BEROEPSINSTITUUT VAN ERKENDE BOEKHOUDERS EN FISCALISTEN (Wet van 22 april 1999 1 ) Legrandlaan, 45-1050 BRUSSEL Tel.: 02/626.03.80 - Fax : 02/626.03.90 E-MAIL : INFO@BIBF.BE - URL : HTTP://WWW.BIBF.BE TOEGANG TOT BEROEP VAN BOEKHOUDER OF BOEKHOUDER-FISCALIST DOOR EEN ONDERDAAN VAN EEN ANDERE LIDSTAAT VAN DE EUROPSESE UNIE 2 Richtlijn 2005/36/EU De toegang tot het beroep van zelfstandig boekhouder(-fiscalist) wordt geregeld door de artikelen 50, 50 bis en 52 bis van de Wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen en wel als volgt : 1. Artikel 50 is van toepassing op personen die over een Belgisch diploma of gelijkwaardig beschikken zoals opgesomd in art 50 2 en die zich in België willen vestigen als zelfstandig boekhouder(-fiscalist). 2. Artikel 50 bis betreft de onderdanen van een andere toegetreden staat die zich in België willen vestigen als zelfstandig boekhouder(-fiscalist) en dit op basis van een in een andere toegetreden staat verworven beroepskwalificatie en/of beroepservaring. 3. Artikel 52 bis betreft de onderdanen van een andere toegetreden staat die in België tijdelijk en occassioneel het beroep van zelfstandig boekhouder(-fiscalist) willen uitoefenen. 1 Alle wettelijke en reglementaire bepalingen kan men terugvinden op www.bibf.be 2 Bedoeld worden hier : onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie en van Ijsland, Noorwegen en Liechtenstein. Voor Zwitserland gelden specifieke regels 1/7
I. U bent houder van een Belgisch diploma of gelijkwaardig : Artikel 50 : vestiging in België : diploma en stage Indien de aanvrager : - Houder is van een diploma zoals bedoeld in artikel 50 2 van de Wet van 22 april 1999 of, - Houder is van een diploma, behaald in een andere staat, en dat als gelijkwaardig erkend wordt en niet voldoet aan de voorwaarden van artikel 50 bis van de Wet van 22 april 1999 dan dient deze een aanvraag te doen tot inschrijving op de lijst van stagiairs (zie www.bibf.be/stage). De houders van een buitenlands diploma en die dus de gelijkwaardigheid dienen te bekomen kunnen zich hiervoor richten tot het National Academic (& Professional) Recognition and Information Centre van de Vlaamse of Franse of Duitse gemeenschap Vlaamse gemeenschap : NARIC-NL Franse gemeenschap : NARIC-FR : Duitse gemeenschap : NARIC-DE Europa : NARIC-EU 2/7
II. U bent onderdaan van een andere toegetreden staat en u wil zich in België vestigen om het beroep van boekhouder(-fiscalist) uit te oefenen? Artikel 50 bis : vestiging in België : diploma / beroepservaring vrijstelling stage - bekwaamheidsproef Onderdanen van een andere toegetreden staat 3 die zich in België willen vestigen en het beroep van zelfstandig boekhouder(-fiscalist) uitoefenen, kunnen zich beroepen op de in een andere staat dan België behaalde kwalificaties of beroepservaring om de inschrijving op het tableau van de erkende boekhouders(-fiscalisten) te bekomen. Indien de onderdanen van een andere toegtreden staat beschikken over één van hieronder vermelde opleidingstitels (II.B.) worden zij vrijgesteld van de stage. In bepaalde gevallen kunnen zij wel onderworpen worden aan een bekwaamheidsproef (II.C.). II. A. Procedure De aanvraag moet gedaan worden via het daartoe voorziene formulier 4. Nadat het dossier voiledig is, wordt het voorgelegd aan de bevoegde Uitvoerende Kamer. Indien voldaan is aan de voorwaarden van artikel 50 bis 1 zal de Uitvoerende Kamer op basis van de door aanvrager medegedeelde gegevens omtrent de opleidingstitel en beroepservaring onderzoeken of er al dan niet een bekwaamheidsproef (artikel 50 bis 2 moet opgelegd worden. II.B. Welke opleidingstitels leiden tot vrijstelling van de stage? Welke opleidingstitel al dan niet grondslag is voor vrijstelling van stage zal afhankelijk zijn van het feit of het beroep van boekhouder(-fiscalist) al dan niet gereglementeerd is in de lidstaat waar men de kwalificatie heeft verkregen I1.B.1 Indien het beroep gereglementeerd is (artikel 50 bis 1, a) Wet 22/04/99) : Is er vrijstelling van de stage wanneer : a. de opleidingstitel toegang verleent tot het beroep van boekhouder(-fiscalist) EN b. de opleidingstitel, afgegeven door een bevoegde autoriteit, blijkt geeft van een beroepskwalificatieniveau dat ten minste gelijkwaardig is aan een opleiding op het niveau van postsecundair onderwijs van minstens één jaar en dit met inbegrip van de eventueel vereiste aanvullende beroepsopleiding. Indien de opleidingstitel behaald is een derde staat 5 dan moet deze titel erkend zijn in een toegetreden staat en dient deze titel aangevuld te worden met minstens 3 jaar beroepservaring in en bevestigd door deze toegetreden staat. II.B.2. Indien het beroep niet gereglementeerd is (artikel 50 bis 1, b) Wet 22/04/99) : Is er vrijstelling van de stage wanneer : a. de opleidingstitel, afgegeven door een bevoegde autoriteit, blijkt geeft van een beroepskwalificatieniveau dat ten minste gelijkwaardig is aan een opleiding op het niveau van postsecundair onderwijs van minstens één jaar en dit met inbegrip van de eventueel vereiste aanvullende beroepsopleiding. Indien de opleidingstitel behaald is een derde staat 6 dan moet deze titel erkend zijn in een toegetreden staat en dient deze titel aangevuld te worden met minstens 3 jaar beroepservaring in en bevestigd door deze toegetreden 3 Bedoeld worden hier : onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie en van Ijsland, Noorwegen en Liechtenstein. Voor Zwitserland gelden specifieke regels 4 Zie formulier Artikel 50 bis 5 Dus in een andere staat dan vermeld in voetnoot 2 6 Dus in een andere staat dan vermeld in voetnoot 2 3/7
staat. Tevens dient aangetoond te worden dat de de houder van de titel voorbereid is op de uitoefening van het beroep van boekhouder(-fiscalist) EN b. in de periode van 10 jaar voor de aanvraag minstens 2 jaar voltijds het beroep van boekhouder(-fiscalist) heeft uitgeoefend. Aan de onder b. vermelde voorwaarde moet niet voldaan worden als de onder a. vermelde opleiding een gereglementeerde 7 opleiding is die specifiek gericht is op de uitoefening van het beroep van boekhouder(- fiscalist) II.C. Bekwaamheidsproef II.C.1. Wanneer? De personen die beschikken over een onder II.B. vermelde opleidingstitel zijn vrijgesteld van de stage doch kunnen in volgende gevallen onderworpen worden aan een door het Instituut georganiseerde bekwaamheidsproef. - Wanneer de duur van de opleiding de twee jaar niet overschrijdt of, - wanneer hun opleiding op het vlak van de boekhouding, fiscaliteit, vennootschapsrecht, deontologie en andere vakken waarvan de kennis noodzakelijk is voor de uitoefening van het beroep van boekhouder(-fiscalist) in België, belangrijke verschillen vertoont inzake duur of inhoud ten aanzien van de opleiding die gedekt is door de in België vereiste opleidingstitel. II.C.2 Vakgebieden De bekwaamheidsproef bestaat uit een controle, uitsluitend van de beroepskennis van de aanvrager, die tot doel heeft te beoordelen of deze de bekwaamheid bezit om het beroep van boekhouder(-fiscalist) uit te oefenen. In toepassing van artikel 50 bis, 2, 4 lid heeft de Nationale Raad van het BIBF op 25 juni 2010 beslist dat de bekwaamheidsproef betrekking kan hebben op volgende materies : 1 algemene boekhouding; 2 wetgeving op de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen; 3 algemene beginselen van het financieel beheer; 4 het opstellen, de analyse en de kritische beoordeling van de jaarrekening; 5 organisatie van de boekhoudingsdiensten en van de administratieve diensten van de onderneming; 6 belasting op de toegevoegde waarde; 7 personenbelasting; 8 vennootschapsbelasting; 9 belastingsprocedures; 10 vennootschapsrecht en de wetgeving in verband met ondernemingen in moeilijkheden; 11 beginselen van het arbeids- en sociaal zekerheidsrecht; 12 plichtenleer van de erkende boekhouders en boekhouders-fiscalisten. De bekwaamheidsproef zelf heeft enkel betrekking op die vakgebieden waarbij substantiële verschillen tussen de vereiste en gevolgde opleiding vastgesteld worden door de Uitvoerende Kamer in het kader van het onderzoek van de inschrijvingsaanvraag op het tableau in uitvoering van artikel 50 bis van de Wet van 22 april 1999. De Kamer zal hierbij rekening houden met de opgedane beroepservaring en andere gevolgde bijscholingen. De juiste vakgebieden worden medegedeeld door de Kamer in haar beslissing om een bekwaamheidsproef op te leggen. 7 Voor een omschrijving hiervan verwijzen wij naar de tekst van de wet. 4/7
II.C.3. Voorbereiding bekwaamheidsproef Teneinde de aanvrager toe te laten zich voor te bereiden op de bekwaamheidsproef zal het volgende ter beschikking gesteld worden : codex BIBF syllabi (in PDF) van de seminaries stagiairs die gedurende de twee jaren voorafgaand aan de aanvraag werden gegeven. Voorbeelden van examenvragen en modeloplossingen (website) II.C.4. De bekwaamheidsproef De bekwaamheidsproef wordt tweemaal per jaar georganiseerd door de Stagecommissie. De juiste datum en plaats van de bekwaamheidsproef wordt meegedeeld aan de aanvrager binnen de maand volgend op de beslissing van de Uitvoerende Kamer dat er een bekwaamheidsproef dient afgelegd te worden. De proef bestaat uit een mondeling onderhoud dat plaatsvindt binnen een confraterneel kader. De kennis van het Belgisch reglementair kader wordt getest en met name de materies opgenomen in de beslissing van de bevoegde Uitvoerende Kamer. Verschillende vragen worden gesteld aan de aanvrager door de leden van de stagecommissie teneinde te beoordelen of de kandidaat bekwaam is om het beroep van boekhouder(-fiscalist) in België uit te oefenen. De stagecommissie maakt binnen de maand na de proef een schriftelijk verslag op en maakt dit over aan de aanvrager en aan de bevoegde Uitvoerende Kamer. Op basis van dit verslag beslist de Uitvoerende Kamer over de al dan niet inschrijving op het tableau van de beroepsbeoefenaars. Het verslag preciseert of de aanvrager al dan niet de bekwaamheid bezit om het beroep van erkend boekhouder(-fiscalist) in België uit te oefenen. Op basis van het verslag beslist de Uitvoerende Kamer over de al dan niet inschrijving op het tableau. In geval de aanvrager niet slaagt, kan men een nieuwe proef afleggen binnen een termijn van 6 maanden of 1 jaar naargelang de tekortkomingen die werden vastgesteld en de aanbevelingen van de stagecommissie. In tussentijd mag de de aanvrager het beroep van boekhouder NIET uitoefenen tenzij hij zich inschrijft op de lijst van stagiairs volgens de gewone procedure of voldoet aan de voorwaarden van artikel 52 bis om tijdelijke en occassioneel het beroep uit te oefenen. De aanvrager mag de bekwaamheidsproef maximaal tweemaal afleggen. Tegen een beslissing tot niet-inschrijving is beroep mogelijk bij de Kamer van Beroep. De modaliteiten hiervan worden medegedeeld samen met de beslissing. Indien niet voldaan is aan de voorwaarden van artikel 50 bis of de aanvrager na 2 pogingen niet slaagt in de bekwaamheidsproef kan deze overwegen zijn dossier te laten onderzoeken in toepassing van artikel 50. Doch in dat geval zal de aanvrager een stage dienen te doen en dient hij een aanvraag tot inschrijving op de lijst van stagiairs te doen. 5/7
II.D. De inschrijving op het tableau Na onderzoek of aan de voorwaarden voldaan (al dan niet met bekwaamheidsproef) is, zal de bevoegde Uitvoerende Kamer een beslissing nemen over de inschrijving op het tableau. De aanvrager zal in dit kader volgende gegevens en/of documenten moeten meedelen : 1. Bewijs van beroepsaansprakelijkheidsverzekering - Hetzij het bijgevoegde toetredingsformulier tot de collectieve polis van het BIBF. - Hetzij een attest afgeleverd door een verzekeraar naar uw keuze, waarin deze bevestigt dat u verzekerd bent conform de bepalingen van de referentiepolis van het Instituut.!!!! De verzekering zal slechts een aanvang nemen op datum van de zitting van de Uitvoerende Kamer waarop u aanvaard bent. Deze beslissing zal u per aangetekend schrijven opgestuurd worden. 2. Een uittreksel van de inschrijving bij de Kruispuntbank Ondernemingen: inschrijving gebeurt via een Ondernemingsloket. 3. Een origineel bewijs van aansluiting bij een sociaal verzekeringsfonds voor zelfstandigen of bij de nationale hulpkas voor de sociale verzekeringen voor zelfstandigen, niet ouder dan drie maanden, dat aanduidt dat men is ingeschreven als zelfstandige in hoofd- of bijberoep. 4. Een origineel bewijs van goed gedrag en zeden, niet ouder dan drie maanden. 5.Een origineel en recent bewijs van woonplaats afgeleverd door de bevoegde overheid. Na ontvangst van alle documenten zal een datum bepaald worden waarop de bevoegde Uitvoerende Kamer uitspraak zal doen over de inschrijving op het tableau. De aandacht van de aanvrager wordt gevestigd op : 1. Het beroep van boekhouder is onverenigbaar met handelsactiviteiten (artikel 21 Reglement van plichtenleer 8 ) en dus de aanvrager zal eventueel uitgeoefende handelsactiviteiten moeten stopzetten uiterlijk op de dag van de inschrijving op het tableau. 2. Het beroep kan ook uitgeoefend worden via een vennootschap. Ook deze vennootschap is aan erkenning 9 onderworpen. 3. Indien de aanvrager in de openbare sector tewerkgesteld is, dient deze een attest voor te leggen waaruit blijkt dat de werkgever akkoord is met de zelfstandige activiteit. 4.! De uitoefening van het beroep van zelfstandig boekhouder kan maar beginnen NADAT men is ingeschreven op het tableau van de erkende boekhouders(-fiscalisten.)! De uitoefening van het beroep vóór die datum wordt beschouwd als onwettige uitoefeing en zal strafrechtelijk vervolgd worden. 8 Tekst op www.bibf.be 9 Zie www.bibf.be /beroep/boekhoudvennootschap 6/7
III. U bent onderdaan van een andere toegetreden staat en oefent daar ook het beroep uit en u wil in België tijdelijk en occassioneel het beroep van boekhouder(-fiscalist) uit oefenen? Artikel 52 bis : vrij verkeer van diensten - voorafgaandelijke verklaring - erkenning / beroepservaring - titel De onderdanen van een andere toegetreden staat 10 zijn gemachtigd om tijdelijk en occasioneel de activiteit van boekhouder (-fiscalist) uit te oefenen zonder de voorwaarden van artikel 50bis, 1, a) en b) te moeten vervullen, indien zij op wettige wijze zijn gevestigd in deze toegetreden staat om er hetzelfde beroep uit te oefenen. Als het beroep van boekhouder(-fiscalist) niet gereglementeerd is in deze toegetreden staat, moeten zij dit gedurende ten minste twee jaar tijdens de tien jaar die hun vrije dienstverrichting voorafgaan hebben uitgeoefend. Het tijdelijke en occasioneel karakter van de dienstverrichting wordt individueel beoordeeld door het Beroepsinstituut, inzonderheid in functie van de duur, de frequentie, de periodiciteit en de continuïteit. Het gaat hier dus niet om een vestiging in België doch enkel de uitoefening van het beroep. De bedoelde personen moeten in elk geval een voldoende kennis hebben van de officiële taal (Frans, Nederlands of Duits) waarin de opdracht(en) dienen te worden uitgevoerd. Voorafgaandelijk aan elke dienstverrichting in België, laten ze aan het Instituut een schriftelijke verklaring 11 toekomen die onder andere gegevens bevatten betreffende verzekeringsdekking of soortgelijke individuele of collectieve vormen van bescherming inzake beroepsaansprakelijkheid. Deze verklaring wordt eenmaal per jaar verlengd 12 indien de dienstverrichter voornemens is gedurende dat jaar in België tijdelijke en occasionele diensten te verrichten. Welke titel mag u gebruiken? De dienst wordt verricht onder de beroepstitel van de lidstaat van vestiging, wanneer voor de betrokken beroepswerkzaamheid in die lidstaat een dergelijke titel bestaat. Deze titel wordt vermeld in de officiële taal of één van de officiële talen van de lidstaat van vestiging, teneinde verwarring met de in België beschermde beroepstitels erkend/stagiair boekhouder of boekhouder-fiscalist te vermijden. Wanneer de betrokken beroepstitel in de lidstaat van vestiging niet bestaat, vermeldt de dienstverrichter zijn opleidingstitel in de officiële taal of één van de officiële talen van die lidstaat. 10 Zie voetnoot 2 11 Zie Formulier artikel 52 bis 12 Zie Formulier artikel 52 bis - verlenging 7/7