Programma van maatregelen bij Archeologienota : Zuidstraat 44, Harelbeke (prov. West-Vlaanderen)

Vergelijkbare documenten
Programma van maatregelen bij Archeologienota : Lodewijk Dosfelstraat 26, Dendermonde (prov. Oost- Vlaanderen)

Aanleg van parkeerplaats en regularisatie van tennisvelden. T.C. Wingfield, Vrouwvlietstraat 65, Mechelen. Programma van maatregelen. E.N.A.

Programma van maatregelen bij Archeologienota : Verschansingstraat 43, Antwerpen (prov. Antwerpen)

Vernieuwbouw WZC Zonnewende, Kapellen. Programma van Maatregelen. E.N.A. Heirbaut Met bijdrage van M.J. Nicasie

Bouw van opslagtanks aan de Leon Bonnetweg te Antwerpen. Archeologienota. Programma van Maatregelen. E.N.A. Heirbaut M.J. Nicasie

Bouw van opslagtanks aan de Beliweg te Antwerpen. Programma van Maatregelen. E.N.A. Heirbaut M.J. Nicasie

Programma van maatregelen bij Archeologienota : Uitbreiding woonzorgcentrum Meredal, Erpe-Mere, Vijverstraat 38, Oost-Vlaanderen

Bouwen van een magazijn en regularisatie van parkeerplaatsen aan de Drijhoek 44 te Rijkevorsel. Programma van Maatregelen

Uitbreiding van een bedrijfsruimte en verharding aan de Sint-Lenaartseweg 42-44A te Hoogstraten. Programma van Maatregelen. E.N.A.

INTERPRETATIE VAN DE CRITERIA UIT HOOFDSTUK 5.2 VAN DE CODE VAN GOEDE PRATIJK

Zwijndrecht site INEOS, Project HUB. Programma van Maatregelen. E.N.A. Heirbaut M.J. Nicasie

Nieuwbouw kunstencampus. Karel de Grote Hogeschool, Van Schoonbekestraat 143, Antwerpen. Programma van Maatregelen. E.N.A.

Archeologienota Baron Descampslaan 44 te Wijgmaal (Vlaams-Brabant).

Programma van maatregelen: Ekeren Bredestraat 57

Zwijndrecht site INEOS, Project Alkox 6. Programma van Maatregelen. E.N.A. Heirbaut M.J. Nicasie

Programma van Maatregelen bij archeologienota : Zoo Antwerpen, Antwerpen (prov. Antwerpen) Project uitbreiding mensapengebouw

ARCHEOLOGIENOTA. KNOKKE- HEIST KRAAIENNESTPLEIN (prov. WEST-VLAANDEREN) VERSLAG VAN RESULTATEN BUREAUONDERZOEK

Programma van maatregelen: Londerzeel - Bloemstraat

ARCHEOLOGIENOTA. LEUVEN HERTOGENSITE SINT-RAFAEL (prov. VLAAMS-BRABANT) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Programma van maatregelen: Waasmunster - Schrijbergstraat

Programma van maatregelen: Turnhout - Hoveniersstraat

Programma van maatregelen: Gent Nieuwewandeling

Karel Steverlyncklaan (Ieper, West-Vlaanderen)

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN AARTSELAAR LINDENBOSLAAN

Archeologienota François Benardstraat te Gent (Oost-Vlaanderen).

Programma van maatregelen bij Archeologienota: Hemelrijk, Essen (prov. Antwerpen) Project Quarantainestallen

Verkaveling De Bos te Heist-op-den- Berg (gem. Heist-op-den-Berg) Programma van Maatregelen

Ezaart 147 te Ezaart (gem. Mol) Programma van Maatregelen

Programma van maatregelen: Sint-Kwintens-Lennik (Lennik) Veldstraat

Grote Baan, Weverstraat en Bessenstraat (gem. Meeuwen-Gruitrode) Programma van Maatregelen

Programma van maatregelen: Bouwel (Grobbendonk) Vrijheidsstraat 5

RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke)

Programma van maatregelen: Muizen (Mechelen) - Leemputstraat

Programma van maatregelen: Muizen (Mechelen) - Spreeuwenhoek

ARCHEOLOGIENOTA. KNOKKE-HEIST GEMEENTEPLEIN (prov. WEST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

ARCHEOLOGIENOTA RONSE GROTE MARKT (prov. OOST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

ARCHEOLOGIENOTA. ZOTTEGEM LEEUWERGEMSTRAAT (prov. OOST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Dennenstraat te Eksel (gem. Hechtel-Eksel) Programma van Maatregelen

RAAP België - Rapport 85 Bouw twee handelspanden aan de Hendrik Consciencelaan (Waarschoot)

DEEL 3: PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

ARCHEOLOGIENOTA PROGRAMMA VAN MAATREGELEN ANTWERPEN DELWAIDEDOK

Macieberg (Oostkamp, West-Vlaanderen)

Brouwerijsite (Kortemark, West-Vlaanderen)

Bortierlaan te Diksmuide (gem. Diksmuide) Programma van Maatregelen

Kamerstraat te Hechtel (gem. Hechtel- Eksel) Programma van Maatregelen

Programma van maatregelen: Aalter Sint-Jozefstraat

Genenbosstraat te Lummen

Schiervelde te Roeselare (gem. Roeselare) Programma van Maatregelen

ARCHEOLOGIENOTA. MELLE ROOTPUTTE (prov. 00ST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN VOOR UITGESTELD VOOR- ONDERZOEK MET INGREEP IN DE BODEM

Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa

DEEL 3: PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

ARCHEOLOGIENOTA. ROESELARE HONZEBROEKSTRAAT (prov. WEST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN VOOR UITGESTELD VOOR- ONDERZOEK MET INGREEP IN DE BODEM

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

GEBOUW B (5) BARCELONA. schaal 1/500. voetpad - grijze betondallen. rode betonklinkers GEBOUW B (5) BARCELONA. voetpad - grijze betondallen

Realisatie van appartementen langsheen de Arkenvest Halle

Groenling (Roeselare, West-Vlaanderen)

ARCHEOLOGIENOTA. KORTRIJK LANGEMEERSSTRAAT (prov. WEST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Programma van maatregelen: Kampenhout - Haachtsesteenweg

Koning Albert I-laan 293 (Brugge, West-Vlaanderen)

Boerderijstraat, Venetiëlaan, Spoor- Wegstraat en Politieke gevangenenstraat (gem. Harelbeke) Programma van maatregelen

Archeologienota. Zoutleeuw, Dungelstraat 24

Stationsplein (Beveren-Waas, Oost-Vlaanderen)

Edingseweg (Geraardsbergen, Oost-Vlaanderen)

Archeologienota Gent AZ Jan Palfijn

STADEN RENOVATIE RWZI Aquafinproject

De Lusthoven 96, Kruisberghoeve, Arendonk

Archeologienota met beperkte samenstelling Itterstraat 15 te Kinrooi (Limburg) ADEDE Archeologisch Rapport 152

Averboodse Baan (N165), Laakdal

ADEDE ARCHEOLOGISCH RAPPORT 75: Archeologienota Afrittencomplex E40 te Ternat (Prov. Vlaams-Brabant). Programma van Maatregelen

SINT-PIETERS-LEEUW GROOT- BIJGAARDENSTRAAAT. Archeologienota [2017B C C358] DEEL 3: Programma van Maatregelen. Gunther.

Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst)

GERAARDSBERGEN- DUYTSENKOUTER

ARCHEOLOGIENOTA. WEVELGEM NIEUWSTRAAT (prov. WEST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Archeologienota Roeselare Klaproosstraat

Aldi-Kattestraat te Sint-Truiden (gem. Sint-Truiden) Programma van Maatregelen

Poperinge - Afkoppeling Vleterbeek HB Programma van Maatregelen

Locatie OPZ, Stelenseweg, Geel

Kapellestraat (Waarschoot, Oost-Vlaanderen)

RAPPORTEN VAN ERFPUNT CEL ONDERZOEK 26

Bijlokehof (Gent, Oost-Vlaanderen)

N76, Zwartberg, gemeente Genk

HEMBYSE ARCHEOLOGIE TIELT, SHAMROCK HOTEL

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN HASSELT SASPUT

Post X, facilitair gebouw Berchem

Vanessa Vander Ginst Laurane Dupont Ludo Fockedey. Kessel-Lo, 2016 Studiebureau Archeologie bvba

ARCHEOLOGIENOTA LIER PAUL KRUGERSTRAAT PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

ARCHEOLOGIENOTA. LIEDEKERKE ROZENLAAN (prov. VLAAMS-BRABANT) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Toekomststraat, Hasselt

Archeologienota: Het archeologisch bureauonderzoek aan de Rozenstraat te Niel Annelies De Raymaeker Caroline Dockx

Provinciebaan Westrozebeke (Staden, West-Vlaanderen)

EEKLO MOEIE 2016K517 & 2016K525 Archeologienota DEEL 3: Programma van Maatregelen

Archeologienota: Het archeologisch bureauonderzoek aan de Hermansstraat te Werchter Annelies De Raymaeker

Bavikhove, Eerste Aardstraat

ARCHEOLOGIENOTA PROGRAMMA VAN MAATREGELEN BORNEM INDUSTRIEWEG

Kruisbooglaan (Poperinge, West-Vlaanderen)

Archeologienota light: Het archeologisch bureauonderzoek van de Kerkstraat te Heusden-Zolder Wouter Yperman

Archeologienota:!De!verkaveling!aan!de!Struikheidestraat!te! Muizen!(gemeente!Mechelen)!

Zellik - Aloïs De Deckerstraat / Galgenberg

Zandstraat (Brugge, West-Vlaanderen)

Lijn 50A Brussel-Gent: verbetering waterhuishouding en langswerken, KP 34,6-36,8 Gemeente Lede en Sint-Lievens-Houtem

Transcriptie:

Programma van maatregelen bij Archeologienota : Zuidstraat 44, Harelbeke (prov. West-Vlaanderen) Robby Vervoort Freelance Senior Archeoloog Borgerhout, oktober 2016 1

Titel Programma van maatregelen bij Archeologienota: Zuidstraat 44, Harelbeke (prov. West-Vlaanderen) Auteur Robby Vervoort Opdrachtgever Top Home Building nv Projectcode 2016I151 Plaats en datum Borgerhout, oktober 2016 Reeks en nummer RVFSA-Rapport, Robby Vervoort. Freelance Senior Archeoloog. Niets uit deze uitgave mag zonder bronvermelding worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door print-outs, kopieën, of op welke andere manier dan ook. 2

Inhoud 1. Technische fiche/administratieve gegevens... 3 2. Inleiding... 3 3. Onderzoeksvragen... 6 4. Kennisvermeerderingspotentieel van het projectgebied... 9 5. Programma van maatregelen... 10 1. Technische fiche/administratieve gegevens Naam site Ligging Kadastrale gegevens Bounding Box Harelbeke, Zuidstraat 44 West-Vlaanderen, Harelbeke, Zuidstraat 44 Harelbeke: 3 de Afdeling Harelbeke: Sectie D Perceelnummer: 1536N8 X 76208,2 Y 172582,1 X 76069,4 Y 172481,6 X 76092,0 Y 172450,7 X 76096,4 Y 172415,8 X 76099,3 Y 172374,6 X 76157,7 Y 172390,3 X 76305,4 Y 172475,7 X 76357,8 Y 172476,2 X 76345,1 Y 172523,3 X 76280,3 Y 172573,3 X 76257,8 Y 172581,6 X 76205,3 Y 172545,3 3

Figuur 1: Kadasterkaart met aanduiding van het projectgebied 1 Onderzoek Archeologisch en geschiedkundig bureauonderzoek Projectcode 2016I151 Opdrachtgever Top Home Building nv bvba Gino Feys Contactpersoon opdrachtgever Toon Breyne bvba, ingenieur-architecten Colaertplein 19 bus 2 8900 Ieper Uitvoerder Robby Vervoort. Freelance Senior Archeoloog. Research & Consultancy. Erkend archeoloog Robby Vervoort OE/ERK/Archeoloog/2016/00126 1 www.geo.onroerenderfgoed.be 4

Nummer wettelijk depot Termijn Geplande ingreep Geldende wetgeving en voorwaarden Niet van toepassing 19 september - 20 oktober Sloop van bestaande bedrijfsgebouwen met bijhorende verhardingen, rioleringen en groenaanleg en bouw van 63 woningen, 2 units voor begeleid wonen, 30 assistentieflats en 39 appartementen. Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014. De nota werd opgesteld overeenkomstig de Code van Goede Praktijk. De totale oppervlakte van het kadastrale perceel waarop de aanvraag betrekking heeft, bedraagt 3000m² of meer en de bodemingrepen bedragen meer dan 1000m², zoals bepaald in artikel 5.4.2 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en is gelegen buiten de archeologische zones, opgenomen in de vastgestelde inventaris van archeologische zones. Randvoorwaarden Doelstelling Vraagstelling Op het terrein bevindt zich een fabriekshal en een verharde parking en is dientengevolge niet toegankelijk. Het doel van deze archeologienota is om via de tot op heden beschikbare bronnen (bureauonderzoek) na te gaan wat het archeologische potentieel van het projectgebied is, wat de mogelijke bedreigingen zijn voor het eventueel aanwezige bodemarchief, en hoe hiermee dient omgegaan te worden. - Wat is de landschapshistoriek van het projectgebied? - Welke archeologische sites zijn gekend in of nabij het projectgebied? 5

Thesaurus 2. Inleiding - Welke aanwijzingen bevatten de bestaande bronnen over het archeologische en cultuurhistorisch potentieel van het terrein? - Wat is de impact van de geplande werken? - Levert het huidige bronnenmateriaal voldoende info op? Zo neen, is er een vervolgonderzoek nodig en welke methode levert het meeste informatie op? Archeologienota, bureauonderzoek Naar aanleiding van een stedenbouwkundige vergunning te Harelbeke, Zuidstraat 44, werd gevraagd een archeologienota op te stellen. Daarom werd in de eerste plaats een archeologisch vooronderzoek zonder ingreep in de bodem uitgevoerd (bureauonderzoek). Op basis van de resultaten van dit bureauonderzoek werd vervolgens het hieronder geschreven programma van maatregelen opgesteld. 3. Onderzoeksvragen - Wat is de landschapshistoriek van het projectgebied? Het gebied waar de stad Harelbeke zich ontwikkelde, bevindt zich hoofdzakelijk ten zuiden van de Leie, de rivier die een cruciale rol speelde in de stadsontwikkeling. Bodemkundig behoort het grondgebied van Harelbeke tot de zandleemstreek en meer bepaald tot het Leie-Schelde-interfluvium met een noordelijke overgang naar de alluviale Leievallei. De bodemgesteldheid is overwegend licht zandlemig tot zandig, soms met leemsubstraat op geringe diepte. In de Leievallei is de bodem uitgesproken kleiig. Hieronder schuilen pleistocene afzettingen. Op vele plaatsen in de stad is de oorspronkelijke bodemopbouw gewijzigd of geheel vernietigd onder impuls van verstedelijking en industrialisering; zo ook in het projectgebied waar vanaf 1926-1927 een tapijtenbedrijf wordt opgericht. Op basis van uitgevoerde booronderzoeken bleek dat de bovengrond in het projectgebied zwaar verstoord was. Verder konden geen aanwijzingen worden gevonden waaruit bleek dat het projectgebied in het bijzonder aantrekkelijke kenmerken bevatte voor bewoning in het verleden. De in de omgeving vastgestelde resten uit de Romeinse periode wijzen in de richting van een voorkeur voor droge hoger gelegen zandige tot licht lemig zandige bodems. - Welke archeologische sites zijn gekend in of nabij het projectgebied? In het projectgebied zelf is geen archeologisch erfgoed gekend, gezien er nog geen archeologisch onderzoek heeft plaatsgevonden. Binnen een straal van 1 km verwijderd van het projectgebied zijn in de CAI een noemenswaardig aantal vondslocaties aangeduid die menselijke aanwezigheid/bewoning aantonen gaande van de Steentijd tot en met de Nieuwste Tijd. De resten uit de steentijd betreffen 6

echter allemaal oppervlaktevondsten. De verschillende op het grondgebied aanwezige sites uit de Romeinse periode lijken zich te situeren op de hoger gelegen droge zandige tot licht lemig zandige gronden langs de oevers van de Leie. Een van de belangrijkste sites voor de middeleeuwen en latere periodes is ongetwijfeld de omgeving van het Marktplein waar in het verleden reeds tal van archeologische resten zijn terug gevonden en waar vrij recent (2015) nog een prospectie met ingreep in de bodem werd uitgevoerd. - Welke aanwijzingen bevatten de bestaande bronnen over het archeologische en cultuurhistorisch potentieel van het terrein? Op basis van de geraadpleegde bronnen kan aangenomen worden dat het projectgebied zich in een voor onze voorouders interessante regio bevindt. De bodem zoals die nog bewaard is in bepaalde delen van het projectgebied kan aantrekkelijke genoeg geweest zijn om zich te vestigen in het verleden. De verstoringen in het projectgebied zijn echter van dien aard dat de aanwezige resten een groot deel van hun context verloren zijn. De cartografische bronnen wijzen uit dat Harelbeke een landelijk gebied was met de dichtste bewoning op beide oevers van de Leie en daarbuiten verspreid gelegen hoeves en bebouwing. Op de kaarten van Ferraris en Popp is bebouwing zichtbaar op de grens met het projectgebied. Het projectgebied zelf lijkt de laatste eeuwen in gebruik te zijn geweest als akker en/of weide. De inventaris bouwkundig erfgoed wijst bebouwing van historisch belang uit de 19de en 20ste eeuw aan, vlakbij en iets verder verwijderd van het projectgebied. Het archeologisch erfgoed wijst een bewoning van Harelbeke aan vanaf 10.000-9000 v. Chr. en dat erfgoed is regelmatig verspreid over het grondgebied als men de CAI vondstlocaties in acht neemt. De aangetroffen resten uit de prehistorie betroffen echter oppervlaktevondsten. Door de hoge verstoringsgraad van het projectgebied (het volledige projectgebied is verhard) zullen resten uit deze periode allicht verstoord zijn. Gezien de verspreiding van de verschillende vondstlocaties rondom het projectgebied en de grootte van het projectgebied is de kans reëel dat het projectgebied archeologisch erfgoed bevatte. De kans is niet onbestaande dat er zich geen archeologische resten meer bevinden binnen het projectgebied. Het ontbreken van de context ten gevolge van 20 ste eeuwse activiteiten op het terrein verminderd echter het potentieel op kennisvermeerdering van de eventueel aanwezige resten. - Wat is de impact van de geplande werken? De geplande werken zullen gefaseerd verlopen. In een eerste fase vindt de sloop van de bestaande infrastructuur plaats. De sloopvergunning werd reeds afgeleverd en maakt geen deel uit van deze archeologienota maar zal ongetwijfeld een bijkomende verstoring van het reeds fel geteisterde eventueel aanwezige bodemarchief met zich meebrengen. Dit geldt ook voor de mogelijke saneringen die op basis van het lopende onderzoek dienen te worden uitgevoerd. De saneringen dienen uitgevoerd te worden na de sloop van de bestaande infrastructuur. 7

De impact van de geplande werkzaamheden is bij het schrijven van deze nota nog niet volledig gekend. Op basis van de voor handen bouwplannen is duidelijk dat de assistentieflats en appartementen volledig onderkelderd zullen worden tot een diepte van circa -3,5m en bijgevolg het eventueel aanwezige bodemarchief verder zullen verstoren. Of ook de woningen en units voor begeleid wonen een diepe verstoring van de ondergrond met zich zullen meebrengen is vooralsnog niet bekend. Er moet bijgevolg vanuit gegaan worden dat het al dan niet aanwezige bodemarchief in het gehele projectgebied bedreigd wordt. - Levert het huidige bronnenmateriaal voldoende info op? Zo neen, is er een vervolgonderzoek nodig en welke methode levert het meeste informatie op? Op basis van het bestudeerde bronnenmateriaal kan niet worden aangetoond dat er zich geen archeologische resten in het projectgebied bevinden. De bronnen tonen echter wel aan dat de kans op het voorkomen van sites met een hoog potentieel tot kennisvermeerdering laag is aangezien een groot deel van het projectgebied volledig tot zwaar verstoord werd. Hierdoor kunnen de eventueel aanwezige resten niet in hun ruimere context worden bestudeerd en geven ze enkel informatie omtrent de bewoningsverspreiding op een bepaald moment in het verleden. De nodige inspanning (logistiek en financieel) weegt niet op tegen de mogelijke resultaten. Het niveau waarop zich eventueel archeologische resten bevinden kon niet worden achterhaald op basis van het bureauonderzoek. Het uitgevoerde booronderzoek toont aan dat plaatselijk tot 2 meter geroerde grond aanwezig is. In de Code van Goede Praktijk worden verschillende achtereenvolgende onderzoeksmethodes voorgesteld teneinde de onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden. De diepte van het archeologische niveau kan bepaald worden door gebruik te maken van landschappelijke boringen. Door de aanwezigheid van de verharde parking zou enkel door middel van mechanische boringen de diepte van het eventuele archeologische niveau worden bepaald. Hier werden echter reeds in opdracht van de bouwheer boringen uitgevoerd. Bijkomende boringen op de plaats van de te slopen bebouwing, kunnen enkel na de sloop gebeuren waarvoor de vergunning reeds werd afgeleverd, en lijken ons dan ook eerder nutteloos te zijn en zullen allicht weinig tot geen relevante extra informatie opleveren. Ook een visuele prospectie van het terrein lijkt ons zinloos aangezien het terrein heden bebouwd en verhard. Geofysisch onderzoek biedt mogelijkheden om een zicht te krijgen in de verticale bodemopbouw (GPR) maar heeft als nadeel de hoge kostprijs, de complexe verwerking van de gegevens en het feit dat de verkregen data tevens door bijkomend veldwerk moeten gestaafd worden. De laatste mogelijkheid om de diepte van het archeologische niveau te bepalen is door middel van proefsleuven. Hierdoor kan tevens een inzicht verkregen worden op de aard van de eventueel 8

aanwezige resten in het projectgebied. Echter gezien het lage kennisvermeerderingspotentieel van het projectgebied zal de kostprijs de eventuele output van gegevens niet kunnen verantwoorden. Bovendien kunnen de sleuven enkel worden uitgevoerd in de zones waar zich heden een verharde parking bevindt, een zone die reeds zwaar verstoord werd door de oude gesloopte bebouwing. We kunnen dus concluderen dat de toegepaste methode (bureauonderzoek zonder ingreep in de bodem) geen antwoord bood op alle gestelde onderzoeksvragen, maar dat voldoende informatie werd verzameld om een inschatting te kunnen maken van het kennisvermeerderingspotentieel van het projectgebied en dat er geen bijkomende vooronderzoeken of een vervolgonderzoek dienen te gebeuren. 4. Kennisvermeerderingspotentieel van het projectgebied Het onderzoeksgebied bevindt zich in een regio met een hoog archeologisch potentieel. Op basis van het bureauonderzoek kan gesteld worden dat er zich in de nabije omgeving van het projectgebied resten bevinden die in verband kunnen worden gebracht met de aanwezigheid van de mens in de Nieuwste Tijd en helemaal teruggaand tot het Epi-Paleolithicum (10.000-9000 v. Chr.). De oudste resten betreffen echter steeds oppervlaktevondsten. De resten uit de Romeinse periode lijken zich te concentreren op de hoger gelegen drogere zandige en licht lemig zandige bodems. Het feit dat het grootste deel van het projectgebied reeds werd verstoord door de bestaande bebouwing doet vermoeden dat het eventueel aanwezige bodemarchief zwaar werd aangetast gezien de aard van de verwachte resten. Bovendien zullen de eventueel aanwezige resten nog verder worden aangetast door de sloop en de eventueel vereiste saneringen. De resultaten van de diepsonderingen wijzen uit dat het bovenste deel van de bodem bestond uit geroerde grond. Restanten van bewoning uit de Steentijd, Bronstijd en Romeinse bewoning rondom het projectgebied kunnen betekenen dat deze ook in het projectgebied zelf aanwezig zijn. Op de kaarten van Ferraris en Popp is enkel op de grens van het projectgebied bebouwing zichtbaar. Vlakbij het projectgebied is een Brits oorlogskerkhof gelegen, met graven van het Bevrijdingsoffensief, ontstaan door een concentratie van gesneuvelden uit de omliggende slagvelden. Het feit dat het betreffende perceel zwaar verstoord is, doet ons concluderen dat het projectgebied geen groot potentieel heeft op kennisvermeerdering. De mogelijkheid bestaat dat er zich nog archeologische resten bevinden in het projectgebied. Echter door de hoge verstoringsgraad zal de uit de eventueel aanwezige resten voortvloeiende informatie eerder beperkt zijn. Het is steeds belangrijk bij de studie van archeologische resten om zo veel mogelijk informatie omtrent de context van de aangetroffen resten te kunnen achterhalen. De in de bodem bewaarde informatie is op zich al slechts een gedeelte van het gehele verhaal. Indien hierbij nog een groot deel van de eventueel aanwezige 9

informatie bijkomend werd vernield, betekent dit een verlies aan potentiële informatie omtrent de wel nog bewaarde resten. De belangrijkste bron aan informatie lijkt ons dan ook te bestaan uit het aantonen van menselijke aanwezigheid in een bepaalde periode in het projectgebied. Gezien het beperkte kennisvermeerderingspotentieel lijkt het ons dan ook niet opportuun bijkomende kosten te maken voor verder onderzoek met het oog op eventueel aanwezig archeologische resten in het projectgebied. 5. Programma van maatregelen Er werd een vooronderzoek zonder ingreep in de bodem uitgevoerd, dat aangeeft dat er geen bijkomende maatregelen meer nodig geacht worden in het kader van de geplande werken. Al het vooronderzoek dat noodzakelijk is om met voldoende zekerheid een uitspraak te doen over de aanwezigheid en waarde van archeologisch erfgoed werd uitgevoerd. De impact van de geplande werkzaamheden werd getoetst aan de gekende reeds verstoorde en reeds onderzochte zones, de gekende geologische, bodemkundige en ecologische kenmerken en de gekende archeologische en historische waarden (zie verslag van resultaten van het vooronderzoek). Belangrijk in de afweging van de noodzaak voor verder vooronderzoek zijn de huidige graad van verstoring, het beperkte potentieel tot kennisvermeerdering en de hieraan gekoppelde meerkost ten gevolge van bijkomend onderzoek. Naar aanleiding hiervan zijn geen verdere maatregelen vereist. Daarom wordt geen programma van maatregelen opgemaakt. Deze beslissing steunt op onderstaande redenering. De afweging of verder vooronderzoek noodzakelijk is, gebeurt op volgende wijze: Na iedere fase in het vooronderzoek volgt verder vooronderzoek, zonder ingreep in de bodem of met ingreep in de bodem, indien op basis van de reeds uitgevoerde fase(s) van het vooronderzoek onvoldoende informatie gegenereerd is om: - de hoogstwaarschijnlijke afwezigheid van een archeologische site afdoende te staven Hoewel niet kon aangetoond worden dat er zich geen archeologische resten in het projectgebied bevinden, kon wel voldoende worden aangetoond dat deze resten grotendeels verstoord zijn en dientengevolge geen groot potentieel op kennisvermeerdering hebben. - een gemotiveerde uitspraak te doen over het al dan niet moeten nemen van maatregelen Gezien het ontbreken van mogelijke archeologische resten met een hoog potentieel aan kennisvermeerdering dienen geen verdere maatregelen genomen te worden. - een plan van aanpak voor een archeologische opgraving op te maken Er dient geen archeologische opgraving plaats te vinden in het projectgebied. - een plan van aanpak voor een behoud in situ op te maken 10

Er dient geen plan van aanpak gemaakt te worden voor een eventueel behoud in situ. Op basis van het uitgevoerde vooronderzoek kunnen we besluiten dat er voldoende informatie is gegenereerd om een te bekrachtigen archeologienota op te maken die het ontbreken van potentieel op kennisvermeerdering afdoende staaft. 11