SFX-A3. Onthaalbrochure Psychiatrie 3 SFX A3

Vergelijkbare documenten
Voorstelling. VE 193 Acute Psychiatrie

Infobundel studenten verpleegkunde PAAZ (A-dienst)

Sint-Andriesziekenhuis Bruggestraat Tielt Infobundel PAAZ afdeling Isabelle Dewaele

Onthaalbrochure. Ve 135. Beste student, beste medewerker

introductiemap stagiairs verpleegkunde Verpleegeenheid Psychiatrie (PAAZ)

studenteninformatie Onthaalbrochure A-dienst GezondheidsZorg met een Ziel

informatiebrochure dagtherapeutisch behandelprogramma voor Onverklaarde Lichamelijke Klachten

introductiemap stagiairs verpleegkunde Verpleegeenheid Psychiatrie (PAAZ)

PAAZ. Psychiatrisch Aanbod van het Algemeen Ziekenhuis

Infobundel studenten verpleegkunde Geriatrie 1

ONTHAALBROCHURE VERPLEEGKUNDIG STUDENT

PAAZ. Psychiatrische Afdeling van het Algemeen Ziekenhuis

PAAZ-afdeling INFORMATIE VOOR STUDENTEN

Onthaalbrochure studenten Geriatrie 1

Studentenbrochure Materniteit/Verloskamer Neonatologie

verpleegeenheid geriatrie

Onthaalbrochure studenten Geriatrie 2

Voorstelling. VE101 Mid-Care

Palliatieve zorgen. Studentenbrochure

Infobrochure voor studenten. Palliatieve Zorg Straat 194

verpleegeenheid orthopedie

Afdelingsbrochure dienst Orthopedie (A6)

Patiënteninformatie. Welkom op stroke unit

Studentenbrochure. Hier komt titel van persbericht. OLV Ziekenhuis Ve Psychiatrie Moorselbaan Aalst Tel

PAAZ ZNA Sint Erasmus

AFDELINGSPROFIEL GER3 A2

Studentenbrochure. Kinderdagziekenhuis 0K12D

Onthaalmoment. Studenten verpleegkunde en vroedkunde

I Autonome verzorgingsinstelling. Informatiebrochure. Chronische revalidatie dienst Sp

MedPsych Center (MPC) Voor klinische patiënten

Stagemap het preoperatief consult (POC)

Patiënteninformatie. Welkom op beroertezorg

Afdeling LC1. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk

AFDELING G 3 ZNA Hoge Beuken

Studentenbrochure. Hier komt titel van persbericht. OLV Ziekenhuis Ve 1 Psychiatrie Bloklaan Asse Tel Versie Pagina 1

Verpleegafdeling G2 Medisch specialisme acute geriatrie

Informatie voor patiënten met een eetstoornis

Onthaalbrochure studenten Pediatrie

Het multidisciplinaire team

Dienst 7 Subtitle PATIËNTENBROCHURE

Inwendige geneeskunde

Inwendige 1. Infobrochure studenten

Onthaalbrochure SP-Locomotorische zorgafdeling

Verpleegafdeling revalidatie Torhout

Verpleegeenheid SP locomotorische revalidatie

Onthaalbrochure VE 025

Verpleegeenheid G3: Informatiebrochure

welkom op zorgeenheid

Introductiebrochure studenten. Kraamafdeling / verloskamer. Pastoor Paquaylaan Heusden-Zolder - Tel Fax

Onthaalbrochure studenten Pediatrie

PATIËNTEN INFORMATIE. Geriatrie

Welkom op de verpleegeenheid neurologie (O3) Patiënteninformatie

PSYCHIATRIE & PSYCHOLOGIE. Psychiatrisch Medische Unit (PMU)

verpleegeenheid heelkunde

Infobrochure. Studenten G2

Behandelprogramma. Pijnrevalidatie

dienst Geriatrie AFDELING LCO MB 2406 december 2014 l inhoudsverantwoordelijke: Andy Swennen l Geriatrie:LGE5 l Ziekenhuis Oost-Limburg

Medische psychiatrische unit (MPU)

Revalidatie. Klinisch (dienst LSPR) T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6.

Orthopedie Neurochirurgie INFORMATIE VOOR STUDENTEN

Onthaalbrochure Ve 101

Onthaalbrochure VPE 15 (vroeger verpleegafdeling 5C)

Geriatrie. Campus Henri Serruys

Dienstgebonden informatiebrochure Onthaal & Opname

Dienstgebonden informatiebrochure diëtisten

Revalidatieafdeling. informatiebrochure

AFDELINGSPROFIEL GER3 BE

Deeltijdbehandeling. Barneveld. volwassenen deeltijd

Intensieve Zorgen Pediatrie. Studentenbrochure

Onthaalbrochure Dienst 8 Neurologie - Stroke Unit

ONTHAALBROCHURE GERIATRIE

PAAZ. Psychiatrische Afdeling van het Algemeen Ziekenhuis

Introductie brochure voor studenten DAGHOSPITAAL TONGEREN E2

verpleegeenheid neurologie - revalidatie

ZE 540 PALLIATIEVE ZORGEN

Revalidatie. Klinisch. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk

SP Revalidatie. Campus Henri Serruys

Kinderdagziekenhuis. Studentenbrochure

PATIËNTEN INFORMATIE. Op verhaal komen bij ziekte

AFDELINGSPROFIEL SP LOCO1 BE

AZ VESALIUS. Algemeen ziekenhuis Vesalius Hazelereik Tongeren tel: 012/ tel afdeling: 012/ INTRODUCTIEBROCHURE VOOR STUDENTEN

Verpleegeenheid C3. Orthopedie. Informatiebrochure patiënten

Lievegoed Kliniek. Ons aanbod. Behandeldoelen. Opname Je kunt bij ons terecht voor een kortdurende

Deeltijdbehandeling onbegrepen lichamelijke klachten

10/05/2012. Project evalueren studenten in het UZA. Hoe is dit gegroeid?? Wat is de achtergrond en het doel van evalueren

Infobrochure. Studenten G1

Verpleegafdeling revalidatie SPchronisch

O.L.V. van Lourdes Ziekenhuis Waregem. Onthaalbrochure. Neurologie en stroke

Behandelprogramma. Dwarslaesie

Onthaalbrochure studenten Pediatrie

Afdelingsbrochure Sociale dienst

Behandeling bij angsten stemmingsstoornissen

De afdeling Heelkunde 1

PATIËNTEN INFORMATIE. Geriatrie

INFORMATIEBROCHURE STUDENTEN

O.L.V. van Lourdes Ziekenhuis Waregem. Onthaalbrochure. Inwendige 1

Transcriptie:

Onthaalbrochure Psychiatrie 3 SFX A3

1 VERWELKOMING Beste student, Welkom op de afdeling psychiatrie-psychosomatiek! We vinden het zeer aangenaam dat je bij ons je stage geestelijke gezondheidszorg vervult. We hopen jullie een leerrijke en boeiende periode aan te bieden, waarin zowel voor jullie als voor ons verpleegkundig team de ruimte is tot samenwerking en open communicatie. Aarzel dus niet om bij eender welke vraag beroep te doen op ons. We wensen je een aangename en leerrijke stage toe!! Hilde Vanneuville Hoofdverpleegkundige Stagementoren De afdeling psychiatrie-psychosomatiek Verpleegeenheid SP A3 Spaanse loskaai 1 8000 Brugge Algemeen telefoonnummer: 050/ 470 470 Telefoonnummer afdeling A3: 050/ 470 330

2 BESCHRIJVING VAN DE AFDELING 2.1 ARCHITECTONISCHE INDELING Onze afdeling bevindt zich in het St-Franciscus Xaverius ziekenhuis, Spaanse Loskaai 1 te Brugge op de derde verdieping t.h.v. de A blok (in de lift=a3). 2.2 KENLETTER Dit is een A-dienst 2.3 BEDDEN 2-persoonskamer: K 301 tot en met K 305 ISOLATIEKAMER: K 306 1-persoonskamer: K 307 tot en met K 310 1-persoonskamer met sas: K 311 4-persoonskamer: K 312 3-persoonskamer: K 313 2-persoonskamer: k 314 tot en met K318 Totaal 32 bedden en een isolatiekamer 2.4 SPECIFIEKE RUIMTEN Verpleegbureel 1 gesprekslokaal Sanitaire voorziening (2 douches en 1 bad) Spoelruimte Linnenkamer Berging Rookzaal Vergaderzaal Relaxatiezaal

2.5 PERSONEELSSTRUCTUUR Psychiater Dr.Van den Ameele met assistent(e) ziet de patiënten op maandag en donderdag voormiddag Hoofdverpleegkundige Mevr. Hilde Vanneuville Tel.: 050/45.13.31 Mail: hilde.vanneuville@azsintjan.be Psychiatrisch verpleegkundigen Staan in voor het uitwerken en begeleiden van een verpleegplan. De verpleegkundigen hebben een coördinerende en een begeleidende therapeutische functie bij het therapieproces van de patiënten. Mail: VE193@azsintjan.be Hulp in de verpleging Leen Vande Pitte & Mieke Martens Zij staan in voor het maaltijdgebeuren, en kunnen de verpleegkundigen bijstaan in de zorg. Interieurverzorgsters staan in voor het onderhoud van de afdeling Psychologisch departement Dhr. Geert Lefevere Medisch maatschappelijk werk Mevr. Els Therssen Ergotherapie 3 ergotherapeuten zorgen voor een creatieve tijdsinvulling van onze psychiatrische patiënten. Dit kan zowel individueel, hetzij op de kamer van de patiënt, als in groep, wat dan plaatsvindt in het therapielokaal op B3. Pastorale dienst Dhr Jos Desmeth Mevr. Dominique Obreno Dieetadvies:

Op vraag van de arts komt de diëtiste langs op de afdeling en overlegt met de patiënt en het personeel van de keuken om een geschikt dieet op te maken. 2.6 DIENSTEN WAARMEE WORDT SAMENGEWERKT Het departement psychiatrie: dagcentrum psychiatrie AZ St. Jan KOLK ( kliniek onverklaarde lichamelijke klachten) en dagcentrum KOLK polikliniek psychiatrie POC ( poliklinisch ontwenningscentrum) ergo psychiatrie kinésitherapie Epsi VE A3 VE A1 AZ St.Jan VE A2 AZ St. Jan

2.7 DAGORDE VERPLEEGKUNDIGEN Verpleegkundige activiteiten over het verloop van de dag: 6.30u - overdracht van de nachtdienst aan de vroegdienst - bloedafname + naar labo brengen - medicatiebedeling+ eventueel toedienen van insuline +GDC - nakijken in de agenda wie nuchter moet blijven voor onderzoek of ECT, alsook de mensen van de hoteldienst hiervan op de hoogte brengen. 7.30u - opdienen van het ontbijt op de kamers en hulp bieden waar nodig - overdracht en patiëntentoewijzing 9u 11u - verzorging en begeleiding van patiënten - medicatiebedeling - rapportage in de verpleegdossiers 11.30u - opdienen van het middagmaal op de kamers 12u - afdienen van het middagmaal 12.30u - overdracht van de vroegdienst aan de laatdienst - opmaken van werkblad en spuitenboek 13.30u - koffiebedeling op kamer voor alle patiënten 14.30u - afdienen van de koffie - namiddagtoer: nemen van parameters, zeker langsgaan bij de volgpatiënten (risico suïcide-kandidaten, patiënten in een ontwenningsfase) - tijd voor een gesprek 17u - medicatiebedeling 17.30u - opdienen van het avondmaal 18.45u - avondtoer met parametercontrole

20.45u - overdracht van de laatdienst aan de nachtdienst Vroegdienst: 6.30u - 15u Dagdienst: 7.30u - 12.30u /15u - 18u Laatdienst: 12.30u - 21u Nachtdienst: 20.45u - 06.45u 2.8 PATIENTENPROFIEL Verpleegeenheid A3 heeft naast patiënten met een klassiek PAAZ-profiel ( doelgroep 1) een therapeutisch aanbod voor mensen met OLK ( doelgroep 2) Doelgroep 1: ernstige therapieresistente stemmingsstoornissen bipolaire stoornissen acute psychotische stoornissen psychische crisissen naar aanleiding van ingrijpende gebeurtenissen ernstige somatische problematiek met psychische stemmingsziekte middelenafhankelijkheid Opname eenheid voor observatie en screening op psychisch, psychologisch en sociaal vlak. Een diagnostische werkhypothese wordt door het multidisciplinair team geformuleerd en er wordt een therapeutisch advies en of behandeling gestart. De familie en zijn omgeving en de eerstelijnszorg wordt maximaal betrokken. Naast medicamenteuze en psychotherapeutische behandeling is er ook een expertise in ECT-behandeling. Doelgroep 2: Binnen de profileringsopdracht van het departement, leggen wij bijzondere accenten; mensen met Onverklaarde Lichamelijke Klachten (OLK) kunnen bij ons terecht voor een ambulante intake, korte opname en/of een vervolgtherapie binnen de dagkolk. Deze patiëntengroep vertoont enkele specifieke kenmerken waarmee het behandelteam voldoende rekening moet houden. Onverklaarde lichamelijke klachten zijn aanslepende lichamelijke klachten waarvoor geen

medische verklaring wordt gevonden. De klachten zijn grondig onderzocht en onvoldoende verklaard gebleven. Het zijn klachten die ernstige beperkingen met zich mee brengen: zowel op lichamelijk, professioneel, relationeel, sociaal of emotioneel vlak. De klachten kunnen zich manifesteren op verschillende manieren: moeheid, spierpijn, zwaartegevoel, duizelingen, drukgewaarwordingen enz. De afdeling zal gedurende de opname een inschatting maken van de klachten en de benodigde nazorg. Binnen dit behandelprogramma wordt er maximaal gestreefd naar informatie en psycho-educatie met betrekking tot de leefomgeving van de patiënt. Naast de opname voor mensen met onverklaarde lichamelijke klachten, biedt de afdeling een ambulant programma (dagkolk) voor mensen met onverklaarde lichamelijke klachten. De studenten kunnen na overleg met de mentoren en /of hoofdverpleegkundige het programma bijwonen. Indien ze dit wensen kan er ook gebruik gemaakt worden van de website van het AZ. St.Jan => www.azsintjan.be Binnen de (dag)kolk ligt de nadruk op het verhogen van de kwaliteit van leven, met en ondanks de klachten. Dit gebeurt door terug controle te krijgen over het eigen lichaam, zicht te krijgen op herstel belemmerende factoren en aandacht te ontwikkelen voor anderen, soms vergeten vaardigheden. Uiteindelijk moet dit leiden naar beter functioneren: persoonlijk, relationeel en professioneel. 2.9 THERAPEUTISCH MILIEU Elk teamlid draagt continu bij tot het onderhouden en verder uitbouwen van het therapeutisch milieu. Therapeutisch hulp bestaat uit 4 pijlers: - RESPECT Respect moet men zien als basishouding, gedragen door het hele team. Het is begrip t.a.v. de patiënt en zijn omgeving. Respect voor vroegere behandelaars en behandelingen. Patiënten met onbegrepen lichamelijke klachten hebben veelal bij verschillende instanties hulp gezocht. We proberen vroegere inspanningen zoveel mogelijk te gebruiken tijdens de opname. Respect voor het lichamelijke lijden. Respect door te blijven luisteren naar het lijdensverhaal van de patiënt. Respect voor de symboolfunctie. Respect voor de inperking en de handicap veroorzaakt door de aandoening. Op de afdeling gebruiken we registratieformulieren om de klachten nauwkeurig te registreren en zo

dit respect een tastbare vorm te geven. We zien dat deze formulieren een belangrijke vorm van communicatie zijn tussen patiënt en team. Wij zoeken aansluiting bij het bekende verhaal van de patiënt en proberen kleine veranderingen aan te brengen die een verschil kunnen betekenen. Dit gebeurt door elke uitzondering op die klacht te benoemen en te versterken - CONTEXT We gaan op zoek naar verbanden tussen de verschillende contexten ( de patiënt en zijn omgeving, de patiënt en de afdeling, de patiënt en zijn herkomst), zodat de klacht in een nieuw daglicht komt. Er wordt ook belang gehecht om anderen te ontmoeten tijdens de opname( partner, kinderen, vrienden). We moeten als team(lid) ook stilstaan bij de context die we zelf creëren. Een bevraging van ons eigen functioneren, het nagaan van onze invloed op ons werk, en onze houding tegenover de mensen die we behandelen, moet geregeld aan de orde komen. Dit vraagt een onderlinge openheid en vertrouwensrelatie binnen het team. - SEMANTIEK Hier gaan we op zoek naar de betekenis van de klacht. Deze betekenis kan de patiënt ons ook niet geven. Het is dan ook van belang op zoek te gaan naar nieuwe invalshoeken. Belangrijk hierbij is het positief kunnen benoemen van het gedrag van de patiënt waardoor een opening wordt verkregen in de vicieuze cirkel. - DIFFERENTIATIE EN KEUZE Mensen met onverklaarbare lichamelijke klachten voelen zich machteloos en hulpeloos. Het lijden overvalt hen. Het gebeurt aan hun lichaam en niet aan henzelf. Differentiëren bestaat erin dat men de machteloosheid en hulpeloosheid kan vervangen door mogelijkheden om met de klacht om te gaan: Differentiatie van de klacht - waar situeert zich de klacht? - hoe doet de klacht zich voor? - hoe erg is de klacht?

Differentiatie van de context - wie in je omgeving heeft nog dergelijke klachten? - wie begrijpt deze klachten? - wie reageert onbegrijpend? Differentiatie van de geschiedenis - wanneer is het beter geweest met de klachten? - wanneer was de slechtste periode? - wanneer was de beste periode? Differentiatie van de mogelijkheden - zoeken naar de nog aanwezige krachten om de eventuele latere verandering te kunnen doorvoeren. Differentiatie van verandering - hier worden de verschillende veranderingsmogelijkheden overlopen om tot een keuze te komen. Zo kunnen kleine stapjes genomen worden.

2.10 VERPLEEGMETHODE EN VERPLEEGKUNDIGE AANDACHTSPUNTEN 1) Er wordt gekozen voor een bio-psychosociaal model met als therapeutisch denkkader het systeemdenken, in het bijzonder het Brugs Model. Er wordt gebruik gemaakt van korte, oplossingsgerichte therapie. - Wij zijn een team van psychiatrisch verpleegkundigen, een psychiater, psycholoog, sociale assistent, ergotherapeut en kinésitherapeuten. De klacht van de patiënt wordt centraal gesteld. Er werd gekozen voor het systeemtheoretisch denkmodel, en oplossingsgericht werken. Men probeert op die manier te werken naar de patiënt toe: - biologisch niveau: medicatie is zeer belangrijk - gezins- en familiaal niveau: de familie wordt in de behandeling betrokken - de supra systemen: werk, school de financiële situatie - keuzes vanuit de oplossing i.p.v. het probleem Er wordt gezocht naar de samenhang van de dingen, de circulaire causaliteit i.p.v. de lineaire causaliteit. Men probeert de in stand houdende factoren van een probleem te vinden en aan te pakken. Naast deze standaardtherapie, wordt er ook zeer individueel te werk gegaan. Er wordt vooral naar de reeds aanwezige oplossingen gekeken, en de expertise van de patiënt in het behandelplan. Vanuit het systeemdenken wordt ook de dienst zelf bekeken: welke rol speelt de dienst naar de problematiek van de patiënt toe? De aanpak, sfeer op de afdeling spelen eveneens een belangrijke rol. 2) Patiëntentoewijzing De patiënten worden iedere morgen toegewezen aan een verpleegkundige. Zij is verantwoordelijk voor de totaalzorg van die patiënt. De toewijzing gebeurt volgens zorgniveau van de patiënt. Er wordt voor deze wijze van patiëntentoewijzing gekozen om optimale continuïteit te kunnen bieden en de zorgverdeling eerlijk te spreiden. Elke verpleegkundige is dan van iedere patiënt goed geïnformeerd en in staat in naam van het team op te treden bij informatieoverdracht in overleg met huisartsen, familie en andere netwerkers. 3) Enkele belangrijke aandachtspunten bij het verpleegkundig gesprek 1. Wij sluiten ons altijd aan bij het uitgangspunt dat iedere patiënt en zijn familie het op elk ogenblik zo goed als mogelijk doet. Met oprechte verbazing voor heel wat inzet en energie om het tot nu toe uit te houden, vragen wij naar de krachten en mogelijkheden waar ze tot nu toe uit geput hebben. Met wat je ons vertelde, en hoe wij zien hoe veel pijn je hebt, moet het heel erg moeilijk zijn geweest. Het zou zelfs erger gekund hebben! Hoe heb je het klaargespeeld om met die hoofdpijn eten klaar te hebben tegen de middag als je 4 kinderen thuiskomen?

Deze hanteringsmogelijkheden om met het probleem om te gaan, worden sterk bekrachtigd, genoteerd en gebruikt in een verdere opname. Vanuit dit uitgangspunt wordt heel veel au-serieux genomen: gaande van de klachten als van de inspanning die tot nu toe werd geleverd. Zoveel mogelijk reeds genomen oplossingen worden in de ziekenhuiskamer overgenomen en verder gezet: bv: een zonnebril maakt het iets draaglijker, vraag je man om hem mee te brengen. Wie zeker au-serieux wordt genomen, zijn de familieleden. Bij hen vragen wij advies hoe wij hun familielid het beste kunnen verzorgen. Waar het mogelijk is en gewenst wordt, kunnen zij ingeschakeld worden in de verzorging. Daarmee druk je ook alle respect uit voor hun zorg thuis, neem je wat angst weg dat zij het niet genoeg deden en waardoor opname nodig was. 2.Onze woorden worden door materiële ingrepen kracht bijgezet. We proberen nog een stap verder te gaan in het aanbieden van hulpmiddelen. o o we proberen de klacht een plaats te geven binnen een ruimer geheel, dan de klacht zelf: * inventariseren * scoreblad invullen en bespreken met patiënt en familie we proberen de klacht te verlichten en draaglijker te maken: bv: looprek, kruk, rolwagen, aangepast voedsel of eetgerei, waterbed, alternerende matras,.en leren mensen er gedoseerd gebruik van te maken Al deze technieken wekken hoop en doen iedereen genuanceerd en creatief denken over betere en draaglijkere ogenblikken. 3. Verder proberen wij klachten te benoemen en te hervatten naar patiënt en gezin toe: bv. depressie, stress, conflict, daarbij proberen wij zoveel mogelijk positief te etiketteren d.w.z. het probleem in een zo gunstig mogelijk daglicht stellen. Zo thematiseer je iets en je brengt verruiming in de klacht. Tevens wijs je de patiënten erop dat ze wel degelijk verantwoordelijkheid opnemen en er nodig zijn. Positief etiketteren en benoemen maakt iets vaags minder vaag en begrijpelijker, werkt schuld ontladend en brengt weer wat opening in het starre patroon van eeuwige pijn.

4. Ook heel bewust hanteren wij het complimenteren en invoegen * Invoegen is bedacht woorden te kiezen of handelingen stellen, die ertoe bijdragen dat er een positieve therapeutische relatie gecreëerd of in stand gehouden wordt. Daardoor is het mogelijk dat andere interventies beter aanslaan. * Complimenteren van onze patiënten doen we uitdrukkelijk en overvloedig. Iedereen is blij met een pluim. Onze patiënten worden zo in beslag genomen door hun ellende en het negatieve daar rond, dat zij niet meer letten op wat er wel allemaal goed gaat. Heel dikwijls zien we dat ze dan ook verrast zijn door wat ze allemaal nog wel presteren en betekenen. - Uitgaande van het principe dat de patiënt altijd gelijk heeft, is het uiteraard niet aan ons om behandelingsdoelen vast te leggen, wel de patiënt zelf en dit in samenspraak met de familie en het team. We beperken ons tot een zo constructief mogelijke formulering van het doel van de patiënt: bv. Wat is voor jou en je zus nodig zodat je weer thuis zou kunnen verzorgd worden? Tenslotte proberen wij keuzes te introduceren of te herintroduceren. Dit met als doel weer en vrijheid te verantwoordelijkheid winnen op de beperkingen die de klachten hem opleggen. Bv: Mevrouw A wordt niet verplicht om te eten, maar uitgenodigd om te eten of iets meer of iets minder te eten. Bv: Bij iemand met erge moeheidsklachten, wordt nagegaan wat een haalbaar tijdstip is om zich te verzorgen, wanneer zij het minst moe is. Natuurlijk met wederzijds respect, ook voor onze beperkingen, waar we dan ook eerlijk in zijn. Als student is het niet altijd even gemakkelijk om dit te zien. Het is nochtans een wezenlijk onderdeel in de communicatie met onze patiënt. Je kunt dit als student ook altijd verder aftoetsen bij de verpleegkundigen. We zijn ervan overtuigd dat dit een meerwaarde kan zijn tijdens jou stage!

3. Student Het volledige team heet je welkom en wenst je een leerzame stageperiode toe. Het ganse team, maar in het bijzonder de stagementoren (Hilde, Veronique, Philip, Lore), zullen zich inzetten om je te begeleiden en te ondersteunen om zo de stageperiode zo leerrijk en boeiend mogelijk te maken. Om een goede samenwerking te garanderen dienen er enkele afspraken afgesproken te worden: Enkel de handelingen die op school in de theorie behandeld werden, mogen op stage uitgevoerd worden. De leermomenten worden bepaald in functie van de opgemaakte stagedoelstellingen en dit steeds in overleg met de verpleegkundigen. Vergeet niet! voor elk probleem, groot of klein en van welke aard ook, spreek met de hoofdverpleegkundige, mentoren en/of verpleegkundigen waar u zich goed bij voelt. Blijf met de problemen niet zitten, dit zou je stage ongunstig kunnen beïnvloeden. 3.1 Voorbereiding door de student We verwachten dat je enigszins voorbereid op je stageplaats aankomt. Lees voor de aanvang van de stage de introductiebundel om al een zicht te hebben op de problematiek op de verpleegafdeling. Op de eerste stagedag wordt de student verwacht om 13u30 aan de inkom van het ziekenhuis. Vanaf hier start een rondleiding in het ziekenhuis door de begeleidingsverpleegkundigen. Breng je gezondheidsattest, werkpostfiche en stagedoelstellingen mee. Indien deze documenten niet in orde zijn, kan de stage niet gestart worden. 3.2 Verwachtingen van de dienst Het is de bedoeling dat de student zijn/ haar stagedoelstellingen schriftelijk voorlegt en overloopt met de mentoren. Studenten worden zowel in de vroeg-, laat- en dagdiensten ingeschakeld. Indien er meerdere studenten aanwezig zijn wordt er afwisselend de verschillende shiften toegewezen. Op vraag van de student kan een nachtdienst of weekendshift gewerkt worden. De uren worden in samenspraak met de mentoren vastgelegd. De student is verantwoordelijk voor het eigen leerproces. Van de student wordt verwacht dat deze zelf initiatief neemt om leermomenten op te zoeken en handelingen in te oefenen.

De student vult regelmatig zelf zijn feedbackdocumenten in en bespreekt deze nadien met de verpleegkundige. In de feedback dient de student zowel zijn positieve als aandachtspunten te kunnen benoemen waarbij er ook steeds aandacht geschonken dient te worden aan het emotionele aspect. Feedback gaat meer dan enkel en alleen om een technische handeling. Tijdens de stageperiode zijn er twee officiële evaluatiemomenten. Deze worden, bij voorkeur, steeds met de mentoren en de begeleiding van school uitgevoerd. Zowel de student als de mentoren bereiden deze evaluatiemomenten voor aan de hand van de evaluatieformulieren. Bij ziekte of afwezigheid verwittig je steeds je begeleiding van school maar ook de verpleegeenheid (tel. 050/470330). 3.3 Leermomenten Er kunnen heel wat verpleegtechnische handelingen ingeoefend en aangeleerd worden op de verpleegafdeling. Hygiënische zorgen Parametercontrole Capillaire glycemiebepaling en insulinetherapie SC inspuitingen Bloedafnames Plaatsen infuus IM-inspuiting toedienen Hulp bij maaltijden bij patiënten met slikproblemen Omgaan met verwarde/delirante patiënten Naast de technische handelingen is het belangrijk om daarnaast ook het emotionele en psychische aspect te leren zien en ermee om te gaan. De diagnose van een ernstige aandoening of een slecht nieuwsgesprek krijgen heeft een impact op het leven van de patiënt en zijn naasten. Het verpleegkundig team, maar ook jullie als student, hebben hier een belangrijke taak om op een correcte empathische manier ondersteuning te bieden. Je leert dan ook heel veel gesprekstechnieken toe te passen. Dit alles kaderend binnen de oplossingsgerichte visie die wordt gehanteerd. Dit hele gebeuren brengt gevoelens met zich mee, zowel bij de patiënt en bij de familie als bij jezelf. Blijf niet met je gevoelens zitten maar praat met een verpleegkundige waar jij je goed bij voelt. Veel succes met je stage!

4. Nieuwe medewerker Het volledige team en de hoofdverpleegkundige heten je welkom op de afdeling. Je zult veel nieuwe indrukken opdoen bij de start op de afdeling. Het zal tijd vragen om je te integreren in de groep en alles onder de knie te krijgen. 3.1 Verwachtingen We stellen alles in het werk om je vanaf de start goed te begeleiden. Daarom staan een coach, de hoofdverpleegkundige, de begeleidingsverpleegkundigen en het voltallige team klaar om je te begeleiden tijdens dit leerproces. In een eerste periode is het belangrijk om te observeren en nieuwe technieken, eigen aan de dienst, aan te leren. Met de begeleiding vanuit de dienst is het de bedoeling om uiteindelijk zelfstandig te kunnen werken. Zelfstandig werken betekent niet alleen werken. Collegialiteit vormt een belangrijk aspect, verpleging is teamwerk! Bij ziekte of afwezigheid verwittig je steeds de verpleegeenheid (tel. 050/470330) en de hoofdverpleegkundige (tel. 050/470331). 3.2 Het persoonlijk opleidingsplan of pop De POP geeft je een duidelijk overzicht van de vaardigheden, beroepskennis en attitudes die van jou verwacht worden op je nieuwe dienst. Bij de start wordt een nulmeting opgemaakt met de hoofdverpleegkundige en de begeleidingsverpleegkundige (en coach). Daarna neem je zelf regelmatig het initiatief om de POP in te vullen en te overlopen met de coach en hoofdverpleegkundige. De POP is een werkdocument die een leidraad vormt om de evolutie op dienst op te volgen en dit gedurende het 1ste werkjaar. 3.3 Vormingen Elke nieuwe starter dient een aantal verplichte vormingen te volgen die vast gelegd worden door het ziekenhuis. De informatie omtrent deze vormingen krijg je bij de start in het ziekenhuis door de begeleidingsverpleegkundige. Tijdens je loopbaan kunnen er vormingen gevolgd worden binnen en buiten het ziekenhuis. Dit dient steeds in overleg te gebeuren met de hoofdverpleegkundige.

Veel succes!