Uw gebruiksaanwijzing. HP LASERJET 9000

Vergelijkbare documenten
Handleiding voor aansluitingen

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Uw gebruiksaanwijzing. HP LASERJET

Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Configuratiesoftware voor NetWare-netwerken

Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Windows 98 en Windows ME

De Fiery-software installeren voor Windows en Macintosh

HP Jetdirect-printservers

HP JetDirect printservers Handleiding voor beheerders (Firmware V.38)

2500C. Professional Series Color Printer NETWERKGIDS

COLOR LASERJET ENTERPRISE CM4540 MFP-SERIE. Software-installatiehandleiding

Een overzicht van beschikbare lettertypen bekijken

Met het oog op een veilig en correct gebruik van dit apparaat dient u de Veiligheidsinformatie in deze gebruikshandleiding te lezen voordat u het

Instructies voor een snelle installatie

Technische Informatie

HP JetDirect Print Servers. HP JetDirect printservers. 600N/400N/500X/300X Handleiding voor beheerders

Handleiding voor netwerkprinten

Uw gebruiksaanwijzing. SHARP AL-1633/1644

Fiery Driver Configurator

Versienotities voor de klant Fiery EXP4110, versie 1.1SP1 voor Xerox 4110

Uw gebruiksaanwijzing. HP proliant ml310 g4 server

Aansluitingengids. Ondersteunde besturingssystemen. Aansluitingengids. Pagina 1 van 5

USB 2.0 ETHERNET PRINTSERVER

Het installeren van de software.

Eigen PostScript- of PCL-printerstuurprogramma voor Windows installeren

BEKNOPTE HANDLEIDING INHOUD. voor Windows Vista

LASERJET ENTERPRISE M4555 MFP-SERIE. Software-installatiehandleiding

CAP1300 Beknopte installatiehandleiding

Software-updates Handleiding

Software voor printerbeheer

2 mei Remote Scan

USB 2.0 ETHERNET PRINT SERVER

Installatiehandleiding software

Het lokale netwerk configureren

Windows Custom PostScript- of PCL-printerstuurprogramma installeren

Windows Vista /Windows 7- installatiehandleiding

HANDLEIDING VOOR SNELLE NETWERKINSTALLATIE

Fiery Remote Scan. Fiery Remote Scan openen. Postvakken

Verbinding maken met het netwerk

Samengesteld door: Xerox Corporation Global Knowledge and Language Services 800 Phillips Road, Bldg S Webster, New York USA

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server, Powered by Fiery voor de Xerox Color 800/1000 Press, versie 1.3

Uw gebruiksaanwijzing. SAMSUNG SCX-3205W

Wifi-instellingengids

Firmware Upgrade Utility

Software-updates Handleiding

Software-installatiehandleiding

HP Easy Tools. Beheerdershandleiding

Gebruiksaanwijzing Firmware-updatehandleiding

Software-updates Gebruikershandleiding

Hier beginnen. Inktcartridges uitlijnen zonder een computer

Installatiegids Command WorkStation 5.6 met Fiery Extended Applications 4.2

Vigor V2.0. Voor een uitgebreidere handleiding kijk op e- mail:

DRAADLOZE 450N DUAL BAND USB 2.0-ADAPTER

Installatiehandleiding

Technote. EnGenius Senao EOM Mesh Layer 2 configuratie Transparant netwerk

Software-updates Gebruikershandleiding

DE NETWERKPRINTER INSTALLEREN

PRINTERS EN GEGEVENS DELEN TUSSEN COMPUTERS

Fiery Command WorkStation 5.8 met Fiery Extended Applications 4.4

Fiery Remote Scan. Verbinden met Fiery servers. Verbinding maken met een Fiery server bij het eerste gebruik

Installatiegids Command WorkStation 5.5 met Fiery Extended Applications 4.1

LCD MONITOR SHARP INFORMATION DISPLAY GEBRUIKSAANWIJZING

Aansluitingengids. Windows-instructies voor een lokaal aangesloten printer. Voordat u de printersoftware installeert voor Windows

Opmerkingen voor gebruikers van wireless LAN

Client Management en Mobile Printing Solutions

Firmware Update Bijwerken

Fiery Network Controller voor DocuColor 250/240 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Welkom

PostScript 3 Supplement

AirPrint handleiding. Deze documentatie is voor inkjetmodellen. Versie B DUT

QL-580N QL-1060N. Handleiding voor de installatie van de software. Nederlands LB A

Installatiehandleiding MF-stuurprogramma

USB-over-IP-netwerkserver met 4 USB 2.0 poorten

Client Management Solutions en Mobile Printing Solutions

Client Management en Universal Printing Solutions

MarkVision printerbeheersoftware

Handleiding Wi-Fi Direct

Macintosh. Vereisten. EtherTalk inschakelen en gebruiken. Mac OS 9.x. Phaser 8400-kleurenprinter

Gebruiksaanwijzing Softwarehandleiding

Firmware Upgrade. Upgrade Utility (Router Tools)

Netwerkhandleiding voor Windows bij hp deskjet 900c series-printer. Nederlands

Installatie-instructies

1 Auteursrecht en Copyright 1 2 Overzicht 3 3 Benodigd 3 4 IP adres instel mogelijkheden 3 5 Details om te weten 3. 6 IP adres instellen 5

Netwerkhandleiding voor de HL-2070N

Downloaded from PIXMA MG5500. series. Installatiehandleiding

BIPAC-7100S / ADSL Modem/Router. Snelle Start Gids

Firmware Upgrade. Upgrade Utility (Router Tools)

Long Range b/g/n USB TurboWifi adapter voor het gebruik buiten. Handleiding Herziening 1.1

Mac OS X 10.6 Snow Leopard Installatie- en configuratiehandleiding

AR-NB2 NETWERK UITBREIDINGS KIT. SOFTWARE-INSTALLATIEGIDS (voor de netwerkprinter) MODEL

Getting Started. AOX-319 PBX Versie 2.0

Inleiding. De instructies zijn primair bedoeld voor:

Geïllustreerde naslaggids

Uw gebruiksaanwijzing. HERCULES ROUTER G-54

System Updates Gebruikersbijlage

BIPAC-711C2 / 710C2. ADSL Modem / Router. Snelle Start Gids

Externe apparatuur. Gebruikershandleiding

XEROX BEVEILIGINGSBULLETIN XRX08-001

Transcriptie:

U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de in de gebruikershandleiding (informatie, specificaties, veiligheidsaanbevelingen, maat, accessoires, enz.). Uitgebreide gebruiksaanwijzingen staan in de gebruikershandleiding. Gebruiksaanwijzing Gebruikershandleiding Handleiding Bedieningshandleiding Instructiehandleiding

Handleiding samenvatting: Geen enkel onderdeel van dit document mag als extra garantie worden gezien. HP aanvaardt geen aansprakelijkheid voor technische fouten, drukfouten of weglatingen in deze publicatie. Editie 3, 1/2004 Handelsmerken Microsoft, MS-DOS en Windows zijn in de V.S. gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. NetWare en Novell zijn gedeponeerde handelsmerken van Novell Corporation. IBM, IBM Warp Server en Operating System/2 zijn gedeponeerde handelsmerken van International Business Machines Corp. Ethernet is een gedeponeerd handelsmerk van Xerox Corporation. PostScript is een handelsmerk van Adobe Systems, Incorporated. UNIX is een gedeponeerd handelsmerk van Open Group. Inhoudsopgave 1. Kennismaking met de HP Jetdirectprintserver Inleiding...... 7 Ondersteunde printservers... 8 Ondersteunde netwerkprotocollen..... 10 Beveiligingsprotocollen... 13 Bijgeleverde handleidingen. 16 HP-ondersteuning..... 17 Productregistratie...

... 19 2. Overzicht van softwareoplossingen van HP Inleiding. 20 Wizard HP Jetdirect Wireless Setup. 23 Wizard HP Install Network Printer (Windows)... 24 HP Jetdirect Printer Installer for UNIX 26 HP Web Jetadmin. 27 Internet Printer Connection-software... 30 HP IP/IPX Printer Gateway for NDPS... 34 HP WPS Assistant (Mac OS X)..

... 36 HP LaserJet-hulpprogramma's voor Mac OS.. 37 3. TCP/IP-configuratie Inleiding..... 44 Standaard-IP-adres... 45 BOOTP/TFTP gebruiken 51 DHCP gebruiken... 73 RARP gebruiken... 81 De opdrachten arp en ping gebruiken... 83 Telnet gebruiken

... 85 De geïntegreerde webserver gebruiken..... 113 Het bedieningspaneel van de printer gebruiken..... 114 Verplaatsen naar een ander netwerk... 115 4. De geïntegreerde webserver gebruiken Inleiding.... 116 Vereisten... 118 De geïntegreerde webserver bekijken... 120 Het tabblad Home van HP Jetdirect.... 124 Het tabblad Networking...

. 127 Overige koppelingen.... 177 NLWW iv 5. Configuratie voor afdrukken via LPD Inleiding.... 178 Overzicht van LPD-setup...... 181 LPD op UNIX-systemen.... 183 LPD op Windows NT/2000-systemen... 187 LPD op Windows XP-systemen... 193 LPD op Mac OS-systemen..... 196 6. Afdrukken via FTP Inleiding

... 198 Vereisten... 199 Afdrukbestanden..... 199 Afdrukken via FTP...... 200 Voorbeeld van een FTP-sessie.... 204 7. Beveiligingsfuncties Inleiding... 205 Beveiligingsfuncties gebruiken.

.. 210 8. Problemen met de HP Jetdirect-printserver oplossen Inleiding.... 212 Fabriekswaarden herstellen...... 213 Algemene probleemoplossing. 215 Problemen met draadloze printservers oplossen... 223 Problemen met de LPD-configuratie voor UNIX oplossen 229 9. HP Jetdirect-configuratiepagina Inleiding... 231 Opmaak van de configuratiepagina. 232 Berichten op de configuratiepagina. 234 Foutberichten...

.. 257 A. Overzicht van TCP/IP Inleiding.... 269 IP-adres..... 271 IP-parameters configureren... 273 Subnetten.. 275 Gateways...

277 Syslog-server.. 278 NLWW v B. Draadloze HP Jetdirect 802.11b-printservers Inleiding....280 Basisconcepten draadloze HP Jetdirect....281 Overzicht van installatie....292 C. Het menu van het HP Jetdirectbedieningspaneel Inleiding....306 Traditioneel bedieningspaneel....307 Grafisch bedieningspaneel.

314 D. OpenSSL-instructies Index NLWW vi 1 Kennismaking met de HP Jetdirectprintserver Inleiding Met de HP Jetdirect-printserver kunt u printers en andere apparaten rechtstreeks op een netwerk aansluiten. Als u een apparaat rechtstreeks op een netwerk aansluit, kan het op een praktische plaats worden geïnstalleerd en door meerdere gebruikers gezamenlijk worden gebruikt. Verder zorgt een netwerkverbinding dat de gegevensoverdracht van en naar een apparaat plaatsvindt op netwerksnelheid. Interne HP Jetdirect-printservers worden geïnstalleerd in printers van HP die voorzien zijn van een compatibele I/Osleuf (Input/Output). Externe HP Jetdirect-printservers dienen voor het verbinden van printers met het netwerk door de USB-poort van de printer als netwerkpoort te gebruiken. Opmerking Tenzij anders aangegeven, verwijst de term printserver in deze handleiding naar de HP Jetdirect-printserver en niet naar een aparte computer waarop printserversoftware wordt uitgevoerd. Wanneer een draadloze HP Jetdirect-printserver op uw netwerk is aangesloten, biedt deze dezelfde afdrukservices als Jetdirect-printservers die met behulp van netwerkkabels zijn aangesloten. Raadpleeg Bijlage B voor meer informatie over draadloze HPprintservers. NLWW 7 Ondersteunde printservers De functies die in deze handleiding worden beschreven, worden ondersteund door de volgende HP Jetdirectprintservers, waarvan de firmware-versies zijn vermeld: Tabel 1. 1 Model Ondersteunde producten Product nummer J6035C J6038A J7942A J6061A J6039C J6042B J6044A J4167A Printeraansluiting USB 1.1 USB 1.1 USB 2,0 USB 1.1 LIO-sleuf LIO-sleuf LIO-sleuf EIO-sleuf Netwerkaansluiting 10/100TX 10/100TX 10/100TX 802.11b draadloos 10/100TX 10/100TX 802. 11b draadloos Token Ring Ondersteund netwerkprotocol Beperkt* Volledig** Volledig** Volledig** Beperkt* Volledig** Volledig** Volledig (met uitzondering van AppleTalk)** Volledig** Volledig** Volledig** Firmware Version M.25.xx-serie*** Q.25.xx-serie A.25.xx-serie S.25.xx-serie P.25. xx-serie*** N.25.xx-serie T.25.xx-serie L.25.xx-serie 175x 310x en3700 380x 200m 250m 280m 610n 615n 620n 680n J6057A J7934A J6058A EIO-sleuf EIOsleuf EIO-sleuf 10/100TX 10/100TX 802.11b draadloos R.25.xx-serie C. 25.xx-serie U.25.xx-serie * Beperkte ondersteuning betreft TCP/IP, IPX Direct Mode, AppleTalk (EtherTalk) en LPD/Windows. ** Volledige ondersteuning betreft TCP/IP, IPX/SPX, AppleTalk (EtherTalk), LPR/LPD en beveiliging. Zie Tabel 1.2. *** Geen upgrademogelijkheden. Voor het opwaarderen van functies dient u een nieuw product aan te schaffen dat opgewaardeerde firmware bevat. NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 8 De geïnstalleerde firmware-versie kan op verschillende manieren worden bepaald, onder andere met behulp van een HP Jetdirectconfiguratiepagina (zie Hoofdstuk 9), Telnet (zie Hoofdstuk 3), de geïntegreerde webserver (zie Hoofdstuk 4) en toepassingen voor netwerkbeheer. Zie Firmware-upgrades voor firmware-updates. Opmerking Wanneer u een ondersteunde printserver opwaardeert, dient u de upgrade mogelijk twee keer uit te voeren als het een lagere firmware-versie dan X.24.00 betreft. Dit is nodig als u wilt dat de printserver beheerprogramma's (bijvoorbeeld de geïntegreerde webserver) ondersteunt waarbij gebruik wordt gemaakt van andere talen dan Engels. NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 9 Ondersteunde netwerkprotocollen Opmerking Bij draadloze HP Jetdirect-printservers wordt er in deze sectie van uitgegaan dat een draadloze verbinding met het netwerk tot stand is gebracht. De ondersteunde netwerkprotocollen en de meest gebruikte netwerkprinteromgevingen waarin deze worden gebruikt, zijn weergegeven in Tabel 1.2. Tabel 1.2 Ondersteunde netwerkprotocollen TCP/IP Ondersteunde netwerkprotocollen (1 van 2) Netwerkomgeving* Productondersteuning Microsoft Windows 98/Me/NT4. 0/2000/XP (32- en 64-bit), directe modus Novell NetWare 5, 6 met NDPS UNIX en Linux, inclusief: Hewlett-Packard HP-UX, Sun Microsystems Solaris (alleen SPARCsystemen), IBM AIX**, HP MPE-iX**, RedHat Linux, SuSE Linux LPR/LPD (Line Printer Daemon) IPP (Internet Printing Protocol) FTP (File Transfer Protocol) J6035C (175x)*** J6038A (310x) J7942A (en3700) J6061A (380x) J6039C (200m)*** J6042B (250m) J6044A (280m) J4167A (610n) J6057A (615n) J7934A (620n) J6058A (680n) * Raadpleeg het huidige gegevensblad voor het HP Jetdirect-product voor aanvullende netwerksystemen en versies.

Voor werking met andere netwerkomgevingen neemt u contact op met de fabrikant van uw systeem of een erkend verkooppunt van HP-producten. ** Voor deze netwerksystemen neemt u contact op met de fabrikant van uw systeem voor software, documentatie en ondersteuning. *** Afdrukken via de directe IP/IPX-modus van Windows en LPD/Windows worden ondersteund. NetWare wordt niet ondersteund. IPP wordt niet ondersteund. LPD/UNIX wordt niet ondersteund. NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 10 Tabel 1.2 Ondersteunde netwerkprotocollen IPX/SPX en compatibele protocollen Ondersteunde netwerkprotocollen (2 van 2) Netwerkomgeving* Productondersteuning Novell NetWare Microsoft Windows 98/Me/NT4.0/2000/XP (alleen 32-bit), directe modus J6035C (175x)*** J6038A (310x) J7942A (en3700) J6061A (380x) J6039C (200m)*** J6042B (250m) J6044A (280m) J4167A (610n) J6057A (615n) J7934A (620n) J6058A (680n) AppleTalk (Alleen EtherTalk) Apple Mac OS J6035C (175x) J6038A (310x) J7942A (en3700) J6061A (380x) J6039eenrichtingsverificatie met behulp van serververificatie op certificaatbasis, gevolgd door getunnelde clientverificatie op wachtwoordbasis. Voor extra beveiliging zijn de uitgewisselde verificatiegegevens ingekapseld in TLS (Transport Layer Security). Voor beveiligde communicatie worden bij TTLS dynamische coderingssleutels gebruikt. Zonder verificatieserver Voor kleine kantoornetwerken die geen verificatieserver hebben, ondersteunen draadloze HP Jetdirect-printservers netwerkverificatie met behulp van het Extensible Authentication Protocol met een vooraf gedeelde sleutel (EAP/PSK). Op basis van een door de gebruiker ingevoerde wachtzin wordt een vooraf gedeelde sleutel gegenereerd die voor netwerktoegang en -communicatie wordt gebruikt. NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 14 Wanneer de printserver is geconfigureerd voor EAP/PSKverificatie, wordt gebruik gemaakt van dynamische WPA-coderingsprotocollen (Wi-Fi Protected Access) voor draadloze communicatie. Codering Draadloze HP Jetdirect 802.11b-printservers ondersteunen statische WEP-codering (Wired Equivalent Privacy). Voor statische WEP-codering wordt een netwerk-wep-sleutel met vaste lengte (40/64-bits of 104/128-bits) gedeeld door elk apparaat op de netwerk. Afhankelijk van het model van de draadloze printserver, worden de volgende dynamische coderingsprotocollen ondersteund: dynamisch WEP Wi-Fi Protected Access (WPA) Als EAP/PSKverificatie met zware codering niet door de draadloze HP Jetdirect-printserver wordt ondersteund, wordt dit niet als selecteerbare configuratieoptie weergegeven. Opmerking Wanneer gebruik wordt gemaakt van dynamische codering, worden de coderingssleutels periodiek gewijzigd. Dit biedt extra beveiliging, omdat de coderingssleutels waarschijnlijk zullen zijn veranderd voordat iemand de sleutels heeft kunnen decoderen. Bij dynamische WEP-codering wordt aan elk apparaat in het draadloze netwerk een andere coderingssleutel toegewezen die na een vooraf ingestelde periode verloopt en vervolgens wordt vervangen. WPA-codering is een uitgebreide versie van dynamisch WEP en biedt extra beveiliging. Er worden bijvoorbeeld nieuwe coderingssleutels gemaakt voor vaste hoeveelheden gegevens (10 kilobytes) die door een apparaat in het netwerk worden verzonden. NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 15 Bijgeleverde handleidingen De volgende handleidingen worden bij uw printserver geleverd of bij uw printer als de printserver vooraf is geïnstalleerd. Getting Started Guide, User Guide of vergelijkbare printerdocumentatie (geleverd bij printers met vooraf geïnstalleerde HP Jetdirect-printserver). Deze handleiding, de HP Jetdirect-printserver - Handleiding voor beheerders. HP Jetdirect Setup Guide (alleen voor 615n/620n-printservers), op cd-rom geleverd bij standaard printservers). De HP Jetdirect Wireless Print Server Setup Guides (alleen voor 680n- en 380x-printservers, op cd-rom geleverd bij standaard printservers). De HP Jetdirect Print Server User's Guides (voor 175x/310x/en3700- en 200m/250m/280mprintservers, op cd-rom geleverd bij standaard printservers). NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 16 HP-ondersteuning On line HP-ondersteuning Gebruik de muis om snel oplossingen te vinden! De website van HP http://www.hp.com/support/net_printing is de aangewezen plek om antwoord te vinden op al uw vragen over de HP Jetdirect-printserver. De website is 24 uur per dag, 7 dagen per week bereikbaar. Firmware-upgrades Hewlett-Packard biedt downloadbare firmware-upgrades voor HP Jetdirectprintservers die zijn voorzien van geheugen dat kan worden bijgewerkt (HP Jetdirect 175x- en 200m-producten kunnen niet worden bijgewerkt). De upgrades zijn van het Internet te downloaden op: http://www.hp.com/go/webjetadmin_firmware Installatieprogramma's voor firmware Firmware-upgrades voor ondersteunde HP Jetdirect-printservers kunnen met een van de volgende installatieprogramma's via een netwerk worden geïnstalleerd: HP Jetdirect Download Manager (Windows). HP Jetdirect Download Manager kan worden gedownload van de website van de on line ondersteuning van HP op: http://www.hp. com/go/dlm_sw HP Web Jetadmin kan worden gebruikt voor ondersteunde systemen. Bezoek de volgende webpagina voor meer informatie over HP Web Jetadmin: http://www.hp.com/go/webjetadmin/ Voor firmware-versies x.24. 00 en hoger biedt de geïntegreerde webserver van de printserver een functie waarmee firmwareupgrades kunnen worden uitgevoerd via een webbrowser. Zie voor meer informatie Hoofdstuk 4. NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 17 Voor firmware-versies x.22.00 en hoger kan met FTP (File Transfer Protocol) een imagebestand van de firmwareupgrade worden overgezet op de printserver. Als u een FTP-sessie wilt starten, gebruikt u het IP-adres of de hostnaam van het apparaat. Als er een wachtwoord is ingesteld, moet u dat invoeren om u aan te melden bij het apparaat. Nadat u zich hebt aangemeld, kunt u gangbare FTP-opdrachten gebruiken om het apparaat bij te werken, zoals hierna wordt aangegeven: ftp> bin ftp> hash ftp> cd /download ftp> put <bestandsnaam firmware-image; geef volledige padnaam op> ftp>### <Wacht totdat de download is voltooid> ftp> bye HP-ondersteuning via de telefoon Goed opgeleide deskundigen staan klaar om u te helpen. Bezoek voor actuele telefoonnummers voor ondersteuning en wereldwijd beschikbare services van HP de volgende website: http://www.hp.com/support/support_assistance Opmerking Bel voor gratis ondersteuning in de VS en Canada 1-800-HPINVENT of 1-800-474-6836. Opmerking De telefoonkosten worden in rekening gebracht bij de persoon die belt. De tarieven kunnen verschillen. Neem contact op met uw telefoonmaatschappij voor actuele tarieven. NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 18 Productregistratie Voor het registreren van uw HP Jetdirect-printserver kunt u gebruikmaken van de volgende HPwebpagina: http://www.

hp.com/go/jetdirect_register NLWW Kennismaking met de HP Jetdirect-printserver 19 2 Overzicht van softwareoplossingen van HP Inleiding HP biedt een verscheidenheid aan softwareoplossingen voor het instellen en beheren van netwerkapparatuur die met behulp van HP Jetdirect is aangesloten. Zie Tabel 2.1 om te bepalen welke software u het best kunt gebruiken. Opmerking Bezoek voor meer informatie over deze en andere oplossingen de website van de on line ondersteuning van HP op: http://www.hp.com/support/net_printing Tabel 2.1 Softwareoplossingen (1 van 3) Functie Opmerkingen Besturingssysteem Wizard HP Jetdirect Wireless Setup (Windows) Windows 98, Me, NT 4.0, 2000, XP (alleen 32-bit), Server 2003 Eén draadloze HP Jetdirectprintserver configureren voor een draadloze verbinding met uw netwerk. (Opmerking: deze wizard installeert de printer niet op uw systeem. ) Wordt vanaf cd-rom uitgevoerd op een draadloze computer. Biedt de mogelijkheid IP-adresparameters in te stellen. Er is ook een versie verkrijgbaar die kan worden uitgevoerd vanaf de vaste schijf. NLWW 20 Tabel 2.1 Softwareoplossingen (2 van 3) Functie Opmerkingen Besturingssysteem Wizard HP Install Network Printer (Windows) Windows 98, Me, NT 4. 0, 2000, XP* (directe modus IP en IPX), Server 2003 NetWare 4.x, 5.x, 6.0 (alleen IPX/SPX) *IPX/SPX wordt niet ondersteund in de 64-bits versie van Windows XP. Eén netwerkprinter op het systeem installeren voor peer-to-peer-afdrukken (directe modus) of clientserver-afdrukken (gedeeld). Eenvoudige printerinstallatie, normaal geïntegreerd met de systeemsoftware van de printer. Wordt uitgevoerd vanaf cd-rom. Er is ook een versie verkrijgbaar die kan worden uitgevoerd vanaf de vaste schijf. HP Jetdirect Printer Installer for UNIX HP-UX 10.x-10.20, 11.x Solaris 2.6, 7, 8 (alleen SPARCsystems) TCP/IP HP Web Jetadmin (Raadpleeg de HP-website voor updates van de lijst met ondersteunde systemen.) Windows NT 4.0, 2000, XP Professional, Server 2003 HP-UX* Solaris* Red Hat Linux, SuSE Linux NetWare* TCP/IP, IPX/SPX *Ondersteunt het maken van wachtrijen en het beheer van randapparatuur vanuit HP Web Jetadmin dat in Windows NT 4. 0, 2000, XP of Server 2003 wordt uitgevoerd. Firmware-upgrades op afstand voor HP Jetdirectprintservers. Activaregistratie en verbruiksanalyse. Beheer van waarschuwingen en verbruiksartikelen. Installatie, configuratie en beheer op afstand van op HP Jetdirect aangesloten printservers, niet door HP vervaardigde printers die de standaard-mib's ondersteunen, en printers met geïntegreerde webservers. Snelle en eenvoudige installatie van op HP Jetdirect aangesloten printers. Wordt meegeleverd op de HP Jetdirect-cd-rom en kan worden gedownload van de HP-website. Voorkeursoplossing van HP voor continu beheer en installatie van meerdere printers op willekeurige plaatsen op het intranet. Beheer via de browser. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 21 Tabel 2. 1 Softwareoplossingen (3 van 3) Functie Opmerkingen Besturingssysteem Internet Printer Connection-software Windows NT 4.0, 2000 (Intel) alleen TCP/IP Opmerking: Internetafdruksoftware van Microsoft is eveneens geïntegreerd in Windows 2000. Afdrukken via het Internet naar via HP Jetdirect aangesloten printers met IPP (Internet Printing Protocol). Biedt economische distributie van papieren documenten met hoge afdrukkwaliteit via het Internet (dient als vervanging van fax, post- en koeriersdiensten). Vereist HP Jetdirectprintserver (firmwareversie x. 20.00 of hoger). IPP wordt niet ondersteund op op waarden gebaseerde producten, zoals de 175x en 200m. HP IP/IPX Printer Gateway for NDPS NetWare 5.x, 6. 0 (alleen IPX) Vereenvoudigde installatie, afdrukken en bidirectioneel beheer van via HP Jetdirect aangesloten printers onder NDPS (Novell Distributed Print Services). Dient voor automatische ontdekking en installatie van via HP Jetdirect aangesloten printers naar NDPS. HP WPS Assistant (Mac OS X) Mac OS X 10.1.5 of hoger Configuratie van draadloze HP Jetdirect-printservers met een verbinding met het netwerk. Maakt gebruikerslicenties vrij. Biedt uitschakeling van SAP's voor verminderd netwerkverkeer. Vereist HP Jetdirectfirmware-versie x.20.00 of hoger. Vereist draadloze HP Jetdirectprintservers met firmware-versie x.24.00 of hoger. Beschikbaar op de cd-rom van HP Jetdirect. HP LaserJet-hulpprogramma's voor Mac OS Mac OS 9.x, X (Classic Mode) Configuratie en beheer van via HP Jetdirect aangesloten printers. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 22 Wizard HP Jetdirect Wireless Setup De wizard HP Wireless Setup is een hulpprogramma waarmee u de draadloze HP Jetdirect-printserver configureert met een draadloze verbinding met het netwerk. Met de wizard HP Wireless Setup wordt de printer niet op het systeem geïnstalleerd. Nadat een draadloze netwerkverbinding tot stand is gebracht, dient u andere HP-printerinstallatiehulpprogramma's of standaardhulpmiddelen van het besturingssysteem te gebruiken om de printer op de netwerksystemen te installeren. Wanneer u de draadloze printer op een systeem installeert, moet deze op dezelfde manier op het netwerk worden weergegeven als alle andere printers. De wizard HP Wireless Setup staat op cd-rom die bij elke draadloze HP Jetdirect-printserver wordt geleverd. De wizard moet worden uitgevoerd op een ondersteunde draadloze computer die vooraf is geconfigureerd om met de HP Jetdirect-printserver te communiceren. Er is ook een versie van de wizard HP Wireless Setup beschikbaar die vanaf de vaste schijf van de computer kan worden uitgevoerd. Download deze versie vanaf de website van de on line ondersteuning van HP op: www.hp. com/go/jdwsw_software Opmerking Hoewel de wizard HP Wireless Setup op de eerste plaats is bedoeld voor het configureren van parameters voor een draadloos netwerk, kunt u de wizard ook gebruiken om vooraf een geldig IP-adres op de printserver te configureren (bijvoorbeeld in verband met speciale DHCP-eisen of toegangslijstbeperkingen). Vereisten Draadloze computer, gewoonlijk een laptop. Microsoft Windows XP (alleen 32-bits), Windows 2000, Windows NT 4.0, Windows 98 of Windows Me. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 23 Wizard HP Install Network Printer (Windows) De wizard HP Install Network Printer is een softwaremodule voor het snel en gemakkelijk installeren van printers in een TCP/IP- of IP/IPX-netwerk. Met deze wizard kunt u de printer configureren met IP-parameters voor een TCP/IP-netwerk of NDS/Binderyobjecten in een Novell NetWare IPX/SPXnetwerk. U kunt de wizard HP Install Network Printer vinden op de HP Jetdirect-cd-rom die bij zelfstandige HP Jetdirect-producten wordt geleverd. Start de wizard via de optie Install in het opstartmenu van de Jetdirect-cd-rom. De wizard wordt uitgevoerd vanaf de cd-rom, hoewel het mogelijk is dat sommige bestanden tijdelijk op de systeemschijf worden opgeslagen en vervolgens na het opnieuw opstarten van het systeem worden verwijderd.

Daarnaast omvat de printerinstallatiesoftware een versie van deze wizard, die wordt uitgevoerd vanaf een cd-rom die wordt geleverd bij HP-printers die klaar zijn voor gebruik in een netwerk. Het is echter mogelijk dat die versie geen ondersteuning biedt voor installatie in een Novell NetWare-netwerk. Er ook een versie beschikbaar die vanaf de vaste schijf van de computer kan worden uitgevoerd. Download deze versie vanaf de website van de on line ondersteuning van HP op: http://www.hp.com/go/inpw_sw NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 24 Vereisten Microsoft Windows XP, Windows 2000, Windows NT 4. 0, Windows 98/Me of Server 2003 TCP/IP- of IPX/SPX-netwerkprotocol Novell NetWare 4.x, 5.x of 6.0 Novell Client-software voor Microsoft Windows 98/NT 4.0/2000/XP Wachtrijserver-modus IPX/SPX-netwerkprotocol Het juiste printerstuurprogramma Printerverbinding met het netwerk via een HP Jetdirectprintserver NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 25 HP Jetdirect Printer Installer for UNIX De HP Jetdirect Printer Installer for UNIX is bestemd voor HP-UX- en Solaris-systemen. De software biedt diagnostische mogelijkheden en installeert en configureert HP-printers die via HP Jetdirectprintservers met alle functies op een TCP/IP-netwerk zijn aangesloten. Op waarden gebaseerde printservers, zoals de 175x en 200m, worden niet ondersteund. De software wordt gedistribueerd via de volgende media: Op de HP Jetdirect-cd-rom die bij zelfstandige HP Jetdirectprintservers wordt geleverd Op de anonieme FTP-site op: ftp.hp.com (directory: /pub/networking/software) Op de website van de on line ondersteuning van HP op: http://www. hp.com/support/net_printing Raadpleeg de bij de software geleverde documentatie voor systeemvereisten en installatie-instructies. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 26 HP Web Jetadmin HP Web Jetadmin is een programma waarmee in een onderneming uiteenlopende, al dan niet door HP geleverde netwerkafdrukapparaten op afstand kunnen worden geïnstalleerd, geconfigureerd en beheerd via een standaardbrowser. HP Web Jetadmin kan worden gebruikt om zowel afzonderlijke apparaten als groepen apparaten proactief te beheren. Hoewel HP Web Jetadmin ondersteuning biedt voor apparaten die Standard Printer MIB-objecten (Management Information Base) bevatten voor algemeen beheer, biedt het dankzij de nauwe integratie met HP Jetdirect-printservers en HP-printers uitgebreidere beheervoorzieningen. Raadpleeg de on line Help en de documentatie bij de software voor informatie over het gebruik van HP Web Jetadmin. Systeemvereisten De HP Web Jetadmin-software kan worden uitgevoerd op systemen met Microsoft Windows NT 4.0, Windows 2000, Windows XP Professional, Windows Server 2003, Red Hat Linux of SuSE Linux. Voor informatie over ondersteunde besturingssystemen, ondersteunde clients en compatibele browserversies bezoekt u de website van de on line ondersteuning van HP op http://www.hp. com/go/webjetadmin. Opmerking Wanneer HP Web Jetadmin op een ondersteunde hostserver wordt geïnstalleerd, kunt u met behulp van een compatibele webbrowser vanaf elke client toegang krijgen tot het programma door naar de HP Web Jetadmin-host te bladeren. Dit maakt het mogelijk printers te installeren en te beheren op Novell NetWare-netwerken en andere netwerken. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 27 HP Web Jetadmin installeren Als u de HP Web Jetadmin-software wilt installeren, hebt u beheerders- of supergebruikersbevoegdheden op het lokale systeem nodig: 1. Download de installatiebestanden vanaf de website van de on line ondersteuning van HP op http://www.hp.com/go/webjetadmin. 2. Volg de aanwijzingen op het scherm om de HP Web Jetadminsoftware te installeren. Opmerking U kunt de installatie-instructies ook vinden in het installatiebestand van HP Web Jetadmin. De installatie controleren en gebruikers toegang geven Controleer of HP Web Jetadmin op de juiste manier is geïnstalleerd door er met uw browser heen te gaan, zoals weergegeven in het volgende voorbeeld: http://systeemnaam.domein:poort/ waarbij systeemnaam.domein de hostnaam van uw webserver is en poort het poortnummer dat tijdens de installatie is toegewezen. Het poortnummer is standaard 8000. Geef gebruikers toegang tot de HP Web Jetadminsoftware door een koppeling naar de introductiepagina van uw webserver toe te voegen die verwijst naar de URL van HP Web Jetadmin. Bijvoorbeeld: http://systeemnaam.domein:poort/ NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 28 Een apparaat configureren en wijzigen Ga met de browser naar de URL van HP Web Jetadmin. Bijvoorbeeld: http://systeemnaam.domein:poort/ Volg de aanwijzingen op de desbetreffende pagina voor het configureren of wijzigen van uw printer. Opmerking U kunt systeemnaam. domein ook vervangen door het TCP/IP-adres. HP Web Jetadmin-software verwijderen Als u de HP Web Jetadmin-software van de webserver wilt verwijderen, gebruikt u het programma dat bij het softwarepakket is geleverd voor het verwijderen van de software. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 29 Internet Printer Connectionsoftware HP Jetdirect-printservers met alle functies (firmwareversie x.20.00 of hoger) ondersteunen het Internet Printing Protocol (IPP). Op waarden gebaseerde printservers, zoals de 175x en 200m, worden niet ondersteund. Met de juiste software op uw systeem kunt u via het Internet een IPPafdrukpad maken van uw systeem naar een ondersteunde, via HP Jetdirect aangesloten printer. Opmerking Voor binnenkomende afdrukpadaanvragen moet de netwerkbeheerder de firewall zodanig configureren dat binnenkomende IPP-verzoeken worden geaccepteerd. Momenteel is het aantal beveiligingsvoorzieningen dat in de software beschikbaar is, beperkt. Hier volgen enkele functies en voordelen van afdrukken via het Internet: Tijdgevoelige documenten van hoge kwaliteit kunnen op afstand in full-color of zwart/wit worden afgedrukt Documenten kunnen op afstand worden afgedrukt tegen een fractie van de kosten van de op dit moment gangbare methoden (zoals fax, post of koeriersdienst) Het traditionele LAN-afdrukmodel kan worden uitgebreid naar een Internet-afdrukmodel Uitgaande IPP-verzoeken voor het verzenden van afdruktaken kunnen firewalls passeren NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 30 Door HP geleverde software Het softwareprogramma HP Internet Printer Connection dient voor het instellen van het afdrukken via het Internet vanaf computers waarop Windows NT 4. 0 of Windows 2000 wordt uitgevoerd. 1. De software is als volgt verkrijgbaar: Download HP Internet Printer Connection vanaf de website van de on line ondersteuning van HP op: http://www.hp.com/support/net_printing 2. Volg de bij de software geleverde instructies voor het installeren en instellen van het afdrukpad naar de printer. Vraag uw netwerkbeheerder om het IP-adres of de URL van de printer om het instellen te voltooien. Systeemvereisten voor HPsoftware Computer met Microsoft Windows NT 4.

0 (op Intel gebaseerd) of Windows 2000 HP Jetdirect-printserver met IPP (firmware-versie x.20. 00 of hoger) Ondersteunde proxy's voor HP-software Webproxy met ondersteuning voor HTTP v1.1 of hoger (al dan niet nodig voor afdrukken via een intranet). Door Microsoft geleverde software Opmerking Neem contact op met Microsoft voor ondersteuning voor Windows IPP-software. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 31 In Windows 2000/XP geïntegreerde software Op systemen met Windows 2000 of XP kunt u in plaats van de door HP geleverde software de IPP-clientsoftware gebruiken die in Windows 2000/XP is geïntegreerd. De IPP-functie van de HP Jetdirect-printserver is compatibel met de IPP-clientsoftware van Windows 2000/XP. Voor het instellen van een afdrukpad naar een via HP Jetdirect aangesloten Internet-printer met behulp van de IPP-clientsoftware van Windows 2000/XP gaat u als volgt te werk: 1. Open de map Printers (klik op Start, kies Instellingen en klik vervolgens op Printers). 2. Open de wizard Printer toevoegen (dubbelklik op Printer toevoegen) en klik vervolgens op Volgende. 3. Selecteer de optie voor een netwerkprinter en klik op Volgende. 4. Selecteer Verbinding maken met een printer op het Internet en voer de URL van de printserver in: http://ip_address[/ipp/port#] waarbij IP_address het IP-adres is dat geconfigureerd is op de HP Jetdirect-printserver. [/ipp/port#] geeft het poortnummer aan op een externe HP Jetdirect-printserver met meerdere poorten (port1, port2 of port3) waarop de printer is aangesloten (de standaardinstelling is /ipp/port1). Voorbeelden: http://192. 160.45.40 Een IPP-verbinding met de interne HP Jetdirect-printserver 610N/615N met IP-adres 192.160.45. 40. (/ipp/port1 wordt verondersteld en is niet vereist.) Een IPP-verbinding naar de externe HP Jetdirect-printserver met IP-adres 192.160.45.39 en de printer op poort 2. http://192.160.45.39/ipp/port2 Klik vervolgens op Volgende. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 32 5. U wordt gevraagd een printerstuurprogramma op te geven (de HP Jetdirect-printserver bevat geen printerstuurprogramma, dus uw systeem kan het stuurprogramma niet automatisch ophalen). Klik op OK om het printerstuurprogramma op uw computer te installeren en volg de aanwijzingen op het scherm. (Voor het installeren van het stuurprogramma hebt u waarschijnlijk de cd-rom van de printer nodig.) 6. Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie van het afdrukpad te voltooien. IPP-client van Windows ME De IPP-functie van de HP Jetdirectprintserver is compatibel met de IPP-clientsoftware van Windows ME. De IPP-client wordt geïnstalleerd vanuit de map Add-Ons van de cd-rom van Windows ME. Raadpleeg voor het installeren en instellen van de IPP-client de bij de cd-rom van Windows ME geleverde instructies. Door Novell geleverde software De HP Jetdirect-printserver is compatibel met de IPP-functie die wordt uitgevoerd op NetWare 5. 1 met SP1 of hoger. Voor ondersteuning voor NetWare-clients raadpleegt u de technische documentatie van NetWare of neemt u contact op met Novell. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 33 HP IP/IPX Printer Gateway for NDPS NDPS (Novell Distributed Print Services) is een afdrukarchitectuur die door Novell is ontwikkeld in samenwerking met HewlettPackard. NDPS dient voor het vereenvoudigen en stroomlijnen van het beheer van het afdrukken via het netwerk. Met gebruik van NDPS wordt het instellen en koppelen van afdrukwachtrijen, printerobjecten en printservers overbodig. Beheerders kunnen NDPS gebruiken voor het beheer van netwerkprinters in ondersteunde NetWare-omgevingen. De HP IP/IPX Printer Gateway is een NLM (NetWare Loadable Module) die voor HP Jetdirect-printservers met alle functies door HP is ontwikkeld voor gebruik en compatibiliteit met NDPS van Novell. Op waarden gebaseerde printservers, zoals de 175x en 200m, worden niet ondersteund. De HP-gateway zorgt voor naadloze integratie van de printers die via HP Jetdirect in de NDPS-omgeving zijn aangesloten. Met behulp van de HP Gateway kan een beheerder statistische gegevens raadplegen, gatewayinstellingen configureren en afdrukparameters configureren voor printers die via HP Jetdirect zijn aangesloten. Functies De HP-gateway en NDPS bieden onder andere de volgende functies en mogelijkheden: Slimme detectie van printers in NetWare 5.x- en 6.0-omgevingen Automatische installatie van printers die IPX/SPX gebruiken Nauwe integratie met NDS en NWAdmin van Novell Status-updates vanaf printers Vereenvoudigd automatisch downloaden van printerstuurprogramma's Minder SAP-verkeer Beperking van het aantal vereiste gebruikerslicenties voor NetWare Rechtstreeks afdrukken via TCP/IP met NetWare 5.x of 6.0 NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 34 De software verkrijgen De HP IP/IPX Printer Gateway wordt geleverd bij alle actuele versies van NDPS. NDPS is inbegrepen bij Novell NetWare 5.x en 6.0. Ga als volgt te werk om de meest recente softwareversie of de bijbehorende documentatie te verkrijgen: Ga naar http://www.hp. com/go/hpgate_sw Kies download drivers and software en volg de aanwijzingen. De systeemvereisten en de Novell Client-ondersteuning zijn opgenomen in de documentatie die bij de software wordt geleverd. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 35 HP WPS Assistant (Mac OS X) Met dit hulpprogramma kunt u een draadloze HP Jetdirectprintserver (WPS) met een verbinding naar uw Mac OS-netwerk configureren. Als u dit hulpprogramma wilt gebruiken, dient de draadloze HP Jetdirect-printserver te zijn ingesteld op de fabriekswaarden. Ga als volgt te werk: 1. Plaats de cd-rom in het Mac OSsysteem (versie X 10.1.5 of hoger). 2. Selecteer en open het pictogram van de HPJETDIRECTcd-rom. 3. Lees de release-info voor bijgewerkte informatie als deze beschikbaar is. 4. Open de map HP WPS Assistant. 5. Start het hulpprogramma HP WPS Assistant en volg de aanwijzingen op het scherm. Opmerking Op Mac OS 9.x- of X-systemen kunt u ook de geïntegreerde webserver gebruiken om een netwerkverbinding te configureren. Zie Bijlage B. Als er eenmaal een draadloze verbinding tot stand is gebracht, dient u andere hulpprogramma's (zoals HP LaserJet Utility for Mac OS) te gebruiken om de printer voor afdrukken te configureren en te beheren. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 36 HP LaserJet-hulpprogramma's voor Mac OS Met de HP LaserJet Utilities for Mac OS kunt u de op HP Jetdirect aangesloten printers beheren in AppleTalk-netwerken. In dit gedeelte worden de software-installatie en het gebruik van de HP LaserJet Utilities beschreven. Tevens wordt in dit gedeelte uitgelegd hoe u de Kiezer gebruikt voor het selecteren en instellen van een Mac OS-computer zodat u naar uw HP printer kunt afdrukken. De printersoftware installeren Als het HP LaserJet Utility is geleverd op de cd-rom van de printer, raadpleegt u de documentatie bij de printer voor installatieinstructies. Ga vervolgens naar de volgende sectie om de printer te configureren.

Als u de installatie van HP LaserJet Utility uitvoert vanaf de HP Jetdirect-CD-ROM, gebruik dan de volgende installatieinstructies. Opmerking Als u de installatie van HP LaserJet Utility uitvoert vanaf een andere bron dan de cd-rom, raadpleegt u de installatie-instructies in het LEESMIJ-bestand dat bij het programma is geleverd. Opmerking Programma's voor het opsporen van virussen kunnen de installatie van deze software verstoren. Schakel deze programma's uit voordat u verdergaat. 1. Plaats de cd-rom in het cd-rom-station. 2. Dubbelklik in het venster HP Installer op het installatiepictogram voor de software in de gewenste taal. 3. Volg de aanwijzingen op het scherm. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 37 Zie voor meer informatie over het configureren van het printerstuurprogramma de on line documentatie op de bij de printer geleverde CD-ROM. De printer configureren Met HP LaserJet Utility kunt u printerinstellingen, zoals de naam van de printer en de gewenste zone, via de Mac OS-computer configureren. Het wordt door Hewlett-Packard aangeraden de configuratie van de printer met dit hulpprogramma uitsluitend door een netwerkbeheerder te laten uitvoeren. Als deze printer door een print-spooler moet worden bediend, stelt u de naam en de zone voor de printer in voordat u de spooler instelt. HP LaserJet Utility uitvoeren 1. Zorg ervoor dat de printer aan staat, on line is en dat de printserver is aangesloten op de printer en het netwerk. Dubbelklik vervolgens op het pictogram voor het HP LaserJet Utility. 2. Als de naam van de printer niet wordt weergegeven als doelprinter, klikt u op Printer selecteren. Het venster Selecteer een doelprinter wordt weergegeven. Indien nodig selecteert u in de lijst AppleTalk-zones de zone waarin de printer zich bevindt. De zone van de printer wordt aangegeven op de configuratiepagina. Raadpleeg voor instructies over het afdrukken van een configuratiepagina de Print Server Hardware Installation Guide of de Getting Started Guide voor de printer. Selecteer de printer in de lijst Beschikbare printers en klik op OK. De netwerkconfiguratie controleren Controleer de huidige configuratie van het netwerk door een Jetdirect-configuratiepagina af te drukken. Als u met de printer nog geen configuratiepagina hebt afgedrukt, raadpleegt u de hardware-installatiehandleiding voor de printserver of de printerdocumentatie voor instructies (zie Hoofdstuk 9 voor meer NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 38 informatie). Als uw printer een bedieningspaneel heeft, zorgt u dat gedurende minimaal 1 minuut KLAAR in het paneel wordt weergegeven en drukt u vervolgens de pagina af. De huidige configuratie staat vermeld in de sectie AppleTalk op de configuratiepagina. Opmerking Als er meerdere printers op het netwerk zijn aangesloten, drukt u een configuratiepagina af om de naam en de zone van de printer te controleren. De naam van de printer wijzigen In de fabriek krijgt de printer een standaardnaam. Hewlett-Packard acht het ten sterkste aanbevolen dat u de naam van de printer wijzigt, zodat er niet meerdere printers met dezelfde naam actief zijn in het netwerk. LET OP Nadat u de naam van de printer hebt gewijzigd en afdrukwachtrijen hebt ingesteld, dient u voorzichtig te zijn met het opnieuw wijzigen van de naam van de printer. Als u de naam van de printer opnieuw wijzigt, werken de wachtrijen voor die printer niet meer. Opmerking De naam kan maximaal 32 tekens bevatten. Als u een pieptoon hoort, is er een teken gebruikt dat niet geldig is. Raadpleeg het Help-systeem van de software voor informatie over ongeldige tekens. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 39 U kunt de printer elke gewenste naam geven, bijvoorbeeld 'LaserJet 4000 van Bert'. Met HP LaserJet Utility beschikt u over de mogelijkheid om apparaten in verschillende zones en in de lokale zone een nieuwe naam te geven (er hoeven geen zones te zijn om HP LaserJet Utility te gebruiken). 1. Selecteer het symbool Instellingen in de lijst met symbolen. Het dialoogvenster Selecteer een instelling: wordt weergegeven. 2. Selecteer Printernaam in de lijst. 3. Klik op Bewerken. Het dialoogvenster Printernaam instellen wordt weergegeven. 4. Typ de nieuwe naam. 5. Klik op OK. Opmerking Als u de printer een reeds bestaande printernaam geeft, wordt er een waarschuwingsdialoogvenster weergegeven waarin u wordt gevraagd een andere naam te kiezen. Selecteer een andere naam door stap 4 en 5 te herhalen. 6. Als de printer op een EtherTalk-netwerk is aangesloten, gaat u door naar de volgende sectie, Een zone selecteren. 7. U beëindigt de procedure door Stop te kiezen in het menu Bestand. Laat de andere gebruikers op het netwerk weten wat de naam van de nieuwe printer is, zodat ze de printer in de Kiezer kunnen selecteren. Een zone selecteren Met HP Laserjet Utility kunt u een voorkeurszone voor de printer instellen op een Phase 2 EtherTalk-netwerk. Met dit hulpprogramma kunt u de zone waarin uw printer verschijnt, selecteren en zo de standaardzone die door de router is ingesteld, ongedaan maken. De zones waarvan de printer deel mag uitmaken, zijn afhankelijk van de netwerkconfiguratie. Met HP LaserJet Utility kan alleen een zone worden geselecteerd die reeds voor het netwerk is geconfigureerd. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 40 Zones zijn groepen computers, printers en andere AppleTalkapparaten. Deze apparaten kunnen per locatie worden gegroepeerd (zone A bestaat bijvoorbeeld uit alle printers op het netwerk in gebouw A). De apparatuur kan daarnaast ook logisch worden gegroepeerd (bijvoorbeeld alle printers die op de afdeling Accounting worden gebruikt). 1. Selecteer het symbool Instellingen in de lijst met symbolen. Het dialoogvenster Selecteer een instelling: wordt weergegeven. 2. Selecteer Printerzone in de lijst en klik op Bewerken. Het dialoogvenster Selecteer een zone wordt weergegeven. 3. Selecteer uw voorkeursnetwerkzone in de lijst Selecteer een zone: en klik op Stel zone in. 4. U beëindigt de procedure door Stop te kiezen in het menu Bestand. Laat de andere gebruikers op het netwerk weten wat de naam van de nieuwe printer is, zodat ze de printer in de Kiezer kunnen selecteren. De printer selecteren 1. Selecteer de Kiezer in het menu Apple. 2. Selecteer het printerpictogram voor gebruik met uw printer. Als het gewenste printersymbool niet in de Kiezer wordt weergegeven of als u niet zeker weet welk symbool u voor uw printer moet kiezen, raadpleegt u De printersoftware installeren in dit hoofdstuk. 3. Als AppleTalk niet actief is, wordt er op uw scherm een waarschuwingsdialoogvenster weergegeven. Selecteer OK. De knop Actief wordt ingeschakeld. Als uw netwerk op andere netwerken is aangesloten, wordt de keuzelijst AppleTalk-zones weergegeven in de Kiezer. 4. Selecteer, indien nodig, de zone waarin de printer zich bevindt in de lijst AppleTalk-zones. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 41 5. Selecteer de gewenste printernaam in de lijst met printernamen rechtsboven in de Kiezer.

Als de naam van de printer niet in de lijst wordt weergegeven, controleert u of: de printer aan staat en on line is; de printserver op de printer en op het netwerk is aangesloten; de printerkabel goed is aangesloten. Als de printer over een bedieningspaneel beschikt, moet het bericht KLAAR verschijnen. Zie Hoofdstuk 8 voor meer informatie. Opmerking Als uw printer de enige naam is die in het dialoogvenster wordt weergegeven, moet deze toch worden geselecteerd. De printer blijft geselecteerd tot u met de Kiezer een andere printer selecteert. 6. Klik op Setup of Maak in de Kiezer en selecteer vervolgens, als u daarom wordt gevraagd, het gewenste PPD-bestand (PostScript Printer Description) voor de printer. Zie de on line documentatie voor meer informatie. 7. Stel Afdrukken in achtergrond in op AAN of UIT. Als Afdrukken in achtergrond UIT staat wanneer u een afdruktaak naar de printer stuurt, worden er op het scherm statusberichten weergegeven en moet u wachten tot de berichten zijn verdwenen tot u verder kunt werken. Als Afdrukken in achtergrond AAN staat, worden de berichten naar de PrintMonitor doorgestuurd, zodat u kunt doorwerken terwijl de printer bezig is met het afdrukken van de taak. 8. Sluit de Kiezer. Wanneer u uw gebruikersnaam op het netwerk wilt weergeven tijdens het afdrukken van documenten, gaat u naar het bedieningspaneel van uw Mac OS-computer en selecteert u Samengebruik-configuratie. Typ vervolgens uw naam (als eigenaar). NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 42 De configuratie controleren 1. Selecteer Print venster in het menu Bestand of, als er geen venster is geopend, Print bureaublad. Het dialoogvenster Print wordt weergegeven. 2. Klik op Print. Als de afdruktaak door de printer wordt uitgevoerd, hebt u de printer juist op het netwerk aangesloten. Als de printer niets afdrukt, raadpleegt u Hoofdstuk 8. NLWW Overzicht van softwareoplossingen van HP 43 3 TCP/IP-configuratie Inleiding Voor een juiste werking op een TCP/IP-netwerk moet de HP Jetdirectprintserver worden geconfigureerd met geldige TCP/IP-netwerkconfiguratieparameters, zoals een IP-adres dat geldig is voor het netwerk. Raadpleeg Bijlage A voor algemene informatie over TCP/IP-netwerken. Op server gebaseerde en handmatige TCP/IP-configuratie Wanneer de HP Jetdirect-printserver met de fabrieksinstellingen wordt ingeschakeld, wordt automatisch geprobeerd de TCP/IP-configuratie voor de printserver in te stellen aan de hand van een op de server gebaseerde methode, zoals BOOTP/TFTP, DHCP/TFTP of RARP. Deze servermethoden worden later in dit hoofdstuk beschreven. De printserver kan ook handmatig worden geconfigureerd. Dit kan onder andere met Telnet, met een webbrowser, via het bedieningspaneel van de printer, met de opdrachten arp en ping (wanneer het standaard-ip-adres 192.0.0.192 is) en met SNMPbeheersoftware. De TCP/IP-configuratiewaarden die handmatig worden toegewezen, blijven bewaard wanneer de printserver wordt uitgeschakeld en weer wordt ingeschakeld. De printserver kan op elk gewenst moment worden ingesteld op een serverconfiguratie of op een handmatige configuratie van de TCP/IPinstellingen. NLWW 44 Standaard-IP-adres Wanneer de fabrieksinstellingen van de HP Jetdirect-printserver actief zijn (bijvoorbeeld bij levering of na een 'cold reset' van de printserver), heeft de printserver geen IP-adres. Afhankelijk van de netwerkomgeving kan een standaard-ip-adres zijn toegewezen. Geen toewijzing van standaard-ip-adres Er wordt geen standaard-ip-adres toegewezen als de servermethode (zoals BOOTP of DHCP) heeft gewerkt. Als de printserver wordt uitgeschakeld en weer wordt ingeschakeld, wordt opnieuw dezelfde methode gebruikt om de IP-configuratieinstellingen op te halen. Als het nu niet lukt om de IP-configuratieinstellingen met deze methode op te halen (bijvoorbeeld omdat de BOOTP- of DHCP-server niet meer beschikbaar is), wordt geen standaard-ip-adres toegewezen. In plaats daarvan blijft de printserver voor onbepaalde tijd IP-configuratieverzoeken verzenden. U moet de fabriekswaarden van de printserver activeren ('cold reset') om dit gedrag te veranderen. Er wordt ook geen standaard-ip-adres toegewezen als op een vaste printserver geen netwerkkabel is aangesloten. Toewijzing van standaard-ip-adres Er wordt wel een standaard-ip-adres toegewezen als de methoden met fabriekswaarden geen succes hebben, of als de beheerder de printserver alleen heeft geconfigureerd voor gebruik van een servermethode (zoals BOOTP of DHCP) die niet werkt. Als een standaard-ip-adres wordt toegewezen, hangt het adres af van het netwerk waarop de printserver is aangesloten. De printserver tast broadcast-pakketten op het netwerk af om de juiste standaard-ip-instellingen vast te stellen: Op kleine particuliere netwerken waarin IPadressen automatisch op basis van standaarden worden toegewezen, gebruikt de printserver een link-local adresseringstechniek om een uniek IP-adres toe te wijzen. Link-local adressering kan Auto IP worden genoemd. Het toegewezen IP-adres ligt in het bereik van 169.254.1.0 tot 169.254. 254.255 (meestal NLWW TCP/IP-configuratie 45 "169.254/16" genoemd) en zou in principe geldig moeten zijn. Het adres kan indien nodig echter voor het netwerk worden aangepast met behulp van ondersteunde TCP/IP-configuratieprogramma's. Bij link-local adressen worden geen subnetten gebruikt. HetDHCP\+subnetmasker is 255.255.0.0 en kan niet worden gewijzigd. Link-local adressen reiken niet verder dan de lokale verbinding en er is geen toegang tot of vanaf het Internet mogelijk. Het standaard-gateway-adres is hetzelfde als het linklocal adres. Als er een dubbel adres wordt gedetecteerd, wordt het adres van de HP Jetdirect-printserver indien nodig automatisch opnieuw toegewezen overeenkomstig de standaardtoewijzingsmethoden voor link-local adressen. Op omvangrijke netwerken of bedrijfsnetwerken wordt het tijdelijke adres 192.0.0. 192 toegewezen totdat met behulp van ondersteunde TCP/IP-configuratieprogramma's een geldig adres wordt ingesteld. Dit adres noemen we het legacy standaard-ip-adres. Op netwerken met diverse omgevingen is het automatisch toegewezen standaard-ip-adres 169.254/16 of 192.0.0.192. In dit geval dient u op de Jetdirect-configuratiepagina te controleren of het toegewezen standaard-ip-adres het adres is wat u verwachtte. Het IP-adres dat op de printserver is geconfigureerd, is te vinden op de Jetdirect-configuratiepagina voor de printserver. Zie Hoofdstuk 9. Configuratie-opties voor het standaard-ip-adres Parameter Default IP Met de configuratieparameter Default IP op de printserver regelt u de standaard-ipmethode. Wanneer de fabrieksinstellingen van de printserver actief zijn, is deze parameter niet gedefinieerd. Als de printserver in eerste instantie wordt geconfigureerd met een standaard-ip-adres (hetzij een link-local adres, hetzij het IP-adres 192.0.0. 192), wordt de parameter Default IP ingesteld op Auto IP dan wel Legacy NLWW TCP/IP-configuratie 46 Default IP.

Deze parameterinstelling bepaalt het IP-adres dat moet worden gebruikt wanneer de printserver geen IP-adres van het netwerk kan verkrijgen tijdens een gedwongen TCP/IP-herconfiguratie (bijvoorbeeld wanneer handmatig is ingesteld dat BOOTP of DHCP moet worden gebruikt). De parameter Default IP kan worden gewijzigd met een ondersteund configuratieprogramma, zoals Telnet, met een webbrowser of met een SNMP-beheertoepassing. DHCP-verzoeken inschakelen/uitschakelen Wanneer een standaard-ip-adres is toegewezen, kunt u aangeven of periodiek DHCP-verzoeken moeten worden verzonden. DHCPverzoeken worden gebruikt om IP-configuratie-instellingen op te vragen van een DHCP-server op het netwerk. Deze parameter is standaard ingeschakeld, zodat DHCP-verzoeken kunnen worden verzonden. Deze parameter kan echter worden uitgeschakeld met ondersteunde configuratieprogramma's, zoals Telnet, met een webbrowser of met een SNMP-beheertoepassing. Draadloze HP Jetdirect-printserver. Wanneer een draadloze printserver voor de eerste keer met de fabrieksinstellingen wordt ingeschakeld terwijl de printserver niet is verbonden met een netwerk, wordt waarschijnlijk automatisch een link-local IP-adres aan de printserver toegewezen. Als verbinding wordt gemaakt met een netwerk dat op een DHCP-server is gebaseerd, wordt het IP-adres waarschijnlijk opnieuw geconfigureerd omdat op de printserver standaard DHCP-verzoeken zijn ingeschakeld. Standaard-IP op draadloze en vaste printservers De resultaten van een standaard-ip-configuratie kunnen op vaste en draadloze printservers verschillen: Wanneer een vaste printserver met de fabrieksinstellingen wordt ingeschakeld, worden systematisch BOOTP, DHCP en RARP gebruikt om de IP-instellingen voor de printserver op te halen. Dit proces duurt maximaal twee minuten. Als de configuratie mislukt, wordt een standaard-ip-adres toegewezen op de wijze die hiervoor is beschreven. NLWW TCP/IP-configuratie 47 Voor een draadloze printserver met fabrieksinstellingen moet eerst een netwerkverbinding worden geconfigureerd voordat er communicatie tussen de printserver en het netwerk kan plaatsvinden. Daarom is de tijd voor het ophalen van de IP-instellingen van een netwerk beperkt tot ongeveer vier seconden. In die tijd wordt één BOOTP-verzoek verzonden en worden broadcast-pakketten afgetast. Omdat het niet waarschijnlijk is dat van een BOOTP-server op een ad-hocnetwerk een antwoord wordt verkregen en het aantal afgetaste broadcast-pakketten minimaal zal zijn, zal hoogstwaarschijnlijk sprake zijn van een standaardip-configuratie met behulp van link-local adressering. De IP-configuratie kan echter veranderen wanneer de draadloze printserver wordt verbonden met een DHCP-netwerk, omdat het verzenden van DHCP-verzoeken standaard zal zijn ingeschakeld. Configuratieprogramma's waarvoor een specifiek standaardip-adres nodig is om voor het eerst te communiceren met een printserver waarop de fabrieksinstellingen actief zijn, zijn mogelijk niet zonder aanpassingen te gebruiken. Raadpleeg de Jetdirectconfiguratiepagina voor de instellingen van het standaard-ip-adres op de printserver. Hulpprogramma's voor TCP/IP-configuratie Afhankelijk van de printer en het besturingssysteem kan een HP Jetdirect-printserver met behulp van de volgende hulpmiddelen worden geconfigureerd met geldige TCP/IP-parameters voor het netwerk: Software. U kunt op ondersteunde systemen gebruikmaken van de printerinstallatiesoftware of de installatiesoftware voor de HP Jetdirect-printserver. Zie Hoofdstuk 2, 'Overzicht van softwareoplossingen van HP' voor meer informatie. Als u een draadloze printserver wilt configureren met een geldig IP-adres voordat een draadloze verbinding tot stand is gebracht, gebruikt u de wizard HP Jetdirect Wireless Setup (Windows) of de geïntegreerde webserver. Printerinstallatiesoftware kan alleen worden gebruikt voor de IPconfiguratie van printers die met het netwerk zijn verbonden. NLWW TCP/IP-configuratie 48 BOOTP/TFTP. U kunt de gegevens telkens wanneer de printer wordt aangezet downloaden van een netwerkserver door middel van BOOTP (Bootstrap Protocol) en TFTP (Trivial File Transfer Protocol). Zie BOOTP/TFTP gebruiken voor meer informatie. De BOOTP-daemon, bootpd, moet worden uitgevoerd op een BOOTP-server die voor de printer toegankelijk is. DHCP/TFTP. U kunt gebruikmaken van het Dynamic Host Configuration Protocol (DHCP). Dit protocol wordt ondersteund door systemen met HP-UX, Solaris, Red Hat Linux, SuSE Linux, Windows NT/2000/XP, NetWare en Mac OS. (Raadpleeg de handleiding bij het netwerkbesturingssysteem om na te gaan of DHCP door het netwerkbesturingssysteem wordt ondersteund.) Zie DHCP gebruiken voor meer informatie. Linux- en UNIX-systemen: voor meer informatie raadpleegt u de pagina bootpd man. Op HP-UX-systemen is het mogelijk dat zich een voorbeeld van een DHCP-configuratiebestand (dhcptab) in de directory /etc bevindt. Aangezien HP-UX momenteel geen DDNS (Dynamic Domain Name Services) voor de eigen DHCP-implementaties biedt, wordt door HP aanbevolen dat u de duur van alle leases instelt op Onbeperkt. Op deze manier wordt verzekerd dat de IP-adressen van de printserver hetzelfde blijven tot Dynamic Domain Name Services beschikbaar worden gesteld. Opmerking RARP. Een op een netwerk gebaseerde server kan met RARP (Reverse Address Resolution Protocol) het RARPverzoek van de printserver beantwoorden en de printserver het IP-adres geven. Met de RARP-methode kunt u alleen het IP-adres configureren. Zie RARP gebruiken voor meer informatie. De opdrachten arp en ping. (Alleen voor printservers die zijn geconfigureerd met het legacy standaard-ip-adres 192.0. 0.192) U kunt de opdrachten arp en ping van het systeem gebruiken. Zie De opdrachten arp en ping gebruiken voor meer informatie. NLWW TCP/IPconfiguratie 49 Telnet. U kunt configuratieparameters instellen met Telnet. Om de configuratieparameters in te kunnen stellen, moet u een Telnet-verbinding opzetten vanuit uw systeem naar de HP Jetdirect-printserver met gebruikmaking van het standaard IP-adres. Wanneer de configuratie eenmaal is opgegeven, wordt de configuratie opgeslagen wanneer de printserver wordt uitgeschakeld en weer wordt ingeschakeld. Zie Telnet gebruiken voor meer informatie. Geïntegreerde webserver. U kunt naar de geïntegreerde webserver op de HP Jetdirect-printserver bladeren en de configuratieparameters instellen. Raadpleeg Hoofdstuk 4 voor meer informatie. Bedieningspaneel van de printer. (Alleen interne Jetdirectprintservers) U kunt de configuratiegegevens handmatig invoeren met de toetsen op het bedieningspaneel van de printer. Via de bedieningspaneelmethode kunt u maar een beperkte subset configuratieparameters instellen (het IP-adres, het subnetmasker, het standaardgateway-adres en de time-out bij inactief). Daarom wordt configuratie via het bedieningspaneel alleen aanbevolen als u een probleem op wilt lossen of voor eenvoudige installaties.