Jeugdhulp. 3.1 Gemeenten hebben een jeugdhulpplicht

Vergelijkbare documenten
INHOUDSOPGAVE. Voorwoord / V. Afkortingenlijst / XIII. Deel I Inleiding op het nieuwe jeugdstelsel / 1

gelet op de artikelen 2.9, 2.10, 2.12 en 8.1.1, vierde lid, van de Jeugdwet;

Veranderingen in de Jeugdzorg Zeeland: Vraag- en antwoord

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 april 2016;

Hoofdstuk 2. Gemeente

Zorgaanbieders specialistische jeugdhulp beschikbaar voor Capelle aan den IJssel

Weten wat er verandert in de jeugdhulp in 2015? Deze lijst geeft antwoord op de meest gestelde vragen.

Pedagogische civil society: Gemeenschappelijke activiteiten van burgers rondom het grootbrengen van kinderen.

Was/wordt tabel artikelen Verordening jeugdhulp Bloemendaal 2018 (corsa ) Ongewijzigd

Zorglandschap jeugd Flevoland

CL IËNT. Regelt de aanspraak op zorg voor mensen die een blijvende behoefte hebben aan permanent toezicht of 24 uur per dag zorg in de nabijheid.

Algemene vragen van ouders over de transitie jeugdhulp

Gemeente Stadskanaal: Nadere regels Jeugdhulp Stadskanaal 2015

Perceelbeschrijving persoonlijke begeleiding, verzorging en kort verblijf

Vragen en Antwoorden voor huidige cliënten jeugdhulp

VERORDENING JEUGDHULP GEMEENTE HORST AAN DE MAAS

Jeugdarts en de Jeugdwet 2015

Uitwerking producten Ondersteuning zelfredzaamheid (C1) en ondersteuning maatschappelijke deelname (C2)

Algemene vragen van ouders over de transitie jeugdhulp

Concept Verordening jeugdhulp gemeente Velsen 2015

Als opvoeden een probleem is

Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 6 Datum: nr

INHOUDSOPGAVE. Voorwoord / V. Afkortingenlijst / XIII. Deel I Inleiding op het nieuwe jeugdstelsel / 1

noodzakelijke infrastructuur benodigd voor bieden van continuïteit beperking van frictiekosten functioneren van AMHK.

Onderwerp: Verordening Jeugdhulp gemeente Zederik gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2015;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014;

Verordening jeugdhulp Utrecht 2015

- andere voorziening: voorziening op het gebied van zorg, onderwijs, maatschappelijke ondersteuning of werk en inkomen, niet vallend onder de wet;

Vragen en antwoorden Jeugdzorg gemeente De Bilt voor inwoners, versie december 2014

E 1.2 Reguliere pleegzorg, inclusief netwerkpleegzorg E 1.3 Crisispleegzorg E 2 Logeren/kortdurend verblijf

Ik krijg ondersteuning bij de opvoeding en zorg voor mijn kind. Wat verandert er in 2015?

RAADSBESLUIT: BESLUIT:

Pijnacker-Nootdorp - Verordening jeugdhulp gemeente Pijnacker-Nootdorp 2015

WEGWIJZER Zorginzet bij overgang 18 jaar bij verblijf

Verordening jeugdhulp

Nadere regels behorende bij de Verordening jeugdhulp gemeente Eemnes 2016

Medisch specialist ziekenhuis

AWBZ zorg bij Bureau Jeugdzorg (BJz)

VERORDENING JEUGDHULP GEMEENTE HEERENVEEN 2015

Toelichting Algemeen

UITVOERINGSREGELS. Bij de verordening jeugdhulp SWW. Programma Jeugd SWW. Uitvoeringsregels bij de verordening jeugdhulp SWW. Datum 01 december 2014

Jeugdhulp. Regio Gooi en Vechtstreek. Marjet van Elten Beleidsadviseur Jeugd en Onderwijs

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Winterswijk van..

gelet op artikel 2, artikel 4, artikel 7 en artikel 12 van de Jeugdverordening gemeente IJsselstein 2015;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 september 2016, gemeentebladnummer B;

PRODUCTEN INKOOP 2017 EN VERDER PERCEEL: ONDERSTEUNING OP LOCATIE AANBIEDER JEUGD

Perceelbeschrijving Persoonlijke begeleiding, verzorging en kort verblijf

Verordening uitvoering Jeugdwet gemeente Oldenzaal 2015

gelet op de artikelen 2.9, 2.10, 2.12 lid 2, vierde lid, en 12.4 lid 2 van de Jeugdwet en artikel 149 en 156 van de Gemeentewet;

Verordening jeugdhulp gemeente Gemert-Bakel. gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 30 september 2014;

Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Tytsjerksteradiel 2017

Perceelbeschrijving JeugdzorgPlus

Veelgestelde vragen over de veranderingen in de jeugdzorg per

Lelystad. Raadsbesluit. /Lj OSó2. gemeenteraad. Nummer: De raad van de gemeente Lelystad,

Persoonsgebonden budget (pgb) Informatiebijeenkomst Gemeente Houten

Betreft: Veranderingen in de jeugdhulp en het overgangsrecht - informatie voor ouders en verzorgers van kinderen in jeugdhulp

Perceelbeschrijving 3 Pleegzorg

Factsheet Besluit gemeente na verwijzing door huisarts?

Kinderen en jeugdigen tot 18 jaar met een beperking

Perceelbeschrijving Pleegzorg

Over zorg voor de jeugd en de Jeugdwet. hoorn.nl

Behoort bij raadsbesluit vanlo-iü'hi nr.glsotc Verordening jeugdhulp Heemstede 2015 D e g r Heemstede

Bijlage 2. Productbeschrijvingen Verblijf middel, Verblijf middelzwaar, Verblijf zwaar, Verblijf extra zwaar en Verblijf Spoedhulp

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 september 2014;

VERORDENING JEUGDHULP GEMEENTE VEGHEL 2015

Als het mis dreigt te gaan met je opvoeding

Gemeente Nijkerk Verordening jeugdhulp

Cliënt Onder een cliënt verstaan we de jeugdige, zijn (stief)ouders of wettelijk vertegenwoordigers.

De Jeugdwet schrijft in de artikelen 2.9, 2.10 en 2.12 voor dat de gemeenteraad per verordening in ieder geval uitvoeringsregels opstelt:

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 september 2014;

Intensieve Ondersteuning Gezin en begeleiding

Verordening jeugdhulp

Hoofdstuk 4. Kwaliteit

even Als kinderen en ouders geen raad meer weten

Gemeente Nissewaard - Verordening jeugdhulp Nissewaard

Perceelbeschrijving. VERBLIJF Perceel moet nog aanpast worden met residentieel en crisisopvang. Samenwerkende gemeenten Holland Rijnland:

Factsheet Veranderingen in de Zorg 2015 (AWBZ, LIZ, Zvw en Wmo):

Verordening. Jeugdhulp

Samenwerking JGZ - Jeugdzorg

Inzicht in de jeugdzorg en de samenhang met gerelateerde domeinen

Kwaliteitskader Verantwoorde zorg Caribisch Nederland

Toetsingskader Kwaliteit opvang alleenstaande minderjarige vreemdelingen

BIJLAGE 4: Beleidsdocument. 1. Indeling zorgfuncties

Informatiebijeenkomst VGN Stand van Zaken Jeugdwet

BIJLAGE 1: Opgaven voor gemeenten in het nieuwe stelsel

Voorstel van het college tot vaststelling van de Verordening tot wijziging van de Verordening Jeugdhulp Den Haag 2015

Verordening Jeugdhulp gemeente Hardinxveld-Giessendam Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 november 2018;

De Jeugdwet schrijft voor dat de gemeenteraad per verordening in ieder geval regels opstelt:

Verordening Jeugdhulp Leerdam

Doelgroepenbeleid Zorgvilla Huize Dahme

Gesloten jeugdhulp bij ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen Gegevensverwerking, privacy en toestemming Financiën en verantwoording

gelezen het advies van de Participatieraad Overbetuwe van 7 november 2014;

Perceelbeschrijving JeugdzorgPlus

Hulp of begeleiding die thuis of bij de instelling plaatsvindt,

Reactie Schulinck internetconsultatie Wetsvoorstel woonplaatsbeginsel

Wetten Compact JEUGDWET

Welkom bij de William Schrikker Groep

De Wet op de Jeugdzorg in grote lijnen

*Z03BC41EF9F* Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Weesp 2019

Meest gestelde vragen over de veranderingen bij de jeugdhulp1

Transcriptie:

3 Jeugdhulp 3.1 Gemeenten hebben een jeugdhulpplicht Gemeenten hebben op grond van de wet een jeugdhulpplicht. Deze plicht houdt in dat de gemeente een voorziening moet treffen als de jeugdige of ouders dit nodig hebben omdat ze problemen hebben bij het opgroeien, de zelfredzaamheid of de deelname aan de maatschappij. De jeugdhulpplicht geldt tegenover jeugdigen en ouders die hun woonplaats hebben binnen de gemeente. De jeugdhulpplicht is erg ruim en kan veel verschillende soorten hulp omvatten. Het is uiteindelijk aan de gemeente zelf om te bepalen hoe ze invulling willen geven aan deze zorgverplichting. Wel geldt dat de geboden jeugdhulp tot een bepaald resultaat moet leiden. De Jeugdwet zegt hierover dat de jeugdige met de geboden hulp in staat moet worden gesteld: gezond en veilig op te groeien; te groeien naar zelfstandigheid; en voldoende zelfredzaam te zijn en maatschappelijk te participeren. Persoonskenmerken, behoeften en voorkeuren Bij het uitvoeren van de jeugdhulpplicht moet de gemeente rekening houden met de behoeften en persoonskenmerken van de jeugdige en zijn ouders. Ook moet ze rekening houden met de godsdienstige gezindheid, levensovertuiging en culturele achtergrond. Achtergrond daarvan is dat de hulpverlening in algemene zin effectiever zal zijn als deze beter aansluit bij de identiteit van de jeugdige en zijn ouders. In de praktijk betekent dit bijvoorbeeld dat de gemeente bij de inkoop van zorg er rekening mee houdt dat ze ook aanbieders opneemt die kennis en ervaring hebben van een specifieke godsdienstige gezindheid, levensovertuiging of culturele achtergrond. 17

3.2.2 Jeugdhulp 3.2 Vormen van jeugdhulp Jeugdhulp is een breed begrip en omvat allerlei vormen van ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en hun ouders. Zo kan het gaan om lichte vormen van ondersteuning, maar ook om zware vormen van zorg. Ook kan de hulp zowel ambulant (thuis of in sociale omgeving) als residentieel (in een instelling) geboden worden. De jeugdhulp die de gemeente biedt, omvat allerlei vormen van zorg en ondersteuning die jeugdigen vóór 2015 via Bureau Jeugdzorg of het CIZ kregen. Hierna volgt een toelichting bij enkele vormen van jeugdhulp die de gemeente biedt. LET OP! Het kan per gemeente verschillen welke jeugdhulp beschikbaar is. Elke gemeente bepaalt in het eigen beleid welke vormen van jeugdhulp in die gemeente te krijgen zijn. 3.2.1 Hulp en begeleiding bij gedrag en opvoedproblemen Jeugdigen met psychosociale, psychische of gedragsproblemen kunnen hiervoor hulp en begeleiding krijgen, bijvoorbeeld in de vorm van ambulante hulpverlening. Ook de ouders, stiefouders of gezinnen waar de jeugdige verblijft kunnen hulp krijgen om te leren hoe ze met de problemen van de jeugdige om kunnen gaan. Enkele voorbeelden van deze jeugdhulp zijn: opvoedcursussen; intensieve pedagogische gezinsbegeleiding; intensieve orthopedagogische begeleiding; speltherapie; creatieve therapie; vaardigheidstrainingen; specifieke aanpak van gedragsproblemen; individuele begeleiding; trainingen voor jeugdigen of hun ouders. 3.2.2 Pleegzorg Pleegzorg is een vorm van jeugdhulp voor jeugdigen die niet meer thuis kunnen wonen. De jeugdige verblijft dan in een pleeggezin. Verblijf in een pleeggezin heeft in de meeste gevallen de voorkeur boven verblijf in een instelling. 18

Jeugdhulp 3.2.4 Er zijn verschillende varianten van pleegzorg. Het verblijf van de jeugdige in een pleeggezin kan kortdurend zijn, als bijvoorbeeld terugkeer naar het gezin centraal staat. In dat geval krijgen de ouders ook intensieve hulp. In situaties waarbij een snelle terugkeer niet mogelijk is, zal de jeugdige langdurig in een pleeggezin verblijven. Het pleeggezin kan een gezin zijn van vrienden of familie. Daarnaast kan de jeugdige ook een deel van de week in een pleeggezin verblijven. Bijvoorbeeld alleen in de weekenden. In crisissituaties kan de jeugdige ook tijdelijk in een pleeggezin verblijven. 3.2.3 Gesloten jeugdhulp Gesloten jeugdhulp is een intensieve vorm van jeugdhulp voor jeugdigen met ernstige gedragsproblemen. De jeugdige wordt dan gedwongen opgenomen in een gesloten instelling. De inzet van gesloten jeugdhulp moet voorkomen dat de jeugdige zich onttrekt aan de hulp die hij nodig heeft. Of dat anderen de jeugdige aan de jeugdhulp onttrekken. De gedwongen opname is dan ook niet bedoeld als straf. Het uiteindelijke doel is de jeugdige weer mee te laten doen in de samenleving. Om gesloten jeugdhulp in te kunnen zetten, is een machtiging van de kinderrechter nodig. In de gesloten instelling krijgen de jeugdigen kwalitatief hoogwaardige, specialistische hulp die op hun toekomst is gericht. Onder andere door scholing, werk of stage voor de jeugdige. Het is de bedoeling dat het verblijf van de jeugdige in de gesloten instelling zo kort mogelijk blijft, maar zo lang als noodzakelijk. 3.2.4 Verblijf Verblijf houdt in dat de jeugdige tijdelijk buiten de thuissituatie verblijft. Het is dan beter voor de jeugdige om de jeugdhulp buiten het gezin te krijgen. Bij verblijf gaat het erom dat de jeugdige hulp en zorg krijgt in een beschermde woonomgeving met een passend leefklimaat en permanent toezicht. Zoals hiervoor beschreven kan dit verblijf in een pleeggezin zijn of in een gesloten instelling. Maar er zijn ook andere situaties waarin de jeugdige buiten het gezin verblijft. Verblijf ter vervanging van gezinssituatie Verblijf buiten het gezin kan nodig zijn als de leefsituatie van de jeugdige niet meer acceptabel is. Maar ook als het verblijf noodzakelijk is om intensieve jeugdhulp aan de jeugdige te bieden. De verblijfsplek biedt de jeugdige een andere beschutte en veilige woon- of leefomgeving. Bijvoorbeeld in een accommodatie van een zorgaanbieder. De jeugdige kan daar 24 uur per dag verblijven of een deel van de dag. 19

3.2.5 Jeugdhulp Verblijf vanwege psychische stoornis met medische noodzaak Verblijf kan nodig zijn voor behandeling van een jeugdige met een psychische stoornis met medische noodzaak. De jeugdige kan dan in een specialistische instelling verblijven. Verblijf om degene die hulp biedt te ontlasten Het kan zijn dat degene die de jeugdige gebruikelijke zorg of mantelzorg levert, de zorg even wil overdragen aan een ander. Bijvoorbeeld bij dreigende overbelasting van deze persoon (meestal de ouders). De jeugdige kan dan in een week maximaal 3 keer 24 uur logeren in een instelling. Dit heet kortdurend verblijf. Het gaat dan vooral om jeugdigen die hulp krijgen waarbij permanent toezicht nodig is. Doordat de jeugdige slechts korte tijd uit de thuissituatie weg is, kunnen de ouders hun rol als verzorgers en opvoeders blijven vervullen. Verblijf als thuiszorg onverantwoord of ondoelmatig is De jeugdige kan in een week ook langer dan 3 keer 24 uur in een instelling verblijven. Dat is nodig als de zorg in de thuissituatie niet meer op een verantwoorde en doelmatige manier te bieden is. De jeugdige kan dan naar een gespecialiseerde instelling gaan, soms zelfs voor een periode langer dan een jaar. 3.2.5 Jeugd-ggz Jeugd-ggz is geestelijke gezondheidszorg voor jeugdigen. De jeugd-ggz biedt hulp aan jeugdigen met psychische klachten of een psychische stoornis, zoals ADHD, autisme, een gedragsstoornis of angststoornis. Bij deze jeugdigen gaat het om psychische problemen die hun dagelijks functioneren belemmert. De hulp is gericht op herstel van de problemen of voorkomen van verergering. Ook jeugdigen met ernstige enkelvoudige dyslexie (EED) behoren tot de groep die jeugd-ggz kan krijgen. De meeste behandelingen in de jeugd-ggz vinden ambulant plaats. Dat betekent dat de jeugdige thuis of op locatie behandeld wordt. Dat kan bijvoorbeeld ook op school zijn. Het overige deel van de behandelingen vindt plaats in een kliniek. De jeugdige kan daar enkele dagdelen een behandeling volgen of de jeugdige kan voor bepaalde tijd in een specialistische instelling verblijven (kinder- of jeugdpsychiatrische kliniek). Behandelingen in de jeugd-ggz zijn er niet alleen voor jeugdigen. Ook ouders kunnen hulp krijgen, bijvoorbeeld door gezinstherapie of gesprekken. 20

Jeugdhulp 3.2.7 3.2.6 Begeleiding Begeleiding is hulp voor jeugdigen die niet of onvoldoende zelfredzaam zijn vanwege matige tot zware beperkingen. De hulp is gericht op behoud en bevorderen van het zelfstandig functioneren van de jeugdige. De jeugdige leert meer zelfstandig te worden door te oefenen met bepaalde vaardigheden, zoals wassen, koken of aankleden. Daarnaast is er begeleiding bij het aanbrengen van structuur, zoals hulp bij organiseren, besluiten nemen en de dag structureren. De hulp heeft tevens als doel te voorkomen dat de jeugdige verwaarloost of moet worden opgenomen in een instelling. Begeleiding wordt vaak geboden in combinatie met andere vormen van jeugdhulp, zoals persoonlijke verzorging en verblijf of kortdurend verblijf in een instelling. Als de jeugdige dagbesteding volgt buiten de verblijfsinstelling, is er ook begeleiding bij het vervoer. 3.2.7 Persoonlijke verzorging Persoonlijke verzorging houdt in dat een jeugdige ondersteuning krijgt bij dagelijkse handelingen op het gebied van persoonlijke verzorging. De jeugdige wordt gestimuleerd en aangeleerd om de handelingen zelf te doen. Een ander kan de dagelijkse handelingen ook overnemen. De persoonlijke verzorging heeft als doel een tekort aan zelfredzaamheid bij de jeugdige op te heffen. Dagelijkse handelingen omvatten allerlei activiteiten, zoals: wassen; aankleden en uitkleden; aanbrengen of aantrekken van hulpmiddelen, prothesen, elastische kousen; eten en drinken; toedienen van sondevoeding; zich verplaatsen (in/uit bed, in/uit bad, van bed naar stoel); naar het toilet gaan (aanleggen van een urinaal, verwisselen van incontinentiemateriaal); wisselen van lig- of zithouding; medicijnen innemen. Persoonlijke verzorging wordt vaak geboden in combinatie met andere vormen van jeugdhulp, zoals bij verblijf of kortdurend verblijf in een instelling. Ook begeleiding is vaak onderdeel van deze hulp. 21

3.3.3 Jeugdhulp 3.2.8 Vervoer Vervoer kan ook onderdeel zijn van de geboden jeugdhulp. De gemeente moet in bepaalde gevallen zorgen voor vervoer van jeugdigen die jeugdhulp krijgen op een andere locatie dan de verblijfsplek. Dat moet in ieder geval als de jeugdige niet zelfstandig kan reizen van en naar de locatie waar jeugdhulp geboden wordt. Bijvoorbeeld in verband met een medische noodzaak of een gebrek aan zelfredzaamheid. 3.3 Doelgroep Jeugdhulp is er niet alleen voor jeugdigen, maar ook voor hun ouders. Een jeugdige kan alleen jeugdhulp krijgen als de jeugdige in Nederland verblijft. Er gelden regels om te bepalen welke gemeente de jeugdhulp aan de jeugdige moet bieden. 3.3.1 Jeugdige Een jeugdige is in ieder geval de persoon van 18 jaar of jonger. Soms kunnen ook jeugdigen van 18 tot 23 jaar jeugdhulp krijgen. Dat is bijvoorbeeld het geval als een jeugdige al jeugdhulp ontvangt en het noodzakelijk is dat deze hulp ook na het 18e levensjaar wordt voortgezet. Ook als voor het bereiken van de 18-jarige leeftijd reeds is bepaald dat jeugdhulp nodig is, kan de jeugdige die na zijn 18e jaar blijven ontvangen. Daarnaast kan ook de strafrechter beslissen dat de jeugdige na zijn 18e jeugdhulp moet krijgen. 3.3.2 Ouder Ouders van jeugdigen kunnen ook jeugdhulp krijgen. Volgens de Jeugdwet worden de volgende personen aangemerkt als ouder: ouder met gezag; stiefouder; adoptiefouder; ander persoon die de jeugdige in gezinsverband verzorgt en opvoedt. De Jeugdwet maakt een uitzondering voor pleegouders. Dat betekent dat een pleegouder geen jeugdhulp kan krijgen. 3.3.3 Jeugdige vreemdeling Jeugdhulp is er voor jeugdigen die in Nederland verblijven. Dat betekent dat ook jeugdige vreemdelingen jeugdhulp kunnen krijgen. In ieder geval geldt dat voor jeugdigen die rechtmatig in Nederland verblijven. Maar de gemeente is bevoegd om 22

Jeugdhulp 3.4.1 ook jeugdhulp te bieden aan jeugdigen die niet-rechtmatig in Nederland zijn. Dat mag dan alleen als de jeugdige 18 jaar of jonger is en de jeugdhulp maximaal een half jaar duurt. 3.3.4 Woonplaats Welke gemeente verantwoordelijk is voor de hulp aan een jeugdige, hangt af van de woonplaats van de jeugdige. Die woonplaats is niet altijd de gemeente waar de jeugdige feitelijk woont of verblijft. De Jeugdwet geeft regels over hoe de woonplaats van een jeugdige moet worden vastgesteld. De hoofdregel is dat de jeugdige de woonplaats volgt van degene die het gezag over de jeugdige uitoefent. Dat is in de meeste gevallen de ouder(s), maar kan ook een voogd zijn. In andere situaties geldt wel dat de gemeente waar de jeugdige feitelijk verblijft, moet zorgen voor jeugdhulp. Namelijk als een gecertificeerde instelling de voogdij over de jeugdige heeft of als de ouders met gezag in het buitenland wonen of onbekend is waar ze wonen. Voorbeeld Tessa (8 jaar) woont bij haar vader in Utrecht. De moeder van Tessa woont in Amsterdam. Zij heeft het ouderlijk gezag. Tessa heeft een verstandelijke beperking en haar vader klopt bij zijn woongemeente Utrecht aan voor hulp. Omdat de moeder van Tessa het gezag heeft, is de gemeente Amsterdam verantwoordelijk voor de hulp aan Tessa. Voor Tessa is het waarschijnlijk het meest praktisch als ze hulp kan krijgen van een jeugdhulpaanbieder in de regio Utrecht. Als de gemeente Amsterdam geen contract heeft met deze jeugdhulpaanbieder, zullen de gemeente Utrecht en Amsterdam met elkaar moeten overleggen over de in te zetten hulp. 3.4 Toegang tot jeugdhulp De jeugdige of zijn ouders kunnen op verschillende manieren toegang tot jeugdhulp krijgen. Allereerst moet de gemeente er zelf voor zorgen dat er een plek is waar ouders en jeugdigen terechtkunnen met een hulpvraag. Daarnaast bepaalt de wet dat er nog enkele andere ingangen zijn om jeugdhulp te krijgen. 3.4.1 Toegang via gemeente Elke gemeente kan op haar eigen manier de toegang tot jeugdhulp organiseren. Dat betekent dat er een plek moet zijn waar een jeugdige of zijn ouder een hulpvraag kan melden. In veel gemeenten kunnen jeugdigen en ouders terecht bij een sociaal wijkteam. Andere gemeenten hebben een loket ingericht of hebben consulenten 23

3.4.1 Jeugdhulp beschikbaar. Ook zijn er gemeenten waar jeugdigen en ouders hun hulpvragen kunnen melden bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Zie voor de procedure bij de toegang via de gemeente 3.6. LET OP! Voor het verlenen van jeugdhulp in het vrijwillige kader is in beginsel toestemming vereist van de ouders met gezag (beide ouders) of de voogd. Het is voor toegangsmedewerkers bij de gemeente van belang dit goed voor ogen te houden. De toestemmingsregels komen aan de orde in 7.2 van deze Kleine Gids. In situaties waar onmiddellijk actie nodig is, moet de gemeente ervoor zorgen dat de jeugdhulp altijd direct bereikbaar en beschikbaar is. Jeugdigen en ouders die direct hulp nodig hebben kunnen terecht bij een crisisdienst. Een gemeente kan ervoor kiezen de crisisdienst bij een van de volgende organisaties onder te brengen: bij de gemeente zelf; bij de gecertificeerde instelling; bij het AMHK; bij een jeugdhulpaanbieder; als aparte organisatie. Niet elke gemeente heeft een eigen crisisdienst. Die gemeente heeft dan met andere gemeenten een regionale crisisdienst. Deskundigheidseisen Om de toegang tot jeugdhulp goed te kunnen uitvoeren, moet de gemeente deskundigheid in huis hebben. In de wet- en regelgeving is vastgelegd dat de gemeente over deskundigen moet beschikken met kennis op het gebied van: opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen; opvoedingssituaties waardoor jeugdigen mogelijk in hun ontwikkeling worden bedreigd; taal- en leerproblemen; somatische aandoeningen; lichamelijke of verstandelijke beperkingen; en kindermishandeling en huiselijk geweld. De gemeente kan zelf bepalen hoe ze de beschikbaarheid van deze deskundigheden vormgeeft. Zo kan een multidisciplinair wijkteam deze functie vervullen, maar ook een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). De gemeente hoeft de deskundigen niet zelf in dienst te hebben. 24

Jeugdhulp 3.4.3 3.4.2 Toegang via verwijzing van een arts Jeugdigen en ouders kunnen met een hulpvraag ook terecht bij een arts. Bepaalde artsen zijn bevoegd om rechtstreeks te verwijzen naar jeugdhulp: huisarts; medisch specialist; jeugdarts. Deze artsen kunnen de jeugdige en zijn ouders voor jeugdhulp verwijzen naar een organisatie die jeugdhulp biedt (jeugdhulpaanbieder). De jeugdhulpaanbieder waar de jeugdige of zijn ouder met de verwijzing naartoe gaat, zal inhoudelijk beoordelen welke zorg de jeugdige precies nodig heeft. De artsen moeten over de invulling van hun verwijsbevoegdheid goede afspraken maken met de gemeente. Zo zullen zij bijvoorbeeld rekening moeten houden met de jeugdhulp die de gemeente heeft ingekocht. 3.4.3 Toegang via gecertificeerde instelling, rechter, OM, JJI Bij de uitvoering van een kinderbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering kan ook jeugdhulp nodig zijn. In dat geval beslist niet de gemeente, maar de gecertificeerde instelling welke jeugdhulp de jeugdige krijgt. Hierover overlegt de gecertificeerde instelling wel met de gemeente. De gemeente heeft een leveringsplicht : ze moet ervoor zorgen dat de jeugdhulp wordt ingezet die de gecertificeerde instelling nodig vindt. Bij jeugdreclassering kunnen ook andere instanties bepalen welke jeugdhulp een jeugdige krijgt. Deze andere instanties zijn de rechter, het openbaar ministerie en de directeur of de selectiefunctionaris van de justitiële jeugdinrichting. Zij moeten in principe ook overleggen met de gemeente als ze jeugdhulp willen inzetten, behalve als de jeugdhulp rechtstreeks voortvloeit uit een strafrechtelijk vonnis of een rechterlijke beslissing waarbij in jeugdreclassering is voorzien. De rechter heeft dan namelijk al aangewezen welke jeugdhulp nodig is. De gecertificeerde instelling en de gemeente zullen zich moeten houden aan de keuze van de rechter. Gemeente en gecertificeerde instelling zijn het niet eens over jeugdhulp De gemeente en de gecertificeerde instellingen maken afspraken over de inzet van jeugdhulp. Het kan echter voorkomen dat ze het in een individueel geval niet met elkaar eens zijn over de in te zetten hulp. Bijvoorbeeld omdat deze niet in het gemeentelijk aanbod voorkomt. Uitgangspunt is dat de gecertificeerde instelling slechts jeugdhulp inzet die de gemeente heeft ingekocht. Is de jeugdhulp niet gecontracteerd en weigert de gemeente ook na overleg de jeugdhulp in te zetten, dan kan de gecertificeerde instelling naar de voorzieningenrechter stappen. 25

3.5.1 Jeugdhulp De bewijslast ligt dan bij de gemeente. Die zal moeten uitleggen waarom in het licht van de leveringsplicht van de gemeente de nodig geachte jeugdhulp wordt geweigerd. LET OP! Voor verlening van jeugdhulp in het kader van een kinderbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering (het gedwongen kader) is geen toestemming nodig van de jeugdige of zijn wettelijk vertegenwoordiger (de ouder met gezag of voogd). Voor verlening van jeugdhulp in het vrijwillige kader geldt dat wel (zie 7.2). 3.4.4 Toegang via Veilig Thuis Jeugdigen en hun ouders kunnen via de organisatie Veilig Thuis ook toegang krijgen tot jeugdhulp. Een van de taken van Veilig Thuis is om passende hulpverlening in te schakelen. Dat betekent dat Veilig Thuis de jeugdige voor jeugdhulp kan doorverwijzen naar de toegang via de gemeente (zie 3.3.1). Veilig Thuis is de publieksnaam voor het Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK). Bij Veilig Thuis kan iedereen vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling melden. De melder krijgt dan advies en Veilig Thuis doet onderzoek naar aanleiding van de melding. Als dat nodig is, zorgt Veilig Thuis voor passende jeugdhulp. 3.5 Situaties waarin gemeente geen jeugdhulp hoeft in te zetten In de Jeugdwet zijn enkele situaties vastgelegd waarin de gemeente geen voorziening voor jeugdhulp hoeft te verlenen. Dat is het geval als: de jeugdige of zijn ouders op eigen kracht in staat zijn de problemen op te lossen, eventueel met hulp uit de omgeving; de jeugdige of zijn ouders gebruik kunnen maken van zorg die geboden wordt op grond van een andere wet; de gemeente vindt dat geen jeugdhulp nodig is. 3.5.1 Eigen kracht De gemeente hoeft slechts een voorziening voor jeugdhulp te verlenen voor zover de jeugdige en zijn ouders niet in staat zijn zelf de problemen op te lossen of te verminderen. Ouders zijn primair zelf verantwoordelijk voor het opgroeien en opvoeden van hun kinderen. Daarom wordt eerst gekeken wat zijzelf bij kunnen dragen. Ook wordt gekeken in hoeverre het sociale netwerk van de jeugdige 26