gelet op artikel 117 en 136 van de Wet op het primair onderwijs en artikel 115 en 130 van de Wet op de expertisecentra;

Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs in de gemeente Südwest- Fryslan (versie geldig vanaf 1 september 2016) Het college van de gemeente Sódwest-Fryslan, gelet op artikel 117 en 136 van de Wet op het primair onderwijs en artikel 115 en 130 van de Wet op de expertisecentra; gelet op artikel 38 van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Südwest-Fryslan; gezien het gevoerde overleg met vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen van de niet door gemeente in stand gehouden scholen in de gemeente; besluit vast te stellen de beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs in de gemeente Südwest-Fryslan. Artikel 1 Omvang en vergoeding voor gebruik 1. De vergoeding voor een lokaal bewegingsonderwijs of buitenterrein voor gebruik door een school voor (speciaal) basisonderwijs of (voortgezet) speciaal onderwijs is gebaseerd op het aantal klokuren per week. Het gaat hier om de vergoeding voor het aantal klokuren wat is opgenomen op het door het college vastgestelde rooster bewegingsonderwijs. 2. De omvang van de vergoeding (zie lid 1) is gebaseerd op het aantal klokuren per week waarin volgens de werkelijke groepenverdeling (groepen leerlingen jonger dan 6 jaar en leerlingen van 6 jaar en ouder) door de school het lokaal bewegingsonderwijs of buitenterrein wordt gebruikt. 3. Voor een basisschool wordt het maximaal aantal klokuren dat voor vergoeding in aanmerking komt vastgesteld op basis van het vastgestelde aantal groepen in artikel 2 en de splitsingstabel. Het is mogelijk dit te verruimen naar het werkelijke aantal groepen zoals opgenomen in de bijlage bij deze beleidsregel. Het aantal klokuren bedraagt ten minste 1,5 klokuur per week per groep leerlingen van 6 jaar en ouder. Voor deze leerlingen bedraagt het aantal klokuren ten hoogste 2,25 klokuur per week. 4. Voor een school voor speciaal basisonderwijs en een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs wordt het maximaal aantal klokuren dat voor vergoeding in aanmerking komt vastgesteld op basis van het aantal groepen in artikel 2. Het is mogelijk dit te verruimen naar het werkelijke aantal groepen zoals opgenomen in de bijlage bij deze beleidsregel. Voor een school voor speciaal basisonderwijs en een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bedraagt het aantal klokuren ten minste 2,25 klokuur per groep leerlingen van 6 jaar en ouder. Voor deze leerlingen bedraagt het aantal klokuren ten hoogste 3,75 klokuur per week. 5. Zoals genoemd in artikel 3 en 4 is verruiming van het aantal klokuren mogelijk wanneer het werkelijk aantal groepen afwijkt van de splitsingstabel. Hiervoor dient door het bevoegd gezag een aanvraag te worden ingediend bij het college. 6. Het aantal klokuren voor een school voor (speciaal) basisonderwijs of speciaal onderwijs bedraagt ten hoogste 3,75 klokuur per week per groep leerlingen jonger dan zes jaar indien de school niet de beschikking heeft over een speellokaal. 7. Het bevoegd gezag van een niet door de gemeente in stand gehouden school voor (speciaal) basisonderwijs, of een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs dat eigenaar is van een lokaal bewegingsonderwijs ontvangt jaarlijks een vergoeding. Dit in verband met overhevelen van buitenonderhoud en aanpassingen van gemeente naar bevoegd gezag. De hoogte van de vergoeding wordt vastgesteld volgens het bepaalde in bijlage 1 bij deze regeling. Dit is gebaseerd op artikel 38 van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs. 8. Wanneer er sprake is van medegebruik van het lokaal bewegingsonderwijs (eigendom van bevoegd gezag) door een of meer andere scholen voor (speciaal) basisonderwijs of (voortgezet) speciaal onderwijs wordt de vergoeding bepaalt door het optellen van het totaal aantal klokuren. 9. Het college keert de vergoeding in twee termijnen uit aan het bevoegd gezag/eigenaar; de eerste termijn is aan het begin van het schooljaar en de tweede termijn is aan het begin van het kalenderjaar. Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezet) speciaal onderwijs in de gemeente Südwest-Fryslan 1

Artikel 2 Indexering Het college stelt jaarlijks de normbedragen voor de vergoeding lokalen bewegingsonderwijs bij. Basis daarvoor is het jaarlijks door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het bekostigingsstelsel basisonderwijs opgenomen prijsindexcijfer. Artikel 3 Vervoer bewegingsonderwijs 1. De gemeente vergoedt het vervoer voor bewegingsonderwijs in de periode vanaf oktober tot en met april. 2. Een school kan in aanmerking komen voor vervoer voor bewegingsonderwijs wanneer voor de groepen 3 en 4 de loopafstand naar de gymnastiekvoorziening groter is dan 1,1 km. 3. Voor de groepen 5, 6, 7 en 8 geldt een vergoeding voor vervoer voor bewegingsonderwijs bij een loopafstand naar de gymnastiekvoorziening van groter dan 1,7 km. 4. Uitgezonderd hiervan zijn de stedelijke kernen Bolsward en Sneek. 5. Uitgangspunt is het gebruiken van het dichtstbijzijnde lokaal. Wanneer er voorkeur van het bevoegd gezag is voor een verder gelegen lokaal bewegingsonderwijs wordt dit per situatie beoordeeld. Artikel 4 Bewegingsonderwijs buitenlocaties 1. Scholen zijn vrij in hun keuze om binnen of buiten te gymmen. De gemeente vergoedt alleen het vervoer naar de binnen locaties (gymzalen) voor de periode vanaf oktober t/m april. Indien scholen langer dan deze periode binnen willen gymmen beoordeelt de gemeente per situatie hoe ze hiermee omgaat. 2. De bekostiging van de buitenlocaties vindt tegelijkertijd plaats met de uitbetaling van de klokuren. Artikel 5 Beslissing college in gevallen waarin de verordening niet voorziet In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college. Artikel 6 Citeertitel Deze regeling kan worden aangehaald als: beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs in de gemeente Südwest-Fryslan. Artikel 7 Inwerkingtreding en evaluatie 1. Deze regeling treedt in werking op de dag na de officiële bekendmaking en werkt terug tot 1 september 2016. 2. De nadere regels bekostiging lokalen bewegingsonderwijs in werking getreden op 1 januari 2013 worden hierbij ingetrokken. 3. De periode van 1 september 2016-1 januari 2018 moet worden gezien als een overgangsperiode. In het najaar van 2017 zullen deze beleidsregels met de schoolbesturen worden geëvalueerd en zal worden bekeken of de insteek van de beleidsregels voor de bekostiging van het werkelijk aantal groepen bewegingsonderwijs in SWF, bijstelling behoeft. Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezet) speciaal onderwijs In de gemeente Südwest-Fryslan 2

Bijlage 1: Grondslag bekostiging voor materiële instandhouding lokalen bewegingsonderwijs Algemeen Het college is op grond van de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra verantwoordelijk voor het vaststellen van het aantal klokuren waarop de school voor basisonderwijs, de school voor speciaal basisonderwijs en de school voor (voortgezet) speciaal onderwijs aanspraak maakt. De uitgangspunten voor het berekenen van het aantal klokuren zijn onderstaand nader uitgewerkt. Ten aanzien van de term lokaal bewegingsonderwijs dient u te lezen 'lokaal bewegingsonderwijs cq buitenterrein voor bewegingsonderwijs'. 1. Basisschool Voor een basisschool is het aantal groepen bepalend voor het aantal klokuren bewegingsonderwijs. Voor het bepalen van het totaal aantal groepen van een basisschool wordt uitgegaan van de formule en de bepalingen zoals vastgelegd in artikel 14 van het Besluit Bekostiging WPO. Dit vloeit voort uit het derde lid van artikel 136 WPO. Het aantal groepen wordt rekenkundig afgerond. Voor het bepalen van het aantal groepen 6-12 jarigen wordt aangesloten bij het normatieve overzicht 'splitsing aantal groepen leerlingen' zoals weergegeven in tabel 1. Tabel 1 Splitsinsstabel aantal sroepen leerlingen Deze tabel geeft inzicht in de genormeerde splitsing van het aantal groepen leerlingen in groepen 4- en 5- jarigen en groepen 6- tot en met 12-jarigen ten behoeve van bewegingsonderwijs. Tabel 1: Splitsinsstabel aantal snoepen leerlinsen Aantal snoepen pen school (G) Aantal snoepen 4/5-janisen Aantal synnsnoepen 6/ 12-janisen 2 1 1 3 1 2 4 1 3 5 2 3 6 2 4 7 3 4 8 3 5 9 3 6 10 3 7 11 4 7 12 4 8 13 4 9 14 5 9 15 5 10 16 5 11 17 6 11 18 6 12 19 6 13 20 6 14 21 7 14 22 7 15 23 7 16 24 8 16 25 8 17 26 8 18 Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezet) speciaal onderwijs in de gemeente Südwest-Fryslan 3

Tabel 1: Splitsinsstabel aantal snoepen leenlinsen Aantal snoepen pen school (G) Aantal snoepen 4/5-jarisen Aantal synnsnoepen 6112-janisen 27 9 18 28 9 19 29 9 20 30 9 21 Indien een school één of meer groepen afwijkt van de norm dan zal de gemeente binnen de mogelijkheden zorgdragen voor een aanvulling naar de werkelijke situatie. Hiervoor kan het schoolbestuur een verzoek indienen bij het college. 2. School voor speciaal basisonderwijs Het aantal groepen wordt bepaald door het aantal leerlingen te delen door de 'N-factor' zoals bepaald in vierde lid van artikel 136 WPO. De 'N-factor' is bepalend voor de groepsgrootte. De N-factor voor een school voor speciaal basisonderwijs is door de gemeente SWF vastgesteld op 15. Het verkregen getal wordt rekenkundig afgerond. Indien een school één of meer groepen afwijkt van de norm zal de gemeente binnen de mogelijkheden zorgdragen voor een aanvulling naar de werkelijke situatie. 3. School voor (voortgezet) speciaal onderwijs Bij de bepaling van het aantal groepen wordt uitgegaan van het bepaalde in artikel 14 van het Besluit bekostiging Wet op de Expertise Centra (=WEC). Dit vloeit voort uit het derde lid van artikel 130 WEC. Afronding vindt plaats conform het gestelde in artikel 14 van het Besluit bekostiging WEC, in alle gevallen naar boven. In bijlage III, deel B, onder 2.2, van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs is vermeld op hoeveel klokuren bewegingsonderwijs een school voor speciaal onderwijs of voor voortgezet speciaal onderwijs maximaal aanspraak kan maken. Het aantal groepen wordt bepaald door het aantal leerlingen te delen door de N-factor, die afhankelijk is van de onderwijssoort, zie tabel 2. Cluster Onderwijssoort N-factor SC N-factor vso 1 Visueel gehandicapte leerlingen (VISG) 12 7 Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) die ook visueel 7 7 gehandicapt zijn 2 Dove kinderen (DO) 6 6 Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) met een van deze handicaps Slechthorende kinderen (SH) 12 7 Kinderen met ernstige spraakmoeilijkheden (ESM) 12 7 Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) met een van deze 7' 7' handicaps 3 Lichamelijk gehandicapte kinderen (LG) 12 7 Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) met een van deze handicaps Langdurig zieke kinderen (LZ) met een lichamelijke handicap 13 7 Zeer Moeilijk Lerende Kinderen (ZMLK) 12 12 Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) met een van deze handicaps r 7' 4 Zeer Moeilijk Opvoedbare Kinderen (ZMOK) 12 7 Langdurig zieke kinderen (LZ) anders dan met een lichamelijke handicap 13 7 ' Tenzij de N-factor door de minister anders is vastgesteld. Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezet) speciaal onderwijs in de gemeenie Südwest-Fryslan 4

Kinderen in scholen verbonden aan pedologische instituten (PI) 110 7 In onze gemeente hebben wij cluster 2, 3 en 4 onderwijs voor de leerlingen. Voor de Sinne en Piet Bakkerschool houden we op basis van bovenstaand overzicht de volgende n-factoren aan: -SO/MG: LG/MG = 7 - VSO/MG: LG/MG = 7 -SO/ZML= 12 - VSO/ZML = 7 Indien een school één of meer groepen afwijkt van de norm zal de gemeente binnen de mogelijkheden zorgdragen voor een aanvulling naar de werkelijke situatie. Hiervoor kan het schoolbestuur een verzoek indienen bij het college. 4. Bekostiging gebruik lokalen bewegingsonderwijs Ingevolge artikel 117 en 136 van de Wet op het primair onderwijs en artikel 115 en 130 van de Wet op de Expertisecentra worden de volgende vergoedingsbedragen voor het gebruik van een lokaal bewegingsonderwijs vastgesteld. De bedragen bevatten een vergoeding voor onderhoud aan de binnenzijde van het gebouw, de materiële instandhouding alsmede een vergoeding voor vervanging en aanpassing van onderwijsleerpakket en meubilair. De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van het stichtingsjaar van het lokaal bewegingsonderwijs en de oppervlakte van de oefenzaal. De vergoeding bestaat uit een vast bedrag en een variabel bedrag per vastgesteld klokuur. Stichtingsjaar en omvang Vast bedrag Variabel bedrag Tot 19S7 - < 90 m 2 2.874,1 1 349,22-90-130 m2 3.687,95 441,90-1 30-1 70 m2 4.032,49 476,88-1 70-190 m2 3.848,27 521,76-190-230 m2 3.685,63 574,83 - > 230 m2 4.1 71,27 643,03 Vanaf 198 7 - >= 252 1112 3.311,93 584,75 De bovenstaande normbedragen zijn van toepassing voor het jaar 2016. Jaarlijks zal een indexatie plaatsvinden (zie artikel 2). Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezel) speciaal ondenwijs in de gemeente Südwest-Fryslan 5

Medegebruik/huur van een niet-eigen voorziening Naast bewegingsonderwijs in een eigen lokaal van de school is er tevens bewegingsonderwijs mogelijk in een bestaand lokaal bewegingsonderwijs door middel van medegebruik of huur van een andere school/de gemeente/een commerciële exploitant. Afhankelijk van de eigenaar van de accommodatie bestaat recht op de volgende vergoeding: a. als een school voor (speciaal) basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs gebruik maakt van het lokaal bewegingsonderwijs van de gemeente dan wordt dit lokaal door het college om niet aan de school in gebruik gegeven; b. als een school voor voortgezet onderwijs gebruik maakt van het lokaal bewegingsonderwijs van de gemeente dan vergoedt het bevoegd gezag van de school voor voortgezet onderwijs aan het college het vaste deel en het variabele deel van het klokuurbedrag naar rato van het aantal klokuren gebruik; c. als een school (speciaal) basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs voortgezet speciaal onderwijs gebruik maakt van een lokaal bewegingsonderwijs waarvan het bevoegd gezag juridisch eigenaar is, vergoedt het college aan het bevoegd gezag het vaste deel van het klokuurbedrag en naar rato van het aantal klokuren het variabele deel van het klokuurbedrag; d. als een school voor (speciaal) basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs gebruik maakt van het lokaal bewegingsonderwijs van een andere school voor (speciaal) basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs, vergoedt het college aan het laatst genoemde bevoegd gezag het vaste deel van het klokuurbedrag en naar rato van het aantal klokuren het variabele deel van het klokuurbedrag; e. als een school voor (speciaal) basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs gebruik maakt van buitenveld/accommodatie vergoedt het college aan het bevoegd gezag naar rato van het aantal klokuren het variabele deel van het klokuurbedrag; f. als een school voor voortgezet onderwijs gebruik maakt van het lokaal bewegingsonderwijs van een school voor (speciaal) basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs, waarvan het bevoegd gezag juridisch eigenaar is, vergoedt het bevoegd gezag van de school voor voortgezet onderwijs aan het bevoegd gezag het vaste deel en het variabele deel van het klokuurbedrag naar rato van het aantal klokuren gebruik; g. als een school voor voortgezet onderwijs gebruik maakt van het lokaal bewegingsonderwijs van een andere school voor voortgezet onderwijs vergoedt het bevoegd gezag van de school voor voortgezet onderwijs aan het andere bevoegd gezag het vaste deel en het variabele deel van het klokuurbedrag naar rato van het aantal klokuren gebruik; h. als een school voor (speciaal) basisonderwijs of een school voor speciaal onderwijs, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of een school voor voortgezet speciaal onderwijs gebruik maakt van het lokaal bewegingsonderwijs van een derde en het college deze investering niet heeft gefinancierd vergoedt het college aan de commerciële exploitant de huurprijs die is onderverdeeld in een vergoeding voor de stichtingskosten en materiële instandhouding; i. als een school voor voortgezet onderwijs gebruik maakt van het lokaal bewegingsonderwijs van een derde en het college deze investering niet heeft gefinancierd vergoedt het college aan de commerciële exploitant de stichtingskosten en het bevoegd gezag van de school voor voortgezet onderwijs vergoedt aan de commerciële exploitant de vergoeding materiële instandhouding. Zoals hierboven gesteld gaat de vaste vergoeding naar de binnen accommodatie en vindt de variabele vergoeding plaats op basis van het (naar rato) vastgestelde werkelijke gebruik. Wanneer het bewegingsonderwijs ook deels op een buitenlocatie wordt gegeven dient de variabele vergoeding (naar rato) ingezet te worden om de buitenlocatie in stand te houden en te bekostigen. 5. Bekostiging buitenonderhoud en aanpassingen lokalen bewegingsonderwijs Een school voor (speciaal) basisonderwijs of een school voor (voortgezet) speciaal basisonderwijs kan in verband met de overheveling onderhoud/aanpassingen per 1 januari 2015 geen buitenonderhoud en aanpassingen meer aanvragen bij de gemeente. Dit heeft gevolgen voor de lokalen bewegingsonderwijs waarvan een bevoegd gezag eigenaar is. Voor deze specifieke lokalen bewegingsonderwijs wordt jaarlijks een vaste voet uitgekeerd aan deze bevoegde gezagsorganen om de genoemde voorzieningen te kunnen bekostigen. Het betreft een bedrag van 10,- per bruto mt Bij een standaard lokaal bewegingsonderwijs van 455m2 bruto vloeroppervlak geeft dit een vergoeding van Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezet) speciaal onderwijs In de gemeente Südwest-Fryslan 6

4.550,-. Deze vergoedingen zijn inclusief BTW en hebben prijspeil 2016. Omvangrijke aanpassingen in het kader van wet- en regelgeving vallen niet onder bovengenoemde bekostiging. Indien van toepassing zal dit breed opgepakt worden door de gemeente ook voor alle andere gemeentelijke lokalen bewegingsonderwijs. Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezet) speciaal onderwijs in de gemeente Sódwest-Fryslan 7

Toelichting In deze beleidsregel is de vergoeding voor lokalen bewegingsonderwijs nader geregeld. De verlegging per 1 januari 1997 van de geldstroom 'materiële instandhouding gymnastiek' voor het primair onderwijs naar de gemeenten via het Gemeentefonds leidt tot de opdracht aan het college om na overleg met de schoolbesturen voor het onderwijs in lichamelijke opvoeding het aantal klokuren vast te stellen dat ten hoogste per groep leerlingen voor vergoeding in aanmerking komt (artikel 117 en artikel 136 WPO en artikel 115 en artikel 130 WEC). Deze wettelijke opdracht is nader uitgewerkt in deze beleidsregel. Artikel 1. Omvang en bekostiging gebruik Lid 1 De capaciteit en het gebruik van lokalen bewegingsonderwijs wordt uitgedrukt in een aantal klokuren onderwijsgebruik. De formulering 'ten hoogste' betekent dat het college ook minder klokuren kan bekostigen wanneer op basis van het activiteitenplan van de school het gebruik van lokaal bewegingsonderwijs onder dit niveau ligt. De formulering sluit tevens uit dat het gebruik boven deze norm voor bekostiging van gemeentewege in aanmerking komt. Leden 2 en 3 Hier wordt de hoogte en wijze van vergoeding geregeld voor het gebruik door het primair onderwijs van lokalen bewegingsonderwijs die in eigendom zijn van een schoolbestuur van een niet door de gemeente in stand gehouden school. Anders dan voor de lokalen bewegingsonderwijs die door of vanwege de gemeente beschikbaar zijn voor het onderwijsgebruik, moet in dit geval een vergoeding aan het schoolbestuur worden verstrekt. Een school voor primair onderwijs welke een gemeentelijke accommodatie gebruikt als lokaal bewegingsonderwijs krijgt hiervoor geen vergoeding. De gemeente bekostigt immers tot aan het genoemde maximum in het eerste lid zelf de exploitatie van dit gebruik. Wanneer een schoolbestuur, niet zijnde de gemeente, eigenaar is van de accommodatie dan dient dit wel een vergoeding te ontvangen teneinde de kosten van het onderwijsgebruik te kunnen dekken. Bijlage 1, onder 5: Bekostiging buitenonderhoud en aanpassingen lokalen bewegingsonderwijs Extra vaste voet voor lokalen bewegingsonderwijs waarvan bevoegd gezag juridisch eigenaar is. In verband met de overheveling onderhoud/aanpassingen per 1 januari 2015 kan deze voorziening niet meer worden aangevraagd bij de gemeente. Dit heeft ook gevolgen voor de lokalen bewegingsonderwijs waarvan een bevoegd gezag eigenaar is, bijvoorbeeld omdat deze in het schoolgebouw geïntegreerd is. Het voorstel voor deze specifieke lokalen bewegingsonderwijs is om hiervoor jaarlijks een vaste voet uit te keren aan de betreffende bevoegde gezagsorganen, zodat het onderhoud aan het lokaal bewegingsonderwijs kan worden uitgevoerd. Het betreft een bedrag van 9,13 per bruto mt Bij een standaard lokaal bewegingsonderwijs van 455m' bruto vloeroppervlak geeft dit een vergoeding van 4.154,69. Deze vergoedingen zijn inclusief BTW en hebben prijspeil 2014. De gemeente Südwest-Fryslan houdt een bedrag van 10,- per bruto m^ op basis van prijspeil 2015. De vergoeding is gebaseerd op het feit dat in de oude modelverordening, bijvoorbeeld die uit 1997 of die uit 2001 in Bijlage IV, deel A, onderdeel 1.6 Gymnastiek, ook een uitleg is weergegeven voor het 'buitenonderhoud' aan lokalen bewegingsonderwijs waarvan het bevoegd gezag eigenaar is. Hier staat dat "de klokuurvergoeding niet voorziet in een genormeerde vergoeding voor onderhoudsactiviteiten aan de buitenzijde van het gebouw. Een schoolbestuur met een eigen lokaal bewegingsonderwijs kan derhalve aanspraak maken op onderhoud voor de buitenzijde conform de activiteitenlijst in bijlage I van de Verordening. De bedragen gaan uit van een lokaal bewegingsonderwijs van 455mT Bij kleinere gebouwen kunnen de bedragen naar rato worden bepaald." Hieronder is een lijst met activiteiten voor buitenonderhoud met bedragen opgenomen. Deze bedragen zijn teruggerekend naar bedragen per jaar, per euro en per mt Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezet) speciaal onderwijs in de gemeenie Südwest-Fryslan 8

Activiteit Investering gymiokaai 455m^ *) 2001 v Vervanging dakbedekking (Bit.) fl 21.748 9.868,81 25 jaar 0,87 Vervanging dakranden/hwa fl 20.366 9.241,69 25 ja a r 0,81 Vervanging daklichten fl 2.945 1.336,38 20 jaar 0,15 Vervanging staanders rijwielstalling fl 3.256 1.477,51 25 jaar 0,13 Vervanging erfscheiding fl 14.545 6.600,23 25 ja a r 0,58 Herstel riolering fl 8.699 3.947,43 15 ja a r 0,58 Herstel bestrating fl 5.595 2.538,90 40 jaar 0,14 Algemene vervanging buitenkozijnen fl 90.574 41.100,69 60 jaar 1,51 Algemene vervanging hang- en sluitwerk fl 1.665 755,54 30 ja ar 0,06 MlgcHIcdc A1 00 m 0 n 0 i/ofi/anoino VCIVdllglIlg kinoiknn UUCIUUUlUCII r/h o n fl 5.166 2 344 23 0,21 Algemene vervanging binnenkozijnen fl 68.961 31,293,14 60 jaa r 1,15 Algemene vervanging hang- en sluitwerk fi 15.326 6.954,64 30 jaar 0,51 Algemene vervanging radiatoren etc. fl 16.040 7.278,63 40 ja ar 0,40 Totaal prijspeil 2001 7,08 Prijspeil 2014 9,13 Vast bedrag voor 26 klokuren - standaard lokaal 455m' 4.154,69 *) Bron modelverordening voorzieningen huisvesting onderwijs VNG Bijlage IV, Deel A, artikel 1.6 Indexering zal plaats vinden conform artikel 2. Beleidsregel vergoeding lokalen bewegingsonderwijs voor (speciaal) basisonderwijs en (voorgezet) speciaal onderwijs In de gemeente Sijdwest-Fryslan 9