UROLOGIE Uroflowmetrie en echografie ONDERZOEK
U wordt op dag om uur verwacht op de poli/afdeling. Als u verhinderd bent, wilt u dit dan tijdig melden en een nieuwe afspraak maken? Uroflowmetrie en echografie In deze folder vindt u informatie over uroflowmetrie. Dit is een onderzoek om vast te stellen met welke snelheid en kracht u plast. Daarvoor dient u op een toilet met elektronische apparatuur uit te plassen. Let op: om de snelheid en kracht waarmee u plast goed te kunnen meten is het belangrijk dat u met een volle blaas naar de poli komt. De uroflowmetrie wordt vaak gecombineerd met een echografisch onderzoek van de urinewegen. Dit onderzoek met behulp van geluidsgolven vindt plaats direct na het uitplassen. Er wordt dan gemeten hoeveel urine in de blaas is achtergebleven. Dit kan ook gemeten worden met de bladderscan (blaasscan). 1
Nogmaals: neem s morgens uw plastabletten niet in! Wilt u met een volle blaas naar het onderzoek komen? Als u plastabletten gebruikt, neem die dan pas ná het onderzoek in. Voorbereiding Volle blaas Het is voor het onderzoek nodig om met een volle blaas naar het ziekenhuis te komen. Daarom moet u ruim vóór het onderzoek al beginnen met extra te drinken. Probeer de plas enkele uren vóór het onderzoek op te houden. Het beste resultaat krijgt u door s morgens bij het opstaan uit te plassen, vervolgens extra te drinken en de plas op te houden tot het onderzoek op de polikliniek. Als het onderzoek s middags plaatsvindt, probeer uw plas dan vanaf 3 à 4 uur vóór het onderzoek op te houden. Is het ophouden van de plas voor u moeilijk of bijna onmogelijk, probeer dan ten minste één uur de plas op te houden. Geeft ook dit problemen, meld dit dan aan de verpleegkundige, zodat u direct kunt worden geholpen als u aandrang voelt. Het kan ook verstandig zijn om wat vroeger in de wachtkamer te gaan zitten en te wachten tot u aandrang voelt. De uroflowmetrie De verpleegkundige vertelt u vooraf wat u moet doen. Als u vragen hebt, stel ze gerust. Het is de bedoeling dat u op het speciale toilet zo normaal mogelijk uitplast, dat wil zeggen: op de manier waarop u dat thuis ook doet. Het heeft geen zin om tijdens het onderzoek extra uw best te doen met plassen, omdat dit tot onbetrouwbare uitslagen kan leiden. Zorg ervoor dat er beslist geen ontlasting of papier in het speciale toilet komt. Mocht het plassen heel anders gaan dan u gewend bent, dan moet u dit melden tijdens uw gesprek met de uroloog na het onderzoek. Nadat u hebt uitgeplast, verlaat u de toiletruimte. Meestal wordt u direct door de verpleegkundige opgevangen, zo niet, dan neemt u plaats in de wachtkamer. Als er ook een echografisch onderzoek bij u wordt gedaan, dan brengt de verpleegkundige u naar de kamer naast het toilet. Daar bevindt zich de echo-apparatuur. Mogelijk kijkt de verpleegkundige met behulp van de bladderscan of uw blaas leeg is ( bladder, spreek uit bledder, is Engels voor blaas ). De echografie Bij dit onderzoek worden de urinewegen met behulp van geluidsgolven zichtbaar gemaakt op een beeldscherm. U neemt plaats op de onderzoeksbank en de verpleegkundige vraagt u om uw buik bloot te maken. 2
Dit uitwendige onderzoek doet geen pijn en is niet belastend. Het duurt enkele minuten. Uitslag Na afloop van beide onderzoeken bespreekt de uroloog met u de resultaten. Vragen? Hebt u nog vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op. Belt u naar de poli Urologie. U vindt onze contactgegevens in het grijze adreskader achter in deze folder. 3
St. Antonius Ziekenhuis T 088-320 30 00 E patienteninformatie@antoniusziekenhuis.nl www.antoniusziekenhuis.nl Spoedeisende Hulp 088-320 33 00 Urologie 088-320 25 00 Locaties en bezoekadressen Ziekenhuizen St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn) Poliklinieken St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern 4
Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis URO 12/09-15