Wajong en bijzondere bijstand 300 170 140 WAO/WAZ en bijstand en bijzondere bijstand 10 360 4 640 5 720 Wajong en bijstand en bijzondere bijstand 880 420 460 WSW en WAO/WAZ en Wajong 160 90 70 WSW en WAO/WAZ en bijstand 150 90 60 WSW en WAO/WAZ en bijzondere bijstand 510 360 150 WSW en Wajong en bijstand 120 70 50 WSW en Wajong en bijzondere bijstand 390 250 140 WSW en bijstand en bijzondere bijstand 3 200 1 830 1 360 Meer dan drie indicaties of toekenningen 3 380 1 290 2 090 15

Tabel 2 Personen met twee of meer lopende indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand waarvan ten minste één indicatie of toekenning is afgegeven in 2005, naar leeftijdsklasse Totaal <20 jaar 20 24 jaar 25 34 jaar 35 44 jaar 45 54 jaar 55 64 jaar >65 jaar Totaal 440 580 6 370 24 470 70 740 101 550 94 790 94 460 48 220 Twee indicaties of toekenningen 390 910 5 630 21 750 63 960 90 650 82 790 82 270 43 870 AWBZ en WAO/WAZ 35 350 0 100 2 140 5 750 9 590 16 020 1 740 AWBZ en Wajong 13 860 1 950 2 820 3 530 2 700 1 660 1 100 90 AWBZ en WSW 2 420 70 130 400 730 700 380 10 AWBZ en bijstand 5 890 50 380 970 1 120 960 1 250 1 150 AWBZ en bijzondere bijstand 18 970 120 70 130 230 290 760 17 370 WAO/WAZ en Wajong 190 10 40 90 30 20 10 0 WAO/WAZ en WSW 4 030 0 40 520 1 280 1 610 580 0 WAO/WAZ en bijstand 3 030 0 110 670 850 610 560 220 WAO/WAZ en bijzondere bijstand 15 200 0 40 1 250 3 380 4 450 5 530 550 Wajong en WSW 4 010 1 020 1 370 1 180 320 110 20 0 Wajong en bijstand 980 130 450 320 60 20 0 0 Wajong en bijzondere bijstand 5 060 80 500 1 460 1 490 1 000 500 40 WSW en bijstand 1 630 70 210 420 490 340 90 0 WSW en bijzondere bijstand 690 0 20 90 250 240 80 0 bijstand en bijzondere bijstand 279 630 2 130 15 480 50 800 71 960 61 200 55 380 22 680 Drie indicaties of toekenningen 2) 46 300 700 2 490 6 280 10 040 11 060 11 440 4 290 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 24 540 270 960 2 840 4 750 5 360 6 540 3 820 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 5 690 300 840 1 190 1 270 1 310 760 30 AO in combinatie met (bijzondere) bijstand, geen WSW, geen AWBZ 11 560 60 390 1 390 2 550 3 040 3 690 440 WSW in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen AWBZ 4 510 60 300 870 1 480 1 360 450 0 Meer dan drie indicaties of toekenningen 3 380 40 230 500 860 940 750 60 2) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. Tabel 3 Personen met twee of meer lopende indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand waarvan ten minste één indicatie of toekenning is afgegeven in 2005, naar herkomstgroepering Totaal 2) Autochtonen Westerse Niet-westerse allochtonen allochtonen Totaal 440 580 234 630 45 730 160 220 Twee indicaties of toekenningen 390 910 202 710 40 800 147 390 AWBZ en WAO/WAZ 35 350 29 910 3 310 2 130 AWBZ en Wajong 13 860 11 590 1 070 1 200 AWBZ en WSW 2 420 2 010 200 210 AWBZ en bijstand 5 890 3 650 740 1 500 AWBZ en bijzondere bijstand 18 970 17 040 1 540 390 WAO/WAZ en Wajong 190 170 10 10 WAO/WAZ en WSW 4 030 3 190 370 470 WAO/WAZ en bijstand 3 030 1 840 320 880 WAO/WAZ en bijzondere bijstand 15 200 9 800 1 310 4 080 Wajong en WSW 4 010 3 420 240 340 Wajong en bijstand 980 740 100 140 Wajong en bijzondere bijstand 5 060 4 040 480 540 WSW en bijstand 1 630 1 100 150 380 WSW en bijzondere bijstand 690 420 70 200 bijstand en bijzondere bijstand 279 630 113 800 30 890 134 940 Drie indicaties of toekenningen 3) 46 300 29 330 4 600 12 360 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 24 540 14 850 2 700 6 990 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 5 690 4 990 400 300 AO in combinatie met (bijzondere) bijstand, geen WSW, geen AWBZ 11 560 6 720 1 070 3 770 WSW in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen AWBZ 4 510 2 780 440 1 300 Meer dan drie indicaties of toekenningen 3 380 2 590 330 460 2) Voor de variabele herkomstgroepering is de categorie onbekend niet weergegeven. Hierdoor tellen de afzonderlijke categorieën van deze variabele niet op tot het totaal. 3) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. 16

Tabel 4 Personen met twee of meer lopende indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand waarvan ten minste één indicatie of toekenning is afgegeven in 2005, naar type huishouden Totaal 2) Particulier huishouden Institutioneel huishouden Totaal Eénpersoons- Meerpersoonshuishouden huishouden Totaal w.o. Eenouderhuishouden met kinderen <18 jaar Totaal 440 580 426 380 165 870 260 520 70 920 13 920 Twee indicaties of toekenningen 390 910 379 560 141 650 237 910 63 770 11 080 AWBZ en WAO/WAZ 35 350 33 950 12 420 21 530 1 610 1 390 AWBZ en Wajong 13 860 11 080 4 240 6 840 510 2 770 AWBZ en WSW 2 420 2 250 1 090 1 160 90 170 AWBZ en bijstand 5 890 5 220 2 420 2 800 1 070 670 AWBZ en bijzondere bijstand 18 970 17 550 12 610 4 940 190 1 420 WAO/WAZ en Wajong 190 180 60 120 10 10 WAO/WAZ en WSW 4 030 3 980 1 180 2 800 90 40 WAO/WAZ en bijstand 3 030 2 990 1 090 1 900 440 30 WAO/WAZ en bijzondere bijstand 15 200 14 790 5 760 9 030 1 430 390 Wajong en WSW 4 010 3 730 910 2 820 120 280 Wajong en bijstand 980 930 340 600 70 40 Wajong en bijzondere bijstand 5 060 4 310 2 680 1 640 310 740 WSW en bijstand 1 630 1 600 690 910 160 30 WSW en bijzondere bijstand 690 670 180 490 50 10 bijstand en bijzondere bijstand 279 630 276 330 95 990 180 340 57 610 3 090 Drie indicaties of toekenningen 3) 46 300 43 680 22 330 21 350 6 660 2 610 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 24 540 22 950 13 140 9 820 4 370 1 580 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 5 690 4 970 2 540 2 430 150 710 AO in combinatie met (bijzondere) bijstand, geen WSW, geen AWBZ 11 560 11 390 4 700 6 690 1 710 160 WSW in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen AWBZ 4 510 4 360 1 950 2 410 440 150 Meer dan drie indicaties of toekenningen 3 380 3 150 1 890 1 250 490 240 2) Voor de variabele type huishouden is de categorie onbekend niet weergegeven. Hierdoor tellen de afzonderlijke categorieën van deze variabele niet op tot het totaal. 3) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. Tabel 5 Personen met een positieve AWBZ-indicatie en één of meer lopende indicaties of toekenningen voor WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand en waarvan ten minste één indicatie of toekenning is afgegeven in 2005, naar AWBZ-grondslag Totaal SOM 2) LG/ZG VG (+ ) 4) PSY (+ ), PG (+ ), Overige (+SOM) 3) geen VG 5) geen VG, combigeen PSY 6) naties 7) Totaal 109 670 60 810 5 010 13 090 15 380 2 040 13 350 Twee indicaties of toekenningen 76 470 45 200 3 550 8 490 9 410 1 710 8 120 AWBZ en WAO/WAZ 35 350 24 660 1 730 530 5 200 480 2 760 AWBZ en Wajong 13 860 1 790 1 130 6 610 2 070 30 2 230 AWBZ en WSW 2 420 660 180 970 250 10 350 AWBZ en bijstand 5 890 2 930 110 200 1 280 120 1 250 AWBZ en bijzondere bijstand 18 970 15 170 400 200 620 1 070 1 520 Drie indicaties of toekenningen 8) 30 230 14 390 1 260 4 030 5 400 320 4 830 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 24 540 13 290 810 1 290 4 800 310 4 050 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 5 690 1 100 460 2 740 600 10 780 AWBZ en drie of meer andere indicaties of toekenningen 2 970 1 220 190 570 570 10 400 2) Uitsluitend somatische ziekte/aandoening. 3) Lichamelijke en/of zintuigelijke handicap en al dan niet een somatische ziekte/aandoening. 4) Verstandelijke handicap, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuigelijke handicap. 5) Psychiatrische aandoening/psychische stoornis, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuigelijke handicap, geen verstandelijke handicap. 6) Psychogeriatrische ziekte, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuiglijke handicap, geen verstandelijke handicap en geen psychiatrische aandoening/psychische stoornis. 7) Alle overige combinaties, waaronder iedere combinatie met een psychosociaal probleem. 8) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. 17

Tabel 6 Personen met een positieve AWBZ-indicatie en één of meer lopende indicaties of toekenningen voor WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand en waarvan ten minste één indicatie of toekenning is afgegeven in 2005, naar AWBZ-zorgfunctie Totaal HV sec 2) PV en/of HV + PV OB (+ ), AB (+ ), VB (+ ) 7) Overige VP 3) en/of geen AB, geen combi- VP 4) geen VB 5) VB 6) naties 8) Totaal 109 670 26 600 10 790 13 420 23 510 11 760 23 540 60 Twee indicaties of toekenningen 76 470 18 280 8 710 10 150 14 730 6 810 17 760 40 AWBZ en WAO/WAZ 35 350 10 880 5 870 4 480 6 620 2 920 4 570 0 AWBZ en Wajong 13 860 810 520 440 3 260 1 930 6 880 30 AWBZ en WSW 2 420 210 320 90 880 500 410 0 AWBZ en bijstand 5 890 1 120 730 510 1 450 1 050 1 040 0 AWBZ en bijzondere bijstand 18 970 5 270 1 270 4 630 2 520 410 4 870 0 Drie indicaties of toekenningen 9) 30 230 7 580 1 960 2 980 7 920 4 490 5 300 10 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 24 540 7 140 1 540 2 810 5 910 3 480 3 650 10 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 5 690 440 410 170 2 000 1 010 1 640 10 AWBZ en drie of meer andere indicaties of toekenningen 2 970 740 130 300 860 460 480 0 2) Uitsluitend huishoudelijke verzorging. 3) Persoonlijke verzorging en/of verpleging. 4) Huishoudelijke verzorging in combinatie met persoonlijke verzorging en/of verpleging. 5) Ondersteunende begeleiding, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging of behandeling, geen activerende begeleiding en geen verblijf. 6) Activerende begeleiding, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding of behandeling, geen verblijf. 7) Verblijf, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding, activerende begeleiding of behandeling. 8) Alle overige combinaties. 9) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. 18

Tabel 7 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005, naar geslacht Totaal Mannen Vrouwen Totaal 98 910 38 090 60 830 Twee indicaties of toekenningen 94 790 36 390 58 400 AWBZ en WAO/WAZ 1 040 440 590 AWBZ en Wajong 1 560 890 660 AWBZ en WSW 1 300 780 520 AWBZ en bijstand 1 590 660 920 AWBZ en bijzondere bijstand 41 010 9 970 31 040 WAO/WAZ en Wajong 70 20 50 WAO/WAZ en WSW 110 70 40 WAO/WAZ en bijstand 140 70 80 WAO/WAZ en bijzondere bijstand 460 230 220 Wajong en WSW 670 440 230 Wajong en bijstand 240 120 120 Wajong en bijzondere bijstand 460 230 230 WSW en bijstand 330 210 120 WSW en bijzondere bijstand 1 710 1 010 710 bijstand en bijzondere bijstand 44 110 21 240 22 870 Drie indicaties of toekenningen 4 020 1 650 2 370 AWBZ en WAO/WAZ en Wajong 10 10 10 AWBZ en WAO/WAZ en bijstand 10 10 0 AWBZ en WAO/WAZ en bijzondere bijstand 70 30 50 AWBZ en Wajong en bijstand 20 10 10 AWBZ en Wajong en bijzondere bijstand 140 70 70 AWBZ en bijstand en bijzondere bijstand 2 890 1 040 1 850 AWBZ en WSW en WAO/WAZ 10 10 10 AWBZ en WSW en Wajong 150 80 70 AWBZ en WSW en bijstand 30 20 20 AWBZ en WSW en bijzondere bijstand 220 120 90 WAO/WAZ en Wajong en bijstand 0 0 0 WAO/WAZ en Wajong en bijzondere bijstand 10 0 10 WAO/WAZ en bijstand en bijzondere bijstand 100 50 50 Wajong en bijstand en bijzondere bijstand 120 60 60 WSW en WAO/WAZ en Wajong 0 0 0 WSW en WAO/WAZ en bijstand 0 0 0 WSW en WAO/WAZ en bijzondere bijstand 10 10 0 WSW en Wajong en bijstand 10 10 0 WSW en Wajong en bijzondere bijstand 30 10 10 WSW en bijstand en bijzondere bijstand 170 100 70 Meer dan drie indicaties of toekenningen 100 50 60 19

Tabel 8 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005, naar leeftijdsklasse Totaal <20 jaar 20 24 jaar 25 34 jaar 35 44 jaar 45 54 jaar 55 64 jaar >65 jaar Totaal 98 910 4 060 8 230 17 440 19 500 14 360 11 780 23 530 Twee indicaties of toekenningen 94 790 3 690 7 640 16 610 18 560 13 670 11 370 23 240 AWBZ en WAO/WAZ 1 040 0 20 150 220 300 290 60 AWBZ en Wajong 1 560 1 230 200 80 30 10 10 0 AWBZ en WSW 1 300 100 320 340 220 240 80 0 AWBZ en bijstand 1 590 40 220 380 400 230 190 110 AWBZ en bijzondere bijstand 41 010 210 690 2 400 4 450 5 280 7 080 20 910 WAO/WAZ en Wajong 70 0 30 20 10 10 0 0 WAO/WAZ en WSW 110 0 10 20 30 40 10 0 WAO/WAZ en bijstand 140 0 20 40 40 30 20 0 WAO/WAZ en bijzondere bijstand 460 0 10 100 140 130 70 0 Wajong en WSW 670 540 70 40 20 10 0 0 Wajong en bijstand 240 80 120 40 10 0 0 0 Wajong en bijzondere bijstand 460 60 150 140 80 30 10 0 WSW en bijstand 330 40 60 100 70 50 10 0 WSW en bijzondere bijstand 1 710 10 90 310 610 560 130 0 bijstand en bijzondere bijstand 44 110 1 380 5 650 12 460 12 240 6 760 3 470 2 160 Drie indicaties of toekenningen 2) 4 020 370 560 820 920 670 400 290 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 3 150 200 400 640 740 530 360 290 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 410 120 40 80 80 70 20 0 AO in combinatie met (bijzondere) bijstand, geen WSW, geen AWBZ 240 30 70 50 50 30 10 0 WSW in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen AWBZ 220 20 40 50 50 50 10 0 Meer dan drie indicaties of toekenningen 100 10 30 10 20 20 10 0 2) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. Tabel 9 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005, naar herkomstgroepering Totaal 2) Autochtonen Westerse Niet-westerse allochtonen allochtonen Totaal 98 910 56 770 10 030 32 110 Twee indicaties of toekenningen 94 790 54 330 9 570 30 890 AWBZ en WAO/WAZ 1 040 860 100 80 AWBZ en Wajong 1 560 1 260 100 200 AWBZ en WSW 1 300 1 060 110 130 AWBZ en bijstand 1 590 1 060 150 380 AWBZ en bijzondere bijstand 41 010 30 490 3 960 6 560 WAO/WAZ en Wajong 70 60 10 0 WAO/WAZ en WSW 110 80 10 20 WAO/WAZ en bijstand 140 90 20 40 WAO/WAZ en bijzondere bijstand 460 270 40 150 Wajong en WSW 670 560 40 80 Wajong en bijstand 240 190 20 30 Wajong en bijzondere bijstand 460 340 40 80 WSW en bijstand 330 230 30 70 WSW en bijzondere bijstand 1 710 970 170 570 bijstand en bijzondere bijstand 44 110 16 810 4 790 22 510 Drie indicaties of toekenningen 3) 4 020 2 360 450 1 210 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 3 150 1 750 360 1 040 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 410 310 40 60 AO in combinatie met (bijzondere) bijstand, geen WSW, geen AWBZ 240 160 20 60 WSW in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen AWBZ 220 140 20 60 Meer dan drie indicaties of toekenningen 100 80 10 10 2) Voor de variabele herkomstgroepering is de categorie onbekend niet weergegeven. Hierdoor tellen de afzonderlijke categorieën van deze variabele niet op tot het totaal. 3) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. 20

Tabel 10 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005, naar type huishouden Totaal 2) Particulier huishouden Institutioneel huishouden Totaal Eénpersoons- Meerpersoonshuishouden huishouden Totaal w.o. Eenouderhuishouden met kinderen <18 jaar Totaal 98 910 93 960 44 850 49 100 14 570 4 830 Twee indicaties of toekenningen 94 790 90 330 43 130 47 200 13 740 4 340 AWBZ en WAO/WAZ 1 040 1 010 310 700 60 30 AWBZ en Wajong 1 560 1 350 260 1 090 110 210 AWBZ en WSW 1 300 1 160 520 640 60 140 AWBZ en bijstand 1 590 1 300 520 780 310 280 AWBZ en bijzondere bijstand 41 010 38 570 25 040 13 540 4 120 2 430 WAO/WAZ en Wajong 70 70 20 50 0 0 WAO/WAZ en WSW 110 110 30 80 0 0 WAO/WAZ en bijstand 140 140 50 100 20 0 WAO/WAZ en bijzondere bijstand 460 450 180 270 70 10 Wajong en WSW 670 650 60 580 50 30 Wajong en bijstand 240 230 70 170 20 10 Wajong en bijzondere bijstand 460 430 220 210 40 30 WSW en bijstand 330 320 120 200 30 10 WSW en bijzondere bijstand 1 710 1 680 740 940 180 40 bijstand en bijzondere bijstand 44 110 42 870 15 010 27 860 8 680 1 130 Drie indicaties of toekenningen 3) 4 020 3 540 1 670 1 870 810 480 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 3 150 2 740 1 340 1 400 710 410 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 410 370 160 210 50 40 AO in combinatie met (bijzondere) bijstand, geen WSW, geen AWBZ 240 230 100 130 30 10 WSW in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen AWBZ 220 200 80 130 20 10 Meer dan drie indicaties of toekenningen 100 90 50 40 10 10 2) Voor de variabele type huishouden is de categorie onbekend niet weergegeven. Hierdoor tellen de afzonderlijke categorieën van deze variabele niet op tot het totaal. 3) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. Tabel 11 Personen met een positieve AWBZ-indicatie en één of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005, naar AWBZ-grondslag Totaal SOM 2) LG/ZG VG (+ ) 4) PSY (+ ), PG (+ ), Overige (+SOM) 3) geen VG 5) geen VG, combigeen PSY 6) naties 7) Totaal 50 150 30 620 1 500 3 050 6 780 1 420 6 790 Twee indicaties of toekenningen 46 490 29 470 1 410 2 690 5 780 1 390 5 750 AWBZ en WAO/WAZ 1 040 730 50 20 130 20 90 AWBZ en Wajong 1 560 60 90 810 280 0 310 AWBZ en WSW 1 300 230 110 540 210 0 220 AWBZ en bijstand 1 590 540 30 90 460 20 450 AWBZ en bijzondere bijstand 41 010 27 900 1 130 1 230 4 710 1 360 4 680 Drie indicaties of toekenningen 8) 3 560 1 130 90 330 970 30 1 010 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 3 150 1 080 60 170 890 20 940 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 410 50 30 160 90 0 80 AWBZ en drie of meer andere indicaties of toekenningen 100 20 0 30 20 0 20 2) Uitsluitend somatische ziekte/aandoening. 3) Lichamelijke en/of zintuigelijke handicap en al dan niet een somatische ziekte/aandoening. 4) Verstandelijke handicap, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuigelijke handicap. 5) Psychiatrische aandoening/psychische stoornis, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuigelijke handicap, geen verstandelijke handicap. 6) Psychogeriatrische ziekte, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuiglijke handicap, geen verstandelijke handicap en geen psychiatrische aandoening/psychische stoornis. 7) Alle overige combinaties, waaronder iedere combinatie met een psychosociaal probleem. 8) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. 21

Tabel 12 Personen met een positieve AWBZ-indicatie en één of meer indicaties of toekenningen voor WAO/WAZ, Wajong, WSW, bijstand 1) of bijzondere bijstand die zijn afgegeven in 2005, naar AWBZ-zorgfunctie Totaal HV sec 2) PV en/of HV + PV OB (+ ), AB (+ ), VB (+ ) 7) Overige VP 3) en/of geen AB, geen VB 6) combi- VP 4) geen VB 5) naties 8) Totaal 50 150 13 440 3 250 7 830 10 090 5 360 10 160 20 Twee indicaties of toekenningen 46 490 12 900 3 070 7 650 9 130 4 310 9 410 20 AWBZ en WAO/WAZ 1 040 260 220 120 200 130 120 0 AWBZ en Wajong 1 560 10 20 10 270 310 930 10 AWBZ en WSW 1 300 100 70 40 410 290 390 0 AWBZ en bijstand 1 590 210 140 80 420 470 270 0 AWBZ en bijzondere bijstand 41 010 12 320 2 620 7 410 7 830 3 110 7 710 10 Drie indicaties of toekenningen 9) 3 560 530 180 180 940 1 010 720 0 AWBZ in combinatie met AO en/of (bijzondere) bijstand, geen WSW 3 150 490 170 170 810 920 590 0 AWBZ en WSW in combinatie met AO of (bijzondere) bijstand 410 40 10 10 130 100 130 0 AWBZ en drie of meer andere indicaties of toekenningen 100 10 0 0 30 30 20 0 2) Uitsluitend huishoudelijke verzorging. 3) Persoonlijke verzorging en/of verpleging. 4) Huishoudelijke verzorging in combinatie met persoonlijke verzorging en/of verpleging. 5) Ondersteunende begeleiding, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging of behandeling, geen activerende begeleiding en geen verblijf. 6) Activerende begeleiding, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding of behandeling, geen verblijf. 7) Verblijf, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding, activerende begeleiding of behandeling. 8) Alle overige combinaties. 9) Onder AO (arbeidsongeschiktheid) vallen zowel WAO/WAZ als Wajong toekenningen. Onder (bijzondere) bijstand worden zowel de bijstand en inkomensondersteunende toekenningen verstaan (zie noot 1) als de toekenningen in het kader van de bijzondere bijstand. 22

Tabel 13 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, bijstand 1) of bijzondere bijstand die binnen een periode van drie maanden zijn afgegeven in 2005, naar geslacht Totaal Mannen Vrouwen Totaal 71 080 25 890 45 190 Twee indicaties of toekenningen 68 920 25 110 43 810 AWBZ en bijstand 1 290 530 760 AWBZ en bijzondere bijstand 34 140 8 240 25 900 bijstand en bijzondere bijstand 33 490 16 340 17 150 Drie indicaties of toekenningen AWBZ en bijstand en bijzondere bijstand 2 160 780 1 380 Tabel 14 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, bijstand 1) of bijzondere bijstand die binnen een periode van drie maanden zijn afgegeven in 2005, naar leeftijdsklasse Totaal <65 jaar >65 jaar Totaal 71 080 52 120 18 960 Twee indicaties of toekenningen 68 920 50 180 18 740 AWBZ en bijstand 1 290 1 210 90 AWBZ en bijzondere bijstand 34 140 17 060 17 080 bijstand en bijzondere bijstand 33 490 31 910 1 580 Drie indicaties of toekenningen AWBZ en bijstand en bijzondere bijstand 2 160 1 940 220 Tabel 15 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, bijstand 1) of bijzondere bijstand die binnen een periode van drie maanden zijn afgegeven in 2005, naar herkomstgroepering Totaal 2) Autochtonen Westerse Niet-westerse allochtonen allochtonen Totaal 71 080 39 820 7 490 23 770 Twee indicaties of toekenningen 68 920 38 640 7 230 23 050 AWBZ en bijstand 1 290 870 120 300 AWBZ en bijzondere bijstand 34 140 25 050 3 340 5 750 bijstand en bijzondere bijstand 33 490 12 720 3 770 16 990 Drie indicaties of toekenningen AWBZ en bijstand en bijzondere bijstand 2 160 1 180 260 730 2) Voor de variabele herkomstgroepering is de categorie onbekend niet weergegeven. Hierdoor tellen de afzonderlijke categorieën van deze variabele niet op tot het totaal. 23

Tabel 16 Personen met twee of meer indicaties of toekenningen voor AWBZ, bijstand 1) of bijzondere bijstand die binnen een periode van drie maanden zijn afgegeven in 2005, naar type huishouden Totaal 2) Particulier Institutioneel huishouden huishouden Totaal 71 080 67 550 3 420 Twee indicaties of toekenningen 68 920 65 670 3 140 AWBZ en bijstand 1 290 1 050 240 AWBZ en bijzondere bijstand 34 140 32 180 1 950 bijstand en bijzondere bijstand 33 490 32 430 960 Drie indicaties of toekenningen AWBZ en bijstand en bijzondere bijstand 2 160 1 880 280 2) Voor de variabele type huishouden is de categorie onbekend niet weergegeven. Hierdoor tellen de afzonderlijke categorieën van deze variabele niet op tot het totaal. Tabel 17 Personen met een positieve AWBZ-indicatie en één of meer indicaties of toekenningen voor bijstand 1) of bijzondere bijstand die binnen een periode van drie maanden zijn afgegeven in 2005, naar AWBZ-grondslag Totaal SOM 2) LG/ZG VG (+ ) 4) PSY (+ ), PG (+ ), Overige (+SOM) 3) geen VG 5) geen VG, combigeen PSY 6) naties 7) Totaal 37 590 24 270 1 040 1 210 4 930 1 130 5 020 Twee indicaties of toekenningen 35 430 23 540 1 000 1 110 4 360 1 110 4 320 AWBZ en bijstand 1 290 440 20 70 380 10 360 AWBZ en bijzondere bijstand 34 140 23 100 980 1 030 3 970 1 100 3 960 Drie indicaties of toekenningen AWBZ en bijstand en bijzondere bijstand 2 160 730 40 100 570 20 700 2) Uitsluitend somatische ziekte/aandoening. 3) Lichamelijke en/of zintuigelijke handicap en al dan niet een somatische ziekte/aandoening. 4) Verstandelijke handicap, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuigelijke handicap. 5) Psychiatrische aandoening/psychische stoornis, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuigelijke handicap, geen verstandelijke handicap. 6) Psychogeriatrische ziekte, al dan niet in combinatie met een somatische ziekte/aandoening, een lichamelijke of zintuiglijke handicap, geen verstandelijke handicap en geen psychiatrische aandoening/psychische stoornis. 7) Alle overige combinaties, waaronder iedere combinatie met een psychosociaal probleem. Tabel 18 Personen met een positieve AWBZ-indicatie en één of meer indicaties of toekenningen voor bijstand 1) of bijzondere bijstand die binnen een periode van drie maanden zijn afgegeven in 2005, naar AWBZ-zorgfunctie Totaal HV sec 2) PV en/of HV + PV OB (+ ), AB (+ ), VB (+ ) 7) Overige VP 3) en/of geen AB, geen combi- VP 4) geen VB 5) VB 6) naties 8) Totaal 37 590 10 690 2 270 6 420 7 660 3 710 6 840 10 Twee indicaties of toekenningen 35 430 10 350 2 170 6 310 7 100 3 050 6 440 10 AWBZ en bijstand 1 290 170 100 60 360 360 240 0 AWBZ en bijzondere bijstand 34 140 10 180 2 070 6 250 6 740 2 700 6 210 10 Drie indicaties of toekenningen AWBZ en bijstand en bijzondere bijstand 2 160 330 100 110 560 650 400 0 2) Uitsluitend huishoudelijke verzorging. 3) Persoonlijke verzorging en/of verpleging. 4) Huishoudelijke verzorging in combinatie met persoonlijke verzorging en/of verpleging. 5) Ondersteunende begeleiding, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging of behandeling, geen activerende begeleiding en geen verblijf. 6) Activerende begeleiding, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding of behandeling, geen verblijf. 7) Verblijf, al dan niet in combinatie met huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding, activerende begeleiding of behandeling. 8) Alle overige combinaties. 24