MICROPACK - MICRORACK 25

Vergelijkbare documenten
MICROPACK - MICRORACK 25

MEMOPACK 30. Gebruiksaanwijzing. Lighting Technologies MN

MEMORACK 15 MEMORACK 30

RGB wand bedieningspaneel DMX sturing en PWM output

Spanningdriver LEDVD5CH20A-V7 Real Time Clock met LCD scherm

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-seriedimmer-basiselement. Universeel-seriedimmer-basiselement. Best.nr.

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden.

Inhoudsopgave. Handleiding: MC v2.0a. Pagina - 1 -

COMPACTE DRAADLOZE SCHAKELAAR

TOMA. De TOMA regelaar is gebouwd volgens de strenge Europese veiligheidseisen en voorzien van een CE keurmerk.

1 Veiligheidsinstructies

1103/2 Sinthesi lezermodule Proximity

* /1 * /1 * x40

KABELTESTER en DIGITALE MULTIMETER. Turbotech TT1015

G. Schottert Handleiding Freekie 1. Nederlandse handleiding. Freekie DMX ADRES INSTELLINGEN 1

Bestnr Micro Micro 2+ suevia Digitale schakelklok Data Micro +/2+

Spanningdriver LEDVD5CH20A-V11 WiFi interface met LCD display

START SET DRAADLOOS SCHAKELEN

Smoove Origin RTS. Instalatiehandleiding

Gumax Terrasverwarmer

AANVULLEND INSTRUCTIEBOEKJE LUCHTVERWARMER. TYPE TR Duct. Kanaal uitvoering

MT ELEKTRONISCHE REGELAAR. Montage & gebruiksvoorschriften

Spanningdriver LEDVD5CH20A-V10 RJ45 Ethernet connector

Handleiding RGB Led Lamp

Spanningdriver LEDVD5CH20A-V9 DALI interface met LCD display

Spanningdriver LEDVD5CH20A-V12 ZigBee interface met LCD display

1. BESCHRIJVING. power LED. sigarettenplug. ON/OFF schakelaar. ventilator. AC uitgangsstopcontact. zekering 2. AANSLUITINGEN

Installatie handleiding Emergency Battery System.

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT

ALGEMENE MODULE SPECIFICATIES. Voedingsspanning module V DC (tussen klemmen 11 & 12)

Gumax Terrasverwarmer

KEYSTONE. OM8 - EPI 2 AS-Interface module Handleiding voor installatie en onderhoud.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding

Gebruikershandleiding

Magic Box-II AL20 Series Introductie

1. BESCHRIJVING spanningsindicator. voedingsschakelaar. AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen. ventilator 2. VERBINDINGEN

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-dimmer, Basiselement voor parallelaansluiting

MC 885 HL CMP Hoog/Laag Brander Thermostaat

1. BESCHRIJVING. "-" aansluiting. power LED. ventilator "+" aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2.

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY

Spanningdriver LEDVD5CH20A-V8 0-10V interface met display

HANDLEIDING CIFERO XT CODEKLAVIER

Spanningsdriver LEDVD5CH10A-V11 WiFi interface met LCD display

PACK TYXIA 541 et 546

Spanningdriver LEDVD5CH20A-V4 Real Time Clock

LPTC801 8-KANAALS DIMSONCOLE

DIGITALE STROOMTANG - KEW SNAP MODEL 2017/2027RMS voor het meten van wisselstroom. Klauwen. Klauwopener. Bereikkeuzeschakelaar. Veiligheidsarmband

Gebruikershandleiding

Multi Purpose Converter 20A

Montagevoorschriften

RGBW Wi-Fi naar RF omvormer

VERMOGENVERSTERKER VPA2650M

Aansluitingen achterkant. Voedingsspanning. Midi THRU. Midi OUT. Audio IN 100 mv mono cinch. Voetschakelaar jack 6,3mm STEP.

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *

handleiding master aansluitmodule 6 zones - 230V/24 V

Gebruikershandleiding

Inleiding. Inhoudsopgave: Omschrijving. 1.1 Het toetsenbord De displays Lampjes Vaste programma's Vrije programma's 3.

Ontvanger met GSM-transmissie GSM 700

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Basiselement jaloezie- en rolluikbesturing zonder parallelaansluiting

All-in-one warmtepomp water verwarming BOI-200/260

LPTTX KANAALS SOFT TOUCH DMX SCHAKELPANEEL

1. Specificaties Algemeen Inhoud verpakking Modelspecifiek Veiligheidsnormen en beveiligingen...

Spanningsdriver LEDVD5CH10A-V10 RJ45 Ethernet connector

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

ELIOS DIN GEBRUIKSAANWIJZING

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK JB SYSTEMS 1/6 LED 1CH DIM WALL

AQUASNAP Bedieningspaneel

Sinthesi Deuropenermodule

Handleiding GSM kiezer TKGSM-431 versie 13V1.2. Afmeting breedte circa 20,4 cm hoogte circa 14 cm.

COMPACTE DRAADLOZE SCHAKELAAR

STAKA. Handleiding elektrische bediening. Dakluiken Flachdachausstiege Roof access hatches Trappes de toit

Handleiding AT1G Toegangscontrole Module. rev ver1

Spanningsdriver LEDVD5CH10A-V12 ZigBee interface met LCD display

HANDLEIDING MULTIMETER MET AUTOMATISCHE BEREIKKEUZE MODEL TT 201

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. LB-management. Draaidimmer Standaard led

Technische handleiding Versie 01/11 SERVER-CONTROL

Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 4 en/of Color Player 4 receiver.

Verkorte Gebruiker Handleiding

RCW Afstandsbediening

Snel aan de slag Installatiegids (versie 1.0)

CODUMÉ SCVU2 TECHNISCHE FICHE. Een vooruitstrevende techniek! EPB conform.

Heating Slim Receiver io 2 kw

Binnenontvanger verlichting RTS - opbouw. Installatiehandleiding

U heeft zowel een AudioCast Zender als een AudioCast Ontvanger nodig om een compleet SoundCast AudioCast systeem te vormen!

NPS-16 Burenalarmeringssysteem

SC Standalone 2-deurs toegangscontrolesysteem INHOUD: 1. KENMERKEN. 61 mm. 1

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

Uitsluitend aansluiten op de spanning en frequentie zoals aangegeven op het typeplaatje.

GEBRUIKSAANWIJZING EIGENSCHAPPEN VOOR HET GEBRUIK

Trevler AIR handleiding. Opmerkingen

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud

HANDLEIDING WINDMETER IED SAG-105WR (10/2009)

Waarschuwingen. Het onderstaande symbool geeft belangrijke of nuttige informatie aan die u in gedachte dient te houden.

HANDLEIDING PROGRAMMAREGELAAR 40/16 SE

Gebruiksaanwijzing Tafelweegschalen. Adam Equipment GBK-serie

MotorControl gebruiksaanwijzing V3 vanaf softwareversie 2.0e

Domotica in drie stappen: Systeem omschrijving: DDNET:

Dimmerunit SCI 0110T. Lees voor het installeren eerst dit document Inhoud. 1 Veiligheidsvoorschriften. 2 Installatie voorschriften

Lichtsturing Dimt waaier aan lampen

Transcriptie:

- Gebruiksaanwijzing MN 3012 1106.03.012

Inhoud Veilig gebruik 2 Ontvangst en uitpakken 2 Beschrijving 3 Frontpaneel 4 Standaard uitvoeringen 5 Productbeschrijving 6 MENU 17 Foutmeldingen (belangrijk!) 26 Speciale onderhoudsfuncties 27 In gebruikname 30 Microprocessor kaart (CPU) PCB 1337 32 Microprocessor kaart (CPU) PCB 1410 33 Allerlei 34 Elektrische Karakteristieken 36 Mechanische karakteristieken 37 Installeren van de Analoge Ingangen kit 38 Onderhoud 41 Plan 42 Handleiding - pagina 1

Ontvangst en uitpakken Open de doos en onderzoek de dimmer zodra u hem ontvangen hebt. Als u enige schade opmerkt, neem dan onmiddellijk contact op met de transportfirma en laat uw klacht registreren. Wees ervan overtuigd dat uw dimmer in perfecte staat verkeerde toen hij onze fabrieken verliet. Kijk na of het geleverde materiaal in overeenstemming is met de verzendingsnota, en of deze laatste conform uw bestelling is. Is dit niet het geval, contacteer dan onmiddellijk uw leverancier die de toestand zal opklaren om u volledige voldoening te schenken. Als er niets beschadigd is, plaats de dimmer terug in de verpakking en plaats deze in een warme ruimte, vrij van stof en vocht, in afwachting van de definitieve ingebruikname. Laat het materiaal onder geen voorwaarde op een werf. Veilig gebruik Het dimmer is een professionele, volledig digitale dimmer die gebouwd is in overeenstemming met de Europese veiligheidsnormen EN 60950 en EN 60204. Dit toestel van Klasse I is ontworpen en geproduceerd volgens EN 60950 en moet in ieder geval voorzien worden van een veilige aarde-aansluiting in overeenstemming met de lokale wetten en reglementen. Open het dimmerblok nooit onder spanning, om het risico op elektrische schokken te vermijden. De toegang tot het inwendige van de dimmer is niet vereist voor normaal gebruik. Laat het onderhoud en herstellingen uitsluitend over aan gekwalificeerd personeel. Koppel steeds de voedingsspanning af alvorens de dimmer te openen voor nazicht of onderhoud. GEVAAR! DODELIJKE SPANNINGEN IN HET TOESTEL IEDERE GEBRUIKER MOET KENNIS NEMEN VAN DE PARAGRAAF OVER FOUTMELDINGEN Aansluiten aan een verkeerde voedingsspanning kan uw MICROPACK/MICRORACK onherstelbaar beschadigen. Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker om hem op een normale manier te gebruiken en de aangesloten toestellen te controleren. Dit professioneel apparaat is speciaal ontworpen voor een eenvoudige bediening. Het is aangewezen en veiliger om installatie en onderhoud door ervaren en gekwalificeerd personeel te laten uitvoeren. Belangrijke opmerking betreffende voedingskabels Voedingskabels en aansluitingen zijn een belangrijk onderdeel van de veiligheid van de installatie. trek de kabel nooit uit onder belasting; onderbreek de voeding met een lastschakelaar, de automaat of de hoofdzekeringen kontroleer regelmatig en bij elke aansluiting kabels en stekkers op mogelijke beschadigingen leg voedingskabels en stuurkabels zoveel mogelijk gescheiden Handleiding - pagina 2

Beschrijving Volledig digitaal dimmerrack, voor toepassingen waarbij volume, kostprijs en bedrijfszekerheid de belangrijkste criteria zijn. Geschikt voor gedecentraliseerde installaties en als aanvulling bij vaste installaties, verhuur of op tournee. MICROPACK - 6 x 2,3 kw - Draagbaar - 12 x 2,3 kw - Rack Voor gebruik in flight-cases of in 11 R 180 voor vaste opstelling. Afmetingen (mm) 350 x 445 x 133 Netto gewicht (kg) 14 Verpakking (mm) 460 x 595 x 245 Bruto gewicht (kg) 16 Afmetingen (mm) 484 x 500 x 133 Netto gewicht (kg) 17 Verpakking (mm) 540 x 595 x 245 Bruto gewicht (kg) 19 Voornaamste kenmerken klavier met 3 toetsen, display met 4 karakters en een gebruiksvriendelijk menu dat een eenvoudige toegang geeft tot alle funkties van de dimmers testen van elke dimmer afzonderlijk (dimmen of looplicht) per dimmer keuze uit 10 dimmerkurves hoge resolutie van de fade (4000 stappen) aanhouden van de laatste lichtstand bij wegvallen van het DMX signaal onbeperkt opslaan van de geprogrammeerde parameters beveiliging tegen het accidenteel aansluiten op 400 V indicaties m.b.t. de werking: 400 V - oververhitting - werking van de processor - aanwezigheid van het DMX signaal - niveaus op DMX en analoge ingang (%) kiezen van het adres van de eerste dimmer memorisatie van een lichtstand koeling door een of twee hoogwaardige geruisloze ventilatoren met automatische uitschakeling automatisch geleidelijk uitfaden van de dimmers bij te hoge temperatuur Technische kenmerken voeding in ster 230 V / 400 V 3NPE (TN-S) beveiliging met éénpolige zekeringen met verklikkerlampje 'zekering OK'; 1P+N beveiliging in optie geschikt voor een continu gebruik bij 35 C en 12 x 10 A (2,2 kw bij 220 V; 2,4 kw bij 240 V) DMX512/1990 (XLR 5) sturing; en in optie analoge sturing 0/+10 V (DB25) galvanisch gescheiden DMX ingang voldoet aan de geldende Europese normen en draagt het CE teken Architecturale toepassingen De analoge ingangen laten sturing toe door middel van analoge lichtregelaar (0/+10V) schakelaar met drie standen (meer - minder - stop); één schakelaar kan één of meerdere dimmers sturen Handleiding - pagina 3

Frontpaneel MICROPACK - 6 x 2,3 kw - Draagbaar - 12 x 2,3 kw - Rack Indicaties op het frontpaneel aanwezigheid van DMX signaal werking van de microprocessor waarschuwingen in geval van storingen: te hoge temperatuur, DMX fout, foutieve aansluiting 400 V, defecte ventilator,... aanduiding in % van het niveau van de sturing (DMX of analoog) Stuursignalen digitaal: DMX512/1990 op XLR5 connector nummering van de aansluitingen is vermeld op het frontpaneel Opties 6 analoge ingangen 0/+10 V op DB25-S connector voor MICROPACK 12 analoge ingangen 0/+10 V op DB25-S connector voor Beveiliging MICROPACK: beveiliging van de fase door zekeringen (HRC 6 x 32 mm) geschikt voor een continue belasting van 10A : beveiliging van de fase door zekeringen (HRC 10 x 38 mm) geschikt voor een continue belasting van 10A. Rekening houden met ruimte voor reservezekering verklikkerlampje spanning aanwezig en "zekering OK", per dimmer beveiliging van de elektronica tegen foutieve aansluiting van de 400 V voeding beveiliging in geval van oververhitting (geleidelijke doving van de kringen) Optie 1P+N in plaats van 1P bescherming (zekeringen 10 x 38 mm). Nota : Standard MICROPACK en versies geleverd zonder voedingskabel en zonder XLR5 connectors. Aansluiting van de voeding MICROPACK klemmenrij, driefazig + N + PE stalen wartel (PG) geschikt voor kabel tot Ø 20 mm MICRORACK klemmenrij, driefazig + N + PE stalen wartel (PG) geschikt voor kabel tot Ø 20 mm L1 L2 L3 N PE Voedingsspanning voeding in ster 3NPE (TN-S) 400V 50/60 Hz gebruik op een enkelfasig net is mogelijk (éénpolige beveiliging) Voedingsspanning voeding in ster 3NPE (TN-S) 400V 50/60 Hz Handleiding - pagina 4

Standaard uitvoeringen MICROPACK Voeding : PG Voeding : PG Uitgangen 6 x dubble NF/CEBEC Uitgangen 2 x AMP (12P - 15A) 6 x dubble Schuko 2 x Socapex 419 6 x UK 15 A 12 x dubbele Wieland ST18/3 6 x driedubbele Zwitserse Compatibel met MemoRack 180 voeding : Harting uitgangen : 2 x AMP (12P - 15A) DMX connector achteraan (type DDK) 6 x CEE 16 A (P17) Aansluiten van de uitgangen de versies met Socapex en Wieland ST18/3 uitgangen leveren P+N+Aarde per dimmer de 1P+N versies met AMP uitgangen leveren P+N per dimmer; aarding van de uitgangen gebeurt extern aan de MICRORACK de 1P versies met AMP uitgangen leveren P per dimmer; aansluiting van N en aarding van de uitgangen gebeurt extern aan de Zie schema achteraan in de handleiding Handleiding - pagina 5

Productbeschrijving Digitale dimmers Uw dimmer behoort tot een reeks volledig digitale dimmerblokken die gebruik maken van geavanceerde microprocessor-controle en een door ADB ontworpen computerchip (ASIC, Application Specific Integrated Circuit). De digitale controle garandeert voor zeer lange tijd een nauwkeurige en stabiele werking, zonder het regelmatig bijregelen dat hiertoe bij analoge dimmers vereist is. Alle bedieningen zijn eenvoudig via een menu uit te voeren en bieden een grote flexibiliteit voor en ruime waaier aan toepassingen. Indien een dimmer met analoge ingangen wordt uitgerust (optie), zullen de analoge stuursignalen door de DAC (Digitaal naar Analoog Converter) worden omgezet naar digitale waarden, en dan verder digitaal verwerkt worden. Indien analoge en DMX sturing samen gebruikt worden, telt steeds de hoogste waarde ( Highest Takes Precedence of HTP). Voorbeeld dimmer : - DMX lichtregelaar stuurt 70% - analoog lichtregelaar stuurt 50% - dimmer uitgang is 70% dimmer : - DMX lichtregelaar stuurt 20% - analoog lichtregelaar stuurt 80% - dimmer uitgang is 80% DMX sturing van lichtregelaar DMX naar andere dimmer Analogue sturing van analogue lichtlessenaar Handleiding - pagina 6

Specificaties MICROPACK is geschikt voor een continue belasting van 6 x 10 A bij een omgevingstemperatuur van 35 C (6 x 2.200 W bij 220 V en 6 x 2400 W bij 240 V). is geschikt voor een continue belasting van 12 x 10 A bij een omgevingstemperatuur van 35 C (12 x 2200 W bij 220 V en 12 x 2400 W bij 240 V). Bij het berekenen van de belasting moet het verlies in de kabels, en in de eventuele transformator, meegerekend worden. De meegeleverde zekeringen zijn zorgvuldig geselecteerd voor een optimale beveiliging van de halfgeleiders én de bekabeling en garanderen een maximale veiligheid en bedrijfszekerheid. Gebruik voor deze dimmers enkel het type zekeringen dat oorspronkelijk werd meegeleverd. De door ADB geleverde zekeringen en onderdelen zijn geselecteerd voor een continue belasting van 10 A. Soms wordt op zekeringen een lagere waarde vermeld (bv. 8 A). Dit is te wijten aan de verschillende definities en karakteristieken die gehanteerd worden door de verschillende fabrikanten. Belasting Door het gebruik van overgedimensioneerde vermogenkomponenten en een specifieke aansturingstechniek is uw dimmer ook geschikt voor licht inductieve belastingen zoals halogeenlampen, laagspanningslampen met een geschikte transformator, fluorescentielampen met een geschikt voorschakelapparaat. De bedrijfszekerheid en de prestaties van alle dimmers verbeteren door het toepassen van de volgende voorzorgsmaatregelen: elke laagspanningstransformator moet primair afgezekerd zijn gebruik bij voorkeur meer dan één lamp op de uitgang van een laagspannings-transformator condensatoren voor verbetering van de vermogenfactor (cos phi), zoals geleverd in sommige installaties met fluorescentielampen, moeten op de vaste netspanning aangesloten worden en niet op een dimmer Draagbare of Rack uitvoering De MICROPACK is voorzien van een handvat. gebruik nooit het handvat om de MICROPACK op te hangen de MICROPACK kan bijvoorbeeld aan veiligheidskabeltjes opgehangen worden. Daartoe zijn veiligheidsogen voorzien, geschikt voor musketonhaken tot 6 mm Een zelf te monteren kit maakt het mogelijk de MICROPACK in een 19 rack te plaatsen. Bij montage in een 19" rack moeten MICROPACK en ondersteund worden. Rubberen voetjes Uw MICROPACK is voorzien van 8 rubberen voetjes en is geschikt voor horizontale of verticale opstelling. MICROPACK kan eenvoudig gestapeld worden dankzij uitsparingen aan de bovenzijde. Koeling Uw dimmer wordt gekoeld met een systeem van geforceerde ventilatie, dat gebruik maakt van een krachtige en geruisloze ventilator met lange levensduur. Zodoende is continu gebruik bij volledige belasting mogelijk. MICROPACK: de luchttoevoer gebeurt via het aansluitingspaneel, de luchtafvoer via het frontpaneel. Deze openingen mogen nooit afgesloten worden. MICRORACK: de luchttoevoer gebeurt via het voorpaneel en twee ventilatoren op het achterpaneel. Zorg voor een vlotte luchtstroming! De automatische beveiliging in geval van oververhitting wordt beschreven in Allerlei. Handleiding - pagina 7

Aansluiting van de voeding Type voeding Alvorens u een elektrisch toestel aansluit, moet u steeds nakijken of het geschikt is voor het plaatselijke elektriciteitsnet. In geval van twijfel, doet u best navraag bij de technisch verantwoordelijke of bij de elektriciteitsmaatschappij. De standaard dimmer is geschikt voor een driefasig 3NPE 400 V net, 50 Hz en 60 Hz, TN-S systeem (3 fasegeleiders, 1 nulgeleider, aarding; de nulgeleider ligt aan de aarde). De nominale spanning tussen fase en nulgeleider is 230 V. De gebruiksspanning moet minstens 198 V zijn en ten hoogste 264 V (230 V± 14 % ). De dimmers zijn beveiligd met een enkelpolige zekering in de fase, zoals vereist in een driefasige TN-S voeding. 1P + N beveiligingen beschikbaar als optie. In bepaalde omstandigheden kan de dimmer gebruikt worden op een enkelfasige voeding. Meer details hierover in Enkelfasige Aansluitingskit. Beveiliging van de voeding Het stopkontakt, de stekker en de voedingskabel van de dimmer dienen door de installatie beveiligd te worden tegen overbelasting en kortsluiting. Hou rekening met de wettelijke reglementeringen. Lees ook Voedingskabel en Elektrische kenmerken verderop. Aansluiten van de voeding Alle aansluitingen worden best uitgevoerd door een gekwalificeerd elektricien. De aansluitklemmen zijn geschikt voor kabels tot 4 mm 2 (MICROPACK) of 6 mm 2 (MICRORACK) De kleurcode is blauw voor de nulgeleider; geel/groen voor de aarding (PE). De aansluitklemmen zijn bereikbaar als het bovenpaneel verwijderd is. Afnemen van het bovenpaneel alvorens de dimmer te openen, moet de voeding afgekoppeld worden op de tekening zijn de schroeven aangeduid waarmee het bovenpaneel bevestigd is. Verwijder geen andere schroeven! bij het sluiten van de dimmer, moeten de speciale moerplaatjes (positie 2) nauwkeurig teruggeplaatst worden. MICROPACK Positie "1" schroef Positie "2" speciale moerplaatjes Positie "1" schroef Positie "2" speciale moerplaatjes Handleiding - pagina 8

Voedingskabel De sectie van de Nulgeleider moet minstens gelijk zijn aan de sectie van de fasen. Het gebruik van een Nulgeleider van een kleinere sectie is GEVAARLIJK en is NIET toegestaan. Bij alle voedingskabels en verlengkabels moeten de geleiders in dezelfde mantel zitten, om ongewenste interferenties naar audio- en videoapparatuur te beperken. De voedingskabel moet gekozen worden naar de nominale stroom van de dimmer: MICROPACK - 20 A per fase voor driefasige voeding (3 x 400 V + N) bv. kabel 5 x 4 mm 2, EPR, 85 Celsius - 60 A bij enkelfasige voeding (230 V + N) bv. kabel 3 x 10 mm 2, EPR, 85 Celsius - 40 A per fase voor driefasige voeding (3 x 400 V + N) bv. kabel 5 x 6 mm 2, EPR, 85 Celsius Kabels voor kleinere vermogens zijn niet toegestaan, tenzij de beveiligingen in de installatie (zekeringen of automaat op de voeding) de stroom beperken. Gevorkte klemmen zijn nodig om de voedingskabel aan te sluiten. Gevorkte klemmen geschikt voor kabels tot 10 mm 2 worden meegeleverd in de enkelfasige aansluitingskit. Driefasige voeding - ster (3 x 400 V + N + Aarding) MICROPACK L1 L2 L3 N PE Enkelfasige Aansluitingskit DE MICROPACK kan onder bepaalde omstandigheden (lees de Waarschuwing verderop!) gebruikt worden met een enkelfasige voeding. L1, L2 en L3 worden dan doorverbonden: de fase wordt aangesloten aan klem 2 (middenste positie). De klemmen 4, 5 en 6 zijn altijd doorverbonden: de nulgeleider wordt aangesloten op klem 5 (middenste positie). Waarschuwing De MICROPACK (TN versie) kan gebruikt worden op een enkelfasige voeding, maar de gebruiker dient te verifiëren of enkelpolige smeltzekeringen in dat geval voldoen aan de geldende reglementeringen. De dimmer zal betrouwbaar werken bij een volledige belasting (60 A) bij 35 C. Het effectief vermogen kan beperkt worden door de gebruikte voeding (de automaat of de zekering op de voeding, de sectie van de kabel). Handleiding - pagina 9

Aansluiting van de sturing Twee lichtregeltafels (één DMX, de andere Analoog) kunnen tegelijkertijd uw MICROPACK aansturen. Indien Analoge en DMX sturing samen gebruikt worden, telt steeds de hoogste waarde ( Highest Takes Precedence of HTP) (zie ook Digitale dimmers ). DMX512/1990 DMX512 (USITT) is internationaal het meest verspreide protocol voor belichtingsinstallaties. Deze standaard wordt beheerd door USITT (the U.S. Institute of Theatre Technology); DMX 512/1990 is de meest recente versie. Het DMX 512 signaal is een Digitaal gemultiplext stuursignaal dat de niveau s van maximaal 512 dimmers digitaal doorstuurt. Daartoe wordt de elektrische standaard RS-485 (EIA 485) gebruikt: kabels in paar met afscherming; maximaal 32 ontvangers op één lijn; maximaal 300 m kabel zonder versterking; niet splitten en geen T-koppelingen gebruiken. De transmissiesnelheid is hoog en bedraagt 250 kbit/ s. Dimmerniveau s worden in 8 bits doorgestuurd (256 mogelijke niveau s). DMX 512 netwerk De MICROPACK is voorzien van twee XLR5 connectoren (IN en OUT) om een daisy-chain DMX 512 netwerk te maken (zie voorbeeld 1). IN en OUT zijn inwendig doorgekoppeld. Het aansluitschema van de connectoren is afgebeeld op het frontpaneel, en achteraan in deze handleiding. Afsluiten van een DMX lijn De DMX Out connector van de laatste dimmer in een daisy-chain netwerk moet voorzien worden van een afsluitplug. Deze afsluitplug is een XLR5 stekker met een kleine weerstand van 120 Ω 0,33 W tussen pen 2 en pen 3. Het aansluitschema is terug te vinden achteraan in deze handleiding. Adressering van de dimmers Het DMX adres van de eerste dimmer wordt in het menu-item Adres vastgelegd. De vijf andere dimmers krijgen automatisch de vijf daarop volgende adressen. Bijvoorbeeld : Als het adres 019 is, dan zijn de 6 dimmers van de MICROPACK genummerd van 19 (eerste dimmer) tot 24 (laatste dimmer). Het DMX 512 Netwerk Het DMX netwerk begint bij de lichtregeltafel. De eerste DMX kabel vertrekt van de DMX Uit van de lichtregeltafel naar de DMX In van de eerste dimmer. Met een tweede kabel wordt het daisychain netwerk voortgezet: DMX Uit van de eerste dimmer naar DMX In van de tweede MICROPACK. Op deze manier worden alle dimmers in het netwerk opgenomen. In de dimmer zijn de DMX IN en UIT intern permanent doorverbonden. Als een dimmer uitgeschakeld wordt of defect raakt, treedt er geen onderbreking of kwaliteitsverlies van het DMX signaal op. Galvanische isolatie (opto-coupler) De DMX 512 ingang van uw dimmer is opto-elektronisch geïsoleerd (opto-coupler). Daardoor is er een galvanische scheiding tussen het DMX netwerk en de microprocessor-elektronica van de dimmer. Wanneer op het DMX netwerk netspanningen komen (bv. door kabels die sterk beschadigd zijn, of door een isolatiefout in een lichtregeltafel die geen opto-coupler heeft in zijn DMX uitgang) dan blijft de elektronica van de dimmer geïsoleerd van deze gevaarlijke spanningen. Handleiding - pagina 10

Voorbeeld 1 : 4 MICROPACKS (24 dimmers) gestuurd door 1 lichtregeltafel Addres 007 Dimmers : 7 ttot12 Addres 019 Dimmers : 19 tot 24 Addres 001 Dimmers : 1 tot 6 Addres 013 Dimmers : 13 tot 18 DMX Out Hoe moeten DMX kabels gebruikt worden? Dimmers kunnen in een willekeurige volgorde achter elkaar aangesloten worden (zie voorbeeld 1) op de laatste dimmer in het DMX netwerk moet een afsluitplug gebruikt worden de totale lengte van het DMX netwerk (d.i. de som van de lengtes van alle kabels apart) is zeer belangrijk. Onze aanbeveling is dat deze lengte nooit meer bedraagt dan 250 m. Bij langere kabels kan de kwaliteit van het DMX signaal verminderen en neemt de bedrijfszekerheid sterk af. Een aktieve versterker zoals de ADB DATA BOOSTER is noodzakelijk voor kabellengtes van meer dan 250 m. Aan elke aktieve uitgang van de DATA BOOSTER kan dan een kabeltrajekt tot 250 m worden aangesloten. T-koppelingen zijn niet toegestaan. Als het netwerk in verschillende richtingen dient verder te lopen, moet een aktieve splitter zoals de ADB DATA BOOSTER gebruikt worden. de DMX 512 standaard bepaalt dat maximaal 32 ontvangers mogen aangesloten worden aan één DMX uitgang. Er kunnen dus 32 dimmers aangesloten worden op de uitgang van 1 lichtregeltafel of op één van de aktieve uitgangen van een DATA BOOSTER/SPLITTER. hou DMX512 kabels en Analoge sturingskabels steeds zoveel mogelijk gescheiden van vermogenkabels meer informatie vindt u in de beschrijving van de DATA BOOSTER Handleiding - pagina 11

Enkele voorbeelden van een DMX netwerk FOUT LICHTREGEL TAFEL DMX 512 meer dan 250 m DIMMER LICHTREGEL TAFEL DMX 512 DIMMER 1 DIMMER 2 DIMMER 3 GOED 1 - Indien de DATA-lijn langer is dan de aanbevolen lengte: - DMX 512 standaard : 300 m - ADB aanbeveling : 250 m DATA BOOSTER LICHTREGEL TAFEL AUX 1 DIMMER minder dan 250 m minder dan 250 m 2 - Indien de DATA-lijn opgesplitst moet worden DATA BOOSTER LICHTREGEL TAFEL AUX 1 AUX 2 AUX 3 DIMMER 1 DIMMER 2 DIMMER 3 minder dan 250 m minder dan 250 m 3 - Beveiliging van de DATA-lijn door galvanische isolatie DATA BOOSTER Lichtregel Tafel zonder galvanische isolatie minder dan 250 m AUX 1 minder dan 250 m DIMMER Handleiding - pagina 12

Voorbeeld 2 : MICROPACK met de optionele analoge ingang; gestuurd door een analoge lichtregeltafel Max. 10 A 230 V / 400 V Analogue 230 V Voorbeeld 3 : MICROPACK met de optionele analoge ingang; gelijktijdig gestuurd door een analoge lichtregeltafel én door een DMX lichtregeltafel (Highest Takes Precedence) Max. 10 A 230 V / 400 V DMX Analogue 230 V 230 V Handleiding - pagina 13

Voorbeeld 4 : MICROPACK gestuurd door een DMX lichtregeltafel die ook DMX kleurwisselaars (GELBUS) aanstuurt. Max. 10 A Analogue GELBUS PSU 230 V 230 V / 400 V DMX DMX to other GELBUS PSU 230 V Handleiding - pagina 14

Analoge Ingang Uw MICROPACK/ kan uitgerust worden met de optie Analoge Ingangen, waardoor de aansturing met analoge signalen mogelijk is: 0/+10V of 0/+370µA (met PWM filter). Bij levering zijn de Analoge Ingangen altijd ingesteld voor aansturing door 0/+10V signalen. Indien u gebruik wenst te maken van stuursignalen 0/+370µA, dan kan u dat zelf eenvoudig veranderen. Duidelijke instructies vindt u onderaan deze pagina. De analoge signalen worden aangesloten op een DB25-S connector op het frontpaneel. Het aansluitschema is afgebeeld op het frontpaneel van de dimmer. Onderstaande tabel toont de aansluitingen van alle connectoren; P3 en P4 bevinden zich op de Analoge Ingangen. DB25-S P3 en P4 (Intern) Sturing dimmer 1 pen 1 pen 1 Sturing dimmer 2 pen 2 pen 3 Sturing dimmer 3 pen 3 pen 5 Sturing dimmer 4 pen 4 pen 7 Sturing dimmer 5 pen 5 pen 9 Sturing dimmer 6 pen 6 pen 11 Sturing dimmer 7 pen 7 pen 13 Sturing dimmer 8 pen 8 pen 15 Sturing dimmer 9 pen 9 pen 17 Sturing dimmer 10 pen 10 pen 19 Sturing dimmer 11 pen 11 pen 21 Sturing dimmer 12 pen 12 pen 23 pen 13 tot 24 zijn niet gebruikt 0V pen 25 pen 24 en pen 26 Instellen van de Analoge Ingangen instelling voor 0/+10V aansturing: de lintkabel van de DB25-S ingangsconnector op het frontpaneel moet aangesloten worden op P3 op de Analoge Ingang kaart PCB 1336 instelling voor 0/+370µA aansturing: de lintkabel van de DB25-S ingangsconnector op het frontpaneel moet aangesloten worden op P4 op de Analoge Ingang kaart PCB 1336 W1 op PCB 1336.x: brug plaatsen tussen pen 2 en pen 3, of verwijderen W2 op PCB 1336.x: brug plaatsen tussen pen 2 en pen 3, of verwijderen Analoge Ingangen: keuze 0/+10V of 0/+370µA Uw dimmer werd in de fabriek ingesteld voor 0/+10V. De omschakeling naar 0/+370µA dient te gebeuren door gekwalificeerd personeel. koppel de dimmer los van de voeding verwijder de bovenplaat (zie Aansluiten van de voeding ) raak het aluminium koelblok aan om statische elektriciteit te ontladen zoek op de kleine Analoge Ingangen kaart PCB 1336 de connector P3 (0->10V) trek voorzichtig de 25-aderige lintkabel uit connector P3 sluit de 25-aderige lintkabel aan op connector P4 (0->370µA) controleer of de kabel goed geplaatst is sluit de dimmer, let op de speciale moerplaatjes (positie 2) Handleiding - pagina 15

Aanduidingen op het frontpaneel MICROPACK - 6 x 2,3 kw - Portable - 12 x 2,3 kw - Rack Verdeling van de fasen (MICROPACK) De dimmers zijn als volgt verdeeld over de drie fasen: - dimmer 1 is aangesloten op fase L1 - dimmer 2 is aangesloten op fase L2 - dimmer 3 is aangesloten op fase L3 - dimmer 4 is aangesloten op fase L1 - dimmer 5 is aangesloten op fase L2 - dimmer 6 is aangesloten op fase L3 - de microprocessor elektronica is aangesloten op fase L1 Status indicaties Run: de microprocessor werkt normaal als deze LED ± één keer per sekonde oplicht DMX: deze LED duidt de aanwezigheid aan van een multiplex signaal op de DMX ingang; hiermee kan u ook kortsluitingen in uw DMX-kabels opsporen. Verdeling van de fasen () De dimmers zijn als volgt verdeeld over de drie fasen: - dimmer 1 is aangesloten op fase L1 - dimmer 2 is aangesloten op fase L1 - dimmer 3 is aangesloten op fase L1 - dimmer 4 is aangesloten op fase L1 - dimmer 5 is aangesloten op fase L2 - dimmer 6 is aangesloten op fase L2 - dimmer 7 is aangesloten op fase L2 - dimmer 8 is aangesloten op fase L2 - dimmer 9 is aangesloten op fase L3 - dimmer 10 is aangesloten op fase L3 - dimmer 11 is aangesloten op fase L3 - dimmer 12 is aangesloten op fase L3 - de microprocessor elektronica is aangesloten op fase L1 Handleiding - pagina 16

MENU De bediening van uw dimmer is bijzonder gebruiksvriendelijk en gebeurt volledig via drie bedieningstoetsen, het alfanumerieke display en een eenvoudig menu. Principe van de bediening De MENU items (de lijst van funkties en instellingen) kan u oproepen door op de + of - toetsen te drukken. Als u het gewenste item gevonden hebt, druk dan op de YES toets. Zo eenvoudig als u zelf verkiest De gebruiker kan zelf kiezen hoeveel items in het menu verschijnen. Op deze manier kunnen de prestaties van de dimmer aan de ervaring van de individuele gebruiker beantwoorden. Er zijn drie mogelijke niveau s: hoe hoger het niveau, hoe meer items. De drie niveau s worden Menu 1 tot Menu 3 genoemd. Menu 1 Menu 1 opent één basisfunctie : instelllen van het DMX adres Menu 2 Menu 2 geeft de gevorderde gebruiker toegang tot alle bijkomende functies van de MICROPACK individueel testen van dimmers automatisch testen van alle dimmers (looplicht) programmeren van een dimmercurve per dimmer een lichtstand programmeren aanduiding in % van het niveau van de sturing (DMX of Analoog) Menu 3 Menu 3 is het onderhoudsmenu. Dit menu hebt u niet nodig bij normaal gebruik van de dimmer. Deze functies zijn enkel bestemd voor de onderhoudstechnici. Meer details over Menu 3 vindt u bij Onderhoud achteraan in deze handleiding. Normaal display Het DMX adres van de eerste dimmer verschijnt na een korte tijd automatisch op het display. Handleiding - pagina 17

Verborgen functies zijn nog aktief Menu items die niet getoond worden op de display blijven wel geactiveerd. Bijvoorbeeld: een ervaren gebruiker kan in Menu 2 de dimmercurves programmeren en daarna het Menu 1 selekteren. De volgende gebruiker kan dan enkel het DMX-adres veranderen, terwijl de geprogrammeerde dimmercurves geactiveerd blijven. Menu Keuze van het Menu niveau Bijvoorbeeld : u wil de dimmercurves veranderen, dus u moet menu 2 selecteren. druk op + of - tot Menu druk op + of - tot Men2 het display toont terug het hoofdmenu Menu U kan nu alle functies van Menu 2 gebruiken. Permanent Geheugen Alle parameters blijven permanent in de dimmer bewaard. Er is geen onderhoud van batterijen vereist. Handleiding - pagina 18

Addr Adressering van de dimmers Het DMX adres Elke dimmer ontvangt op zijn DMX ingang een digitaal stuursignaal dat de niveau s van alle dimmers in de installatie bevat. Met de funktie DMX Adres bepaalt u welke intensiteiten gebruikt worden voor de 6 dimmers van de MICROPACK/. In het Addr menu kiest u het DMX adres van de eerste dimmer van de dimmer. De 5 andere dimmers reageren respectievelijk op de 5 daaropvolgende DMX adressen. Bijvoorbeeld : in het Addr menu van de MICROPACK kiest u 19 (display : A 19). Het adres van de eerste dimmer is dus 19, dimmer 2 is 20,... dimmer 6 is 24. Instellen van het DMX adres Deze functie is toegankelijk in alle Menu niveau s. Bijvoorbeeld: het DMX adres is 1, en u wil het adres veranderen in 19: kies Menu 1 of Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Addr het display toont A 1 druk op + of - tot A 19 het display toont terug het hoofdmenu Addr Testen van de Dimmers Auto Automatische dimmer test - looplicht Deze functie is voorzien in Menu 2. Met de functie Auto test een automatisch looplicht de zes dimmers van de dimmer. De dimmers worden opeenvolgend aangestuurd tot 70% en doven vervolgens uit. Deze cyclus door de 6 dimmers van de MICROPACK/ duurt ongeveer 15 seconden. Dit looplicht blijft actief tot u de normale werking (DMX of Analoge aansturing) hervat door te drukken op + of - Starten van het looplicht kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Auto het display toont het dimmer nummer en het dimmer niveau Het looplicht stoppen en de normale werking hervatten : - druk op + of - - het display toont terug het hoofdmenu Auto Handleiding - pagina 19

Individueel testen van een dimmer Deze functie is voorzien in Menu 2. Met de Test functie kan u één van de 6 dimmers selecteren en deze een niveau van 70% geven òf een niveau naar keuze. In de Test functie is enkel de geselecteerde dimmer aan; de andere 5 dimmers zijn in ieder geval gedoofd. De DMX en de Analoge ingangen worden genegeerd. Om de normale werking (DMX of analoge aansturing) te hervatten, moet u de Test functie verlaten. Test Voorbeeld 1: test dimmer 3 op 80% kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Test het display toont T.1? druk op + of - tot T.3? het display toont 3:70 dimmer 3 op 70% druk op + of - tot 3:80 Om de Test functie te verlaten: het display toont (bvb.) T.4? druk op + of - tot Test Voorbeeld 2: test één voor één, alle dimmers op 70% Als u de volgende dimmer op hetzelfde niveau wil testen, druk dan tweemaal op YES. kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Test het display toont T.1? het display toont (bvb.) 1:80 dimmer 1 op 80% druk op + of - tot 1:70 dimmer 1 op 70% YES display toont 2:70 dimmer 2 op 70% YES 3:70 dimmer 3 op 70% Om de Test functie te verlaten : het display toont (bvb.) T.4? druk op + of - tot Test Handleiding - pagina 20

Law De dimmercurve (Law) De dimmercurve bepaalt de verhouding tussen het niveau van het stuursignaal (gewoonlijk aangeduid in %) en de effektieve uitgangsspanning (Volt rms, gewoonlijk aangeduid in % van de voedingsspanning). Zo geeft bijvoorbeeld de Lineaire curve een uitgangsspanning die lineair (evenredig) is met het stuursignaal. Bij een stuursuignaal van 70% zal de uitgangsspanning 70% van de voedingsspanning bedragen. Uw dimmer biedt u de keuze tussen 10 dimmercurves: Dimmercurve Display Lineaire rms spanning Lin Lineair rms tot 120V 120V Fluorescentie licht Fluo Lineair met 5% voorverwarming Preh Kwadratisch Sqr. TV TV Non-dim (aan bij 15%) OnOf Reserve/ Speciale 1 Sp.1 Reserve/ Speciale 2 Sp.2 Reserve/ Speciale 3 Sp.3 Opmerkingen bij de dimmercurves een dimmer die ingesteld is op de Non-dim curve (Aan/Uit) zal niet dimmen: de uitgang zal Aan zijn van zodra de aansturing meer dan 15% bedraagt. De dimmer zal Aan blijven tot de aansturing minder dan 12% bedraagt de 120 V curve zal een uitgangsspanning leveren die lineair varieert tussen Uit (0%) en 120 Vrms (100%) bij een voedingsspanning van 220 V. Merk op dat hoewel de effektieve spanning door de dimmer gereduceerd wordt, de schijnwerper steeds aangesloten blijft op het 220 V net. U dient er zorg voor te dragen dat de fitting, de kabel, enz. geschikt zijn voor 220 V de 3 reserve curves kunnen naar uw specificaties in de fabriek geprogrammeerd worden Voorbeeld: indien de MICROPACK gebruikt wordt als een uitbreiding van een bestaande analoge dimmerinstallatie, dan kan in de fabriek in de MICROPACK de dimmercurve van de analoge dimmer geprogrammeerd worden. Op die manier zullen alle dimmers in de installatie op een zelfde manier reageren. Keuze of Reset van de dimmercurve van alle dimmers Deze functie is voorzien in Menu 2. Met één handeling kan u de dimmercurve van alle dimmers van de dimmerpack selecteren. Op deze manier worden alle voordien geprogrammeerde curves gewist. De meest gebruikte curve is de lineaire. Voorbeeld: de Lineaire kurve toekennen aan alle dimmers: kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Law het display toont All? druk op + of - tot Lin het display toont terug het hoofdmenu Law Handleiding - pagina 21

Keuze van de dimmercurve van één dimmer Deze functie is voorzien in Menu 2. De dimmercurve kan voor elke dimmer individueel geprogrammeerd worden. Op die manier kunnen verschillende types van belastingen op een dimmer gebruikt worden. Law Voorbeeld : bij alle dimmers is momenteel de Lineaire curve geselecteerd (zie vorige voorbeeld). U wil nu dimmer 2 de Non-dim curve geven en dimmer 5 de Fluorescentie curve. kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Law het display toont All? druk op + het display toont Dim 1 druk op + tot Dim 2 het display toont de huidige curve Lin druk op + of - tot OnOf Dim. 2 volgt nu de Non-dim curve we werken nu voort met dimmer 5 : druk op + tot - Dim 5 het display toont de huidige curve Lin druk op + of - tot Fluo Dim. 5 volgt nu de Fluo curve Terugkeren naar het hoofdmenu druk op + tot Law Handleiding - pagina 22

Mem Gememorizeerde lichtstand (Memory) Uw MICROPACK/ kan een lichtstand met 6 individuele dimmerniveau s, permanent memorizeren. Maken van een lichtstand (Record, Edit) Bij de eerste manier om de lichtstand te maken, worden de intensiteiten bepaald door een lichtregeltafel (DMX en/of analoog). De Record functie maakt vervolgens een momentopname waarbij alle niveau s opgeslagen worden. kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Mem het display toont Play druk op + tot Rec. het display toont ok! gedurende 2 s om te bevestigen dat de niveau s opgeslagen werden het display keert daarna terug naar het hoofdmenu Mem Edit Wijzigen van de lichtstand (Edit) De lichtstand kan ook rechtstreeks op de dimmer gemaakt worden, dus zonder een lichtregeltafel. U kan de huidige lichtstand ook eenvoudig wijzigen. Het effect van uw wijzigingen kan u direct controleren: in de Edit functie zijn de intensiteiten zichtbaar op het toneel. In de Edit functie worden de DMX en analoge ingangen genegeerd, zij beïnvloeden de niveau s van de dimmers niet. Voorbeeld: momenteel zijn alle niveau s 0%. U wil een lichtstand maken die 3 dimmers op verschillende niveau s gebruikt: Dimmer 2 aan 20% Dimmer 4 aan 60% Dimmer 5 aan 80% Dimmers 1, 3 en 6 blijven 0% kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Mem het display toont Play druk op + tot Edit het display toont 1:0% in de huidige lichtstand is het niveau van dimmer 1 0% het display toont 2:0% huidig niveau knippert we willen het niveau van dimmer 2 wijzigen naar 20% druk op + of - tot 2:20 het display toont 4:0% het display toont 4:0% we willen het niveau van dimmer 4 wijzigen naar 60% druk op + of - tot 4:60 het display toont 5:0% we willen het niveau van dimmer 5 wijzigen naar 80% druk op + of - tot 5:80 het display toont 6:0% het display keert terug naar het hoofdmenu Mem Handleiding - pagina 23

Intensiteiten van de lichtstand tonen kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Mem display toont Play druk op + tot Edit het display toont het niveau van dimmer 1 1:xx xx is de huidige intensiteit het display toont het niveau van dimmer 2 2:xx het display toont het niveau van dimmer 3 3:xx het display toont het niveau van dimmer 4 4:xx het display toont het niveau van dimmer 5 5:xx het display toont het niveau van dimmer 6 6:xx het display keert terug naar het hoofdmenu Mem Mem Weergeven van de lichtstand (Play) Deze functie is voorzien in Menu 2. De lichtstand die in de MICROPACK/ opgeslagen is, kan altijd terug weergegeven worden door de Play functie. In de Play functie worden de DMX en analoge ingangen genegeerd, zij beïnvloeden de intensiteiten van de dimmers niet. kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Mem display toont Play display toont in sekwentie memo playing om aan te duiden dat de lichtstand weergegeven wordt en de ingangen genegeerd worden Stoppen met weergeven van de lichtstand druk op + of - tot het display gaat naar het hoofdmenu Mem Automatisch weergeven van de lichtstand bij inschakelen Als de dimmer wordt uitgezet terwijl de lichtstand weergegeven wordt (dus tijdens memo playing) dan zal dit automatisch hervat worden bij het inschakelen van de MICROPACK/. Het display toont memo playing om aan te duiden dat de ingangen (DMX of analoog) genegeerd worden. Voorbeeld van toepassing: deze functie is bijzonder handig voor zelfstandige toepassingen waarbij geen lichtregeltafel gebruikt wordt, zoals op een tentoonstelling of voor het belichten van een uitstalraam. Op de dimmer is de memo playing functie geactiveerd en de gebruiker dient enkel de spanning Aan en Uit te schakelen. De dimmer zal automatisch de lichtstand weergeven. Stoppen met weergeven van de lichtstand druk op + of - tot het display gaat naar het hoofdmenu Mem Handleiding - pagina 24

D.in Fouten opsporen DMX tester (D.In) Deze functie is voorzien in Menu 2. De DMX LED duidt de aanwezigheid aan van een signaal op het DMX512 netwerk. Als een dimmer niet het uitgangsniveau geeft dat u normaal verwacht, kan u nagaan welk niveau voor deze dimmer ontvangen wordt door de dimmer. Als dit niveau niet overeenstemt met wat u verwacht, controleer dan de lichtregeltafel: master fader, dimmercurve in de lichtregeltafel,... ; en controleer het DMX adres van de dimmer. Als het DMX niveau wel correct is maar de uitgang van de dimmer niet, dan moet u nagaan of de juiste dimmercurve in de dimmer geselecteerd is. Uitlezen van de DMX niveau s kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot D.in als het display bv. toont 1:69 dimmer 1 wordt op 69% aangestuurd door de DMX512 lichtregeltafel druk op + of - om de niveau s van de andere dimmers te bekijken. Na dimmer 6 keert het display terug naar het hoofdmenu. DMX-bericht! Dit bericht meldt een fout in het DMX-signaal. Mogelijke oorzaken zijn: het startadres is niet gelijk aan 0; controleer de instellingen van het bedieningsbord. DMX-bericht bevat meer dan 512 dimmerniveaus. Controleer de instellingen van het bedieningsbord. een van de datasnoeren (data + of data -) is onderbroken. Controleer de DMX-kabels. Analoge ingang tester (A.In) Deze functie is voorzien in Menu 2. Indien uw dimmer voorzien is van Analoge Ingangen kan u ook de niveau s van het analoge stuursignaal uitlezen. Als een dimmer niet het uitgangsniveau geeft dat u normaal verwacht, dan kan u nagaan welk niveau voor deze dimmer ontvangen wordt door de dimmer. Als dit niveau niet overeenstemt met wat u verwacht, controleer dan de lichtregeltafel: master fader, dimmercurve in de lichtregeltafel,... Als het niveau van de analoge ingang wel correct is maar de uitgang van de dimmer niet, dan moet u nagaan of de juiste dimmercurve in de dimmer geselecteerd is. Uitlezen van de Analoge niveau s kies Menu 2 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot A.in als de display bv. toont 1:69 dimmer 1 wordt op 69% aangestuurd door de Analoge lichtregeltafel druk op + of - om de niveau s van de andere dimmers te bekijken. Na dimmer 6 keert het display terug naar het hoofdmenu. Handleiding - pagina 25

Foutmeldingen (belangrijk!) Het display toont in bepaalde omstandigheden foutmeldingen en waarschuwingen. Alle handelingen binnenin de dimmer moet u overlaten aan gekwalificeerde onderhoudstechnici. Temp 400 V Deze waarschuwing duidt aan dat op minstens één fase een te hoge spanning aangesloten werd. Het MICROPACK/ heeft zichzelf stilgelegd, de dimmers functioneren niet. In dit geval moet u: onmiddellijk de MICROPACK/ loskoppelen van de voeding. Opmerking: indien dit snel gebeurt (in minder dan één minuut), dan zal de dimmer automatisch resetten, en zodra de normale voedingsspanning aangesloten is zal de werking hervat worden controleren of de Nulgeleider correct aangesloten is controleren van de spanning tussen de Nulgeleider en de fases. Deze moet min. 198 V en max. 264 V bedragen (230V ± 14%) Twee typische voorbeelden van foutieve aansluitingen bij een driefasige voeding : FOUT TYPE 1: de Nulgeleider en één fase zijn omgewisseld. Voorbeeld: L3 en N werden omgewisseld; de spanning tussen L3 en N is ± 230V; de spanning tussen N en L1 en de spanning tussen N en L2 zijn dan ± 400V FOUT TYPE 2: de Nulgeleider is niet aangesloten Deze situaties en fouten zijn gevaarlijk! Laat alles controleren door een gekwalificeerd elektricien! Oververhitting (Temp) De MICROPACK/ is uitgerust met een beveiliging tegen oververhitting. De Temp waarschuwing op het display betekent dat de inwendige temperatuur stijgt en dat de dimmer geleidelijk alle dimmers uitdooft. Controleer: de omgevingstemperatuur de ventilator de luchttoevoer via het aansluitingspaneel de luchtafvoer en ventilator in het frontpaneel de zijpanelen, die dienen als koelprofielen Meer informatie vindt u in het deel Onderhoud : Geleidelijke doving bij oververhitting. Display; Run-LED en DMX-LED werken niet De microprocessor werkt niet. Dit kan veroorzaakt worden door een abnormale (te hoge of te lage) voedingsspanning op fase L1. Koppel de MICROPACK onmiddellijk los van de voeding. Controleer de voeding zoals hierboven (zie 400V foutmelding) vermeld. Controleer de inwendige zekering F2 (fase L1) op de microprocessor print PCB 1337, PCB 1410. Meer informatie vindt u in het deel Problemen Oplossen. Ventilator (Fan) De Fan waarschuwing vertelt u dat er problemen zijn met de ventilator. Geforceerde koeling is essentieel voor een continu en betrouwbaar gebruik van de MICROPACK in geval van grote belasting. De microprocessor controleert de werking van de ventilator om de levensduur te verhogen én om de geluidshinder te beperken. De ventilator zal bijvoorbeeld automatisch stoppen als de dimmer koud is en slechts één dimmer op een lage intensiteit werkt. Dit is duidelijk merkbaar bij de automatische dimmertest (Auto looplicht). No L2 en No L3 Geen of te lage spanning op de aangeduide fase. Zie de schema s Problemen Oplossen verder in deze handleiding. Controleer de voedingsspanningen. Als de voedingsspanning in orde is, koppel de dimmer los van de voeding en controleer de inwendige zekeringen F1 (fase L3) en F3 (fase L2). Handleiding - pagina 26

AinM Speciale onderhoudsfuncties Software versie De software versie verschijnt op het display bij het opstarten en na een Reset. Voorbeeld: voor software versie 1.02 toont het display V102. Onderhoudsmenu: Menu 3 Het onderhoudsmenu, Menu 3, is enkel bestemd voor de technici belast met het onderhoud. De speciale functies zijn niet vereist voor een normale werking van uw dimmer. Functies van Menu 3 : alle functies van Menu 2, en bovendien automatische zelftest routines Analoge Ingangen: analoog/special/uit verschillende CLEAR functies instellen van de smoothing service test van thermostaat Analoge ingangen activeren (AinM) Deze functie is voorzien in het onderhoudsmenu, Menu 3. als uw dimmer niet voorzien is van Analoge Ingangen moet deze functie Uit (Off) staan als uw dimmer voorzien is van Analoge Ingangen kan deze functie ingesteld worden op Analoog, Special, of Uit. De installatie van de optionele Analoge Ingangen is uitgelegd in een aparte paragraaf. OPGELET : de Analoge Ingangen worden Uit gezet door de Clear All functie (zie verder). Analoge ingang activeren (On) kies Menu 3 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot AinM druk op + of - tot On het display keert terug naar het hoofdmenu AinM Analoge Ingangen desactiveren (Off) kies Menu 3 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot AinM druk op + of - tot Off display keert terug naar het hoofdmenu AinM De lichtstand wissen (Clear Cue) Deze functie is voorzien in het onderhoudsmenu, Menu 3. Deze functie zet de niveau s in de lichtstand op 0%. kies Menu 3 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Clr. druk op + of - tot Cue het display toont gedurende 2 s ok! om het wissen te bevestigen. Handleiding - pagina 27

Belangrijkste parameters Resetten (Clear More) Deze functie is voorzien in het onderhoudsmenu, Menu 3. Deze functie zal de belangrijkste en meest frequent geprogrammeerde parameters resetten. U kan deze functie bijvoorbeeld gebruiken na een verhuring van uw dimmer. De volgende parameters worden gereset op de standaardwaarde. - DMX adres 1(dimmers hebben DMX adres 1 tot 6 of 12) - Curve alle dimmers Lineair - Memory alle dimmers op 0% - Test intensiteit 70% Clr. kies Menu 3 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Clr. druk op + of - tot More het display toont gedurende 2 s ok! om te bevestigen het display keert terug naar het hoofdmenu Clr. Alle parameters wissen en resetten (Clear ALL) Deze functie is voorzien in het onderhoudsmenu, Menu 3. OPGELET: Clear ALL zal alle parameters resetten op de standaardwaarden : DMX adres 1 (dimmers hebben DMX adres 1 tot 6 of 12) Curve alle dimmers lineair Memory alle dimmers op 0% Test intensiteit 70% Netfrequentie 50 Hz Resolutie van de dimming Normaal Analoge Ingangen Off OPGELET : als uw dimmer voorzien is van Analoge Ingangen moet u die terug activeren na een Clear ALL. Zie Menu 3, AinM functie. Ther The1voor MICROPACK, The2 voor MICRORACK Menu Menu 1 kies Menu 3 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Clr. druk op + of - tot ALL het display toont gedurende 2 s ok! om te bevestigen. het display keert terug naar het hoofdmenu Clr. Digitale filtering (smoothing) Deze functie is voorzien in het onderhoudsmenu, Menu 3. De standaard keuze voor deze digitale filtering is norm (normaal). kies Menu 3 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Filt druk op + of - tot Norm het display keert terug naar het hoofdmenu Filt Handleiding - pagina 28

ADB ADB Deze functie is voorzien in Menu 3. Deze functies zijn voorbehouden voor onderhouds- en produktietesten in de fabriek. Merk op dat sommige ADB-tests alle parameters wissen en resetten. Ther Deze functie is voorzien in het onderhoudsmenu, Menu 3. Deze functies zijn voorbehouden voor produktietesten of speciale toepassingen. Voor de MICROPACK moet de waarde steeds The1 zijn, voor de moet de waarde steeds The2 zijn. kies Menu 3 (zie Keuze van het Menu niveau ) druk op + of - tot Ther druk op + of - tot The1(of The2) het display keert terug naar het hoofdmenu Ther Uitschakelen van de ventilator Zie de Fan functie bij de Foutmeldingen. Handleiding - pagina 29

In gebruikname Aansluiten van de voeding Controleer het voedingsnetwerk (3 x 400 / 230 V + N + aarde) Aansluiten op het net Controleer de indicatoren in de zekeringhouders Alle indicatoren branden: de 3 fasen zijn aanwezig Controleer de display Geen indicator brandt Sommige indicatoren branden niet Adres aangegeven: controleer de LED run" RUN Knippert 400 V aangegeven!! Koppel de voeding onmiddellijk los: te hoge spanning!! Controleer de nulleider! Geen stroom Controleer de verbinding en de zekeringen in het schakelbord Controleer de RCD Opmerking: Dimmers 1 en 4 op fase L1 Dimmers 2 en 5 op fase L2 Dimmers 3 en 6 op fase L3 Verbind de schijnwerpers met de dimmers RUN Altijd AAN RUN Altijd UIT Controleer de display Stel menu 2 in Start looplichttest Reset: stroom verbreken; 5 seconden wachten, stroom weer aansluiten Stroom onmiddellijk verbreken; voedingskabels controleren op fouten Bericht No L2 of No L3 Geen bericht Elke dimmer fadet op/ neer Geen reactie voor sommige dimmers Inwendige zekeringen F1 tot F5 controleren De dimmer werkt; aansluiten op de besturingslessenaar Verlaat de looplichttest Stel het adres in Controleren: dimmerzekering kabelnaar schijnwerpers, lampen * Als een dimmerbeveiliging heeft gewerkt, dient u eerst de totale belasting (Watt) op de overeenkomstige dimmer te controleren, controleer de lampen en de kabels van de schijnwerpers, ga na of de omgevingstemperatuur niet te hoog is; koppel de dimmer los en vervang de dimmerzekering. De overeenkomstige fase ontbreekt De dimmer werkt, maar dimmers aangesloten op ontbrekende fase werken niet Controleer verbinding met net en de zekeringen in het schakelbord Fase L1 ontbreekt De dimmer kan niet werken want de elektronica is op deze fase aangesloten Controleer de verbinding met het net en de zekeringen in het schakelbord Handleiding - pagina 30

In gebruikname Aansluiten van de lichtlessenaars Sluit de dimmer aan op de bedieningslessenaar Verbind de dimmer onderling Sluit de lijnafsluitplug aan op het laatste DMXapparaat Gebruik de dimmers bij 50% (met de lessenaar) Gemultiplexeerd signaal Analoog signaal Controleer de DMX-LED De schijnwerpers Brandt Brandt niet Lichten op Lichten niet op Sommige lichten op Definieer het adres (van de eerste dimmer) op elke dimmer De installatie is klaar voor gebruik Brandt Kortsluiting verderop in de DMX datalijn (kabel of eenheid) Definieer het adres (van de eerste dimmer) op elke dimmer De installatie is klaar voor gebruik Koppel de uitgaande datakabel los Controleer de DMX- LED Brandt niet Het signaal bereikt de dimmer niet - Is de lessenaar ingeschakeld? - Stuurt de lessenaar de kanalen met een waarde verschillend van nul? - Controleer de lijn tussen de lessenaar en de dimmer en de De installatie is klaar voor gebruik Het signaal komt niet binnen - Is de lessenaar ingeschakeld? - Stuurt de lessenaar de kanalen met een waarde verschillend van nul? - Controleer de analoge lijn tussen de lessenaar en de dimmer - Gebruik Analoog in? (menu 2) om het binnenkomende analoge signaalniveau voor elke dimmer te controleren Gebruik Analoog in? (menu 2) om het binnenkomende analoge signaalniveau voor elke dimmer te controleren Het signaal komt niet binnen - Is de lessenaar ingeschakeld? - Stuurt de lessenaar de kanalen met een waarde verschillend van nul? - Controleer de analoge lijn tussen de lessenaar en de dimmer Handleiding - pagina 31

Microprocessor kaart (CPU) PCB 1337 Functie van de 5 smeltzekeringen zekering F1 Fase L3 (referentie spanning) Onderdeel Nr. 6130.07.105 zekering F2 Fase L1 (referentie spanning en voeding van de CPU) Onderdeel Nr. 6130.07.130 zekering F3 Fase L2 (referentiespanning) Onderdeel Nr. 6130.07.105 zekering F4 Fase L1 (referentiespanning en uitgang transformator) Onderdeel Nr. 6130.07.130 zekering F5 Fase L1 (Aux.voeding en uitgang transformator) Onderdeel Nr. 6130.07.130 LED s op de CPU kaart DS1 (groen) +5 V aux. DS2 (groen) +5 V Brug W1 brug W1 moet aanwezig zijn Handleiding - pagina 32

Microprocessor kaart (CPU) PCB 1410 Functie van de 5 smeltzekeringen zekering F1 Fase L3 (referentie spanning) Onderdeel Nr. 6130.07.105 zekering F2 Fase L1 (referentie spanning en voeding van de CPU) Onderdeel Nr. 6130.07.130 zekering F3 Fase L2 (referentiespanning) Onderdeel Nr. 6130.07.105 zekering F4 enkel door ADB-service te vervangen zekering F5 enkel door ADB-service te vervangen LED s op de CPU kaart DS2 (groen) +5 V Handleiding - pagina 33

Allerlei Beveiliging tegen foutief aansluiten op 400 V Waarschuwing: controleer altijd de voedingspanning voor u elektrische toestellen aansluit. Als abnormale spanningen gebruikt worden zal de ingebouwde beveiliging de dimmerzekering buiten werking stellen. Om de normale werking te hervatten: ontkoppel de dimmer van het voedingsnet verwijder de bovenplaat; schroeven: zie tekening in Aansluiten van de voeding controleer de 5 zekeringen (5 x 20 mm) F1 tot F5; zie schema Microprocessor Kaart. Gebruik ter vervanging van defecte zekeringen, enkel zekeringen van het juiste type! sluit de dimmer, controleer de speciale moerplaatjes controleer de voedingsspanningen. Mogelijke fouten zijn de omwisseling van een Fase en de Nulgeleider of een niet aangesloten Nulgeleider. Zie Foutmeldingen - 400 V. sluit de voeding enkel aan als u zeker weet dat de spanningen in orde zijn 400 V aanduiding (display) Deze waarschuwing duidt aan dat op minstens één fase een te hoge spanning aangesloten werd. De dimmerzekering heeft zichzelf buiten werking gesteld; de dimmers functioneren niet. Meer informatie vindt u bij Foutmeldingen - 400 V. Onderbreking van het DMX signaal Indien het DMX signaal onderbroken wordt, zal de microprocessor de laatste niveau s aanhouden. De dimmers kunnen dan alsnog op 0% gebracht worden door: of het DMX signaal te herstellen of door de voeding van de dimmer uit te schakelen of door de functie Test met intensiteit 0% te kiezen Handleiding - pagina 34

DMX! Aanduiding Hiervoor verwijzen we naar "troubleshooting tools" op pagine 25. Resetten van de microprocessor Als de microprocessor in werking is, zal de RUN LED op het voorpaneel één keer per seconde oplichten. Indien deze LED niet meer knippert, dan kan u de microprocessor resetten door de voeding van de dimmer uit te schakelen (min. 10 s). Gebruik daarvoor de automaat of de hoofdzekering of de verliesstroomschakelaar van de voeding. Trek echter nooit de voedingsstekker uit onder belasting. Oververhitting - geleidelijke doving van de dimmers Uw dimmer is uitgerust met een beveiliging tegen oververhitting. Als de inwendige temperatuur stijgt, zal op het display de knipperende waarschuwing TEMP verschijnen. Uw dimmer is geschikt voor een continu gebruik bij volle belasting (6 x 10 A). Als de TEMP waarschuwing verschijnt, wijst dit op een foutief gebruik. Controleer: de omgevingstemperatuur: maximaal 35 C de luchttoevoer en -afvoer worden niet belemmerd de luchttoevoer wordt niet beïnvloed door warme lucht van andere toestellen de ventilator draait de belasting per dimmer is ten hoogste 10 A (2.200 W bij 220 V of 2.400 W bij 240 V) Het verminderen van de belasting of van de niveau s zal de inwendige temperatuur doen dalen. Als de inwendige temperatuur gedurende verscheidene minuten te hoog blijft, zal de TEMP waarschuwing op het display knipperen en beveiligt de dimmerzekering zichzelf door de kringen geleidelijk te doven: eerst worden de niveau s van alle dimmers enigzins verminderd daarna worden deze niveau s nog verder verlaagd de normale werking zal hervat worden zodra een veilige temperatuur bereikt wordt, en na resetten. Inwendige zekeringen Als de dimmer indicatielampjes branden, maar de LED s en het display werken niet, moet u de zekeringen van de elektronica nakijken. Deze zekeringen werken onafhankelijk van de dimmerzekeringen op het frontpaneel. Ze zijn eenvoudig toegankelijk voor herstelling door gekwalificeerd personeel. verwijder de bovenplaat (schroeven: zie aansluiten van de voeding ) raak het aluminium koelblok aan om statische elektriciteit te ontladen controleer de 5 zekeringen (5 x 20 mm) F1 tot F5; zie schema Microprocessor Kaart gebruik ter vervanging van defecte zekeringen, enkel zekeringen van het juiste type sluit de dimmer, let op de speciale moerplaatjes (positie 2) Zekeringen van een foutief type gebruiken is gevaarlijk, kan de dimmer beschadigen, en doet de waarborg vervallen. Handleiding - pagina 35

Karakteristieken Uw dimmer is een toestel voor professioneel gebruik, dat steeds moet gebruikt worden in overeenstemming met de wettelijke veiligheidsvoorschriften. Elektrische Karakteristieken Sturingselektronica volledig digitaal, microprocessor-gestuurd. Nominale belasting geschikt voor continu gebruik bij volle belasting. Toelaatbare belasting: De dimmers zijn bestand tegen een continue werking. Toegestane omgevingstemperatuur + 5 C tot 35 C, 25 C aanbevolen; rel. vochtigheid max. 95%, geen condensatievorming, hoogte < 1000 m Voeding geleider aan de aarde; 230 V tussen fase en N) (enkelpolige beveiliging) Toegestane voedingsspanningen 198 V tot 264 V ( 230 V +/-14%) Foutief Aansluiten 400V interne beveiliging schakelt de dimmers uit Nominale voedingsstroom MICROPACK: 20 A / fase bij driefasige ster voeding 60 A bij een enkelfasige voeding : 40 A / fase bij driefasige ster voeding Dimmerbeveiliging MICROPACK: Enkelpolige smeltzekeringen; 6 x 32 mm,hrc of 10 x 38 mm (100 Ka) voor 1P + N (optie) : Enkelpolige smeltzekeringen; 10 x 38 mm, HRC (100 Ka) Zekeringhouders voor 10 x 36 mm: zijn uitgerust met een slot voor een reservezekering. Verliesstroomschakelaar Indien een verliesstroomschakelaar vereist is (bv. door plaatselijke reglementeringen) moet die in de voedings-installatie voorzien zijn. Stuursignalen DMX512/1990 (USITT digitale multiplex standaard) optioneel: analoge sturing 0/+10V of 0/+370µA (inwendig omschakelen) simultaan DMX en Analoge sturing: hoogste waarde telt (HTP) Onderbreking van het DMX signaal dimmers houden de laatste niveau s aan voor onbeperkte tijd DMX adres met de hulp van een Menu wordt het DMX adres van de eerste dimmer vastgelegd Dimmercurve (te selecteren per dimmer) Lineaire rms spanning, Lineair tot 120 V, Fluorescentie Lampen, Lineair met 5% voorverwarming, Kwadratisch, TV, Non-dim (Aan vanaf 15%), en 3 reserve/speciale Verklikkerlampjes op het frontpaneel dimmerzekering is OK per dimmer aanwezigheid van DMX512 stuursignaal werking van de microprocessor foutmeldingen (op het display) Dimmer testfuncties automatisch looplicht op 70% één dimmer op een niveau naar keuze lichtstand zonder lichtregeltafel geprogrammeerde zelftest Responssnelheid DMX: minder dan 35ms Analoog: minder dan 40ms dimmer precisie : 4000 dimmer-niveau s Rendement bij volle belasting beter dan 98% Warmte-ontwikkeling bij volle belasting max. 45 W per 10 A dimmer Gelijkspannings-componente in uitgangsspanning minder dan 1V bij toegestane belastingen Minimale belasting 25 W op een 10 A dimmer Types belasting geschikt voor resistieve en licht inductieve belastingen, zoals halogeen lampen, laagspanningshalogeen lampen met een geschikte transformator, fluorescentielampen met een geschikt voorschakelapparaat. Kleurcode van de voedingskabel (indien van toepassing) bruin en/of zwart : fasen L1, L2, L3 blauw : nulgeleider geel/groen : aarding Veiligheidsnormen EN60204 EN60950 Handleiding - pagina 36

Mechanische karakteristieken Draagbare MICROPACK Afmetingen A x B x C (mm) 360 x 445 x 133 Netto gewicht (kg) 14 Verpakking (mm) 460 x 595 x 245 Bruto gewicht (kg) 16 MICROPACK met montage beugels (19 ) Afmetingen A x B x C (mm) 483 x 445 x 133 Netto gewicht (kg) 14 Verpakking (mm) 460 x 595 x 245 Bruto gewicht (kg) 16 Opmerking : de MICROPACK moet ondersteund worden bij montage in een 19 rack. Afmetingen A x B x C (mm) 484 x 500 x 133 Netto gewicht (kg) 17 Verpakking (mm) 540 x 595 x 245 Bruto gewicht (kg) 16 Opmerking : de MICROPACK/ moet ondersteund worden bij montage in een 19 rack. Handleiding - pagina 37

Installeren van de Analoge Ingangen kit Indien uw MICROPACK/ bij aflevering niet voorzien was van Analoge Ingangen, kan u de apart verkrijgbare kit zelf installeren. PCB 1336 Analoge Ingangen kaart (optie) Inhoud van de kit voor analoge input de analoge inputkaart PCB1336.x. Bestaat in drie verschillende versies: - PCB1336.1: de gedeeltelijk uitgeruste versie voor 8 inputs - PCB1336.2: de gedeeltelijk uitgeruste versie voor 12 inputs - PCB1336.3: de volledig uitgeruste versie voor 24 inputs Voor de aansluiting van de knoppen voor de afstandsbediening die de geheugens besturen, is de versie met 24 inputs vereist. vijf spacers uit plastic lange lintkabel voor gebruik in EURORACK 80 korte lintkabel voor gebruik in MICROPACK,, MEMOPACK, MEMORACK een set moeren, etc. voor de installatie van de SubD-25 een SubD-25M plug voor de kabel In het hoofdstuk Onderhoud vindt u de onderdeelnummers. Handleiding - pagina 38

Instructies Maak de dimmer los van het stroomnet. Verwijder het deksel bovenaan (10 schroeven, cf. schets in Supply terminals ). De analoge inputkaart PCB 1336 moet worden gemonteerd op de processorkaart PCB1410. Cf. ingesloten tekeningen. Gelieve te letten op de 20-pin connector en de vijf openingen voor de spacers. Installeer de vijf plastic spacers op de CPU-kaart PCB 1410. Opmerking: bij sommige series waren de openingen in PCB 1410 een beetje te klein. Als dit het geval is, hoeft u niets te forceren. Pas gewoon één uiteinde van de plastic spacers aan met een scherp mes. Installeer de PCB 1336 door de 20-pin connector en de vijf plastic spacers aan te sluiten. P1 op PCB1336 (Analoge inputkaart) komt overeen met P3 van PCB 1337 / PCB 1410 (CPUkaart microprocessor). Voor 0 / + 10 V of geheugenbesturing (Special 3, Special 4) moet u de lintkabel (25 geleiders) met de analoge connector van het voorpaneel (DB-25-S) aansluiten op P3 op PCB 1336 (Analoge inputkaart). Voor de 0 / +370 _A-werking sluit u de lintkabel (25 geleiders) met de analoge connector van het voorpaneel (DB-25-5) aan op P4 op PCB 1336 (analoge inputkaart). Zorg dat de lintkabel niet in aanraking komt met de filters en de stroomdraden. Sluit het deksel (de speciale sluitringen moeten voorzichtig worden teruggeplaatst). Activeer de analoge inputs via de AlnM-functie in Menu 3. Handleiding - pagina 39

De analoge inputs activeren Nadat u de Analoge Inputkaart PCB 1336 hebt geïnstalleerd, moet u ze vanuit het menu activeren. Uw instelling blijft in het geheugen bewaard nadat u de stroom uitschakelt: de instelling wordt bewaard in een EPROM. Voor meer details en voorbeelden van toepassingen verwijzen we naar de handleiding Digitale Dimmers Programmeren. Samenvatting: Sluit de dimmer unit aan op het stroomnet. Menu Level? YES Level 3 YES YES YES An. In Mode? YES On YES Kies nu de vereiste modus (Muted; analoge input 0/10V; Special 1, Special 2; Special 3; Special 4). Bevestig met YES. Uit voorzorg moet u dan de toegang tot de menu s blokkeren: Menu Level? YES Level 0 YES Handleiding - pagina 40

Onderhoud Opgepast In dit apparaat worden levensgevaarlijke spanningen gebruikt. Onderhoud is voorbehouden aan gekwalificeerd personeel. De voedingsspanning moet afgekoppeld zijn alvorens een zekering verwijderd wordt. De voedingsspanning moet afgekoppeld zijn alvorens de bovenplaat verwijderd wordt. Zekeringen De 6 dimmerzekeringen zijn op het frontpaneel geplaatst. De 5 inwendige zekeringen zijn bereikbaar nadat u de bovenplaat verwijderd hebt (zie Aansluiten van de Voeding ) U dient altijd de voeding af te koppelen vòòr u een zekering wisselt of de dimmer opent. Schakel de spanning af door de hoofdzekeringen of de automaat of de verliesstroomschakelaar op de voeding uit te schakelen. Trek pas daarna de voedingsstekker uit. Gebruik steeds zekeringen van hetzelfde type, formaat, waarde, smeltwaarde (I2t), en uitschakelvermogen als de originele. Lijst van toebehoren en reserve-onderdelen Gebruik steeds originele reserve-onderdelen. De originele componenten zijn uitgekozen om de kwaliteit en bedrijfszekerheid te bereiken die u verwacht van uw dimmer. DMX verlengsnoeren 1145.12.775 DMX512 data kabel met XLR5 stekkers (2 m) 1145.12.780 DMX512 data kabel met XLR5 stekkers (5 m) 1145.12.785 DMX512 data kabel met XLR5 stekkers (10 m) Connectoren, stopcontacten 6117.15.110 XLR 5M stekker, mannelijk kabeldeel, voor DMX512 6117.15.120 XLR 5F contrastekker, vrouwelijk kabeldeel, voor DMX512 6117.47.012 DB25-P stekker, mannelijk kabeldeel, voor analoge ingangen 6117.47.013 behuizing voor DP25-P stekker 1112.00.060 output snoerkit voor met AMP-outputs (2 AMP-connectors, voorgeplooide kabels, lengte 1,5 m). 6113.34.003 uitgangsstopcontact, dubbele Schuko 6113.34.010 uitgangsstopcontact, dubbele CEBEC/NF 6113.34.005 uitgangsstopcontact, drievoudg Zwitserse 6113.53.105 uitgangsstopcontact, CEE16 (P17) 6113.34.020 uitgangsstopcontact, UK 15A (ronde pennen) Zekeringen, zekeringenhouders Alle zekeringen moeten besteld worden in veelvouden van 10 stuks. 6130.45.150 zekering voor MICROPACK (6 x 32 mm, HRC, 8A,10kA ) 6130.45.170 zekering voor (10 x 38 mm, HRC, 8A, 100kA) 6130.07.105 zekering 0,08A M voor CPU PCB 1410 6130.07.130 zekering 0,1A T voor CPU PCB 1410 6130.99.138 zekeringhouder voor MICROPACK, met dop (6 x 32 mm) 6132.00.095 zekeringhouder voor, 1P+N versies (10 x 38 mm) 6130.99.515 zekeringhouder voor CPU kaart en MICROPACK, met dop Kaarten Gelieve uw distributeur te raadplegen. Bezorg hem het volledig productreferentienummer (1DB of 1 DH ) en het serienummer. U vindt ze op het identificatieplaatje. Varia 1112.07.000 Analoge Ingangen kit (PCB 1336.1, lintkabel,...)voor MICROPACK (6 ingangen) 1112.07.010 Analoge Ingangen kit (PCB 1336.2, lintkabel,...)voor (12 ingangen) +1136.3 (24 ingangen) 7074.10.035 ventilator voor MICROPACK en Handleiding - pagina 41

Data kabel XLR5-MX XLR5-FX GND 1 DATA - 2 DATA + 3 4 5 1 GND 2 DATA - 3 DATA + 4 5 Kabel Lengte : maximum 250 m Type : 2 x 2 x 0,34 mm 2 afgeschermd Standaard DMX doorverbinding of verlengkabel Afsluitweerstand XLR5-M CN : 6117.15.110 De afsluitweerstand dient geplaatst te worden op de DMX uitgang van het laatste toestel in het DMX netwerk Handleiding - pagina 42

Aansluiting van de sturing (DMX Data) Pin Signaal 1 GND 2 RX - IN 3 RX + IN 4 TX - IN 5 TX + IN XLR5 -M Pin Signaal 1 GND 2 RX - OUT 3 RX + OUT 4 TX - OUT 5 TX + OUT XLR5 -M Pin Signal 1 GND 2 RX - IN 3 RX + IN 4 TX - IN 5 TX + IN IEEE-488 (DDK) Handleiding - pagina 43

Dimmers uitvoeringen SOCAPEX Pin Phase Kringen 1 L 1 2 N 3 L 2 4 N 5 L 3 6 N 7 L 4 8 N 9 L 5 10 N 11 L 6 12 N 13 14 15 16 PE 17 18 19 HARTING Pin Phase Kringen 1 L 1 2 L 2 3 L 3 4 L 4 5 L 5 6 L 6 7 NC 8 NC 9 N 1 10 N 2 11 N 3 12 N 4 13 N 5 14 N 6 15 NC 16 NC Dimmer Supply Connections Pin Phase 1 L1 2 L2 3 L3 4 N HARTING POWER Handleiding - pagina 44