ECLI:NL:PHR:2016:435 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 15/02522

Vergelijkbare documenten
ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

ECLI:NL:GHARL:2013:7216

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06

ECLI:NL:GHSHE:2015:2029

ECLI:NL:HR:2015:3021. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/05204

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4699

ECLI:NL:GHAMS:2014:264

overzicht o Bepalingen uit remmenrichtlijn 71/320 m.b.t. O1 en O2 : blz. 7 o definities van O1 en O2 uit Richtlijn 2007/46 : blz.

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ8341

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016.

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

ECLI:NL:PHR:2010:BN0043

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:948, Gevolgd In cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2014:938, (Gedeeltelijke) vernietiging met terugwijzen

ECLI:NL:GHARL:2017:2188

ECLI:NL:HR:2016:2910. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1278, Gevolgd

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273

ECLI:NL:GHAMS:2016:2091 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

2. Mr. N. van Schaik, advocaat te Utrecht, heeft cassatie ingesteld en namens de verdachte bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld.

ECLI:NL:HR:2013: Geding in cassatie. 2 Beoordeling van het eerste middel. 3 Beoordeling van het derde middel. Uitspraak.

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 2 februari 2016 TEGENSPRAAK Promis

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 1 december 2015 TEGENSPRAAK. Promis

ECLI:NL:HR:2014:381. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2012:BT8778

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

ECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO3296

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518

ECLI:NL:GHDHA:2015:84

ECLI:NL:GHSHE:2014:1286 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775

Uitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHAMS:2017:1213

ECLI:NL:GHARL:2017:6481

ECLI:NL:RBARN:2001:AD4391

In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:417, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Conclusie: ECLI:NL:PHR:2014:1483

ECLI:NL:GHARN:2007:208

ECLI:NL:OGEAA:2016:411

op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 21 juni 2013, nummer 22/ , in de strafzaak tegen:

ECLI:NL:GHARL:2015:3296

Uitspraak Datum uitspraak: 29 maart 2016 Strafkamer

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993

ECLI:NL:RBSHE:2007:BC1229

Strafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid:

ECLI:NL:GHAMS:2013:2044 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHDHA:2017:2291

ECLI:NL:GHAMS:2016:5666 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:PHR:2001:AD4377 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 03023/00

ECLI:NL:HR:2013:1173. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 11/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:1169, Gevolgd

ECLI:NL:GHSGR:2012:BX3976

ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2015.

2. Namens verzoeker heeft mr Lina, advocaat te Venlo, één middel van cassatie voorgesteld.

ECLI:NL:GHSHE:2015:738

Wetsverwijzingen Wetboek van Strafrecht 448, geldigheid:

ECLI:NL:RBOVE:2016:1117

Rapport. Datum: 29 maart 2005 Rapportnummer: 2005/093

ECLI:NL:HR:2017:479. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/01158

GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken

ECLI:NL:HR:2015:3247. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:1937, Gevolgd

ECLI:NL:PHR:2009:BG5966 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 01971/07

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:959. Wetboek van Strafvordering 51f

ECLI:NL:HR:2010:BO2558

ECLI:NL:RBMNE:2016:7721

ECLI:NL:GHARL:2015:4294

ECLI:NL:GHSGR:2008:BO1540

ECLI:NL:GHDHA:2015:1193

ECLI:NL:RVS:2015:1768

ECLI:NL:GHAMS:2015:3559 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBNNE:2015:6277

ECLI:NL:RBARN:2012:BX7606

ECLI:NL:HR:2015:955. Uitspraak

ECLI:NL:RBDHA:2017:1714

ECLI:NL:HR:2014:156. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/00392

ECLI:NL:HR:2006:AW3559

ECLI:NL:HR:2013:BZ5048

3.2. De bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen, zoals opgenomen in de aanvulling op het verkort arrest:

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 16 februari 2017 TEGENSPRAAK

ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ1808

ECLI:NL:RBAMS:2016:9239

ECLI:NL:HR:2005:AR7605

ECLI:NL:RBROT:2017:4588

ECLI:NL:RBALK:2009:BH5268

ECLI:NL:GHAMS:2014:2785 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBGEL:2014:2835

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

2. Mr. G.J. Woodrow, advocaat te Tilburg, heeft cassatie ingesteld en namens de verdachte bij schriftuur twee middelen van cassatie voorgesteld.

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

ECLI:NL:GHARL:2017:2799


ECLI:NL:RBLEE:2000:AA5099

Transcriptie:

ECLI:NL:PHR:2016:435 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 05-04-2016 Datum publicatie 31-05-2016 Zaaknummer 15/02522 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2016:1020, Gevolgd Strafrecht Economische zaak. Wet wegvervoer goederen. Klacht m.b.t. de verwerping van het verweer dat ic. de aanhangwagen meerassig was, i.p.v. eenassig zoals door het hof gespecificeerd. HR: 81.1 RO. Vindplaatsen Rechtspraak.nl Conclusie Nr. 15/02522 Zitting: 5 april 2016 Mr. A.E. Harteveld Conclusie inzake: [verdachte] 1. De verdachte is bij arrest van 24 februari 2015 door de economische kamer van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, wegens overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 2.6 van de Wet wegvervoer goederen, veroordeeld tot een geldboete van 2.900,- waarvan 1.900,- voorwaardelijk, met oplegging van vervangende hechtenis. 2. Namens de verdachte heeft mr. J.W. Elzinga-Snoek, advocaat te Groningen, een middel van cassatie voorgesteld. 3. Het middel 3.1. Het middel keert zich tegen het bewijs van het tenlastegelegde, meer in het bijzonder de te zware belading van de aanhangwagen. 3.2. Het Hof heeft in het bestreden arrest ten laste van de verdachte bewezenverklaard dat: hij op 24 juni 2011 te Stedum, binnen de gemeente Loppersum, over de voor het openbaar verkeer openstaande weg, te weten de Weesterweg, met een (eenassige) aanhangwagen, gekentekend [AA- 00-BB], eigen vervoer of beroepsvervoer heeft doen of laten verrichten ten aanzien waarvan in strijd werd gehandeld met artikel 5.1.2 in verbinding met artikel 5.18.17c lid 1 van de Regeling Voertuigen, aangezien die (eenassige) aanhangwagen zodanig was beladen dat de op het Nederlandse kentekenbewijs of de in het kentekenregister vermelde toegestane maximum massa, zijnde 2.000 kilogram werd overschreden met 1.020 kilogram of daaromtrent. 3.3. In de aanvulling van het verkorte arrest zijn de volgende bewijsmiddelen opgenomen: 1. Een geschrift, te weten een proces-verbaal van de Politie Groningen, district Noord/West, Dnw Be Uithuizen, bonnummer [ ], zaaknummer [ ], CJIB-nummer [ ], op 18 april 2012 op ambtseed opgemaakt door [verbalisant 1], brigadier van politie, Dnw Be Uithuizen en [verbalisant 2], brigadier van politie, Dnw Verkeersondersteuning, zakelijk weergegeven inhoudende: Als verklaring van (een van) verbalisant(en): lk, [verbalisant 1], zag/constateerde, dan wel stelde na

onderzoek vast dat een persoon eigen vervoer of beroepsvervoer (deed) verrichten/verrichtte, terwijl de op het Nederlandse kentekenbewijs of in het kentekenregister vermelde toegestane maximum massa (van het samenstel) werd overschreden of de som van de aslasten in beladen toestand meer bedroeg dan de vermelde toegestane maximummassa (van het samenstel), een overschrijding vanaf 20%. Datum: 24-6-2011 Plaats: Stedum Gemeente: Loppersum Locatie: Weersterweg Soort weg: Een weg, zijnde een voor het openbaar verkeer openstaande weg Aanhangwagen, eenassig Merk/type: Lamboo Kenteken: [AA-00-BB] Land: Nederland Verdachte [betrokkene 1] werd staande gehouden en verklaarde: 'Ik rijd in opdracht van [A]. Ik vervoer de verkoopwagen van Groningen naar Appingedam.' De weging vond plaats op de geijkte weegbrug. Daar de aanhangwagen niet meer rijdbaar was, is de aanhangwagen met een afsleepvoertuig naar de weegbrug gebracht. Hier is het sleepvoertuig eerst met een aanhangwagen en daarna zonder aanhangwagen gewogen. Verschil: 3020 kg, de massa van de aanhangwagen. 2. Een geschrift, te weten een kopie van een bijlage behorende bij proces-verbaal nr. 240611110502095, inhoudende een Rekenstaat weegfeiten, zakelijk weergegeven inhoudende: Getrokken voertuig (aanhanger): [AA-00-BB]. Overschrijding totaal massa: gecorrigeerd gewicht 3.080 kg kentekengewicht 2.000 kg overschrijding in kg 1.080 kg. 3. Een geschrift, te weten een kopie van een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel van 24 juni 2011, zakelijk weergegeven inhoudende: Onderneming: [A] Rechtsvorm: Eenmanszaak De onderneming wordt gedreven voor rekening van: Naam: [verdachte] Geboortedatum en -plaats: [geboortedatum] -1959, [geboorteplaats]. 4. Een geschrift, te weten uitdraai uit de kentekenindex, te weten Kenteken Index [AA-00-BB]. op 24-06-2011, zakelijk weergegeven inhoudende:

Register: KTR Voertuig: Lamboo Persoon: [verdachte], [geboortedatum] -1959. Massa (kg), Voertuig max: 2000. 5. Een geschrift, te weten een proces-verbaal van verhoor en bevindingen met nummer 240611110502095, op 28 juni 2011 op ambtseed opgemaakt door [verbalisant 2] voornoemd, zakelijk weergegeven inhoudende: Als relaas van verbalisant: Ik hoorde op 24 juni 2011 [verdachte]. Nadat ik hem had meegedeeld niet tot antwoorden verplicht te zijn verklaarde hij: 'lk ben eigenaar van [A]. De op 24 juni 2011 gecontroleerde aanhangwagen voorzien van kenteken [AA-00-BB] is mijn eigendom. Chauffeur [betrokkene 1] doet wel eens wat losse werkzaamheden voor mij. 3.4. De kern van het betoog in het middel is dat gelet op het verhandelde ter terechtzitting van het hof de (reële) mogelijkheid is opengebleven dat de aanhangwagen niet éénassig was, zoals is bewezenverklaard, maar meerassig, zodat de verdachte van het hem tenlastegelegde had moeten worden vrijgesproken. 3.5. Blijkens het proces-verbaal van de terechtzitting van het hof heeft de verdachte (die aldaar niet werd bijgestaan door een raadsman) aldaar onder meer het volgende aangevoerd: Ik zal stukken overleggen en deze toelichten (noot griffier: een kopie van deze stukken is aan dit proces-verbaal gehecht). Toen ik van de uitspraak op de hoogte ben geraakt, heb ik mij verdiept in deze zaak. Ik was verbaasd over het gewicht. Dat heb ik bij het verhoor door de verbalisant ook al meegedeeld. Als klopt wat er in het proces-verbaal staat, zou ik de toegestane maximum massa met meer dan 1.000 kilogram hebben overschreden. Dat is buitengewoon veel. Ik ben evenementencateraar. Een gewicht van 1.000 kilogram staat gelijk aan 100 dozen patat. Zo'n hoeveelheid dozen kun je niet in de wagen koelen. En als je ze ongekoeld in de aanhanger zet, is er geen bewegingsvrijheid meer in de wagen. Het kan gewoon niet. Ik heb daarom het kenteken van de aanhangwagen bekeken en het proces-verbaal doorgenomen. In beide stukken wordt gesproken over een 1-assige aanhangwagen. Ik heb een foto gemaakt van de aanhangwagen. Op die foto, die ik zojuist heb overgelegd, is een dubbelassige aanhangwagen zichtbaar, want er zitten vier wielen onder. Ik heb daarnaast de wagen leeg aangeboden bij de RDW en deze laten onderzoeken. Ik verwijs naar het door mij overgelegde weegrapport. Het totaalgewicht van de lege wagen bedraagt 2.500 kg. Dat komt dus ook niet overeen met het kenteken. Ik heb de keuringmeester [betrokkene 2] gevraagd hoe dit verklaard kon worden. Hij vroeg het zich ook af. Hij vroeg zich af of het kenteken en de aanhangwagen wel bij elkaar hoorden, want het klopt gewoon niet. Ik heb de wagen niet te zwaar beladen, maar ik stel mij op het standpunt dat er iets niet in orde is met het kenteken en de aanhangwagen. De keuringmeester twijfelt ook ernstig aan de identiteit van de aanhangwagen. Hij heeft mij een mail gestuurd, waarin staat wat ik u zojuist heb verteld. Die mail heb ik zojuist ook overgelegd. Het voorgaande zou verklaard kunnen worden op grond van het volgende. Toen besloten werd dat elke aanhangwagen een kenteken moest hebben, moesten eigenaren van aanhangwagens een formulier invullen. De RDW gaf vervolgens blind kentekenbewijzen af En daarbij kreeg je kentekenplaten. Daar moet iets fout zijn gegaan. Ik heb er geen andere verklaring voor.

Ik baseer mijn verklaring dat het een meerassige aanhangwagen betreft op hetgeen ik heb gezien. Ik heb onder de wagen gekeken. Ik begrijp dat de verbalisant is uitgegaan van het kentekenbewijs, maar daarop staat vermeld '1-assig'. Je kunt gewoon zien dat er vier wielen zijn. Ik heb ook nooit onder de aanhangwagen gekeken, tot deze kwestie. ( ) Ten tijde van de aanhouding ging het ook over deze aanhangwagen en dit kenteken. Om aan te geven dat er geen vergissing mogelijk is, heb ik een foto van de wagen gemaakt, met het kenteken zichtbaar. 3.6. Voorts bevat het proces-verbaal van de terechtzitting de volgende passage: De jongste raadsheer deelt mee dat hij zojuist het kentekensysteem van de RDW online heeft bekeken en dat daarin is vermeld dat de aanhangwagen twee assen heeft, met 2.000 kg als toegestane maximum massa. De eerste toelating was op 31 mei 1983 en de tenaamstelling is geschied in augustus 2003. 3.7. In zijn arrest heeft het hof naar aanleiding van het door de verdachte aangevoerde het volgende overwogen: Verweer Op 24 juni 2011 is de aanhangwagen van verdachte in opdracht van verbalisanten gewogen. Uit die weging bleek dat de aanhangwagen te zwaar beladen was. Verdachte heeft een verweer strekkende tot vrijspraak gevoerd. Omdat hij twijfelde aan de identiteit en het kenteken van de aanhangwagen, heeft hij de aanhangwagen ter weging aangeboden bij de RDW. Daaruit kwam naar voren dat het gewogen ledig gewicht van de aanhangwagen niet overeenstemde met het ledig gewicht zoals vermeld op het voor die aanhangwagen afgegeven kentekenbewijs. De weging bij de RDW gaf aan dat het gewicht 2.500 kg bedroeg, terwijl op het kentekenbewijs is vermeld dat de maximum massa 2.000 kg mag bedragen. Verdachte heeft zich op het standpunt gesteld dat niet uitgesloten kan worden dat bij het aanleveren en invoeren van gegevens om het kenteken voor de aanhangwagen te verkrijgen iets is misgegaan. Verdachte heeft voorts, verwijzend naar de door hem overgelegde foto van de aanhangwagen, aangevoerd dat sprake is van een tweeassige aanhangwagen, in tegenstelling tot het de vermeldingen in het procesverbaal en het kentekenbewijs. Het is het hof ambtshalve bekend (zie www.rdw.nl) dat de mogelijkheid bestaat om bij de RDW een aanvraag in te dienen om op administratieve wijze, dat wil zeggen zonder keuring, de vermelding van de toegestane maximum massa van een aanhangwagen te doen verlagen. Na toewijzing van de aanvraag wordt een nieuw kentekenbewijs verzonden waarop de aangepaste toegestane maximum massa is vermeld. Overschrijding van het op het kentekenbewijs vermelde (verlaagde) gewicht bij het gebruik van de aanhangwagen op de openbare weg is niet toegestaan. Het hof stelt vast dat op de door verdachte overgelegde kopie van het kentekenbewijs de toegestane maximum massa van verdachtes aanhangwagen op de hiervoor beschreven wijze is verlaagd tot 2.000 kg. Verdachte heeft het maximaal toegestane gewicht van 2.000 kg overschreden. Op het kentekenbewijs van verdachte is vermeld dat er sprake is van een eenassige aanhangwagen. Het hof overweegt hieromtrent dat de wielbasis bepalend is voor de vraag of een zodanige constructie als eenassig wordt beschouwd. Dat verklaart in dit geval waarom er op het kentekenbewijs in casu eenassig is vermeld. Derhalve mist het verweer van verdachte feitelijke grondslag. Het hof stelt op grond van het voorgaande vast dat de aanhangwagen die door de politie is gewogen, voorzien van het kenteken [AA-00-BB], dezelfde aanhangwagen betreft die verdachte heeft laten wegen bij de RDW en dat deze ten tijde van de waarneming van verbalisant overbeladen was. Het verweer wordt verworpen.

3.8. In de bovenstaande uitwisseling van argumenten zijn verschillende aspecten aan de orde - ook de vraag of de aanhangwagen wel hoort bij het daarop gevoerde kenteken. Ik kom daarop later nog kort terug. Eerst de kwestie die het middel centraal stelt: dat is de vraag of voldoende is vastgesteld dat sprake is van een eenassige aanhangwagen. Ter zitting heeft de verdachte betoogd dat onder het voertuig twee assen zijn aangebracht, welke stelling hij heeft onderbouwd door een foto van de desbetreffende aanhangwagen te overleggen. Bestudering van die foto, die zich in het dossier bevindt, maakt (met enige moeite, want heel duidelijk is de foto niet) leert mij dat het inderdaad een zogenaamde tandemasser betreft. Dat is de (buitenwettelijke) term voor een asstel bestaande uit twee assen, waarbij de daaraan bevestigde wielen zich op zeer korte afstand achter elkaar, bezien in de lengterichting van de aanhanger bevinden. Nu is het wel een beetje de vraag of het bestuderen van foto s die zich in het dossier bevinden valt binnen het takenpakket van de cassatierechter maar de steller van het middel knoopt ook aan bij de hierboven, onder 3.6 aangehaalde, in het procesverbaal van de zitting weergegeven opmerking van de jongste raadsheer, dat uit een door hem op de zitting verrichte raadpleging van de gegevens uit het kentekenregister eveneens blijkt dat het om een tweeassige aanhangwagen zou gaan. 1 En kennelijk heeft het hof een dergelijke vaststelling ook tot uitgangspunt genomen, want het hof overweegt vervolgens, in het arrest, dat desondanks in juridisch opzicht van een eenassige aanhangwagen gesproken kan worden. Dat verklaart tenslotte ook dat het hof meende tot een bewezenverklaring van de tussen haakjes in de tenlastelegging opgenomen term (eenassige) aanhangwagen is gekomen. Eerst de vraag of die juridische duiding door het hof juist is. 3.9. De in deze zaak te hanteren regels en begrippen zijn te vinden in de Regeling Voertuigen (RV), de op 1 mei 2009 in werking getreden ministeriële regeling die het daarvoor geldende Voertuigreglement (een AMvB) verving. In de RV zijn de ten aanzien van voertuigen geldende toelatingseisen alsmede de zgn. permanente eisen en gebruikseisen opgenomen. Het betreft een omvangrijke en meestal nogal ingewikkelde (technische) materie. Maar volgens mij zit het als volgt in elkaar. 3.10. Welke voertuigen als aanhangwagen moet worden beschouwd is te vinden in art. 1.1 RV, dat een groot aantal begripsbepalingen bevat. De eerste verklaarde term in art. 1.1 betreft de aanhangwagen: Artikel 1.1 In deze regeling wordt verstaan onder: aanhangwagen: voertuig van de voertuigcategorie O; in ieder geval wordt als aanhangwagen aangemerkt een voertuig dat blijkens het afgegeven kentekenbewijs een aanhangwagen is; ( ) Dat brengt de lezer niet veel verder dan de constatering dat het we in de onderhavige zaak naar het zich laat aanzien te maken hebben met een aanhangwagen in juridische zin. Daarom is het nuttig te constateren dat vervolgens in de algemene begripsbepaling van het RV vier typen aanhangwagens worden uitgewerkt. Dat zijn de (i) de autonome aanhangwagen (ii) de middenasaanhangwagen (iii) de oplegger en (iv) de dolly. 2 Kort gezegd betreft de autonome aanhangwagen een aanhangwagen met ten minste twee assen, waarvan er ten minste één een gestuurde as is, en uitgerust is met een ten opzichte van de aanhangwagen verticaal beweegbare trekinrichting. Een oplegger is een aanhangwagen die ontworpen is om aan een opleggertrekkend voertuig of aan een dolly te worden gekoppeld en dat op het trekkende voertuig of de dolly een aanzienlijke statische verticale belasting overbrengt. Een dolly is heel kort gezegd een soort aanhangwagen die bestemd is om een oplegger of een ander voertuig mee te slepen. In het onderhavige geval hebben we echter te maken met een middenasaanhangwagen, ook wel als wipkar aan te duiden. Dat is volgens art. 1.1 RV een voertuig dat aan de volgende eisen voldoet: middenasaanhangwagen: aanhangwagen met carrosserietype DC en met een stijve dissel waarvan de as(sen), indien gelijkmatig belast, zich dicht bij het zwaartepunt van het voertuig bevindt (bevinden), zodat slechts een geringe statische verticale belasting van ten hoogste 10% van de met

de technisch toegestane maximummassa van de aanhangwagen overeenkomende belasting of van 1.000 kg, waarbij de lichtste belasting van toepassing is, wordt overgebracht op het trekkende voertuig; in ieder geval wordt als middenasaanhangwagen aangemerkt een voertuig dat blijkens het afgegeven kentekenbewijs een middenasaanhangwagen is; Onder de middenasaanhangwagen vallen derhalve zowel de eenassige als meerassige 3 aanhangwagens, mits deze zich dicht bij het zwaartepunt van de aanhangwagen bevinden wat, vrij vertaald, neerkomt op zo ongeveer het midden van de aanhangwagen. Voorts gelden twee dicht bij elkaar gelegen assen als één asstel, mits de afstand tussen de voorste en achterste as niet groter is dan 1,80 m. Dat volgt uit de definitie van respectievelijk as en asstel, ook te vinden in art. 1.1 RV: as: aslichaam, of geheel van aslichamen in geval van onafhankelijke wielophanging, met inbegrip van twee wielen in één lijn loodrecht op de lengte-as van het voertuig; ( ) asstel: combinatie van twee of meer assen, evenwijdig gelegen op een onderlinge afstand van minder dan 1,80 m; De hierboven onder 3.7 weergegeven overweging van het hof, dat in het geval twee assen op korte afstand van elkaar zijn gelegen, dit samenstel beschouwd wordt als één as is, gelet op deze begripsbepaling, dus niet juist. Wel gezegd kan worden dat de beide assen tezamen een asstel vormen. 3.11. De redenering tot nu toe volgend zal de conclusie moeten zijn dat het hof ten onrechte heeft bewezenverklaard dat de in de tenlastelegging aangeduide aanhangwagen eenassig was, of dat, althans, de met dat onderdeel van de bewezenverklaring onverenigbare mogelijkheid dat de aanhangwagen meerassig was is opengebleven. Het punt waarop de hele discussie die tot nu toe op dit punt is gevoerd dreigt te smoren is echter dat voor de juridische betekenis van hetgeen is bewezen verklaard de vraag naar het type aanhangwagen en het aantal assen dat daaronder is bevestigd in het geheel niet relevant is. Voor elke soort aanhangwagen geldt namelijk de primaire eis, dat de toegestane maximummassa niet mag worden overschreden. Die eis is verwoord in art. 5.18.17c lid 1 RV, dat luidt als volgt: 1. Indien voor een aanhangwagen een Nederlands kentekenbewijs is afgegeven, mag de op dit kentekenbewijs of de in het kentekenregister vermelde toegestane maximummassa niet worden overschreden of mag de som van de aslasten van het voertuig in beladen toestand, uitgezonderd de aslasten van een niet autonome aanhangwagen, niet meer bedragen dan de vermelde toegestane maximummassa. Bij middenasaanhangwagens en opleggers mag de [de] som van de aslasten van het voertuig in beladen toestand vermeerderd met de last onder de koppeling van het voertuig in beladen toestand, niet meer bedragen dan de toegestane maximummassa. Voor meerassige aanhangwagens geldt daarnaast nog de eis dat de som van de maximumaslasten bij middenasaanhangwagens nog te vermeerderen met de last onder de koppeling - evenmin mag worden overschreden, maar dat is een nevengeschikte eis: het woordje of wijst daarop. Overigens is het duidelijk dat het door optelling verkregen resultaat van een dergelijke meting gelijk is aan de meting van de totale massa; alleen de methodiek van meting verschilt. 4 3.12. Welnu, in het onderhavige geval blijkt uit de bewijsmiddelen dat de op de weegbrug gemeten maximummassa van de aanhangwagen de in het kentekenregister vermelde toegestane

maximummassa van 2000 kg met 1080 kg is overschreden. En die in het kentekenregister vermelde toegestane maximummassa is bepalend naast de op het kentekenbewijs vermelde toegestane maximummassa. Dat laatste vermeld ik nog even daarbij, want uit de door de verdachte overgelegde kopie van het kentekenbewijs vermeld diezelfde 2000 kg als toegestane maximummassa. 3.13. Het voorgaande leidt er toe dat de vermelding in de tenlastelegging, dat het een eenassige aanhangwagen betreft, slechts als een bijkomende specificatie dient te worden beschouwd. Voor de juridische betekenis van het tenlastegelegde maakt het immers geen verschil of de aanhangwagen één- of tweeassig is. Bij de klacht dat dit onderdeel ten onrechte is bewezenverklaard heeft de verdachte dus voor zover ik kan zien geen in cassatie te respecteren belang. 3.14. Voorzover in het middel nog de klacht verscholen ligt dat het hof heeft nagelaten vast te stellen of de eigenschappen van de aanhangwagen wel corresponderen met de daaromtrent in het kentekenregister (en voorzover valt aan te nemen: in het kentekenbewijs) opgenomen gegevens het volgende. Geen verschil van mening bestaat over het feit dat de aanhangwagen waarover in de tenlastelegging wordt gesproken was voorzien van het in die tenlastelegging genoemd kenteken. Noch in feitelijke aanleg noch in cassatie is dat bestreden. Gelet op de systematiek van de voertuigwetgeving zijn de aan dat kenteken gekoppelde gegevens uiteindelijk bepalend. Als een voertuig niet (meer) overeenkomt met de gegevens in het kentekenregister rust op degene op wiens naam het voertuig is gesteld de plicht dat door te geven aan de beheerder van het kentekenregister (de RDW), zo volgt uit art. 34 Kentekenreglement Kentekenreglement. 5 Het niet naleven van die verplichting is een strafbaar feit ingevolge art. 53 van dat Kentekenreglement. Twijfels van de eigenaar van een voertuig aan de juistheid van de geregistreerde gegevens leidt in beginsel niet tot het vervallen van de uit het register voortvloeiende verplichtingen, zo meen ik te daaruit te kunnen afleiden. Bij aanhangwagens met een maximum toegestane massa van 750 kg tot 3500 kg, zoals de onderhavige aanhangwagen, vereist dat oplettendheid van de eigenaar of houder. In een periodieke keuring van dergelijke aanhangwagens is namelijk nog steeds niet voorzien, ook al komt daarin op termijn wellicht verandering. 6 Wijzigingen in de bouw die tussentijds plaatsvinden worden derhalve niet van overheidswege bijgehouden. 7 De slotsom is dat de kennelijk in het middel besloten liggende stelling, dat het hof een nader onderzoek naar de fysieke eigenschappen van de aanhangwagen had moeten verrichten geen steun vindt in het recht. 3.15. Het middel faalt. 4. Ambtshalve heb ik geen gronden aangetroffen die tot vernietiging van de bestreden uitspraak aanleiding behoren te geven. 5. Deze conclusie strekt tot verwerping van het beroep. De Procureur-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden AG 1 2 3 4 5 Raadpleging van de op internet vrij bevraagbare gegevens van de RDW leert overigens dat de in de tenlastelegging genoemde aanhangwagen nog steeds als tweeassig te boek staat. Zie H. de Haan en J.W. Ooms, Handboek Regeling voertuigen, Reed Business, Amsterdam 2004, p. 76. Denkbaar is dat een middenasaanhangwagen nog meer dan twee assen heeft, maar dat is hier niet aan de orde. Zie nader H. de Haan en J.W. Ooms, Handboek Regeling voertuigen, Reed Business, Amsterdam 2004, p. 33. Dat artikellid luidt: Artikel 34. Melden wijziging voertuiggegevens 1. Indien een voertuig niet meer

overeenstemt met de gegevens in het kentekenregister, is degene op wiens naam het voertuig is geregistreerd of degene die na diens overlijden eigenaar of houder van het voertuig is geworden, verplicht onverwijld bij de Dienst Wegverkeer de gewijzigde gegevens te melden. 6 7 Brief van de Minister van Infrastructuur en milieu aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal van 10 januari 2014, Kamerstukken II, 21 501-33. Dit staat in zekere zin los van de door het hof gesignaleerde mogelijkheid dat de eigenaar of houder via de RDW en tussentijdse verlaging van de toegestane maximummassa bewerkstelligt iets dat volgens de RDW-site inderdaad is toegestaan (https://www.rdw.nl/particulier/paginas/verlagengewicht-aanhangwagen-of-caravan-vanwege-kentekenplicht.aspx).