Werkpakket 2.3 3D reconstructies in archeologische sites

Vergelijkbare documenten
Photomodeler Scanner: Workflow

De fotogrammetrie bij het NGI

Gebruikersgroep vergadering III 15 oktober 2013

3D4SURE. Werkpakket 2.6 Imaging stations. Auteurs: Bjorn Van Genechten KaHo Sint-Lieven Wouter Dreessen KaHo Sint-Lieven

Agisoft Photoscan: Workflow

WP5 Vergelijking van de verwerkingspakketten met aandacht voor de vereisten van de eindgebruiker

Autodesk Recap Photo: Workflow

Aandachtspunten voor terrestrische foto-opname bij bouwkundig en archeologisch erfgoed

Leesmij. Orthofoto's, middenschalig, kleur, 2012, Vlaanderen. Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen

Technische fiche. Orthofotomozaïek, middenschalig, zomeropnamen. versie 1.0. Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen

Fotogrammetrische aanvulling als hulpmiddel bij landmeetkundige activiteiten

ARCHEOLOGIENOTA. ROESELARE HONZEBROEKSTRAAT (prov. WEST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN VOOR UITGESTELD VOOR- ONDERZOEK MET INGREEP IN DE BODEM

Kale - Leie Archeologische Dienst. J a a r v e r s l a g K a l e - L e i e A r c h e o l o g i s c h e D i e n s t

Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa

Archeologienota Baron Descampslaan 44 te Wijgmaal (Vlaams-Brabant).

RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke)

RAPPORTAGE VONDSTMELDING Lier, Kardinaal Mercierplein

Waarderend Archeologisch Onderzoek te Oudenburg, kantine voetbalplein (Bekestraat)

Technische fiche. DHMV II, grootschalige orthofotomozaïeken. versie 1.0. Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen

GERAARDSBERGEN- DUYTSENKOUTER

Gebruikersgroep vergadering I 22 Oktober 2012

6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen Algemeen

TERf Dataprofiel voor Archeologisch Vindplaatsen

Ieper, Grote Markt 33 / D hondtstaat

Programma van maatregelen: Gent Nieuwewandeling

Realisatie van appartementen langsheen de Arkenvest Halle

Archeo-rapport 51 Het archeologisch vooronderzoek aan de Heerstraat te Lovenjoel

Programma van maatregelen: Aalter Sint-Jozefstraat

Watou Oude Provenstraat. Archeologisch onderzoek

Programma van maatregelen: Londerzeel - Bloemstraat

Het maken van panorama foto s en de keuze van het correcte rotatiepunt van de camera.

ARCHEOLOGISCHE WERFBEGELEIDING BIJ DE REALISATIE VAN EEN VERKAVELING

Toekomststraat, Hasselt

IWT-TETRA PROJECT GEBRUIKERSGROEPVERGADERING II 27 MAART 2013

Archeo-rapport 7 Archeologisch vooronderzoek aan de Zagerijstraat te Membruggen

De Lusthoven 96, Kruisberghoeve, Arendonk

HDR- FOTOGRAFIE. Inleiding. Het digitale beeld - Bijlage

ADDENDUM 10. Werkput 5

UAV, van aanschaf tot lancering. Carl Lankveld

Werkpakket 4.2 Handleiding ter bevordering van de nauwkeurigheid en efficiëntie

ARCHEOLOGIENOTA. LEUVEN HERTOGENSITE SINT-RAFAEL (prov. VLAAMS-BRABANT) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN AARTSELAAR LINDENBOSLAAN

Werkpakket 3.4 bis Panoramische fotogrammetrie Trimble V10 Imaging Rover

ARCHEOLOGIENOTA. MELLE ROOTPUTTE (prov. 00ST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN VOOR UITGESTELD VOOR- ONDERZOEK MET INGREEP IN DE BODEM

EERSTE RESULTATEN VAN DE OPPERVLAKTEMETINGEN IN HET GETIJDENGEBIED VAN RAVERSIJDE (JUNI-JULI 2013)

3D4SURE. Werkpakket 3.2 Multi-fotorectificatie. Auteurs: Björn Van Genechten KaHo Sint-Lieven Jasper Wisbecq KaHo Sint-Lieven

ARCHEOLOGIENOTA. KNOKKE- HEIST KRAAIENNESTPLEIN (prov. WEST-VLAANDEREN) VERSLAG VAN RESULTATEN BUREAUONDERZOEK

Registratie van boringen.

Archeo-rapport 1 Archeologisch vooronderzoek van het Berkenhof te Opvelp

ARCHEOLOGIENOTA PROGRAMMA VAN MAATREGELEN ANTWERPEN DELWAIDEDOK

Archeologische opvolging van de aanleg van een natuureducatieve tuin in Oudenaarde, Ename

Digitalisering en imaging

Archeo-rapport 7 Archeologisch vooronderzoek aan de Zagerijstraat te Membruggen

Hogeweg 135. Archeologisch onderzoek in Gent 2012, (Stadsarcheologie. Bodem en monument in Gent, reeks 2 nr. 6), Gent, 2012, p

Grondradar onderzoek op Schiermonnikoog (oktober 2006).

Programma van maatregelen: Ekeren Bredestraat 57

Archeo-rapport 48 Het archeologische vooronderzoek aan de Spurkerweg te Bilzen

IWT-TETRA PROJECT GEBRUIKERSGROEPVERGADERING I 22 OKTOBER 2012

FACTSHEET FOTOGRAMMETRIE

Fotografie tips voor betere landschapsfoto's

Programma van maatregelen: Kampenhout - Haachtsesteenweg

Archeo-rapport 19 Het archeologische vooronderzoek aan de Herstappelstraat te Lauw

Programma van maatregelen: Sint-Kwintens-Lennik (Lennik) Veldstraat

Tilt en shift-objectieven, de regel van Scheimpflug en correcties van perspectieven

Averboodse Baan (N165), Laakdal

Programma van maatregelen: Waasmunster - Schrijbergstraat

Opleiding totaalstation

Archeo-rapport 54 Het archeologische vooronderzoek bij de uitbreiding van Meubelen Jore te Millen

Programma van maatregelen: Turnhout - Hoveniersstraat

Programma van maatregelen: Antwerpen - Cadixstraat

Bouw van opslagtanks aan de Leon Bonnetweg te Antwerpen. Archeologienota. Programma van Maatregelen. E.N.A. Heirbaut M.J. Nicasie

PAUL VAN GREMBERGEN Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken

nr. 33 van TINNE ROMBOUTS datum: 12 oktober 2016 aan GEERT BOURGEOIS Stedenbouwkundige vergunningsaanvragen - Archeologienota's

Technische fiche. Middenschalige orthofotomozaïeken. versie 4.0. Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen

IKONOS SATELLIETBEELDEN OPNAME Algemene technische uitleg. Versie /// 1.0 Publicatiedatum /// 29/05/2017. /// Rapport

Slim kijken naar Dijken

Bouwen van een magazijn en regularisatie van parkeerplaatsen aan de Drijhoek 44 te Rijkevorsel. Programma van Maatregelen

Een Time- Lapse, wat is het en hoe begin je er aan?

Karel Steverlyncklaan (Ieper, West-Vlaanderen)

Technische fiche. Orthofoto's. Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen

TOPOGRAFISCHE KAART NGI 1:10.000, RASTER, KLASSIEKE REEKS. Uitgegeven tussen 1978 en Versie /// 1.0 Publicatiedatum /// 02/06/2017.

1. Inleiding. 2. De grootte (resolutie) van de foto. Richtlijnen voor aangeleverde foto s

Brouwerijsite (Kortemark, West-Vlaanderen)

Rapportage vondstmelding Sint-Dionysiuskerk Geluwe, gemeente Wervik (West-Vlaanderen) Maart 2010

TRAININGEN. Laat kennis werken DE JUISTE RICHTING...

Architectuurfotografie. Tips

Trainingen. Laat kennis werken. de juiste richting... trainingen

Designing Digital Dimensions

RAAP België - Rapport 85 Bouw twee handelspanden aan de Hendrik Consciencelaan (Waarschoot)

Deel 1. Wat is HDR fotografie?.

Lijn 50A Brussel-Gent: verbetering waterhuishouding en langswerken, KP 34,6-36,8 Gemeente Lede en Sint-Lievens-Houtem

Archeologie als risico?

Verslag proefsleuvenonderzoek Eindhout - Gemeenteheidestraat (gem. Laakdal; prov. Antwerpen) (vergunning 2007 / 94)

BAAC do 17/09/ :37Update: do 17/09/ :12 Gianni Paelinck, Pieterjan Huyghebaert, Joost Van Liefferinge Persinfo

Uitleg opnamens met een digitale camera

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Opslagdetectie op Leusderheide met behulp van Flying Sensors

Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst

De nieuwe dimensie in meten ZO EXACT WAS HET NOG NOOIT

ARCHEOLOGIENOTA. WEVELGEM NIEUWSTRAAT (prov. WEST-VLAANDEREN) PROGRAMMA VAN MAATREGELEN

Transcriptie:

KAHO St-Lieven GENT Thomas More Mechelen 3D PHOTOGRAMMETRY FOR SURVEYING ENGINEERING IWT TETRA project 3D4SURE Werkpakket 2.3 3D reconstructies in archeologische sites Auteurs: Björn Van Genechten KaHo Sint-Lieven Wouter Dreessen KaHo Sint-Lieven IWT-TETRAproject 3D4SURE 1 30

INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 3 2. DOCUMENTATIE ARCHEOLOGISCH ERFGOED... 4 2.1 HUIDIGE NORMEN... 4 2.2 HUIDIGE FOTOGRAMMETRISCHE TOEPASSINGEN IN BELGIË EN ANDERE LANDEN... 5 2.2.1 VERKENNEND GESPREK: VAKGROEP ARCHEOLOGIE UGENT... 5 2.2.2 VERKENNEND GESPREK: SAGALASSOS ARCHAEOLOGICAL RESEARCH PROJECT... 6 2.2.3 ISLA COMACINA... 7 3. CASESTUDIES... 9 3.1 CASESTUDY 1: WONTERGEM - TABAKSTRAAT... 10 3.1.1 BESCHRIJVING ONDERWERP... 10 3.1.2 GESPREK MET ARCHEOLOGISCH ONDERZOEKSBUREAU ALL-ARCHEO... 11 3.1.3 RESULTATEN ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK DOOR ALL-ARCHEO... 12 3.1.4 OPMETINGSPROCES... 14 3.1.5 VERWERKING IN AGISOFT PHOTOSCAN... 18 3.1.6 VERWERKING IN PIX4UAV... 21 3.2 CASESTUDY 2: MALDEGEM... 23 3.2.1 BESCHRIJVING ONDERWERP... 23 3.2.2 OPMETINGSPROCES... 24 3.2.3 VERWERKING... 25 3.3 CASESTUDY 3: MONNIKEREDE... 27 4. CONCLUSIE... 28 DOCUMENTEREN VAN ARCHEOLOGISCHE OPPERVLAKKEN TIJDENS OPGRAVINGEN VIA ORTHOFOTO S EN DSM S... 28 MICROTOPOGRAFIE AAN DE HAND VAN DIGITAL SURFACE MODELS (DSM S)... 29 Case niet kunnen uitvoeren wegens uitblijvende vergunning.... 29 DOCUMENTEREN VAN WAARDEVOLLE VONDSTEN VIA 3D-MODELLEN EN ORTHOFOTO S... 29 MULTISPECTRALE LUCHTFOTOGRAMMETRIE VOOR ARCHEOLOGISCH BODEMONDERZOEK... 29 5. BIBLIOGRAFIE... 30 IWT-TETRAproject 3D4SURE 2 30

1. INLEIDING In de wereld van de archeologie heeft documentatie altijd een belangrijke rol gespeeld en draagt dan ook een hele evolutie met zich mee. Zo zijn niet alleen de gevonden objecten belangrijk maar ook de hele context waarin ze worden aangetroffen, het is vaak de context die onmisbaar is voor een juiste interpretatie. Bijvoorbeeld de manier waarop objecten t.o.v. elkaar liggen kan aantonen dat een gebouw in mekaar gestort is, of superpositie kan aantonen dat een object van een latere periode dateert. Om zowel de vondsten als de context goed te kunnen interpreteren, wordt daarom vandaag de dag gevraagd om bij een archeologisch onderzoek een zo volledig mogelijke registratie te maken van de site, en in geval van een opgraving een chronologische registratie te maken (voor, tijdens en na het proces). De site wordt dan gedocumenteerd via plannen en fotografisch materiaal. Fotogrammetrie kan dus een extra meerwaarde bieden door digitale 3D-modellen te reconstrueren die zowel vorm als textuur kunnen vastleggen of door orthofoto s te produceren. Het zal dan mogelijk zijn om achteraf correcte metingen uit te voeren en een betere interpretatie te kunnen maken. 1 Aangezien er voor de documentatie sowieso al foto s worden genomen van een archeologische site of opgraving, is het een logisch gevolg om de beeldopname op zo n manier te doen dat de foto s kunnen dienen als basis voor fotogrammetrische reconstructies. Tegelijkertijd vragen archeologische sites dikwijls om opmetingstechnieken die relatief lage kosten met zich meebrengen en inzetbaar zijn in sterk verschillende omgevingen. Daarnaast is efficiëntie is ook een belangrijke factor voor archeologische opgravingen die snel moeten worden uitgevoerd en onderzocht om vervolgens weer terug opgevuld te worden. Het doel van het onderzoek zal er dus in bestaan om de techniek van fotogrammetrie te toetsen aan al deze eisen. Tevens onderzoeken we de mogelijkheden van fotogrammetrie op basis van foto s genomen vanop de grond (handheld, statief of mast) en vanuit een UAV (onbemand vliegtuigje of helikopter) om 3D opmetingen te verkrijgen van een archeologische site. De focus van dit werkpakket zal hierbij liggen op het maken van DEM s (Digitale Hoogtemodellen) en orthofoto s van de site en 3D modellen/opmetingen van kleinere objecten die op de site gevonden werden en dit op een zo efficiënt mogelijke manier, zowel qua tijdsduur als onkosten. 1 De Reu et al, Towards a three-dimensional cost-effective registration of the archaeological heritage, Journal of Archaeological Science 40 (2013), 1108-1121. IWT-TETRAproject 3D4SURE 3 30

2. DOCUMENTATIE ARCHEOLOGISCH ERFGOED 2.1 HUIDIGE NORMEN De afgelopen jaren kende het archeologische onderzoek in Vlaanderen en hiermee samenhangend het aantal spelers op de markt een significante groei. Om de kwaliteit van het onderzoek en van de rapportering te kunnen garanderen zijn er daarom minimumnormen voor archeologisch onderzoek in Vlaanderen ingevoerd. Op 13 september 2011 werd een Ministerieel Besluit vastgesteld tot bepaling van de minimumnormen enerzijds voor het uitvoeren van archeologisch onderzoek, zowel voor de archeologische opgraving als voor de archeologische prospectie met ingreep in de bodem en anderzijds voor de registratie en documentatie bij archeologisch onderzoek met ingreep in de bodem en de wijze van rapportering. 2 Zo wordt er onder andere de noodzakelijke medewerking van een landmeter-expert gevraagd. Artikels 2,7,10,11,15,27, 50 en 57 van dit besluit hebben betrekking op de opmeting en registratie, we geven een korte samenvatting van de relevante informatie uit enkele artikels: -Artikel 2: De verantwoordelijkheid voor het aanleggen van het hoofdmeetsysteem ligt bij de landmeter-expert. -Artikel 7: - De landmeter-expert registreert de bestaande topografie en meet de bestaande bebouwing, percelering en kadaster op. Deze stappen worden op foto vastgelegd. - Een hoofdmeetsysteem wordt aangelegd waarbij minimaal vier punten worden vastgelegd. De gebruikte vaste punten worden bepaald in Lambertcoördinaten (WG 72) voor de planimetrie en in Tweede Algemene Waterpassing voor de altimetrie.de vaste punten bestaan uit meetnagels of fenopalen, of een duidelijke aanduiding op een vaste structuur. De vaste punten en het meetsysteem worden uitgezet met een precisie van 30 millimeter. - Afgeleide punten kunnen met handhaving van de landmeetkundige principes door andere personen dan gekwalificeerde landmeters worden uitgezet en ingemeten met als eis o.a. een precisie van 30 millimeter. - Het grondplan is opgemaakt uit verschillende kaartlagen die bestaan uit bestaande gebouwen, wegen, grachten, bomen, meetpunten, rioleringen en andere herkenningspunten. -Artikel 10: - Vondsten en sporen worden daarna ingemeten met een minimale nauwkeurigheid van 1 centimeter. - De hoogte van elk vlak wordt gemeten en vastgelegd. Met een minimale nauwkeurigheid van 1 centimeter. -Artikel 11: - Elk opgravingsvlak wordt zo snel mogelijk na het schoonmaken en vóór het uitzetten van het meetsysteem in de werkput bij optimale belichting op foto vastgelegd, zo mogelijk vanaf grote hoogte, eenmaal voor het inkrassen van de sporen, en eenmaal daarna. Bij zeer grote werkputten gebeurt het vastleggen op foto in delen. Daarnaast worden herkenbare structuren zoals gebouwplattegronden, eventueel aangeduid met piketten, op overzichtsfoto s vastgelegd. - Foto s worden opgeslagen als Tiff uncompressed of JPEG2000 formaten. - De foto moet afdrukbaar zijn op A6, Deutsches Institut für Normungnorm formaat, met een minimumresolutie van 300 dpi. -Artikel 27: - In bepaalde gevallen, zoals bij complexe grafinventarissen of concentraties van lithische artefacten, worden de vondsten die zich in situ bevinden, driedimensionaal ingemeten. -Artikel 50: - Elk putwandprofiel wordt voor en na inkrassen op foto vastgelegd. De opname gebeurt zo mogelijk met overzichtsfoto s, eventueel vanuit een schuine hoek, met elkaar overlappende deelopnames, bij voorkeur vanuit een rechte hoek, en met foto s van eventueel belangrijke details. Om het volledige ministerieel besluit aangaande de minimumnormen te bekijken, kan dit geraadpleegd worden op: http://www.rwo.be/nl/rwonieuwsbrief/hoofdmenu/regelgeving/onroerenderfgoed/minimu mnormenarcheologischonderzoek 2 Bourgeois Ministerieel besluit tot bepaling van de minimumnormen voor de registratie en documentatie bij archeolosich onderzoek, 2011 IWT-TETRAproject 3D4SURE 4 30

2.2 HUIDIGE FOTOGRAMMETRISCHE TOEPASSINGEN IN BELGIË EN ANDERE LANDEN Fotogrammetrie wordt reeds sporadisch gebruikt in de archeologie, al is het nog vooral in het kader van onderzoek. Daarom geven we eerst een kort overzicht van hoe de techniek reeds wordt toegepast, zowel binnen als buiten België. 2.2.1 VERKENNEND GESPREK: VAKGROEP ARCHEOLOGIE UGENT In de vakgroep archeologie van de Universiteit van Gent wordt er ook onderzoek verricht naar het maken van 3D-modellen en orthofoto s bij archeologische opgravingen. Het onderzoek gebeurt er voornamelijk door dr. Jeroen De Reu en kan gevolgd worden op volgende link: http://archaeology3d.wordpress.com/. Doel van het onderzoek is om enerzijds fotogrammetrische technieken te gebruiken voor een efficiëntere registratie en documentatie van een archeologische opgraving, omdat de techniek het voordeel heeft van zowel geometrie als textuur te combineren. Anderzijds is het ook de bedoeling om de resultaten te kunnen gebruiken voor educatieve en communicatieve doeleinden, zowel voor de betrokken partijen van een opgraving als voor het publiek dat de opgraving achteraf virtueel kan bekijken (in museum, op internet,...). Een case-study die ze hebben uitgevoerd voor het produceren van een 3D-model is een archeologische vondst van twee funderingssokkels bij de Abdij van Boudelo. Er werden respectievelijk 40 en 79 foto s van de twee sokkels gemaakt en respectievelijk 14 en 30 controlepunten ingemeten. De verwerking gebeurde in Agisoft Photoscan met als resultaat een 3D-model, orthofoto en DTM. Figuur 2-1: sokkels bij opgraving van de abdij van Boudelo ( Vakgroep Archeologie UGent) Een andere case-study zijn twee laat-middeleeuwse paardenskeletten in Lede. Hier hebben ze aan de hand van oudere foto s (initieel niet bedoeld voor fotogrammetrie) een 3D-model geproduceerd, ook via Agisoft Photoscan en konden ze het model op juiste schaal zetten dankzij een schaallat die werd mee gefotografeerd. IWT-TETRAproject 3D4SURE 5 30

Figuur 2-2: paardenskeletten bij opgraving te Lede ( Vakgroep Archeologie UGent) 2.2.2 VERKENNEND GESPREK: SAGALASSOS ARCHAEOLOGICAL RESEARCH PROJECT Via een rondvraag naar interessante archeologische opgravingen in Vlaanderen, is ons onderzoeksproject ook ter ore gekomen bij de Vlaamse onderzoeksgroep rond het Sagalassos archaeological research project, verbonden aan de KULeuven. Contactpersonen waren hier prof. dr. Jeroen Poblome (professor archeologie aan de KULeuven), geograaf en informaticus Joeri Theelen (medewerker en GIS-coördinator) en architecte Ebru Torun (site manager). Zij wilden graag samenzitten om te zien op welke manier fotogrammetrie een meerwaarde kon zijn voor hun project en om te bespreken hoe zij de techniek zouden willen toepassen. Dit werd uiteindelijk een kritisch maar opbouwend gesprek dat enkele van de toekomstige toepassingen maar huidige beperkingen aan de dag legde. Een korte samenvatting van het gesprek met Jeroen Poblomé, Joeri Theelen en Ebru Torun op 14 juni 2013: -Gebruiken jullie op dit moment al fotogrammetrie voor jullie project? Joeri: Nu gebruiken we Agisoft Photoscan al op verschillende schalen. Ten eerste om overzichten te krijgen van bepaalde sites hebben we al luchtbeelden laten maken door een plaatselijk bedrijfje dat luchtfotografie doet aan de hand van ballonvluchten. Deze worden dan verwerkt tot orthofoto s om een getextureerde plattegrond te krijgen van de site. Ten tweede om bij opgravingen orthofoto s te bekomen van de verschillende opgravingsstappen, dit om een soort van visuele tijdslijn te krijgen van het opgravingsproces. Door de nieuwe foto s over de oude te leggen ontstaat een overzichtelijke evolutie. Ten derde om significante vondsten te registreren. Er is bijvoorbeeld een skelet fotogrammetrisch opgemeten dat in een kist lag. Op deze manier kan het opgemeten worden zonder dat het aangeraakt hoeft te worden. Jeroen: Op dit moment is het ook vooral een handige tool om mensen te overtuigen. Van tijd tot tijd moeten nieuwe projecten (en hun financiering) aangevraagd worden om in Sagalassos verder archeologisch onderzoek en conservatie te kunnen doen. En fotogrammetrie levert nu eenmaal visueel indrukwekkende beelden op. -Zien jullie nog andere toepassingen mogelijk? Ebru: Naast het bekomen van meetdata, zien we er zeker ook nut in om aan Damage assessment of schade-analyse te doen. Het is belangrijk in bepaalde sites om de oppervlaktedeterioratie van de stenen te kunnen zien. Het zou zelfs interessant zijn om de evolutie over de jaren heen hiervan bij te houden, al is dit nu niet mogelijk, gezien dat een millimeternauwkeurigheid vergt. Ook naar meetstaten toe, zou het handig kunnen zijn om oppervlakte en volumedata te extraheren uit een 3D-model om zo bijvoorbeeld snel te kunnen zien hoeveel steenvervangingen nodig zijn in een muur. IWT-TETRAproject 3D4SURE 6 30

-Waar zitten voor jullie de beperkingen? Ebru: De interactie met de 3D-data is nu de grootste uitdaging omdat het toch enige know-how vergt. Jeroen: Het is de bedoeling om in Sagalassos naar een informatieplatform toe te werken waar iedereen op kan werken. We willen graag alles digitaal doen maar dit is moeilijk met de huidige hardware die vooral bestaat uit trage computers en ook omdat de methodologieën die nu gekend zijn bij de medewerkers voor documentatie vooral handmatige opmetingen zijn en in sommige gevallen opmetingen via totaal station. Het zou een grote omschakeling zijn om nu iedereen om te scholen en nieuwe hardware aan te kopen. 2.2.3 ISLA COMACINA Het onderwerp betreft hier het Isola Comacina, een eilandje in het Como-meer, dat zich situeert in Lombardije in het noorden van Italië. Er bevinden zich archeologische structuren die dateren van de romeinse tijd tot de 16de eeuw, met name resten van een romaanse kapel, een mozaïek van een baptisterium enzoverder. De resten zijn vroeger al uitgebreid bestudeerd maar volgens de conventionele technieken en zonder bredere context. Het hoofddoel van het onderzoek door de Politecnico di Milano (Departement of Architecture, Built Environment and Construction Engineering) was om een opmeting te doen van de interessante plaatsen op het eiland gebruik makend van verschillende technieken en om een overzicht te krijgen van de verschillende archeologisch erfgoedsites en tot een soort een erfgoed informatie model te komen. Zo werd fotogrammetrie toegepast met behulp van een UAV waarmee zowel RGB- als thermische beelden werden gemaakt. Daarnaast werd er ook een totaalstation gebruikt voor het opmeten van enkele targets. En tot slot is er ook laserscanning toegepast. Deze testen werden uitgevoerd op 4 maart 2013 en de focus van het onderzoek lag bij de st-giovanni kerk met ernaast de resten van de st-euphemia basiliek en een kleine heuveltop ten noorden van de st-giovanni kerk. Er werd gestart met het opstellen van een referentienetwerk van 5 totaalstationpunten om van daaruit een reeks gekozen targets in te meten. Deze targets zullen dienen als het referentiekader waaraan alle verschillende meetdata kan gekoppeld worden. Daarna werd er een laserscanning gedaan van de site met een Faro Focus 3D. En ten slotte werden er luchtbeelden gemaakt via een UAV (AscTec Falcon 8) uitgerust met een Sony-NEX 5N (RGB camera) en een FLIR TAU 640 (thermische camera). Voor de verwerking van de luchtbeelden heeft men gebruik gemaakt van twee commerciële softwares, namelijk Photomodeler en Agisoft Photoscan. Voor de foto-oriëntatie gebruikte men Photomodeler omdat uit hun testen bleek dat deze iets preciezer was dan die van Agisoft Photoscan terwijl het laatste pakket gebruikt werd voor het berekenen van het 3D-model en het exporteren van orthofotos. De ingemeten targets werden voor de foto-oriëntatie als grondcontrolepunten gebruikt. Voor de thermische foto s werd de foto-oriëntatie gecombineerd met die van de RGB foto s door de grondcontrolepunten in beide type foto s aan te duiden en zo te linken aan elkaar, daarbovenop werden ook enkele knooppunten (of tie-points) aangeduid. Eens de fotooriëntatie van de thermische beelden berekend is, kunnen ze gebruikt worden om het eerder berekende 3D-model te textureren en vervolgens orthofoto s te exporteren. De luchtfoto s zullen worden gebruikt voor orthofoto s van de site terwijl de resultaten van het laserscans zullen dienen voor het maken van plannen, snedes en 3D-modellen. De thermische beelden werden gebruikt om gedeeltelijk begraven stenen formaties te ontdekken. Er zijn vroeger al tal van opgravingen gedaan tijdens eerdere archeologische onderzoeken maar via de thermische beelden kunnen zeer efficiënt ondergrondse structuren herkend worden. 3 3 Brumana et al, Combined geometric and thermal analysis from UAV platforms for archaeological heritage documentation, XXIV CIPA Symposium (2013). IWT-TETRAproject 3D4SURE 7 30

Figuur 2-4: overzichtsplan van het eiland en de thermische beeldopnames Figuur 2-5:links-orthofoto, midden: thermische beelden, rechts: zoom op ondergrondse structuur IWT-TETRAproject 3D4SURE 8 30

3. CASESTUDIES Voor het zoeken naar een archeologische case werden de intergemeentelijke archeologische organisaties gecontacteerd om na te gaan of er interessante opgravingsprojecten lopende waren die zouden gedocumenteerd kunnen worden door fotogrammetrie. Al snel bleek dat dit voor Vlaanderen geen eenvoudige opdracht was aangezien de meeste opgravingen wettelijk verplichte proefonderzoeken zijn bij verkavelingen en waarbij veelal geen significante vondsten worden gedaan. Na een eerste rondvraag kwam een opgraving in Sint-Niklaas naar voren waarbij de proefonderzoeken enkele skeletresten hadden aangetoond. Bij de vlakafgraving die daarop volgde, zijn we dan ter plekke gegaan om maar er bleek echter dat het ging om enkele graven van 100 jaar oud die geen archeologische waarde hadden. Uiteindelijk zijn er 3 casestudies aangevat waarbij telkens een ander aspect van fotogrammetrie werd belicht. In de eerste casestudie (Wontergem-Tabakstraat) werd er een terrestrische beeldopname gemaakt met een paalstatief om orthofoto s te bekomen, in de tweede casestudy werd er gefocust op multispectrale beelden genomen vanuit een UAV en in de derde casestudy werden er eveneens vanuit een UAV beelden bekomen maar dit keer om de topografie van het perceel zo juist mogelijk te bekomen via een DTM-model. IWT-TETRAproject 3D4SURE 9 30

3.1 CASESTUDY 1: WONTERGEM - TABAKSTRAAT Via de intergemeentelijke archeologische dienst KLAD (Kale-Leie Archeologische Dienst) zijn we terechtgekomen bij een opgraving in de Tabakstraat in Wontergem, Deinze. Daar waren er bij het archeologisch vooronderzoek van een verkaveling resten teruggevonden van onder meer een Romeins gebouw met (uitgebroken) fundamenten. Doelstelling van deze gevalstudie is om en om een vergelijkende studie te maken tussen het eindresultaat van een huidige conventionele opmetingstechniek en het eindresultaat van de voorgestelde fotogrammetrische opmetingstechniek. Via overleg met de personen verantwoordelijk voor de archeologische opgraving en documentatie ervan zullen we daarna samen bekijken of de fotogrammetrische opmeting de huidige technieken kan vervangen of aanvullen en nieuwe inzichten kan verschaffen. 3.1.1 BESCHRIJVING ONDERWERP Aan de Tabakstraat te Wontergem is een stuk weidegrond verkaveld ter grootte van 0,65 hectare. Bedoeling is dat er later wegenis en bebouwing zal aangelegd worden. Omdat de aangetroffen sporen resten van romeinse steenbouw, greppels, kuilen en paalsporen bevatten, is het de bedoeling om via een archeologische vlakdekkende opgraving de bodem op korte tijdspanne te documenteren en te interpreteren. De archeologische opgraving duurde van 8 april tot 2 mei 2013 en werd uitgevoerd door All Archeo bvba uit Bornem. Gegevens: -adres: Tabakstraat (9), Wontergem (Deinze) -coördinaten: N: 50 58'53.33" O: 3 26'43.87" -oppervlakte: ± 6500m² ( google maps) IWT-TETRAproject 3D4SURE 10 30

Figuur 3-1: Foto van eerste afgraving met sporen van bouwresten ( All-Archeo) 3.1.2 GESPREK MET ARCHEOLOGISCH ONDERZOEKSBUREAU ALL-ARCHEO Interview met Natasja Reyns op 22 april 2013: -Hoe wordt er nu gewerkt? De grote lijnen van de vondsten in de vlakafgraving worden topografisch ingemeten en opgetekend via een totaalstation met een veldboek aangesloten op gps. Vondsten van een kleinere schaal of met meer detail zoals stenen, skeletten en potten worden nog met de hand en met behulp van meetlint en millimeterpapier opgemeten. Bij foto s die gemaakt worden, wordt altijd een schaallat in beeld gebracht, samen met een noordpijl en een benamingsbordje. -Welke informatie is er nodig van de opgraving? Op het einde is er een grondplan nodig van het afgegraven vlak met aanduiding van de sporen Daarnaast moeten alle sporen, werkputten en een aantal representatieve profielen apart zowel topografisch worden ingemeten als fotografisch worden vastgelegd. Dan worden de sporen gecoupeerd en vervolgens weer ingemeten en gefotografeerd. Daar waar significante structuren worden aangetroffen, worden deze in één fase gecoupeerd. -Worden de verschillende stappen in het opgravingsproces gedocumenteerd, de welke? In het geval van de opgraving in Deinze wordt het vlak gewoon afgegraven op circa 60 cm, en indien men daarna kan zien dat er dieper nog elementen zitten, gaat men daar plaatselijk nog dieper voor graven, maar in principe is het in dit geval één vlak of laag die wordt afgegraven. Indien er zich colluvium (accumulatie van geërodeerd bodemmateriaal) voordoet, worden wel de verschillende lagen één voor één afgegraven. In het geval van Deinze is het dus het beste om de foto-opname te doen als de afgraving voltooid is. -Welke graad van precisie (detail) wordt gehandhaafd of is gewenst? In Deinze wordt eigenlijk maar op 2 schalen gewerkt, enerzijds de overzichtsplannen van de site en anderzijds de gedetailleerde opmetingen van de vondsten. De nauwkeurigheid zou ongeveer 3cm moeten bedragen voor het overzichtsplan en 1cm voor vondsten. -Kan een kleuren orthofoto meerwaarde bieden? Waarschijnlijk wel, nu wordt er een plan gemaakt samen met verschillende foto s om achteraf IWT-TETRAproject 3D4SURE 11 30

een rapport mee op te stellen. De twee gecombineerd zou een betere interpretatie van het overzichtsplan kunnen geven. -Wordt er al gebruikgemaakt van soortgelijke technieken? Bij All-Archeo wordt dit nog niet toegepast aangezien de opdrachten die zich aandienen hier geen nood aan hebben. -Hoe kan fotogrammetrie helpen bij archeologische opgravingen (orthofoto s, 3D-modellen)? In het geval van de muurresten (romeinse funderingen) in Deinze zouden 3D-modellen gevolgd door orthofoto s een alternatief bieden voor de gedetailleerde opmetingen die men nu nog met de hand uitvoert en zo waarschijnlijk tijd kunnen besparen. 3.1.3 RESULTATEN ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK DOOR ALL-ARCHEO Hieronder volgen enkele van de belangrijke documentaties die uit het onderzoek zijn voortgevloeid. Het overzichtsplan dat gemaakt werd toont de faseringen van de sporen. Aangezien de vertegenwoordigde periodes van de Romeinse tijd, over de middeleeuwen tot de nieuwste tijd gaan, dient dit plan om een onderscheid te maken tussen deze verschillende sporen. IWT-TETRAproject 3D4SURE 12 30

Figuur 3-2: gefaseerd grondplan ( All-Archeo) Daarnaast is een grondplan gemaakt voor de resten van steenbouwstructuur van een vermoedelijk romeinse villa (op het gefaseerd grondplan staan deze in het groen aangeduid rechtsbeneden). De hoofdstructuur meet ongeveer 15 bij 18 meter, en wat nu nog over is gebleven zijn de deels uitgebroken funderingen uit Doornikse kalksteen. Deze funderingen zijn gecoupeerd op een aantal plaatsen en op apart plan bijgevoegd. Daarna zijn ze verder afgegraven. Van deze handelingen zijn telkens voor-en na foto s gemaakt zoals we er hieronder enkele tonen. IWT-TETRAproject 3D4SURE 13 30

Figuur 3-3: grondplan en doorsnedes steenbouwstructuur ( All-Archeo) Figuur 3-4: links: coupe van de steenbouw, rechts: detail van vrijgelegde stenen fundering ( All-Archeo) Figuur 3-5: links: doorsnede van vondst S405, rechts: overzicht van vondst S405 ( All-Archeo) 3.1.4 OPMETINGSPROCES Aangezien archeologische opgravingen nooit dezelfde zijn en de klemtonen altijd anders liggen zal er voor elke case een aangepaste manier van werken moeten opgesteld worden. In het geval van de tabakstraat, was het naar output toe belangrijk van een overzichtsplan te hebben van de romeinse muurresten en een gedetailleerde opmeting van kleinere vondsten, zijnde twee steenhopen. De opmeting is uitgevoerd op 4 mei 2013. -GEBRUIKT MATERIEEL -Camera: Canon 5D mark II -sensorgrootte: 36x24mm (full-frame) -resolutie: 5616*3744 pixels -gebruikte lens: 50mm (fixed lens) -Maststatief: Agorfa Quickshot -Minimum hoogte: 1,74m -Maximum hoogte: 9m -Aantal telescopische secties: 6 IWT-TETRAproject 3D4SURE 14 30

-Maximum last: 6kg -Leica TCR405 total station -hoeknauwkeurigheid: 5 -BEELDOPNAME -Overzicht muurresten: Om een goede orthofoto te kunnen bekomen voor het overzichtsplan van de muurresten en omdat het een horizontaal vlak betreft is er voor gekozen om de site van bovenaf te fotograferen. Omdat we in dit geval geen gebruik konden maken van een UAV, werd er gekozen om het maststatief te gebruiken en daar de camera op te monteren. Via een afstandsbediening met beeldscherm konden we zo vanop de grond zien welk beeld de camera had vanop het maststatief. De camera werd zo loodrecht als mogelijk naar beneden geplaatst zonder het maststatief zelf te zien. In werkpakket 2.4 (gevelopmeting) kwamen we al tot een calculator die ons voor een oppervlak kan berekenen wat de onderlinge afstand van foto s moet zijn, indien afstand tot object, overlappercentages, brandpuntsafstand, sensorafmetingen en resolutie gekend zijn. Aan de hand van deze camerapositie-calculator stellen we een GSD van 1mm/pixel in, dit geeft ons een maximum afstand tot object van 7.8 meter. We gaan echter 6 meter nemen omdat dit de maximum hoogte is die nog makkelijk werkbaar is met het maststatief indien we het veel willen verplaatsen. Daarna stellen we een horizontale overlap van 60% in samen met een verticale overlap van 20%. We komen dan uit op een horizontale tussenafstand van 1,7 meter en een verticale tussenafstand van 2,3 meter. Echter omwille van de talrijke putjes die verdeeld over de site liggen nemen we voor de zekerheid een iets kleinere verticale tussenafstand van 2 meter. Weersomstandigheden: -bewolkt met af en toe doorkomende zon -sterke wind Camera-instellingen: -Diafragmawaarde: f11 -ISO-waarde: 200 (iets hoger dan normaal, om de sluitertijd te kunnen terugdringen) -Sluitertijd: AV (1/60 bij bewolking en dan AV zodat bij felle zon deze korter wordt) Tijdsduur beeldopname terrein: ± 0.5 uur voor 72 foto s IWT-TETRAproject 3D4SURE 15 30

-Steenhopen: In dit geval zijn de foto s gemaakt met een gewoon driepootstatief vanop de grond. Aangezien het een object van beperkte omvang betreft, (±1,5m op 1m) kunnen we een horizontale fotosequentie maken die volledig rondom gaat. De afstand tot het object werd gekozen op 1,5 meter simpelweg zodat het voorwerp het beeldkader volledig vulde. Er zijn 3 reeksen foto s gemaakt volledig rondom het voorwerp, telkens op verschillende hoogte om het object zo goed mogelijk te dekken. Weersomstandigheden: -bewolkt met af en toe doorkomende zon -sterke wind Camera-instellingen: -Diafragmagetal: f11 -ISO-waarde: 100 -Sluitertijd: AV (1/60 bij bewolking en dan AV zodat bij felle zon deze korter wordt) -Zelfontspanner; 2s Tijdsduur beeldopname object 1: ± 45 minuten voor 76 foto s Tijdsduur beeldopname object 2: ± 45 minuten voor 67 foto s IWT-TETRAproject 3D4SURE 16 30

Na literatuurstudie van enkele handleidingen van fotogrammetriesoftwarepakketten, was het duidelijk dat voor een object zoals de steenhoop, er een fotosequentie volledig rondom gemaakt moet worden met voldoende overlap tussen de foto s onderling. Een eerste fotoreeks werd zo gemaakt op een hoogte van ±50 cm. Omdat dit echter niet voldoende dekking gaf van de bovenkant, is er gekozen om nog een tweede reeks op 1,5m te maken en nog een extra zestal foto s zo hoog mogelijk boven het object. Zoals te zien op de afbeelding geeft dit een koepelvormige dekking van het object. De afstand tot het object werd in dit geval zo gekozen om een goede kadrering van het object te krijgen, wat leidde tot ongeveer 3 meter afstand van camera tot object. -CONTROLEPUNTEN OPMETEN MET TOTAALSTATION Om de schaal van het uiteindelijke 3D-model te kunnen vastleggen enerzijds, en om de precisie te kunnen bevorderen anderzijds, werden er enkele grondcontrolepunten opgemeten met een totaalstation. Voor de opmetingen werd het totaalstation op één enkel strategisch punt gezet. Aangezien geen GPS gebruikt werd, zijn de coördinaten relatief. Deze relatieve coördinaten zijn echter eenvoudig om te zetten naar Lambertcoördinaten, indien 2 punten opgemeten worden met GPS. Tijdsduur opmeting controlepunten: ± 30 minuten voor 20 referentiepunten Er is ook per meetpunt een foto gemaakt met een pen die het punt aanduidt om zo achteraf de controlepunten terug te kunnen vinden op de foto s zodat we in de software de meetgegevens kunnen koppelen aan deze punten. IWT-TETRAproject 3D4SURE 17 30

Figuur 3-6,7: aanduiding van controlepunten -Overzicht van de muurresten: Er werden in totaal 10 punten opgemeten met totaalstation -Steenhopen: Omwille van de complexiteit van de steenhopen, is er gekozen om 6 punten per hoop op te meten. -BEVINDINGEN Moeilijkheden bij het nemen van de foto s was vooral het weer met zijn afwisselend bewolkte en dan weer zonnige hemel. Dit zorgde soms voor schaduwvorming, in de mate van het mogelijke werd er getracht te wachten tot de bewolking het weer overnam van de felle zon. Voor het fotograferen van de steenhopen werd de afstand tot het object ter plekke korter gekozen dan de vooropgestelde afstand van 8 meter. Deze 8 meter werd berekend aan de hand van een GSD van 1 mm/pixel. Maar omdat bij de kadrering dan te veel randinformatie rondom het object op de foto stond, werd dit verandert naar ongeveer 3 meter om de foto beter te vullen met het object. Daardoor is de GSD dus eigenlijk meer in de buurt van 0,4 mm/pixel. Een mogelijk is dus om in dit geval de resolutie van de camera kleiner te zetten 3.1.5 VERWERKING IN AGISOFT PHOTOSCAN (De verwerking is uitgevoerd op een Dell Precision M4700) -VERWERKINGSPROCES -Overzicht muurresten: Voor het hele verwerkingsproces, verwijzen we naar de workflow die is opgesteld voor Agisoft Photoscan (ook terug te vinden op de website van 3D4SURE). Bij Build geometry hebben we de target quality op high gezet. -Steenhopen: Idem -RESULTATEN -Overzicht muurresten: Het overzichtsplan dat als TIFF-bestand geëxporteerd werd met een GSD van 1mm/pixel heeft een grootte van 745MB. IWT-TETRAproject 3D4SURE 18 30

Figuur 3-8: orthofoto van de muurresten -Steenhopen: Qua resultaat van de steenhopen zijn de bekomen 3D-modellen zeer handig om verdere metingen en detailtekeningen uit af te leiden. Hiervan kunnen ook orthofoto s gemaakt worden zowel van bovenzicht als van snedes. IWT-TETRAproject 3D4SURE 19 30

Figuur 3-9: 3D-model van de steenhoop Figuur 3-10: foto van de steenhoop IWT-TETRAproject 3D4SURE 20 30

Figuur 3-11: Orthofoto steenhoop Figuur 3-12: Snede steenhoop -BEVINDINGEN Het model van 77 foto s (D5) is 800Mb groot, om markers toe te voegen is dit veel te groot, er zit vertraging op de reactiesnelheid van de software dus het is beter om ofwel 2 chunks te maken van 40 foto s ofwel door decimation een geometrievereenvoudiging toe te passen (zie workflow Agisoft). 3.1.6 VERWERKING IN PIX4UAV (De verwerking is uitgevoerd op een Dell Precision M4700) Foto s inladen en opstarten: 5 minuten IWT-TETRAproject 3D4SURE 21 30

Controlepunten toevoegen: Initial project processing: Point cloud densification: Orthomosaic and DSM generation: 30 minuten 60 minuten 90 minuten 30 minuten -VERWERKINGSPROCES Voor het hele verwerkingsproces, verwijzen we naar de workflow die is opgesteld voor Pix4UAV (ook terug te vinden op de website van 3D4SURE). -RESULTATEN Figuur 3-13: Orthofoto bekomen met Pix4UAV -BEVINDINGEN Niet alle foto s konden door Pix4UAV aan elkaar gelinkt worden wegens te weinig overlap in sommige gevallen, nochtans was dit bij Agisoft Photoscan wel mogelijk. Waarschijnlijk is dit te wijten aan de verticale overlap van ongeveer 20% die hier niet altijd voldoende zal geweest zijn. IWT-TETRAproject 3D4SURE 22 30

3.2 CASESTUDY 2: MALDEGEM Via een samenwerking met Jeroen De Reu en Wim De Clercq van de Universiteit Gent is er aan een tweede casestudy gewerkt waarbij de nadruk vooral ligt op multispectrale luchtbeelden in de fotogrammetrie. De UGent heeft al onderzoek gevoerd op het terrein in Maldegem sinds 2011 waarbij ze hebben gebruik gemaakt van geofysische technieken zoals bodemradar (GPR) en EMI-prospectie. Ook is er al luchtfotografie uitgevoerd (95 foto s). Bedoeling van hun archeologisch onderzoek op dit terrein is om de aanwezige structuren die net onder het maaiveld liggen goed in kaart te brengen en om zo een beter beeld te krijgen van het historische landschap en te zien hoe moderne opmetingstechnieken hierbij kunnen helpen. Tijdens deze case-study werd er voor gekozen om een extra beeldopname via luchtfotografie te doen maar dit keer met multispectrale beelden waarbij de focus lag op het nemen van NIRbeelden. Voor deze luchtfotografie werd er samengewerkt met Phillippe Serruys van het bedrijf Aurea Imaging. 3.2.1 BESCHRIJVING ONDERWERP Verlaten historisch hoevecomplex te Kleit, Maldegem. Er zijn nog structuren van dit complex onder het maaiveld aanwezig. Heden is deze locatie echter een akker waarop eerst vooral graan werd verbouwd en sinds enkele jaren maïs. Gegevens: -adres: Lievevrouwdreef, Kleit (Maldegem) -coördinaten: N: 51 10'34.88" O: 3 26'34.13" -oppervlakte: ± 25000m² ( google maps) IWT-TETRAproject 3D4SURE 23 30

Figuur 3-14: Links-Luchtfoto met aanduiding vondsten, Rechts-Elektrische conductiviteit ( UGent) 3.2.2 OPMETINGSPROCES Voor de luchtfotografie heeft Aurea Imaging een beeldopname gedaan op 20 augustus 2013 met een onbemand vliegtuigje dat een Tetracam Mini-MCA6 camera aan boord heeft. Dit is een camera met 6 verschillende spectrumbanden. Figuur 3-15,16,17: onbemand vliegtuigje met geïntegreerde Tetracam Mini-MCA6 In feite zijn dit 6 aparte camera s die elk een specifieke filter hebben om verschillende nauwere spectrumbanden te kunnen fotograferen. Met behulp van deze extra spectrumbanden kan er zeer specifiek onderzoek verricht worden naar de eigenschappen van vegetatie. Het golflengtebereik van deze camera ligt namelijk tussen 520 en 920 nm, het near infrared of NIR spectrum. Figuur 3-18: Golflengtes van het visueel en NIR-spectrum IWT-TETRAproject 3D4SURE 24 30

Het verschil tussen gezonde en ongezonde planten zit hem namelijk in de reflectie van NIRstraling. Een gezonde plant reflecteert veel NIR-straling terwijl een ongezonde plant weinig NIRstraling zal reflecteren. Zo zal een typisch gezond blad bijvoorbeeld gemiddeld 20% van zijn straling in het gebied van 500-700 nm (groen-rood) hebben en 60% van zijn straling in het gebied van 700-1300 nm (NIR). Bedoeling van deze opname is om een verschil in gezonde en ongezonde planten te kunnen vaststellen, daar waar ondergrondse structuren in de bodem aanwezig zijn zal er namelijk minder gezonde vegetatie aanwezig zijn omdat er dan ook minder voedingsstoffen kunnen worden opgenomen. De multispectrale beelden werden genomen na enkele dagen droog weer, dit is beter omdat de bodem en de vegetatie dan niet te vochtig is en de temperatuursverschillen beter worden weergegeven. Ook werden er platen met verschillende grijswaarden op de grond gelegd als referentiewaardes, op deze manier kan men de kleuren op de gefotografeerde beelden corrigeren tot de reële natuurgetrouwe kleuren. Verder werden er voor de georeferentie 4 GPSposities ingemeten rondom het terrein. -GEBRUIKT MATERIEEL -Camera: Tetracam Mini-MCA6 -sensorgrootte: 6,66x5,32mm -resolutie: 1280*1024 pixels (1,3 MPix) -lens: 9,6 mm lens -Voor meer info, zie http://www.tetracam.com/products-mini_mca.htm -Platform: Aurea 1800 UAS -zelf ontwikkeld modelvliegtuig -BEELDOPNAME Op het moment van de opmeting was er een grijze bewolking en waren er enkele opeenvolgende dagen zonder buien wat beter is voor de NIR-beeldopname. Er werd 40% overlap gekozen voor de onderlinge afstand tussen de opeenvolgende foto s. 3.2.3 VERWERKING De verwerking is uitgevoerd door aurea imaging. Via de verwerkingssoftware werden de multispectraalbeelden van het terrein getransformeerd naar valse kleurenfoto s om het NIRspectrum te kunnen interpreteren. Dit gebeurt door de reële kleuren op te schuiven waardoor NIR rood wordt, rood groen wordt enz. Figuur 3-19: transformatie van realistisch naar vals kleurenspectrum IWT-TETRAproject 3D4SURE 25 30

-RESULTATEN In deze beelden wordt de golflengte 810 nm (NIR) weergegeven door rood, 710 nm (red-edge) door groen en 660 nm (rood) door blauw. -BEVINDINGEN Er zijn slechts enkele structuren zichtbaar op de beelden vergeleken met de reeds bekomen resultaten van de Universiteit Gent. Dit ligt deels aan het feit dat er 2 types maïs verbouwd worden, telkens in afwisselende rijen (3 rijen van de ene soort, 3 rijen van de andere soort). Dit wordt gedaan door de boeren om de kans op mislukking te verkleinen, indien één soort faalt, is er tenminste nog een andere soort over. IWT-TETRAproject 3D4SURE 26 30

3.3 CASESTUDY 3: MONNIKEREDE Het doel van deze case was om structuren onder het maaiveld van een oude middeleeuwse haven in Monnikerede, die zich vertalen in de microtopografie van de site, te documenteren. Het bedroeg een gebied van 2,5 ha. Hiervoor zouden we hoge resolutie DTM van het gebied aanmaken met behulp van een Gatewing X-100. Uiteindelijk hebben we geen vergunning kunnen krijgen voor de vlucht. Eerste gezien ecologische bezwaren (periode ganzentrek), daarna wegens zeer verstrengd vergunningenbeleid. IWT-TETRAproject 3D4SURE 27 30

4. CONCLUSIE Archeologie is een activiteit die vaak destructief is aangezien er in veel gevallen opgravingen nodig zijn. Dit brengt met zich mee dat de toestand van voor een opgraving onherroepelijk verloren gaat. Het is dus van enorm belang dat alle stappen in een archeologisch onderzoek grondig gedocumenteerd worden om achteraf nog interpretaties op te kunnen verrichten. Op dit moment wordt er in de documentatie vooral gebruik gemaakt van lijntekeningen enerzijds en foto s anderzijds. Het eerste om de dimensies van het onderwerp vast te leggen en het tweede om de kleur en textuur vast te leggen. Fotogrammetrie heeft de mogelijkheid om deze twee vormen van documentatie te combineren door een digitaal 3D-model met textuur te produceren van een site, structuur of voorwerp. Aan de hand van zo n 3D-model kan een beter totaalbeeld gegeven worden van het onderwerp en is dan ook een betere interpretatie mogelijk. Qua efficiëntie kan fotogrammetrie in veel gevallen het werkproces aanzienlijk versnellen, vooral daar waar veel structuren worden ontdekt die tot gedetailleerde plannen moeten leiden. Maar het is essentieel om op voorhand duidelijk te bepalen welke informatie juist nodig zal zijn voor het archeologisch onderzoek en daarna te zien welke technieken de beste resultaten daartoe opleveren om geen onnodig werk te doen. Om duidelijk te maken op welke manier fotogrammetrische resultaten kunnen bijdragen en kunnen geïntegreerd worden in het documenteren van archeologische opgravingen wordt er een overzicht gegeven van de mogelijke toepassingen. DOCUMENTEREN VAN ARCHEOLOGISCHE OPPERVLAKKEN TIJDENS OPGRAVINGEN VIA ORTHOFOTO S EN DSM S Op dit moment worden de meeste vlakopgravingen gedocumenteerd via totaal stations (al dan niet gecombineerd met een veldboek) en/of handmatige opmetingen om zo de relevante contouren, vormen en hoogtes van de opgraving vast te leggen. Resultaat van deze opmetingen zijn dus lijntekeningen die een informatie geven over vorm en afmeting, maar niet over kleur of textuur. Er worden achteraf wel vaak kleuren toegevoegd om de differentiatie tussen de verschillende lagen of vlakken duidelijk te maken. Het fotogrammetrische alternatief dat getest werd in het geval van de opgraving van Deinze bestond er dus in om het afgegraven vlak te fotograferen vanuit de lucht via een fototoestel dat gekoppeld werd aan een maststatief. Het totaal station werd dan gebruikt om enkele duidelijke natuurlijk punten verdeeld over het vlak op te meten die als controlepunten kunnen ingevoerd worden in de fotogrammetrische software. Na de fotogrammetrische verwerking wordt er een orthofoto (2D) of DSM (3D) van het afgegraven vlak bekomen. Orthofoto s kunnen dienen als onderlegger voor lijntekeningen maar in veel gevallen kunnen ze op zichzelf al gebruikt worden als metrische en grafische representaties met het voordeel van de natuurlijke kleur te hebben. Waar nodig kunnen ze dan nog eventueel aangevuld worden met contourlijnen, markeringen of annotaties. Zoals we in het geval van Deinze al konden zien, is een archeologische opgraving vaak meer dan één afgraving alleen, indien er op belangrijke vondsten wordt gestoten, zoals muurresten, zullen er rondom deze vondsten telkens extra lagen worden afgegraven om een volledig beeld te krijgen. Dit resulteert dan in een evolutie van afgravingen waarbij telkens een laag extra wordt afgegraven. In deze gevallen kan er dan ook telkens een fotogrammetrische bewerking worden gemaakt van het vlak zodat de evolutie visueel kan getoond worden. Voor archeologische sites van grotere omvang kan het gebruik van een UAV met camera een meerwaarde bieden op vlak van efficiëntie. In het geval van Deinze werd een maststatief met camera gebruikt omdat het een kleine oppervlakte betrof en een beperkte fotoreeks (72 foto s) volstond. Bij grotere sites kan men een UAV inzetten waarbij een vluchtplan kan ingesteld worden waardoor een grote beeldopname automatisch kan gebeuren en vanop grote hoogte. Er moet wel rekening gehouden worden met het feit dat er steeds een administratieve procedure mee gemoeid is voor een UAV-vlucht. IWT-TETRAproject 3D4SURE 28 30

MICROTOPOGRAFIE AAN DE HAND VAN DIGITAL SURFACE MODELS (DSM S) Een DSM of digital surface model is een 3D model van een reliëf en leent zich dus perfect voor het opmeten van een microtopografie. Case niet kunnen uitvoeren wegens uitblijvende vergunning. DOCUMENTEREN VAN WAARDEVOLLE VONDSTEN VIA 3D-MODELLEN EN ORTHOFOTO S Op dit moment wordt er in Vlaanderen nog vaak met meetlint en millimeterpapier gewerkt als het er op aan komt om een bepaalde waardevolle vondst te documenteren, bijvoorbeeld een skelet of een stuk aardewerk. Men is wel al tot op zekere hoogte bekend met het gebruiken van foto s als onderlegger voor tekeningen, maar dit dan enkel voor vondsten die weinig reliëf vertonen en van beperkte omvang zijn. Met andere woorden, indien ze met 1 foto kunnen gefotografeerd worden door de archeoloog en indien deze foto niet te veel last heeft van perspectivische distortie. Het maken van getextureerde 3D-modellen kan dus zeker een meerwaarde bieden in het documenteren van vondsten met een ruimtelijke geometrie. Deze digitale reconstructies kunnen dan verschaald worden door het opmeten van enkele controlepunten of door een afstand tussen 2 punten in te meten en laten de archeoloog toe om vanuit kantoor het object te bestuderen en er metingen op uit te voeren. MULTISPECTRALE LUCHTFOTOGRAMMETRIE VOOR ARCHEOLOGISCH BODEMONDERZOEK Multispectrale beeldvorming of multi-spectral imaging wil zeggen dat er delen van het nietzichtbare elektromagnetisch spectrum worden gebruikt voor de beeldvorming. Dit heeft voor archeologie het voordeel dat er ondergrondse structuren en relichten in kaart kunnen gebracht worden. Dit kan rechtstreeks door warmteverschillen te detecteren in de bodem, of onrechtstreeks door wijzigingen waar te nemen in de vegetatie. Naast het herkennen van cropmarks (verschillen in kleur, dichtheid en hoogte van een gewas) waarbij het visuele spectrum geraadpleegd wordt, kan men namelijk ook andere delen van het elektromagnetisch spectrum aanspreken om wijzigingen in de vegetatietoestand te duiden. In het voorbeeld van Maldegem werd het NIR-spectrum (nabij infrarood) gebruikt om de toestand van de vegetatie in kaart te brengen waarbij het onderscheid duidelijk werd tussen gezonde en minder gezonde vegetatie. IWT-TETRAproject 3D4SURE 29 30

5. BIBLIOGRAFIE Bourgeois, Geert. Ministerieel besluit tot bepaling van de minimumnormen voor de registratie en documentatie bij archeologisch onderzoek met ingreep in de bodem en de wijze van rapportering. Brussel: Vlaamse Regering, 13 september 2011. De Clercq, W., et al. 10th International Conference on Archaeological Prospection. Unravelling a complex of enclosures. An integrated prospection approach for a deserted historic farmcomplex at Kleit, Maldegem (Belgium). Wenen, 2013. De Reu, J., et al. Towards a three-dimensional cost-effective registration of the archaeological heritage. Journal of Archaeological Science, 2013. Grün, A., F. Remondino, en L. Zhang. Photogrammetric reconstruction of the great buddha of bamiyan, Afghanistan. The Photogrammetric Record, 2004. Mozas-Calvache, A. T., J. L. Pérez-Garcia, F. J. Cardernal-Escarcena, J. Delgado, en E. MatadeCastro. XXII ISPRS Congress. Comparison of low altitude photogrammetric records for obtaining DEMs and orthoimages of archaeological sites. Melbourne, 2012. Neubauer, W., M. Doneus, en I. Trinks. XXII ISPRS Congress. Advancing the documentation of buried archaeological landscapes. Melbourne, 2012. Reyns, Natasja, Marjolein Van Celst, en Jordi Bruggeman. rapport van het archeologisch onderzoek 'Wontergem (Deinze) - Tabakstraat'. All-Archeo, 2013. Rinaudo, F., F. Chiabrando, A. Lingua, en A. Spano. XXII ISPRS Congress. Archaeological site monitoring: UAV photogrammetry can be an answer. Melbourne, 2012. http://archpro.lbg.ac.at IWT-TETRAproject 3D4SURE 30 30