QSZ... Aansteekbrander. Building Technologies Division

Vergelijkbare documenten
RAR... Fotocelopnemer. Building Technologies Division

ASZ... Potentiometers. Building Technologies Division. ASZxx.3x

Fotoweerstandsopnemer

Verwarmingselement. Building Technologies Division

Building Technologies HVAC Products

Drukschakelaars (VERSA PRO) Building Technologies Division

Building Technologies Division

QRA2... QRA10... QRA53... QRA55... QRA73... Vlamopnemer. Building Technologies Division

QGO Zuurstofopnemer. Building Technologies Division

Zuurstofopnemer. Aanvullende documentatie Basisdocumentatie QGO20... P7842

QRC1... Blauwevlamopnemer. Building Technologies

GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

Alarmsirene. Bestnr.: Omwille van het milieu 100% recyclingpapier

Montage-instructie. Gasregelblok DDC (05/2008)

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

Smoorkleppen PN6, PN10, PN16

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

QBM75-1U/C. Landis & Staefa Division. Toepassing. Voor lucht en niet-agressieve gassen Met kalibreercertificaat

Rub-Block RB100DN met PT100 sensor

Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels

Elios OES 150 G van 16 tot 79 kw p 18 Elios OEN 250 G van 50 tot 123 kw p 19 OES 350 G van 60 tot 410 kw p 20 OEN 350 G van 55 tot 400 kw p 21 OES

ALGEMENE AANWIJZINGEN VOOR VERLICHTINGSARMATUREN

MOD-I-XP. Vooraanzicht. Kenmerken. MOD-I-XP_ _NL Technische wijzigingen voorbehouden Pagina 1 van 8. Modem voor externe gegevensoverdracht

voorschrift Voor de installateur Interface 0-10 V --> ebus AAN DE INSTALLATEUR

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Invoer. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw

Terugstroombeveiliging voor ecotec/5

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

INLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat

AQUASNAP Bedieningspaneel

Geisers / /

8 Bij storing. 8.1 Storingscodes

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Invoer. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H, 80 tot 101 kw

Montage- en gebruiksaanwijzing

HANDLEIDING ATEX Explosionproof

Aanbouwhandleiding. ISOBUS-basisuitrusting met ISOBUS-cabinecontactdoos en relais

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi

, , Montagehandleiding. Montagehandleiding. Voor de installateur. BEnl. Uitgever/fabrikant Vaillant GmbH

NE1.1. Neutralisatie-eenheid. Voor gebruik bij condensatieketels voor gas. Installatie- en onderhoudshandleiding voor de installateur

Aanbouw- en bedieningshandleiding

NRS 2-4. Gebruiksaanwijzing HN-schakelaar NRS 2-4

Handleiding voor ombouw van Aardgas naar Propaan

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding

Aanbevelingen Branders

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

Bedieningshandleiding. Vloerverwarmingsthermostaat

Aanbouwhandleiding. ISOBUS-basisuitrusting met ISOBUS-cabinecontactdoos en relais

Smoorkleppen PN6, PN10, PN16

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-seriedimmer-basiselement. Universeel-seriedimmer-basiselement. Best.nr.

TE DRS 4-A Nederlands

Infrarood-vlamopnemer

Servomotoren voor kleine afsluiters

BES External Signaling Device

Aanbouwhandleiding. Complete set basisuitrusting vooraan en achteraan. Stand: V

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem

Onderhoud Akkoord. Toestel : 1. Onderhoud. Naam : Demo locatie 2 Adres : Marineblauw 1

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. LB-management. Draaidimmer Standaard led

voorschrift Voor de installateur OpenTherm module AAN DE INSTALLATEUR

Tuincontactdoos met piket

KASTEN MUREVA IP 65. Minikastjes. Referenties

GEBRUIKSAANWIJZING TEGELZAAGMACHINE DYNAMIC 680

Technische Fiche BE DIN bedradingsgoot

TARIEF-CATALOGUS 2010 Geldig vanaf 1 april 2010

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Basiselement jaloezie- en rolluikbesturing zonder parallelaansluiting

Een correcte reparatie kan uitsluitend worden gewaarborgd als een storingsvrije de-installatie van het complete toestel te allen tijde mogelijk is.

VIESMANN. Servicehandleiding VITOVOLT 100 VITOVOLT 200. voor de vakman. Vitovolt 100 Vitovolt 200. Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitvoer met veerbladen. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

Gebruikershandleiding Hijsframe t.b.v. trapgat Versie 1,

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid Standaard AC 230 V ~ Art. nr. 230 ME. Bedieningshandleiding

VIESMANN. Montagehandleiding. Vervanging gasbranderautomaat. voor de vakman. Vervanging gasbranderautomaat. Type MPA51 door MPA5113

CONVECTIEVERWARMING. GASGESTOOKTE LUCHTVERHITTERS Met hoog / laag branders Gesloten uitvoering. Type MH, MC en MV Eco. Vermogens : 13 tot 74 kw

Neutralisatie-eenheid

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-dimmer, Basiselement voor parallelaansluiting

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 200A. voor de vakman. Vitotrol 200A. Afstandsbediening, bestelnr

Aanbouwhandleiding. ISOBUS-Basisuitrusting met contactdoos achteraan (zonder Tractor-ECU) Stand: V

Mobrey MCU900-serie 4 20 ma + HART-compatibele controller

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: voor de vakman

Radiatorafsluiters. Siemens Building Technologies HVAC Products. NF-bouwserie, voor tweepijps verwarmingsinstallaties

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Blusinrichting. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL

Montage- en gebruiksaanwijzing. NFC-module voor BDC-i440-besturingen

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding VITOTROL 300A. voor de vakman. Vitotrol 300A. Afstandsbediening, bestelnr

Kabeltemperatuuropnemer

VERLENGINGSSET / 230 V

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Calorimeter. voor de vakman. Calorimeter

Aanvulling op de technische handleiding MOVIFIT basic omkeerstarter MBS2RA

INHOUD. CE Verklaring van Overeenstemming 8. 2

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W

Periodiek Onderhoud Akkoord

VIESMANN. Montagehandleiding. Accessoires voor gesloten werking. Aanwijzingen voor de installatie. Veiligheidsvoorschriften. Luchttoevoersystemen

Montagevoorschrift. UBA3-module xm10 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage /2004 NL Voor de vakman

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

1 Veiligheidsinstructies

DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem

Transcriptie:

7 611 Aansteekbrander QSZ... Aansteekbrander voor atmosferische gasbrander. Geschikt voor aardgas en stadsgas, geschikt voor inbouw en aansluiting, uitgevoerd met ontstekings- en ionisatie-elektrode, bevestigingsflens, afdekplaat en aardschroef. QSZ... en dit apparatenblad zijn voor fabrikanten OEM s, die de QSZ in of aan hun producten plaatsen! Toepassing De QSZ... zijn speciale branders voor de ontsteking van atmosferische branders. De vlam ervan wordt door middel van elektronische branderautomaten of vlambeveiligingen bewaakt volgens het ionisatieprincipe. De branders zijn voor aardgas, stadsgas. De vlamlengte bedraagt afhankelijk van de gasdruk ca. 60...130 mm. Bij de QSZ1... is de verdelerplaat bovendien zodanig geconstrueerd, dat uit het centrum van de bewaakte vlam een ca. 110 180 mm lange steekvlam uitsteekt. Aanwijzing! Niet gebruiken voor nieuwe constructies.

Waarschuwingen Het naleven van de volgende waarschuwingsaanwijzingen helpt bij het voorkomen van lichamelijk letsel, materiële schade en schade aan het milieu.! Alle werkzaamheden (montage, installatie, service werkzaamheden) moeten door vaklieden worden uitgevoerd. Het niet naleven van bovenstaande kan leiden tot niet zekerstellen van de veiligheidsfuncties als mede kans op kortsluiting en elektrische contact Schakel, alvorens enige wijzigingen in de bedrading binnen het aansluitgebied aan te brengen, de branderautomaat helemaal los van de netvoeding (onderbreking van alle polen). Beveilig deze tegen onopzettelijke weder inschakelen en stel de afschakeling zeker. Bij niet uitgeschakelde installatie bestaat het gevaar door elektrische kortsluiting Voorkom aanraking met elektrische onderdelen door goede afscherming van de klemmen. Het niet naleven hiervan verhoogt het risico van een elektrische schok ontroleer bij alle werkzaamheden (montage, installatie, service werk) de bedrading op juistheid. Het niet naleven van bovenstaande kan leiden tot niet zekerstellen van de veiligheidsfuncties als mede kans op kortsluiting en elektrische contact Aanwijzingen voor de montage Schenk aandacht aan de van toepassing zijnde nationale veiligheidsvoorschriften De montageplaats moet zodanig worden gekozen, dat niet alleen een veilige ontsteking van de hoofdbrander is gegarandeerd, maar tegelijkertijd ook is voldaan aan alle voorwaarden voor een storingsvrije vlambewaking In principe moet de aansteekbrander de hoofdvlam horizontaal of schuin van onderen aansteken Hierbij kan de brander met horizontaal of ook verticaal geplaatste bevestigingsflens worden gemonteerd. Bij verticale stand moet bij de netten met lage gasdruk de ionisatie-elektrode van boven in de vlam steken, zodat ook een licht naar boven gebogen vlam de ionisatie-elektrode nog voldoende omvat; bij netten met hoge of hogere gasdruk is het echter veiligheidstechnisch voordeliger, als de ionisatie-elektrode van beneden af in de vlam steekt. Een als gevolg van een tijdelijke lage gasdruk zwakke, naar boven brandende vlam, brandt dan niet meer binnen het bereik van de ionisatie-elektrode, zodat de brander overgaat in storing Een te kleine ionisatiestroom, of het volledig uitblijven van het vlamsignaal kan de volgende oorzaken hebben: - De aanzuiglucht van de aansteekbrander is vermengd met rookgas van de hoofdbrander (zuurstoftekort) - De aansteekbrander wordt door warmte-inwerking van de hoofdbrander of door een ongunstig geplaatste affakkelvlam overmatig verhit - Onrustig brandende en niet aan de verdelerplaat hechtende ontstekingsvlam (te hoge gasdruk: verkeerde verdeler) - Flakkerende vlam als gevolg van trek - Vervuilde brander (voor het reinigen van de inspuiter in de ingangsopening geen harde werktuigen gebruiken!) - Brander niet correct geaard - Ionisatie-elektrode in de lengterichting verschoven, zijdelings verdraaid of verbogen 2/5

Elektrische aansluiting van de vlamopnemers Belangrijk is een zo storingvrije en verliesloos mogelijke signaaloverdracht: Leg de opnemerleiding niet samen met andere leidingen leidingcapaciteiten verminderen de grootte van het vlamsignaal gebruik een aparte kabel Hou rekening met de toegestane kabel lengte van de vlamopnemer (zie «Technische gegevens» van toegepaste branderautomaat) De ionisatie elektrode moet beschermd worden tegen aanraking Plaats de ontsteking elektrode en de ionisatie elektrode zo dat de ontsteking vonk niet kan overslaan naar de ionisatie elektrode (gevaar op elektrische overbelasting) en verstoring van de ionisatie be waking door de ontsteking vonk wordt vermeed Isolatie weerstand Moet minimal 50 M tussen ionisatie elektrode en aarde Vervuilde aansteekhouders reduceren de isolatie weerstand, en bevoordeelt dus kruipstroom Aard de brander volgens de relevante voorschriften; Aarding van de ketel alleen niet voldoende Beslissend voor de elektrische aansluiting van de ionisatie elektrode zie de technische data blad van de toegepaste branderautomaat (bij voorbeeld the minimal nodig ionisatie stroom etc.) Normen en standaards EA-conformiteit (Euraziatische conformiteit) ISO 9001:2008 ISO 14001:2004 OHSAS 18001:2007 hina RoHS Tabel Gevaarlijke Stoffen: http://www.siemens.com/download?a6v10883536 Aanwijzigen voor de afvoer De ter plaatse geldende en momenteel geldige wetgeving dient te worden nageleefd. 3/5

Uitvoering Bijzondere eigenschappen van de aansteekbrander De branderpijp, de ontstekings- en ionisatie-elektrode vormen een gemonteerde en afgestelde eenheid, die gereed is voor inbouw. Door een gat naast de branderpijp kan voor zover aanwezig de gasleiding voor het affakkelen van stuurgassen van de gasstraat in de stookruimte worden ingevoerd en met een schroef worden geborgd. Deze opening kan met de meegeleverde afdekplaat worden gesloten. - Branderpijp ingesoldeerd (ontregeling onmogelijk) - Gasinspuiter in de ingangsaansluiting makkelijk toegankelijk - Gaten in de verdeler in hoge mate gevrijwaard van vervuiling - De ontstekings- en ionisatie-elektrode bestaan uit hittebestendig en sintelhechte Kanthal en zijn d.m.v. de elektrodenhouder van geglazuurde, speciale steatiet duurzaam geïsoleerd van de massa - De ontstekingselektrode is met een nippel voor een in de handel verkrijgbare elektrodesteker uitgerust - De bevestigingslippen van de elektroden zijn geborgd tegen onbevoegd losmaken - Een aardschroef aan de bevestigingsflens vereenvoudigt de aarding van de brander overeenkomstig de voorschriften (belangrijk voor een storingsvrije bewaking van de vlam) Type-overzicht Bij bestelling moet de volledige type-aanduiding worden opgegeven Gassoort Vlamvorm Bedrijfsdruk min...max. Inspuiter mm Type Artikelnr. Aardgas Met steekvlam 15...50 mbar 0.75 QSZ1.075 BPZ:QSZ1.075 Met steekvlam 15...50 mbar 0.8 QSZ1.080DD BPZ:QSZ1.080DD Met steekvlam 15...50 mbar 0.8 QSZ1.080L ¹) BPZ:QSZ1.080L ¹) Met steekvlam 6...50 mbar 0.7 QSZ3.065 BPZ:QSZ3.065 ¹) uitvoering met verlengde ionisatie-elektrode «B», tekening op aanvraag Technische gegevens Algemene apparatengegevens Gewicht QSZ1... QSZ3... ca. 170 g ca. 190 g Milieuomstandigheden Opslag DIN EN 60721-3-1 klas 1K3 klas 1M2 Temperatuurbereik -20...+60 Transport DIN EN 60 721-3-2 klas 2K2 klas 2M2 Temperatuurbereik -40...+60 Bedrijf DIN EN 60 721-3-3 klas 3K5 klas 3M2 Temperatuurbereik -20...+60 Opstellingshoogte Max. 2000 m boven normaal nulpunt Attentie! ondensatie, ijsvorming en binnendringen van water zijn niet toelaatbaar! 4/5

Maatschetsen Maten in mm 8,5 6 5 M6 M3 O8,2 20 13 30 60 70 1,5 5,3 G1/8" ~40 ~53 QSZ1: ~40 QSZ3: ~70 5,3 25 B (F) D 7611m02/0103 A E G Legenda A B D E F G Ontstekingselektrode Ionisatie-elektrode Bevestigingsgaten Gat voor het doorvoeren van een gasleiding voor het affakkelen van stuurgassen Aardklem Schroefdraad M6 voor de bevestigingsschroef van de stuurgasleiding Afdek- en afdichtingsplaat 5/5 2016 Siemens AG, Berliner Ring 23, D-76437 Rastatt Wijzigingen onder voorbehoud!