1 Galaten Vrij van de wet, leven door de Geest Michael A. Eaton Stichting Kerygma Nederland Baron van Nagellstraat 9a 3781 AP VOORTHUIZEN Tel 0342-475048 internet www.kerygma.nl Verkondiging van Jezus Christus
even door het oord 2 Copyright 2005 Michael Eaton Origionally published in English under the title: Galatians (Preaching Through the Bible) by Sovereign World Ltd PO Box 784, Ellel, Lancaster, LA1 9DA, United Kingdom www.sovereignworld.com All rights reserved. Oorspronkelijke titel: Preaching through the Bible Galatians ISBN: 1-85240-415-9 Copyright 2008 Stichting Kerygma Nederland Vertaling: Janny Bosman Omslagontwerp: CreatiefOffensief, Amersfoort Voor de in dit boek voorkomende bijbelteksten is gebruik gemaakt van de NBV-vertaling, tenzij anders vermeld. ISBN: 978-90-807686-7-3 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part of this work may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm or any means without written permission of the publisher.
3 Inhoudsopgave Voorwoord Kerygma 6 Voorwoord van de auteur 7 Hoofdstuk 1 Gezag, schuld en godsvrucht 11 Hoofdstuk 2 Op de bres voor het enige evangelie 17 Hoofdstuk 3 Het evangelie: door God geopenbaard 21 Hoofdstuk 4 Waarom werd Paulus niet eerder gered? 25 Hoofdstuk 5 Paulus bekering 29 Hoofdstuk 6 Paulus en Jeruzalem 35 Hoofdstuk 7 Paulus tweede bezoek aan Jeruzalem 41 Hoofdstuk 8 Het evangelie verduidelijkt 45 Hoofdstuk 9 Eenheid in het evangelie 49 Hoofdstuk 10 Confrontatie in de gemeente 53 Hoofdstuk 11 Geen gerechtigheid door de wet 57
even door het oord 4 Hoofdstuk 12 Kent u het evangelie nog? 61 Hoofdstuk 13 Gerechtvaardigd door het geloof van Christus 65 Hoofdstuk 14 Leidt Paulus leer tot zonde? 69 Hoofdstuk 15 Met Christus gekruisigd 73 Hoofdstuk 16 Het ontvangen van de Heilige Geest 77 Hoofdstuk 17 Abraham, de modelgelovige 81 Hoofdstuk 18 Gered van de vloek van de wet 85 Hoofdstuk 19 Het evangelie volgens Abraham 91 Hoofdstuk 20 Waarom dan toch de wet? 97 Hoofdstuk 21 Israël en de wet van Mozes 103 Hoofdstuk 22 De beloften aan Abraham 107 Hoofdstuk 23 De Geest van adoptie 111 Hoofdstuk 24 Hoe is het mogelijk?! 115 Hoofdstuk 25 De pastor en zijn kudde 119
5 Hoofdstuk 26 Sara en Hagar 125 Hoofdstuk 27 Kracht vanuit het hemelse Jeruzalem 129 Hoofdstuk 28 De gerechtigheid waarop wij hopen 133 Hoofdstuk 29 Waar gaat het om? 139 Hoofdstuk 30 Vrijheid - blijheid 143 Hoofdstuk 31 Het vlees en de Geest 147 Hoofdstuk 32 De vrucht van de Geest 153 Hoofdstuk 33 Volg het spoor van de Geest 157 Hoofdstuk 34 De wet van Christus 161 Hoofdstuk 35 Zaaien en oogsten 165 Hoofdstuk 36 Beroem je op het kruis van Christus 169 Hoofdstuk 37 Een nieuwe schepping 173 De serie Leven door het Woord 177
3:10-14 85 Hoofdstuk 18 Gered van de vloek van de wet Paulus heeft aangetoond dat Abraham alleen gerechtvaardigd werd vanwege zijn geloof in de belofte aangaande Jezus (3:6-9). Nu legt hij ons nog een aspect van deze kwestie voor. 1. De wet veroordeelt ons Nog een reden waarom wij niet door de Mozaïsche wet gerechtvaardigd kunnen worden, is dat de wet ons alleen maar kan vervloeken! Wij, die ons vertrouwen op Jezus hebben gesteld zijn voor altijd van die vloek bevrijd (3:10-14). Het is door geloof dat we Gods zegen ontvangen. Maar iedereen die op de wet vertrouwt is vervloekt, want er staat geschreven: Vervloekt is eenieder die niet alles doet wat het boek van de wet bepaalt (10). De wet vraagt gehoorzaamheid! De enige vergeving die het bracht was een rituele en symbolische vergeving. Als je zondigde tegen het aanbiddingsysteem van de tabernakel kon je vergeving ontvangen, maar die vergeving hield alleen in dat je dan weer binnen het Israëlitische kamp mocht wonen. Voor iets heel ernstigs was er geen manier om vergeving te ontvangen. De gelovige kon in zijn geweten nooit helemaal gelukkig zijn. Hij bleef zich altijd schuldig voelen over iets ernstigs, zo lang hij het verwachtte van de wet van Mozes. Het was onmogelijk dat het bloed van stieren en geiten zonden zou kunnen wegnemen. De wet eiste volkomen gehoorzaamheid en vervloekte ongehoorzaamheid. Paulus haalt Deuteronomium 27:26 aan (en voegt er het woordje al(les) aan toe uit verzen als Deut. 28:1). Paulus gaat ervan uit dat niemand zich aan de wet kan houden. Wel uiterlijk misschien, genoeg om voor anderen
even door het oord 86 als fatsoenlijk door te gaan. Op deze manier voldeed Paulus aan de wet (zie Fil. 3:6). Maar als hij probeerde zich aan het tiende gebod te houden, ontdekte hij dat het hem niet lukte. Door het tiende gebod: Gij zult niet begeren (NBG) of Zet je zinnen niet op andermans bezittingen (NBV), worden allerhande verkeerde vleselijke verlangens opgewekt. De zondige kant van onze natuur wordt door de wet opgestookt. Wrok en bitterheid tegen God steken de kop op als we proberen onder de wet te leven. Dus slagen we er niet in om de wet te houden en komen we onder haar vloek. 2. De rechtvaardige zal leven door geloof De oudtestamentische profeet Habakuk wees op geloof als de manier om leven te vinden. Dat niemand door de wet voor God rechtvaardig wordt, is volkomen duidelijk, want er staat ook geschreven: De rechtvaardige zal leven door geloof, zegt Paulus (11). De wet verlangt gehoorzaamheid, maar daar hebben we niet veel aan, aangezien niemand ook maar in de buurt komt van echte gehoorzaamheid. Alleen Farizeeën denken dat ze de wet gehoorzamen, en vreemd genoeg zijn ze blind voor wie ze werkelijk zijn in de verborgen aspecten van hun leven. Ze kunnen proberen iemand te vermoorden en toch trots zijn op hun gehoorzaamheid aan de wet (kijk maar naar wat er gebeurde in Joh. 18:28)! Jezus zei tegen hen: Ach, jullie Farizeeën! De buitenkant van de beker en de schotel reinigen jullie, maar jullie eigen binnenkant is vol roofzucht en slechtheid (Luc. 11:42). Ze faalden volkomen, daar waar het ging om gerechtigheid ten opzichte van anderen en de liefde tot God (Luc. 11:42). De ware gehoorzaamheid komt pas nadat we levend voor God geworden zijn, en we gaan pas echt op God reageren nadat we aangenomen zijn en een nieuw leven hebben gekregen. Als Habakuk zegt: De rechtvaardige zal door geloof leven, is dat een weerklank van Genesis 15:6. In de allereerste plaats is het door
3:10-14 87 geloof dat de rechtvaardige rechtvaardig is. Habakuk 4:2 is een echo van de woorden in Genesis 15:6, en Genesis 15:6 vertelt ons hoe Abraham rechtvaardig werd voor God. Abraham geloofde God en dat (zijn geloof als zodanig) werd hem toegerekend als gerechtigheid. Habakuk sluit zich aan bij Genesis 15:6 en gaat nog een stapje verder. De gelovige wordt levend. Door zijn geloof in Jezus stroomt er een geestelijke energie in hem. Wanneer Paulus (net als Habakuk) zegt dat de rechtvaardige door het geloof zal leven, denkt hij aan het nieuwe leven dat we door de Heilige Geest ontvangen. Als we met God in het reine zijn, staan we open om leven te ervaren. We hebben het leven van God in onze ziel, gevoeligheid voor God, verlangen en energie om Hem te dienen, het vermogen om Zijn stem te horen en Zijn Woord te verstaan. We leven! 3. Geloof komt in de wet niet voor De joodse wet was totaal anders. Paulus zegt: De rechtvaardige zal leven door geloof (11). De wet daarentegen is niet gegrond op geloof, want er staat: Wie doet wat de wet voorschrijft, zal leven (12). De wet vroeg geen geloof, maar gehoorzaamheid. Het woord geloven komt in de hele wet van Mozes niet voor. Er zijn een paar verwijzingen naar geloven tussen de tijd dat Israël bij de Sinaï was en de preken van Mozes veertig jaar later (Ex. 19:9; Num. 14:11; Deut. 1:32), maar niets daarvan komt in de wet zelf voor. Je kon uiterlijk, en volgens de mensen die op je letten, gehoorzaam lijken. Maar het vroeg geen geloof. Paulus zei dat hij dat niveau van gerechtigheid al bereikt had toen hij nog niet bekeerd was. Saulus van Tarsus ging ervan uit dat hij naar de maatstaven van de wet onschuldig was (Fil. 3:6). De wet was ervoor gemaakt om de onbekeerde en niet wedergeboren mensen in Israël onder controle te houden. Geloof werd in de wet zelfs niet genoemd! 4. Vrijgekocht van de wet Christus heeft Israël vrij gezet van de wet en opende de weg voor de heidenen om zich bij het volk van God aan te sluiten. Maar Christus
even door het oord 88 Jezus heeft ons vrijgekocht van deze vloek door voor ons te worden vervloekt, want er staat geschreven: Vervloekt is ieder mens die aan een paal hangt (13). Christus zette ons vrij. Het woord betekent: kocht ons vrij door een prijs voor ons te betalen. Paulus denkt hierbij aan Joden. Hij gebruikt het woord ons of wij op dezelfde manier als in Galaten 2:15. Christus heeft ons vrijgekocht. Het doel is dat door hem de heidenen (NBG) zouden delen in de zegen van Abraham.. De wet kon ons, Joden, slechts vervloeken, zegt Paulus, maar Christus nam de vloek weg door die zelf op Zich te nemen. De heidenen zaten niet onder de wet en hoefden er dus ook niet van bevrijd te worden (hoewel er veel heidenen waren die bewondering voor de wet hadden en zichzelf eronder plaatsten!). Joden zondigen tegen de wet heidenen zondigen tegen het geweten. Maar toen Christus stierf om Israël te redden, redde Hij tezelfdertijd de hele wereld. Toen Hij de Joden vrijkocht van de vloek van de wet, was ditzelfde offer voor de zonde een offer voor iedereen, of die nu wel of niet onder de wet zat. Het woord vrijkopen suggereert dat verlossing van de wet alleen gebeuren kon door het betalen van een hoge prijs. Christus dood was die prijs. Hij kocht ons vrij (zegt Paulus) door een vloek voor ons te worden. Zijn dood nam de plaats in van degenen die Gods wet gebroken hadden. Door zijn dood aan het kruis, waarmee hij de zonde en de vloek op zich nam, opende Jezus de weg voor de heidenen om deel van Gods volk te worden. De heidenen werden door de wet van Mozes verhinderd om zich bij het Israël van God te voegen. Door zijn dood aan het kruis kocht Jezus elke joodse gelovige vrij van de wet - en bijgevolg nam Hij de wet helemaal weg. Het wegnemen van de wet maakte het de heidenen mogelijk om in Jezus te geloven en zich bij het volk van God te voegen. Paulus legt dit in Efeziërs 2:11-22 heel gedetailleerd uit, maar hier wordt er ook heel even aan gerefereerd.
3:10-14 89 5. Verzegeld met de Heilige Geest Het zegel van de redding van de heiden is de gave van de Heilige Geest. Zo (door middel van het dragen van de vloek op het kruis) zouden door Hem alle volken delen in de zegen van Abraham en zouden wij, zoals ons is beloofd, door het geloof de Geest ontvangen (14). Toen de weg voor de heidenen geopend was om in Christus te geloven (doordat er een zoenoffer voor de zonde was gebracht), was het ontvangen van de Heilige Geest het bewijs dat ze door God aangenomen waren. Feitelijk bestond de wereldwijde zegen van Abraham uit de vervulling met de Heilige Geest.