Resultaten studentenbevraging m.b.t. milieuzorg aan de Vrije Universiteit Brussel Auteur: Sara Coessens Promotor: Dr. Dimitri Devuyst 18 oktober 2007 Eindwerk voorgelegd voor het behalen van de graad van Master Duurzame Ontwikkeling en Menselijke Ecologie. Academiejaar 2006-2007. 1. Inleiding Als universitaire instelling streeft de Vrije Universiteit Brussel ernaar om in al haar activiteiten rekening te houden met de bescherming van mens en milieu en is ze zich bewust van haar verantwoordelijkheden hierin ten opzichte van de maatschappij. De Vrije Universiteit Brussel is dan ook volop bezig met de ontwikkeling van een eigen milieubeleid. Aan de basis hiervan ligt de uitwerking van een milieuzorgsysteem: een duidelijk gestructureerd en geïntegreerd milieuprogramma op maat van de universiteit. Het is echter van belang dat milieuzorg door iedereen wordt gedragen, ook door de studenten. Daarom wordt in dit onderzoek nagegaan wat er bij hen leeft: hoe milieubewust zijn ze? Wat vinden ze van de milieuproblematiek aan de Vrije Universiteit Brussel? Zijn ze geïnteresseerd om deel te nemen aan milieuzorg? Krijgen ze hiervoor voldoende mogelijkheden? Er wordt onderzocht welke voorzieningen reeds aanwezig zijn aan de universiteit, waar er mogelijkheden zijn voor verbetering en ook of studenten het belangrijk vinden dat de universiteit waar ze studeren aan milieuzorg doet. De bevraging vond plaats in maart 2007. 2. Resultaten 2.1. Profiel deelnemers 730 respondenten of 10% van de bevraagde studentenpopulatie. 90% studeert op campus Etterbeek en 10% op campus Jette. 65% van de respondenten zit in de eerste cyclus en 33% in de tweede cyclus. 23,8% van de respondenten maakten vroeger actief deel uit van de milieuwerkgroep op school.
32,7% van de respondenten heeft reeds gehoord van milieuzorg op school of het programma groene school in het secundair onderwijs. 13,2% is momenteel lid van een natuur- of milieuvereniging en 14,0% is vroeger lid geweest. 2.2. Milieuvriendelijk handelen 25% van de respondenten vindt milieuvriendelijk handelen op de VUB heel belangrijk ; 65% vindt dit belangrijk ; 10% vindt dit eerder onbelangrijk en 1% niet belangrijk. 36% van de respondenten is het eens met de uitspraak ik kan op dit ogenblik zelf een bijdrage leveren aan een meer milieuvriendelijke campus ; 44% is het een beetje eens met deze uitspraak; 15% is het er een beetje met oneens en 5% is het er niet mee eens. 41% van de respondenten is het eens met de uitspraak ik vind dat ik op dit ogenblik,als student, rekening houd met het milieu ; 45% is het een beetje eens met die uitspraak; 12% is het er een beetje met oneens en 2% is het er niet mee eens. 2.3. Milieuzorg binnen de studierichting 19% van de respondenten vindt milieuvriendelijk handelen binnen de eigen studierichting heel belangrijk ; 45% vindt dit belangrijk ; 30% vindt dit eerder onbelangrijk en 5% niet belangrijk. 5% is het eens met de stelling Ik vind dat binnen mijn studierichting reeds heel wat gebeurt rond milieuzorg ; 14% is het daar een beetje mee eens; 35% is het daar een beetje met oneens en 46% is het daar niet mee eens. Op de vraag Gebeurt het tijdens jouw labo dat er gevaarlijke producten door de gootsteen worden weggespoeld antwoorden 1% van de respondenten (bijna) altijd ; 9% regelmatig ; 33% soms en 47% (bijna) nooit. 2.4. Milieurelevant gedrag Wat betreft de thema s afval, energie en water wordt door een meerderheid van de studenten (bijna) altijd tot regelmatig milieurelevant gedrag toegepast. Het is vooral op gebied van papier dat er nog heel wat ruimte is voor verbetering in het milieurelevant gedrag van de studenten. Voor dit thema wordt milieurelevant gedrag door een meerderheid van de studenten slechts soms tot (bijna) nooit in de praktijk gebracht. De respondenten van de faculteiten Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie en Geneeskunde en Farmacie gedragen zich het meest milieuvriendelijk. Binnen de faculteiten Ingenieurswetenschappen en Recht en Criminologie werden de minst milieuvriendelijke gedragingen genoteerd. Tussen 71 en 83% van de respondenten sorteert thuis of op kot (bijna) altijd papier en karton, PMD, glas en KGA. 2
Studenten die op een kot zitten van de Vrije Universiteit Brussel sorteren beduidend minder hun PMD dan studenten die op kot zitten in de private sector. Op de VUB-koten waar de gescheiden inzameling van PMD is georganiseerd (met name op campus Jette) nemen wel veel respondenten deel aan de inzameling (namelijk 68% (bijna) altijd en 21% soms ). Verkleind kopiëren en kopiëren op kringlooppapier in de Crazy Copy is nog niet ingeburgerd bij de respondenten. Kringloopschrijfblokken gebruiken en dubbelzijdig kopiëren wordt wel reeds meer courant toegepast. 59% van de respondenten komt met het openbaar vervoer naar de VUB, 17% komt te voet, 15% met de auto, 5% met de fiets en 4% door aan carpooling te doen. 2.5. Bereidheid om in de toekomst deel te nemen aan milieumaatregelen 98% van de respondenten is bereid op de campus papier en karton gescheiden weg te werpen mocht die mogelijkheid bestaan; 97% van de respondenten is bereid op de campus PMD gescheiden weg te werpen mocht die mogelijkheid bestaan; 97% van de respondenten is bereid op de campus glas gescheiden weg te werpen mocht die mogelijkheid bestaan. 63% van de respondenten gaat ermee akkoord dat studentencursussen tweezijdig zouden worden gedrukt, zodat minder papier wordt gebruikt en dus ook de prijs kan dalen; 31% vindt dat geen goed idee. 84% van de respondenten is bereid om 1 EUR per 1000 blz. meer te betalen voor hun studentencursussen zodat ze op kringlooppapier kunnen worden gedrukt; 10% is daarmee niet akkoord en 6% weet het niet. Indien een deel van de kopieertoestellen zou voorzien worden van kringlooppapier dan zou 62% van de respondenten daarvan gebruik maken; 32% zou dat soms doen en 7% zou er geen gebruik van maken. Indien het studentenrestaurant een smakelijke biologische maaltijd zou aanbieden die 1,50 EUR duurder is dan de gewone dagschotel, dan zou 21% die (bijna) altijd tot regelmatig nemen en 36% soms. Als de campus zou worden voorzien van afsluitbare en overdekte fietsstallingen dan zou 16% van de respondenten meer gebruik maken van de fiets; 58% zou daardoor niet meer gebruik maken van de fiets en 27% weet het niet. 41% van de respondenten zou gebruik maken van een fietsatelier om de fiets te laten herstellen of om een fiets uit te lenen; 36% zou dat niet doen en 23% weet het niet. Mochten er enkele autostaanplaatsen zijn van Cambio op de campus, waarbij je een auto kan uitlenen voor enkele uren tegen een redelijke prijs, dan zou 8% daar (bijna) altijd tot regelmatig van gebruik maken; 15% soms en 40% (bijna) nooit. 2.6. Verwachtingen van de studenten 3% van de respondenten vindt dat professoren en assistenten binnen hun opleiding (bijna) altijd voldoende aandacht besteden aan de milieuproblematiek; 9% vindt dat ze dit regelmatig doen; 34% vindt dat soms voldoende aandacht 3
gaat naar de milieuproblematiek en 54% vindt dat er (bijna) nooit voldoende aandacht gaat naar de milieuproblematiek binnen de opleiding. 44% van de respondenten vindt het heel belangijk dat de universiteit waar ze studeren aan milieuzorg doet; 48% vindt dit belangrijk ; 7% vindt dit eerder onbelangrijk en 1% vindt dit niet belangrijk. Op de vraag In welke mate beïnvloedt de wijze waarop de VUB de milieuproblematiek aanpakt jouw algemeen beeld van de instelling antwoordt 14% sterk positieve invloed ; 72% eerder positieve invloed ; 13% eerder negatieve invloed en 1% sterk negatieve invloed. 3. Besluit en aanbevelingen 3.1. Besluit De respondenten zijn zich in hoge mate bewust van het belang van milieuvriendelijk handelen. Aan aandacht voor het milieu binnen de eigen studierichting werd, afhankelijk van de faculteit waaraan men studeerde, iets minder belang gehecht. De respondenten waren zich ook sterk bewust van de rol die ze zelf spelen in het realiseren van een milieuvriendelijke omgeving. De meerderheid was echter niet van mening dat er binnen de eigen studierichting al veel gebeurt rond milieuzorg. Iets meer dan de helft van de respondenten vond dat hun professoren en assistenten te weinig aandacht besteden aan de milieuproblematiek. Uitzondering hierop waren de respondenten van de faculteit Ingenieurswetenschappen. Aanvullend op dit hoge milieubewustzijn, bleken de respondenten zich ook grotendeels milieuvriendelijk te gedragen voor de in de enquête bevraagde acties. Vooral binnen de faculteiten Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie en Geneeskunde en Farmacie werden hoge percentages behaald voor milieuvriendelijk gedrag. Studenten die aangaven bepaalde milieuvriendelijke acties (bijna) nooit uit te voeren, waren in de minderheid. Toch kan er nog heel wat verbeteren om acties die nu soms of regelmatig worden uitgevoerd een gewoonte te laten worden. Aandachtspunten hierbij zijn duurzaam omgaan met papier en rationeel energieverbruik. Naast een hoog milieubewustzijn, dat wordt aangevuld met een groot aantal milieuvriendelijke gedragingen, kunnen we op basis van deze resultaten ook besluiten dat een groot deel van de respondenten verwacht dat de universiteit aan milieuzorg werkt en dat professoren en assistenten meer aandacht besteden aan de milieuproblematiek. De respondenten zijn eveneens bereid zelf mee te werken aan milieuzorg als de universiteit hiervoor de nodige ondersteuning voorziet. Respondenten van de faculteiten Letteren en Wijsbegeerte en Economische, Sociale en Politieke Wetenschappen toonden algemeen de grootste bereidheid. Respondenten van de faculteit Ingenieurswetenschappen, die zich significant minder milieuvriendelijk bleken te gedragen, waren ook minder bereid inspanningen te doen. Belangrijk is dat over de aanwezige voorzieningen voldoende en op een duidelijke manier gecommuniceerd wordt. Heel wat voorzieningen die nu reeds aanwezig zijn, zijn immers onvoldoende gekend. 3.2. Aanbevelingen Het belang dat men hecht aan de aandacht voor het milieu binnen de eigen studierichting en de perceptie die men heeft over het feit dat er binnen de studierichting reeds heel wat gebeurt rond milieuzorg, bleek afhankelijk te zijn van de faculteit. Vooral binnen de 4
faculteit Ingenieurswetenschappen hecht men hier veel belang aan en vindt men dat er reeds heel wat gebeurt rond milieuzorg. Het zou interessant zijn na te gaan wat de verschillende faculteiten reeds doen rond milieuzorg en hoe men milieuzorg meer kan integreren in de verschillende studierichtingen. Blijkbaar is er een grote bereidheid om afval te sorteren. Het is aangewezen de mogelijkheid hiertoe te voorzien op de campus en in de studentenhuizen. Hierbij is het ook belangrijk dat dit op een duidelijke manier naar de studenten gecommuniceerd wordt door middel van acties of opvallende affiches. Het was bijvoorbeeld opmerkelijk dat, ondanks de grote bereidheid tot sorteren, slechts een beperkt aantal studenten op de hoogte is dat er op de campus papiercontainers aanwezig zijn. Belangrijk is ook om de nadruk te leggen op afvalpreventie. De blikjesautomaten kunnen bijvoorbeeld vervangen worden door een milieuvriendelijk alternatief (drinkwaterfonteintjes, glazen flesjes met een retoursysteem, ). De omgang met gevaarlijk afval in de studentenlabo s laat te wensen over. Het is aangewezen dit verder te onderzoeken en de nodige maatregelen te treffen om de veiligheid en het correct afvoeren van gevaarlijke producten te verzekeren. Om het papierverbruik te beperken kunnen volgende maatregelen genomen worden: - Het opzetten van een systeem waarbij studenten onderling hun boeken kunnen verkopen (bijvoorbeeld via internet) om de aankoop van tweedehands boeken te stimuleren - Cursussen uitgeven op gerecycleerd papier - Een deel van de printers en kopieermachines standaard vullen met gerecycleerd papier - Aan de kopieermachines en printers een duidelijke zichtbare nota bevestigen met tips en uitleg om papier te besparen, zoals het dubbelzijdig en verkleind kopiëren/printen. Er wordt te weinig gebruik gemaakt van de fiets als duurzaam transportmiddel en de auto wordt nog teveel aangewend voor korte afstanden. De fietswerkgroep probeert fietsers te stimuleren, wat positief is. Maar het grootste knelpunt is de weginfrastructuur en de veiligheid. De aanleg van duidelijke en veilige fietspaden zal motiverend werken. Belangrijk is de aanwezige voorzieningen voldoende bekend te maken en voldoende laagdrempelig. Milieuvriendelijk gedrag wordt immers gemakkelijker aangenomen als het weinig moeite, kosten of ongemakken vergt en wanneer het als sociaal wenselijk wordt ervaren. 5