2.1 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep

Vergelijkbare documenten
Arbeids- en Organisatiepsychologie. dr. Edwin A.J. van Hooft Onderwijscoördinator

2.2 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep

2.2 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep

2.2 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep

8.4 Inrichting mastertrack Training & Development

Hoofdstuk 6. Arbeids- en Organisatiepsychologie

Mastertrack, Klinische Forensische Psychologie

MINORENVOORLICHTING: LEERLIJN INDIVIDUEN, RELATIES EN ORGANISATIES JANNEKE OOSTROM

Arbeid, Gezondheid & Werkstress

2.3 Onderwijsprogramma derde bachelorjaar A&O

8 Track Training & Development 8.1 Doelgroep, toelaatbaarheid, selectie

Voorlichting specialisaties. Specialisaties Inhoud Bachelor Tracks / Aantekeningen Inhoud Master Kiezen van specialisatie Aanmelden

Mastertrack Psychologische Gedragsbeïnvloeding. Georganiseerd door Sociale Psychologie. Michael Vliek. Info:

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

: Afstudeerproject BSc KI : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : semester 2, periode 5 en 6

Bachelorproject (15 EC), BSK. Docent: MSc, Drs. C. Nagtegaal

Samenvatting aanvraag. Bijlage 8

2.3 Onderwijsprogramma derde bachelorjaar A&O

Master Psychologie en Geestelijke Gezondheid. Voorlichting 19 Maart 2014

Code Course name block Ects International Organizations Advanced Project management * Cross Cultural HRM 3 6

Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Minor Toegepaste Psychologie

Premaster Accounting and Control Vrije Universiteit Amsterdam - Fac. der Economische Wet. en Bedrijfsk. - P Accounting and Control

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging

EXAMENREGELING TWEEDE JAAR PSYCHOLOGIE

FULL-TIME MASTER MASTER IN HUMAN RESOURCE MANAGEMENT WORD EEN HR PROFESSIONAL DIE STRATEGISCH EN DUURZAAM KAN MEEDENKEN MET DE ORGANISATIE

11/8/2016. Academisch Schrijven in het curriculum. Opzet van deze bijeenkomst. Academisch schrijven. Toepassing in curriculum.

Diagnostiekbrochure Juli 2010

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

Master your Talent lezing over de pre-master Psychologie

Onderwijs- en examenregeling 2010/2011 Master Gezondheidszorgpsychologie

Management & Organisatie

7. Track Sport- & Prestatiepsychologie 7.1 Doelgroep, toelatingseisen, selectie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Summary 124

PRAKTIJK EN STAGE JAAR 2 EN 3

Specialisatieopleiding arbeids- en organisatiemediation

Bestuurskunde Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Bestuurskunde

EXAMENREGELING TWEEDE JAAR PSYCHOLOGIE

Code Cursusnaam block Ects Organization Theory Organization Development Relations and Networks of Organizations 4 6

Basisaantekening Sportpsychologie Periode waarin deze eisen van toepassing zijn: 1-sep-2018/1-sep-2019

STAGEHANDLEIDING Master Sociologie

Minor Goede doelen, filantropie en non-profits Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - Minoren

Master Psychologie, Algemene Informatie. Hoofdstuk 6

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

Voor de master Psychology (uitlopende programmering) worden vanaf de OER

TRAINING Professioneel adviseren voor interne adviseurs Adviseren als tweede beroep - open inschrijving -

Leerplanschema Minor Psychologie

Premaster Communicatie- en Informatiewetenschappen Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Geesteswetenschappen - P Communicatie- en

7. Track Sport- & Prestatiepsychologie 7.1 Doelgroep, toelatingseisen, selectie

Masterroute Klinische Psychologie

BENELUX RESEARCH PROJECT.

EXAMENREGELING BACHELOR-PROPEDEUSE PSYCHOLOGIE

Master of Psychological Research

Management & Organisatie

Onderwijs- en Examen Regeling (OER) Programma Masteropleiding Sociologie Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

BUITENLANDONDERZOEK

Pre-masterprogramma. Negen masterspecialisaties

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO-examen 6. Het Pre-masterprogramma 7. Studeren in deeltijd 9

Premaster Taalwetenschappen Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Geesteswetenschappen - P Taalwetenschappen

Verkorte master in de psychologie

Het derde jaar van de Bachelor Psychologie

Uitvoeringsregeling bij de Onderwijs- en examenregeling wo-bacheloropleiding Psychologie 1 van 6

Hbo-minor bedrijfswetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO examen 5. Het schakelprogramma 6. INHOLLAND met doorstroomminor 8. Studeren in deeltijd 9

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

Bachelor Stage en Thesis. Medische Informatiekunde. Regels en Richtlijnen. Samenvatting

Bachelorscriptie bijeenkomst. Sociale Geografie & Planologie 07/06/2016

ONDERZOEKSGROEP KLINISCHE PSYCHOLOGIE

Studieschema bachelor Bedrijfskunde

Universiteit Leiden. Universiteit om te ontdekken.

Minor Goede doelen, filantropie en non-profits Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - Minoren

Roeien met de riemen die je hebt Beoordeling interculturele competenties

Minor Filosofie en Wetenschap Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - Minoren

Stagehandleiding Master Letterkunde

De Gespecialiseerde Professional

OPLEIDINGSPRESENTATIE MANON TE VAARWERK STUDIEADVISEUR

U I T S P R A A K

2.3 Onderwijsprogramma derde bachelorjaar A&O

BSc Kunstmatige Intelligentie. : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : semester 1, periode 2

International Leiden Leadership Programme

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC,

INSCHRIJFWIJZER VOOR DE POSTPROPEDEUSE (TWEEDE EN DERDEJAARS STUDENTEN PSYCHOLOGIE)

Uitvoeringsregeling bij de Onderwijs- en examenregeling wo-bacheloropleiding Psychologie 1 van 6

Samenvatting. International Joint Research Master Work and Organizational Psychology

Studiewijzer BACHELOR KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE EXTRA KEUZENVAK VAK: C++ PROGRAMMEERMETHODEN

Voorlichting Psychologie. Bachelorprogramma 2e en 3e jaar. Jan van Rooij / Jacintha Soeharsono (Sinem Akgün)

Beleid, Communicatie en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Beleid, communicatie en organisatie -

Minor Goede doelen, filantropie en non-profits

STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Mastermogelijkheden. Hoe verder na een bachelor Psychologie? NL Klaas Visser mastermogelijkheden psychologie

Transcriptie:

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie 2. Arbeids- & Organisatiepsychologie 2.1 Doelgroep en toelatingseisen De specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie is toegankelijk voor studenten die in hun bachelorprogramma hebben gekozen voor de specialisatie A&O. De specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie is met een schakelprogramma ook toegankelijk voor studenten die een bachelor Psychologie hebben afgerond en daarin een andere specialisatie dan A&O hebben gevolgd. Voor meer informatie kan men contact opnemen met de studieadviseur A&O, dr. Edwin van Hooft. 2.1 Doelstelling van het onderwijs van de programmagroep Algemeen geformuleerd heeft de specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie als doelstelling het ontwikkelen van: kennis van de voornaamste onderwerpen uit de A&O-psychologie; vaardigheid in het hanteren van de belangrijkste methoden en technieken die in de A&O-psychologie worden gebruikt; vaardigheid in het onderkennen en analyseren van A&O-psychologische problemen in de praktijk, en in het formuleren van en (mede) uitvoeren van wetenschappelijk gefundeerde oplossingen; vaardigheid als onderzoeker van theoretische en praktische problemen op het terrein van de A&O-psychologie. Een belangrijke doelstelling van het studieprogramma A&O is het streven om studenten een relatief brede opleiding in het vakgebied te geven. Hiertoe zijn met name in het derde bachelorjaar een flink aantal vakken verplicht gesteld. Daarnaast kan men zich met behulp van de keuzeruimte in het bachelor- en masterjaar specialiseren in een van de volgende drie richtingen: Personeelsselectie en -ontwikkeling (P), Sociale processen in organisaties (O) en Psychologie van Arbeid en Gezondheid (PAG). Alleen bij de PAGroute krijgt men een aantekening op het diploma-supplement bij het masterdiploma, de twee andere richtingen zijn aanbevolen studieroutes. 2.2. Beroepsmogelijkheden Afgestudeerden met Arbeids- en Organisatiepsychologie als specialisatie hebben een breed scala van beroepsmogelijkheden. Zo kunnen Arbeids- en Organisatiepsychologen in veel organisaties en instituten terecht als organisatiedeskundige, HRM-adviseur, organisatieconsultant, selectiepsycholoog, of bedrijfspsycholoog. Daarnaast komen A&O psychologen terecht in functies op onderzoeksgebied. Enkele voorbeelden van functies waarin afgestudeerden werkzaam zijn: organisatieadviseur bij verschillende organisatieadviesbureaus; zelfstandige vestiging als beleidsadviseur en onderzoeker; hoofd opleiding, training en development bij grote ondernemingen; hoofd of medewerker van de afdeling Personeel en Organisatie bij verschillende grote bedrijven; psycholoog op een bureau voor personeelsselectie; medewerker bij een Arbo dienst; beleidsmedewerker bij een overheidsinstantie; docent, supervisor, trainer op een instelling voor HBO; beleidsondersteunend onderzoeker bij grote bedrijven en de overheid; onderzoeker/docent aan een universiteit. 245

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie 2.3 Inrichting programma specialisatie A&O Studenten A&O besteden in hun masterprogramma 24 ec besteden aan het volgen van specialistische vakken. Van deze 24 ec is het vak Schrijven, ontwerpen, analyseren en presenteren (SOAP; 9 ec) verplicht. De andere 15 ec mag men vrij besteden binnen het aanbod aan mastercursussen van A&O. Aanwezigheid tijdens de bijeenkomsten is bij alle vakken verplicht. De overige 36 ec van het masterjaar worden besteed aan masterstage (18 ec), masterthese (18 ec, inclusief colloquia). Studenten die de PAG-route volgen, dienen de 15 ec vrije keuzeruimte op te vullen met het vak Internaliserende stoornisssen PAG (9 ec) en een vrij te kiezen andere A&O mastercursus (6 ec). Binnen de specialisatie A&O worden drie routes onderscheiden. Per route worden de volgende cursussen aanbevolen: Personeelsselectie en -ontwikkeling: Deze route richt zich op de personeelspsychologie, het vakgebied dat onderzoekt hoe men de juiste persoon op de juiste plaats krijgt. Belangrijke thema s binnen dit vakgebied zijn recruitment, selectie, persoon-organisatie fit, socialisatie, training, mentoring, coaching, development, prestatieverbetering, en loopbaanontwikkeling. De route personeelsselectie en -ontwikkeling bereidt studenten voor op functies op het gebied van personeelsselectie, HRM, outplacement, loopbaanadvisering, training en development, etc. Dit soort functies bestaan zowel bij gespecialiseerde adviesbureaus, grote bedrijven (bijv. op een P&O-afdeling), en binnen de (semi-)overheid. Voor deze route worden, naast de cursus Career managment, planning en development in de bachelor, de volgende cursussen aanbevolen: Adviesvaardigheden (9 ec) en Personeelsselectie (6 ec) of Prosociaal gedrag in werkrelaties (6 ec) of Creativiteit in arbeidsorganisaties (6 ec). Sociale Processen in Organisaties: Deze route richt zich op de organisatiepsychologie, het vakgebied dat de relatie tussen de werknemer en diens sociale werkomgeving (bijv., collega s, leidinggevende, team, organisatie als geheel) onderzoekt. Belangrijke thema s binnen dit vakgebied zijn samenwerking in teams, leiderschap, sociale interactie, conflict, onderhandelen, besluitvormingsprocessen, organisatiecultuur en organisatieverandering. De route sociale processen in organisaties bereidt studenten voor op functies op het gebied van organisatieadvies, consultancy, management, HRM, etc. Dit soort functies bestaan zowel bij gespecialiseerde organisatieadviesbureaus, grote bedrijven, en binnen de (semi-)overheid. Voor deze route worden, naast de cursus Organisatieverandering in de bachelor, de volgende cursussen aanbevolen: Conflict & coöperatie (9 ec) of Adviesvaardigheden (9 ec), en Creativiteit in arbeidsorganisaties (6 ec) of Beoordelen en beslissen in organisaties (6 ec) of Prosociaal gedrag in werkrelaties (6 ec). Psychologie van Arbeid en Gezondheid: Het werkterrein van de Psychologie van Arbeid en Gezondheid kan grofweg worden verdeeld in diagnostiek, preventieve en curatieve interventies, en research. Deze spelen zich af op verschillende niveaus, te weten die van de persoon, de functie, de groep of afdeling en de gehele organisatie. Naast het individuele functioneren van medewerkers gaat het hierbij om het optimaliseren van functies, loopbanen en groepsprocessen, alsook om de structuur en cultuur van de organisaties in kwestie. Belangrijke aandachtsgebieden zijn (het voorkomen van) stress en burnout, reïntegratie en problemen rondom specifieke groepen medewerkers, zoals jongeren, ouderen, vrouwen, mannen en medewerkers met een bepaald soort werk. Hierbij wordt gebruik gemaakt van zeer uiteenlopende methoden, zoals individuele begeleiding, coaching, groepsinterventies, functieherontwerp, loopbaaninterventies, training en allerlei andere HRM-technieken. Bij het laatste onderdeel van het werkterrein van de Psychologie van de Arbeid en Gezondheid, het verrichten van onderzoek, gaat het over het algemeen vooral om onderzoek in de toegepaste sfeer. 246

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie Zo kunnen bijvoorbeeld de effecten van bepaalde programma s en interventies worden onderzocht. Het karakteristieke van de Arbeids- en Gezondheidspsycholoog hierbij is dat deze telkens is gericht op de verhouding tussen werknemer en werk, en de consequenties daarvan voor het welbevinden en de gezondheid. De A&G-psycholoog houdt zich bezig met vragen als: In hoeverre komen problemen van bepaalde werknemers voort uit een voortdurende overbelasting?, Kunnen we bepaalde werknemers zo leren omgaan met de eisen die hun worden gesteld, dat deze geen schadelijke effecten meer sorteren?, Hoe kan de werksituatie zo worden aangepast dat de belasting van de werknemer wordt verkleind? en Wat is er nodig om deze werknemer weer goed te laten functioneren? De studieroute wordt georganiseerd vanuit de specialisatie Arbeids- en Organisatiepsychologie en strekt zich uit over bachelor en master. Zoals in het hoofdstuk over de bachelor Arbeids- en Organisatiepsychologie beschreven, dient in de bachelor aan de volgende eisen te zijn voldaan: Voldoen aan de standaard vereisten voor de bachelor A&O. Behaald hebben van het vak Interventies in de A&G psychologie (9 ec). De bachelorthese schrijven over een onderwerp op het terrein van de psychologie van arbeid en gezondheid. Om de PAG-aantekening te verkrijgen dient daarnaast in de master Arbeids- en Organisatiepsychologie aan de volgende eisen te worden voldaan: Behaald hebben van het vak Schrijven, ontwerpen, analyseren en presenteren (SOAP; 9 ec). Behaald hebben van Internaliserende stoornissen PAG (9 ec). Dit onderdeel bestaat uit drie delen: (a) de cursus Internaliserende stoornissen: Angststoornissen verzorgt door Klinische Psychologie, (b) de cursus Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen verzorgt door Klinische Psychologie, en (c) een paper over de toepassing van angst- en stemmingsstoornissen binnen de psychologie van arbeid en gezondheid. Behaald hebben van een keuzevak (min. 6 ec) uit het aanbod van mastervakken van A&O-psychologie. De masterstage (18 ec) lopen op het terrein van de psychologie van arbeid en gezondheid. De masterthese (18 ec) schrijven over een onderwerp op het terrein van de psychologie van arbeid en gezondheid. Voor meer informatie over de route PAG wordt aangeraden contact op te nemen met dr. Madelon van Hooff. 247

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie Overzicht aanbod masteronderdelen A&O: Blok 1 18 ec Semester 1 Semester 2 Blok 2 Blok 1 12 ec 12 ec Prosociaal gedrag in werkrelaties (6) *Schrijven, ontwerpen, analyseren, presenteren (9) Personeelsselectie (6) Adviesvaardigheden (9) Creativiteit in arbeidsorganisaties (6) Beoordelen en beslissen in organisaties (6) Blok 2 18 ec *Schrijven, ontwerpen, analyseren, presenteren (9) Adviesvaardigheden (9) Conflict & coöperatie (9) Literatuurtentamen (3) Internaliserende stoornissen, PAG (9) Literatuurtentamen (3) Masterstage (18) en Masterthese (18) *Noot: verplichte cursussen zijn grijsgekaderd en vetgedrukt. Deze worden twee keer per jaar aangeboden. Bij planningsproblemen bestaat de mogelijkheid te kiezen voor een literatuurtentamen. 2.4 Masterstage, masterthese en colloquia Naast het cursorisch onderwijs omvat de master de masterstage (18 ec) en masterthese (18 ec, inclusief colloquia). NB: In uitzonderlijke gevallen kan de masterthese met 24 ec worden gehonoreerd; dit dient in het mastertheseonderzoeksvoorstel te worden onderbouwd. In dat geval kan met een stage van 12 ec volstaan worden. De masterstage kan pas gestart worden indien het bachelordiploma is behaald. De masterthese kan pas gestart worden indien het bachelordiploma en de cursus Schrijven, ontwerpen, analyseren en presenteren (SOAP; 9 ec) is behaald. Voor meer informatie zie de brochure Stage, Masterthese, Colloquia A&O, op te vragen per e-mail bij het A&O secretariaat: aosecretariaat-fmg@uva.nl. In de brochure is een uitgebreid overzicht van de regelingen en richtlijnen omtrent de afstudeeropdracht te vinden. Voor vragen kan contact opgenomen worden met de stage/these coördinator dr. Ute-Christine Klehe. In de masterstage worden werkzaamheden uitgevoerd die door een arbeids- en organisatiepsycholoog beroepsmatig zouden kunnen worden gedaan. Een stage kan zowel bij de programmagroep zelf als bij een externe instantie worden gelopen. In principe duurt een stage 13 weken fulltime (of langer parttime). Bij externe stages dient deskundige begeleiding ter plekke gegarandeerd te zijn. In een stageverslag wordt weergegeven welke activiteiten zijn verricht. Op Blackboard en in de hal van de 10e verdieping van gebouw A is een overzicht in te zien van mogelijke stageplaatsen. Voor de masterthese geldt dat onder begeleiding van een van de docenten van A&O de gehele empirische cyclus eenmaal doorlopen wordt teneinde een vraagstelling op het gebied van de A&O-psychologie te onderzoeken. Een masterthese kan gedaan worden aan de hand van een wetenschappelijke vraag of aan de hand van een vraag uit de praktijk. De opzet van het onderzoek wordt vastgelegd in een onderzoeksvoorstel. Als afronding van de masterthese wordt niet alleen een verslag geschreven, maar wordt ook een presentatie (masterthesebespreking) gegeven. In het kader van de masterthese dienen ook 10 colloquia te worden bijgewoond. In de volgende paragraaf staat een overzicht van de onderwerpen die geschikt zijn voor de masterthese en die aansluiten bij het onderzoek dat gedaan wordt binnen A&O; eigen onderwerpen aandragen is ook mogelijk. 248

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie Onderzoeksmogelijkheden binnen de specialisatie A&O Het onderzoek van de programmagroep is erop gericht om theoretisch gefundeerde en praktisch bruikbare kennis op te doen over werkgerelateerd functioneren van individuen en groepen in organisaties. Studenten kunnen hun afstudeeronderzoek op een van de onderstaande gebieden doen: Instrumentontwikkeling Dit onderzoek richt zich op het (verder) ontwikkelen en valideren van (bestaande) instrumenten voor personeelsselectie en beoordeling. Binnen dit thema wordt veel aandacht besteed aan de wijze waarop tests etnische groepen op de arbeidsmarkt kunnen benadelen. Onderhandelen Dit onderzoek richt zich op de vraag wat effectieve van minder effectieve onderhandelaars onderscheidt. Met name wordt aandacht besteed aan de cognitieve en motivationele oorzaken van effectief onderhandelen. Functioneren van Zelfsturende Teams Dit onderzoek richt zich op de vraag hoe zelfsturende teams functioneren en hoe dit prestaties beïnvloedt. Met name wordt gekeken naar de rol van (omgaan met) conflicten en innovatie. Persoon-Organisatie Fit Dit onderzoek richt zich op de invloed van een (mis) fit tussen de waarden en normen van een (nieuw) lid van een organisatie en het in die organisatie heersende klimaat. Selectie, Werving en Arbeidsprestaties Dit onderzoek houdt zich bezig met een grote verscheidenheid aan onderwerpen, zoals het onderscheid tussen maximum en typical performance en de consequenties hiervan voor het type competenties waarop wordt geselecteerd, de reacties van sollicitanten op selectieprocedures en de invloed hiervan op hun besluitvorming, onderzoek naar bias in verschillende typen selectie-instrumenten, enz. Creativiteit en Besluitvorming in Groepen In dit onderzoek wordt aandacht besteed aan de oorzaken van de vaak lage kwaliteit van besluiten die groepen in organisaties nemen. Met name wordt gekeken naar de manier waarop diversiteit van groepscompositie, en cognitief-motivationele processen van invloed zijn. Relatie tussen Arbeid en Welbevinden In dit onderzoek staat de vraag centraal hoe het verrichten van arbeid en het omgaan met stressoren op het werk van invloed is op iemands welbevinden, zowel psychisch als fysiek. Een belangrijk thema betreft het fenomeen burnout. 2.5 Bijzonderheden Basisaantekening Psychodiagnostiek (BAPD) Voor studenten die geïnteresseerd zijn in werkterreinen zoals personeelsselectie, loopbaanadvies, outplacement, of arbeid en gezondheid, is de basisaantekening psychodiagnostiek in de Arbeids- en Organisatiepsychologie een interessante aanvulling. Zoals in het hoofdstuk over de bachelor Arbeids- en Organisatiepsychologie beschreven, dient in de bachelor aan de volgende eisen te zijn voldaan: Behaald hebben van het vak Testconstructie (6 ec). Dit vak kan men plannen in de keuzeruimte in het tweede jaar. Voldoen aan de standaard vereisten voor de bachelor A&O. Behaald hebben van het vak Diagnostiek (3 ec; bij Klinische Psychologie). Dit vak mag worden ingevuld in plaats van het keuzevak Leiderschap of Organisatiestructuur & -cultuur in het bachelorjaar van A&O. De resterende 3 ec kan opgevuld worden met een Literatuurtentamen (3 ec). 249

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie Om de BAPD te verkrijgen dient daarnaast in de master Arbeids- en Organisatiepsychologie aan de volgende eisen te worden voldaan: Voldoen aan de standaard vereisten voor de master A&O. Behaald hebben van het vak Personeelsselectie (6 ec). Een Masterstage waarin ervaring wordt opgedaan op het werkterrein van de Arbeids- en Organisatiepsychologische diagnostiek, en waarin een stageverslag wordt geschreven dat onder andere een uitwerking bevat van drie casussen op het gebied van de Arbeidsen Organisatiepsychologische diagnostiek die onder supervisie zijn afgerond. Voor informatie over de BAPD, de diagnostiekstage, en de casussen A&O zie de handleiding BAPD bij A&O, op te vragen per e-mail bij het A&O secretariaat: aosecretariaatfmg@uva.nl. Voor begeleiding van BAPD-stages kan men terecht bij dr. Annebel de Hoogh. 2.6 Nadere inlichtingen en mentoraat Studieadvisering Arbeids- & Organisatiepsychologie Voor inlichtingen met betrekking tot de specialisatie A&O-psychologie kan men zich wenden tot de onderwijscoördinator van de programmagroep A&O: dr. Edwin van Hooft, kamer A1014, telefoon: 525.6863. Mentoraat Arbeids- & Organisatiepsychologie Bij aanvang van het specialisatiejaar A&O krijgen alle masterstudenten die nog geen mentor hadden toegewezen gekregen in de bachelor een medewerker bij A&O als mentor toegewezen. Rond 1 september krijgen de studenten via hun uva-emailadres bericht wie als mentor is toegewezen. Onderwerp van gesprek met een mentor kan zijn: de voortgang van de studie, de studieplanning, verwijzing en beroepsmogelijkheden, en eventuele problemen die kunnen optreden tijdens de studie. Het doel van het mentoraat is studenten te helpen bij de keuze van een optimaal studietraject en het voorkomen van studievertraging. Het mentoraat is niet bedoeld voor advisering over stageen mastermogelijkheden, hiervoor kan men bij de betreffende coördinator terecht. 2.7 Contactgegevens secretariaat, coördinatoren A&O Secretariaat: Joke Vermeulen kamer 10.02 telefoon 525.6860 email: aosecretariaat-fmg@uva.nl Openingstijden: ma t/m do.: 9.00-16.30 Onderwijscoördinator: Dr. Edwin van Hooft kamer 10.14 telefoon: 525.6863 email: E.A.J.vanHooft@uva.nl Coördinatie masterstage en masterthese Dr. Ute-Christine Klehe kamer 10.15 telefoon: 525.6745 email: U.Klehe@uva.nl Coördinatie Honoursprogramma en Research Master: Dr. Bianca Beersma kamer 10.16 telefoon 525.6754 email: B.Beersma@uva.nl Coördinatie PAG-route Dr. Madelon van Hooff kamer 10.10 telefoon 525.8774 email: M.L.M.vanHooff@uva.nl Coördinatie BAPD: Dr. Annebel de Hoogh kamer 10.04 telefoon: 525.6866 email: A.H.B.deHoogh@uva.nl 250

Masterspecialisatie, Arbeids- en Organisatiepsychologie Website: http://www.student.uva.nl/psychologie/home.cfm http://www.fmg.uva.nl/workandorganizationalpsychology/ourpeople_ao.cfm Voorzitter van de programmagroep: Prof. dr. Annelies van Vianen Voor contactgegevens van de docenten van A&O en een overzicht van hun interessegebieden: zie Hoofdstuk 10. Op de volgende pagina s volgt een overzicht van de masteronderdelen die gevolgd kunnen worden binnen de specialisatie A&O. 251

Adviesvaardigheden Punten 9 ec Tentamencode MA08 SIS-code 7204MA08XY Plaats in het rooster Semester 1, blok 1; Semester 2, blok 2 Toelatingsvoorwaarden Bachelor psychologie Aantal deelnemers Maximaal 12 Docent Mw. drs. N. Hermans Leerdoelen en Inhoud Doelstelling van de cursus is het ontwikkelen van sociale vaardigheden die nodig zijn om als adviseur in arbeidsorganisaties te kunnen optreden. De cursus kan gezien worden als een vervolg op het Gesprekspracticum, gericht op zakelijke gespreksvoering. Het gaat hierbij om vaardigheden op het gebied van reflectie, luisteren, vragen stellen, observeren, informatie geven, weerstand en dilemma s, feedback vaardigheden en presenteren. Er wordt steeds verband gelegd met relevante psychologische theorieën en begrippen. Gespreksvormen die aan de orde komen zijn onder andere het coachingsgesprek, het selectie- en sollicitatiegesprek, het functioneringsgesprek en het verkoop- en adviesgesprek. Onderwijsvorm Het gaat om ervaringsgericht onderwijs, waarin het oefenen centraal staat. De cursus is opgezet als een training. De huiswerkopdrachten hebben behalve op het voorbereiden van een sessie en het leren van de te toetsen stof, betrekking op het uitvoeren van persoonlijke oefeningen en observatieopdrachten en het schrijven van (reflectie)verslagen. De studiebelasting bedraagt vijf dagdelen per week. Toetsvorm Er is sprake van verplichte aanwezigheid en huiswerkopdrachten. Beoordeling vindt plaats op basis van vier onderdelen: (reflectie)verslagen in de vorm van een logboek, actieve participatie tijdens de cursus (waaronder theorietoetsen), een individuele presentatie over een vooraf opgegeven onderwerp, en aan het einde van de cursus een praktijksimulatie (rollenspel) met acteur. Deze onderdelen hebben een gelijk gewicht in de eindbeoordeling. Studiemateriaal Gramsbergen-Hoogland, Y. & Van der Molen, H. (2009). Gesprekken in organisaties. 4e druk. Noordhoff, ISBN: 9789001706258 (± 52.00). Aanvullende literatuur Onderwijstijden Do. 08-09-2011 t/m 24-11-2011 09.00-13.00 uur Gebouw JK, zaal JK-B58 Wo. 04-04-2012 t/m 20-06-2012 09.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A410 Bijzonderheden Met het oog op de zeer beperkte capaciteit van dit programma, de noodzaak van aanwezigheid tijdens alle zittingen en het belang van een goede motivatie is een selectieprocedure voor de cursus ingesteld. Aanmelding voor de module Adviesvaardigheden via SIS is wel vereist, maar niet voldoende. Daarnaast dien je een motivatiebrief en cv te sturen aan Nicoline Hermans (email: N.M.Hermans@uva.nl). Deadline hiervoor is 15 augustus 2011 voor deelname in eerste semester en 15 december 2011 voor deelname in het tweede 252

semester. Daarna volgt mogelijk een selectiegesprek. Deze cursus staat open voor studenten uit alle specialisaties psychologie. Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie, en is relevant voor alle richtingen (Personeelspsychologie, Arbeids- en Gezondheidspsychologie en Sociale processen in organisaties) binnen A&O. 253

Beoordelen en beslissen in organisaties Punten 6 ec Tentamencode MA14 SIS-code 7204MA14XY Plaats in het rooster Semester 2, blok 1 Aantal deelnemers Maximaal 35 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docent Dr. M. Handgraaf Leerdoel De voornaamste leerdoelen zijn: a) kennis nemen van gangbare theorie en wetenschappelijk onderzoek inzake beoordelen en beslissen, b) inzicht verwerven in de mogelijkheden om de kwaliteit van besluitvorming te verbeteren en c) opdoen van ervaring met beoordelen en beslissen in oefeningen. Inhoud Theorie en research inzake beoordelen en beslissen worden behandeld. Hierbij is de behandeling van besluitvorming bottom-up, waarbij respectievelijk gekeken wordt naar beoordeling, individuele besluitvormingsprocessen, groepsbesluitvorming, besluitvorming van leidinggevenden en strategische besluitvorming. Kennis wordt o.a. toegepast op ethische beslissingen en milieubeslissingen. Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een bijeenkomst; tijdens de bijeenkomsten worden leerdoelen a) en b) nagestreefd via hoorcolleges en leerdoel c) via simulatie en praktische oefening. Aanwezigheid is verplicht. Toetsvorm Schriftelijk tentamen over de literatuur en de collegestof (essayvragen). Opgave voor het tentamen en voor de eventuele herkansing via SIS, is verplicht (uiterlijk één week voor de tentamendatum). Studiemateriaal en kosten Bazerman, M.H. & Moore, D.A. (2009). Judgement in managerial decision making, (7th ed.). Hoboken: John Wiley & Sons. ISBN 9780470049457 (± 50,00). Onderwijstijden Di. 07-02-2012 t/m 20-03-2012 15.00-18.00 uur Gebouw A, zaal A304 Toetsdata Di. 27-03-2012 15.00-18.00 uur Di. 03-07-2012 15.00-18.00 uur Herkansing Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie, en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de richting Sociale processen in organisaties. 254

Conflict en coöperatie Punten 9 ec Tentamencode MA11 SIS-code 7204MA11XY Plaats in het rooster Semester 1, Blok 1 Aantal deelnemers Maximaal 40 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docent Mw. dr. F. ten Velden Leerdoel De drie voornaamste leerdoelen zijn: a) inzicht verwerven in de theorie en het onderzoek inzake coöperatie, conflicthantering en onderhandelen, b) inzicht verwerven in de mogelijkheden om conflict in groepen en organisaties te benutten ter verbetering van de kwaliteit van besluitvorming en c) opdoen van ervaring met conflicthantering en onderhandelen. Inhoud In groepen en organisaties moeten mensen met elkaar samenwerken, waardoor van tijd tot tijd conflicten ontstaan. Interessant is dat conflicten zowel een negatieve als positieve uitwerking kunnen hebben op het welzijn en de prestaties van betrokkenen, en van de organisatie in haar geheel. Deze cursus behandelt algemene theorieën over coöperatie en conflict in groepen. Daarbij ligt de nadruk op het bestuderen van wetenschappelijke artikelen. Verder wordt uitgebreid ingegaan op constructieve vormen van conflicthantering en de effecten daarvan op groepsprestaties, alsmede op mogelijke strategieën van een derde partij om bij een conflict te bemiddelen. Onderwijsvorm Een dagdeel per week een bijeenkomst; tijdens de bijeenkomsten worden leerdoelen a) en b) nagestreefd via hoorcolleges en het bestuderen van de literatuur en leerdoel c) via simulatie en praktische oefening. Aanwezigheid is verplicht. Toetsvorm Schriftelijk tentamen over de literatuur en collegestof (meerkeuze- en essayvragen) en een minimaal voldoende beoordeling van de opdracht. Eindcijfer wordt voor 80% bepaald door het cijfer op het tentamen en voor 20% door het cijfer voor de opdracht. Opgave voor het tentamen en voor de eventuele herkansing via SIS is verplicht (uiterlijk één week voor de tentamendatum). Studiemateriaal De Dreu, C.K.W. & Gelfand, M.J. (2008). The psychology of conflict and conflict management in organizations. New York: Psychology Press. ISBN 9780805855166. (± 62,00) Artikelen: Informatie bij het A&O secretariaat. Onderwijstijden Vr. 09-09-2011 t/m 18-11-2011 11.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A108 Toetsdata Vr. 25-11-2011 10.30-12.30 uur Do. 05-01-2012 10.30-12.30 uur Herkansing 255

Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de richting Sociale processen in organisaties. 256

Creativiteit in arbeidsorganisaties Punten 6 ec Tentamencode MA16 SIS-code 7204MA16XY Plaats in het rooster Semester 1, blok 2 Aantal deelnemers Maximaal 30 Toelatingsvoorwaarden Bachelor psychologie, specialisatie A&O Docent Dr. M. Baas Inhoud In toenemende mate zien managers en leidinggevenden creativiteit als cruciaal om vooruitgang te boeken, succesvol te kunnen concurreren en duurzaam beleid te ontwikkelen. Het onderwerp als zodanig is dus razend populair en overheden en bedrijven besteden veel geld en aandacht aan maatregelen om de creativiteit te bevorderen. Deze cursus gaat over creativiteit in arbeidsorganisaties. In de cursus wordt antwoord gezocht op vragen als: Wat is creativiteit? Is het mogelijk om de creatieve vermogens van mensen te bepalen voor selectiedoeleinden? Welke psychologische processen liggen ten grondslag aan creativiteit en welke factoren zorgen er voor dat de creativiteit van mensen bevorderd of belemmerd wordt? Hierbij zal gekeken worden naar factoren die de creativiteit beïnvloeden van individuele werknemers (zoals persoonlijkheid, motivatie, en stemming), van groepen (zoals conflict, teamklimaat en groepssamenstelling) en van organisaties (zoals cultuur en leiderschap). Hoewel de colleges worden gegeven aan de hand van empirische artikelen is er veel aandacht voor het management van creativiteit in de praktijk. Daarnaast zijn er twee opdrachten waarin studenten zelf een casus krijgen voorgelegd die ze moeten oplossen aan de hand van bevindingen uit empirisch onderzoek naar creativiteit Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een college of werkgroepbijeenkomst. Aanwezigheid is verplicht. Toetsvorm Schriftelijk tentamen bestaande uit open vragen en meerkeuzevragen over de literatuur en de collegestof (76.9% van het eindcijfer), plus beoordeling van twee opdrachten. Elk van de opdrachten moet minimaal voldoende worden gemaakt. De opdrachten tellen ook mee voor het cijfer (voor respectievelijk het equivalent van één (7.7% van het eindcijfer) en twee open vragen (15.4% van het eindcijfer); voor exacte regeling zie Blackboard. Opgave voor het tentamen en de herkansing via SIS minimaal één week voor het tentamen, is verplicht. Studiemateriaal Artikelen: Informatie bij het A&O secretariaat, kamer A10.02 Onderwijstijden Ma. 28-11-2011 t/m 23-01-2012 10.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A305 Toetsdata Ma. 30-01-2012 10.30-12.30 uur Ma. 02-04-2012 15.30-17.30 uur herkansing Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie, en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de richting Sociale processen in organisaties of personeelspsychologie. 257

Internaliserende stoornissen PAG Punten 9 ec Tentamencode MA19 SIS-code 7204MA19XY Plaats in het rooster Semester 1, blok 1 Aantal deelnemers Maximaal 15 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie specialisatie A&O; Interventies in de A&G psychologie; uitsluitend toegankelijk voor studenten die de PAGroute volgen Docent Mw. Prof. dr. A. van Vianen (coördinator) en docenten klinische psychologie Inhoud en leerdoelen Internaliserende stoornissen zoals angst- en stemmingsstoornissen zijn veelvoorkomende stoornissen waarbij vooral het lijden van de persoon zelf centraal staat. Dit onderdeel heeft tot doel om kennis op te doen over deze stoornissen, en deze kennis te kunnen toepassen op de Psychologie van Arbeid en Gezondheid. Hiertoe bestaat dit onderdeel uit drie elementen: (1) het studieonderdeel Internaliserende stoornissen: Angststoornissen, te volgen bij Klinische Psychologie, (2) het studieonderdeel Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen, te volgen bij Klinische Psychologie, en (3) het schrijven van een paper waarbij de kennis over angst- en stemmingsstoornissen wordt toegepast op een zelfgekozen onderwerp op het gebied van arbeid en gezondheid. Begeleiding en beoordeling van dit paper wordt verzorgd door Prof. Dr. A. van Vianen Onderwijsvorm Zie bij bachelor Klinische Psychologie voor de onderwijstijden van Internaliserende stoornissen: Angststoornissen en Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen. Toetsvorm De toetsing bestaat uit drie elementen: (1) een schriftelijk tentamen bij Internaliserende stoornissen: Angststoornissen, (2) een schriftelijk tentamen bij Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen, en (3) het paper. Alle drie de onderdelen worden afzonderlijk beoordeeld met een deelcijfer. De cursus is behaald, en de 9 ec worden toegekend indien alle drie de onderdelen met minimaal een 5,5 zijn beoordeeld. Het eindcijfer is het gemiddelde van de drie deelcijfers. Studiemateriaal en kosten Zie bij bachelor Klinische Psychologie voor het studiemateriaal van Internaliserende stoornissen: Angststoornissen en Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen. Onderwijstijden Zie bij bachelor Klinische Psychologie voor de onderwijstijden van Internaliserende stoornissen: Angststoornissen en Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen. Toetsdata Zie bij bachelor Klinische Psychologie voor de toetsdata van Internaliserende stoornissen: Angststoornissen en Internaliserende stoornissen: Stemmingsstoornissen Bijzonderheden Verplicht voor studenten die de PAG-route volgen. 258

Masterthese A&O Punten 18-24 ec (nb: 18 is standaard; 24 moet apart worden aangevraagd) Tentamencode MWAO SIS-code 7204MWAOXY Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie specialisatie A&O en SOAP Docent alle docenten Inhoud/Leerdoelen In een masterthese verricht men een (relatief) zelfstandig onderzoek, waarin de zelfstandigheid tot uiting komt in de opzet, uitvoering, analyse en rapportage. De eerste fase van de masterthese bestaat uit het schrijven van het MT-onderzoeksvoorstel. Het MT-onderzoeksvoorstel wordt na goedkeuring door de begeleider ingediend via een standaardformulier, voor goedkeuring door de een tweede beoordelaar (toegewezen door de masterthesecoördinator (Dr. U.-C. Klehe). Als het MT-onderzoeksvoorstel is goedgekeurd kan het eigenlijke onderzoek beginnen. Onderwijsvorm Globaal houdt een masterthese voor een student de volgende werkzaamheden in: (a) het bedenken van een vraagstelling, òf het uitwerken van een gegeven vraag- of probleemstelling; (b) verdieping in de literatuur om op de hoogte te raken van het onderwerp; (c) het bedenken van een onderzoeksopzet; d) het schrijven van een MT-onderzoeksvoorstel; (e) het verzamelen en analyseren van de data; (f) de verslaglegging; en (g) de openbare presentatie. Daarnaast dienen 10 colloquia te worden bijgewoond, zie hoofdstuk 6 voor meer informatie. Beoordeling Zie voor de beoordeling de Studentenhandleiding op Blackboard. Bijzonderheden Voor een masterthese krijgt men standaard 18 ec. Minder is niet mogelijk. In uitzonderlijke gevallen, en met een daartoe strekkende overtuigende motivatie, te beoordelen door de begeleider en de MT-coördinator van de specialisatie, kan de masterthese een omvang van 24 ec hebben. De masterthese is formeel opgesplitst in MT-onderzoeksvoorstel (4 ec) en MT-onderzoek (14 ec). Het MT-onderzoeksvoorstel moet gereed zijn binnen maximaal 5 weken na aanvang. De masterthese (inclusief schrijven MT-onderzoeksvoorstel) wordt uitgevoerd in een tijdsbestek van minimaal 12 weken (full-time) en maximaal 24 weken (half-time). Het verloop van de masterthese laat zich doorgaans niet heel nauwkeurig plannen; het is verstandig rekening te houden met enkele weken uitloop voor geval van nood. Over omvang en planning worden vooraf duidelijke afspraken gemaakt met de begeleider. Deze afspraken worden vastgelegd in een MT-contract, waarin student en begeleider zich committeren aan een bepaalde planning en inspanning (het MT-contract bevat o.m. de aanvangsdatum, geplande einddatum, aantal ec, en door wie en op welke wijze de begeleiding verzorgd wordt). De inhoud van het voorgenomen onderzoek, en een nader uitgewerkte planning (waaruit de haalbaarheid moet blijken), maken deel uit van het MT-onderzoeksvoorstel. 259

Meer informatie over de masterthese is te vinden in hoofdstuk 6 van deze studiegids en in de brochures/handleidingen die elke specialisatie biedt over de afstudeeropdracht. Daarnaast is een handleiding voor de masterthese te vinden op Blackboard. 260

Personeelsselectie Punten 6 ec Tentamencode MA13 SIS-code 7204MA13BY Plaats in het rooster Semester 1, blok 2 Aantal deelnemers Maximaal 35 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docent Dr. J. te Nijenhuis Inhoud en leerdoelen In deze cursus zullen uitgebreid enkele onderwerpen worden behandeld die kenmerkend zijn voor de huidige theoretische en empirische ontwikkelingen op het gebied van de personeelsselectie en assessment. Het betreft de volgende onderwerpen: predictietheorieën, het efficiënt combineren van predictoren, het meten van criteria, selectie van allochtonen en human resource costing (wat is de bijdrage van een selectieprocedure?). Verschillende typen predictoren zullen in detail worden besproken, te weten: tests voor cognitieve capaciteiten, persoonlijkheidsvragenlijsten, interviews, situatiebeoordelingstests en assessment centers. Voor al deze methoden zullen enkele relevante overkoepelende onderwerpen - zoals validiteit en kosten en baten voor de organisatie - in detail worden besproken. Van de studenten wordt verwacht dat zij zich verdiepen in aanvullende literatuur en dat zij onderwerpen op theoretisch en praktisch gebied in de personeelsselectie integreren. Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een bijeenkomst, bestaand uit een hoorcollege, een werkcollege en een studentcollege. Aanwezigheid verplicht. Verplichte opdrachten, casestudies en een paper moeten in groepjes van twee of drie thuis gemaakt worden en worden op het college nabesproken. Er bestaat de mogelijkheid voor studenten een studentcollege te geven over een relevant selectieonderwerp, resulterend in een hoger cijfer. Toetsvorm Schriftelijk tentamen bestaande uit open vragen en meerkeuzevragen over de belangrijkste aspecten van de selectieliteratuur en de empirische stand van zaken. De opdrachten, casestudies en een paper moeten allemaal voldoende worden gemaakt. Het geven van een studentcollege kan resulteren in een cijfer voor de cursus dat maximaal 1 punt hoger is. Dus, het tentamen bepaalt in eerste instantie 100% van het eindcijfer, en door het geven van een studentcollege kan dit cijfer hoger worden. Opgave voor het tentamen via SIS minimaal een week voor de tentamendatum, is verplicht. Studiemateriaal en kosten Evers, A., Anderson, N., & Voskuijl, O. (2005). The Blackwell handbook of personnel selection. Oxford: Blackwell Publishing. ISBN 9781405117029 ( 105,00). (Speciale prijs bij Selexyz). Cascio, W. F. & Boudreau, J. W. (2010). Investing in people: financial impact of human resource initiatives. Upper Saddle River: Pearson Education. ISBN 0-13-7070926 ( 34,99). Reader met artikelen, info secretariaat A&O 261

Onderwijstijden Di. 29-11-2011 11.00-14.00 uur Gebouw A, zaal A304 Vr. 02-12-2011 10.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A108 Di. 24-01-2012 10.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A102 Vr. 16-12-2011 t/m 27-01-2012 10.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A108 Toetsdatum Vr. 03-02-2012 10.30-12.30 uur Vr. 04-05-2012 10.30-12.30 uur Herkansing Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- en Organisatiepsychologie en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de Personeelspsychologische richting. De cursus is verplicht voor studenten die de BAPD in de A&O psychologie willen behalen. 262

Prosociaal gedrag in werkrelaties Punten 6 ec Tentamencode MA12 SIS-code 7204MA12XY Plaats in het rooster Semester 2, blok 1 Aantal deelnemers Maximaal 25 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docent Mw. prof. dr. A. Nauta Inhoud en leerdoelen Wat is prosociaal gedrag in de context van arbeidsorganisaties? Welke factoren bepalen of mensen in organisaties zich prosociaal of juist tegengesteld daaraan (denk bijvoorbeeld aan pestgedrag) gedragen? Wat zijn gevolgen van prosociaal en antisociaal gedrag in organisaties? In deze cursus worden deze vragen behandeld vanuit diverse theoretische perspectieven, waaronder de evolutionaire benadering van prosociaal gedrag, organizational citizenship behavior, vertrouwen in organisaties, rechtvaardigheid, psychologisch contract en prosociaal leiderschap. Deze theorieën worden toegepast op de praktijk, in het bijzonder op HR-praktijken rondom employability, want employability komt vooral tot stand in prosociale werkrelaties. Na afloop kennen deelnemers aan deze cursus de state of the art theorieën over prosociaal gedrag in organisaties en weten ze deze theorieën toe te passen op vraagstukken in de alledaagse praktijk van werkrelaties. Dit laatste leren deelnemers door zelf, op basis van de bestudeerde literatuur en een interview met een HR-manager, een essay te schrijven waarin ze concrete vraagstukken uit de praktijk in een theoretisch kader plaatsen en er een advies aan koppelen voor vervolgonderzoek en/of interventies. Ook vindt een discussiebijeenkomst plaats met practitioners van Tata Steel. Onderwijsvorm Eén dagdeel per week een bijeenkomst in de vorm van een werkcollege. Aanwezigheid verplicht. Toetsvorm Een essay en tussentijdse opdrachten Studiemateriaal en kosten Reader, informatie bij A&O secretariaat. Onderwijstijden Ma. 06-02-2012 t/m 26-03-2012 13.00-15.00 uur Gebouw T, zaal TC 2.03 N.B. Op ma. 26-3-2012 van 9-16 uur vindt een excursie plaats naar Tata Steel te IJmuiden Bijzonderheden Deze cursus is een keuzevak binnen de master Arbeids- & Organisatiepsychologie, en wordt aanbevolen voor studenten die zich willen specialiseren in de richting Sociale processen in organisaties of in de Personeelspsychologische richting. 263

. Schrijven, ontwerpen, analyseren, presenteren (SOAP) Punten 9 ec Tentamencode MA17V SIS-code 7204MA17VY Plaats in het rooster Semester 1, blok 1; Semester 2, blok 2 Aantal deelnemers Maximaal 40 Toelatingsvoorwaarden Bachelor Psychologie, specialisatie A&O Docenten Mw. dr. B. Beersma, Mw. dr. F. ten Velden, werkgroepbegeleiders Inhoud en leerdoelen Deze cursus richt zich op alle facetten van onderzoek binnen A&O psychologie: Het schrijven van een onderzoeksvoorstel, het ontwerpen van een onderzoek, het analyseren van de data en het presenteren van de resultaten. De cursus bestaat uit colleges, waarin de bovenstaande onderdelen besproken worden, en wekelijkse werkgroepbijeenkomsten, waarin studenten zelf onder begeleiding van één van de werkgroepdocenten, in werkgroepen een praktisch of theoretisch probleem ontleden en analyseren. Het probleem wordt daarbij weergegeven in een procesmodel en hieruit worden concrete en toetsbare hypothesen afgeleid. Vervolgens schrijft men een onderzoeksvoorstel voor een onderzoek waarin de houdbaarheid van het model getoetst kan worden. In het eerste college staat de vraag hoe kom ik tot een relevante en onderzoekbare onderzoeksvraag voor organisatieonderzoek? centraal. Besproken wordt hoe praktijkproblemen door toepassing van theoretische inzichten uit de Arbeids- en Organisatiepsychologie ontleed kunnen worden en onderzoekbaar gemaakt kunnen worden. Tevens is er aandacht voor theoretische problemen. In het tweede en derde college leer je algemene strategieën en tips om het onderzoeksvoorstel zodanig op te schrijven dat het interessant, overtuigend, leesbaar en aantrekkelijk is voor je publiek. De in dit college opgedane kennis dien je toe te passen in een individuele schrijfopdracht, waarbij je de eerste vijf paragrafen van de inleiding van een onderzoeksvoorstel schrijft. In het vierde college wordt ingegaan op de praktische toepassing van analysetechnieken die veel worden gebruikt in onderzoek binnen de arbeids- en organisatiepsychologie. Zo zal onder andere ingegaan worden op factoranalyse en betrouwbaarheidsanalyse, correlatie en regressieanalyse, variantie-analyse, moderatoren en mediatoren. Naar aanleiding van dit college wordt in de werkgroep een fictieve dataset gecreëerd, geanalyseerd, en gerapporteerd. In het vijfde college leer je wat de kenmerken zijn van een interessante, overtuigende en heldere presentatie. Daarnaast wordt ingegaan op omgaan met presentatiestress en vragen naar aanleiding van een presentatie. De in dit college opgedane kennis dien je toe te passen in een individuele presentatie tijdens het zesde college, waarbij je een artikel uit de kernliteratuur van je onderzoeksgroep presenteert. Tenslotte presenteert elke werkgroep het geschreven onderzoeksvoorstel tijdens het zevende college. Onderwijsvorm Wekelijkse colleges en werkgroepbijeenkomsten (in de weken dat er geen colleges zijn). De indeling van de werkgroepen wordt na het eerste college bekendgemaakt. In de werkgroepen worden de vorderingen bij de opdrachten besproken. Aanwezigheid bij alle onderdelen is verplicht. 264

Toetsvorm De beoordeling vindt plaats op grond van a) de individuele opdracht (individuele schrijfopdracht) en b) de groepsopdrachten (het geschreven onderzoeksvoorstel, de data-analyse, en de eindpresentatie). Voor het eindcijfer telt de individuele opdracht mee voor 20%, de data-analyse voor 20%, de eindpresentatie voor 20%, en het geschreven onderzoeksvoorstel voor 40%. Alle onderdelen moeten met tenminste voldoende beoordeeld worden. Studiemateriaal en kosten Field, A. (2009). Discovering statistics using SPSS (3rd ed.) London: Sage. ISBN 9781847879073 (± 45,00) Nader op te geven literatuur over de te behandelen praktijkproblemen en theorie. Onderwijstijden Colleges semester 1: Di. 06-09-2011 11.00-14.00 uur Gebouw A, zaal A306 Di. 13-09-2011 t/m 20-09-2011 11.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A304 Di. 11-10-2011 11.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A304 Di. 08-11-2011 11.00-13.00 uur Gebouw A, zaal A304 Di. 15-11-2011 werkgroep 1 11.00-16.00 uur Gebouw A, zaal A409 Di. 15-11-2011 werkgroep 2 11.00-16.00 uur Gebouw A, zaal A304 Di. 22-11-2011 11.00-14.00 uur Gebouw A, zaal A304 (op de andere dinsdagen in dit blok subwerkgroepen van 11.00-13.00). Colleges semester 2: Di. 03-04-2012 15.00-18.00 uur Gebouw A, zaal A304 Di. 10-04-2012 t/m 17-04-2012 15.00-17.00 uur Gebouw A, zaal A304 Di. 08-05-2012 15.00-17.00 uur Gebouw A, zaal A304 Di. 05-06-2012 15.00-17.00 uur Gebouw A, zaal A304 Di. 12-06-2012 werkgroep 1 13.00-18.00 uur Gebouw A, zaal A104 Di. 12-06-2012 werkgroep 2 13.00-18.00 uur Gebouw A, zaal A302 Di. 19-06-2012 15.00-18.00 uur Gebouw A, zaal A304 (op de andere dinsdagen in dit blok subwerkgroepen van 15.00-17.00). Bijzonderheden Deze cursus is verplicht voor de master Arbeids- en Organisatiepsychologie. 265

Stage Arbeids- en Organisatiepsychologie Punten: 18 ec Tentamencode: MSAO Plaats in het rooster: gedurende het hele jaar Toelatingsvoorwaarden: Bachelor afgerond, met specialisatie A&O Inlichtingen: Dr. Ute-Christine Klehe (raadpleeg eerst de stagehandleiding op Blackboard!) Inhoud Een student dient de kennis die hij/zij op de universiteit heeft opgedaan in de praktijk te brengen. De stagewerkzaamheden dienen van academisch niveau en A&O-psychologische aard te zijn. Na een inwerkperiode moet de student in staat zijn om de werkzaamheden met een redelijke mate van zelfstandigheid uit te voeren. Onderwijsvorm Begeleiding Bij interne stages heeft men met één begeleider te maken; bij externe stages moet er ook een externe begeleider zijn op de stageplek. Deze moet bekend zijn met het werk van A&O-psychologen, en is bij voorkeur zelf een (A&O-)psycholoog. Voor aanvang van de stage dienen de student en begeleider(s) afspraken te maken over de begeleiding, inhoud, werkwijze en duur van de stage. Stageverslag De werkzaamheden tijdens een stage worden na afloop van de stage gerapporteerd door middel van een stageverslag. Verdere informatie betreffende het stageverslag is te vinden in de stagehandleiding van A&O op Blackboard. Beoordeling Zie voor de beoordeling de stagehandleiding op Blackboard. Bijzonderheden Combinatie Combinatie van masterthese en stage is mogelijk; overleg hiervoor met de stage/masterthesecoördinator. Omvang Een stage duurt 13 weken voltijd of langer indien de stage parttime plaatsvindt. De stage wordt gehonoreerd met 18 ec. Basisaantekening Psychodiagnostiek Een van de voorwaarden om de basisaantekening psychodiagnostiek via de Arbeids- en Organisatiepsychologie te behalen is het volgen van een diagnostiekstage. Tijdens deze stage dienen drie casussen onder supervisie te worden afgerond. Voor meer informatie betreffende de BAPD kan men terecht bij dr. Annebel de Hoogh. 266

Onderdelen Research Master, Arbeids- en Organisatiepsychologie Leadership Credits 6 ec Code RA05 SIS-code 7205RA05XY Semester Semester 1, Period 2 Prerequisites Bachelor of Psychology Lecturers Mw. prof. dr. A. van Vianen, mw. dr. A. de Hoogh, Mw. dr. ing. I. de Pater Summary Leaders are able to make and break companies and their citizens. This course will be organized around three compelling themes: 1. The motives and influencing behaviors of leaders 2. Leadership emergence 3. Leader-member exchange. The first theme addresses subjects such as: charismatic, narcissistic, and ethical leadership. The second theme focuses on leadership emergence, and addresses personal and situational antecedents of leadership emergence in leaderless groups. The third theme concerns the quality of the relationships that leaders have with their subordinates and how leaders and subordinates are attracted towards each other. Teaching format Seminar/workshops. It is a highly interactive course where groups of students prepare lectures, research proposals, and practical applications (under supervision) prior to the each weekly meeting. The course starts with an introduction to the three leadership themes and systematically addresses these themes in subsequent meetings through group presentations on leadership theory, research and practice. Students in the audience assist in providing feedback. Attendance at all lectures is required. Assessment Active participation; individual paper, and presentation. The paper counts for 50 % of the grade and the active participation, presentations skills and the content of the presentation counts for the other 50 % of the grade. Literature Articles Lesson dates Wed. 02-11-2011 through 21-12-2011 14.00-17.00 hrs. Building A, room A409 267

Onderdelen Research Master, Arbeids- en Organisatiepsychologie Research Methods in Organizational Psychology Credits: 6 ec Code: RA06 SIS-code 7205RA06XY Semester: Semester 1, Period 1 Prerequisites Bachelor of Psychology Lecturer: Prof. dr A.E.M. van Vianen, dr. B. Beersma Summary The purpose of this course is to prepare students to undertake original programs of scientific research in the field of organizational psychology. Teaching format In general, the scientific process employs both theory and data in an effort to describe, explain, predict and control some phenomenon of interest. This process can be conceptualized in terms of four key linkages. Linkage 1 describes the process of moving from theory to hypotheses generation, and entails such topics as theory building, ascertaining the current state of knowledge and generating hypotheses. Linkage 2 emphasizes the transition from these hypotheses to the collection of data and deals with the issues associated with reliability of measurement, validity of measurement, sampling units of study, and research design. In Linkage 3, this data is analyzed, typically through statistical means, in order to draw inferences with respect to the theory and hypotheses. Finally, the process comes full circle in Linkage 4, where the results of a given study are used to support, amend or refute the theory that originally gave rise to the hypotheses. Critical topics associated with this linkage include the interpretation, generalizability and presentation of research results. This course, through readings, discussions and exercises, examines each of these for linkages in detail. Assessment Active participation; individual paper, and individual presentation. The paper counts for 80 % of the grade and the active participation and presentation counts for the other 20 % of the grade. Literature Articles Lesson dates Mon. 31-10-2011 through 19-12-2011 14.00-17.00 hrs. Building A, room A409 268