{COM(2006) 684 definitief} {SEC(2006) 1449}



Vergelijkbare documenten
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE. Begeleidend document bij het voorstel voor een

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE. Begeleidend Document. bij het Voorstel voor een

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

(Voor de EER relevante tekst) (2011/874/EU)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. van [...]

Nr. 2018/775 (PB L 131 van , blz. 8)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

De verhouding tussen Richtlijn 98/34/EG en de Verordening betreffende wederzijdse erkenning

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 2863

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING. INTERPRETATIENOTA Nr

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0433(COD) van de Commissie internationale handel

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2007) 810.

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

14795/05 ADD 1 gys/lep/dm 1 JUR

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij. Voorstel voor een Richtlijn

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

INHOUD. Bladzijde A-PUNTEN

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE

Voorstel: Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de handel in zeehondenproducten

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1,

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Publicatieblad van de Europese Unie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE. Begeleidend document bij het

15730/14 ver/ons/hw 1 DG D 2C

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

5135/02 CS/mm DG H NL

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

BIJLAGE. bij het. Gezamenlijk voorstel voor een besluit van de Raad

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van

SEC(2010) 1525 def. COM(2010) 733 def. WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Verklaring van Zweden

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. Begeleidend document bij het

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 september 2016 (OR. en)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

L 343 van de Europese Unie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij

No.W /IV 's-gravenhage, 7 december 2007

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Transcriptie:

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 20.11.2006 SEC(2006) 1448 WERKDOCUMENT VAN DE COMMISSIE Begeleidend document bij het Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD houdende een verbod op het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten Beknopte effectbeoordeling {COM(2006) 684 definitief} {SEC(2006) 1449} NL NL

INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING OMSCHRIJVING VAN HET PROBLEEM... 3 2. DOELSTELLINGEN VAN HET VOORSTEL... 4 3. BELEIDSOPTIES... 4 4. POSITIEVE EN NEGATIEVE GEVOLGEN... 5 5. TOEZICHT OP DE RESULTATEN EN EFFECT VAN HET VOORSTEL... 7 6. RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN DESKUNDIGEN VAN DE LIDSTATEN... 7 NL 2 NL

Beknopte effectbeoordeling van de nieuwe communautaire maatregelen voor de handel in bont overeenkomstig het ontwerp-voorstel van de Commissie voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende een verbod op het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten 1. INLEIDING OMSCHRIJVING VAN HET PROBLEEM Dit voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad beoogt het verbieden van het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van honden- en kattenbont en van producten daarvan. Hierbij worden eveneens informatieverplichtingen vastgesteld die tot doel hebben te waarborgen dat de Commissie informatie over nieuwe detectiemethoden ter beschikking worden gesteld en dat de lidstaten deze uitwisselen, zodat op EU-niveau gemeenschappelijke detectiemethodologieën kunnen worden vastgelegd om de diersoorten te traceren waarvan het bont en bontproducten die worden ingevoerd of in de handel gebracht, afkomstig zijn. Deze verboden dienen de diverse, in verscheidene lidstaten geldende maatregelen tot invoering van een verbod op de productie van en/of handel in honden- en kattenbont te vervangen en hebben tot doel om belemmeringen voor de werking van de interne markt te voorkomen en om op deze wijze het vrije verkeer van bont en bontproducten in het algemeen te waarborgen. De bepalingen van de ontwerpverordening moeten eveneens garanderen dat katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten (bont wordt ook gebruikt als voering of versiering op kleding of speelgoed) en die buiten de Gemeenschap worden vervaardigd, niet in de Gemeenschap kunnen worden ingevoerd of uit de Gemeenschap worden uitgevoerd. Als gevolg van bezwaren van consumenten en burgers hebben verscheidene lidstaten wetgeving ingevoerd (of gaan hiertoe binnenkort over of overwegen deze optie) om economische activiteiten in verband met de productie van bont van katten en honden aan banden te leggen of geheel te verbieden. De nationale wetgevende instanties maken bij de aanpak van het probleem van diverse maatregelen gebruik, die uiteenlopen van een verbod op het houden van katten en honden voor productiedoeleinden tot een verbod op de productie en/of invoer van bont dat van deze dieren is vervaardigd, of etiketteringsvoorschriften. NL 3 NL

Hoewel er in alle lidstaten in grote mate overeenstemming over lijkt te bestaan dat de handel en invoer van katten- en hondenbont en producten daarvan in de Gemeenschap niet acceptabel is, leidt het feit dat er verschillende soorten wetgeving bestaan die alle bedoeld zijn om hetzelfde probleem aan te pakken, ertoe dat handelaren zich geconfronteerd zien met een reeks verschillende wettelijke voorschriften in verschillende lidstaten als zij daar handel willen drijven of producten willen in- of uitvoeren. Dit zou tot een verbrokkeling van de interne markt voor bont kunnen leiden. Gezien het feit dat het publiek zich steeds meer bewust is van het probleem en het groeiende onbehagen over de handel in katten- en hondenbont op de markt voor bont en bontproducten, is het aannemelijk dat de invoering van nieuwe voorschriften in de lidstaten tot preventie van het in de handel brengen van katten- en hondenbont het vrije verkeer van bontproducten nog ernstiger zou belemmeren. De harmonisatie van de huidige geldende verbodsbepalingen en/of beperkende maatregelen is de eenvoudigste en gemakkelijkste manier om belemmeringen voor de markt voor bont van pelsdieren te voorkomen. Uit het aan de Commissie ter beschikking gestelde bewijsmateriaal blijkt dat de meeste producten van katten- en hondenbont in de Gemeenschap uit derde landen afkomstig zijn. Daarom moet naast een handelsverbod een overeenkomstig verbod op de invoer van dergelijke producten in de Gemeenschap worden ingesteld. 2. DOELSTELLINGEN VAN HET VOORSTEL Het voorstel van de Commissie beoogt de harmonisatie van nationale verboden (invoerverboden, verboden op het in de handel brengen of combinaties van beide) op Gemeenschapsniveau, de aanscherping van controles en de uitwisseling van gegevens betreffende de handel in katten- en hondenbont en de producten daarvan. Deze harmonisatie van nationale verboden op Gemeenschapsniveau is noodzakelijk om belemmeringen voor de werking van de interne markt te voorkomen en daardoor het vrije verkeer van bont en bontproducten in het algemeen te waarborgen. 3. BELEIDSOPTIES In het kader van deze beoordeling worden de volgende beleidsopties overwogen: Optie 1: Optie 2: Optie 3: Optie 4: Status quo ante; De instelling van een verbod op de handel in bont of bontproducten van katten en honden; Zelfregulering Verplichte etikettering NL 4 NL

4. POSITIEVE EN NEGATIEVE GEVOLGEN Hierna worden de voor- en nadelen van de vier opties en de redenen om optie 2 te kiezen samengevat. Optie 1: Status quo ante Deze optie zou de huidige situatie onveranderd laten en zou daarom geen adequaat antwoord zijn op de bestaande belemmeringen voor de werking van de interne markt voor bontproducten. Ook zouden hierdoor verdere verstoringen van die markt die zich waarschijnlijk als gevolg van de toekomstige wettelijke maatregelen van de diverse lidstaten zouden voordoen, niet kunnen worden tegengegaan. Aan de groeiende publieke verontrusting over het feit dat producten van katten- en hondenbont in de handel worden gebracht, ondanks een wijdverbreide afkeer van dergelijke producten, zou dan ook niet worden tegemoetgekomen. Nationale verboden en andere op nationaal niveau genomen maatregelen inzake de handel in katten- en hondenbont kunnen de bezwaren van de consumenten niet wegnemen. Optie 2: Instelling van een verbod op de handel in bont of bontproducten van katten en honden Deze optie zou een fundamentele oplossing bieden voor het probleem, dat momenteel met verschillende instrumenten op het niveau van de lidstaten wordt aangepakt (namelijk de ongewenste aanwezigheid van katten- en hondenbont op de markt voor bont en bontproducten), zodat het niet langer nodig zou zijn dat handelaren in bont en bontproducten hun commerciële gedrag aan de uiteenlopende geldende voorschriften in de diverse lidstaten aanpassen. Tegelijkertijd zou deze optie aan de verwachtingen van het publiek tegemoetkomen, namelijk dat katten- en hondenbont en de producten daarvan niet meer worden ingevoerd en/of op de interne markt in de handel worden gebracht. Hierdoor zal worden voorkomen dat consumenten geheel en al van het kopen van bont of bontproducten afzien, omdat zij er niet zeker van kunnen zijn dat zij bont kopen van dieren die traditioneel als pelsdieren worden gehouden. Er zijn slechts zeer weinig gegevens beschikbaar betreffende de handel in of invoer van katten- en hondenbont of afgeleide producten, hoewel er enige aanwijzingen voor zijn dat deze producten een gering gedeelte van het totale handels- en importvolume van bont en bontproducten in de Gemeenschap uitmaken. Daarom is het onmogelijk om de gevolgen van een verbod op de handel en invoer van deze producten nauwkeurig te bepalen. NL 5 NL

Om die reden kan ook worden verondersteld dat de handel in bont en bontproducten van dieren die normaliter voor dit doel worden gehouden, door het voorgestelde verbod niet negatief beïnvloed zou worden. Vanzelfsprekend geldt deze veronderstelling niet voor de handel in niet als zodanig aangegeven katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten, omdat dergelijke handel in tal van lidstaten toch al illegaal is. Optie 3: Zelfregulering Vrijwillige etiketteringsregelingen bestaan reeds en hebben tot doel om aan te geven om welke soort bont het gaat. Deze initiatieven worden door organisaties van bonthandelaren in Italië, Duitsland, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk ondersteund. In september 2003 kwam de International Fur Trade Federation, een federatie van verenigingen en organisaties die alle branches van de bonthandel in dertig landen in de gehele wereld vertegenwoordigt 1, met een nieuw etiketteringsinitiatief ter verbetering van de voorlichting aan de consument. Op dit etiket is naast de wetenschappelijke Latijnse benaming de naam van de soort in de landstaal en/of in het Engels aangegeven. De Italiaanse normalisatieorganisatie (UNI) 2 heeft haar goedkeuring aan deze regeling gehecht. Deze etiketteringregeling wordt voornamelijk voor bont van zeer goede kwaliteit gebruikt. Wegens de specifieke aard van de handel in deze producten nemen handelaren die katten- en hondenbont of afgeleide producten gebruiken, doorgaans niet deel aan vrijwillige etiketteringregelingen. Daarnaast wordt bij de bestaande regelingen ook niet altijd bont dat als versiering en voor voeringen en speelgoed wordt gebruikt, van een etiket voorzien. Vrijwillige etiketteringregelingen bieden geen bevredigende oplossing voor het probleem van misleidende etikettering of illegale handel en zijn eigenlijk nutteloos gebleken bij de preventie van de invoer van katten- en hondenbont in de Gemeenschap. Ook al is het product van een etiket voorzien, de consumenten zijn bang dat zij katten- en hondenbont kopen, aangezien er in kranten en op de tv over gevallen bericht is waarin op frauduleuze wijze geëtiketteerd katten- en hondenbont onder de naam van een andere soort of een fantasienaam verkocht zijn. Optie 4: Verplichte etikettering Deze optie zou inhouden dat de etikettering van alle bont en producten die bont bevatten op zodanig wijze verplicht zou worden gesteld dat de soort waarvan het bont (of de bontcomponent) afkomstig is, kan worden vastgesteld. Daar katten- en hondenbont slechts een gering aandeel vormen van het op de Europese markt verhandelde bont, zou een dergelijke algemene verplichting een aanzienlijke belasting betekenen voor alle bonthandelaren (inclusief voor hen die niet in kattenen hondenbont handelen), die niet in de juiste verhouding tot het nagestreefde resultaat staat. 1 2 Op het web: http://www.iftf.com/newhome.html UNI-norm 11007. NL 6 NL

Verplichte etikettering zou in het bijzonder in het geval van zeer kleine producten en/of producten van geringe kwaliteit, die bont bevatten, moeilijk en duur zijn, aangezien het al bij het gebruik van een heel klein aandeel aan bont verplicht zou zijn om de herkomst van het bont na te gaan. 5. TOEZICHT OP DE RESULTATEN EN EFFECT VAN HET VOORSTEL De lidstaten moeten de officiële controles uitvoeren die noodzakelijk zijn om de naleving van het verbod op de in- en uitvoer van en de handel in katten- en hondenbont en de producten daarvan te waarborgen. Als gevolg daarvan moeten de bevoegde autoriteiten geschikte analysemethoden gebruiken om zo het bont van deze soorten te kunnen opsporen. Het is de Commissie bekend dat sommige lidstaten reeds verscheidene analysemethoden ontwikkeld hebben en gebruiken waarmee katten- en hondenbont van ander bont kan worden onderscheiden. Hierdoor zullen de lidstaten onder meer in staat zijn informatie over de op hun grondgebied gebruikte analysemethoden door te geven, de soort vast te stellen waarvan bont afkomstig is en concrete resultaten voor te leggen die zij bij de handhaving van de voorgestelde maatregel behaald hebben. De tijdens grensinspecties en op het grondgebied van de lidstaten uitgevoerde controles en de bevindingen van deze controles zullen de voornaamste indicator zijn voor de verwezenlijking van de doelstellingen van de voorgestelde verordening. Het Permanent Comité zou een geschikt forum zijn voor de uitwisseling van de informatie die noodzakelijk is om toezicht te houden op de doeltreffendheid van de voorgestelde maatregel. 6. RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN DESKUNDIGEN VAN DE LIDSTATEN Tijdens de vergaderingen van de Raad van landbouwministers op 30 mei 2005 en op 19 juni 2006 hebben de lidstaten (zoals nadrukkelijk vermeld in de conclusies van het voorzitterschap) de Commissie met klem verzocht maatregelen in te voeren ten behoeve van een verbod op de handel in katten- en hondenbont op Gemeenschapsniveau. Diverse leden van het Europees Parlement en van nationale parlementen hebben de Commissie herhaaldelijk opgeroepen om op dit gebied een initiatief te ontplooien. Voorts heeft de Commissie de afgelopen jaren een indrukwekkend aantal brieven van bezorgde burgers over deze problematiek ontvangen. Er zijn geen officiële gegevens over de handel in katten- en hondenbont beschikbaar. Ook EUROSTAT en de lidstaten konden geen gegevens van betekenis hieromtrent leveren. Katten- en hondenbont worden slechts incidenteel op de interne markt ontdekt. NL 7 NL

De Commissie heeft diverse malen contact opgenomen met de belangrijkste organisatie van bonthandelaren (IFTF International Fur Trade Federation), die verklaarde dat haar leden geen handel drijven in katten- en hondenbont en dat de handel in katten- en hondenbont moeilijk is op te sporen. Verscheidene organisaties voor dierenbescherming hebben zich schriftelijk tot de Commissie gewend met het verzoek om stappen te ondernemen en hebben haar foto s en video s doen toekomen over de onmenselijke behandeling van deze dieren in Azië. NL 8 NL