Aanmoedigingspremie - Aanplanten en onderhouden van groenelementen. Artikel 1.- Het besluit van de gemeenteraad van 29 november 2001 betreffende de aanmoediging van het aanplanten en onderhouden van groenelementen wordt opgeheven met ingang van 1 januari 2008. Artikel 2.- Het voorstel van aanmoedigingsreglement voor het toekennen van toelagen voor het aanplanten en onderhouden van lijnvormige groenelementen, het onderhoud van knotbomen en het aanplanten van hoogstammige fruitbomen, wordt goedgekeurd met ingang van 1 januari 2008 tot en met 31 december 2012. Hoofdstuk I : Het aanplanten van lijnvormige groenelementen Artikel 3.- De afbakening van percelen met behulp van aanplantingen kan door het gemeentebestuur aangemoedigd worden indien aan de volgende voorwaarden voldaan wordt : - het perceel moet gelegen zijn in Sint-Pieters-Leeuw; - de aangeplante soorten moeten voorkomen op de plantenlijst in artikel 9; - de aanplanting moet uitgevoerd worden ter afbakening van een perceel door middel van een lijnvormig element, met een minimum lengte van 25m voor hagen, haagkanten en houtkanten en met een minimum aantal van 10 exemplaren voor bomenrijen; - de aanplanting moet uitgevoerd worden conform alle bestaande wetten, reglementen en gebruiken op dergelijke aanplantingen (vaste en erkende gebruiken, veldwetboek, pachtwet, reglement op de buurtwegen, ). - de aanplanting volgt niet op een kapping, behalve indien populieren worden gekapt en vervangen door soorten uit de plantenlijst in artikel 9, uitgezonderd populussoorten. Artikel 4.- - Onder lijnvormig element wordt verstaan : een klein landschapselement dat gekarakteriseerd wordt door de vorm, nl. langwerpig en beperkt in breedte; als lijnvormig element worden erkend : haag of haagkant, houtkant en bomenrij. - Onder haag of haagkant wordt verstaan : een lijnvormige aanplanting van houtige gewassen met compacte structuur die bij normaal onderhoud door periodieke snoei in vorm wordt gehouden; de mate van onderhoud bepaalt of de term haag (frequent onderhouden; plantafstand max. 0,3m), dan wel haagkant (minimaal onderhoud; plantafstand : 1 tot 2,5 meter) wordt gebruikt. - Onder houtkant wordt verstaan : elke strook grond, inbegrepen taluds, welke met bomen, struiken en kruiden begroeid is. De exploitatie bestaat uit periodiek kappen van de houtige gewassen tot aan de grond; door het natuurlijk opslagvermogen van bepaalde loofboomsoorten worden op de stronk nieuwe loten gevormd. Plantafstand : 1 meter. - Onder bomenrij wordt verstaan : een opeenvolging of aaneenschakeling van bomen die in een rechte lijn zijn geplaatst of gerangschikt, met een minimum van 10 exemplaren. Plantafstand : 6 tot 12 meter Artikel 5.- De toelage kan enkel worden aangevraagd voor het plantsoen. Steunpalen, meststoffen, uurlonen, komen niet in aanmerking. Het plantsoen voor bosgoed, haagplanten en heesters moet een minimale hoogte
hebben van 60-80 cm. Hoogstammige bomen moeten een minimale stamomtrek hebben van 6-8 cm. Indien de aanvraag canadapopulieren betreft dient het plantgoed erkend te zijn door de N.D.A.L.T.P. (gelood + attest). Artikel 6.- De betoelaagde aanplanting dient minimaal gedurende 10 jaar integraal en intact op dezelfde plaats te blijven staan. Het verplaatsen, vellen, rooien of definitief verwijderen van het gesubsidieerde plantsoen is niet toegestaan. Met vellen of rooien van lijnvormige elementen wordt gelijkgesteld : schade toebrengen of deze verminken of vernielen door ondermeer ringen, ontschorsen, verschroeien, gebruiken van scheikundige middelen, inkervingen en benagelen, dierenvraat (op een perceel waar dieren lopen moeten de bomen afdoende beschermd zijn tegen vraat). Met vellen of rooien wordt niet gelijkgesteld : het langs weiden of akkers bevestigen van afsluitdraden aan lijnvormige elementen, gebruikt voor de afbakening van percelen, door middel van krammen en dergelijke, voor zover deze lijnvormige elementen effectief deel uitmaken van de afsluiting. De haag waarvoor betoelaging is bekomen moet een hoogte van minstens 120 cm bereiken en behouden. Artikel 7.- De aanvraag dient te worden ingediend bij het gemeentebestuur van Sint-Pieters- Leeuw, via het voorgedrukte formulier. De aanvrager moet de eigenaar van het te beplanten perceel zijn of schriftelijk toestemming bezitten van de eigenaar. Artikel 8.- De aanvraag dient minimaal één maand voor de aanvang van de uitvoering der werken te worden ingediend. Na de aanvraag kan het gemeentebestuur op basis van de beschikbare informatie, een voorlopige toezegging doen van de aanmoedigingspremie. De uitvoering van de werken moet gebeuren binnen de 3 maand na de voorlopige toezegging. Eén jaar na de voorlopige toezegging kan de betaling van de premie worden aangevraagd, op basis van de factuur van de aankoop van het plantsoen en op basis van het percentage plantsoen dat aangeslagen is. Artikel 9.- De toelage bedraagt voor bosplantsoen, haagplanten en heesters 0,50 per stuk; voor hoogstammige bomen met uitzondering van canadapopulieren 5 per stuk en voor canadapopulieren 1 per stuk. Het maximum bedrag per aanvrager en per dienstjaar bedraagt 124. Volgende plantensoorten komen voor betoelaging in aanmerking : Acer campestre Alnus glutinosa Carpinus betulus Castanea sativa Cornus sanguinea Corylus avellana Crataegus monogyna Euonymus europaeus Fagus sylvatica Fraxinus excelsior Ilex aquifolium Ligustrum vulgare Populus species Prunus Avium Prunus spinosa Quercus robur Rhamnus catharticus spaanse aak zwarte els haagbeuk eetbare kastanje rode kornoelje hazelaar eenstijlige meidoorn kardinaalsmuts beuk es hulst liguster populier (gelood+attest) boskers sleedoorn zomereik wegedoorn
Rhamnus frangula Rosa Canina Salix alba Salix caprea Sambucus nigra Tilia cordata Tilia platyphyllos Viburnum opulus vuilboom hondsroos schietwilg bos- of waterwilg vlier kleinbladige linde grootbladige linde gelderse roos Artikel 10.- Indien bij controle frauduleuze praktijken worden vastgesteld, vervalt de hele toelage. Er kan een boete worden opgelegd die maximaal het dubbele bedraagt van de toegekende aanmoedigingspremie. Indien het plantsoen wordt aangeplant op een wijze die in strijd is met één of meer bestaande wetten, reglementen of gebruiken, wordt de aanmoedigingspremie niet uitgekeerd. Het gemeentebestuur behoudt zich het recht voor om aanvragen, die niet beantwoorden aan de geest van het aanmoedigingsreglement voor het lijnvormig aanplanten van groenelementen, te weigeren. Hoofdstuk II : Het onderhoud van knotbomen Artikel 11.- Artikel 12.- Artikel 13.- Artikel 14.- Artikel 15.- Artikel 16.- Artikel 17.- Onder knotboom wordt verstaan : een loofboom zoals schietwilg, populier, zomereik, es, olm, els of linde met een stamhoogte van minstens 1,50 m en die bovenaan de stam een typische bolvormige vertakking vertoont die het resultaat is van regelmatig knotten. Het onderhoud van knotbomen kan door het gemeentebestuur aangemoedigd worden indien aan volgende voorwaarden voldaan wordt : - de bomen staan op een perceel gelegen in Sint-Pieters-Leeuw - de gezondheidstoestand van de bomen is goed - de stamomtrek op 1 m moet minstens 70 cm zijn De aanmoediging kan enkel worden toegekend als het knotten gebeurt op een deskundige wijze zodat de natuurlijke groei van de boom op geen enkele wijze wordt geremd. Het knotten moet gebeuren aan de basis van de bolvormige vertakking. De snijvlakken moeten glad en schuin zijn om inrotting van de knot tegen te gaan. Het knotten moet gebeuren tussen eind november en begin maart. Er mag niet worden geknot wanneer de temperatuur lager is dan 3 C. De aanvraag dient te worden ingediend bij het Gemeentebestuur van Sint-Pieters- Leeuw, via het voorgedrukte formulier. De aanvrager moet de eigenaar zijn of een schriftelijke toestemming van de eigenaar bezitten. De aanvraag dient minimaal één maand vóór de aanvang van de uitvoering der werken te worden ingediend. Na de aanvraag kan het gemeentebestuur, op basis van de beschikbare informatie, een voorlopige toestemming geven voor de aanmoediging. Binnen de zes maand na het uitvoeren van de werken kan de premie worden toegekend, op basis van een plaatsbezoek ter controle. De aanmoediging bedraagt 12 per knotboom, met een maximum van 124 per persoon per dienstjaar.
Artikel 18.- Artikel 19.- Elke volgende aanvraag voor aanmoediging voor het knotten van eenzelfde boom kan pas worden ingediend vanaf 5 jaar na de toekenning van de vorige aanmoediging voor die boom. Het gemeentebestuur behoudt zich het recht voor om aanvragen te weigeren die niet beantwoorden aan de geest van het aanmoedigingsrecht. Hoofdstuk III : Het aanplanten van hoogstammige fruitbomen Artikel 20.- Hoogstammige fruitbomen zijn fruitbomen met een minimale stamhoogte van 2 meter. Artikel 21.- Artikel 22.- Artikel 23.- Artikel 24.- Artikel 25.- De aanplanting van hoogstammige fruitbomen kan door het gemeentebestuur aangemoedigd worden indien aan volgende voorwaarden voldaan wordt : - het te beplanten perceel moet in Sint-Pieters-Leeuw gelegen zijn; - de aanvraag moet het aanplanten van minstens 10 hoogstammige fruitbomen op eenzelfde perceel betreffen, plantafstand min. 10x10 m. - de aanplanting moet uitgevoerd worden conform alle bestaande wetten, reglementen en gebruiken op dergelijke aanplantingen (vaste en erkende gebruiken, veldwetboek, pachtwet, reglement op de buurtwegen, ). - de aanplanting volgt niet op een kapping, behalve indien populieren worden gekapt en vervangen door fruitbomen. De aanmoediging kan enkel worden aangewend voor het plantsoen. Steunpalen, meststoffen, uurlonen, komen niet in aanmerking. Het plantsoen moet een minimale stamomtrek hebben van 6-8 cm. De betoelaagde aanplanting dient minimaal gedurende 10 jaar integraal en intact op dezelfde plaats te blijven staan. Het verplaatsen, vellen, rooien of definitief verwijderen van het gesubsidieerd plantsoen is niet toegestaan. Met vellen of rooien van hoogstammige fruitbomen wordt gelijkgesteld : schade toebrengen, verminken of vernielen door ondermeer ringen, ontschorsen, verschroeien, gebruiken van scheikundige middelen, inkervingen en benagelen, dierenvraat (op een perceel waar dieren lopen moeten de boomstammen afdoende beschermd zijn tegen vraat). De aanvraag dient te worden ingediend bij het Gemeentebestuur van Sint-Pieters- Leeuw, via het voorgedrukte formulier. De aanvrager moet de eigenaar van het te beplanten perceel zijn of diens schriftelijke toestemming bezitten. De aanvraag dient minimaal één maand vóór de aanvang der werken te worden ingediend. Na de aanvraag kan het gemeentebestuur, op basis van de beschikbare informatie, een voorlopige toestemming geven voor de aanmoediging. De uitvoering van de werken moet gebeuren binnen de 3 maand na de voorlopige toezegging. Eén jaar na de voorlopige toezegging kan de betaling van de premie worden aangevraagd, op basis van de factuur van de aankoop van het plantsoen en op basis van het percentage plantsoen dat aangeslagen is. Artikel 26.- De aanmoediging bedraagt 6 per boom, met een maximaal bedrag van 124 per aanvrager en per dienstjaar. Artikel 27.- Indien bij controle frauduleuze praktijken worden vastgesteld, vervalt de gehele aanmoediging. Er kan een boete worden opgelegd die maximaal het dubbele bedraagt van de toegekende aanmoediging.
Indien het plantsoen wordt aangeplant op een wijze die in strijd is met één of meer bestaande wetten, reglementen of gebruiken, dan wordt de aanmoediging niet uitgekeerd. Het gemeentebestuur behoudt zich het recht voor om aanvragen te weigeren die niet beantwoorden aan de geest van het aanmoedigingsreglement voor het aanplanten van hoogstammige fruitbomen. Hoofdstuk IV : Het onderhoud van hagen Artikel 28.- Het onderhoud van hagen kan door het gemeentebestuur aangemoedigd worden indien aan de volgende voorwaarden voldaan wordt : - het perceel moet gelegen zijn in Sint-Pieters-Leeuw, binnen of grenzend aan het landelijk gebied (zoals afgebakend op het gewestplan : agrarische-, bos-, groen-, natuur-, reservaat- en parkgebieden) of over de volledige lengte van de haag grenzend aan percelen met een agrarisch bodemgebruik (akkers, weiden en boomgaarden). - de aanplanting werd uitgevoerd ter afbakening van een perceel en heeft een minimum lengte van 25 m. - de haag bestaat uitsluitend uit volgende inheemse plantensoorten : Acer campestre (Spaanse aak), Carpinus betulus (haagbeuk), Cornus sanguinea (rode kornoelje), Corylus avellana (hazelaar), Crataegus monogyna (éénstijlige meidoorn), Euonymus europaeus (kardinaalsmuts), Ilex aquifolium (hulst), Ligustrum vulgare (liguster), Prunus spinosa (sleedoorn), Rosa canina (hondsroos), Viburnum opulus (gelderse roos), Fagus sylvatica (beuk). - de aanplanting is uitgevoerd conform alle bestaande wetten, reglementen en gebruiken op dergelijke aanplantingen (vaste en erkende gebruiken, veldwetboek, pachtwet, reglement op de buurtwegen, ) - de aanvraag wordt minimaal 2 jaar na de laatste toekenning van een onderhoudssubsidie aangevraagd. Artikel 29.- De aanvrager dient de aanvraag tot toelage schriftelijk in bij het Gemeentebestuur van Sint-Pieters-Leeuw. Elke aanvraag bevat : het ingevuld aanvraagformulier en een kadastraal plan, met aanduiding van de aanplanting. De aanvrager is eigenaar van het perceel waarop de haag staat of heeft van de eigenaar een schriftelijke toelating verkregen. Artikel 30.- Artikel 31.- Artikel 32.- Door het indienen van de aanvraag, verbindt de aanvrager zich ertoe in te staan voor het onderhoud en het instandhouden van de landschappelijk waardevolle hagen. Daartoe zal de aanvrager minimaal om de twee jaar in de periode oktober-maart de haag snoeien, scheren of knippen. Gaten in de haag worden opgevuld met soorten die in artikel 1 worden opgesomd. Gezonde meidoornhagen mogen slechts tussen 1 november en 1 maart worden gesnoeid. In alle met bacterievuur besmette meidoornhagen moeten de delen die zichtbare tekenen van de ziekte vertonen onmiddellijk tegen de grond afgezet of gerooid worden. De zieke plantendelen worden verzameld en onverwijld verbrand. De aanvraag dient minimaal één maand voor de aanvang van de uitvoering der werken te worden ingediend. Na de aanvraag kan het gemeentebestuur op basis van de beschikbare informatie, een voorlopige toezegging doen van de aanmoedigingspremie. De uitvoering van de werken moet gebeuren binnen de drie maand na de voorlopige toezegging. Drie maanden na de voorlopige
toezegging kan de betaling van de premie schriftelijk worden aangevraagd. Artikel 33.- Artikel 34.- Artikel 35.- De toelage voor het onderhoud van landschappelijk waardevolle hagen bedraagt per aanvrager : - 1/meter indien de haag volledig eigendom is van de aanvrager - 0,50/meter indien de haag gemeenschappelijk is en de aanvraag door de beide eigenaars tesamen wordt ingediend. Indien bij controle frauduleuze praktijken worden vastgesteld, vervalt de gehele toelage. Er kan een boete worden opgelegd die maximaal het dubbele bedraagt van de toegekende aanmoedigingspremie. Het gemeentebestuur behoudt zich bovendien het recht voor om aanvragen die niet beantwoorden aan de geest van dit aanmoedigingsreglement te weigeren. Huidige beraadslaging wordt voor goedkeuring aan de Toezichthoudende Overheid overgemaakt.