Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2017

Vergelijkbare documenten
BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE IJSSELSTEIN 2017

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2015

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Houten

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

GEMEENTEBLAD. gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten;

Artikel 3.6 Persoonsgebonden budget hulpmiddel en vervoersvoorziening... 5

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE OUD-BEIJERLAND

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE Strijen 2017, tweede versie (1ste wijziging)

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst 2016

GEMEENTEBLAD. Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Houten 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente <NAAM> 2015 concept. Artikel 3.6 Persoonsgebonden budget hulpmiddel en vervoersvoorziening...

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2015 Nr

Financieel Besluit. sociaal domein. Gemeente Oude IJsselstreek

NADERE REGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE IJSSELSTEIN 2018

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2017 Nr

Financieel Besluit Sociaal Domein Gemeente Oude IJsselstreek Burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek;

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hollands Kroon 2015

Bijlage tabel wijzigingen verordening, nadere regels en beleidsregels

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Nunspeet 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hollands Kroon 2015

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2015 GEMEENTE EPE

Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Oud-Beijerland,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BERKELLAND 2015

Tarieventabel bij Verordening maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2017: bij artikel 11 en 12 over Pgb en Eigen Bijdragen

besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Edam-Volendam 2017.

HOOFDSTUK 3 RECHT EN VERPLICHTINGEN MAATWERKVOORZIENING ALS PERSOONSGE- BONDEN BUDGET

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hoogeveen 2015

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Sint- Oedenrode 2015, versie 2 30 juni 2015

Gelet op de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldambt 2017; Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldambt 2018

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Strijen 2018

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Aalten 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning citeertitel: Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Scherpenzeel vastgesteld bij besluit van

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den IJssel,

vast te stellen: FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING EN JEUGDHULP GEMEENTE BERKELLAND 2017

vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal 2015

Gelet op artikel 5b, tweede en derde lid van de Verordening Jeugdhulp gemeente Berkelland 2015;

Prijzen voor te leveren diensten

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2016

besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning Hoogeveen 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015

Tarieventabel bij Verordening maatschappelijke ondersteuning 2017: bij artikel 11 en 12 over Pgb en Eigen Bijdragen

GEMEENTEBLAD. Nr januari Officiële uitgave van de gemeente Capelle aan den IJssel

2. Besluit Besluit maatschappelijke ondersteuning Capelle aan den IJssel oktober 2018.

Beleidsregels zorg voor jeugd gemeente Waterland Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland,

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2015

Gemeente Leidschendam-Voorburg- Besluit maatschappelijke ondersteuning

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Borger-Odoorn,

Besluit: Vast te stellen het navolgende Besluit voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013.

FINANCIEEL BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Achtkarspelen 2012

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2016

Gemeente Zoetermeer. Wmo besluit Zoetermeer 2016

Financieel besluit Wmo gemeente Heerde 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning Hoogeveen 2015

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

Nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Littenseradiel 2015

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Roermond 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2016

Artikel 2.7 Persoonsgebonden budget hulpmiddelen en vervoersvoorzieningen... 5

Non-Professional. Artikel 2. Bedragen persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening Begeleiding Individueel

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2016

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2017, aanpassing tarieven. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Goes;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Voorschoten Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorschoten;

B e s l u i t e n: Burgemeester en wethouders van Purmerend, Gelet op Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2011,

Voorzieningen. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE WIJDEMEREN 2013

Burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek;

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Wormerland 2015

Wetstechnische informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning maatwerkvoorzieningen gemeente Roermond 2016

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grootegast;

FINANCIEEL BESLUIT. maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude

De nadere regels voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Arnhem 2015

b e s l u i t: Vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2017

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Delft Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft,

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oisterwijk 2015

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 10 7 mei 2015

Nadere regel Wmo 2015 Gemeente Ede. Inhoud Inhoud 1. Hoofdstuk 1 - Inleiding 2. Hoofdstuk 2 - Persoonsgebonden budget (pgb) 2. Artikel 1.

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Schouwen-Duiveland 2015

besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Loon op Zand 2015

Financieel besluit maatschappelijk ondersteuning gemeente Leek Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leek;

Financieel Besluit Jeugdhulp en Maatschappelijke ondersteuning gemeente Heerde 2019

NADERE REGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE MONTFOORT 2018

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Boxmeer

CONCEPT (model)besluit BEHORENDE BIJ DE VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2016 gemeente Kerkrade

Hoofdstuk 1 Bedragen persoonsgebonden budget

a) verordening de van toepassing zijnde Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Kerkrade.

Gemeente Nijkerk - Regeling maatschappelijke ondersteuning Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijkerk;

Financieel besluit 2010 Hoofdstuk 1 Regels rond verstrekking en verantwoording. Artikel 1. Regels rond verstrekking en verantwoording

Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning 2018

Financieel Besluit maatschappelijk ondersteuning gemeente Grootegast 2015

Nadere regels verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Amersfoort 2017

Besluit maatschappelijke ondersteuning Oegstgeest 2016

*17int06158* *17int06158*

Besluit maatschappelijke ondersteuning Zevenaar 2016

NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE HILVERSUM 2015

Transcriptie:

GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Lopik. Nr. 187414 29 december 2016 Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2017 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lopik, gelet op de artikelen 1.d, 6.10, 12.4, 12.7, 13.2, 14.5, 16.7, 17.2, 19.1, 19.4, 20, 21 en 26.2 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Lopik 2015; besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2017. Artikel 1. Algemene bepalingen 1. In dit Besluit wordt verstaan onder: a. Wet: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015; b. Verordening: Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Lopik 2015; c. Uitvoeringsbesluit: Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning 2017 (Algemene Maatregel van Best). 2. In dit Besluit wordt verstaan onder: a. Zaak: woningaanpassingen, hulpmiddelen en vervoersmiddelen; b. Diensten: Huishoudelijke hulp, Ondersteuning Zelfredzaamheid 1, 2, of 3, Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 1, 2 of 3, Kortdurend Verblijf en Vervoer van en naar besteding. 3. Alle begrippen die in dit Besluit worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet, de Verordening, het Uitvoeringsbesluit en de Algemene wet bestsrecht (Awb). Artikel 2 Eisen aan toekenning persoonsgebonden budget 1. Een persoonsgebonden budget kan worden toegekend indien de maatwerkvoorziening die met het persoonsgebonden budget wordt aangeschaft of ingekocht, voldoet aan de daaraan te stellen kwaliteitseisen én het doel dat in het ondersteuningsplan staat beschreven. 2. Uit het persoonsgebonden budget kunnen personen uit het sociale netwerk worden betaald, voor zover de zorg de gebruikelijke- en mantelzorg overstijgt en indien: a. dit leidt tot een effectieve en doelmatige ondersteuning zoals beschreven in het ondersteuningsplan; b. deze persoon heeft aangegeven dat de zorg aan de cliënt voor hem niet tot overbelasting leidt. 3. De cliënt dient het persoonsgebonden budget binnen zes maanden na toekenning te besteden aan waar het persoonsgebonden budget voor is toegekend. 4. Het is niet toegestaan het persoonsgebonden budget te besteden aan tussenpersonen, belangenbehartigers, vertegenwoordigers of bemiddelaars. 5. In het geval van een PGB voor een woningaanpassing: a. Is de cliënt aan wie de persoonsgebonden budget is verstrekt voor het realiseren van een woningaanpassing aan de eigen woning verplicht zorg te dragen voor een opstalverzekering die in voldoende mate de te verzekeren waarde van de woning dan wel de getroffen woningaanpassing dekt voor het risico van schade; b. Onmiddellijk na de voltooiing van de aanpassingswerkzaamheden verklaart de cliënt schriftelijk aan het college dat de bedoelde werkzaamheden zijn voltooid. Deze gereed melding is voorzien van een verklaring waaruit blijkt dat bij het treffen van de maatwerkvoorziening is voldaan aan de voorwaarden waaronder het persoonsgebonden budget is toegekend; Artikel 3 Hoogte persoonsgebonden budget 1. De hoogte van een persoonsgebonden budget voor een zaak: a. wordt bepaald op ten hoogste de kostprijs van de zaak die de aanvrager op dat moment zou hebben ontvangen als de zaak in natura zou zijn verstrekt. Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, met een looptijd gelijk aan de verkorte termijn waarop de zaak technisch is afgeschreven, rekening houdend met onderhoud, reparatie en verzekering zoals die door het college aan de aanbieder verschuldigd is. Als de naturaverstrekking een nieuwe voorziening betreft, wordt de kostprijs 1

daarop gebaseerd, rekening houdend met een eventueel door de gemeente te ontvangen korting en rekening houdend met onderhoud en verzekering; of b. kan het college vaststellen op basis van een offerte; c. het persoonsgebonden budget wordt achteraf en per omgaande na ontvangst van de nota( s), uitgekeerd aan cliënt. De cliënt is zo in de gelegenheid om de nota( s) binnen de betalingstermijn met het persoonsgebonden budget te voldoen. 2. De hoogte van het persoonsgebonden budget voor diensten: a. is gerelateerd aan de tarieven waarvoor het college deze diensten heeft ingekocht (bijlage 1); b. wordt bepaald op ten hoogste de kostprijs van de diensten die de aanvrager op dat moment zou hebben ontvangen als de dienst in natura zou zijn verstrekt; c. Het bedrag voor het persoonsgebonden budget dat ten behoeve van de inschakeling van een persoon die behoort tot het sociale netwerk van de cliënt en aan de persoon die niet als beroepskracht wordt aangemerkt, bedraagt maximaal 75% van de goedkoopst passende oplossing in natura (zie bijlage 3). 3. Uit het PGB mogen de bemiddelingskosten en administratiekosten niet apart worden vergoed. 4. Uit het PGB mogen geen feestenuitkering worden vergoed. 5. Het is toegestaan het persoonsgebonden budget te besteden aan reiskosten van de zorgverlener, mits in verhouding en doelmatig. 6. Indien binnen de afschrijvingstermijn (zie bijlage 4) blijkt dat geen recht meer bestaat op de maatwerkvoorziening waarvoor het persoonsgebonden budget is verstrekt, wordt het persoonsgebonden budget naar rato teruggevorderd dan wel de maatwerkvoorziening ingevorderd. Artikel 5 Kostprijs van een voorziening 1. De kostprijs van de maatwerkvoorziening is gelijk aan de prijs waarvoor de gemeente de a. het toegekende en betaalde PGB; b. de hprijs die het college verschuldigd is aan de aanbieder; c. de koopprijs die het college verschuldigd is aan de aanbieder; d. voor diensten geldt het tarief welke het college verschuldigd is aan de aanbieder (zie bijlage 1); Artikel 6 Financiële tegemoetkoming 1. Indien de (voorzienbare) kosten voor een bouwkundige of woontechnische woon-voorziening hoger zijn dan 7.500,- geldt als uitgangspunt dat verhuizing naar een aangepaste woning of naar een tegen lagere kosten aan te passen woning de goedkoopst compenserende voorziening is, tenzij er sprake is van individuele omstandigheden waardoor verhuizen geen adequate oplossing is. 2. Het college kan een tegemoetkoming in de kosten verlenen voor de verhuiskosten die het gevolg zijn van een verhuizing als bedoeld in artikel 10.6 van de Verordening. Het college maximeert de tegemoetkoming voor de verhuiskosten als volgt: a. Eenmalig een bedrag voor de kosten van verhuizing van 1.000,-; b. Eenmalig een bedrag voor de kosten van stoffering en verven/behangen van de nieuwe woning, afhankelijk van gezinsgrootte: a. eenpersoonshuishouden 934,- b. meerpersoonshuishouden 1.500,-. 3. De tegemoetkoming als bedoeld in artikel 5, tweede lid van dit Besluit wordt uitbetaald nadat het college heeft vastgesteld dat de persoon aan wie de tegemoetkoming is toegekend is verhuisd naar de voor hem meest geschikte beschikbare woning. 4. Bij bepaling van kosten voor de aanpassing van de woning of woningsanering wordt rekening gehouden met een lineaire afschrijvingstermijn zoals genoemd in bijlage 4. 5. Het college kan een tegemoetkoming in de kosten verlenen voor de kosten in verband met de aanschaf van een geschikte sportvoorziening welke noodzakelijk is in verband met zelfredzaamheid en participatie. Het college maximeert de tegemoetkoming voor de sportvoorziening als volgt: a. een sportvoorziening 2.527,- eenmalig voor de d van 3 jaar voor de aanschaf en onderhoud van een sportvoorziening; b. indien de sportvoorziening na 3 jaar nog bruikbaar is, kan een vergoeding worden toegekend van maximaal 557,- voor het onderhoud voor de d van 3 jaar. 6. Het college een tegemoetkoming in de kosten verlenen voor de kosten in verband met het zich verplaatsen in de leefomgeving met een eigen auto. Het college maximeert de tegemoetkoming voor de vervoerskosten op 55,40 per maand. 2

7. Geen tegemoetkoming wordt verstrekt indien de oorzaak van de te maken meerkosten voortkomen uit een voorzienbare situatie. Artikel 7 Bijdrage in de kosten 1. De cliënt is een bijdrage in de kosten verschuldigd voor: a. Huishoudelijke hulp; b. Ondersteuning zelfredzaamheid 1, 2 en 3; c. Ondersteuning maatschappelijke deelname 1, 2 en 3; d. Kortdurend Verblijf en respijtzorg; e. Vervoer van en naar besteding; f. Woningaanpassingen; g. Vervoersmiddelen; h. Hulpmiddelen. 2. De bijdrage in de kosten is gelijk aan de maximale bijdrage zoals opgenomen in het Uitvoeringsbesluit en volgen telkens de aanpassingen door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. 3. De eigen bijdrage voor een zaak wordt berekend op basis van de kostprijs van de zaak; dit zijn de kosten die de gemeente voor de voorziening maakt, inclusief kosten voor onderhoud, service en reparatie. 4. De bijdrage in de kosten voor een woningaanpassing wordt gedurende maximaal 39 perioden van 4 weken opgelegd aan belanghebbende. 5. Bij een persoonsgebonden budget wordt de eigen bijdrage berekend over het bedrag dat de klant van de gemeente ontvangt. Uitzondering hierop zijn de persoonsgebonden budgetten voor Ondersteuning Zelfredzaamheid, Ondersteuning Maatschappelijke Deelname (incl. vervoer) en Kortdurend Verblijf. De eigen bijdrage over de PGB s voor deze voorzieningen wordt berekend over 30% van het budget dat de klant van de gemeente ontvangt. 6. De ritbijdrage voor gebruik van de Regiotaxi voor Wmo-vervoerpashouders bedraagt op 1 januari 2017 0,65 per zone. Dit bedrag kan jaarlijks worden geïndexeerd. 7. De bijdrage in de kosten voor maatwerkvoorzieningen zoals genoemd in het eerste lid van dit artikel onder a, b, c en d, wordt berekend, opgelegd en geïnd over de daadwerkelijk geleverde uren over ene periode van vier weken voor het Centraal Administratiekantoor (CAK). a. Bij de maatwerkvoorzieningen in lid 1 onder a, b, c, d en f wordt bij de berekening van de eigen bijdrage uitgegaan van de tarieven zoals genoemd in bijlage 2; b. De bijdrage in de kosten over maatwerkvoorzieningen in lid 1 onder f, g en h van dit artikel worden berekend aan de hand van de daadwerkelijke kostprijs van de voorziening. Artikel 8 Controle op besteding 1. Het college kan ten aanzien van cliënten die een persoonsgebonden budget ontvangen: a. tussentijds een rapportage over de besteding eisen; b. steekproefsgewijs informatie van de besteding van het persoonsgebonden budget opvragen; c. de besteding van het persoonsgebonden budget inhoudelijk laten beoordelen door een medewerker van het Breed Sociaal Loket of met een door het college in te schakelen derde. 2. De cliënt is eraan gehouden volledige medewerking te verlenen aan verzoeken van het college genoemd in het eerste lid. 3. In geval van weigering van medewerking kan het college op grond van artikel 14.3 lid d en 15.1 van de Verordening overgaan tot terugvordering. Artikel 9 Inwerkingtreding en Citeertitel 1. Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2017. De Wmo Beleidsregels 2015 worden ingetrokken op dezelfde datum. 2. Deze beleidsregels worden aangehaald als: Besluit Wmo 2017 gemeente Lopik. Aldus besloten in de collegevergadering van 20 december 2016. Het college van burgemeester en wethouders van Lopik; de secretaris, (H. Capel) de burgemeester, (mw. Mr. R.G. Westerlaken-Loos) 3

Bijlage 1 Tarieven maatwerkvoorzieningen diensten 2017 De volgende tarieven gelden vanaf 1 januari 2017 voor zorg in natura voor de producten huishoudelijke hulp en begeleiding: Tabel 1. Tarieven maatwerkvoorzieningen huishoudelijke hulp en begeleiding ZIN, 2017 Product Huishoudelijke hulp 1 Huishoudelijke hulp 2 tarief 22,89 25,44 per code 01A04 01A05 Ondersteuning Zelfredzaamheid 1 Ondersteuning Zelfredzaamheid 2 Ondersteuning Zelfredzaamheid 3 40,00 52,00 65,00 10A37 10A41 10A45 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 1 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 2 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 3 29,00 44,00 57,00 deel deel deel 10A46 10A50 10A54 Kortdurend Verblijf Zorgcomponent 3,5 OZR1 25,97 140,00 04A01 Vervoer besteding/behandeling V&V Vervoer besteding GGZ Vervoer besteding GHZ extramuraal Vervoer besteding GHZ rolstoel extramuraal 7,02 6,84 8,28 08A01 08A05 08A06 08A02 4

Bijlage 2. Tarieven Eigen Bijdrage 2017 De eigen bijdrage wordt door het CAK berekend over de volgende tarieven: Tabel 2. Tarieven waarover de eigen bijdrage wordt berekend, 2017 Product tarief per Huishoudelijke hulp 1 Huishoudelijke hulp 2 22,00 code 7 6 Ondersteuning Zelfredzaamheid 1 Ondersteuning Zelfredzaamheid 2 Ondersteuning Zelfredzaamheid 3 403 404 405 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 1 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 2 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 3 deel deel deel 411 412 416 Kortdurend Verblijf Zorgcomponent 3,5 OZR1 447 Vervoer besteding/behandeling V&V Vervoer besteding GGZ Vervoer besteding GHZ extramuraal Vervoer besteding GHZ rolstoel extramuraal 7,02 6,84 8,28 441 438 439 440 5

Bijlage 3. Tarieven PGB Product Huishoudelijke hulp 1 Huishoudelijke hulp 2 max. tarief inzet professionele organisatie 22,89 25,44 tarief inzet sociaal netwerk 15,- per Ondersteuning Zelfredzaamheid 1 Ondersteuning Zelfredzaamheid 2 Ondersteuning Zelfredzaamheid 3 40,00 52,00 65,00 30,00 39,00 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 1 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 2 Ondersteuning Maatschappelijke Deelname 3 29,00 44,00 57,00 21,75 33,00 deel deel deel Kortdurend Verblijf Zorgcomponent 3,5 OZR1 25,97 140,00 19,48 105,00 Vervoer besteding/behandeling V&V Vervoer besteding GGZ Vervoer besteding GHZ extramuraal Vervoer besteding GHZ rolstoel extramuraal 7,02 6,84 8,28 6

Bijlage 4. Afschrijvingstermijnen Afschrijvingstermijn hulpmiddelen: Voor volwassenen: 7 jaar; Voor kind: 5 jaar. De restwaarde van de nieuwwaarde van het hulpmiddel wordt berekend volgens onderstaande methodiek; 0 - < 1 jaar: 70 %; 1 - < 2 jaar: 60 %; 2 - < 3 jaar: 45 %; 3 - < 4 jaar: 35 %; 4 - < 5 jaar: 25 %; 5 - < 6 jaar: 15 %; 6 - < 7 jaar: 5 %. Afschrijvingstermijn badkamer: 20 jaar; Afschrijvingstermijn keuken: 20 jaar; Afschrijvingstermijn vloerbedekking en gordijnen: 7 jaar. 7