De ondergetekenden: De naamloze vennootschap Zeeland Refinery N.V., statutair gevestigd te Rotterdam en kantoorhoudend te Nieuwdorp aan de Luxemburgweg 1 (4455 TM), hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw N. de Muynck, voorzitter Raad van Bestuur en de heer I. Odnolko, Manager Finance & Accounting, hierna te noemen: Werkgever; en De stichting Stichting TOTAL Pensioenfonds Nederland, statutair gevestigd te Rotterdam en kantoorhoudend te Nieuwdorp aan de Luxemburgweg 1 (4455 TM), hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer A. Van Schaik en de heer R.S.G. Boonman, hierna te noemen: het Fonds; Overwegende: dat tussen Werkgever en haar werknemers een pensioenovereenkomst bestaat in de zin van de Pensioenwet; dat Werkgever op grond van de Pensioenwet ter uitvoering van die pensioenovereenkomst een uitvoeringsovereenkomst in de zin van de Pensioenwet dient te sluiten met een pensioenuitvoerder; dat het Fonds bereid is de pensioenovereenkomst uit te voeren; dat Werkgever en het Fonds hun afspraken in de onderhavige uitvoeringsovereenkomst willen vastleggen in overeenstemming met het bepaalde in de wet. Komen als volgt overeen: ARTIKEL 1 Algemeen 1. Werkgever stelt het Fonds in kennis van de inhoud van de pensioenovereenkomst en meldt ter uitvoering van die pensioenovereenkomst bij het Fonds al haar werknemers aan op wie die pensioenovereenkomst van toepassing is, met inbegrip van medewerkers van TOTAL Gestion Internationale medewerkers die voorheen in dienst waren van Werkgever en deelnamen aan de pensioenregeling van Werkgever en die op hun verzoek aan de pensioenregeling willen blijven deelnemen. Een exemplaar van de pensioenovereenkomst die ten tijde van de ondertekening van deze uitvoeringsovereenkomst door Werkgever gebruikt wordt, is als Bijlage 1 aan deze uitvoeringsovereenkomst gehecht. 2. Indien Werkgever tot wijziging van de pensioenovereenkomst wenst over te gaan, zal hij zijn voornemen daartoe schriftelijk kenbaar maken aan het Fonds. Het Fonds dient binnen twee maanden na ontvangst van voornoemde kennisgeving aan Werkgever mee te delen of de voorgenomen wijziging voor het Fonds uitvoerbaar is. 29/02/2012 page 1 of 13
3. Het Fonds stelt één of meer pensioenreglementen vast in overeenstemming met de pensioenovereenkomst en deze uitvoeringsovereenkomst en voert deze uit met inachtneming van de regels die bij en krachtens de Pensioenwet gelden. Het Fonds voert een pensioenreglement pas uit nadat Werkgever heeft verklaard dat het pensioenreglement in overeenstemming is met de pensioenovereenkomst en deze uitvoeringsovereenkomst. 4. Het Fonds wijzigt zo nodig één of meer pensioenreglementen indien Werkgever aangeeft dat de pensioenovereenkomst is gewijzigd of indien deze uitvoeringsovereenkomst is gewijzigd. Het Fonds voert een gewijzigd pensioenreglement pas uit nadat Werkgever heeft verklaard dat het in overeenstemming is met de pensioenovereenkomst en deze uitvoeringsovereenkomst. 5. Het Fonds is verplicht Werkgever onverwijld te informeren indien de toezichthouder het Fonds een aanwijzing geeft met betrekking tot de inhoud van het pensioenreglement. 6. Het Fonds is verplicht Werkgever onverwijld te informeren indien tegen het Fonds een klacht of gerechtelijke procedure is ingesteld welke betrekking heeft op de inhoud van het pensioenreglement. 7. Het Fonds is niet gehouden in een pensioenreglement bepalingen op te nemen of te handhaven waarvan onherroepelijk vaststaat dat deze in strijd zijn met enige bepaling die bij of krachtens de Pensioenwet van toepassing is. 8. Het Fonds is niet gehouden een pensioenreglement te wijzigen voor zover in de bijlagen bij deze uitvoeringsovereenkomst niet voorzien is in de gevolgen voor het risico dat het Fonds draagt. 9. Het Fonds is te allen tijde bevoegd Werkgever te adviseren over naar de mening van het Fonds wenselijke wijzigingen van de pensioenovereenkomst. ARTIKEL 2 De financiële relatie 1. Werkgever is aan het Fonds een premie verschuldigd voor de verzekering van pensioen en de daaraan verbonden kosten. 2. De pensioenregeling is een (collectieve beschikbare) premieovereenkomst. 3. De verschuldigde premie is vastgesteld in de pensioenovereenkomst die is afgesloten tussen Werkgever en haar werknemers (Bijlage 1). De hoogte van de per 1 januari 2012 jaarlijks verschuldigde premie wordt nader beschreven in Bijlage 2. 4. De hoogte van de verschuldigde premie wordt telkens voor een periode van vijf jaar vastgesteld en is gedurende die periode niet voor wijziging vatbaar. De in bijlage 2 genoemde verschuldigde deelnemers- en werkgeverspremies zijn afgesproken voor de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2016. 5. Werkgever is gehouden maandelijks per de eerste dag van de maand 1/12e deel van de bij aanvang van het kalenderjaar vastgestelde jaarlijkse deelnemers- en werkgeverspremie af te dragen aan het Fonds. 29/02/2012 page 2 of 13
6. Als de per 1 januari bij schatting vastgestelde jaarlijks verschuldigde premie lager is dan de per 31 december definitief vastgestelde jaarlijks verschuldigde premie, dan is Werkgever gehouden dit verschil per 31 december van hetzelfde jaar af te dragen aan het Fonds. Als de per 1 januari bij schatting vastgestelde jaarlijks verschuldigde premie hoger is dan de per 31 december definitief vastgestelde jaarlijks verschuldigde premie, dan is het Fonds gehouden het verschil per 31 december van hetzelfde jaar aan Werkgever te restitueren. 7. Indien en zodra Werkgever een achterstand in de betaling van de jaarlijks verschuldigde premie heeft opgelopen als bedoeld in het vorige lid, kan het bestuur van het Fonds maatregelen nemen tot invordering. 8. Bij te late betaling van een op basis van dit artikel verschuldigde premie wordt de verschuldigde premie vermeerderd met een rentevergoeding ter grootte van het u-rendement zoals dat jaarlijks in januari wordt vastgesteld en gepubliceerd door het Verbond van Verzekeraars. 9. Zolang sprake is van een premieachterstand van minimaal 5% van de totale door het Fonds te ontvangen jaarlijks verschuldigde premie en/of niet voldaan wordt aan de bij of krachtens de Pensioenwet geldende eis inzake het minimaal vereiste eigen vermogen, zal het Fonds elk kwartaal voldoen aan zijn op grond van de Pensioenwet geldende verplichting om schriftelijk de deelnemersraad bij het Fonds en Werkgever te informeren. 10. Werkgever behoudt zich het recht voor de betaling van de verschuldigde premie, voor zover hij die niet op zijn werknemers kan verhalen, te verminderen of te beëindigen ingeval van een ingrijpende wijziging van omstandigheden. 11. Wanneer Werkgever het voornemen heeft van dit recht gebruik te maken, deelt hij dit onverwijld schriftelijk mee aan het Fonds en aan degenen, wier pensioen of aanspraak op pensioen daardoor wordt getroffen. ARTIKEL 3 Verschuldigde premie en overschotten en tekorten 1. Werkgever is een vaste premie verschuldigd (inclusief deelnemerspremie) zoals vermeld in Bijlage 2 van deze uitvoeringsovereenkomst. 2. Indien het Fonds een overschot heeft, wordt geen korting op de verschuldigde premie verleend. 3. Indien het Fonds een tekort heeft, is Werkgever geen extra premie verschuldigd en zal Werkgever geen extra premie bijdragen. ARTIKEL 4 Het toeslagbeleid Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal 25% van de algemene loonsverhoging(en) bij Zeeland Refinery N.V., zoals bij CAO vastgesteld. Het bestuur van het Fonds beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit beleggingsrendement gefinancierd. 29/02/2012 page 3 of 13
Het toeslagbeleid wordt in het kader van de wettelijke toeslagenmatrix gecategoriseerd als een voorwaardelijke toeslagverlening gekoppeld aan een ex-ante bepaalde maatstaf met een financiering uit de resultaten van het Fonds (categorie D1). In Bijlage 3 zijn nadere richtlijnen opgenomen die het bestuur van het Fonds hanteert bij het toeslagenbeleid. ARTIKEL 5 Beschikbaarheid en deskundigheid van bestuurders van het Fonds Werkgever draagt er zorg voor dat de bestuurders van het Fonds per maand 8 uur beschikbaar hebben voor hun bestuurstaken, alsmede dat de bestuurders in staat worden gesteld alle bestuursvergaderingen en commissievergaderingen en de door het pensioenbureau georganiseerde trainingen bij te wonen. Deze beschikbaarheidstelling, met uitzondering van bovengenoemde 8 uur, geldt indien en voor zover de werkzaamheden bij Werkgever dit toelaten. Werkgever en het Fonds zullen nadere afspraken maken over hoe het bestuur van het Fonds op korte en lange termijn kan voldoen aan de door De Nederlandsche Bank opgestelde Beleidsregel Deskundigheid, waarbij het uitgangspunt is dat bestuurders binnen de afspraken gemaakt in het Deskundigheidsplan in de gelegenheid worden gesteld om adequate opleidingen en cursussen te volgen. Begin 2013 vindt er een evaluatie plaats van deze afspraken. ARTIKEL 6 De informatieverstrekking door de Werkgever Werkgever verstrekt het Fonds alle informatie die het Fonds nodig heeft om aan zijn verplichtingen uit hoofde van deze uitvoeringsovereenkomst en de daarmee samenhangende verplichtingen die bij of krachtens de Pensioenwet gelden te kunnen voldoen, zoals nader uiteengezet in de tussen Werkgever en het Fonds gesloten Verplichtingen Werkgever, die als Bijlage 4 aan deze uitvoeringsovereenkomst is gehecht. ARTIKEL 7 De verstrekking van de startbrief door het Fonds Het Fonds zorgt ervoor dat alle daarvoor tijdig door Werkgever aangemelde werknemers binnen de op grond van de Pensioenwet geldende termijn een startbrief ontvangen in de zin van de Pensioenwet. ARTIKEL 8 Uitoefening bevoegdheden Werkgever De bevoegdheden die in de statuten van het Fonds of andere stukken aan Werkgever worden toegekend worden namens Werkgever in gezamenlijk overleg uitgeoefend door TOTAL Nederland N.V. en Zeeland Refinery N.V. ARTIKEL 9 Conformiteitsbepaling Het pensioenreglement dat het Fonds uitvoert op het moment waarop deze uitvoeringsovereenkomst in werking treedt, is in overeenstemming met de dan geldende pensioenovereenkomst en deze uitvoeringsovereenkomst. 29/02/2012 page 4 of 13
ARTIKEL 10 Toepasselijk recht; geschillen 1. Op deze uitvoeringsovereenkomst is het Nederlands recht van toepassing. 2. Geschillen inzake deze uitvoeringsovereenkomst zullen worden beslecht door arbitrage overeenkomstig het Reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut. ARTIKEL 11 Inwerkingtreding en looptijd 1. Deze uitvoeringsovereenkomst treedt op 1 januari 2012 in werking en vervangt elke voorgaande overeenkomst over dezelfde onderwerpen. 2. Deze uitvoeringsovereenkomst heeft een looptijd van vijf jaren en wordt telkens met een periode van één jaar verlengd indien deze niet uiterlijk 6 maanden voor het einde van de lopende periode door Werkgever of het Fonds is opgezegd. 3. Opzegging van deze uitvoeringsovereenkomst dient schriftelijk plaats te vinden. Aldus in tweevoud opgemaakt en getekend te Nieuwdorp, Zeeland Refinery N.V. Stichting TOTAL Pensioenfonds N. de Muynck A. van Schaik Voorzitter Raad van Bestuur Plaatsvervangend voorzitter datum datum I. Odnolko R.S.G. Boonman Manager Finance & Accounting Secretaris datum datum Bijlage 1 Pensioenovereenkomst Januari 2012 Bijlage 2 Verschuldigde premie Bijlage 3 Toeslagbeleid Bijlage 4 Verplichtingen Werkgever 29/02/2012 page 5 of 13
BIJLAGE 1 Pensioenovereenkomst Zeeland Refinery N.V. Pensioensysteem CDC De pensioenregeling is een Collectieve Defined Contribution -regeling. Dit is een beschikbare premieregeling. In de wet wordt dit een premieovereenkomst genoemd. Met de premies wordt jaarlijks een pensioen ingekocht bij het pensioenfonds. De hoogte van het pensioen wordt bepaald door de pensioenen die jaarlijks met de beschikbare premie kunnen worden ingekocht en de indexaties (in de stukken toeslagen genoemd) die op deze ingekochte pensioenen worden toegekend. Pensioenvormen Met de jaarlijkse premies wordt voor de deelnemers een ouderdoms- en partnerpensioen ingekocht. Ook wordt er een aanspraak op wezenpensioen toegekend. Als een werknemer arbeidsongeschikt wordt, worden de pensioenen na een wachttijd van 24 maanden voor rekening van het pensioenfonds voortgezet; ook als de werknemer daarna uit dienst treedt. De premievrije voortzetting van de pensioenopbouw vindt plaats zolang de werknemer arbeidsongeschikt blijft in de zin van de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA). Premieovereenkomst op basis van middelloonsystematiek In het kader van de premieovereenkomst wordt een middelloonsystematiek gevolgd. Er is sprake van een premieovereenkomst: de hoogte van de ingelegde pensioenpremie bepaalt de uiteindelijke hoogte van de pensioenopbouw, waarbij de inkoop op basis van een middelloonsystematiek plaatsvindt. Jaarlijks wordt de hoogte van de in te kopen pensioenen door het pensioenfonds bepaald. Het in enig jaar in te kopen ouderdomspensioen bedraagt maximaal 2,25% van de pensioengrondslag. Het partnerpensioen bedraagt 70% van het ouderdomspensioen en het wezenpensioen bedraagt 14% van het ouderdomspensioen. Pensioenpremie Voor de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2016 wordt de totale jaarlijkse pensioenpremie 30,9% van de pensioengrondslag: a. de werknemerspremie bedraagt 7,7% van de pensioengrondslag; b. de werkgeverspremie bedraagt 23,2% van de pensioengrondslag. De pensioengrondslag is het jaarsalaris verminderd met de franchise. De franchise is gelijk aan 10/7 maal de AOW-uitkering voor een gehuwde persoon, zonder AOW-toeslag (in 2012: 13.062). 29/02/2012 page 6 of 13
Robuuste pensioenopbouw voor actieve deelnemers De jaarlijkse inkoop van het ouderdoms- en partnerpensioen wordt gebaseerd op de over een voortschrijdende periode van 60 maanden gemiddelde rentevoet. Het werken met een gemiddelde rentevoet heeft tot gevolg dat de pensioeninkoop niet jaarlijks sterk verschilt door renteveranderingen. Op basis van deze gedempte rentevoet en de overige wettelijke regels wordt de jaarlijkse pensioeninkoop berekend. Als er meer premie wordt betaald dan nodig is voor de inkoop van een ouderdomspensioen van 2,25% met een daaraan gekoppeld partner- en wezenpensioen, dan wordt het meerdere toegevoegd aan een speciale reserve bij het pensioenfonds. Daarbij is afgesproken dat de besteding van deze reserve zoveel mogelijk ten goede komt aan de actieve deelnemers aan de pensioenregeling. Voorwaardelijke indexatie voor actieve deelnemers, pensioengerechtigden en slapers Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal 25% van de som van de algemene loonsverhoging(en) bij ZR over het voorgaande jaar, zoals bij CAO vastgesteld. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit beleggingsrendement gefinancierd. Indien het bestuur besluit een toeslag te verlenen wordt deze verleend per 1 januari van het betreffende jaar. Het bestuur van het Fonds is bevoegd op enig moment te besluiten om voor alle belanghebbenden een ander toeslagpercentage toe te passen. Financiële positie pensioenfonds Eind 2011 bevindt het fonds zich in onderdekking. Het fonds heeft een herstelplan voor de korte termijn en een herstelplan voor de lange termijn opgesteld. Dit herstelplan wordt onverkort uitgevoerd, hetgeen eventueel kan leiden tot het korten van de pensioenen. Pensioenleeftijd naar 66 en 67 indien zo bepaald door overheid De overheid wil de AOW-leeftijd in 2020 verhogen naar 66 jaar en in 2025 waarschijnlijk naar 67 jaar. In 2013 zullen op basis van dezelfde wetgeving pensioenregelingen waarschijnlijk aangepast moeten worden. Zodra de definitieve wetgeving bekend is, zullen de consequenties hiervan nader worden beschouwd. 29/02/2012 page 7 of 13
BIJLAGE 2 Verschuldigde premie Deelnemerspremie De jaarlijks door de deelnemer verschuldigde premie is gelijk aan 7,7% van zijn/haar pensioengrondslag. Daarnaast is de aspirant-deelnemer een premie van 0,5% verschuldigd van zijn/haar jaarsalaris, verminderd met de franchise. Werkgeverspremie De jaarlijks door Werkgever verschuldigde premie is gelijk aan 23,2% van de som van de voor dat jaar bepaalde pensioengrondslagen. Jaarsalaris Het jaarsalaris wordt jaarlijks per 1 januari van elk jaar vastgesteld en is gelijk aan 14 maal het basismaandsalaris, tot een maximum van 206.245, en indien van toepassing vermeerderd met 12 maal de in januari geldende ploegendiensttoeslag. Het hiervoor genoemde maximum wordt steeds verhoogd met de algemene loonstijging bij Zeeland Refinery N.V., voor het eerst per 1 januari 2013. Indien het basismaandsalaris gedurende het jaar wijzigt, wordt het jaarsalaris niet aangepast. Bij toetreding in de loop van een jaar wordt het jaarsalaris bepaald op de datum van toetreding. Pensioengrondslag De pensioengrondslag is gelijk aan het jaarsalaris verminderd met de franchise. De franchise wordt jaarlijks op 1 januari vastgesteld en is gelijk aan 10/7 maal de per 1 januari van het desbetreffende jaar geldende AOW-uitkering, inclusief de vakantietoeslag, voor een gehuwde persoon zonder toeslag als omschreven in artikel 9, eerste lid onderdeel b en zesde lid, onderdeel b, van de AOW. Financiering van voorwaardelijke toeslagen De voorwaardelijke toeslagen worden uit de resultaten van het Fonds gefinancierd. Er wordt voor deze voorwaardelijke toeslagverlening geen reserve gevormd en geen premie betaald. Gedempte kostendekkende premie De hoogte van de jaarlijkse inkoop van ouderdoms- en nabestaandenpensioen is afhankelijk van de pensioenen die door het Fonds na aftrek van de risicopremies en premieopslagen op basis van een gedempte kostendekkende premie kunnen worden ingekocht. Het inkooptarief voor het ouderdoms- en nabestaandenpensioen en de risicopremies voor het nabestaandenpensioen en wezenpensioen worden daarbij gebaseerd op de over een voortschrijdende periode van 60 maanden gemiddelde rentetermijnstructuur per looptijd. Met de rentetermijnstructuur wordt de (toekomstige) rentetermijnstructuur bedoeld per 30 september van het jaar voorafgaande aan het jaar van inkoop, zoals deze door De Nederlandsche Bank wordt gepubliceerd. Indien en voor zover het bij of krachtens de wet verplicht is dat de premie bijdraagt aan het herstel van het Fonds, zal het Fonds de in dat jaar in te kopen ouderdoms- en nabestaandenpensioenen zodanig vaststellen dat de premie bijdraagt aan het herstel van het Fonds. Ook indien en voor zover dit uit een geldend herstelplan volgt, kan de inkoop van pensioen worden verlaagd. 29/02/2012 page 8 of 13
In de afgesproken werkgeverspremie van 23,2% van de som van de pensioengrondslagen zit een solvabiliteitsopslag. Voor de kalenderjaren 2012 en 2013 hebben het Fonds en Werkgever afgesproken dat het Fonds aan de werkgeverspremie van 23,2% van de som van de in de desbetreffende jaren geldende pensioengrondslagen een minimumbedrag zal onttrekken voor de solvabiliteitsopslag op de kostendekkende premie. Deze afspraak houdt het volgende in: als de feitelijke solvabiliteitsopslag op de kostendekkende premie in 2012 en/of 2013 lager is dan 1.021.000, zal het Fonds de solvabiliteitsopslag in dat betreffende jaar op 1.021.000 stellen. In enig jaar wordt maximaal een ouderdomspensioen van maximaal 2,25% van de pensioengrondslag met een daaraan gekoppeld nabestaandenpensioen ingekocht zoals in het pensioenreglement bepaald. Indien en voor zover de verschuldigde premie meer bedraagt dan hetgeen benodigd is voor het in enig jaar maximaal in te kopen ouderdomsen nabestaandenpensioen en te verzekeren risico s op overlijden en arbeidsongeschiktheid, zal het meerdere in een aparte bestemmingsreserve bij het Fonds worden gestort. Over de aanwending van deze bestemmingsreserve zal periodiek overleg plaatsvinden tussen Zeeland Refinery N.V. en de vakbonden, waarbij deze partijen hebben afgesproken dat deze bestemmingsreserve zo veel mogelijk ten goede zal komen aan de deelnemers. Het bestuur besluit na overleg met Zeeland Refinery N.V. en TOTAL Nederland N.V. over de aanwending van de bestemmingsreserve. 29/02/2012 page 9 of 13
Bijlage 3 Toeslagbeleid 1. De richtlijnen voor het toeslagenbeleid zijn in de deze bijlage vastgelegd. Het bestuur van het Fonds besluit elk jaar op basis van het hierna geformuleerde toeslagbeleid en de staffel of er een toeslag wordt toegekend. 2. Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal 25% van de som van de algemene loonsverhoging(en) bij ZR over het voorgaande jaar, zoals bij CAO vastgesteld. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit beleggingsrendement gefinancierd. Indien het bestuur besluit een toeslag te verlenen wordt deze verleend per 1 januari van het betreffende jaar. Het bestuur van het Fonds is bevoegd op enig moment te besluiten om voor alle belanghebbenden een ander toeslagpercentage toe te passen. 3. Ter bepaling van de kortingen en toeslagen worden het Minimaal Vereist Vermogen (dekkingstekortgrens) en het Vereist Vermogen (reservetekortgrens) opgevat overeenkomstig het gestelde bij of krachtens de Pensioenwet. De ondergrens is 115% en de streefgrens is 140%. De staffel op basis waarvan het bestuur van het Fonds jaarlijks besluit of kortingen plaatsvinden of een toeslag wordt verleend, luidt als volgt: Aanwezig vermogen Kortingen en toeslagverlening Boven reservetekortgrens Volledige toeslagverlening Tussen reservetekortgrens en ondergrens Prorata toeslagverlening Tussen ondergrens en dekkingstekortgrens Onder de dekkingstekortgrens Geen toeslagverlening; versterking financiële positie van het pensioenfonds. Mogelijk korten van de nominale pensioenaanspraken en ingegane pensioenen en geen toeslagverlening. Het bestuur van het pensioenfonds bepaalt het kortingsbeleid. 4. Indien en zolang er nog sprake is van tot en met 1 januari 2012 ontstane: a. nominale pensioenachterstanden door pensioenverminderingen; b. opbouwachterstanden; en/of c. achterstanden in toeslagen; 29/02/2012 page 10 of 13
dan wel indien en voor zover er met betrekking tot de tot en met 31 december 2011 opgebouwde pensioenaanspraken en ingegane pensioenen geen sprake is geweest van een eindloonniveau, gelden voor het bestuur van het Fonds naast de dekkingsgraadstaffel genoemd in punt 3., de volgende richtlijnen ten aanzien van het herstellen van de hiervoor genoemde achterstanden en ten aanzien van de hiervoor genoemde verhoging tot eindloonniveau. Aanwezig vermogen Boven streefgrens Kortingen en toeslagverlening Tevens inhaaltoeslag en/of optrek van tot en met 31 december 2011 opgebouwde pensioenen naar eindloonniveau. Tussen streefgrens en reservetekortgrens Tevens inhaal opbouwachterstanden. Tussen reservetekortgrens en ondergrens Herstel van door pensioenkortingen ontstane nominale pensioenachterstanden. Deze tabel moet zo gelezen worden dat bij een hogere dekkingsgraadklasse steeds ook de herstelmaatregelen van toepassing zijn die bij de lagere dekkingsgraadklassen worden genoemd. Eerst vindt steeds zo veel mogelijk het herstel plaats dat bij een lagere dekkingsgraadklasse hoort. Het Fonds beslist over de exacte invulling van deze aanvullende richtlijnen. Het haalbare herstelpad van het op 1 januari 2012 geldend herstelplan wordt eventueel in afwijking van het voorgaande volledig gerespecteerd. 29/02/2012 page 11 of 13
BIJLAGE 4 Verplichtingen Werkgever Werkgever en het Fonds maken in deze bijlage nadere afspraken over de verplichtingen van Werkgever met betrekking tot het aanleveren van gegevens aan het Fonds om een goede uitvoering van de uitvoeringsovereenkomst te kunnen waarborgen. Verstrekking van gegevens door Werkgever Aanmelden (aspirant-)deelnemer Werkgever is verplicht tot het aanmelden van nieuwe (aspirant-)deelnemers bij het Fonds binnen uiterlijk 1 maand na aanvang van het (aspirant-) deelnemerschap. Werkgever verstrekt de volgende gegevens van betrokkene aan het Fonds: - naam, geboortedatum, personeelsnummer, - geslacht, - woonadres, - datum indienstreding, - Burgerservicenummer, - salaris, ploegendiensttoeslag - deeltijd percentage, - burgerlijke staat, - naam, geslacht, geboortedatum van de eventuele partner. Afmelden (aspirant-)deelnemers Werkgever is verplicht tot het afmelden van personen uiterlijk 14 dagen nadat het dienstverband met betrokkene is beëindigd: - naam, geboortedatum, personeelsnummer, - datum uitdienstreding, - status van betrokkene (zoals nieuw dienstverband elders, werkloos, overleden). Vervroeging ouderdomspensioen en/of deeltijd pensioen Indien een deelnemer met pensioen gaat dan wel met deeltijd pensioen gaat, is Werkgever verplicht om ten minste drie maanden vóór de gewenste ingangsdatum van het (deeltijd)pensioen hiervan melding te maken aan het Fonds. Werkgever verstrekt de volgende gegevens van betrokkene aan het Fonds: - naam, geboortedatum, personeelsnummer, - datum ingang (deeltijd)pensioen, - in geval van deeltijdpensioen de percentages deeltijdpensioen en deeltijd doorwerken, - in te houden premie voor ziektekostenverzekering, voorzieningsfonds, solidariteitsfonds, personeelsvereniging. Arbeidsongeschiktheid Indien een (aspirant)deelnemer een uitkering verkrijgt krachtens de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), is Werkgever verplicht om hiervan binnen uiterlijk 1 maand na de eerste uitkering melding te doen aan het Fonds. Werkgever verstrekt de volgende gegevens aan het Fonds: - naam, geboortedatum, personeelsnummer, - mate van arbeidsongeschiktheid volgens het UWV (kopie beschikking), - ingangsdatum van de WIA-uitkering. 29/02/2012 page 12 of 13
Wijzigingen in individuele gegevens Werkgever verplicht zich om uiterlijk 1 maand na wijziging melding hiervan te doen aan het Fonds. Werkgever verstrekt de volgende gegevens aan het Fonds: - naam, geboortedatum, personeelsnummer, - aard en omschrijving wijziging(en), - ingangsdatum van wijziging(en). Groepsgewijze wijziging van gegevens ten behoeve van premievaststelling Werkgever is verplicht om uiterlijk 1 mei van ieder jaar aan het Fonds van alle (aspirant) deelnemers gegevens te verstrekken die benodigd zijn voor vaststelling van de verschuldigde premie voor dat jaar. De gegevensverstrekking kan zonodig onder nauwkeurige schatting van nog niet definitief vastgestelde gegevens, waarbij wordt aangegeven welke gegevens zijn geschat en de wijze van schatting. Groepsgewijze wijziging van gegevens ten behoeve van vaststelling aanspraken Werkgever is verplicht om uiterlijk 31 maart van ieder jaar aan het Fonds van alle (aspirant) deelnemers de gegevens te verstrekken die benodigd zijn voor het vaststellen van de VPV per 1 januari van dat jaar. De gegevensverstrekking kan zonodig plaatsvinden onder nauwkeurige schatting, waarbij wordt aangegeven welke gegevens zijn geschat en de wijze van schatting. Eventuele kosten als gevolg van het te laat aanleveren zijn voor de betrokken werkgever. Onderdeel van uitvoeringsovereenkomst Deze bijlage, die de verplichtingen van Werkgever beschrijft, maakt onderdeel uit van de uitvoeringsovereenkomst. Wat in de uitvoeringsovereenkomst is geregeld, is daarom van overeenkomstige toepassing op deze verplichtingen, tenzij in de uitvoeringsovereenkomst uitdrukkelijk anders is bepaald. 29/02/2012 page 13 of 13